Het rommelt in de sociale psychologie. Recente replicatieprojecten laten zien dat een deel van het onderzoek in het vakgebied niet repliceerbaar is. De consequenties daarvan beginnen langzaam door te dringen binnen de gevestigde orde, zoals twee spraakmakende gebeurtenissen deze week lieten zien.
De eerste opschudding werd veroorzaakt door Susan Fiske, een vooraanstaand psycholoog aan Princeton University en redacteur van het toptijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences. In een essay haalt ze fel uit naar online criticasters op wetenschappelijke publicaties in haar vakgebied. Ze hekelt de agressieve toon die op sociale media wordt aangeslagen, en verwerpt het “methodologisch terrorisme” van de critici. Vooraanstaande wetenschapsbloggers zoals Andrew Gelman en Uri Simonsohn waren uiteraard niet te spreken over Fiske’s aanval. In een bedachtzaam antwoord benadrukt Simonsohn dat een respectvolle toon belangrijker is dan het medium waarin de kritiek wordt gepubliceerd.
Fiske gaat mijn inziens voorbij aan het feit dat online commentatoren een diverse groep zijn. Er zijn natuurlijk impulsieve schreeuwers op sociale media, maar die worden door weinig mensen serieus genomen. De nerds die in hun vrije tijd teststatistieken narekenen zijn daarentegen een aanwinst voor de professie, en verdienen aandacht. Een constructieve en respectvolle toon van beide kanten helpt om die twee soorten kritiek van elkaar te onderscheiden, een ongedifferentieerde terminologie van “methodologische terrorisme” doet juist het tegenovergestelde.
Net toen iedereen weer een beetje gekalmeerd was, zorgde Dana Carney voor nieuwe onrust. De professor aan Berkeley University liet in een verklaring op haar website weten dat ze niet meer gelooft in de resultaten van haar studies over power posing, het idee dat het tijdelijk innemen van een assertieve lichaamshouding leidt tot meer testosteron en meer bereidheid tot het nemen van risico. Ze gaf zelfs toe dat ze dubieuze statistische methoden had gebruikt om het de resultaten sterker voor te doen dan ze waren.
De verklaring van Carney verdient bewondering voor haar openheid: Het is niet makkelijk om toe te geven dat je fouten gemaakt hebt, zeker als het gaat om “onethische” onderzoeksmethoden. Daarnaast heeft ze actief meegewerkt aan de publicatie van replicatieonderzoeken, waardoor haar werk toch enig inzicht oplevert in hoe de wereld (niet) werkt. Het is interessant om te zien hoe haar co-auteur Amy Cuddy zal reageren, wiens Ted Talk over powerposing met 36 miljoen keer bekeken is, en wiens website op het moment van schrijven (27 september 2016, 14:00) suggereert dat power posing ook voor paarden werkt.
Het debat over bestaande onderzoekspraktijken zal de komende tijd waarschijnlijk alleen maar intensiveren, nu het in de gangen van topuniversiteiten in Princeton en Berkeley is geëxplodeerd. Als alle deelnemers daarbij de constructieve toon van Simonsohn combineren met de openheid van Carney, zal het vakgebied er ongetwijfeld sterker uitkomen.
Auteur
Categorieën