Ga direct naar de content

Jrg. 23, editie 1181

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 17 1938

17 AUGUSTUS 1938

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economi*sch

Statistische

Beric
~
hten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL: NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

23E JAARGANO

WOENSDAG 17 AUGUSTUS 1938

No. 1181

COMMISSIE VAN REDACTIE:

GELD

, KAPITAAL

EN WISSELMARKT.

Redactie-adres: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam-West.
Aangeteekende stukken. Bijkantoor Ruigeplaatua’.g.

Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties voorpagina
f
0,50 per regel. Andere pagi-

na’s
f
0,40 per regel.
Plaatsing
bij
abonnement volgens

tarief. Administratie van abonnementen en advertenties:

Nijgh d van Pitaiar N.V., Uitgevers, Rotterdam, Am-

sterdam, ‘s-Gravenhage. Postchè qua- en 9iro-rekening.

No. 145192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in

Nederland
f
16,—. Abonnenients
prijs Economisch-Statis-

tisch Maandbericht
f5,—
per jaar. Beide organen samen

f
20,— per jaar. Buitenland en Koloniën resp.

f
6,— en
f
23,— per jaar. Losse nummers 50 cent. Dona-

1
teurs en laden van het Nederlandsch Economisch Instituut

ontvangen het weekblad en het Maandbericht jratis en

genieten een reductie op de verdere publicaties.

INHOUD:

BIz.

Toenemende sclieepvaartzorgen door
C. J. P. Zaalberg
614

De druk op het Pond Sterling door C.
A. Klaasse….
615

Internatiunale besprekingen over openbare werkenpoli-

tiek door
J.
Meijer …………………………
617

I3UITENLANDS6HE MEDEWERKING:

Italiaansche scheepvaartpiannen door
A. Giordano
618

AANTEEKENINGEN:

Het goudembargo opgeheen ………………..621

De rijstpolitiek van het Nederlandsch-Indische

G
ouvernement… ……………………….. 621

IIAANDOIJFERS:

Gecombineerde Maandstaat der vier Nederlandsche

G
rootbanken …………………………..821

Emissies in Juli 1938 ………………………622

O
NTVANGEN BOEKEN …………………………
623

Statistieken:

Indexcijfers van Groothandeisprijzen – ………………….. 623
Geldkoersen-Wisselkoersen-Bankstaten …………….623, 624

De onrust op de wisselmarkten is in de afge1oopen week
al niet veel geringer gewoi-den. Integendeel, de Dollar

zette zijn
olw’aa.rtsohe
beweging ten opzichte van alle

andere valuta’s onafgebroken voort, zoodait hij ten opzichte

van deii
Gulden mrnentecl
niet
minder dan 1.83% no-

•teei-t. Eenzelfde lot, en mogelijk in nog sterkere inajte,
onderging heit Pond Stei-1ing, heitweik 01) het oogenblik
niet eens meer ver van de lang omstreden oude goud-
paniteit van 4.86% verwijderd is.
Belangrijk voor ons land speciaal, was echter het feit,
dat in de afgeloopen week gedemonstreerd werd, dat het
Ned. E4galisartiefolids niet van zins bleek den Gulden de
volle depreoiatie van het Pond Sterling ten opciahte van
den Dollar te laten nIceriLaken. Toen het Pond Sterling
irier althans daalde beneden den koers waarop het Egali-
sajtiefonds tot voorheen steeds steun pladht ‘te verleenen,
on’thie,ld het zich val) initerventies en kwam eerst op
8.94% in dc markt. Gezien het fraetioneele verschil waar-
•bij het Fonds voorheen en thans steun verleent aan het
Pond Sterling, zou men geneigd zijn te eoncludeeren, dat
nien nih ten opaioh’te van de uiteindelijk ‘te volgen poli-
d.tiek toch nog geen al te vaste richtlijnen heeft gesteld.
De algemeene valuta-‘vrees

met uitzondering dan

waanshijnlijk voor den Dollar

kwam ditmaal sterker

dan ooit naar voren in de prijzen, welke op dc goedmarkt
werden besteed. Baar goud ‘trok aan ‘tot
f
2.055 per kg,

4ierwijl Sovereigus en Eagles op resp.
f
15.84 en
f
3.28

werden verhandeld, aldus een groote marge latende ten
opzichte van de pariteit van het gouden ‘tientje, hetwelk
niet veel jhooger kwam dan
f
12.70. Men zou overigens

o’njuiist oordeelen, indien men meende, dat deze prijsstij-
ging onder meer een reflex ware van een grooten goud-
honger hier te lande. Hiervan is geen sprake en men
kan dan ook veilig aannemen, dat het overgroote deel

‘van
de hier op de markt verhandelde munten voor Fran-

sche i-ekeniing wordt aangekocht.
Daar de saldi van particulieren bij De Nederlandsehe
”Baiik vrijwel geen verniinderig te z’in geven, zou men
geneigd zijn .hiruit te concludeei-an, dat voor
zoover deze
01) rekening van Fraasch tegoed hier te lande moeten
wordn gesteld, dcce thans nieit ,voor den evonigemelden
goudaankoop zijn aangewend, doch dat blijkbaar met
steeds opnieuw gesc-hapea G’uldensa1di het aangekochte
goud werd betaald.
Het is dan ook geen wonder, dat het Fransche Ega.1i-
satiefonds, ‘teneinde de daling ‘van den Franc eenigermaite
in handen. te houden en niet beneden het critiscjhe punt
‘van Frs. 178.90 in het Pond Sterling te doen dalen, groo-
te hoeveelheden goud in de vuurlinie heeft moeten bren-
gen. De aan de Fransehe banken gegeven opdracht om
zich zoo’veel mogelijk van termijn-affaires ‘te onthouden,
veroorzaakte natuurlijk een vergrooting van het disagio


op termijn, zoodat 3-maands Francs momenteel op 11-20
• cent worden verhandeld. Zal men in staat blijken, zon-
der deniecenreglementeering de.ce situatie nog lang in
de hand ‘te houden?
Op de beleggingsmarkt viel de groote vraag hier ter beurze op van 3 pOt. obI. Nederla.nd 1896-1905 voor
Fra.nsdhe rekening, tengevolge waarvan de koers
opliep

,tot 116 pOt.

P.
Lief
tinck; N. J. Polak; J. Tinbergen; F. de Vries en

H. M. H. A. van der Valk (Redacteur-Secretaris).

M. F. J. Cool

Adjunct-secretaris.

614

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1938

TOENEMENDE SCHEEPVA ARTZORGEN.

Na de himmelhoch jauchzende stemming van 1937,

clie de ondernemingshist der reders zo verheugend

deed opleven, is in de gehele scheepvaartwereld on-
verwacht snel de katzenjammer gevolgd en voor dat

gejammer zijn maar al te goede redenen aanwezig.

Deze zijn niet alleen te zoeken in cle snelle daling

van de vrachtindexen bij’ stijgende bedrijfskosten,
maar ook en nog meer in verschijnselen, die meer
blijvende gevolgen kunnen hebben.

Vooral in het Britse parlement wordt in toene-

mende mate gewezen op het ernstige gevaar, dat dreigt

van cle zijde der in nog sterker mate in autarkie hun

heil zoekende landen, die Engeland v66r zijn, met

scheepvaartsubsidies en vlagbevoorrechti.ng, waarvan

de grenzen nog niet te zien schijnen te zijn.

Wat reeds lang in de vakbladen tot de dagelijkse’

lectuur behoorde, dringt daar nu ook door tot de

niet overgevoelige oren van de Regering en het moet

ons niet verworideren, wanneer dit binnen korte tijd

tot maatregelen voert, die voor onze zeescheepvaart’
de moeilijkheden bedenkelijk vergroten zullen.

Economische of nautisch-commerciële overwegin-
gen spreken niet meer mee in de landen, die alle

andere behoeften laten overstemmen door de bewa-

peningswedloop. Tot de oorlogsvborbereiding behoort
op een der voorste plaatsen een zodanige uitbreiding

van de koopvaardijvloot, dat het land in geval van

oorlog beschikken kan over snelle moderne schepen,

die als hulpkruiser en voor .troepenvervoer (Kraft-

durch-Freude-schepen!) kunnen dienst doen en over

vrachtschepen, die de aanvoer van granen, wapens,
steenkolen, olie, ertsen, euz. zullen waarborgen.
Ondanks ledige schatkisten worden tientallen mii-

lioenen guldens subsidie beschikbaar gesteld voor bouw,

en exploitatie van schepen, die voor de tegenwoordige vervoersbehoefte volslagen overtollig zijn. Het Lager-,
huislid Lloyd becijfert het totaal aan scheepvaart-‘
subsidies voor dit jaar op £ 84.000.000.

Tegelijk doet de autarkie die vervoersbehoeften in-
1

krimpen. Wanneer de Eskimo’s citroenen gaan plan-
1

ten en de Hottentotten gloeilampen ‘gaan maken
worden
zij
beiden armer en zullen de schepen geen
zuidvruchten meer naar het Noorden en geen gloeij
lampen meer naar het Zuiden vervoeren. In de wer-kelijkheid gaat het helaas niet alleen om zuidvruch
ten en gloeilampen, maar om volumineuzer waren
die niet langer gehaald worden, waar ze het beste en
het goedkoopst zijn, doch die men nu in het land van
verbruik duurder en slechter maakt uit overwegin
gen van oorlogsvoorbereidiag, werkverruiming of
devisenbesparing. ‘

Naast deze voorlopig blijvende kwade neigingen
wordt in 1938 de scheepvaart getroffen door de ab!

normale verdeling van de graanoogst, hierin bestaan
de, dat Europa een ongewoon grote en Argentinië
een ongekend kleine tarweoogst heeft. Een half mil
j

lioen ton scheepsruimte wacht op graanlading in de
La Plata rivier, een groot deel reeds maandenlang.

Dit vormt naast de enorme verliezen door het stilj
liggen dezer volbemandè schepen niet alleen een be-
dreiging voor het voor deze vaart overeengekomeiá

vrachtenschena, doch veroorzaakt elders een over-
maat van aanbod van scheepsruimte. Even treurig is het
gesteld met het houttransport uit de Witte en Oost-
zee, welk vervoer dit jaar lang op zich laat wachten..
Het opliggen van vrachtschepen vertoont zich dan

ook overal weer in toenemende mate. Als maatgevend
kunnen we cle Engelse cijfers wël aminhalen, omdat,

die betrekking hebben op de grootste vloot ed be-
trouwbaar zijn. Alleen in
Engelse havens
lag de vol-
gende Britse tonnage) op:

30 Juni 1937.

….
44
schepen ……
56.542 ton netto
1 Jan. 1938.

….
75

……..

95.377″
30 Juni 1938.

….
159

……..
245.299
2
)

“) Exclusief in
‘vreemde havens op lading wachtende.
2)
444.045 B.R.T.

Deze direct voelbare bron van verliezen is een

aansporing geweest tot het ontwerpen van een inter-

nationale overeenkomst voor een vergoeding aan op-
gelegde schepen in cle geest van de Schierwaterover-
eenkomst voor tankschepen. Ernstiger is de onge-

rustheid over de verdere toekomst.
De klaagliederen in het Lagerhuis zijn zo droef en zo menigvuldig en zo gegrond, dat het niet moet bc-

vreemden, als de Regering daaraan binnenkort gehoor
verleent. Een herleving van de subsidiëring van de

trampvaa’rt is dan ook allerminst onwaarschijnlijk.

Tekenend is ook, dat de Minister van Vervoer naar
aanleiding van klachten over het transport van

cementen buizen voor een vliegveld met drie Neder-

landse kustvaartuigen heeft toegezegd, dat in den

vervolge in contracten, waarin zijn Departement

partij is, zal worden voorgeschreven, dat het vervoer

zoveel mogelijk met Britse schepen moet plaats hebben.
Een zo o3enlijk streven naar vlagbevoorrechting

lag tot dusverre weinig in de aard der Engelse reders
(al tone.n die van de kustvaart reeds enige jaren een

bizondere virtuositeit in het betogen dat de Neder-
landse motorcoasters geweerd behoorden te worden)

en is in Nederland vrijwel ondenkbaar, evenals trou-

wens in de Skandinavische landen. De Verenigde

Staten en Frankrijk, die als zeevaarders geen gelijke

concurrentie aankunnen, passen die handicap reeds

lang toe, o.a. voor het vervoer tussen eigen (en kolo-
niale) havens. in stijgende mate zien we dit onspor-

tieve optreden veld winnen. Ruslahd concentreert
alle in- en uitvoer zoveel mogelijk op schepen onder

eigen vlag. In 1936 werd niets uit Engeland onder
Britse vlag in Rusland ingevoerd ‘en van de uitvoer

van Rusland naar Engeland vervoerden Britse sche-

pen 9.2 pOt. Japan is al een heel eind op streek met
het onder eigen vlag brengen van alle lading tussen

Japan enerzijds, Australië en Brits-Indië aderzijds.

