Ga direct naar de content

Wijze lessen uit het noorden

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: april 7 2006

EU-monitor

Wijze lessen uit het noorden
S. Akerboom
Deze rubriek wordt periodiek verzorgd door het ministerie van
Financiën.
s.c.akerboom@minfin.nl

Een van de grootste economische uitdagingen in de EU is
verhoging van de groei van de arbeidsproductiviteit. Een
aantal noordelijke EU-lidstaten zijn een voorbeeld.

T

abel 1 laat zien dat de groei van de arbeidsproductiviteit in
een aantal noordelijke EU-lidstaten (Denemarken, Zweden
en Finland) sinds halverwege de jaren negentig ruim boven die
van Nederland ligt (ministerie van Financiën, 2005).
In termen van niveau van de arbeidsproductiviteit behoort
Nederland nog steeds tot de wereldtop. De goede prestatie van
de noordelijke lidstaten is gedeeltelijk terug te voeren op ‘catching-up’. De achterblijvende groei in Nederland kan verder verklaard worden door de specifieke sectorstructuur en de relatief
sterke werkgelegenheidsgroei in Nederland.
Recent onderzoek van de Europese Centrale Bank
(Annenkov & Madaschi, 2005) laat zien dat de toepassing van
informatie- en communicatietechnologie een belangrijke verklaring is voor de hoge arbeidsproductiviteitsgroei in de noordelijke lidstaten.
Finland en in mindere mate Zweden hebben geprofiteerd
van de sterk aanwezige ict-producerende industrie in die landen
(respectievelijk Nokia en Ericsson en aanverwante bedrijven).
Kapitaalverdieping, zowel via investeringen in ict als overige
investeringen, was de belangrijkste motor voor de Deense
arbeidsproductiviteitsgroei. Maar vooral de efficiëntiewinst in
de ict-gebruikende sectoren (totale factorproductiviteit ofwel
tfp) in Finland, Zweden en Denemarken leverden een grotere
bijdrage aan de groei van de arbeidsproductiviteit dan in de
drie grootste Europese landen. Uit eerder CPB-onderzoek
(2001) voor Nederland blijkt dat een aanzienlijk deel van de
arbeidsproductiviteitsgroei te verklaren is uit tfp-groei door ictgebruik. Maar profiteert Nederland wel optimaal van de mogelijkheden of laat ons land kansen liggen?
Een studie van de Economist Intelligence Unit (2004) suggereert dat Nederland niet onderdoet voor de rest van Europa op
ict-gebied, maar wel achterblijft bij de Scandinavische landen.
De onderzoekers maken een onderscheid naar de kwaliteit van
‘harde’ infrastructuur voor ict,  en zachte infrastructuur ofwel
‘ict-enablers’. De eerste categorie omvat de fysieke infrastructuur, maar ook de kwaliteit van internetverbindingen, de ontwikkeling van e-business en e-commerce en internetpenetratie.
Onder de enablers vallen bijvoorbeeld concurrentie op de ictmarkt, vaardigheden van de beroepsbevolking en de kwaliteit
van ict-ondersteunende diensten.

Tabel 2. Ranglijst kwaliteit harde infrastructuur en enablers voor ICT

 

ict-infrastructuur

 

ict-enablers

1.

Verenigde Staten

1.

2.

Zweden

2.

Denemarken
Verenigd Koninkrijk

3.

Denemarken

3.

Australië

4.

Singapore

4.

Zweden

5.

Noorwegen

5.

Hong Kong

6.

Zwitserland

6.

Canada

7.

Hong Kong

7.

Finland

8.

Nederland

8.

Noorwegen

9.

Canada

9.

Verenigde Staten

10.

Finland

20.

Nederland

Bron: Economist Intelligence Unit.

Wat betreft ict-enablers scoort Nederland weliswaar bovengemiddeld op het gebied van levenslang leren in Europees perspectief, maar blijft achter bij Zweden, Finland en Denemarken.
Ook wat opleidingsniveau betreft zijn in Nederland verbeteringen
mogelijk: het percentage hoogopgeleiden is aanzienlijk lager dan
in de noordelijke lidstaten en het percentage jongeren zonder
startkwalificatie voor de arbeidsmarkt is zorgwekkend. Verder is
er mogelijk winst te behalen door het wegnemen van barrières
voor het opstarten van jonge innovatieve bedrijven. Zo is risicokapitaal in Zweden, Denemarken en Finland ruimer voorradig
dan in Nederland. Ter verbetering van de samenwerking tussen
universiteiten en bedrijfsleven verdient het Finse Nokia-model
aandacht. Samenwerking tussen universiteiten en bedrijfsleven
zorgt voor snellere toepassing van onderzoek in producten, waardoor de opgedane kennis meteen toegevoegde waarde oplevert.
De aanpak van vroegtijdig schoolverlaten en het bevorderen van hoger onderwijs hebben in Nederland reeds een hoge
prioriteit. Verder gaat een positief effect uit van maatregelen ter
verbetering van het ondernemingsklimaat, flexibilisering van de
arbeidsmarkt, meer concurrentie en de reductie van administratieve lasten. Effecten op de groei van de arbeidsproductiviteit zijn
echter pas op termijn zichtbaar. n
Steef Akerboom

Literatuur
CPB (2001) Sectorale arbeidsproductiviteit op middellange termijn. Den Haag.
Annenkov, A. & C. Madaschi (2005) Labour productivity in the Nordic EUcountries: a comparative overview and explanatory factors 1980-2004, ECB,
Occasional Paper series no. 39. Frankfurt.
Economist Intelligence Unit (2004) Reaping the benefits of ICT. Londen.
Ministerie van Financiën (2005) Lessen uit de Nordics. Den Haag.

Tabel 1. Groei van de arbeidsproductiviteit (per uur) (in procenten)

 

Nederland

Zweden

Finland

Denemarken

Eurogebied

VS

gemiddelde groei
(1995-2004)

0,6

2,4

2,3

1,3

1,4

2,5

Bron: OESO-database arbeidsproductiviteit.

ESB  7-4-2006

165

Auteur

Categorieën