november 1988
Conjunctuurbericht
Centraal bureau voor de statistiek
Samengesteld door de hoofdafdeling Nationale rekeningen
Uit gegevens die tot nu toe voor 1988 beschikbaar zijn blijkt, voor een aantal belangrijke macroeconomische variabelen, een volumegroei die duidelijk hoger is dan die in de voorgaande jaren.
Voor de industriele produktie ligt de groei in de eerste drie kwartalen van dit jaar op 4%, terwijl de
jaarlijkse groei voor 1986 en 1987 respectievelijk 2% en 1% bedroeg. Ook de buitenlandse goederenhandel laat stijgingen zien die duidelijk uitgaan boven die van de twee voorgaande jaren. Zowel de
invoer als de uitvoer van goederen nam in de eerste acht maanden van dit jaar met 8% toe. De groeicijfers voor 1986 en 1987 lagen rond de 5%. De groei is bij de investeringen het meest geprononceerd.
De bedrijfsinvesteringen stegen in het eerste halfjaar met 12% en de overheidsinvesteringen met
18%. Investeringen, met name die welke uit de bedrijfstak bouwnijverheid afkomstig zijn, zijn relatief
gevoelig voor klimatologische omstandigheden. De relatief zachte winter was bij de hoge groeicijfers
dan ook een faktor van betekenis. In tegenstelling tot de andere bestedingscategorieen ligt de groei
van de gezinsconsumptie in 1988 (eerste acht maanden) onder het jaaraccres voor 1986 en 1987.
Bestedingen waar zich in 1988 belangrijke dalingen hebben voorgedaan zijn de auto-aankopen en het
gasverbruik. Groeicijfers voor de economie als geheel zijn beschikbaar voor de eerste twee kwartalen
van dit jaar. De volumetoename van het Bruto Binnenlands Produkt, een indicator voor de economische groei, bedroeg in het eerste halfjaar 3,1%; ook deze toename was duidelijk groter dan die voor
de voorgaande jaren. Bovengenoemde volume-ontwikkelingen gingen gepaard met relatief geringe
prijswijzigingen, waarbij evenwel een stijgende tendens is waar te nemen.
Dit blijkt uit gegevens die medio november beschikbaar waren. In de Focus wordt nader ingegaan op
de trends in de industriele produktie.
Produktie
Het volume van de industriele produktie was gemiddeld
over het derde kwartaal van 1988 en voor seizoeninvloeden
gecorrigeerd bijna 1% groter dan het gemiddelde van het
tweede kwartaal. De seizoengecorrigeerde cijfers voor de
afzonderlijke maanden van het derde kwartaal zijn samengenomen, omdat deze maandcijfers moeilijker te interpreteren zijn door verschuivingen in het vakantiepatroon. Vergeleken met hetzelfde kwartaal in 1987 lag het niveau van
de industriele produktie in het derde kwartaal bijna 4%
hoger. De groeicijfers over het eerste en tweede kwartaal
bedroegen respectievelijk 6% en 2%. Deze mutaties overtreffen ruimschoots de stijgingen in de hieraan voorafgaande twee jaren. Binnen de industriele bedrijfstak nam in het
derde kwartaal het produktievolume in de basismetaalindustrie, de rubber- en kunststofverwerkende Industrie, de
papier- en grafische Industrie en in de chemische Industrie
het meest toe. De produktie-ontwikkeling in de voedingsen genotmiddelenindustrie en de hout- en bouwmaterialenindustrie kwam in het derde kwartaal nagenoeg overeen met het industriele gemiddelde. De groeicijfers in de
textiel-, kleding- en lederindustrie, en in de metaalindustrie
(uitgezonderd de basismetaal) bleven achter bij dit gemiddelde. De produktie in de delfstoffenwinning lag in het derde kwartaal 4% boven het niveau van het overeenkomstige
kwartaal van 1987. De procentuele groei van de nijverheid
(excl. bouwnijverheid) week weinig af van het industriele
accres.
