Makkelijker scheiden: beter huwelijk
Aute ur(s ):
Reitsma, A.M. (auteur)
Ve rs che ne n in:
ESB, 85e jaargang, nr. 4244, pagina 149, 25 februari 2000 (datum)
Rubrie k :
Van de redactie
Tre fw oord(e n):
In Egypte kunnen islamitische vrouwen sinds drie weken snel van hun man scheiden. Tot nu toe was dit recht voorbehouden aan
mannen, die zonder motivatie en zonder hun vrouw op de hoogte te stellen, altijd van haar konden scheiden. Vrouwen konden slechts
scheiden wanneer zij aannemelijk konden maken dat zij door hun man fysiek of mentaal ernstig werden mishandeld. Een
scheidingszaak duurde vaak tien jaar.
De nieuwe wetgeving, omkleedt het recht echter met één voorwaarde: de vrouw moet afstand doen van al haar financiële claims op de
man 1. Wat verandert de wet?
Vooral minder rijke vrouwen zijn financieel min of meer in het huwelijk gevangen. De mogelijkheden van vrouwen om na verbreking van
het huwelijk op een andere manier inkomen te verwerven, zijn beperkt. De rol van de vrouw beperkt zich in Egypte nog voornamelijk tot
het baren en opvoeden van kinderen. De vrouw mag niet bijdragen aan de kosten van het levensonderhoud van het gezin, zelfs al is ze
schatrijk. Ze bouwt dus gedurende het huwelijk geen perspectief op de arbeidsmarkt op. Zo zij zich vóór het huwelijk al op die markt
bewoog, verslechteren haar perspectieven door achteruitgang van haar menselijk kapitaal. Ook buiten de arbeidsmarkt is dat het geval:
haar vermogen om kinderen te baren neemt af en aldus wordt zij ook voor andere huwelijkspartners minder aantrekkelijk. Zonder
financiële claim blijft ze dus net zo gevangen in het huwelijk als vóór de nieuwe wetgeving: deze verandert op het oog niets. (Om uit de
huwelijksval te blijven en de onderhandelingspositie op peil te houden bestaat in Nederland en andere westerse landen, de
alimentatieplicht).
Toch is er een ratio voor afwezigheid van de financiële claim. Deze wordt gevormd door de bruidsschat. De Egyptische man die een
vrouw wil trouwen, moet haar voorzien van een bruidsschat, een gouden ring en een ingericht appartement. Hij moet vaak lang werken
voor hij deze rijkdommen bijeen heeft gebracht. Hij pleegt als het ware een investering vooraf.
In de oude wetgeving was het niet toestaan van scheiding door de vrouw, de enige mogelijkheid om de opbrengst van die investering
(gebondenheid, aanzien en kinderen, waarbij de laatsten ook toekomstig inkomen vertegenwoordigen) te garanderen. Omdat de
bruidsschat in bezit van de vrouw bleef (ook als de man wilde scheiden; de vrouw ontving als het ware de alimentatie vooraf) bestond
zonder die waarborg een gevaar dat de vrouw alleen trouwde om de bruidsschat binnen te halen en dan weer zou scheiden. Vooral jonge
mannen konden dan niet zomaar een andere bruidsschat bij elkaar werken en hadden op korte termijn geen perspectief op een andere
opbrengst.
Nu scheiden in de nieuwe wet wel is toegestaan is een ander mechanisme nodig om de opbrengst zeker te stellen: het afzien van een
claim op de bijeengebrachte investering. Zonder die regel zou zonder twijfel een lagere bruidsschat resulteren of een verminderd aantal
huwelijken. Door de regel in de nieuwe wet verandert er echter ook voor de man op het oog niets.
Toch levert de wet wel een paar verschuivingen op. De uitkomst lijkt deze:
Door het enkele feit dat de vrouw wel mág scheiden, zal dit in een deel van de gevallen toch gebeuren, met name als het huwelijk slecht
uitpakt. Omdat de negatieve uitwassen daardoor beperkt kunnen worden, zal de waarde van een slecht huwelijk iets minder laag komen te
liggen. Paradoxaal genoeg zal de waarde van een goed huwelijk voor de vrouw iets minder hoog komen te liggen. Door de gestegen
scheidingskans daalt de verwachte opbrengst van de man namelijk nog steeds. Hij behoudt na scheiding door de vrouw weliswaar zijn
tot stand gebrachte kapitaal, maar de netto waarde daarvan vermindert omdat hij zoekkosten moet maken om hiermee opnieuw een vrouw
aan zich te binden. Daarbij vermindert de kans dat hij met zijn vrouw daadwerkelijk kinderen krijgt, omdat zij bij voorkeur in de beginjaren
van het huwelijk moet scheiden, wanneer haar eigen perspectieven buiten het huwelijk nog gunstiger zijn. De lagere verwachte
opbrengst resulteert in een lagere investering en daarmee in een kleiner huis en een kleinere bruidsschat.
Maar deze uitkomst van iets minder laag gewaardeerde slechte huwelijken en lager gewaardeerde goede huwelijken, resulteert alléén
wanneer mannen geen enkele informatie hebben over de scheidingskans. De man heeft echter wel enige informatie, en wel op basis van
zijn eigen gedrag. De kans dat de vrouw van hem scheidt zal namelijk vooral groot zijn voor mannen die neiging hebben zich niet als
goed huwelijkspartner te gedragen, door bijvoorbeeld hun vrouw te mishandelen. Mannen die dit van zichzelf weten zullen op grond van
de voor hun te verwachten lagere huwelijksopbrengsten ook minder investeren. Voor vrouwen die nog voor de keus van een partner
staan, worden zij daarmee echter ook minder aantrekkelijk. Er is door de wetgeving als het ware een kans op ‘signalling’ gecreëerd die het
aantal huwelijken met ‘slechte’ mannen kan doen dalen. Naar analogie zal de kans op goede huwelijken juist stijgen. Nu resulteert opeens
een betere uitkomst: het aantal huwelijken dat slecht is vermindert, en de resterende huwelijken nemen in kwaliteit toe. Zo leidt
makkelijker scheiden tot een gemiddeld beter huwelijk
1 Het persbericht is afkomstig uit NRC Handelsblad, 28 januari 2000.
Copyright © 2000 – 2003 Economisch Statistische Berichten ( www.economie.nl)