Duitsiand heeft tal van motieven voor het protegeren
van, eigen havens’ en eigen schepen. Op de kortge

leden te Düsseldorf gehouden Havendag heeft Staats-
secretaris Koenigs daaraan duidelijke woorden ge-
wijd, die voor onze havens en onze rederijen de voor-

uitzichten niet verbeteren. Die houding is in schril

contrast met de stemmingen en gedragingen in

‘Nederland, ofschoon in ons zeevarend land zowel de
in- als de uitvoer over zee voor veel meer dan de
helft met vreemde schepen plaats heeft, waar tegen-
over staat, dat Nederlandse schepen een druk ver-
voer onderhouden tussen vreemde havens.

Dit gaf, wat het vervoer op Nederlandse havens
betreft, hier geen ergernis, zolang Nederlandse sche-
pen vrij konden concurreren in vreemde havens. Op

die wijze werd het gehele oceaanvervoer zo economisch
mogelijk in stand gehouden.

Voor ‘Engeland vonden, wij hierover interessante
cijfers uit het jaar I.M. Toen vervoerden Britse
schepen 43 pOt. van het totale internationale vervoer ter zee (in 1912 50 pOt.), inclusief

/
1.0
hn het inter-
Empire vervoer,
3/5
van dat tussen het Empire en
vreemde landen en
V4
van dat tussen vreemde landen.

Nu in verschillende landen andere dan economische
overwegingen de overhand krijgen, heeft het vertrou-

wen in eigen kracht en belcwaamheid weinig grond meer. De ervaring van de laatste twintig jaren heeft

wel getoond, dat zelfs de sterkste protectie van de
koopvaardij de Verenigde Staten en Frankrijk niet
verder heeft gebracht; niaar met andere methode
hebben Rusland, Japan en Duitsland zichtbaar suc-
ces en de plannen van Italië voor een semi-overheids-

bedrijf met ruim 50 grote schepen, te bouwen in 10
jaar, behoeven niet
per
se
te mislukken.

Hoe veranderlijk de positie van de verschillende,
landen als deelhebbers in de wereldscheepvaart is,
wordt duidelijk aangetoond door een uit Lloyds Re-

gister Book 1938-1939 door het dagblad ,,Scheep-
vaart” van 21 Juli j.1. getrokken staat van de bruto

1
17 Augustus 1938

ECONOMISCH-STATiSTISCHE BERICHTEN

615

tonnage van de meest belangrijke zeevarende landen

DE DRUK OP HET POND STERLING.

in de jaren 1914, 1937 en 1938.
Landen
1914 1937 1938

Gr. Brittannië en Ierland
18.892.089
17.436.000 17.675.404

Britse Dominions ……
1.631.617
2.962.000 3.043.686

Denemarken

……….
770.430
1.118.000
1.129.556

Frankrijk

…………
1.922.286
2.844.000
2.880.763

Duitsland

…………
5.134.720 3.928.000
4.231.657

Griekenland

……….
820.861
1.855.000
1.889.269

Nederland

…………
1.471.710
2.631.000 2.852.012

Italië

…………….
1.430.475 3.174.000 3.258.992

Japan …………….
1.708.386
4.475.000
5.006.712

Noorwegen…………
1.957.353 4.347.000 4.613.175
Spanje

…………..
883.92
6

1.044.000 947.963

Zweden

…………..
1.015.364 1,494.000
1.571.054

Verenigde

Staten

(Zee)
2.026.908 9.347.000 8.936.465

Idem

(meren)
2.260.441 2.441.000 2.467.430

Andere landen …….. 3,477.3116.175.000
6.365.933

Totaal……
45.403.877 65.271.000 66.870.151

De betekenis dezer cijfers wordt nog iets duide-
lijker, wanneer daarbij wordt rekening gehouden met
de omstandigheid, dat het percentage scheepsruimte,

dat minder dan
5
jaar oud is, bedraagt voor Japan 23.6 pOt., Australië en Nieuw-Zeeland 22.7 pOt.,

Noorwegen 21.9 pOt., Nederland
19.1
pOt., Groot

Brittannië en Ierland 18 pOt., Duitsland 17 pOt.,
Denemarken 13.8 pOt., Zweden 13.7 pOt., Frankrijk
11 pOt., Ver. Staten 4.1 pOt., Griekenland 3.1 pOt.,

Ïtalië 1 pOt. Rusland als grote onbekende en de ongeveer be-
kende cijfers van de in aanbouw zijnde tonnage voor
de verschillende landen, benevens de door subsidies

gestimuleerde bouwplannen, zullen in de naaste toe-komst de verhoudingen nog aanzienlijk wijzigen.
De natuurlijke rem, die de hoge bouwkosten aan on-
economische bouw behoren aan te leggen, werkt niet
in de subsidiërende landen, doch wel b.v. in Enge-
land (waar de werven vol zitten met Marinewerk) en

in Nederland.
Weinig commercieel optreden is te verwachten van

de vloot, die zich in Polen vormt en waarin de Staat

voor
95
pOt. aandeel heeft.
Eenmaal was het zeer verstandig van de reders om
bij hun bouwpolitiek rekening te houden met de ver-

houding tussen wereldtonnage en wereldvervoer. Nu
vele regeringen daarmede geen rekening houden, doch alleen vragen naar de behoefte in geval van
oorlog, dreigt een overmaat van tonnage voor allen.
De subsidiewedstrijd in het veroveren van lading

wordt daardoor nog verder aangewakkerd. In landen,
waar de Regeringen de koopvaardij aan zijn lot over-
laten, schiet voor deze niet veel anders over dan een

eervolle nederlaag.
Wat we in het klein zien bij de Noordzcevisserij,
ni. dat onze vissers werk vinden op de met Rijkshulp
vernieuwde en uitgebreide Duitse vissersvloot, wordt
dan ook het lot vah de zeelieden ter koopvaardij.
Deze sombere prognose voor de koopvaardij vormt
slechts een onderdeel van wat thans het algemeen
economisch beeld van de wereld is. Elk land zoekt
voor elk van zijn bedrijven naar wegen om deze kunst-
matig in stand te houden en grijpt in zijn wanhoop
naar middelen, die door andere noodlijdende bedrij-

ven en tenslotte door

een verarmende gemeenschap

moeten worden opgebracht.
Gaat de wereld op deze weg voort, dan zal als bij
iedere strijd de uitkomst worden beheerst door de
regel ,,het sterkst is hij, die het langst weet te lijden”.
hierin ligt opgesloten, dat allen lijden. En het kon

zo goed anders zijn.
Zolang de machthebbers over de volken niet door deze wijsheid geleid worden, blijft ook scheepvaart
ten prooi aan een oneconomische strijd vol verras-
singen, waarbij het helaas voor het behoud van onze
koopvaardij weer nodig kan worden, dat de Regering naast wat voortdurend geschiedt bij de internationale
bemoeiingen met het handels- en betalingsverkeer,

hulp biedt, waar verlies van economisch waardevolle

productiemiddelen dreigt.
C. J. P. ZAALBERG.

Vergelijking met November 1987.

De flauwe houding die de Engelsche valuta nu
reeds geruimen tijd aan den dag legt, heeft het vraag-
stuk der Engelsche monetaire situatie weer in het

centrum der belangstelling geplaatst. ilet meest in-

teressant is daarbij voor het moment niet zoozeer de
omstandigheid, dat de marktpositie van het Pond

Sterling duidt op een aanbod, dat de vraag overtreft,
maar de invloed die de Engelsche autoriteiten die

situatie op den Pondenkoers laten uitoefenen.
Een overwegend aanbod van Ponden is reeds eer-

der voorgekomen, maar dan intervenieerde het Equa-

lisation Fund dikwijls dusdanig, dat de koers toch

‘niet te sterk werd gedrukt. Zulk een situatie heeft
zich bijv. nog voorgedaan in November
1937 toen

het fonds regelmatig goud moest afgeven om aan den
druk op de koers paal en perk te stellen. Dat toen on-
danks den druk op het Pond de Dollarnoteering te

Londen zeer flauw was (boven de
5)
zegt in dit ver-

band niets, want de Dollar stond onder nog sterker
druk dan het Pond in verband met verschuiving van vagabondeerend kapitaal. Maar wel is de goldfixing

een duidelijk bewijs, dat men den Pondenkoers toen

bewust steunde.
Dat thans de groote vraag naar goud voornamelijk

voor oppottingsdoeleindeii bestemd is kan in dit ver-
band geen factor van beteekenis zijn, want toevalliger-
wijze was juist ook de opgemelde periode: November

1937,
een tijdvak van goud-hoarding. De Londensche

goudnoteering was toen gemiddeld
14013,
tegen nu

142/6.
Niet dus uit de koersverhouding Pond—Dollar,
maar voornamelijk uit het verloop van den goudprijs
kan men conciudeeren dat de Engelsche monetaire
autoriteiten hun inzichten ten aanzien van de wen-scheljkheid om het aanbod van Sterling invloed op
den koers te doen uitoefenen hebben gewijzigd.
Vrage: waarom? De oorzaak kan tweeërlei zijn: men
acht de koersdaling
bij
overigens gelijkblijvende om-

standigheden nuttig, en in dat geval zou er dus in-
derdaad sprake zijn van een gewijzigde opvatting, dan
wel: de omstandigheden zijn niet gelijk gebleven en
er is inderdaad een relatief veel grooter surplus van
aanbod boven vraag voor Ponden, zoodat men uit dien
hoofde meent een andere houding te moeten aan-

nemen.

De Britsche betalingsbalans.

Voor beide gevallen is de situatie van de betalings-
balans een mogelijke sleutel voor de oplossing van
het probleem. Men moet in dit verband met gissingen
werken, want de Engelsche regeering handhaaft
streng haar principe om ter zake van de activiteit
van het Egalisatiefonds geen gegevens te publiceeren,
terwijl ook de grondslagen van haar monetaire poli-
tiek in een waas van geheimzinnigheid gehuld blijven.
Wat nu de positie van de betalingsbalans betreft
is er een zeer groot verschil tusschen de tendens van
het verloop der betalingsbalans inclusief de kapitaals-
posten en die van alleen de loopeude posten. De totale
betalingsbalans heeft sedert de devaluatie van het
Pond tot nog zeer recent voortdurend – met zeer
korte onderbrekingen – een belangrijk overschot ge-

toond.
Van het moment der devaluatie af tot aan de
laatste publicatie van den totalen monetairen goud-
voorraad van Bank of Engiand en Equalisation Fund

tezamen (September 1937)
is deze voorraad ongeveer

verviervoudigd tot een waarde van rond 820 millioen
Pond. Hetgeen dus eo ipso beteekent dat de beta-
lingsbalans tot het bedrag van dien aanwas een over-
schot moet hebben vertoond (afgezien van eventueele

dishoarding).
Neemt men echter de cijfers van de loopende pos-
ten, dan komt men tot een geheel ander beeld. De
balans door de Board of Trade opgemaakt vertoont

616

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1938

voor alle jaren sedert de devaluatie een deficit met
uitzondering van 1935. Het gemiddelde tekort in die
zes
jaren is weliswaar niet groot (f 16 millioen), maar
in 1937 is er een belangrijke stijging (van £ 32
mif.
lioen overschot in 1935, kwam men in 1936 op £ 18
millioen tekort, en in 1937 op niet minder dan £ 52

millioen, of wel ongeveer de helft van het deficit in

het devaluatiejaar 1931). Daarbij komt dat het kwes-
tieus is of de ramingen van de Board of Trade niet erg aan den optimistischen kant zijn. In een artikel

in den Tirtschaftsdjenst van 18 Maart ji. is doos
Dr. Cari Krii.mer de vinger gelegd op meerdere wonde
plekken in de schattingen.

Ook het Macmillan-rapport heeft destijds reeds (ten
aanzien van de cijfers over 1929) afwijkende cijfers gegeven waardoor het toen gecalculeerde overschot

moest worden verminderd. Het verschil lag toen in
de taxatie der inkomsten uit buitenlandsche beleg-
gingen. Later is zelfs nog een verdere correctie aan-

gebracht op grond van de taxaties van Kindersley
op dit punt. Het nadeelige verschil was toen per sal-do 35 millioen Pond. Volgens Kramer
1)
zijn ook. in
de latere jaren waarschijnlijk te optimistische cijfers

gegeven eenerzijds voor de uitkomsten uit het scheep-
vaartverkeer, anderzijds weer voor d.ie uit buitenland-

sche beleggingen. Deze schrijver schat dan ook het
tekort op de loopende posten voor 1937 op £ 90 mii-lioen instede van £ 52 millioen.

De oorzaak van het tekort ligt geheel bij de ban.
delsbeweging, die een voortdurend toenemend import-
saldo vertoont. Het deficit van de handelsbalans, dat

sedert de devaluatie in 1935 het kleinst was met £ 261

millioen, is in – 1937 weer gestegen tot boven het

cijfer van het crisis- en devaluatiejaar 1931. Ter-
wijl het toen 408 millioen beliep was het deficit in

1937 niet minder dan 443 millioen. Het is alleen
dank zij de aanmerkelijk gunstiger geworden en ge
bleven onzichtbare export (uit scheepvaart en beleg-
gingen) dat het totaaltekort op de loopende posten

der betalingsbalans belangrijk bij dat in 1931 ten ach-
ter blijft.

Wat kan men nu uit deze situatie concludeeren? De
hoofdconcylusie is, dat de vermeerdering van den mo-

netairen goudvoorraad, die Engeland sedert 1931 ge-
boekt heeft, alleen hieraan toe te schrijven is, dat de

tekorten op de loopende betalingsbalansposten zijn
overgecompenseerd door de kapitaaibeweging naar dat
land. Die beweging moet dus zeer omvangrijk zijn ge-
weest, want de kapitaalsdienst is op zichzelf ook weer

samengesteld uit twee tegengestelde tendenzen: in,
voer en uitvoer.

Alleen al naar Amerika werd sedert begin 1935
rond £ 220 millioen kapitaal geëxporteerd (Pederal
Reserve Bulletin Jan. 1938). De kapitaalbeweging
naar Engeland is ook weer te splitsen in twee groe-
pen:

het decres in de Engelsche buitenlandsche be-
leggingen door meer aflossing dan nieuwe uitgiften,
die men passieve kapitaalinvoer zou kunnen noemen
en de actieve kapitaalimport, die grootendeels vlucht-
kapitaal betreft.

Invloed van kapitaalbewegingen.

Dit alles beteekent, dat de situatie van de vraag-
en aanbodsverhouding van Sterling wel zeer labiel
is geworden. Alleen reeds een stopzetten van de ka-
pitaalbeweging naar dit land moet een surplusaanbod

van Ponden boven vraag doen ontstaan als gevolg
van de passiviteit der loopende betalin.gsbalansposten.
Komt daarbij dan nog een beweging tot verplaatsing
van kapitaal uit Engeland naar elders dan wordt de
druk op het Pond nog aanmerkelijk sterker. Die nei-
ging tot terugtrekking van kapitaal wordt natuurlijk
reeds .in het leven geroepen wanneer een relatief

geringe koersdaling van het Pond zich., manifesteert

en men den indruk heeft, dat die daling niet toeval-

lig of voorbijgaand is, maar dat er diepere oorzaken
aan ten grondslag liggen. Aldus kan er een wissel-
werking ontstaan: koersdi-uk, .kapitaalafvioeiing, ver-
dere koersdruk enz.

Natuurlijk moet men in., dat verband niet uit het
oog verliezen, dat de Engelsche monetaire autoriteiten
beschikken over een enorme goudvoorraad, veel groo-

ter dan het stootblok, dat in 1931 disponibel was.

Maar daartegenover staat dat wellicht het door bui-
tenlanders in Londen belegde vermogen grooter is
dan destijds, terwijl ook bedacht moet worden, dat ter-
wijl destijds de verdediging van de munt tot het laat-

ste nog, het principe was, nu de houding van de auto-

riteiten heel anders kan zijn. Monetaire politiek als

onderdeel van economische correctieven is geenszins
ketterij meer.

Het standpunt der autoriteiten.

Welke houding. de Engelsche regeering in deze zal
aannemen hangt waarschijnlijk in hooge mate af van

de wijze waarop zij het verloop van de betalingsbalans
in de laatste jaren in.ter’preteert en
0
1) grond van de
te haren dienste staande gegevens kan intei’preteeren.

Op zichzelf mag men niet ondr alle omstandigheden
in een stijgend importsaldo gedurende eeh beperkt
aantal jaren een ongunstig en ongewenscht verschijn-

sel zien. Wanneer bijv. de versnelde bewapening een
paar jaar lang omvangrijke importen noodig maakt

en men kan die dekken hetzij uit goudvoorraad hetzij
uit overschot van aflossingen op buitenlandsche lee-

ningen boven nieuw gegevene, dan behoeft daarin
geen gevaar voor de toekomst te liggen, in dat ver-band kan de critiek van hen, die in den laatsten tijd
wezen op het gevaar van ,,interen” van in den vreem-
de belegd kapitaal, instede van uitbreiding daarvan

zooals vroeger steeds plaats vond, ongegrond zijn.

Ligt daarentegen de oorzaak van het stijgende ini-
portoverschot in verminderde concuri-entiemogelijk-
heid van de Engelsche exportnijverh.eid op grond van
een te hooge levensstandaard en prijspeil dan ligt de

situatie heel anders. Van het inzicht in de verhou-

dingen te dezer zake bij de Engelsche regeering zal
met betrekking tot haar monetaire politiek veel af-
hangen. De nuttigheid of noodzaak van een wissel-
koerscorrectie hangt direct samen met het inzicht ter-
zake van de verschuiving in de im- en exportver-
houd ingen als hierboven zeer summier omschreven.

Uit de wijze waarop de monetaire autoriteiten sedert

eenigen tijd reageeren op de marktpositie van het
Pond zou men geneigd zijn te concludeeren, dat men
een daling niet als onwelgevallig beschouwt, en in
dit geval zal men waarschijnlijk goed doen de koers
van 4.86% voor den Dollar niet als minimum te be-
schouwen. De hardnekkigheid waarmee in de laatste jaren de Engelsche regeering zich heeft verzet tegen elk stabi.lisatieplan, waarbij het Pond betrokken zou
zijn, kan in dit licht bezien een gereede verklaring
vinden: men heeft de mogelijkheid van wisselkoers-
correctie niet willen prijsgeven.

De toestand is echter nog veel te onoverzichtelijk
om definitieve conclusies te trekken, het is ook mo-
gelijk, dat alleen de groote omvang van het recente
Pondenaanbod tot deze houding inspireert zonder dat
deze nog gebaseerd is op verder in de toekomst ziende
overwegingen. De huidige toestand is echter niet ge-
speend van mogelijkheden tot verrassingen in ver-
band niet de aanwezigheid van omvangrijke snel op te
schrikken vluchtkapitalen, en men zal goed doen de

ontwikkeling nauwkeurig in het oog te houden. Er
kan misschien weer mouetaid4 geschiedenis gemaakt
worden in de naaste toekomst.
C. A. KLAA5SE.

1

1)
Iii bovenbedceJd artikel.

17 Augustus 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

617
INTERNATIONALE BESPREKINGEN OVER

OPEN BARE WERKENPOLITIEK.

De uitvoering van een programma van openbare

werken houdt onmiddellijk verband met problemen van internationalen aard; de financiering, in het bij-
zonder van den import, dé economische politiek van

de overige landen, kunnen d,e resultaten en de moge-
lijkheid van uitvoering in hooge mate beïnvloeden.

Het aanvatten van dergelijke problemen vereischt
internationale samenwerking de eerste stap daartoe

is gezet.
In de laatste week van J’uni ji. ving de Interna-

tioiiale Commissie vor Openbare Werken te Genève

in een drie-daagsche. vergadering haar werkzaam-

heden aan. De voorgeschiedenis van deze commissie
is kort. In 1.937 nam de Internationale Arbeidscon-

ferentie met algemeene stemmen een resolutie aan
betreffende de internationale samenwerking ten aan-

zien van openbare werken. Hierin werd onder meer
de samenstelling van een commissie in het vooruit-
zicht gesteld, welke de. daarmede ia’menhangende
vraagstukken zou bestudeeren. In den vorm van een
aanbeveling werd deze i’esolutie aan de, bij het Inter-
nationaal Arbeids-Bureau aangesloten landen voorge-

legd. Alhoewel nog slechts enkele regeeripgen deze

aanbeveling hebben aanvaard, werd de commissie op

voorloopige basis samengesteld en de regeeringsaf-gevaardigden van niet minder dan 25 landen (waar-
onder Nederland) en gedelegeerden der internatio-
nale werkgeveis en -nemers organisaties woonden de

eerste zitting bij.
Als voornaam punt vermeldde de agenda de vast-
stelling van een vragenlijst, welke als basis dienen
moet voor de geregelde verstrekking van inlichtin-
gen eu statistisch materiaal door de verschillende

landen.

De taak der commissie.

Maar de taak, waarop de commissie zich voorbe-
reidt gaat ver uit boven het organiseeren van een

centrale van quantitatieve en qualitatieve gegevens.
Bij haar arbeid zal de commissie zich ervan be-

wust moeten zijn, saldo de heer Butler, de directeur van het Internationaal Arbeids-Bureau, in zijn. ope-

ningsrede, dat de resolutie, welke haar in het leven
riep, haar als leidend beginsel de uitspraak meegaf,

dat
»
advance planning
van openbare werken een

nuttige politiek is om de conjuuctuurbeweging te
temperen en, werkloosheid te voorkomen. Deze poli-
tiek kan echter slechts volledig tot haar recht komen,
wanneer de uitvoering gepaard gaat met internatio-
nale samenwerking. Wanneer de commissi.e haar voor-
bereidende arbeid voibracht heeft, zal zij de moge-
lijklieden van samenwerking moeten onderzoeken. In
een memorandum, dat D. H. Robertson zoojuist

voor de Volkenboiidscommissie ,,Delegation on Eco-
nomic Depressions”, heeft uitgebracht, noemt hij
twee mogelijkheden. In de eerste plaats beveelt hij een synchronisatie aan van de verschillende zuiver
nationale programma’s. Elk afzonderlijk land kan

zich hierdoor bij de uitvoering van zijn plannen een
practisch zoo groot mogelijke zekerheid verschaffen,
dat geen overmatige druk op zijn betalingsbalans zal

ontstaan.
In de tweede plaats, meent Robertson, dient de mo-

gelijkheid ernstig onderzocht te worden van de uit-
voering van internationale programma’s, gemeen-
schappelijk gefinancierd door de krachtige crediteur-
landen, uitgevoerd binnen het grondgebied van de
zwakkere debiteur-landen. Hierdoor zal de stimulans;
welke zal leiden tot een weer inschakelen van de on-
gebruikte bronnen vdn arbeid en materiaal, over een grooter gebied verspreid kunnen worden. Robertson
voegt hieraan toe, dat een dergelijk voorstel op het
oogenblik zou leiden tot de bekende moeilijkheden,
waarmee internationale leeningen gepaard gaan. Maar
dat, neemt niet weg, dat men de mogelijkheid niet

a priori uit mag sluiten.’ Vandaar dat Butler de be-

studeerihg van deze beide vormen van internationale

publieke-werken-politiek de commissie als belang-
rijk deel van haar toekomstige taak, voorhield.

,,Planning” van openbare werken.

In de algemeene beschouwingen maakte het
nut

van openbare werken als vorm van, conjunctuuurpoli-

tiek geen punt van discussie uit,. Nagenoeg alle re-
geeringsgedelegeerden aanvaardden de uitvoering van

grpote werken als een nuttig en onmisbaar onderdeel

van de sociale en economische politiek hunner regee-ringen. Maar niet meer als ineidenteele pogi.ngen om
de nood van een oogenblik het hoofd te bieden. Het

doel moet nu zijn het opstellen van een systematische

inventarisatie van uit te voeren objecten, onderver-
deeld naar de mogelijkheden van versnelling en ver-
traging, voldoende voor een periode van 5 tot 10
jaar. En daarmede gepaard gaande, een finannieele

politiek, welke in verband met de programma’s fond-

sen vormt of andere mogelijkheden van financiering
voorbereidt. Dit alles in vele gevallen gecoördineerd

in een centraal ,,planning” lichaam, dat in staat is
onmiddellijk
de uitvoering ter hand te nemen als de
depressie zich aandient.

Het
afstellen
en uitvoeren van openbare werken in
andere landen.

