Ga direct naar de content

Ceteris paribus

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: januari 22 2014

.

ESB Ceteris paribus

Ceteris paribus
het woord aan…
Janneke Plantenga
Janneke Plantenga is hoogleraar aan de Universiteit Utrecht.
ESB stelde haar een aantal vragen.
Waar houdt u zich op het moment mee bezig?

“Mijn onderzoek concentreert zich vooral op instituties rond de arbeidsmarkt; zo houd ik me bezig met sociale zekerheid, kinderopvang
en flexibele arbeidstijden. Kinderopvang is een buitengewoon belangrijke institutie, omdat het de arbeidsparticipatie van ouders aanzienlijk
vereenvoudigt. In Nederland kennen we sinds 2005 een systeem van
vraagfinanciering. Dat heeft grote gevolgen gehad voor het aanbod
van kinderopvangplaatsen, maar de gevolgen voor de kwaliteit zijn onduidelijk. Oorspronkelijk was de veronderstelling dat ouders sterk op

Uit de oude ESB-doos
Kinderopvang (nog) geen basisvoorziening

Met de introductie van de WK heeft de kinderopvangsector eindelijk een zelfstandig financieel, bestuurlijk en wettelijk kader. Als
zodanig is de wet toe te juichen. Helaas betekent de introductie van
de Wet Kinderopvang per 1 januari 2005 geen einde aan de hoge
kosten van kinderopvang, vooral voor hogere inkomens. Het feit dat
het hier hoge inkomens betreft maakt deze uitkomst politiek gezien
waarschijnlijk minder gevoelig. Vanuit een economisch perspectief
moet echter worden betwijfeld of de WK met de grote verschillen in
de kinderopvangrekening tussen de lage (kleine) en hoge huishoudinkomens wel de juiste prikkels plaatst. Immers, juist mannen en
vrouwen met de hoge verdiencapaciteit zouden actief moeten zijn
op de arbeidsmarkt en in dit voornemen niet moeten worden gefrustreerd door een hoge kinderopvangrekening. In dat opzicht blijft de
WK – ondanks moderne trekjes als vraagsturing en marktwerking ook heel behoudend. Voor de hogere inkomens is kinderopvang nog
lang geen basisvoorziening.

kwaliteit zullen sturen en als echte consumenten op zoek gaan
naar de optimale prijs-kwaliteit-verhouding. In de praktijk blijkt
dat niet te werken – ouders hebben weinig zicht op kwaliteit en
kiezen voor een kinderdagverblijf in de buurt. Dus vraagfinanciering leidt niet direct tot hogere kwaliteit. De volgende vraag
is dan: hoe gaan kinderopvangaanbieders om met onderlinge
concurrentie en wat betekent dat voor kwaliteit?â€
Hoe meten jullie de invloed van concurrentie op de aangeboden kwaliteit
van de kinderopvang?

“Wij werken samen met pedagogen en hebben via dat samenwerkingsverband gegevens over de kwaliteit van kinderdagverblijven. Vervolgens hebben we uitgerekend hoeveel concurrenten het kinderdagverblijf heeft binnen een straal van drie kilometer. Uit de analyses blijkt
dat concurrentie een licht positief effect heeft op de aangeboden kwaliteit. Wij denken dat kinderdagverblijven elkaar binnen een bepaald
gebied monitoren en in die zin met elkaar concurreren. Kwaliteitsverbetering vindt dus plaats door competitie aan de aanbodzijde. Maar
hierbij is het cruciaal dat deze markt, ondanks de privatisering, sterk
gereguleerd is. Een ‘levelling down’ in strikte zin is dus niet mogelijk
vanwege de minimumkwaliteitseisen. In deze specifieke setting noopt
concurrentie tot het aanbieden van een zo goed mogelijk product.â€
Wat betekent dit voor het beleid ten aanzien van kinderdagverblijven?

“Uit metingen blijkt dat de kwaliteit van Nederlandse kinderdagverblijven tussen 1995 en 2009 voortdurend gedaald is; sinds 2005 is er
sprake van vraagfinanciering. Onze analyse geeft aan dat concurrentie an sich niet verantwoordelijk is voor de kwaliteitsdaling. Het lijkt
waarschijnlijker dat juist het gebrek aan concurrentie in deze periode
– omdat de vraag naar het product enorm was – heeft geleid tot een
daling van de kwaliteit. Er moest tegen de klippen op geproduceerd
worden. Het is dus voor de beleidsmaker relevant om te weten dat
concurrentie in een goed gereguleerde markt tot kwaliteitsverbetering
kan leiden.â€

Plantenga, J., Y. Wever, B. Rijkers en P. de Haan (2005) Arbeidsmarktparticipatie
en de kosten van kinderopvang. ESB, 90(4455), 115–117.

64

Bedankt, en succes met uw onderzoek.

De auteur heeft verklaard dit artikel alleen te publiceren in ESB en niet elders
te publiceren in wat voor medium dan ook. Het is wel toegestaan om het artikel voor eigen gebruik
en voor publicatie op een intranet van de werkgever van de auteur aan te wenden.

Jaargang 99 (4677) 24 januari 2014

Auteur