Ga direct naar de content

De opkomst van de ‘corporate bond’

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 13 1998

De opkomst van de ‘corporate bond’
Aute ur(s ):
Helden, M. van (auteur)
Huisman, R. (auteur)
Schw eitzer, M. (auteur)
LIFE, Universiteit Maastricht.
Ve rs che ne n in:
ESB, 83e jaargang, nr. 4152, pagina 407, 15 mei 1998 (datum)
Rubrie k :
Monitor
Tre fw oord(e n):
financiële, markten

“Beleggers stillen hun honger met junkbonds”, kopte Het Financieele Dagblad van 25 september 1997. Deze uitspraak is
kenmerkend voor de recente ontwikkelingen op de financiële markten in Europa. Steeds meer bedrijven geven obligaties uit om de
onderneming te financieren en beleggers zien het steeds meer als een nieuwe beleggingscategorie.
Het grote voorbeeld ligt aan de overkant van de oceaan. In de Verenigde Staten is de ontwikkeling van de markt voor
ondernemingsobligaties sinds het begin van de jaren tachtig in een stroomversnelling gekomen. De obligaties werden vaak gebruikt om
overnames te financieren. Bedrijven die door hun lage kredietwaardigheid niet rechtstreeks bij banken konden lenen, konden op deze
manier betrekkelijk snel en eenvoudig kapitaal aantrekken. Ondanks het feit dat er zo nu en dan een bedrijf failliet gaat en de hoofdsom
niet meer wordt terugbetaald, werd er in 1996 in de Verenigde Staten voor maar liefst $ 105 mrd aan nieuwe corporate bonds uitgegeven.
Voor de beoordeling van het hogere rendement worden overheidsobligaties altijd als benchmark gebruikt. Het verschil tussen het
rendement op overheidsobligaties en corporate bonds is de hoogte van de premie die beleggers voor het hogere risico vragen. Voor een
belegger is het essentieel om een goed beeld te krijgen van het kredietrisico dat een bepaalde lening met zich meebrengt. Veel beleggers
gebruiken hiervoor de ‘ratings’ van kredietbeoordelaars. Deze instellingen gebruiken financiële ratio’s, marktvooruitzichten en contacten
met het management team om tot deze rating te komen.
De markt in Europa is veel minder ontwikkeld. Een groot gedeelte van de bedrijven trekt vreemd vermogen aan via de onderhandse markt.
Dit betekent dat er op de markt weinig informatie voorhanden is en dat er dus ook zelden ‘ratings’ worden afgegeven. Om een beeld van
de Europese markt te krijgen hebben wij de EC Bonds database opgezet. In deze databank bevinden zich maandelijkse gegevens vanaf
januari 1990.
Nederland
In Nederland steeg tussen januari 1990 en oktober 1997 de omvang van ondernemingsobligaties ten opzichte van de staatsschuld van
8% naar 35% (figuur 1). Dit kwam aan de ene kant door het aantal uitstaande obligaties maar ook door de steeds grotere leningen. We
onderscheiden drie sectoren: industriële ondernemingen, financiële instellingen en hypotheekbanken. Kijken we naar de
marktkapitalisatie van de drie categorieën (figuur 2), dan blijken de financiële ondernemingen met een aandeel van 85% het grootst te
zijn.

Figuur 1. Ondernemingsobligaties als % van de staatsschuld

Figuur 2. Procentuele verdeling van de corporate bond sector
Het onderscheid tussen de categorieën is belangrijk, omdat de premies die betaald worden sterk verschillen. Financiële bedrijven zijn
weinig risicovol en betalen daarom maar een kleine premie boven op de overheidsobligaties. De industriële bedrijven zijn vaak riscovoller
en laten dan ook een veel grotere ‘spread’ zien.
Uit figuur 3 blijkt dat beleggers een verschillend rendement krijgen op obligaties van de verschillende categorieën. Gemiddeld genomen
ligt het beloofde rendement (‘yield to maturity’) van corporate bonds dertig basispunten hoger dan dat van staatsobligaties. Dit geeft het
hogere kredietrisico van de corporate bond-sector weer. Er is dus inderdaad sprake van een positieve relatie tussen het a priori vereiste
rendement en het gelopen risico; onze veronderstelling dat de industriële ondernemingen het meest risicovol zijn blijkt te kloppen.

Figuur 3. De rente-termijn structuur
De klasse met leningen met een looptijd van tien jaar of meer vertoont echter een vreemd beeld. Dit komt omdat er veel minder van
dergelijke obligaties verhandeld worden en dus kan een enkele obligatie daar een enorm effect hebben.
De vraag blijft natuurlijk hoe de markt zich zal ontwikkelen en of de verdere groei zo explosief zal zijn als in de Verenigde Staten. Met de
komst van de euro en de Europese eenwording verwachten wij echter dat de ontwikkeling van de Europese obligatiemarkten in een
stroomversnelling zal komen. Er ligt dus een mooie toekomst voor de markt van corporate bonds in het verschiet.

Copyright © 1998 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteur