Ga direct naar de content

Jrg. 18, editie 906

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 10 1933

10 MEI 19-3

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch 4statish

Beriochte
.
n
.

sch

.

e

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

18E JAARGANG

WOENSDAG 10 MEI 1933

No. 906

NEDERLANDSCH ECONOMiSCH INSTITUUT.
Curatoren: Mr.
G.
Vissering, Voorzitter; Ir. A. Plate, Onder-
Voorzitter; C. B.
van
der Leeuw, Penningmee8ter; Mr. W.
M. van Lan.schot; Mr. L. J. A. Trip; E. D. ven Walree.
Directeuren:’Prof. Mr. F. de Vries; Prof. Dr. N. J. Polok;
Prof. Mr. Dr.
G.
M.
Verrijn Stuart, Directeur-Secretaris

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:

Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt;
Jhr. Mr.
L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. N. J.
Pôlak; Air. Dr. L. F. H. Regout; Dr.
E. van Weid.erer
Baron Rangers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schiflhuis,
Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd Uci: Prof. Mr. Dr.
G.
M.
Verrjn Stuart.
Redacteur-Secretaris: Dr. B. M. H. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de lloochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnemenn volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver.

tenties:
Nijgh & van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam
Amsterdam, ‘s-Gravenhage. Post chèque.
en giro.rekening
No.
745192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— pev
jaar. Losse nummers 50 cents. Economisch-Statistisch
Kwartaalbericht f 1.—. Leden en donateurs ontvangen
het weekblad
en
het Kwartaalbericht gratis en een reductie
op de verdere publicaties.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

10 MEI 1933.

De geldkoersen’ zijn gedurende de afgeloopen week ge-
leidelijk aangetrokken. Het bleek al spoedig, dat de geld-
gevers den toestand eerst nog eens willen aanzien. De no-
teering voor prima bank-acee’pten is dan ook op 1% pOt.
gekomen. Ook eau was vaster en gisteren werd’ er voor 1%
5. 1% pOt. gedaan. Zelfs de prolongatie-noteering verbe.
terde tot 1% pOt.

* *
*

Blijkens den Weekstaat van De Nederlandsche Bank nam
de post bi’nnenlandsche wissels met
f
1.200.000 af; de be-
leeningen daalden met
f
17.400.000. Het tegoed in reke-
ning-courant van het Rijk, dat de vorige week nog

f
24.200.000 beliep, heeft plaats gemaakt voor een voor-
schot ten bedrage van
f
9.300.000. De posten papier
01)
het
buitenland en diverse rekeningen offder de activa vertoo-
uen geen wijziging van beteekenis.
De goudvoorraad is deze week met
f
47.3 millioen ge-
daald; de voorraad zilver verminderde met
f
195.000.
Onder de pa.ssiva der Bank geeft de biljettenoirculatie
een inkrimping te zien van
f
31.600.000. De saldi in reke-
uig.courant namen niet
f
25.300.000 af; het aandeel in
deze daling van de saldi in rekening-courant van anderen
bedraagt
f 1.000.000.
Het beschikbaar metaalsaldo is met

f
24.500.000 ingekrompen; het dekkingspereentage be-
draagt nagenoeg 80.

* *
*

De stemming op de

wisselmarkt was deze week zoo mo-
gelijk nog geagiteerder dan de voorgaande. De ongerust-

held bereikte haar ‘toppunt, toen Zaterdag bijna op het
slultingsuur, de geruchten over den gulden opnieuw o’pdlo-ken. De koersen voor Ponden en dollars vlogen naai boven;
er werden echter, .zooals te begrijpen valt, maar weinig
zaken afgesloten. De zeer pertineute verklaring van den
President «.an De Nederlandsche Bank heeft de gemoede-ren doen bedaren, hoewel een deel van het publiek er toch
nog niet geheel door gerustgesteld is, gezien de pogingen,
ie nog iteeds worden aangewend om goud te koopen, of
om gtildensaldi in andere valuta om te zetten.
Onze •bnnkwereid, clie ten volle vertrouwen

