VS aanjager van Europese economie
Aute ur(s ):
DNB (auteur)
Deze rub riek wordt maandelijks samengesteld door Bouke Buitenkamp, Maarten van Rooij en Ad Stokman van de Nederlandsche Bank.
Ve rs che ne n in:
ESB, 87e jaargang, nr. 4351, pagina 215, 15 maart 2002 (datum)
Rubrie k :
DNB-indicator
Tre fw oord(e n):
conjunctuur
De (veer)krachtige Amerikaanse economie is vaak de aanjager van economisch herstel in Europa gebleken. De voortekenen voor
Europa lijken daarom gunstig.
In 2001 kwam er een einde aan ruim tien jaar hoogconjunctuur in de Verenigde Staten. De Europese economie bleef in die periode
ruim achter bij het Amerikaanse groeitempo. Terugblikkend blijkt al veel langer sprake te zijn van Amerikaans economisch
overwicht. Dit kan ondermeer worden opgemaakt uit een vergelijking van de trendmatige economische groei vanaf begin jaren zestig,
waarvoor in figuur 1 de vierjaarsvoortschrijdende groei van het reële bbp is genomen in de beide regio’s. Alleen in de tweede helft van
de jaren zestig bleef de trendmatige groei in de VS duidelijk achter bij die in Europa.
Figuur 1. Groei volume bbp in de VS en de EU, vierjaars voortschrijdend gemiddelde
Werkgelegenheidscreatie
De groei van de arbeidsproductiviteit bleef daarentegen in de VS tot eind jaren zeventig ruim achter bij die in Europa. Pas in de tweede
helft van het afgelopen decennium trad hierin een ommekeer op en ligt inmiddels de arbeidsproductiviteitsstijging in de VS ruim boven
die in Europa. De economische groei is in de VS dan ook veel sterker dan in Europa gepaard gegaan met werkgelegenheidscreatie. Dit
gecombineerd met de grotere flexibiliteit van de Amerikaanse arbeidsmarkt heeft er toe bijgedragen dat de werkloosheidvoet daar een min
of meer stationair beloop heeft gekend. Daar tegenover stond een structureel oplopende werkloosheid in Europa. Met uitzondering van
de ‘gouden’ Europese jaren zestig heeft de Amerikaanse economie op veel fronten vrijwel onafgebroken beter gepresteerd.
Ook in Nederland is de groei lange tijd achtergebleven bij de Amerikaanse. Wel presteerde de Nederlandse economie vanaf eind jaren
tachtig aanzienlijk beter dan de Europese. Afgemeten aan de forse daling van de werkloosheid in Nederland kan zelfs gesproken worden
van onmiskenbaar Amerikaanse trekken, maar kon ook Nederland zich niet meten met de spectaculaire Amerikaanse productiviteitsgroei
uit de recentere jaren. Nederland blijft op dat vlak zelfs achter bij Europa.
VS motor voor Europa
De betekenis van de VS voor de wereldeconomie en Europa komt naar voren bij beschouwing van de groeicycli. figuur 1 laat zien dat de
groeigolven in Europa in de afgelopen vijfentwintig jaar naijlden op die in de VS. Een haperende Amerikaanse motor vertaalde zich in een
in snelheid minderende Europese ‘auto’. En omgekeerd stond een op toeren komende Amerikaanse motor aan de wieg van een
economische opleving in Europa. Opvallend daarbij is dat een aantrekken van de Amerikaanse economie zich niet alleen eerder voltrekt,
maar ook in een hogere versnelling.
Tegen deze achtergrond zijn de eerste tekenen van een zich herstellende Amerikaanse economie goed nieuws voor Europa. De reële bbpgroei in de VS over het vierde kwartaal van vorig jaar viel erg mee, 0,3 procent ten opzichte van het vierde kwartaal van 2000, terwijl ook
de consumentenbestedingen tot en met januari geen zwakte vertoonden. Volgens de jongste DNB-groeiïndicator voor de VS zou de
groei van het bbp-volume kunnen versnellen van één procent in het eerste kwartaal tot 2,25 procent en 3,25 procent in respectievelijk het
tweede en derde kwartaal.
Voor Nederland zijn volgens de DNB-conjunctuurindicator de perspectieven voor de korte termijn vooralsnog minder rooskleurig (figuur
2). Tot en met juli vertoont de indicator namelijk nog steeds een dalende tendens. Wel duiden de hieronder begrepen verder
vooruitlopende financiële deelindicatoren op enig herstel later in dit jaar. Vertaald naar groeicijfers zou voor de eerste helft van dit jaar
een zwakke bbp-groei in het verschiet liggen van 0,5 procent ten opzichte van de eerste twee kwartalen van 2001, maar zou de groei in het
derde kwartaal kunnen aantrekken tot 2,25 procent.
Figuur 2. DNB-conjunctuurindicator
Copyright © 2002 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)