Ga direct naar de content

Conjunctuurbericht; juli 1987

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: juli 22 1987

juli 1987

Conjunctuurbericht
Centraal bureau voor de statistiek

Samengesteld door de hoofdafdeling Nationale rekeningen

In mei was het produktievolume van de Industrie, voor seizoeninvloeden gecorrigeerd, nagenoeg even
groot als in april. Vergeleken met mei 1986 nam de industriele produktie licht toe (1%). Het produktievolume in de nijverheid (excl. bouwnijverheid) was 5% groter dan een jaar eerder. Worden de eerste
vijf maanden van dit jaar te zamen genomen, dan valt vooral de sterke groei in de chemische Industrie
op. In mei nam het importvolume met 4% toe ten opzichte van mei 1986, de uitvoer groeide
met 3%. Het vertrouwen van de consumenten in de ontwikkeling van de Nederlandse economie is in
juni verder gedaald. Sinds het eerste halfjaar van 1985 is het niveau van de indicator van het
consumentenvertrouwen niet meer zo laag geweest. Het volume van de bruto investeringen in vaste
activa was in het eerste kwartaal van dit jaar 11% groter dan een jaar eerder. Het bruto binnenlands
produkt is over dezelfde periode met 2,5% in volume gestegen. Het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie is tussen juni 1986 en juni 1987 met 0,8% gedaald. De afzetprijzen van de Industrie lagen
in mei 3,1% beneden het niveau van mei 1986. De in- en uitvoerprijzen (unit value) daalden over deze
periode met respectievelijk 6% en 11 %. Zowel bij de prijzen van de industriele afzet als die van de inen uitvoer tekent zich de laatste maanden een stabilisatie van het niveau af. Het aantal werknemers in
de industriele bedrijven met 10 of meer werknemers is in het eerste kwartaal met 1% toegenomen ten
opzichte van dezelfde periode van 1986. Vooral de chemische Industrie en de papier- en grafische
Industrie breidden hun personeelsbestand uit.
Dit blijkt uit gegevens die medio juli 1987 beschikbaar waren. In de Focus wordt nader ingegaan op de
uiteenlopende waarde- en volume-ontwikkeling bij de uitvoer van goederen.

Produktie
In mei was het produktievolume van de Industrie, voor seizoeninvloeden gecorrigeerd, nagenoeg even groot als in
april. De produktie in de nijverheid (exclusief bouwnijverheid) nam over deze periode met 2% toe.
Vergeleken met dezelfde maand van 1986 nam de industriele bedrijvigheid in mei met 1% toe. De produktiestijging
van de nijverheid (exclusief bouwnijverheid) was in mei duidelijker groter: 5% ten opzichte van dezelfde maand van
1986. Als gevolg van het relatief koude weer nam de produktie bij de openbare nutsbedrijven en vooral in de delfstoffenwinning sterk toe.
Worden de eerste vijf maanden van dit jaar vergeleken met
de overeenkomstige periode van 1986, dan blijkt het niveau
van de industriele produktie nagenoeg niet te zijn veranderd. De chemische Industrie kende over deze periode de

grootste stijging (8%). In alle vijf maanden lag de produktietoename in deze bedrijfsklasse boven het industriele gemiddelde. Hierbij wordt aangetekend dat in het eerste halfjaar van 1986 de produktiegroei in de chemie stagneerde.
In het tijdvak januari-mei 1987 werden verder produktiestijgingen gemeten bij de rubber- en kunststofverwerkende
Industrie (4%), de hout- en bouwmaterialenindustrie (3%)
en de papier- en grafische Industrie (1%). Produktiedalingen deden zich voor bij de voedings- en genotmiddelenindustrie (-1%), de textiel-, kleding- en lederindustrie
(-2%) en de metaalindustrie (-2%). Binnen deze laatste
groep hebben zich uiteenlopende ontwikkelingen voorgedaan. Zo werden lichte stijgingen geregistreerd bij de elektrotechnische Industrie (2%) en de basismetaal (1%),terwijl
de overige bedrijfsklassen binnen de metaalindustrie – met
name de transportmiddelenindustrie – een daling vertoon-

Produktie Industrie (volume – seizoengecorrigeerd)

Produktie Industrie en chemie (volume)

IntJexcljfers 1980 – 100
(A)