heeft in de
leiding, verleent volle medewerking om de rust te doen
wederkeeren. Daarom valt het te betreuren, dat er nog
een enkele is die een kleine tijdelijke winst boven de zeker-heid van een waardevas’te valuta verkiest. Pon’den openden
de week hier op 8.22. Er was een geregelde vraag, waar-
door een kleine hausse tot 8.38 ontstond. Een reactie tot
8.30 volgde. Opnieuw ‘begon men te koopen, waardoor een
nieuwe stijging plaAt’s vond. ‘Onder den invloed van de
reeds vermelde geruchten liep de koers tot 8.55 op. ‘Giste-
ren schommelden de Ponclen tusschen 8.37 en 8.43, slot
8:41. De dollr bewoog zich tnsschen de 2.07 en 2.14; slot
2.11%. Zaterdag moet er zelfs voor 220 afgedaan zijn.
Dollars noteerden in Londen’ 3.88-4.05-3.97 . Marken
bleven geregeld gezocht 57.60-58.80-58.40. Fransehe
Francs bleven zich boven de 9.79 ‘handhaven. ]Ye Neder-
laildsche Bank geeft nog dagelijks •’oud i’oor enport naar
Parijs af. Voor een gedeelte komt er tegen dit goud echter langs een omweg weder ander goud hij het publiek hier te
lande ‘terecht. Het slot voor den Ftanschen Franc was
lager: 9.783/
4
, dus iets onder het gouduïtvoerpun.’t. Belga’s
liepen terug van 24.75 op 34.66.. Z’witsersche Franes fluc-
tueerden weinig; zij bewogen zich meestal tussehen de
48.— en 48.05. Lires waren zeer gezocht en verbeterden van 12.90 tot 13.05. Peseta’s zonder veel fluctuaties rond
de 21.30. De Scandinavische koersen fluctueerden met het
Pond: Kopenhagen 36.80-37.45, Stockholm 42.90-43.50,
Oslo 42.25-42.80.’ Ca’nadeesche Dollars bleven ca. 1.85.

Op de termijnmarkt deden dc Ponden een groot agio.
Er was veel vraag voor beleggingsdoelc’inden, waarvoor
clan wel hoofdzakelijk Treasury-bills werden gekocht. Een-
en drie-maands l’on’den noteerden tenslotte 4 en 10 pun-
ten agio. In Loid,len liggen Guldens op tei-mijn ‘sterk aan-
geboden het agio’voor de Pondela
,
is op deze wijzé daar nog
veel grooter; hierbij speelt natuuriijk cle vertrouwenskves-
tie een rol. Dollars op ‘termijn zijn veel vaster: 66n-maands
noteerde 10, drie-maands ca. 50 punten agio. Veel vrag
was naar Fransche Franes op termijn, hoofdzakelijk wel
van de zijde van den graanhande’l ; dc slotprijzen waren
ce. 5 en 11 c. report.

Op de goudmh.rkt was het natuurlijk heel druk. Alle
soorten goud waren gezocht; baren deden tenslotte
f
1673
per IG., engles ca. 2.58, sovereigus 12.57. Gouden tien’tje
werden voor ca. 10.45 verhandeld.

LONIDEN, S Mei 1933.

Op de geldmarkt blijft ‘de toestand nog steeds dezelfde.
Het voort4urend aanbod van geld houdt den prijs zeer laag
op 3/ . %
pOt.
Disconto is eveneens weinig veranderd en blijft %
—°
/n
voor 3-maand’s ‘ban’kaecepten; omzetten zijn zeer ‘gering.
De deviezenmarkt was zeer onrustig onder den invloed
van ‘de groote schommelingen in den Dollar. Er is blijk-
baar
nigmand
die overziet, waartoe de genomen en nog te
nemen dtsppen in Amerika zullen leiden.

370

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 Mei 1933

DE ECONOMISCHE TOESTAND VAN

SURINAME.

De behandeling van de Surinaamsche hegrooting
voor 1033 in de Staten-Generaal heeft onder den in-
vloed gestaan van het ontbindingsbesluit der Tweedd
Kamer. De heer Van Boetzelaer van Dubbeldarn
liet dit duidelijk uitkomen door op te merken,
dat de omstandigheid, dat de behandeling plaats vond
met een Minister, die hoogstwaarschijnlijk niet lang

meer achter de groene tafel zal zitten, niet uitlokte
tot een zeer prineipiëel debat. Van eene principiëele
behandeling van het Surinaamsche vraagstuk kon dan
ook moeilijk worden gesproken, al werden, zoowel
van uit de Kamers als van achter de groene tafel, ook
enkele opmerkingen gemaakt, die het algemeen be-
leid raakten, zooals hetgeen gezegd werd over de al
of niet weuschelijkheid van een algemeen plan van

opbouw voor Suriname.
Echter rijst n.m.m. de vraag of, al waren er dan
politieke omstandigheden, die niet u.itlokten tot een
principiëel debat, de economische toestand van Suri-
name toelaat een dergelijk princ.ipiëel debat uit te stellen en of de tijd niet is aangebroken voor onze
Volksvertegenwoordiging om zich zoo spoedig moge-
lijk de vraag voor te leggen of het met dat Neder-
landsch gebiedsdeel bereikte resultaat een verder
voortgaan op den tot nu toe gevolgden weg wel wen-

