Ga direct naar de content

Ceteris paribus: “Fipronil is een bedrijfsrisico”

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 21 2017

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft eind juli een grote groep bedrijven met pluimvee stilgelegd vanwege het gebruik van fipronil als bloedluisbestrijder. In opdracht van het Ministerie van Economische Zaken (EZ) heeft Peter van Horne samen met Harold van de Meulen en Arjan Wisman van Wageningen Economic Research de gevolgen van de fipronilaffaire voor de pluimveesector in kaart gebracht.

Peter van Horne

Drukke zomer gehad?

“Ik was net een dag terug van vakantie toen EZ belde met de vraag of wij de kosten van de fipronilaffaire konden doorrekenen. Binnen een week was een eerste indicatie nodig. Hoewel we geprobeerd hebben voor zowel pluimveehouders, supermarkten als eierhandelaren de effecten in kaart te brengen, was alleen voor pluimveehouders een schatting mogelijk. Dit komt neer op 35 miljoen euro. Het is jammer dat kranten deze schatting van de directe schade voor de pluimveehouders vermelden als de totale schade voor de gehele sector.”

De pluimveehouder heeft de keuze tussen vroegtijdig doden of ruien. Welke maatregel is economisch gezien voordeliger?

“Uit onze doorrekening blijkt dat ruien goedkoper is dan vroegtijdig doden. Je hebt bij ruien echter niet de garantie dat je van de fipronilbesmetting af bent. Als je dan alsnog de kippen vroegtijdig moet doden, is dat veel duurder. Deze risicofactor hebben we niet kunnen meenemen omdat er geen betrouwbare data beschikbaar zijn; het is wereldwijd nog nooit voorgekomen dat dieren op zo’n jonge leeftijd geruid moeten worden. Ook hier zijn we dus terughoudend in het vermelden van de economisch meest voordelige maatregel.”

Is het terecht dat de overheid pluimveehouders niet compenseert?

“De pluimveehouders zijn met een onbetrouwbare partner in zee gegaan en hebben hiermee een bedrijfsrisico genomen. Ik zie niet in waarom de overheid voor dit soort calamiteiten een schadevergoeding zou moeten uitkeren. Daar staat wel tegenover dat de producten van ChickFriend een wondermiddel leken: het product is ongeveer drie keer zo goedkoop en werkt vier keer zo lang als andere producten op de markt. Het is niet zo verrassend dat de ene na de andere pluimveehouder overstag gegaan is. Pluimveehouders wisten echter niet dat het middel fipronil bevatte.”

Wat is het effect op de pluimveehouders die de producten van ChickFriend niet gebruikt hebben?

“Deze groep, ongeveer tachtig procent van de pluimveehouders, profiteert op korte termijn van de fipronilaffaire. Het totale aanbod loopt namelijk terug, terwijl de totale vraag vrijwel helemaal hersteld is. De eierprijzen zijn hierdoor met meer dan 20 procent gestegen.

Op langere termijn wordt echter iedereen slechter van de fipronilaffaire, omdat er een productiepiek zal ontstaan zodra de pluimveehouders die hun kippen vroegtijdig gedood of geruid hebben de eiermarkt weer betreden. Bovendien zal de buitenlandse vraag achterblijven door de opgelopen imagoschade. Hierdoor komen we terecht in een langdurig prijzendal, waarbij nieuwe afzetmarkten gevonden moeten worden voor Nederlandse eieren.”

Wat betekent de fipronilaffaire voor het toezicht op de sector?

“Ik verwacht dat de overheid consequenter gaat controleren door middel van steekproeven. Momenteel hebben pluimveehouders hun eigen controlesysteem en houdt de overheid slechts in de gaten of de pluimveehouders hun eigen systeem handhaven. Mogelijk zal de overheid het heft meer in eigen handen moeten nemen.”

Auteur