= voortscfirijdenrj 3-maandsgemiddeldf

IB)

J

A

S

0

N

D

J

F

M

A

M

J

J

A

S

O

N

O

J

F

M

A

M

J

-•PI
i ii in
1961

1
IV

I

II III IV
1962

I

II III IV 1 II III IV
1983
1964

1
I

II III

19 65

I
IV

I

1

II III IV I II
1987
19 86

den. Met produktieniveau van de delfstoffenwinning en de

zen) dit jaar met 5% zullen toenemen in vergelijking tot

openbare nutsbedrijven lag in de periode januari-mei dui-

1986. Voor volgend jaar wordt een daling van 12% voorzien.

delijk hoger dan in het overeenkomstige tijdvak van 1986

Met name de ondernemers in de chemische industrie verwachten voor dit jaar een sterke toename van hun investeringen. Een forse daling wordt voorzien in de aardolie-industrie. De ondernemers in de metaalindustrie gaan voor
het lopend jaar uit van een nagenoeg gelijk investeringsbedrag als in 1986.

(respectievelijk 3% en 6%). In de nijverheid (exclusief

bouwnijverheid) als geheel nam de produktie over deze
periode met 2% toe.
Volgens de resultaten van de conjunctuurtest in de Industrie over mei is de beoordeling van orderontvangst, orderpositie en voorraden eindprodukt nauwelijks gewijzigd ten

opzichte van april. Ook de index van de orderpositie veranderde niet.

Binnenlandse produkt
Het volume van het bruto binnenlands produkt was in het

Buitenlandse handel
In mei was het volume van zowel de invoer als de uitvoer van
goederen groter dan een jaar eerder. De import nam met 4%
toe, de uitvoer met 3%. Aan de invoerzijde steeg de import
van consumptiegoederen het meest (13%). De invoer van
grondstoffen en halffabrikaten kende een stijging gelijk aan
die van de totale invoer. De beide andere categorieen bleven
hierbij duidelijk achter: bij de investeringsgoederen was er
in het geheel geen stijging, bij de algemene goederen zelfs

tijdvak van 1986. Bij vergelijking met het eerste kwartaal van 1986 moet worden bedacht dat de produktie in dat
kwartaal op een relatief laag niveau lag. Het bruto nationaal
produkt nam met 3% toe, terwijl het bruto nationaal inko-

eerste kwartaal 2,5% groter dan in het overeenkomstige

men – als gevolg van een forse ruilvoetverslechtering – 1%

lager uitkwam dan in het eerste kwartaal van vorig jaar.
Prijzen
Het prijsindexcijfervan de gezinsconsumptie istussen mid-

een daling (-6%).
Bij de uitvoer deed zich de grootste volumestijging voor bij

juni 1986 namen de consumptieprijzen met 0,8% af. Prijs-

de delfstoffen (23%). De export van onbewerkte agrarische

dalingen werden over deze periode geregistreerd voor de

produkten nam met 7% toe. De uitvoer van fabrikaten lag

nagenoeg op hetzelfde niveau als in mei 1986. Nadat de in-

categorieen huur, verwarming en verlichting (-5,6%) en
voedingsmiddelen, dranken en tabak (-2,1%). Duurder

en uitvoerprijzen (unit value) gedurende ruim anderhalf jaar

werden verkeer en vervoer (+4,5%), medische verzorging

vrijwel doorlopend waren gedaald, hebben deze zich sinds
het begin van dit jaar gestabiliseerd. Vergeleken met de
overeenkomstige periode van vorig jaar werden de laatste
maanden weliswaar nog dalingen gemeten, maar deze
worden steeds kleiner. In mei daalden de invoerprijzen met
6% ten opzichte van mei 1986, terwijl gemiddeld over 1986
nog een prijsdaling van 17% werd gemeten. De uitvoerprij-