Volgens de resultaten van de conjunctuurtest steeg het
indexcijfer van de orderpositie in de Industrie in September
met drie punten naar een niveau van 111 (1984=100). De
stijging werd voornamelijk veroorzaakt door een toename
Investeringen: bedrijven (volume)
Produktie Industrie (volume – seizoengecorrigeerd]
Indexcijfers 1980 = 100
130-
IU . voorlschnjdei
IB! * maandcijfers
A/f^^/rj
115-
(Al
IA) • veortschrijdend 4-kwartaalsgemiddeld«
IB) – procentuele kxartaalmutatles
t a v voorgaand iaar
100851
85
’88
– A
I
N
D
1988
1096
J
F
M
A
M
J
J
A
S
O
N
D
J
F
H
A
M
J
J
A
S
O
I
IV
1
I
II
1
HI
19B6
IV
I
1
II
III
1987
1
IV
I
II
III
1988
1
Tabel 1. Kerngegevens recente ontwikkelingen in Nederland
Procentuele mutaties t.o.v. dezelfde periode het jaar daarvoor, tenzij anders aangegeven
198V85 1986
gemidd.
1987
1987
e
4 kw.
1988
e
Trend21
1988
e
1 kw.
2 kw.
-4
-24
6
0
-8
2
2
-2
e
3 kw.
aug.
juli
sept.
okt.
VOLUMEGEGEVENS
Pmduktie in de nijverheid
Nijverheid (excl. bouwnijverheid)
DeKstoffenwinning
Industrie
Voedings- en genotmiddelenindustrie
Textiel-, kleding- en lederindustrie
Papier- en grafische Industrie
Chemische industrie
Rubber- en kunststofverw. industrie
Hout- en bouwmaterialenindustrie
Basismetaalindustrie
Elektrotechnische industrie
Rest metaal- en overige industrie
Openbare nutsbedrijven
Bouwnijverheid: begonnen woningen
Buiten/andse handel Igoederenl
Invoer, totaal
Grondstoffen en halffabrikaten
Consumptiegoederen
Investeringsgoederen
Algemene goederen
Uttvoer, totaal
Onbewerkte agrarische produkten
Delfstoffen
Fabnkaten
Consumptieve bestedingen van gezinnen
Binnenlandse consumptie, totaal
Voedings- en genotmiddelen
Duurzame consumptiegoederen
Textiel, kleding, schoeisel e.d.
Huish. artikelen en woninginrichting
Transportmiddelen
Rest duurzame consumptiegoederen
Overige goederen en diensten
Huur, verwarming, verlichting en water
Rest overige goederen en diensten
2
1
2
1
1
1
7
7
-1
1
3
2
2
-5
5
5
2
10
3
0
-6
2
3
0
3
-2
7
4
-4
2
0
3
15
4
3
9
11
-10
4
4
4
-3
5
5
-15
5
1
3
0
0
_^
-1
2
7
4
-4
1
2
1
5
7
11
6
2
2
2
1
1
1
0
-3
3
6
4
1
2
-2
-2
2
-11
6
6
11
3
4
5
6
-1
5
2
5
1
0
-4
6
4
5
-2
4
-4
2
-1
-24
10
11
13
1
13
10
4
13
10
7
1
-3
1
5
14
4
8
2
7
12
11
8
3
4
1
10
21
-1
-2
12
4
-19
54
_1
1+
1
1
I++
1+
I++
I++
I++
I
1+
-1
1
5
13
13
12
13
17
9
0
-3
-3
16
-6
3
13
12
13
19
10
24
I++
I++
I++
1+
I-HI++
14
-24
14
-4
6
-9
4
2
17
8
3
24
I-H—— 1
I++
1
1
3
3
9
1
1
-2
1
2
-12
2
3
1
9
6
9
16
9
3
5
-11
17
. 6
7
10
-5
15
6
3
2
5
5
8
2
3
2
3
3
-7
4
1
2
3
-4
2
3
3
2
2
2
0
1
18
16
36
9
9
5
3,9
3,3
5,1
2,3
2,7