schelijk maakt.
Dat de economische toestand in Suriname zorge-
lijk is, daarover zal wel algemeene overeenstemming
bestaan en dat deze zorgelijke toestand niet zijn oor-
zaak vindt in, doch slechts geaccentueerd is door de
heerschende wereld crisis, niemand die Suriname van
nabij kent, zal dat, meen ik, willen weerspreken. Wie den gang van raken •daar gevolgd heeft, weet dat het
land al sedert langeren tijd onder een voortschrij-
dende malaise lijdt, zoodat van de crisis slechts kan
worden gezegd, dat zij in Suriname haren invloed
deed gelden op een reeds innerlijk verzwakt lichaam

en daardoor dubbel hard trof.

De al sedert geruimen tijd durende economische neergang spreekt zich duidelijk uit in den loop der
landsmiddelen. Het overzicht van ‘s Lands Finan-
ciën, als Bijlage gevoegd ibij de onlangs door den
Gou.verneu.r aan de Koloniale Staten aangeboden Be-
grooting voor 1934, verstrekt de meest recente ge-
gevens om daarin een inzicht te krijgen.

Staat IV van genoemde bijlage geeft een overzicht
van de ontvangsten en van de zuivere uitgaven, dit
zijn cle uitgaven, na aftrek van het bedrag der recht-
streeks tegenover de hrtrto-uitgaven staande ontvang-
sten. Deze staat geeft dus een overzicht van de in-
:omsten. welke het Land als Overheid toevloeien,
terwijl Staat II van dezelfde
bijlage
aangeeft wat
liet Land uat’atgt voor verleende diensten en uit
de exploitatie van bedrijven, zooais vervoer te land en te water, post en telegrafie enz.
Beide groepen van cijfers kunnen ons, elk
0.1)
zich-

zelf, een inzicht geven in de economische ontwikke-
ling ove een reeks van jaren.

Bezien wij nu Staat IV dan vinden wij dat de totale
ontvangsten, uit belastingen en andere middelen, dus
de inkomsten als Overheid. in 1920 bedroegen

.f
3.507.107, in 1925
f
3.579.792, in. 1930
f
3.320.132,
terwijl zij, volgen…de voorloopige cijfers, in 1932 nog

slechts
f
2.766.743 bedroegen.

Bij oppervlakkige beschouwing kan men van deze
cijfers den indruk krijgen, dat de inkomsten zich vrij
constant hebben gehouden en eerst onder den invloed van de crisis een ongunstig verloop hebben genomen.
Doch wanneer men de cijfers der inkomsten over de
tusschenliggende jaren 1925 tut 1930 raadpleegt, zal
men zien dat reeds in 1927 een scherpe daling ‘er-
geleken bij 1926 is ingetreden en dat in 1928 en 1929
de ontvangsten reeds ruim
f
100.000 respectievelijk

f
175.000 lager waren dan in 1920. En geheel anders
wordt de indruk wanneer men rekening houdt met

INHOUD.
BIz.
DE
ECONOMISCHE TOESTAND VAN SURENAME
1
door
Mr.
A
.vanTraa ………
. ………………….. ……
370
1:Eet vraagstuk der katoenindustrie in Nederlaudscli-indië
II (Slot) door
Prof. Dr. J. Wisselink …………..
371
,,De Nederlandscli ludustriebauk NV.” door
Mr. Dr. B.
K.

Spanjaard………………………………
37
6

Bul’rENLANDsOHE MEDEWERKING:
l)e Engelselie hanclelsovereeiikoinsten door
Prof. Dr.
P
.

Geyl

………………………………..
378
Mogelij klieden tot opheffing van de deviezenregleinea-
teering
door
Prof. Eleniér Hantos

…………..
379

INGEZONDEN STUKKEN:
])e positie van den Nederlandselien Guldeii door
Mr.
Dr. J.

C. Witteveen……………………….
380
BOEK AANKONDIGINOEN:
prof. Dr. C. Gerretson. Geschiedenis der ,,Koninklijke”
bespr.
door
Dr. W. Mantner

………………
381
MAANDCIJFERS:
G’iro.kantoor der Gemeente Ainsterclaoi …………
381
ilypotheekrente in Nederland ………………..
382
Productie der Steenkolen-, J31’uiiikolcn- cii Zout.
mijnen………………………………..
382

Overzicht der Opbrengsten van liet Staatsbedrijf
der P.T.T……………………………….
3
8
2

Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank …………
3S2

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
…………….32-388
Geidkoersen. – Wisselkoersen.
– Bankstaten. – (joederenhandel

de omstandigheid, dat de bevolking van 107.000 zie-len in 1920 toenam tot 1.36.000 eind 1931 en dat alle
belastingen sedert 1920 verhoogd zijn. Want dan blijkt,
dat het natuurlijk acerès dat, als gevolg van deze
beide factoren, had kunnen worden verwacht, niet
alleen is uitgebleven, doch zelfs plaats heeft moeten
maken voor een absolute daling der inkomsten.
Geeft deze ioop van ‘s Lands Overheids-ontvang-
sten een weinig gunstigen indruk van de ontwikke-
ling van de draagkracht der bevolking, een gelijken
indru.k
krijgt
men bij vergelijking der cijfers va’o
ontvangst wegens verleende diensten en uit de be-
drijven.
Deze bedroegen ni. in i920
f
1.823.649, in 1925
f1.668.352, in 1930 f1.276.00 en volgens de voor-
loopige cijfers van 1.032 nog) slechts
.f
1.104.070, ter-

wijl raadpleging der cijfers “van de tnsschenliggende
jaren 1925-1930 eveneens aanwijst, dat de daling in
deze categorie van ontvangsten reeds eenige jaren,
v56r de wereldenisis uitbrak, was i.n•getreden.
Per saldo komen wij dus, ondanks een bevolkings-
toeneming van 27 pOt. en het verhoogen van alle
belastingen, tot een teruggang, vergeleken bij 1.920,
van 21 pOt. in de Overheidsontvangsten en van
39 pOt. in de ontvangsten wegens verleende diensten
en uit de bedrijven, terwijl het totaal van alle ont-
vangsten tezamen van
f
5.331.356 tot
f
3.870.813 of.

met 27 pOt. terugging. Deze cijfers laten geen ruim-
te voor een gunstig oordeel omtrent .de economische
ontwilckelin.g van Suriname sedert 1920.
Laat ons thans de tegenover de ontvangsten staan-de uitgaven eens wat nader bezien.
in totaal bedroegen die, na aftrek van het bedrag
der rechtstreeks daar tegenover staande ontvangsten,

f
7.038.81.3 in 1920,
f
6.414.193 in 1.925
f
6.350.396 in

1930
. en volgens de voorloopige cijfers
f
5.809.940 in
1932. Wij moeten daarbij rekening houden met de om-
.standg.hed, dat in de jaren 1.920, 1925 en 1930 een
gedeelte dier uitgaven uit geleende gelden werd
bestreden, dus niet ten laste van de Köloniale Kas
kwam. Brengen wij de daaruit voortvloeiende cor-
recties aan, dan komen wij op een bedrag aan Over-
heidsuitgaven van
f
6.131.532 in 1920
f
5.850.158 in

1.925, f6.237.250 in 1.930 en
f
5.809.940 in 1932,
waartegenover aan 0 verlteidsinkomsten stonden

f
3.507.707 in 1920,
j
3.579.792 in 1925,
f
3.320.132

in 1930 en f2.766.743 in 1932.
Onder de uitgaven rijn drie posten, clie sterk de
aandacht trekken, nl. die voor Onderwijs, voor Pen-
s.i’oenen en Wachtgelden en ‘voor rente en aflossing
op geleende gelden. Voor het Onderwijs (na aftrek

10 Mei 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

371

van schoolgelden) werd uitgegeven in 1920
f
548.244,
1925
f
989.217, in 1930
f
1.106.864 en volgens
cle voorloopige cijfers in 1932
f
1.113.642. Deze zijn
dus sedert 1920 verdubbeld.
Toor
pensioenen en wachtgelden werd zuiver uit-
gegeven in 1920 f438.271, in
.
1925f 630.036, in 1930

f
806.401 en volgens de voorloopige
cijfers
in 1932

f
932.246. Ook deze uitgaven ‘zijn verdubbeld.
Voor rente en ‘aflossing werd betaad in 1.920

1
.
482.308, in 1925
f
898.968, in 1930
j
498.727 en
in 1932 (voorloopige cijfers)
f
365.345.

Deze cijfers geven een belangrijke daling te zieu,
welke verklaard wordt eendeels door de omstandig-
heid ‘dat Suriname niet meer met leeningen
01)
de
open markt gefinancircl wordt, doch met voorschot-
ten van het Rijk, waarop geen aflossingen plaats vin den. De leeni ogen waarop aflossing moet plaats vin-
den, worden dus geleidelijk vervangen door leeningen,
waarop geen aflossingen plaats vinden. Anderdeels vindt de daling haar verklaring in de daling van het
reiiteperceutage, door het Rijk aan Suriname in reke-
.Iing gebracht voor de verleende voorschotten. Tot
1 .Juli 1925 bedroeg deze rente nog 5 pOt., in 1932
bedroeg ‘zij 1,6 pOt. per jaar.