In de
T7ereenigde Staten
wordt deze taak waarge-
nomen door het ,,National Resources Committee”
waar de plannen voor gemiddeld zes jaar worden ge-
reed gemaakt. In 46 staten wordt het daartoe bijge-
staan door de ,,State Planning Boards”, welke de fe-derale organisatie voorlichten over de locale nooden

en mogelijkheden.
In
Finland is
een goed voorbereide en volgens ge-
detailleerde plannen uitgevoerde politiek van pu-
blieke werken practisch het eenige middel geweest,

waarmee de werkloosheid sinds 1932 is bestreden. De
resultaten waren dermate bevredigend, dat men voor
een volgende depressie een voor vele jaren toereikend
plan heeft gereed gemaakt, terwijl de benoodigde
middelen reeds worden gereserveerd.
Voor
Zweden
geldt dit evenzeer. In Zweden, zoo
verklaarde de regeeringsafgevaardigde, bestaat geen

verschil van meening meer over de vraag of het groo-
te-werken-plan van waarde was voor de verbetering
van de economische toestand. Discussie is nog slechts
mogelijk over de meting der resultaten. Het nieuwe
plan ligt reeds sinds geruimen tijd klaar en voorziet
in een periode van 5 jaar. De objecten beloopen een
bedrag van Kr. 3 milliard, wat ongeveer overeenkomt

met het bedrag der totale investeeringen van twee
jaar. Alle voorzorgen voor een zorgvuldige ,,timing”
zijn genomen. Het geval immers kan zich voordoen,

dat een depressie merkbaar wordt
tijdens
het reces
van het Parlement: de ,,Riksdag” vergadert slechts
van Januari tot Mei. Dit jaar voor het eerst werd de Regeering daarom door de beide Kamers gemach-

tigd om,
zoo noodig,
tijdens deze reces-periode reeds

Kr. 250 millioen te spendeeren aan de inwerkingstel-
ling van het plan.
In
Engeland is
de eenmaal ondernomen poging van

een speciaal
groote-werken-plan niet herhaald; een
belangrijk gedeelte der regeeringsuitgaven voor de be-

strijding der werkloosheid wordt echter voor Open-
bare werken bestemd: £80 millioen tegenover een be-
drag van ongeveer £ 100 millioen, dat aan steun en
verzekering wordt besteed.
Een 5-jarige ervaring heeft in
Canada
de doel-

treffendheid van een op groote schaal gevoerde pu-
blieke werken politiek aangetoond. Een centraal or-
gaan ontbrak tot dusver, maar in een eesaige maanden
geleden aan de regeering uitgebracht rapport van
de ,,National Employment Oommission” zijn uitge-
werkte voorstellen op dit gebied opgenomen. Veel
waarde hecht hetzelfde rapport aan een zoo nauw mo-

618

ECONOMISCH-STATjSTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1938

gelijke samenwerking tusschen overheid en particu-
lieren om de investeeringsbedrijvigheid in bepaalde
t

richtingen te verhoogen – in aansluiting hierop vo-

teerde het Canadeesche parlement dezer dagen zer
belangrijke bedragen, welke een stimuleering van de’
aanbouw van goedkoope woningen beoogen.
Van
België
zoowel als van
Frankrijk
kent men de’
omvang, waarin de politiek van openbare werken is
toegepast. In Zuid-Afrika
en Nieuw-Zeeland
zijn de’
resultaten zoo gunstig, dat een organisatie op breede
basis is opgezet, terwijl in
Griekenland
zoowel als
in
Mexico
in den jongsten tijd groote nieuwe plannen
in uitvoering zijn gebracht.

Centraal orgaan voor ,,advance planning”. De

functie van openbare werken.

Hetgeen in de overzichten van een belangrijk deel

der gedelegeerden vooral naar voren kwam, is de

waarde, die men hecht aan een centraal georganiseerd
lichaam, speciaal belast met ,,advance planning”. Een
politiek, zooals de commissie het definieerde, van ,,ti-

ming” en uitvoering van publieke werken volgens
een van to voren vastgesteld plan, ten. einde de con-

janctuurbeweging zooveel mogelijk te temperen en in
het bijzonder de werkgelegenheid in tijden van depres-
sie te verruimen.

Aan definities heeft men veel tijd besteed. Het
bleek buy, uiterst
moeilijk
vast te stellen, welk deel
der overheidsuitgaven als uitgaven voor publieke

werken kan worden beschouwd. Om onderling verge-

lijkbare gegevens uit de verschillendé landen te ver-
zamelen, diende de grens zoo scherp mogelijk getrok-
ken te worden. De kwestie der onderhoudskosten bij-

voorbeeld bracht langdurige discussie met zich mede.
Van Nederlaridsche
zijde
drong men erop aan, de be-

dragen aan onderhoud en vernieuwingen besteed, wel,
maar gespecificeerd, op te nemen. De definitie, waar-
toe men geraakte, iverd tenslotte als volgt geformu-
leerd: ,,Onder publieke werken moeten verstaan wor-den, alle werken ondernomen door de centrale, regio-

nale of locale autoriteiten of met behulp van subsi-

dies of leeningen van deze autoriteiteh of onder hun
toezicht uitgevoerd.”
gevens had echter evenzeer de bepaling van de werke-
lijk
additioneele
uitgaven eenvoudiger gemaakt.
Omtrent de financiering van de werken bevat de

lijst verschillende vragen; de hierop te verstrekken
antwoorden kunnen belangrijk materiaal opleveren.
Hierin zullen gegevens voorkomen, ômtrent de wijze,

waarop men de benoodigde import heeft gefinancierd.
Aan dit vraagstuk, dat voor vele landen het centrale

probleem blijft, zal de commissie een groot gedeelte
van haar aandacht moeten wijden. Dat dit met goe-
den wil en oprechten ernst zal geschieden, valt min
of meer af te Leiden uit den optimistischen toonen
den geest van vertrouwen, welke uit de vergadering

naar voren kwamen. Een optimisme, dat zelfs de Ne-
clerlandsche regeeringsgedelegeerde, Ir. R. A. Verwey,

niet vermocht te temperen, toen hij zijn scepticisme,

in het bijzonder ten aanzien van de noodzakelijkheid van ,,advance planning”, uitsprak.

• De aanbeveling, zeide onder meer Ir. Verwey, welke

aan het bestaan van deze commissie ten grondslag

ligt, zegt, dat ,,advance planning” van publieke wer-
ken een nuttige methode is om werkloosheid te voor-
komen en de conjunctuurbeweging te temperen. De
ondervin.ding, die men in Nederland heeft opgedaan,
toonde aan, dat ook zonder ,,advance planning” de
werkloosheid door publieke werken kan worden ge-

temperd. Ir. Verwey staafde deze uitspraak niet ver-
schiblende cijfers. Van 1930 tot 1938 vertoonde de

werkloosheid in Nederland een voortdurende stijging,
de omvang
was ongekend.
In deze jaren namen de
uitgaven voor publieke werken echter toe.
In nor-
male jaren werd voor dit doel
f
65 millioen per jaar
door den Staat besteed, van 1933 tot en met 1937

bedroegen alleen de staatsuitgaven hiervoor in totaal
reeds
f
385 millioen of
f
75 millioen per jaar extra.
De toename is dus zeer groot. In het loopende jaar
zal waarschijnlijk
f 135 k f 140
millioen extra wor-
den uitgegeven.

Internationale uitwisseling van gegevens kwam

dan Nederlandschen gedelegeerde zeer nuttig voor,

doch zijn twijfel aan de mogelijkheid en het nut van
,,advance planning” wilde hij niet nalaten uit te spre-
ken. Dit pessimisme vond echter in de vergadering
géén ondersteuning.
J. MEIJER.
J.2&2b(.Ib!J

er
vr/u,vuJ&.

De nauwkeurige vaststelling

van

de

vragenlijst,
welke de regeeringen als leiddraad moet strekken bij
i

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

het verschaffen van hun gegevens, was van groot be-
ITALJAANSCHE SCHEEPVAARTPLANNEN.
lang. Temeer, daar een te gedetailleerde lijst de re-
De heef A. Giordano te Savona schrijft ons:
geeringen, welke de ,,openbare werken aanbeveling’
In Januari
1937
werd een begin gemaakt met de
nog niet hebben aanvaard, zou kunnen afschrikken.
exploitatie van de Italiaansche scheepvaartdiensten De classificatie, welke de vragen voorafgaat, bevat
op basis van een plan, volgens hetwelk de oude on-
naar den aard der werken een verdeeling in 16 groe-
dernemingen
1)
werden ontbonden en het Istituto di
pen, naar het lichaam, dat voor de uitvoering verant-
Ricostruzione Industriale (IRI), te Rome
2)
de op-
woordelijk is, een verdeeling in 4 groepen. Met in-
1
richting van de Societá Finanziaria Marittima (Fin-
achtneming van deze indeeling worden gegevens ge-
i
mare
), te Rome, heeft gesteund met een kapitaal van
vraagd over de algemeene organisatie van publieke
000 millioen Lire. Dit kapitaal is gedekt dooi’ de uit-
werken, de centrale coördin,eererjde lichamen, de •Po,
gif te van een openbare leening, gegarandeerd door litiek ten aanzien van vertraging en. versnelling, de
den Staat.
arbeidsvoorwaarden

en

recruteering

der

arbeiders
iDe Finmare heeft op haar beurt weer vier nieuwe
ehz. Twee afzonderlijke vragdngroepen betreffen dci
doude
mnem
i
ngen
opgericht, t.w.:
q.ua.ntitatieve gegevens over de uitgevoerde werken
t

a.

Italia,

Societâ Anonima

di

Navigazione,

te
en de gereedliggende programma’s.

t
2
Genua, welke is belbst met de exploitatie van de
Dit laatste gedeelte kan, wanneer gedurende eenige
ljnen op Noord-, Midden- en Zuid-Amerika.
jaren de antwoorden zijn binnengekomen, Zeer inte-

b.
Lloyd Triestino, te Triëst, welke is belast met
ressant worden voor de analyse van de resultaten ten
de geregelde lijnen op Afrika, Azië en Australië.
aanzien van de conjunctuur. Statistisch materiaal is
1

Adriatica, Societá Anonima di Navigazione, te
op dit gebied moeilijk verkrijgbaar. Het is daarom jam-
1
Venetië, welke is belast met de exploitatie van de
mer, dat dit gedeelte der vragenlijst niet in alle op- ‘gerege1de lijnen naar het Oostelijk gedeelte van de
zichten ver genoeg is gedetailleerd. De verspreiding
Middel1andsche Zee en de Zwarte Zee.
dak uitgaven over den
tijd
vereischt een nauwkeuriger
T:irrenia, Societt Anonima di Navigazione, te
verdeeling dan in jaren, om zich van den invloed
Napels, welke is belast met de exploitatie van de Jij-
daarvan op de secundaire werkverruiming rekenschap
te kunnen geven, in hoeverre het uitvoeren van een
l

J)
T.w. de Itatia

Flotte Riiuutte Cosulioh, Lloyd Sa- openbare-werken-programma gepaard gaat met ver-
1
baudo, Nartgavione Generale Ital;ian.a,
‘te
Geuua, de Lloyd

mindering van steungelden of bezuiniging op andere
te

Triëst,

de

Naviganione

Libena

Triestina,
rd
e
SocieNI Veneniana ds Navtganione a Vapore, euz.
takken van dienst, is natuurlijk uit andere bronnen
2)
Op.genioht door de I’taliaan•sdhe regeening teneinde dc
na te gaan: verzoek om opname van dergelijke ge-
‘écônorntsghe bedrijvtg.heid
te
stimu1een.

17 Augustus 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

619

nen op het Westelijk gedeelte van de Middellandsche
Zee
en Noord-Europa.

Van de aandeelen vann deze vier maatschappijen i

51 pCt. in handen van de Finmare, terwijl 49 pOt.
hij inschrijving aan het publiek werd aangeboden;
overeenkomstig het K.B. inzake dergelijke trans-acties zal de meerelerheid in handen der Finmare

moeten blijven tot 1942. ilet betreffende besluit be-
paalde, dat deze vier maatschappijen zoo spoedig mo-

gelijk ten minste een gedeelte van de tonnage, varen-
de op de gesubsidieerde lijnen, moeten hebben ver
n ieu.wd.

In zijn rede voor de Kamer van Koophandel en

Fabrieken, te Genua, heeft de Italiaansche Minister

van Verkeerswezen, de heer Ii. E. Stefano Benni,

aangekondigd, dat de Finmare voor de gesubsi-
dieerde diensten reeds 11 motorschepen heeft be-
steld, met een laadvermogen van 9.000 ton en met

een snelheid van 18 knoepen tijdens de proefvaart,

welke inzonderheid zullen worden gebezigd voor de vrachtdiensten op Britsch-Lndië, Nederl. Oost-Indië
en het Verre Oosten eenerzijds en op de Noord-
Amerikaan sche routes anderzijds. Zij overweegt een verdere bestelling van:

11 motorschepen, metende 4000 ton bruto, met een

snelheid van 16 knoopen voor de vrachtdiensten van

italië op Londen, Antwerpen, Rotterdam, Hamburg
en de Baltische havens,

3 motorschepen, metende 5.000 ton bruto en met èen
snelheid van 11 knoopen voor de vrachtdiensten op
de Zwarte Zee en

6 motorschepen van 2.000 ton en een snelheid van
13 knoopen voor de diensten langs de Italiaansche

kust van Fiume en Triëst naar Genua.
Voorts heeft de Societ. d:i. Navigazione Fiumana

te Fiume, behalve enkele kleine passagiersschepen,
zes vrachtbooten besteld, metende 10.000 ton en

met een snelheid van 16 knoopen, en de Garibaldi,
Cooperative Stearnship Oompany, te Genua, bestelde
4 schepen, elk metende 9.000 ton en met een snelheid
van 17 knoopen, voor den mail- en vrachtdienst,

welken deze onderneming onderhoudt tussehen Italië
en Italiaansch Oost-Afrika.

