Ga direct naar de content

L.H. Klaassen 1920-1992

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: januari 28 1993

LH. Klaassen 1920-1992
Op 24 december 1992 is prof.dr. Leo Klaassen, oud
president-directeur van het Nederlands Economisch
Instituut en emeritus-hoogleraar regionaal- en sociaal-economisch onderzoek aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam, overleden.
Leo Klaassen werd in 1920 geboren in Rotterdam.
Hij trad in 1945 als jong onderzoeker in dienst bij het
Nederlands Economisch Instituut. Na enige jaren
werd hij hoofd van de afdeling onderzoek en vervolgens directeur. Toen prof.dr. Jan Tinbergen in 1968
terugtrad als voorzitter van de NEI-directie, volgde
Leo Klaassen hem op. Onder zijn inspirerende leiding
breidde het NEI zich sterk uit. Hij stimuleerde het
onderzoekswerk op nieuwe terreinen als regionale
en stedelijke ontwikkeling, transport, arbeidsmarkt
en milieu en heeft verschillende generaties van onderzoekers en onderzoeksmanagers gevormd.
De Erasmus Universiteit Rotterdam, voorheen Nederlandse Economische Hogeschool, nam een belangrijke plaats in de wetenschappelijke loopbaan van
Leo Klaassen in. Aan deze onderwijsinstelling studeerde hij economic, promoveerde hij en was hij van
I960 tot 1985 buitengewoon hoogleraar regionaal- en
sociaal-economisch onderzoek. Hij was de oprichter
van de ruimtelijk-economische afstudeerrichting aan
de economische faculteit en heeft vele generaties studenten opgeleid en promovendi begeleid.
In het werk van Klaassen heeft steeds de regionale en stedelijke ontwikkeling centraal gestaan. Hij is
een van de grondleggers van dit vakgebied. Tientallen boeken en honderden artikelen, nota’s en rapporten zijn er op dit terrein van zijn hand verschenen. Veel Internationale aandacht kregen vooral de
boeken die hij als adviseur voor de OESO in de jaren zestig schreef over de ontwikkeling van regio’s.
Dat zelfde gold voor zijn bijdragen aan de congressen van de Regional Science Association, waarvan
hij in 1976 voorzitter is geweest.
Tijdens zijn lange carriere groeide hij uit tot een
van de Nederlandse topeconomen en tot een internationale autoriteit op zijn vakgebied. Hij was daarbij
zeer veelzijdig. Zijn belang als econoom wordt door
vier kenmerken getypeerd: probleemgerichtheid,
deskundigheid, inventiviteit, en beleidsrelevantie.
Maatschappelijke problemen als tekorten aan voorzieningen in nieuwe woonwijken, verkeerscongestie
in stedelijke agglomeraties, verstoringen van het regionale evenwicht door technologische veranderingen,
werden door Leo Klaassen vaak vroegtijdig gesignaleerd. Vanuit een maatschappelijke bewogenheid probeerde hij bij te dragen aan de oplossing ervan.
Klaassen begon zijn werk steeds met een kwantitatieve beschrijving. Hij wilde ook begrijpen waar het
probleem vandaan kwam, dus bracht hij de belangrijkste onderdelen van het systeem in kaart. Naarrnate
zijn carriere vorderde kon hij daarbij steeds meer met
vrucht gebruik maken van zijn brede ervaring. Breed
in internationaal opzicht; hij heeft gewerkt in ontwik-

ESB 27-1-1993

kelde landen, derde-wereldlanden
en landen met een centraal geleide
economic. Breed ook in de zin van
onderwerpen: bedrijfsvestiging, arbeidsmigratie, transport, alle onderdelen van het regionale systeem
kende hij door en door.
Klaassen wilde vervolgens de
omvang van de invloed van de ene
factor op de andere kennen. Hij ontwikkelde daartoe operationele modellen, zoals voor winkelgedrag,
telefonische communicatie, woonwerkverkeer enzovoort. Hij richtte
zijn inventiviteit bij de bouw van
deze modellen op het bereiken van
een doelgericht resultaat. Hij zorgde
L.H. Klaassen
er voor dat zijn modellen theoretisch goed onderbouwd waren, maar was er niet op uit om fundamentele bijdragen aan de theorievorming te leveren.
Ten slotte heeft Leo Klaassen altijd veel aandacht
besteed aan het vertalen van de uitkomsten van zijn
werk in termen van beleid. Eerst door aan te geven
op welke ontwikkelingen dit beleid het beste kon
aangrijpen, vervolgens ook door instrumenten van
beleid op hun effectiviteit te evalueren. Hij had de
gave om de resultaten van zijn werk ook op heldere
en toegankelijke wijze over te brengen.
ESB was voor hem belangrijk als forum om zijn,
in de onderzoekspraktijk gevormde, ideeen voor te
leggen aan een breed publiek van ge’interesseerden.
Zo uitte hij in ESB voor het eerst zijn ideeen over stedelijke en regionale ontwikkeling, maar ook over onderwerpen als verkeer, ontwikkelingssamenwerking,
welvaart, werkgelegenheid, milieu en energie.
Het werk van Leo Klaassen heeft nationale en internationale erkenning gekregen. Daarvan getuigen
de vele hoge onderscheidingen, eerbewijzen en ereburgerschappen die hem zijn toegekend. De erkenning blijkt verder uit de eredoctoraten, die hem zijn
verleend door de universiteiten van Gdansk, Lodz,
Poznan en Gent. De drie Poolse universiteiten hebben met eredoctoraten niet alleen zijn wetenschappelijke verdiensten willen bekronen, maar ook blijk willen geven van hun waardering voor zijn bijzondere
inzet voor de uitwisseling van onderzoekers tussen
Oost- en West-Europa. In de tijd van de koude oorlog was een verblijf op het NEI voor vele Oosteuropeanen de enige manier om contact te houden met
hun vakgenoten in het Westen.
Leo Klaassen heeft zijn diverse functies op markante en inspirerende wijze inhoud en vorm gegeven. Zowel het NEI als ESB hebben in ruime mate
de vruchten van zijn werk mogen plukken. Zij zijn
hem daar zeer erkentelijk voor.
RedactieESB
Directie NEI

Auteurs