2,1
4
3
7
8
7
4
Investeringen in vaste activa
Bruto investeringen, totaal
Bedrijven
Overheid
2
3
-3
10
-9
3
4
-1
-7
Kwartaa/rekeningen
Bruto Binnenlands Produkt
Bruto Nationaal Produkt
Bruto Nationaal Inkomen
1.4
1,5
1.8
2,3
1,6
3,3
1,6
2,0
0,5
2.2
3,9
7
5
-2
4
4
4
1,9
0
-2
-2
-2
2
-13
4
1
2
1
O
2
1
1
1+
I++
—1
1+
2
1
I
1+
3
1
1++
I++
1+
|
I
‘
PRIJZEN
Producentenprijzen industrie, tot. afzet
Producentenprijzen industrie, verbruik
Ruilvoet, unit value (goederen)
Invoerprijzen, unit value
Uitvoerprijzen, unit value
Prijzen gezinsconsumptie (werknemers)
Regelingslonen particulier bedrijf
Regelingslonen overheid
Regelingslonen trendvolgers
Dollarkoers, contante notering
2,5
2,5
1
-12,0
0,2
3
3,5
3,0
-0,6
0,8
7
-2,3
-4,6
2
-17
-16
0.1
-3
-6
-9
-0.7
1,4
0,6
0,1
-26
0,4
1,4
0,7
-17
9
15
-17
-1
5
-15
84
108
2
-21,7
84
102
-15
3
100
-15
3
2
2
1
2
4
2
3,7
-0,6
3
-4
-2
-0,4
0,3
1.5
0,7
-15
-0,7
-2,0
4
-4
0
0,4
0,3
0,4
0,2
-9
0,1
-1,5
1
-2
-1
0,7
0,8
0,6
0,5
1,4
1,0
0
1
0
0,9
0,8
0
0
0.9
0,8
0,4
0,4
0,0
0,3
0
0,3
2
0.3
3
1
2
-17
7
-18
17
4
-15
-16
-3
5
1,1
1.0
0,3
-6
0,9
0.8
0,3
0,3
2
0,4
1,3
1,6
__
1
0,9
0,8
0,7
OVERIGE INDICATOREN
Consumentenvertrouwen1 ‘
Beurswaarde-index, algemeen
Uitgesproken faillissementen
(in %}
24
-7
Conjvnctuurtest Industrie
Bezettingsgraad
(in %)
Orderpositie
(1984=100)
Beoordeling orderontvangsten ‘ ‘ 11 (in %)
Beoordeling voorr. eindprodukten
(in %)
Arbeidsmarkt
Aantal banen van werknemers, totaal
Landbouw en visserij
Nijverheid (excl. bouwnijverheid)
Bouwnijverheid
Handel, horeca en vervoer
Overige dienstverlening
Geld en krediet
Spaartegoeden
Verstrekt consumptief krediet
Binnenlandse Itquiditeitenmassa
Geldhoeveelheid
Secundaire liquiditeiten
Officieel wisseldisconto
Daggeldmarktrente
Rendement op staatsobligaties
11
21
-13
6
0
0
3
-2
-6
1
4
2
4
3
2
3
3,8
0
8
4,7
13
7
(in %)
(in %)
(in %)
10
6,2
7,3
9,0
6
8
5
4,6
5.8
6,3
8
4
7
0
4,4
5,2
6,3
-7
-2
-13
-14
-1
1
-15
11
4
-17
-8
84
101
-9
4
85
102
-8
2
85
109
-6
2
1
1
1
3
3
1
2
7
2
6
0
2
3
2
1,8
6
4
6
1
4,1
4,9
6,5
0,6
3
-17
84
0
3
3
2
6
8
2
3,25
4,0
5,9
3,6
5,9
107
-5
3
1 08
-9
3
5
—1
-1
1
1
111
-4
1
1
1+
I
1+
1+
1
0,3
2
8
9
7
3,25
-19
3,9
5,0
6,3
0,8
-7
8
8
10
3,75
4,6
6,3
1
1+
1.4
5
I-HI++
1+
4.0
4,0
4,0
—1
5,0
5,3
6,4
6,2
5,1
6,0
—1
-1
Saldo van positieve en negatieve antwoorden in procenten van het totaal.
Trend: procentuele jaarmutatie van het meest recente voortschrijdend 12-maands (4-kwartaals) gemiddelde.
—I: kleiner dan -5%; -I: tussen -2% en -5%; I: tussen -2% en 2%; l+: tussen 2% en 5%; I++: groter dan 5%.