O.nclanks deze ‘oor de Sur.inaamsche schatkist zeer
voorcleelige omstandigheid bedroegen echter de totale
zuivere uitgaven voor bovengehoemde drie hoofden
i i:i 1920
f
1.468.823 of. 42 pOt. van de totale Over-
hseidsinkoinsten, in 1925
j
2.518.221 of. 10 pOt. daar-
van, in 1930
f
2.31….992 of 70 pOt. en in 1.932
j 2.411.233 of 87 pOt. van cle totale Overheidsin-
komsten.


Voor cle kosten van algemeen beheer en ontwikke-
ling van het land is Suriname dus sedert 1920 meer
en meer afhankelijk geworden van het subsidie van
het Moederland en waar dit subsidie aan een bepaald
bedrag gebonden was, stond het Bestuur sedert 1920
voor de uiterst moeilijke taak een teruggang in de
ontvangsten van 21 pOt. tezamen met een toeneming van 64 pOt. in cle uitgaven waarvan het de uitzetting
iiiet kon voorkomen, op te vangen door bezuinigingen
dp de andere uitgaven, terwijl ‘de bevolking met 27
pOt. toénam!

t-let is niet aan te nemen, dat bij het vol’oeren van
deze moeilijke en geforceerde taak de ontwikkeling
van het land niet in het gedrang zou zijn gekomen,
indirect, zoowel als rechtstreeks. Indirect voor zoover
jJersoneelsbezuinigingen takken van dienst betroffen op de ontwikkeling van het land gericht, rechtstreeks
voor zoover bezuinigd moest worden op de werkfon’d-
sen voor deze takken van dienst ‘ter beschikking te
stej.len.
Een volgende maal zuilen wij nagaan, .i n hoeverre
116 cijfers der
ii
itgaven aantoonen, dat dit inderdaad
het geval is. Mr. A.
VAN TRAA.

(Slot volgt.)

.
.

HET VRAAGSTUK DER KATOENINDUSTRIE IN

NEDERLANDSCH-INDIË.

ZUiVER-ECONOMISCHE EN STRA’PEGISGI[ECONO-
WISCIIE RiSICO’S. PRIMAIRE E1N SECUNDAIRE
MAATREGELEN TER VOORLOOPIGE BESC.HER-
1 INC 111±11 1c1.EMEN DER 0011*i1 ERGI 1 liLic
EN BIODRIJ BSEO02OMiiSO:ErE 0ON60L1J)ATI E.

II. (Slot).
Pri?naire efwoermaatregel: csnti-dum.pin.g-wet.

T
at .inderdaad
kan helpen, zijn twee ‘maatregelen, waarvan do eerste een primair, de andere een secun-
dair karakter draagt.
De primaire maatregel is een anti-ch umping-wet,
werkend ‘geheel los van de Ïbestaande NederlandscihIo
dische tariefwet. Zulk een wet vershaf t den noodigen
afweer tegen vernietiging door economisch-strategi-

sche maatregelen van een concurreerende ‘buitenland-
sche industrie en tast geenszins het principe van ge-
lijke herechtigheid aan. wat een tolunie en preferen-
tiëele rechten ontegenrzeggelijk wei doen. Wat de con-
structie en de algemeene strekking van zulk een wet

‘iv Indië aaingaat, er zijn verschillende anti-duin-
1)in’g-vetten
i ti
werking, terwijl het nato
ci
rl.ijk ook
mogelijk zou zijn om een nieuwe te ontwerpen.
Indien echter eenigezins mogelijk, zal het overne-
men van een elders reeds lang in gebruik zijnche wet
(waarin eventueele technische leemten waren aan te
vullen en welke natuurlijk aangepast moeten w’or(heri
aan de Indische fiscale organisatie) de voorkeur ver-
dienen, omdat men zich dan terecht beroepen ‘kan op

een antecedent. Van alle bestaande as.ti-chumping-wet-
ten verdient o.i. voor Nederlandsc’h-Indië de Amen-
kaansche de meeste aanbeveling. De eenige leemte, die
men erin zou kunnen aanwijzen, is, dat zij niet vol-
doende rekening houdt met cle mogelijkheid, dat een
huite.ulandsche industrie in. het land, waarvan zij de
opkome.n’ch e nij verheici wil bevechten, een doch teron –
clernemirig sti.cht, (daarbij die dochter al dan niet als
haar ei’gen kind erkennende) en door deze de nieuwe
inheemsche fabrieken stelselmatig doet onderbiechen.
Dit gevaar is echter niet wo groot, omdat ook een
op Java te stichten (Japansche) ,,vec’htfalbriek” de
eerste jaren geen groote kwanturns doek levert of (in
een ‘hoogere range) geen doek van voldoende kwa-
liteit.

