Ga direct naar de content

Weerstand tegen bedrijfsleven komt niet uit de lucht vallen

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: maart 14 2021

Het bedrijfsleven ligt de laatste tijd onder vuur. Zo bleek uit de doorrekeningen dat alle politieke partijen voornemens zijn om bedrijven zwaarder te belasten (FD, 2021a). En eerder al waarschuwde premier Rutte het bedrijfs­leven dat het echt de lonen moest gaan verhogen (FD, 2019), en was er commotie over de afschaffing van de dividendbelasting. De werkgevers constateerden recent zelf dat “(grotere) bedrijven verwijderd lijken te zijn geraakt van de samenleving” (VNO-NCW/MKB Nederland, 2021).

Oorsprong kloof

Deze kloof tussen het bedrijfsleven en de rest van de maatschappij komt niet uit de lucht vallen. In zijn (eerste) bijdrage aan dit themanummer situeert Kees Cools de oorsprong van deze kloof in de sinds de jaren tachtig toegenomen oriëntatie van bedrijven op hun aandeelhouders – ten koste van de andere stakeholders, werknemers, toeleveranciers en de maatschappij in den brede.

Een belangrijke factor in de omslag naar het aandeelhoudersparadigma was het betoog van Friedman (1970) dat “the social responsibility of business is to increase its profits”. Als bedrijven maar zorgen dat ze winst maken, dan neemt de welvaart toe en profiteert de rest van de maatschappij ook, zo was de gedachte. Deze gedachte schoot al snel wortel in het economisch denken en beïnvloedde wereldwijd het ondernemings­bestuur, waaronder in Nederland (Bezemer et al., 2017).

Roger Klaassen voor ESB

Model werkt niet

De laatste jaren neemt de kritiek echter toe, vooral ook in de Verenigde Staten, de bakermat van het aandeelhoudersparadigma (Kleinknecht, 2018). Dat is geen toeval, want het wordt steeds duidelijker dat het model in de praktijk niet werkt zoals het in theorie zou moeten doen. Zo lieten Theys et al. (2021) recent voor Nederland zien dat de stijgende bedrijfswinsten zich niet of nauwelijks vertalen in meer investeringen, een hogere productiviteit, loongroei en een toename van het besteedbaar inkomen.

Het maximaliseren van de winst zorgt dus niet automatisch voor een grotere welvaart, in tegenstelling tot wat Friedman (1970) suggereerde. In tegendeel, het wordt steeds duidelijker dat winstmaximalisatie vaak ten koste gaat van andere bronnen van welvaart, zoals de bestaanszekerheid van burgers, een gezonde omgeving of het klimaat.

Friedman vergat dat winst niet alleen voortkomt uit de creatie van waarde, maar ook uit de toe-eigening van waarde (­Mazzucato, 2018). En dat bedrijven ook politieke invloed uitoefenen, waardoor overheden niet altijd in staat zijn om winstmaximalisatie te begrenzen als deze ten koste gaat van maatschappelijke belangen (Stigler, 1971).

Plannen

De manco’s van het dominante aandeelhoudersparadigma zijn niet aan de Nederlandse politiek voorbijgegaan, zo lieten ­Claassen en Cools (2021) zien in hun analyse van de verkiezingsprogramma’s in de vorige ESB. Ook de VVD vindt dat de overheid de rafelranden van het kapitalisme actief zal moeten bijschaven.

Tegelijkertijd blijft het een uitdaging om woorden om te zetten in daden: hoe kunnen we ervoor zorgen dat mondiale ondernemingen zich meer rekenschap geven van hun maatschappelijke rol? Dat is de vraag die centraal staat in dit themanummer.

Frank-Jan de Graaf verwoordt hierbij de scepsis van veel economen ten aanzien van de inzet van juridische middelen om bestuurders tot meer publieke verantwoordelijkheid te dwingen, zoals vorig jaar bepleit werd door 25 prominente hoogleraren ondernemingsrecht (Winter et al., 2020).

Economen zetten liever in op maatschappelijke of financiële prikkels. Zo zoekt Anjolein Schmeits de oplossing in een betere rapportage en verantwoording van ondernemingen. Kees Cools, Bernard ter Haar en Jaap de Keijzer voegen hieraan toe dat ook de economische prikkels van ondernemingen moeten worden aangepakt, bijvoorbeeld door middel van een progressieve winstbelasting en de afschaffing van de renteaftrek. En Rutger Claassen stelt voor om een corporate social audit in te voeren, waarbij bedrijven maatschappelijk gekeurd worden – en afhankelijk daarvan een financiële premie of boete krijgen.

Internationaal momentum

Veel van deze oplossingen vragen om internationale coördinatie; het bedrijfsleven is immers groter dan Nederland. En juist hier zijn er kansen. Met de verkiezing van president Biden in de Verenigde Staten lijkt er internationaal een beweging te ontstaan om het aandeelhouderskapitalisme weer dienstbaar te maken aan de samenleving. De recente draai van de Verenigde Staten met betrekking tot de digitaks (FD, 2021b) is daarvan een indicatie. Werk aan de winkel dus – ook voor het nog te vormen kabinet.

Literatuur

Bezemer, P.-J., H. Volberda en F. van den Bosch (2017) Focus op aandeelhouder veelal slecht voor de financiële prestaties. ESB, 102(4751), 323–325.

Claassen, R. en K. Cools (2021) Politieke partijen zetten in op reparatie kapitalisme. ESB, 106(4794), 106–109.

FD (2019) ‘Sociaaldemocraat’ Rutte pakt topmannen bedrijfsleven hard aan. Het Financieele Dagblad, 15 juni.

FD (2021a) ‘Schrikbarende’ lastenverzwaring op komst voor bedrijfsleven. Het Financieele Dagblad, 1 maart.

FD (2021b) ‘Regering-Biden staat open voor mondiale digitaks’. Het Financieele Dagblad, 27 februari.

Friedman, M. (1970) A Friedman doctrine: the social responsibility of business is to increase its profits. The New York Times, 13 september.

Kleinknecht, R.H. (2018) Organizational antecedents of managerial short-termism. Proefschrift aan de Universiteit van Amsterdam, te vinden op ww.uva.nl.

Mazzucato, M. (2018) The value of everything: making and taking in the global economy. Londen: Allen Lane.

Stigler, G.J. (1971) The theory of economic regulation. The Bell Journal of Economics and Management Science, 2(1), 3–21.

Theys, T., K.-C. Chang, S. Peeperkorn et al. (2021) Naar een beter begrip van de macro-economische kringloop. ESB, 106(4795S), 20–29.

VNO-NCW/MKB-Nederland (2021) Ondernemen voor brede welvaart: naar nieuw Rijnlands samenspel. VNO-NCW Agenda NL 2030, februari

Winter, J.W., J.M. de Jongh, J.B.S. Hijink et al. (2020) Naar een zorgplicht voor bestuurders en commissarissen tot verantwoorde deelname aan het maatschappelijk verkeer. Ondernemingsrecht, 2020(86), 471–474.

Auteur

Categorieën