(+3,6%), overige goederen en diensten (+1,8%), ontwikkeling en ontspanning (+1,1%) en meubelen, huishoudelijke
apparaten e.d. (+1,0%).
Het prijsindexcijfer van de totale afzet van de industrie is

zen lagen in mei 11 % onder het niveau van dezelfde maand

van vorig jaar (1986 gemiddeld: -16%).
Consumentenvertrouwen
Het vertrouwen van de consumenten in de ontwikkeling van
de Nederlandse economie is in juni verder gedaald. Op de

vijf vragen waarop de indicator van het consumentenvertrouwen is gebaseerd, werden 4% meer negatieve dan positieve antwoorden gegeven. De laatste keerdat een duidelijk
negatief saldo werd gemeten, was in april 1985. Daarna
trad een sterke stijging op. Een top werd bereikt in mei 1986
(+13%). Vooral de vragen over de economische situatie
worden de laatste maanden negatiever beantwoord, maar
ook over de eigen financiele situatie wordt somberder

geoordeeld.
Investeringen
Het volume van de bruto investeringen in vaste activa was in

het eerste kwartaal van dit jaar 11 % groter dan een jaar eerder. De bedrijfsinvesteringen namen met 12% toe, terwijl
ook voor de investeringen door de overheid een lichte stijging werd gemeten (2%).
Uit de halfjaarlijkse CBS-enquete naar de ontwikkeling van
de investeringen komt naar voren dat de ondernemers in de

den mei en midden juni met 0,1% gedaald. Ten opzichte van

van mei 1986 op mei 1987 met 3,1% gedaald. Zowel debin-

nenlandse als de buitenlandse afzet daalde in prijs (-2,1%
resp. -4,1%). Net als bij de in- en uitvoerprijzen (unit value)

tekent zich ook bij de producentenprijzen de laatste maanden een stabilisatie van het prijsniveau af. Vergeleken met
januari van dit jaar lagen de afzetprijzen van de industrie

in mei nagenoeg op hetzelfde niveau.
Arbeidsmarkt
Het aantal werknemers in industriele bedrijven met 10 of
meer werknemers was aan het eind van het eerste kwartaal
1% groter dan op het overeenkomstige tijdstip van 1986. De
grootste stijging deed zich voor bij de papier- en grafische
industrie en de chemische industrie (beide 2%). Afgenomen werkgelegenheid werd gemeten bij de aardolieindustrie, de textiel-, kleding- en lederindustrie en hout- en

bouwmaterialenindustrie.
Geld en krediet
De rente veranderde in juni nauwelijks: de daggeldmarktrente bleef op een gemiddeld niveau van 5,2%; het rendement op staatsobligaties kende een lichte stijging en kwam
van 6,1% op 6,2%. In de eerste weken van juli steeg hetrendement verder tot 6,3%.

Industrie verwachten dat hun investeringen (in lopende prij-

Mutaties hebben betrekkrng op de overeenkomstige periode van het voorgaand jaar, tenzij anders vermeld.
Verbeterde cijfers worden niet als zodanig gekenmerkt.

Binnenlands Produkt en Nationaal Inkomen (volume)

Prijzen

(unit-value) in- en uitvoer

150-

125

in
19B5

690

IV . 1
i

II

III

1986

iv : I
!

II
1987

J

A

19B5

S

O

N

D

J
i

F

M

A

M

J

J

1986

A

S

O

N

D

Tabel 1. Kerngegevens recente ontwikkelingen in Nederland
Procentuele mutaties t.o.v. dezelfde peri ode het jaar daarvoor, tenzij anders aangegeven
1980/’8 4 1985
gemidd.

1986

1986

e

1987
e

e

e

Trend2′

1987

2 kw

3 kw

4 kw

1
-3
1

4
16
2

0

2

-6
2

8
0

5
27
-2

-27

0

4

-4

-9

-1

-2
6

-4
7

6
10

14

-4
3

_2
-2

11
-1

-2

1 kw.

mrt.

apr.

mei

juni

VOLUMEGEGEVENS

Produktie in de nijverheid
Nijverheid (excl. bouwnijverheid)
Delfstoffenwinning

0

Industrie

3

-4

9
2
2
3
3
2
3
1
-3
5
3
1

2

Voedings- en genotmiddelenindustrie
Textiel-, kleding- en lederindustrie
Papier- en grafische Industrie
Chemische Industrie
Rubber- en kunststofverw. Industrie
Hout- en bouwmaterialenindustrie
Basismetaalindustrie
Elektrotechnische Industrie
Rest metaal- en overige Industrie
Openbare nutsbedrijven
Bouwnijverheid: begonnen woningen