Tenslotte zijn juist de onderhandelingen geëin-
digd over een bestelling van 13 vrachtbooten., metende
10.000 ton en met een snelheid van 14 knoopen tij-
dens de proefvaart. Van deze booten zijn er 11 be-
stemd voor trampreeders te Genua en twee voor ree-

ders te Napels. Het Alta Italia-Odero concern wil
eveneens 3 schepen bestellen, metende 8.500 ton en
met CCII
snelheid van 15.5 knoopen voor het vervoer
van katoen van de Golf van Mexico naar Italië.
De kielen van deze schepen zullen onmiddellijk
worden gelegd, terwijl verwacht wordt, dat een groot
deel van deze tonnage binnen twaalf maanden gereed
zal zijn, zoodat de Finmare in den 1001) van 1939 in staat zal zijn een aanvang te maken met de reorgani-
satie van de diensten, welke door de vier betreffende
lijnen worden onderhouden.

* *
*

Als gevolg van een en ander zal de Lloyd Triestuno
na de levering van de elf motorschepen van 9.000 ton
en een proefvaartssnelheid van 18 knoopen, welke acco-
modatie zullen hebben voor 12 kajiiitpassagiers, in
staat zijn de snelheid van de vrachtdiensten op Bombay,
Oalcutta, Batavia, Soerabaja, Hongkong, Shanghai en
de Japansche havens op te voeren. De Italia,
Societ. Anonima di Navigazione a Vapore, te G-enua,
zal in staat zijn den vrachtdienst naar Noord- en
Midden-Amerika te verhetèren. Op deze routes neemt
de Arnerikaansche concurrentie steeds toe, niet al-
leen hegunstigd door het jongste plan, dat door de
Amerikaansche Regeering is aangenomen, betreffende
de han.delsvioot, doch eveneens door de toeneming
van het aantal afvaarten, waartoe de American Ex-port Lines hebben besloten. Anderzijds volgt Italië
met de grootste aandacht de mogelijkheden voor haar

uitvoer naar het Verre Oosten,
terwijl
de versche-
pingen naar Nederlandsch Oost-Indië in den laat-

sten tijd zijn toegenomen en Italië pas een overeen-

komst heeft geteekend met Japan en Mantsjoekwo in-
zake economische samenwerking. Tegelijkertijd is de

handel tussehen Italië en Midden-Amerika toegeno-
men, en zijn de verschepingen. van Italiaansche goe-
deren naar Venezuela, Mexico, enz. sterk gestegen.
Tot voor enkele jaren ging veel handel van. Italië

naar Midden-Amerika en de Zuidelijke Pacific via
Nederlandsche havens, doch in den laatsten tijd is

het vervoer met den Zuid-Pacific dienst van de Italia

Lijn boven vei-wachting toegenomen, inzonderheid
naar Chili. De aangekondigde bestelling van ii

motorschepen van 4000 ton bruto en een snelheid

van 16 knoopen voor de vrachtdiensten, welke door

de Italiaansche regeering worden gesubsidieerd, tus-
schen Italië en Noord-Europa en de Baltische havens,
is een belangrijk punt in de ontwikkeling der Ita-

liaansche scheepvaart.

Teneinde de beteekenis van een dergelijk besluit te

kunnen verstaan, moet men den huidigen toestand

van het verkeer op de Noordzee en de Baltische route
in aanmerking nemen, welke duidelijk blijkt uit de
volgende cijfers:

Uitvoer naar
Invoer in Itajië

Noordzee en Baltische havens
LtaJiaa.nsche Vreemde Italiaansche Vreemde
vlag

vlag

vlag

vlag
Intens

1935 . . 4.044.808

8.737.366

122.819

870.429

1936 .. 3.618.625

4.200.649

237.737

442.308

f937 . . 5.402.458

4.909.223

283.293

779.198

De
cijfers
voor 1935 kunnen niet als basis worden
genomen voor een juiste beoordeeling, daar de Ita-
liaansche handelsvloot juist in 1935 sterk in beslag
*as genomen door de militaire transporten naar
Ethiopië, en het verzekeren van de noodzakelijke aan-
voeren naar Italië. Niettemin blijkt uit vorenstaande
cijfers duidelijk:

lo. dat de toeneming van. de Italiaansche deelne-
ming in den invoer uit de Noordzee havens een over-
eenkomstige deelneming onder buitenlandsche vlag in
dien handel niet heeft verhinderd, en
2o. dat, terwijl Italië’s positie t.a.v. den invoer in
Italië is verbeterd, de positie van de Italiaansche vlag
in den uitvoerhandel vrij moeilijk is.

Indien men de verslagen van het Italiaansche ,,De-
partement voor den handel over zee” bestudeert,
zal men zien, dat het vraagstuk van de verbindingen

met de Noordzee en de Baltische havens onder Ita-
liaansche vlag sedert het einde van den grooten
oorlog inzonderheid is gerezen t.a.v. het feit, dat
Italië in de landen van Noord-Europa en de Bal-
tische havens de voornaamste afzetgebieden vindt
voor zijn vruchten, groenten, enz. Er wordt over ge-
klaagd, dat buitenlandsche schepen, welke op een
dergelijke route dienst doen, niet volgens een regel-
matige lijst van afvaart varen en zich het recht voor-
bhouden tusschenhiggende havens aan te doen, in-

dien er eenige aanleiding toe is, zoodat er reeders
zijn, die, zooals bijv. de Det Forenede, te Kopenhagen,
zich slechts belasten niet de aflevering van ver-
scheepte goederen binnen 30 dagen, hetgeen onbe-
vredigend is voor den fruithandel. Ook zijn er schepen,
die van den Levant of Indië dan wel de havens uit het
Verre Oosten komen, met de ruimen practisch vol en
welke dus nog slechts kleine partijen kunnen innemen,
zoodat de fruitexporteurs er niet voor kunnen in-
staan aan de eischen van de ontvangers te voldoen.
Deze factor heeft geleid tot een omvangrijke ont-
wrikkeling van den fruithandel per spoor. De admi-
nistratie van de Italiaansche staatsspoorwegen heeft maatregelen genomen voor de verzending van Italië naar Groot-Brittannië niet koelwagens via de Fran-
sche, Belgische en Nederlandsche havens en naar de
Scandinavische landen via Duitschland. De concur-
rentie, welke op de internationale fruitmarkten steeds

620

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17 Augustus 1938

grooter
is geworden, heeft de noodzakelijkheid om de

kosten van fruit te verlagen, vergroot en, daarmed

alles, wat op deze kosten invloed uitoefent, in de eer-

ste plaats de transportkosten.
Verzending van fruit naar Londen per spoor kost

ongeveer Lire 3.000 per 10 metrieke ton, terwijl ver-zending van fruit naar Londen overzee slechts onge-

veer Lire 1.000 per 10 metrieke ton zou kosten. Beha-
ve het verschil van Lire 2.000 per 10 ton is er nog

een andeie factor, waarmede naar het oordeel der

leidende kringen in Italië rekening moet worden ge-
houden in. verband met de deviezensituatie, t.w. dat,

terwijl bij verzending per spoor het noodzakelijk i
goud uit te voeren voor het betalen van de buiten-
landsche spoorwegen, bij verzending overzee het ge-

heele door de Italiaansche exporteurs betaalde bedrag
in het eigen land zou blijven.
Anderzijds is de concurrentie op de route tus

schen de Middellandsche Zee, de Noordzee en de
Baltische havens zeer groot geworden. Er zijn niet

minder dan 45 afvaarten per maand van buitenland-

sche
lijnen
tegen 10 afvaarten per maand van Ita-
liaansche lijnen. Eenigen tijd geleden is er overeeii-

stemming bereikt tusschen de Duitsche en de Zweed-

sche lijnen, welke tezamen een pool vormen mt
de andere Scandinavische reeders en de Finsche en
Poolsche scheepvaart naar de Middellandsche zee con
;

troleeren Voorts is er nog de Nederlandsche groej,
bestaande uit de Kon. Nederlandsche Stoomboot
Maatschappij, welke een veertiendaagschen scheep –

vaartdieust onderhoudt op

de Italiaansche havens, waarbij nog komen de Holland-Afrika Lijn, de Mij

Nederland en de Rotterdamsche Lloyd, welke de

Italiaansche havens aandoen op de thuisreis van

Zuid- en Oost-Afrika en op de uit- en thuisreis van
of naar Indië en het Verre Oosten. Daarnaast de En-
gelsche groep, welke verschillende directe scheepvaart-
diensten onderhoudt naar en van Italië, doch welke
voor het overige haar bedrijvigheid in de Italiaansche

havens heeft beperkt, daar op het o.ogenblik slechts

de Union Oastle Mail Steamship Company en de
Orient Line de Italiaansche havens aandoen op haar
uit- en thuisreis naar en van Oost- en Zuid-Afrika,

en het Gemeenebest van Australië.
Men dient .er rekening mede te houden, dat niet

alleen de Italiaansche
lijnen
onder deze concurrentie

hebben te lijden, doch eveneens de Nederlandsche vhîg
iii de Italiaansche wateren, zooals uit de volgende

cijfers blijkt:
Inklaring met

U1’bklaring met –
Nederlandsche schepen

Nederlandscihe schepen
in tonnen goederen
Lijnvaart Trarnpvaart

Lijnvnnrt Tram pvaart

1932 . . 120.157

349.686

55.634

7.516

1933 . . 115.367

529.760

61.348

16.794

1934 . . 137.238

498.621

67.648

16.175 –

1935 . . 114.396

736.053

42.303

25.243

1936 . . 52.529

611.733

31.063

10.674

Tot dusverre werden nog geen cijfers over 1937
gepubliceerd, terwijl de cijfers voor 1935-1936 st1
lig invloed hebben ondervonden van de economische
sancties. Ongetwijfeld heeft de uitvoer uit Italië met
Britsche, Duitsche en Zweedsche lijnschepen, elk land
afzonderlijk beschouwd, den uitvoer onder Nederland-
sche vlag overtroffen. In de laatste paar jaren zijn

eveneens de Amerikaansche en. de Japansche vlag
een plaats gaan innemen in den invoer uit Nader-

landsch Oost-Indië in Italië.
In dit licht bezien is de totstandkoming van den
nelawen stoomvaartdienst van Italië naar de Noordzee

en de Baltisçhe havens van groot belang. Deze dienst
krijgt toch een ander karakter door de opvoering van
de snelheid tot 16 knoopen en het feit, dat de 11 sche-
pen zullen zijn voorzien van speciale afzonderlijke
ruimen voor fruit en van losmachines met een groote

capaciteit voor de behandeling van zware lasten zoo-als marmer, dat vaak van Massa Carrara naar Noord-
Europa wordt verladen. Het Italiaansche bedri.jfs-
léven en de reeders bestildeeren thans het vaarplan,

dat voor een dergelijkei dienst moet worden op-
gesteld, wanneer de 11 motorschepen gereed zijn. Op

het oogenblik bestaan er een veertiendaagsche dienst
van de havens aan de Adriatische Zee naar Londen;
Antwerpen, Hamburg en Rotterdam en een maan-
delijksche dienst van de West-Italiaansche havens

naar dezelfde bestemmingen. Bij het uitwerken
van de reorganisatie van de lijndiensten werd be-

sloten, dat de Noordzeedienst zou worden uitgebreid
tot de Baltische havens. Er zijn menschen, die er den
nadruk op leggen, dat het voornaamste doel van den hieuwen dienst niet alleen de verzending van citrus-

vruchten is, doch ook de verzending van versche per-

ziken, peren, druiven, enz. uit Italië en het daarom
van het grootste belang achten, dat er twee onafhan-

kelijk& diensten zijn, een op Londen en de overige

Britsche havens, en èen’ op Rotteidam, Hamburg en
de Scandinavische havens. Anderen verlangen daar-
entegen één lijn zoowel vooi den dienst naar de