ESB 16-11-1988
1097
van exportorders. De index bereikte in September het
hoogste niveau vanaf januari 1984; gegevens van voor
1984, vergelijkbaar met de huidige index, zijn niet beschikbaar. Ook de antwoorden betreffende de beoordeling van
orderontvangsten en voorraden eindprodukt toonden in
September ten opzichte van augustus een verbetering.
In augustus werd met de bouw van ruim 9 100 woningen
begonnen. Dit aantal ligt 54% boven dat van augustus
1987. De betrekkelijk sterke daling in juli werd hiermee
ruimschoots gecompenseerd. In de eerste negen maanden
van 1988 is met de bouw van ruim 71 000 woningen begonnen, 15% meer dan in de overeenkomstige periode van
1987.
Buitenlandse goederenhandel
Het volume van de invoer van goederen was in augustus
13% groter dan in de overeenkomstige maand van 1987; het
uitvoervolume nam met 24% toe. Hoewel sterk fluctuerende groeicijfers op maandbasis met betrekking tot de buitenlandse handel niet uitzonderlijk zijn, zijn mutaties in deze
orde van grootle betrekkelijk zeldzaam. Een beter te interpreteren beeld ontstaat wanneer de groeicijfers over een
wat langere periode bezien worden. In de eerste acht maanden was het invoervolume ruim 8% groter dan in het overeenkomstige tijdvak van 1987. De groeicijfers van deonderscheiden invoercategorieen weken weinig van dit cijfer af,
al bleef de toename van de invoer van investeringsgoederen
(6%) iets achter. De uitvoer van goederen groeide in de
eerste acht maanden van 1988 eveneens met ruim 8%. De
export van onbewerkte agrarische produkten steeg sterker
dan het gemiddelde en wel met 12%. De uitvoer van delfstoffen lag in dit tijdvak 15% onder het exportniveau van de
overeenkomstige periode in 1987.
Consumptie
Het volume van de binnenlandse consumptie door gezinnen
was in augustus 2% groter dan in dezelfde maand van 1987.
Het consumptievolume van voedings- en genotmiddelen
lag nagenoeg op hetzelfde niveau als in augustus vorig jaar.
De uitgaven aan duurzame goederen evenals die aan
overige goederen en diensten stegen met 2%.
Gemeten aan de index van het consumentenvertrouwen is
het oordeel over de ontwikkeling van de economie in oktober ten opzichte van September nagenoeg gelijk gebleven.
Investeringen
Het volume van de totale bruto investeringen in vaste activa
was in het tweede kwartaal van dit jaar 9% groter dan in de
overeenkomstige periode van 1987. De toename in het
eerste kwartaal bedroeg 18%. Voor het eerste halfjaar van
1988 komt de groei van de investeringen hiermee uit op
13%. Dit cijfer ligt duidelijk hoger dan de groeicijfers van de
laatstejaren. Een belangrijkdeel van de totale investeringen
in vaste activa is afkomstig uit de produktie van de bouwnijverheid. Deze investeringen waren in het eerste halfjaar
van 1988 een kwart groter dan in de overeenkomstige
periode van vorig jaar. De groei van debedrijfsinvesteringen
was in het tweede kwartaal van dit jaar 9% en over het
eerste halfjaar 12%. De volumemutatie van de overheids-
investeringen in het tweede kwartaal beliep 5%; de groei in
het eerste halfjaar kwam uit op 18%.
Binnenlands produkt
Het volume van het Bruto Binnenlands Produkt (BBP) was in
het tweede kwartaal van dit jaar 2,3% groter dan in dezelfde
periode van 1987. In het eerste kwartaal bedroeg de groei
3,9%. Voor het eerste halfjaar van 1988 kwam de toename
van het BBP daarmee uit op 3,1%. Dit accres overtreft
duidelijk de groei van de laatste jaren. De groei van het
Bruto Nationaal Produkt (BNP) bedroeg over het eerste halfjaar 3,0% en die van het Bruto Nationaal Inkomen (BNI)
3,5%. De hogere groei van het BNI, vergeleken met die van
het BNP, is toe te schrijven aan een ruilvoetverbetering in
het goederen- en dienstenverkeer met het buitenland.