2

-3
0
7
7

-5

2
4
0

2
0

1
-4

2
2
-1

-3
4
-3
4

3
0
7

6

8

8
10

4
3
9
13
-9
4
5

-16

6

4
15

7
4
4
13
22

9

4
-4
2
2
5
18

-2
2
1

-10

0

1
-1
-7
0
1

9

4
-1
1
5
10
4
-2
5
-5

-4

2

1

5
27
1

+
++
+

_

5

+

5
34

7
-3

11
-11

2

7

7

2
10
12
-17
5

3

8
11

10
8
18
10
-3

I++
-13

I-M-

Buiten/andse handet (goederen)
1
1
-1

Invoer, totaal
Grondstoffen en halffabrikaten
Consumptiegoederen
Investermgsgoederen
Algemene goederen
Uttvoer, totaal
Onbewerkte agrarische produkten
Delfstoffen
Fabrikaten

4

-2
3
5
-8

-15

4

Consumptieve bestedingen van gezinnen
Binnenlandse consumptie, totaal

5
6
9
4

5

-1

2
1

2
2

3
2
1
8
2
1

7
-10

5
5
-13
6

5

6
9
4

12
33
-14
5
9
-17
7

2
1
4

6

-6
3

9
36
14

2

3

5
10

12

13

6
2

5
2

2

4
0

3
1

4
1

5
1

4
5
14
-4
7

8
10

11

-4

9
14
16
1

-2

-2

Huur, verwarmlng, verlichting en water
Rest overige goederen en diensten

1+
I++
I++
—— 1

13
0
-6
3
7
23
0

1
+

1.5
2,0

1,5
1,0
2,5

2.5
1,5
4,5

2,5
2,5
4,0

1,5
2,0
0,0

2,5
3,0
-1,0

4
4,9
6,5
1
6

-2
1,0
0,3
1
1

-8
-12,8

-6
-13,8

-23,8
5

-24,2
2

7

2
2,3

-7
-12,0
-21,6
2
-17
-16
0,2
1,4

-19
-15

-20
-18

0.4

-0,6

1,3
-0,3
0,0

1,3
1,6
0,2
-27

I++
—— 1
1+

2

-0,5
0,5
0,5

Overige goederen en diensten

1+

6
21

-2

12
5
11
-2

8
10
15
6
9

0
-3

Textiel, kleding, schoeisel e.d.
Huish. artikelen en woninginrichtmg
Transportmiddelen
Rest duurzame Consumptiegoederen

4
4

1
-2
0

3
1
5
2
5

-2
-1
-3
-2

Voedings- en genotmiddelen
Duurzame Consumptiegoederen

15

6
4
4

-1
-1
1
-2
-1
-5
-1
-36
-3

-4
-4
0
-5

0
1
0

3

3
7

6
6
7

2

3

1+
1
1+

0
6
7

1+
I++
I++
I++

8
1
1
1

2

11
13

11
12

2

1
1+
1

Investeringen in vaste activa

Bruto investeringen, totaal
Bedrijven

-2

Nijverheid
Exploitatie van woningen
Overige bedrijven
Overheid
Kwartaa/rekeningen
Bruto Binnenlands Produkt
Bruto Nationaal Produkt
Bruto Nationaal Inkomen

2,5

13

I++
I-H-

13

I++
I++
I++
-1

1+
1+
1

PRIJZEN
Producentenprijzen landbouw, tot. afzet
Producentenprijzen Industrie, tot. afzet
Producentenprijzen Industrie, verbruik
Ruilvoet. unit value (goederen)
Invoerprijzen, unit value
Uitvoerprijzen, unit value
Prijzen gezinsconsumptie (werknemers)
Regelingslonen particulier bedrijf
Regelingslonen overheid
Regelingslonen trendvolgers
Dollarkoers, contante notering

4,7
3,7
-0,6
1,4

1,3
-1,0
-0,1

13

4

18
5

-14

0,6
0,1
-26

-27

__

-9

-12,3
-21,5
-4
-17

-20
-0.2
1,1

1,8
0,2
-22

-7,1
-13,0
-5

-5,1
-9,6
-7

-3,6
-5.2

-3,1
-3,4

-4

-5

-13
-18
-1,2

-10
-16
-1,1

-6
-11
-1,1

——

0,7
1.2

0,7
1,2
0,3

-8
-12
-1,1
0,6
1,2
0,3

-19

-20

-20

0.3
-22

——
——

——

-0,8

0,5

1,2
0,3
-19

OVERIGE INDICATOREN

Consumentenvertrouwen ‘ >
Beurswaarde-index, algemeen

(in %)