Noordzee- als naar de Scandinavische havens. Hier-bij dient nog te worden vermeld, dat er behalve deze

gesubsidieerde lijn
nog een particuliere onderneming

bestaat, bekend als de La Oostiera, Societá Anonima
di Navigazione, te Genua, welke een dienst op de
Baltische havens onderhoudt, en welke overweegt een

fruitdienst te openen, zoowel naar de Noordzee–als
naar de Baltische havens. Voor dit doel heeft zij de

vroegere stoomschepen Samaracca en Suriname van
dejjnited Fruit Oompany gekocht,
terwijl
voorts nog

de hiervoor in aanmerking komende tweedehandsch-

tonnage eveneens voor dat doel zal worden gekocht.
De grootere bedrijvigheid an de. Italiaansche lijnen

0
1) de Noordzee- en de Baltische havens . biedt Italië

nog een vermeldenswaardig voordeel vanuit een an-
der oogpunt en wel in verband met de pogingen,
welke in de Italiaansche havens, speciaal te Genua
en te Triëst, worden gedaan, om de vrije havenzones

te gebruiken als een tusschenliggende markt voor

den handel tusschen Noord-Europa eenerzijds en den
Levadt en het Verre Oosten anderzijds. Gedurende
1937 waren de Noorsche vischexporteurs in staat veel
zaken te doen in Griekenland door bemiddeling van
Gnueesche makelaars. In dit verband wordt even-
eens een interessante bedrijvïgheid ontwikkeld door

de Levant jaarbeurs, welke iedér jaar te Bari van
6 September tot 21 September wordt gehouden en
welke dit jaar veel landen uit Zuid-Amerika moet
aantrekken, die hun handelsbetrekkingen . met Tur-kije, Griekenland, Joego-Slavië, ena. willen uitbrei-
den. Ook Siameesche en Japansche deelneming
is niet uitgesloten. Er zouden belangrijke inlichtin-
gen binnengekomen zijn van den Levant eveneens voor
Zuid-Afrikaansche goederen, waardoor er kans bestaat
op een Zuid-Afrikaansch paviljoen:
* *
*

Het programma betreffende de hernieuwing van
de Italiaansche handelsvloot is evenwel niet beperkt
tot de bovenvermelde diensten, daar de Ministhr voor
Verkeerswezen eveneens heeft aangekondigd, dat de
Finmare vijf passagiersschepen wil bestellen. In de
eerste plaats een metende 4.000 ton bruto en met een
snelheid van 19 knoopen voor de Middellandsche Zee-
diensten en voorts ook een groote ljnboot voor
den dienst op het Verre Oosten. Dit schip zal on-
geveer 16.500 ton bruto meten, terwijl de machines een
vermogen zullen hebben van 30.000 as-PK, hetgeen wiF zeggen, dt de snelheid veal grooter zal
zijn
dan

die van het motorschip Victoria van de Lloyd Tries-
tino, welke nog steeds de snelste motorboot in de
vaart is, met een gemiddelde snelheid van 23 knoo-
pen. Het is daarom .niet uitgesloten, dat de Italiaan-
sche handelsvloot binnenkort de snelste verbindingen
tusschen Italië en het Verre Oosten zal onderhouden.
De Minister heeft niet vermeld, doch zulks is al-
gemeen bekend, dat de Italiaansche lijnen eveneens
overwegen de op den Zuid-Afrikadienst varende ton-
nage te vernieuwen door het inleggen van schepen,

Per uit. Juli
1938

11

Per uit. Juni
1938

282
144
426
60
27
53
95
235 258
69
9
336

18
2
18

678
10
6

281 149
430
61
22
58 97
238
264
70
9
343
17
2
18
1.035
1.048
694
14
6

17 Augustus
1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

621

waarvan de snelheid niet kleiner is dan 18 knoopen.
In de buitenlandsche pers is veel geschreven naar
aanleiding van het feit, dat de Unie van Zuid-Afrika
haar subsidie aan de Lloyd Triestino heeft gestaakt

voor het onderhouden van den dienst. De Ita-

liaansche pers heeft de zaak klaarblijkelijk niet be-
sproken, omdat de Italiaansche reeders bezig zijn den
dienst te verbeteren en niet in polemiek willen tre-
den. Bovendien overtreft de uitvoer van Italië naar
de Unie in den laatsten tij:d den invoer uit dat land,
gaan er groote zendingen fruit van de Unie naar

Zwitserland en Tsjecho-Slowakije via de haven van

Oenua, terwijl de havens aan den Levant kleeden, olijf-
olie, enz. naar de Z.-Afrikaansche havens verschepen.

AANTEEKENINGEN.

Het goudembargo opgeheven.

Met ingang van 6 Augustus jl. is het uitvoervei–

bod van gouden munt en muntmateriaal, dat sedert
de loslating van den gouden standaard bestond, op-

geheven. Practische beteekenis heeft voor dit moment

deze beslissing niet, aangezien immers sedert 17 Juni

van het vorige jaar de gouduitvoeren in de practijk
reeds weer werden toegestaan. Men behoefde daarvoor –
echter telkenmale de ontheffing van het uitvoerver-
bod. Aldus was een situatie ontstaan, die voor alle

betrokken partijen, de Nederlandse Bank, de douane,
de goudarbitrageanten veel administratieve romp-
slomp met zich bracht, en die geen enkel practisch
nut had. De opheffing van het verbod ligt dus vol-
komen in de lijn, en is niet meer dan een consolidatie
van den bestaanden toestand.

De opheffing van het verbod is gepaard gegaan
met een voorstel om de Regeering bij de wet de be-
voegdheid te verleenen om op elk moment dat haar
dit goeddunict een goudu:itvoerverbod in te stellen, en wel op dezelfde basis als in de Orisisuitvoerwet: onder onverwijlcle indiening bij de Staten Generaal
van een wet tot bekrachtiging van een desbetreffend
besluit.

Over het nut van een dergelijke bevoegdheid kan
men van meeuing verschillen. Wanneer men zich rea-

liseert wat de reëele beteekenis is geweest van het

MAAND

Gecombineerde Maandstaat der vier Nederi. Grootbanken
(Jn millioenen guldens)

Activa:
Kas, kassiers en daggeldieeningen ………………….
Nederiandsch schatkistpapier …………………….

A
nder overheidspapier …………………………..
Wissels ……………………………………….
Bankiers in binnen, en buitenland………………….
Prolongaties op voorschotten en effecten …………….

Debiteuren ……………………………………..
Effecten en syndicaten …………………………..
Deelnemingen
(mci.
voo rschotten ………………….

Gebouwen …………………………………….
Belegde bestemmingsreserven ……………………..
Effecten leendepôt ………………………………

Passi’va:
Crediteuren

……………………………………
Wi
ssels – eigen acceptaties ……………………….
– derden ……………………………..

uitvoerverbod, dat in de wet van 26 September 1936 werd vastgelegd, dan moet men tot de conclusie ko-
men, dat dezt bepaling nimmer

ook maar het ge-
ringste nut heeft gehad. Een uitvoerverbod heeft zin

en is zelfs onmisbaar wanneer men na een muntde-

preciatie maatregelen wil voorbereiden om de winst

op goudbezit op één of andere wijze geheel of gedeel-
telijk voor de gemeenschap op te eischen. Wil men

dat niet en laat men den goudbezitter in het genot
van het agio, dan heeft- een goudexportverbod geen
beteekenis. Feitelijk vraagt men zich af waarom ooit

deze maatregel werd genomen; wij hebben daarop des-

tijds reeds dadelijk gewezen. En wanneej’ men nu

voor de toekomst het blijkbaar belangrijk vindt om

op elk moment de maatregel weer te doen herleven,

dan kan men daaruit niet anders concludeeren dan

dat men denkt aan de mogelijkheid dat te eeniger
tijd weer een goudwaarde-accres zou kunnen intreden

en dat men dan jegens de bezitters een andere hou-
ding wil aannemen dan bij de depreciatie eind 1936,
een veronderstelling die overigens allerminst zon
fantastisch lijkt.

Met dat al een maatregel die voor het moment geen
beteekenis heeft behalve dan een zuiver technische.

C.A.KJ.

e rijstpolitjek van het Nederlandsch..Jndjsche
Gouvernement.

Aan het verslag van den President van De Java-
sche Bank ontleenen wij de volgende passage over de
ri.jstpolitiek:

,,De Overheidsbemoeienis ten aanzien van het voor
de inheemsche sfeer als bron van inkomen zoo be-

langrijke product rijst bleef in 1937 op dezelfde leest
geschoeid als in voorgaande jaren. Doelstelling bleef:

het handhaven van een redelijk en – behoudens sei-
zoensschommelingeri – stabiel prijspeil, welk doel
werd nagestreefd door het zoo nauwkeurig mogelijk
reguleeren van den invoer en het bevorderen van de
mobiliteit van de binnenlandsche rijstvoorraden. Toen begin 1937 kwam vast te staan, dat wederom
op een ruimen Westmoesson-padi-oogst kon worden
gerekend en derhalve op Java een belangrijk over-
schot aan rijst beschikbaar zou komen, besloot de

:IJFERs.

16
20
54

53
15 9

Deposito’s

op

termijn ………. …………………….
..

2

Diverse

rekeningen ……………………………….
..

Eff
ecten ieendepôt
.
8

m
Bestemingsreserven

……………………………..
.2
……………………………….
18

783
796

Werkzaam kapitaal:

Aandeelenkapitaal………………………………
Reserve……………………………………….

252

252

170
82

252

170
82

622

ECONOMISCHSTATISTIS1E BERICHTEN

17Augustus 1938

Regeering, teneinde den afzet hiervan te vergeinak-
keljken en zoodoende een ongewenschten druk op het

prijspeil te voorkomen, tot een verdc’re beperking
van den invoer; Sumatra’s Oostkust en Bengkalis,
welke gewesten tot dusverre nog 50 pOt. van huh
rijstbehoeften in het buitenland hadden mogen in

dekken, werden met ingauig van 1 April volledig voor

den invoer van buitenlandsche rijst gesloten, waar

mede de laatste directe schakel tusschen de Neder-
landsch-Indische en de buitenlandsche i-ijstinarkten

werd verbroken.
Reeds dadelijk stond echter vast, dat zulks niet
van blijvenden aard zou kunnen zijn, aangezien het

op Java en elders voor export beschikbare surplus
geenszins voldoende was om in de totale behoeften

van de rijstimporteerende gebieden te kunnen voor-
zien. Toen dan ook in de tweede helft van het jaar
het Java-surplus belangrijk begon terug te loopen,
werden geleidelijk weder verschillende deelen van de

Buitengewesten – eerst Menado en de Molukken,
vervolgens Djambi, .Indragiri, Bengkalis, Sumatra’s
Oostkust, de Westerafdeeling van Borneo en teui-

slotte in zekere mate Sumatra’s Westkust – voor den

invoer van buitenlandsche rijst opengesteld.

In de laatste maanden van
1937
vertoonden spe-

ciaal in Oost-Java de prijzen van de meer iii-

ferieure ri.jstsoorten, deels door oögstmislukkingefl,

doch ook als gevolg eener terughoudende verkoop-

politiek van de pellerijen, een sterkere stijging dak
door de Regeering wenscheljk werd geacht. Zij heeft
daarop den export van goedkoope rijst van West-

Java naar Oost-Java krachtig bevorderd en, toen dit
onvoldoende effect sorteerde, beperkte hoeveelheden

buitenlandsche rijst op ‘Java ingevoerd. In de periode

December/Maart importeerde het Gouveriiement circa
28.500
ton rijst, voornamelijk in Oost-Java, welke
tegen lagere prijzen dan de voor de overeenkomstige

kwaliteiten in het binnenland geldende aan den haux-

del werd doorverkocht.
Gedurende de eerste weken van
1938
bleven niet-

temin de rijstprijz.en zich nog in stijgende richting
bewegen; eerst in Maart trad een merkbare daling in .”


MAANDCIJFERS.

EMISSIES IN
JULI
1938.

Pror. en Gemeentel. Leeningen ….
f
.731.582,50

zijnde:
Nederland
Gein. Heiugelo
f 1.934.000
1
)
31/4% obi.
9.

9978%

………..f

1.931.582,50

Gem. Nijmegen
f 800.0O0)

31/4%
o’bl.

9.

100%

…. . …….

.,

800.000,

Industrieele Ondernemingen ……..,, 1.848.750,-

zijnde:
Nederland
Aancleelen:
N.V.

Electro

Zuur-

en

Wuuterstoffabriak

f
250.000

aand

9.

150%
3
)

… ……….
f

375.000,-

België

Obligatiën:
Tanueries & Maroqui-
nerlie bel’ges
fl.öOO.000
lOj.
434%
obi.
9.
9834% ……f 1.473.750,-
Electr-., Gas-, Tel.-, Telegr.- en Wa-

terl. Mijen………………….
f
12.054.000,-

zijnde:
Ver. Staten:
Obligatiën:
Intern: Standard Elec-
tric Corp.
f 12.300.000
4% 15
j. obi. 1
98% f 12.054.000,-

Diversen
4
)

…………………..
,,11.331.382,-

zijnde:

Nederland
Obligatiën:
N.V. Houtlia.ridel v/’h.
G. .A1berts Lz.n. & Co.
f 500.000 4% o’hl.
9.
100% ……………f 500.000,—

België
Obligatiën:
Co’nip. Int. des Wagons-

Li,ts et des (rands
Express En ropdelis
f 12.500.p09
5
)_4%..obI

– –
9. 98% ……………10.83l..38
2
,

._.