HTaaronc secundaire afwe ermaatregel noodig is. Verbreedirtg nieuwe
‘i’n.dustrie.
Struct’uur-inhaeiente en tccctisch-conme’rcëele fac-
to’ren.
Hoewel, op ziehzelf ‘bescliouwd, deze maatregel vol-
doende zou
zijn,
is om q)ractische redenen. (waarbij
een sterk psychologisch element) daarnaast het tref-
fen van een secunchairen maatregel ten zeerste ge-
wenscht.

Zooals reeds elders uiteengezet, zal op grond van
verschillende factoren een nieuwe Indische inch ustni e
haar debiet vnl. ten koste van den Japanschea weef-
seliqnpor.t verwerven en zeer zeker ‘zal cii t in de eerste
jaren het geval zijn. Er ‘zijn hiervoor twee redenen
aan te voeren, waarvan nien de eerste structuur-in-
haeren.t kan noejien, ‘terwijl de tweede van tactisch-
commerciëelen aard is. Het is om psychische reche.nen niet in het belang der bevolking, die aan. inclustr.iëelen arbeid gewendl moet worden, om de zgn. range-opvoe-
ring in een snel tempo te doen verloopen . Beter kan
men alle psychische inspanning, die men van cle nieu we aibeidskrachten kan eischen, zonder dat zij. van de
industrie worden. vervreemd, Qenutteu om in de gro-
“ere en. eenvouchige weefsels een ‘groote vaarchigheich te verkrijgen,, zoochat men voor deze artikelen spoechig
op een rendabele lbasis komt.
Deze goederen (reeds sedert jaren het onbestrecheii
domein der Japanners) zijn typische massale serie-
producten. Het bedrjfstype, dat op het meest-econo-
mische vervaardigen van zulke goederen kan worden
ingesteld, kenmerkt zich door een zoo groot mogelijk
relatieve factor-f’ixatie en dus verder ook door zoo
weinig mogelijk veranderingen, in welk opzicht ook.
Voor de in’heemsclie aibeidslcraohten met hun, om
het ‘zoo uit te dru.klcen, uitgesproken statische gees-
tesgesteldheid is niets onaangenamer en inspannender
clan veranderingen, hetzij in het doek, hetzij in grond-
stof fen, omwen’telin’gssnelheid der machines, machine-
capaciteit door hen ‘bediend enz., veranderingen die
bij een zgn. variahel bedrijfstype relatief zeer fre-quent zijn. Het massale seriebedrijf en de massale
serieproductie zullen de inlandsehe werkkrachten zeer
goed liggen.

[-let belang, dat het overbevolkte Java (welk land
bovendien, door de verzwakte internationale economi-
sche positie van de groote cultures zoowel dè agrari-
sche als de industniëele werkgelegenheid ziet vermin-
deren) bij industnialisatie in nieuwe richting heeft,
is genoeg bekend. (Een katoen:industnie, die slechts
in een ‘bescJheidei deel der inheemsc’he weefselcon-
sumptie voorziet, zou reeds een 12.000 werkkrachten
noodig hdbben). Dit ‘belang wordt ‘grooter naarmate
een maatregel ‘sneller hulp brengt, ie. naarmate de
nieuwe industrie oolc wericelijk hetrelckeiijk snel een

372

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10
Mei 1933

groot aantal, aibeiclskrachten kan absorbeeren. De
nieuwe ‘katoetzindustrie kan ook aan clezen laatsten
eisch voldoen, door de psychische euergie, waartoe
cle nieuwe arbeidskrachten in staat zijn,
eerst
te ge-