Prijzen
Het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie is tussen midden September en midden oktober niet gewijzigd. Ten opzichte van oktober 1987 zijn de consumptieprijzen met
0,7%gestegen. De invoerprijzen (unit value) lagen in augus-
tus op hetzelfde niveau als van augustus verleden jaar; de
uitvoerprijzen (unit value) stegen met 1%. De ruilvoet met
het betrekking tot de buitenlandse goederenhandel bleef
nagenoeg onveranderd. Het prijsindexcijfer van de totale
afzet van de Industrie is in September 1988 ten opzichte van
de overeenkomstige maand verleden jaar met 1,3% gestegen. De prijzen van grondstoffen en halffabrikaten die
doorde Industrie worden verbruikt lagen in September 1,6%
hoger dan in de overeenkomstige maand vorig jaar.
Beurswaarde-index
De beurswaarde-index algemeen, indicator voor het koersniveau op de Amsterdamse beurs, bereikte in oktober het
hoogste gemiddelde niveau van dit jaar. Ten opzichte van
September bedroeg de stijging ruim 2%.
Faillissementen
In het derde kwartaal werden 8% minder faillissementen
uitgesproken dan in hetzelfde kwartaal van vorig jaar. Deze
daling volgt op een lichte afneming in het eerste kwartaal (1%) en een duidelijke stijging in het tweede kwartaal (11 %).
Voor de eerste drie kwartalen van dit jaar samen is het aantal uitgesproken faillissementen ongeveer even groot als in
dezelfde periode van vorig jaar. In de periode 1983-1987
daalden de uitgesproken faillissementen fors, met jaarlijkse
dalingen van meer dan 10%.
Geld en krediet
In oktober en in de eerste helft van november is de koers
van de dollar gedaald. Begin oktober werd voor de dollar
nog fl. 2,10 betaald, op 11 november lag de koers van de
dollar onder de twee gulden. De dalende tendens van het
rendement op staatsobligaties, indicator voor de rente op
langere termijn, die in augustus inzette, heeft zich in September en oktober voortgezet.
Mutaties hebben betrekking op de overeenkomstige periode van het voorgaand jaar, tenzij anders vermeld.
Verbeterde cijfers worden niet als zodanig gekenmerkt.
Rente
In procenten (maandcijfersl
Bruto Binnenlands Produkt (volume)
Indexcijfers 19BO – 100
“”wi—————————————
Z
lA) = tfoortschnjdend i-kwartaalsgeaiddeldf
105————————————————————7-^-
100
95
-^
30 I
I
I
’78
I
I
I
I
I
1
1
IV
I
I
1
II
’88
1
III
1986
1098
I
’85
’80
1
II
I
1
II
III
1987
1
1
IV
I
1
11
III
19B8
1
1 ! 1 I!
1 1 1 1 1 1 1 1 1
1 1 I I II 1 1 1 1 1
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
N D J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S O N D J F H A M J J A S O
198E
1987
1986
1988
label 2.
Recente ontwikkelingen in het buitenland
198V85
gemidd.
Produktie nijverheid,
1987
1987
1988
4 e kw.
1986
1ekw.
Trend2′
1988
2 e kw.
juli
3″ kw.
aug.
sept.
okt.
% mutatie t.o.v. dezelfde periode het jaar daarvoor
excl. bouwnijv. (volume)
Bondsrepubliek Duitsland
3
-3
1
7
1+
3
4
4
8
7
3
12
1+
1+
6
10
6
5
4
4
-4
3
2
0
3
7
5
1
10
7
10
4
6
7
11
8
16
8
10
7
5
15
I++
I-HI++
3
3
3
0
8
18
9
1+
I++
2
2
1
3
0
2
1
1
2
3
0
2
2
3
4
1
0
4
6
3
8
6
10
2
2
2
2
2
2
0
2
1
3
3
2
0
-1
0
3
3
1
2
3
5
1
Verenigd Koninkrijk
Verenigde Staten
Japan
5
5
3
0
0
6
4
Europese Gemeenschap
Nederland
0
2
3
7
Frankrijk
Verenigd Koninkrijk
Italie
Verenigde Staten
Japan
Europese Gemeenschap
Buitenland (gewogen)’1
Nederland
4
3
1
3
4
4
3
4
6
3
5
4
4
3
7
4
I-H1+
1+
5
Bruto investeringen in
vaste activa (volume)
Bondsrepubliek Duitsland
Frankrijk
Italie
2
I++
1+
I-H-
Bron voor gegevens buitenland: Eurostat.