Kerkelijke Leeningen …………..
zijnde:
Nederland
Ger. Kerk v. R’d.am-
Zuid (Katend recht)
f75.000
6
) 334%
eb!.
9.
100% ………….f 59.800,-
Ger. Kei-k
v.
ijmuiden

fSO0
008
) 33.4%
obI.
9.
100% ……………,, 46.400,-.
R.K. Kerkbest. d. Par.
v.
.h. A.11enhe.il
. Sacra-
ment, Delft,
f
260.0008)

31/2%
obl.
9.
993/%U) ,, 44.815,-

RK. Keridbesit. d. Par.
-v.
O.L. Vrouw
v.
Goe-
dan Raad, Beverwijk,
f 95.00010) 33.4%
obi.
9.
99%
%tt)
………., 1.530,-

RK. Par. Ke,rkbent.
v.
d. H. Bavo, Heemstede,


(Berkanrode),
f 200.000) 334% obi.
.99%
%13)
……….
..
81.205,-

St. Thomas
9.
Villa-Nova
Stioh’t., Haarlem en
t. Augusbinus-Sticht,
Utrecht,
f 475000)

334%
obi:
9.
100% ..,,

7.000,-

‘er. t. Bevord.
v. Qhrisit.
Onderw. Tceneudaal
f 31.Ô00) 316% ohl.
9.
100
0
% …………,,

6.800,-

Totaal
. . . . f 28.213.264,50

Van de totale leening, groot
f 4.334.000, is
reeds

f 2.400.000 op
emisniervoorwaarden geplaatst.

Van
de totale leening, groot
f 1.795.000,
is reeds

f 995.000 op
einissacvoorwaa.rdeu geplaatst.
Uitsluii’teîid voor aandeelhouders
3 : 1.

247.550,–

AANVOER VAN GRANEN.
(In tons van 1000 kg.)

Artikelen

Rotterdam

.
Amsterdam

1
Totaal

8-13
Aug.
Sedert
Overeenk.
8-13
Aug.
1938
Sedert
1Jan.
1938
Overeenk.T
tijdvak
1937
1938

1937
1938
1Jan.
1938
tijdvak.
1937

25.165
644.937
1.055.588

4.295
17.735
649.232
1.073.323

1.950 101.971
153.740


2.875
101.971
156.615 Tarwe

……………..
Rogge

……………..
1.060
11.440
11.184



58.920

103.281

11.440
825.308
11.184 781.331
Boekweit …………….
Maïs ………………..
9.454 4.463
766.388
236.070 678.050
175.286
250

10.314 6.689
246.444
181.975

1.000
115.942 94.402

7.812
3.180
123.754
97.582
Gerst

………………

775
100.168
120.575 1.505
141.979 148.608
242.147
269.183

1.190
37.802
47.251

125

37.927 47.251
Haver

………………
Lijnzaad

………………

2 05
36.833
23.960

8.056 3.718 44.889
27.678
Lijnkoek …………….
Tarwemeel

………….
20.205
24.294
105
13.550
2.723
23755
27.017
AndPr6
meelsoorten 358

17 Augustus 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

623

)

,

E’
.L25
22

‘O


o
o

1938
45,5 38,9
55,7 48,0
47,1
39,2
rni
li
46,5 41,3 55,9
49,3 48,2 43,9
46,1
40,8
56,1
49,1
48,0
44,8

2-9

ug……

9-16

,,

,,
44,8
40,8
55,7 4P,9 47,3 44,7

ONTVANGEN BOEKEN.

Psychologie der Recla.me
door Dr.
F. Roeis.
(Amster

dam
1938; H. J. W.
Becht).
De schrijver behandelt achtereenvolgens de volgende
onderwerpen: Zuivere en toegepaste psychologie – De
-taak der reclame – Het publiek en zijn. behoeften – De
methodiek van dc psychologie der reclame – Dc waarne-ming van hot reclameiiiiddel – De opnierkaaamheid in de
reclame – Geheugen eis herin.ne’riing in de reclame – Het
begrips- en oordeelsvernioge.n van het publiek – Het ge-
voel in de reclame – Het appèl op de behoeften.
Deze uitgebreide keurig verzorgde, op kunstdrukpapier
gedrukte en rijk geïllustreerde, uitgave wil antwoord ge-
ven op de vraag in hoeverre de reclame haar voordeel
kan doen met kennis van de psychologische wetten niet
betrekking tot de reclame en waarvan het bestaan proef-
ondervindelijk is aangetoond.

Annuaire Sta.tist’ique de 1e Société des Nations 19871
1938.
(G’enevè 1938).

STATISTIEKEN.
BAN KD1SCONTO’S.

Ned
Disc.Wissels.
2

3Dec.’36
Lissabon

. . . .4
11Aug.’37
2
30Juni’32
BkBeI.B
2
1
3Dec.’36
Londen ……
.JVrsch.inRC.
21
3Dec.’36
Madrid ……
5
15Juli’35

Athene ……….
6

4Jan.’37
N.-YorkF.R.B.1
26Aug.’37

Batavia

……..
3
14 Jan. ’37
Oslo

…….. 31

5Jan.’38

Belgrado ……..
5

1 Febr. ’35
Parijs

……21
12Mei’38

Berlijn ……….
4
22Sept.’32
Praag

……
3

1Jan.’36

Boekarest ……..
3

5 Mei’38
Pretoria
. . .3

15Mei’33

Brussel ……….
3
30 Mei’38
Rome ……..
1
18Mei’36

Boedapest

……
4
28Aug.’35
Stockholm
..21

1Dec.’33

Calcutta

……..
3
28Nov.’35
Tokio
3.46
11 Mrt.’38

Dantzig

……..
4

2Jan.’37
Weenen …… 31
10Juli’35

Helsingfors ……
4

3Dec.’34
Warschau…
18Dec.’37

Kopenhagen
4
19Nov.’36
Zwits. Nat.
Bk.11 25
Nov. 36

OPEN
MARKT.

1938

13

8113

11
6

25/30
Aug.

Aug.

Aug.

Juli

1937

9(14
Aug.

1936

10/15
Aug.

1914

20/24
Juli

Amsterdam
Partic. disc.
i(
1
1
1
1
11
114

1
3
/8-
1
12
1
4
_431
4

Prolong.
1
12
‘Ii
1
12
112
1/
4
3)
111
4

3-414
(.onden
Daggeld.
1
131
‘(,-1
1121 2)
t/,-I
‘(-1
1
13

I 1
12
1

Partic. disc.
17
/32
17
/23
171
3

2)
1
7132
17
13
9
1i6
17
132

°116
I10I4
Serlijn
Daggeld ..
2
1
14-
1
12
2
1
14-
5
18
2
3
10_3
114
25(-33(
231-.71

3)

2
7
I83
1
I8
2518-3
1
/
Y,aandeId
2
3
14-3
2314-3
2
3
14-3
23/4-3
11
3
.71
5
3)
2
3
1-
7
1
2
1
12-j
Part, disc.
2
7
1
271
2
7
/9
2
7
19
2/8e)
2
7
(8
2′
Warenw…
4-12
4-(2
4-112
41(
3

4114
3)
4114
4-11
lew York
Daggeld
t
)
t
1
1 1
1
1
3135
Partic.disc.
12
1
1
2

11
3

113
11
3
11
4

1
Koers van 12 Aug. en daaraan voorafgaande weken t(m. Vrijdag.
Koers van 216 Aug.
b
) Koers van 9/13 Aug.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
New
Londen

Berlijn
Parijs
Brussel
Bal avla
York
5)

)
)
S
)
)
1

1)

9 Aug. 1938
1.83%
8.95%

73.65
5.00% 31.08
100%
10

,,

1938
1.83%
8.95%

. 73.60
5.00%
31.021

100%
11

,,

1938
1.83%
8.95K0

73.53
5.00%
30.92
1O0Y
16

12

1938
1.83%
8.94%

73.60
5.00
30.92
100%
13

,,

1938
1.839.ç
8

8.94%

73.80 5.00
30.89
100%
15

1938
1.83% 8.93%

73.53
4.99%
30.881

10094
.

Laagste d.wl)
1.83
8.93%

73.45 4.99
30.85
100
Hoogste d.w
1
)1
1.83% 8.95%

73.70
5.02
31.12
100%
rvluntpariteit
1.469 12.1071

59.263
9.747
24.908
100

Data
Zwit-
serland
PraaH Boeka-
rest
1)
Milaan
)
Madrid

9 Aug. 1938
42.04
6.331



10

1938
42.-
6.33



11

1938
41.98
6.34

– –
12

1938
42.03
6.34

– –
13

1938
42.01 6.34



15

1938
42.-
6.34



Laagste d.wl)
41.90
6.30

9.65

Hoogste d.wl)
42.07
6.36
1.45
9.70
Muntpariteit
48.003
7.371
1.488

13.094 48.52

Data
Stock-
Kopen-
o

Buenos-
Mon-
holm) hagen)
forfi
Aires’)
freal’)

9 Aug.
46.171 39.971
45.-

‘ir
48
1.82%
10

,,

1938
46.171
39.971
45.
3.95
48
1.82%
11

,,

1938
46.171 39.97k
45.-
3.96 47%
1.828/,
12

,,

1938
46.121
39.95
44.971
3.95 47%
1.82%
13

,,

1938
46.121 39.95
44.971
3.95
47%
1.82%
15

,,

1938
48.10

39.921
44.95
3.95
47%
1.82%
Laagste d.w1)
46.05

39.85
44.871

3.92
47
1.82
Hoogste d.w’j
46.20

40.021

45.05
3.98 48%
1.83%
Muntpariteit
66.671 66.671
66.671 8.286
95%
2.1878
*) Noteering te Amsterdam.
5*)
Not, te Rotterdam.
1)
Part. opgave.
In ‘t iste of 2de No. van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK.
(Cable).

Data
Londen
($
per

)
Parijs
(3
p.
lOOfr.)
Berlijn
(3 p. 100
Mk.)
Amsterdam
1 ($ p. 100
gid.)

9 Aug.

1938
4,87′.
2,72%
40,10
54,48
10

1938
4,88%
2,73
40,12
54,53
11

1938
4,87%
2
,7
2
‘..j’
40,10
54,48
12

1938
4,8 7 v
4

2,72%
40,10
54,50
13

,,

1938
4,87%
2,72K
6

40,09
54,50%
15

1938
4,87%
2,72%
40,08 54,49

16 Aug.

1937
4,98%
3,75%
40,22%
55,14
hluntpariteit..
4,86 3,90%
23,81%
40%

7
-,

‘) ilevendien Couversie Nederland NV. Amsterd. Ballastt

Nij.
f1.400.000
3’/s% obi. á 999Y
0
en Bouwmij. De Vriend-

sc
ha
l
)
f
1.100.000 4% eb!. á 100%, waarvan reeds
f200.000
t

op inschr. voorwaarden is geplaatst.
) Convernielconitig £ 2.000.000, waarvan £ 1.750.000 in
Londen, £ 250.000 in Amsterdam geplaatst,
1)10
roeto groot

£ 1.266.800 (op Asnsterd. ged. £ 158.350). Afgetrokken voor

(

sotwersie in Nederland
f
1.418.618.
0)
Van het netto-piovenu der leoning is een bedrag van

f
15.200 voor cen’versie afgetrokken.
Vnu het nC proveflU der leening is een beding van

f
3.000 voor oonversie afgetrokken.
Van het netto-provenu der leening is een bedrag van

f
214.000 voor conversie afgetrokken. Koers v. houders v. afloeb ..gest. old.
99
%%.
Van het nek.to-provenu der leening is een bedrag van

f
93.000 voor conversic afgetrokken.
15)
Koers v. houders v. aflosb. gest. obi.
994%.
) Van het netito-provenu der leeixing is een bedrag

van
f
118.000 voor conversie afgetrokken.
13)
Koers v. houders v. af losb. gest. obl. 99 4 %.
14)
Van het netto-provenu der leening is een bedrag van

f
468.000 voor oonversie afgetrokken.
19 Van de totale leening groot
f
45.000 is reeds een be-

drag van
ƒ
14.009 op inschrijvingavoorsvaarden geplaatst.
Van het nertto-pi

otveuu der leening is
f
24.200 voor con-

versie afgetrokken.
Intro&ucties.
Voorts werd hier te lande de inschrijving opeiigesteld op
een beperkt bedrag.
Cert. v. £100.-.- 3%% Finaneia.l Agreement Loan, Fire

IL pim. 78%.
4% obi. Finland 1937
1
pl.m. 64%.
Cert.
v.
10 gen’. aand. groot $ 1 per aand. Curtiss-Wright
Corp.
9.
pim. $ 4 P. aandeel.
Cei’t. v. 10 gew. aand. $25 nom. Hheips Dodge Corp-

kL
pl.m. $ 20 per aandeel depôtf.ractie’bew.
11
resp.
1/599

aand. Gemengd bes. v. aand. -in Zuid-Af rik. Ondernemingen

V.
Z.-Afr. Waarden NV.)
9.
pl.ni.
f
883, resp.
fi?S.
Depôtfi

aetiehew.
1
150
resp.
5/s0
aand. Serie A, cum.
prei. Serie B, igew. aand. Zuid-Af rikaarisohe Waarden
9.

raap. pl.m.
f
207,
f
1027.50 en
f
217 en
f
1077 depstfrac-
ties ,,Otnada-f”
9.
pl.m.
f
540.