Uitgesproken faillissementen

-4
26

9
15
-17

11
17

7

4

8

18
-9

13
-11

6
-6

3
8
-13

2
8
-15

0
10

-4
9

-23

-31

85

84

109
-12

108
-15
6

84
105
-16
5

84
103
-14

103
-14

5

5

102
-18
4

102
-20
4

1
-3

1

5
13
6
8
4
4.5
5,7
6,2

3
18
4

3
26
4

7
1
4.5
5,6

7
0
4,5
5,5
6,2

-15

I++
—— 1

Conjunctuurtest Industrie

Bezettingsgraad
(in %)
Orderpositie
(1984=100)
Beoordeling orderontvangsten ‘ >
(in °/o)
Beoordeling voorr. eindprodukten11 (in %)

85
105
-9
4

Arbeidsmarkt
Werkzame personen in de Industrie
Aantal werkloosheidsuitkeringen

-3

Geld en krediet
Spaartegoeden
Verstrekt consumptief krediet
Binnenlandse liquiditeitenmassa

_4

31
6

Geldhoeveelheid
Secundaire liquiditeiten
Officieel wisseldisconto
Daggeldmarktrente
Rendement op staatsobligaties

{in %)
(in %)
(in %)

8
6
11
6,9
8,1
9.6

84
108
-13
6

2
-2

1

1

1

-4

-5

-4

4

5
10

5
6
8

5
12

6
8

7
10
5.3

4
4,6

6,3
7,3

5,8
6,3

7

15
6
8
3
4,5
6,1

6
9
4
4,5
5,7

6,3

6,0

1
-1

I
-‘

6,1

Saldo van positieve en negatieve antwoorden in procenten van het totaal.
Trend: procentuele jaarmutatie van het meest recente voortschrijdend 12-maands (4-kwartaals) g
. jemiddelde.

—I: kleiner dan -5%; -I: tussen -2% en -5%; I: tussen -2% en 2%; l+: tussen 2% en 5%; I++: groter dan 5%.
en 5%;

8
4
7
0
4,5
5.2
6,1

4,5
5,2

4,5
5,2

6,1

6.2

1+
I++
I++
I++
l-t—— 1
—— 1
—— 1

Tabel 2.

Recente ontwikkelingen in het buitenland
1980/’84 1985

1987

1986

1986

gemidd.

e

2 kw.
Produktie nijverheid.

e

3 kw.

e

4 kw.

Trend2′

1987

e

1 kw.

mrt.

apr.

mei

juni

% mutatie t.o.v. dezelfde periode het jaar daarvoor

excl. bouwnijv. (volume)
Bondsrepubliek Duitsland
Belgie

0
0

6
2
1

0
1
-1

Frankrijk

Verenigd Koninkrijk
Italic

5
1

2
2
1
1
3

5
0
1
0
3

1
2
1
2
2

0
0
2
4

0
-2
1
2
1

3
-4
3
5
1

1
-1

1
-1

1
1

3
1

1
1
1
1
1+

1

1

-4 ‘
-2
0
3

1
1

Japan

3
4

4

1
0

1
-1

Europese Gemeenschap
Buitenland (gewogen)^
Nederland

0
0
0

3
4
3

2

3

2

2
1

2

1
1

4

0

1
0
2

3
2
5

-2

2
1

-4

5

4,3
7.6
10,5
7,5
14,9

2,2
4,9
5,8
6,1
9,2

-0,3
1,3
2,5
3,4
5,8

-0,2
1,3
2,4
2,8
6,1

-0,4
0,8

-0,5
1,1
3,2
3,9
4,3

-0,2
1,3
3,3
4,0
4,2

0,1

2.6
5,4

-1,0
0,7
2,1
3,4
4,4

1.4
3,5
4,2
4,3

0,2
1,7
3,4
4,1
4.2

6,0
2.9

3,6
2,2

1,9
0,6

1,6
,9

1,6
0,3

1,3
-0,2

2,2
-0,9

3,0
-0,5

0,1

6,1
2.3

3,6
0,2

3,5
0,4

3,3
-0,6

2,9
-0,2

3,0

3,1
-1,1

3,3
-1,1

Verenigde Staten

2

1
1

Prijzen consumptie
Bondsrepubliek Duitsland
Belgie
Frankrijk
Verenigd Koninkrijk
Italie
Verenigde Staten
Japan