‘ I Het gemiddelde van de 6 belangrijkste exportlanden, gewogen met hun aandeel in de Nederlandse export in 1985.
2
‘ Trend: procentuele jaarmutatie van het meest recente voortschrijdend 12-maands (4-kwartaals) gemiddelde.
—I: kleiner dan -5%; -I: tussen -2% en -5%; I: tussen -2% en 2%; l+: tussen 2% en 5%; I-H-: groter dan 5%.
Focus: Trends in industriele produktie
De groei van de industriele produktie stagneerde rond
1980, na een lange periode van vrijwel voortdurende
volumestijgingen. Na 1983 herstelde de opwaartse trend
zich. Het voortschrijdend twaalf maandsgemiddelde van het
hoeveelheidsindexcijfer van de industriele produktie is
tussen het basisjaar 1980 en het meest recente tijdvak van
twaalf maanden (oktober 1987 – September 1988) opgelopen van 100 tot ruim 114 (grafiek 5A). Over de periode
oktober 1983 tot en met September 1984 was de groei het
sterkst. Gemiddeld lag de produktie toen 6% boven het
niveau van het tijdvak 12 maanden eerder. De groei isdaarna vrijwel voortdurend afgenomen tot eind 1987, toen nog
slechts een toename van 0,5% restte. In de loop van 1988
Hep de groei in een relatief hoog tempo op; in de periode van
twaalf maanden, die eindigt in September bedroeg de groei
bijna 3% (grafiek 5B).
Gemeten naar het aandeel in de toegevoegde waarde is de
totale metaalindustrie de grootste industriele bedrijfsklasse. Dit aandeel bedraagt ongeveer 40% van het totaal
van de Industrie. De groeipercentages van de metaalindusProduktietrends (volume)
trie bleven de laatste twee jaar steeds achter bij die van de
industrie als geheel. Vorig jaar waren de groeipercentages
zelfs bij voortduring negatief; na februari dit jaar is echter
een duidelijk herstel waarneembaar. De chemische industrie kende eind 1986 en begin 1987 negatieve groeicijfers.
Deze dalingen deden zich echter voor op een relatief hoog
produktieniveau. Het herstel in de loop van 1987 was echter
zo krachtig dat over 1987 als geheel het hoogste groeicijfer
van alle onderscheiden bedrijfsklassen werd gerealiseerd
(6%). In de loop van 1988 werden dalende groeivoeten
geregistreerd, zij het dat de groei die van het industrieel
gemiddelde nog te boven ging. De papier- en grafische industrie had voor de meest recente periode (oktober 1987 September 1988) van de onderscheiden bedrijfsklassen het
hoogste groeicijfer (7%), de textiel-, kleding- en lederindustrie het laagste (-2%). Voor deze laatste bedrijfsklasse
geldt dat het produktieniveau van 1980 in de acht daarop-
volgende jaren niet bereikt werd (zie grafiek 6A). Voor de
hout- en bouwmaterialenindustrie is dit, ondanks een gestage groei vanaf 1985, eveneens het geval.
Produktietrends (volume)
>i-tschrijdend 12-maandsgenirj
IdenrJ 12-maandsgeniddelde
icentitele jaar-nutatle van rie
jdarmutatie van het
irtschnjdenrt 12-naandsgemiO
1 1 .
1
I»
1
1
I II III IV I II III IV I 11 III IV
1982
1983
1984
ESB 16-11-1988
|
1
1
1
I II III IV I II III IV I II III IV I II III
1987
1985
1986
1988
1
1 1 1
IV I
1
1
1
II III IV I II III IV
1982
1983
! 1 1
I II III I»
1984
1
I
1
1
1
!
!
1
1
1
1
I II III IV I II III IV I II III IV I II III
1987
1986
19B5
1986
1099