bruiken ‘voor venbreedi.ng der werkgelegenheid en
PtS

in een veel latere instantie oor ‘opvoering ‘van den
graad der productie. D.w.z. dat zoo eenmaal in een
proefbedrijf (of in eenige proefbedrijv en) ongeschool-
cle arbeidskrachten zijn gevormd ‘tot halfgesc’hoo1de
en geschoolde, deze eerste li.ch’tingen geschoolde arbei-
ders worden ‘benut ‘voor ‘het vormen van arbeidskerneu
in nieuw (naast dat eerste) te stichten bedrijven, al-
thans voor het creëeren van meerdere productiecapa-
citeit. Alleen nl. indien ccii’ goede Icern geschoolde
en half-geschoolde arbeiders aanwezig .is, kunnen nieu-
we ‘bedrijven een groote massa, ongeschoolde werk-
krachten opnemen. En dat men dus niet deze eerste
lichting geschoolde arbeiders verder gaat opleiden
om deze (op betrekkelijk kleine schaal) betere artikelen
te doen vervaardigen. Met de eerste methode snijdt
men een groot stuk uit het debiet ‘van Japan; met de
tweede een klei.n stuk vnl. uit het debiet van Neder-
land en. Engeland.

Wij zijn hiermede tevens gekomen op het punt,
waarin cle structuur-inhaerente en tactischcommer-ciëele factören in elkaar vloeien. In de eerste plaats
zal een. Ihdische industrie zoo spoedig mogelijic adn
den upmarsch van Japan zooveel mogelijk paal en ‘perk
moeten stellen. Gezien den druk, dien Japan op de
Indische markt gaat uitoefenen, is een, krachtige
weerstand ‘op een ‘betrekkelijk ‘breed front geboden.
Alleen een krachtige weerstand kan helpen en kan
clan ook wellicht den goederenstroom, die Japan nu

0])
geforceerde wijze naar Java leidt, afbuigen. En
‘line eer dit geschiedt, hoe ‘beter. Angst voor den tegen-
stancier en ‘hem ontzien,
in
cle hoop, dat hij dit pp
ander gebied ons ook zal doen, is een’ zeer verkeerde
‘basis. Integendeel, h’oe meer men de Japansche iti-
dustrie de vrije hand laat, hoe steviger haar positie
wordt, hoe sterker zij staat in ‘het volgend stadium
van den strijd en hoe meer zij ook zal nemen. Alleen
een hardnekkige en spoedige weerstand schrilct af.

Motief verbreedircg ook tegeno
f
ver C’hi’aa als potes-

tiëel concurrent. Positie Indische industrie.

1-let bier vernielde motief tot snelle ver’breeding in
lagere regionen geldt niet alleen tegenover Japan,
doch ook tegenover den potentiëelen concurrent
Ohina. De invoer uit dat land is tot nu toe, hoewel
op 2ich,zelf ibelangr.ijk, procentueel nog gering. Doch
waar de kostprijs van de vooraanstaande ‘Chineesche
fabrieken v66r den val van den Yen reeds lager lag
dan de Japansche en over eenige jaren waarschijnlijk
wederom lager zal liggen, vormen de spindels en weef-
getouwen van S’jsnghai een groote bedreiging. Een
toeneming van ‘den Chineeschen import
0])
den duur

ligt dus voor de hand. Deze toeneming zal weliswaar
vermoedelijk vrij langzaam verlooper, doch b.v. bij
langdurige perioes van moeilijkheden ‘met den Ch.i-
neeschen ‘binnenlandschen afzet door trodbelen, zou
men ivel degelijk relcening moeten houden met (wij
kunnen het ‘beste niet een’technische uitdrukking dui-
delijk maken., wat wij ‘bedoelen) plotselinge ,,drulcstoo-
ten” op de Java-markt, waardoor ‘het tempo der
debiet-toeneming wel eens aanmerkelijk versneld zou
kunnen worden. Het terrein, waarop de Chi.neesche industrie voorloopig het ‘sterkst staat, is wel dat der
grove weefsels en dat der ‘eenvoudige weefsels ‘onder
in de middelzware klasse. Is dit terrei.n nu bezet door
een inheemsche indische nijverheid, dan wordt deze
invasie opgevangen, en is het verkrijgen van vasten
voet ook in de toekomst voor dezeni potentiëelen’ con-
current veel moeilijker. Een’ overweging, waaraan een
nieuwe nijverheid, met liet oog op de ‘stevigheid van
haar positie in de toekomst zeker de noodige aandacht
moet schenken.
Verder is nog een’ reden aanwezig, indien het Ne-
derlandsche ondernemers zijn, die overgaan tot ‘het

