Ga direct naar de content

Lonen stijgen, maar raming voorlopig niet gehaald

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 23 2018

■ Joyce van der Staaij (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid)

De loonontwikkeling staat in Nederland volop in de belangstelling. In juni 2017 berichtte het CPB dat de lonen achter­blijven terwijl alle signalen op groen staan: de geraamde loonontwikkeling van twee procent zou te beperkt zijn voor de stand van de conjunctuur en arbeidsmarkt. Een paar maanden later stelde het CPB, in de Macro Economische Verkenning 2018, dat het einde van de zwakke loonontwikkeling ook echt in zicht komt. Om deze stelling te beoordelen, vergelijk ik de ramingen van het CPB met de afgesproken loon­stijgingen in 2018 in de reeds afgesloten cao’s in de marktsector.

Daarbij maak ik gebruik van het overzicht van het Ministerie van ­Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waarin aan het eind van elk kwartaal de ­contractloonstijging in de reeds afgesloten cao’s is opgenomen. Voor de cao-lonen in 2018 wordt de contractloonstijging berekend op basis van een steekproef van 99 cao’s in totaal, waarvan 75 marktcao’s.

In de loop van 2017 is voor steeds meer werknemers in de steekproef een cao afgesloten (figuur), inmiddels is dit het geval voor ruim twee derde van de werknemers in de marktsector (in de steekproef). Daarnaast blijkt dat de gemiddelde contractloonstijging in de al afgesloten cao’s voor 2018 is opgelopen van 1,77 procent naar 1,93 procent, maar nog onder de geraamde 2 procent blijft.

De loonstijging neemt in 2018 verder toe, ten opzichte van de 1,6 ­procent loonstijging in de markt in 2017, en in meer recent afgesloten cao’s blijkt de loonstijging gemiddeld steeds groter. Maar, om op de in december 2017 geraamde 2,2 procent uit te komen, is een contractloonstijging van 2,7 procent in de nog af te sluiten cao’s noodzakelijk. Gezien de beperkte oploop van de gemiddelde contractloonstijging in de tot nu toe afgesloten cao’s, is dit een uitdaging.

Auteur