Emissles in 1938.
(In Guldens)
Nieuw kapitaal:

Conversie:

Obligatiën

Aandeelen

Totaal

/
lan…..2.461.075,-

1.740.000,-

4.201.675,-

l.076.51650,-
I
3
ebr …..

9.267.401,25

636.000,-

9.903.401,25

1
l0,I4.600,-
Maart .-” 17.951.327,50

1.650.000,-

19.601.327,50

81 525.748,-
April

466.292,50

157.500,-

623.792,50

4.852.400,-
Mei …..20.122.140,50

20.122.140,50

4.613850,-

j
uni…..24.164.620,-

5.856.250,-

30.020.870,-

1.460.650,-
uli …..27.838.264,50

. 375.000,-

28.213.264,50

44.6l8,-

102.271.121,25

10.414.750,-

112.685.871,25

1.283. 4.516._

Indexcijfers van belangrijke voedings. en genot-
middelen en grondstoffen.

Data
Metaal
latie
Andere
opeischb.
schulden
Discont.

16 Juli

1938,.
876 1.058
520 554
1.244
9

1938.,
876 1.039 750 552
1.221
2

1938..
876
1.259
485
554
1.231
25 Juni

1938,.
882
1.080
619 553
1.196
18

,,

1938..
881
1.004
615
554 1.184

1 Juli

1914..
645
1.100 560
735
396
,!
.3LUILI). UCI dCttVd.

624

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

17
Augustus
1938

KOERSEN TE LONDEN

Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
30Juli
1938
6 Aug.
1938
8/13
Aug.
1938
LaagstelHoogste

13
Aug.
1938

Alexandrië..
Piast.p.
97%
97%
97%
97%
97%
Athene

….
Dr. p.
£
547%
547%
540
555
547%
Bangkok….
Sh.p.tical
1/10% 1/10% 1/10%
2/1%
1110%
Budapest

..
Pen. p.
£
24%
24%
24%
24% 24%
BuenosAiresi
p.pesop.
18.8.71
18.75
18.68
18.92 18.871
Calcutta….
Sh. p. rup.
115
1

11515
16

1/5%
115
81
1
32

1
1
539
/3
2

Istanbul

..
Piast.p.0
616 615 615 815
615.
Hongkong
..
.

8h. p.
$
113
1/3
1/2%
1/3%
1/3
Sh. p. yen
112
1/2
1/1%
1/2%
1/2
Lissabon….
Escu. P. £
110v
1
,
110%
110
110%
11094
Mexico
: $
per
£

– –


Montevideo
.
d.per
20
20%
19%
21
20%

Kobe

…….

Montreal

..
$per
4.93%
4.91%
4.89 4.91%
4.89%
Rio d. Janeiro
d. per Mii,
227/
93

2%
2%
2% 2%
Shanghai

..
d. p.
$
8%
8
7%
8%
8
Singapore ..
Sh. p.
$
214
214
2/3%
2/4%
214
i
Valparaiso
).
$
per
£
123
123
123
123 123
Warschau ..
Zl. p.
£
26%
26
25% 26%
26

viric. not.

13 laten, gem.
Dec. 1936 16.12.
3)
90 dg. Vanaf
not., welke imp. hebben te betalen
10
13 Dec. 1937 laatste

export” noteering.

ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
8)

Londen’)
N.York2)
Londen
9 Aug. 1938.. 19%
42%

9 Aug. 1938….

142171
10

,,

1938..

19%
42%

10

,,

1938….

14216 11

,,

1938..

193.(
42%

11

,,

1938….

142141′
12

,,

1938..

19%
42%

12

1938….

14218
13

,,

1938..

19

13

1938….

14219
15

,,

1938..

193
8

42%

15

1938….

14218

16 Aug. 1937.. 20
44%

16 Aug. 1937….

13917

27 Juli 1914.. 24%
59

27 Juli

1914….

84110%
1)
in pence p. oz. stand.
2)
Foreign
silver in $c. p. oz. line.
3)
In 8h. p. oz. fine

STAND
VAN ‘s RIJKS KAS.
Vorderingen.
1

30Juli1938
1

7Aug.1938 Saldo van ‘s
Rijks
Schatkist bij De Ne-
derlandsche Bank ………

……..
/172.893.536,38
/182.637.825,91
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

464.860,15
,,

1.239.053,36
Voorschotten

op

ultimo

Juni

1938
a/d. gemeent. verstr. op a. haar uit te
keeren hoofds. der pers. bel., aand. In
de hoofds. der grondbel. en der gem. fondsbel., alsmede opc. op dle belas.
tingen en op de vermogensbelasting

.


,,

10.499.861,59
Idem aan Suriname ………………
11.052.441,48
11.072.700,48,
Kasvord.weg.credletverst.a/h.buitenl

103.042.816,26
,, 102.826.477,68

Voorschotten aan Ned.-1ndl

……….6.345.182,61

Daggeldieeningen tegen onderpand
Saldo der

Rijkscomptabelen
postrek. v.

….


30.155.110,-

Vord. op het Alg. Burg. Pensioenf.l)
,,

32.994.702,11


Vord. op andere Staatsbedrijven’)
11.718.583,80
.

11.553.452,36
Verplichtingen

Voorschot door De Ned. Bank lngev.
art.

16 van haar octrooi verstrekt
– –
Schatkistbiljetten In Omloop ………
/227.720.000,- /227.170.000,-
Schatklstpromessen in omloop
– –
1.086.46550
,,

1.086.350,-
Schuld

op

ultimo

Juni

1938

a/d.
gem. weg. a. h. uit te keeren hoofds. d.

.

pers. bel., aand. 1. d. hoofds. d. grondb.

Zilverbona In Omloop ………………

e. d. gem. fondsb. alsm. opc. op dle
bel, en op de vermogensbelastlng
7.479.067,10

7.479.067,10

Schuld

het Alg. Burg. Pensloent’)
aan
,

966.607,75
,,

946.607,75

Id. a. h. Staatsbedr. der P.T.

T.’)
en
52.485.114,48
,
222.107.018,98
66.518.875,71

233.264.114,66 1

Schuld aan Curaçao’) ….
………….

,,
30.026.470,32
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)
…….30.026.470,32
Id. aan diverse instellingen
1)
…….
….
204.511.864,80
204.932.752,05
1)

‘s

In rekg.-crt. met

Rijks Schatkist.

NEDERLANÖSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.

1

6 Aug. 1938
1

13 Aug. 1938
Vorderingen:’)

Saldo Javasche Bank …………….

.
Saldo b. d. Postchèque- en Girodienst

331.000,-
/
/

132.000,-
Verplichtingen:

..

Voorschot’s Rijks kase.a. Rijksinsteli.

,,

0.500.000,-
,,

5.988.000,-
Schatklstpromessen In omloop …….

.fl.000.000,-
,

16.000.000,-

Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.

,,

818.000,- 5.000.000,-
818.000,-
Schatkistbiljetten in omloop ………..5.000.000,-

Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.

1.909.000,-
.

2.392.000,-
Belegde kasmiddelen Zelfbesturen…

,,

980.000,-
,,

1.030.000,-
Voorschot van de Javasche Bank

,,

2.652.000,-
,,

960.000,-
1)
Betaaimiddelen in ‘s Lands Kas
/
32.064.000,-.

SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 15 Augustus 1938

Activa.
Binnen!. Wis.(Hfdbk.
f

8.812.696,23
sels, Prom.,Bijbnk. ,,

369.595,54
enz.indisc.(
,
Ag.sch. ,,

390.764,20
f

9.573.055,97
Papier o. h. Buiten!, in disconto

……

Idem eigen portef.

f

4.950.000,-
Af: Verkocht maar voor
de bk.nognietafgel.


4.950.000,
Beleeningen Hfdbk.
,
271.229.359 13′)
mcl. vrsch.
Bijbuk.’

3.387.094 98
in rek.-crt.
öp

onderp.

Ag.sch. ,,

23.408.718,04

f
298.025.172,15

Op Effecten enz.
.. f
296.884.155,321)
OpGoederen en Ceel.

1.141.016,83
298.025.172,151)
Voorschotten a. h. Rijk ……………..

Munt, Goud ……
f

108.287.535,-
!4untmat., Goud .. ,,1.372.265.074,90

[1.480.552.609,90
Munt, Zilver, enz.

,,

21.989.078,29
Muntmat. Zilver.


,, 1.502.541.688,19
8
)
Belegging van kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

…………………….
,,

43.558.504,49
Gebouwen
en
Meub. der Bank ………
,,

4.580.000,-
Diverse rekeningen ………….
…..
,,

,

7.432.114,31
Staatd. Nederi. (Wetv. 27/5/’32,
S. No.
221)
,,

8.905.871,61

Pass,va

_________________________
fl.879.566.406,72

Kapitaal

……………………..
f

20.000.000,-
Reservefonds
……………………
,,

4.860.787,51
Bijzondere reserve

………………
,,

7.102.179,67
P
ensioenfonds

………
…………..
,,

11.847.375,60
Bankbiljetten in omloop …………..
,,

911.739.590,_
Bankassignatiën in omloop
……….
,,

22.469,49
Rek..Cour.
f
Het Rijk f191.744.569,50 saldo’s:

Anderen

730.253.883,38
,,

921.998.452,88
Diverse rekeningen
………………
,,1.995.551,57

.
f
1.879.566.406,72

Beschikbaar metaalsaldo

…………
f

769.236.312,52
Minder bedrag aan bankbiljetten in om•
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is
,,
1.923.090.781,-
Schatkistpapier, rechtstreeks bij de Bank
ondergebracht

………………..
,,


t)
Waarvan aan Nederlandsch-Indië
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsblad No. 99)
……..
/

63.247.800,-
2)
Waarvan in het buitenland …………………….
.174.766.775,48
Voornaamste posten in duizenden
guldens.

Goud
Andere
Beschikb.
Dek-
Data
Munt
1
Munimat.
Circula lie opeischb.

Metaal-
__schulden

saldo
kings
_perc.

15 Aug. 38
108288
1.372.265
911.70 922.021

769.236
81.9
8

,,

’38
108288
J..372.540
921.148 909.832 1769.098
81.9
25 Juli ’14
65.703
96.410
310.4371

6.198
1

43.521
54
Totaal
1
Schatkist-
Belee-

Papier
Diverse
Data
bedrag
discon to’s
promessen
_rechtstreeks
_
n_n
g
en

op
het
buitenl.
reke-
ningen
1
)

15 Aug. 1938

9.573

298.025
4,950

7.432
8

,,

1938

9.333

296.693
4.950

7.383

25
Juli

1914

67.947

61.686 20.188

509
‘)Onder de activa.

JAVASCHE BANK.

Andere
Beschikb.
Data
Goud
Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal-
schulden
saldo

13 Aug.’38
2
)
1Ïï.210
193.010
61.930 35.234
6

;,

’38
2
)
137.520
194.460
67.270
32.828

16 Juli1938
116.886

19.9′
190.018 61.526
36.207
9

,,’
1938
116.886

19.970 192.881
57.951
36.523

25 Juli 1914
22.057

31.907 110.172
12.834
4.842

a a
Wissels,
buiten
Dis-
Belee-
Div rse
,


Dek-
kings-

_____________
N.-Ind.
betaaib.
conto’s ningen
nin

nn
ge
percen-
lage

13
Aug.’38
2
)
3.580
72’450
54.430
54
6

,,

’38
2
)
3.010
76.620
57.300
53

16 Juli1938
2.982
52.592
54
14.655
46.225
9

,,

1938
2.621
14.979
‘46.381
46.070
55

25 Juli1914
6.395 7.259
75.541
2.228
44
2)
Slultpost activa.
2)
C
Iers telegrafiach ontvangen.

Auteur