Europese Gemeenschap
Nederland

9,7
4,7

2,1

-1,2

1
1
1+
H1+
|

3,6

-0,1

1

3,3
-1.1

1+
1

-0.8

Bron voor gegevens buitenland: Eurostat.
11
Het gemiddelde van de 6 belangrijkste exportlanden, gewogen met hun aandeel in de Nederlandse export in 1985.
21
Trend: procentuele jaarmutatie van het meest recente voortschrijdend 12-maands (4-kwartaals) gemiddelde.
—I: kleiner dan -5%;
-I: tussen -2% en -5%;
I: tussen -2% en 2%; l+: tussen 2% en 5%; I++: groter dan 5%.

Focus: Uitvoer van goederen
In 1985

werd voor een recordbedrag van 226 miljard gul-

den aan goederen uitgevoerd. In 1986 daalde de waarde
van de uitvoer met 13% tot 197 miljard. In de eerste vijf
maanden van dit jaar heeft deze tendens zich verder voortgezet: de uitvoerwaarde lag in deze periode 14% lager dan
in het overeenkomstige tijdvak van 1986 en 22% onder het
niveau van januari-mei 1985. Dergelijke waardedalingen
hebben zich sinds het begin van de jaren dertig niet meer

en prijsdalingen. Bij de agrarische produkten resulteerde
een waardedaling van 1% met een prijsdaling van 6%
in een volumetoename van 5%. Een qua richting vergelijk-

bare ontwikkeling heeft zich bij de fabrikaten voorgedaan.
De waarde verminderde met 18% en de prijs met 23%; het
volume groeide met 6%. Bij de uitvoer van delfstoffen (vnl.
aardgas) daalde de waarde met 69% en de prijzen met 61%;
het uitvoervolume van deze categoric daalde dan ook aan-

voorgedaan.

zienlijk (-21%).

De belangrijkste oorzaak van deze waardevermindering bij
de uitvoer is een sterk gedaald prijsniveau. Onder invloed
van de koersval van de dollar en de goedkopere aardolie lag
de gemiddelde exportprijs in de periode januari-mei van dit
jaar 24% lager dan in het overeenkomstige tijdvak van
1985. Omdat de prijsdaling van de uitvoer de waardedaling
overtrof, nam het volume over deze periode toe; en wel met

Fabrikaten
De fabrikaten vormen veruit de belangrijkste uitvoercategorie. Over de eerste vijf maanden van dit jaar bedroeg het
aandeel van de fabrikaten in de totale exportwaarde ruim
85%. Grafiek 6 toont de waarde- en volumemutaties ten

3%.

Een vergelijking van de eerste vijf maanden van dit jaar met
het overeenkomstige tijdvak van het topjaar 1985 toont
voor elk van de onderscheiden uitvoercategorieen waarde

opzichte van januari-mei 1985, uitgesplitst naar een aantal

produktgroepen. Hoewel voor bijna alle onderscheiden
groepen een waardedaling werd geregistreerd, nam het uitvoervolume over deze periode zonder uitzondering toe.

Uitvoer, totaal

Uitvoer van fabrikaten

In miljarden guldens

Procentuele mutaties Jan.-mei 1967 t.o.v. jan.-mei 1985

100

.____

iiisiisiiiisii

V volume
^ waarde
( ) aandeel in totale uitvoerwaarde fabrikaten jan.-mei 1987

-18
•-II ————

Fabrikaten, totaal

•——

Voedings-,genotmidd. (20,
Textiel.kleding

1

•-

)

-V

-59

Aardolieprodukten

I or&ewerkte agrarische
Jorodukten

692

in

jan.-mei 198?
-upe”de prijzen
p f | delfstoffen
l|
fli
ilp

jan.-mei 19B7
in prijzen var
jan.-mei 1995
[
I fabrikaten en
|__J overige goederen

——T

Chemische produkten
jan.-mei 1985
in looende prijzen

{ 9) •—7/) •-// ———
(25)
)

——V

Metaalprodukten

(33))

Overige fabriKaten

( 8)
)

•———

-V
•——