vestigen eener katoen’indus’trie op Java. Af’gezien nog
van cle ‘bovengenoemde structuur-inliaereute en tac-
tisch-cornmerciëelo overwegingen, zullen deze zich niet in cle eerste plaats richten tegen de Nederland-
sche ‘industrie.
Terwijl om al deze redenen de concurrentie eener
Javaansche industrie zich in den aanvang het meest tegen’ J’apan zal richten, is het niet zeker, dat dit
0
1)
den duur zoo blijven
zal.
De fijnste goederen zullen,
vanwege de hoo’ge ligging der kwaliteitslimieten, zeer lang ‘buiten het bereik vai de nieuw’e Indische nij’ver-
heidi vallen, eerst clook’s’tuiting op zuiver-technische
limieten, daarna op economische limieten. Doch in-
dien de Javaansche nijverheid later de range opvoert,
zullen de lagere klassen der betere goederen, die Ne-
derland en Engeland nu leveren, zeer zeker Ibirmen
het bereik der Indische industrie komen. En deze
strijd zal voor haar vermoedelijk lichter zijn clan tegen
de J’apansc’he nijverheid, omdat de Europeesche kost-
prijzen hooger zijn. Overwegingen, da’t de Indische
nijverheid ‘zich dan van het ‘maken ‘van deze artikelen
zou moeten onthouden, kunnen ‘hier geen ‘gewicht in
de schaal leggen, want Nederland en Engeland zullen
dit terrein toch verliezen aan Japan en zich o.i.
alleen in de fijnste genres kunnen handhaven, waar-
van in Ned.-Inclië slechts ‘betrek(elijk kleine hoeveel-
heden kunnen worden afgezet. Boyendien kost het de
nieuwe industrie veel minder inspanning om een. ‘ter-
rein, wat toch ontruimd moet worden door derden,
‘te ‘bëzetten vSSr een concurrent, dan om dezen con-
current ‘hieruit te verdrijven, als ‘hij er zich eenmaal
genesteld heeft.
De positie van een Nederlandsch-Indische .tetiel-
industrie wordt dus vermoedelijk zoodanig, dat zij
eerst, uitsluitend concurreerend tegen Japan (en ook Ohna) ‘zich verbreedt, om. daarna voor een deel der
nijverheid de s’tijging der ai4beiclsefficiency te benut-
ten voor range-opvoerin’g en liet lagere deel van het
debiet der Europeesche industrie over te nemen.

Snelle terreinwin.st
van Japan maakt positie Indi-
sche industrie précair. (levaar van practisch rio-
n.o’polie in sleutelprocl’uc tea. Europeesche, induë-
trie moet blijv’en tot de Indische haar vervanqen
iran.
Reeds eerder is uiteengezet’) de basis-positie der
Europeesche ka’toenindustr.ie op’ Java (en inzonder-
heid die der Nederlandsche) en waarom Ja)an ter-
rein wint. Hoe snel de Japansche invoer vooruitgaat,
ziet men uit onderstaanden staat, overgenomen ut
,,Randelsberichten” (5 Mei 1932).
Het verloop der invoeren in Necl.-Indiö naar’de
hoeveelheid was als volgt:

Lande,, nu herkomst

1928

1929

1930 1931
Nederland ……………..
25,57

25,38

25,25

22,74

Gmoot-]3rit’taunië ………..
27,10 22,66

17,12

9,70
Japan ………………….
30,82

36,39

42,60

54,11

83,49 84,43

84,97 86,55′

De cijfers van. 1.932 zijli bij het schrijven’ van deze
artikelen (12 April 1933) nog niet gepubliceerd, wel
echter de Nederlandsche percentages van de beide
eerste ‘kwartalen van dat jaar, welke respectievelijk
23.08 pOt. en 17.75 pCt. beloopen. Bemoecligendieu
zij er niet uit.
Hoe sneller Japan opdringt, hoe moeilijker de posi-
tie voor een toekomstige Java-industrie wordt, in al-
gemeenen zin zal, iëd,er dit begrijpen. Hoe moeilijk die
positie echter wordt, ‘beseft men pas als men hiervan
een analyse maakt. 1-let is niet doenlijk deze hier ge-
heel weer te geven, doch enkele punten zijn’ voor een
inzicht in de moeilijkheden reeds voldoende:
A. De .positie van Japan wordt hierdoor krachtiger
en het zal een veel grooter inspanning ‘kosten om

i) J. Wjsseljnk: ,.De vestiging eencr .Katoeuin’du’strie ‘iii
Neilcrlanc[-:l ndië”. (Rotterdam
1931).
J. Wisselink: ,,Vcrschu.iviugeo in de Oost-Aziatische ka-toeniudustrie”. (Art. Telegraaf. Febr.
1930
en ‘brochure
Am-
sterda.m
1930).

10 Mei 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

373

Ja’pan uit cle grove ruwe weefsels te verdringen
zelfs nog geheel afgezien van cl’umping vanuit Osaka.
Immers, al is Java voor deze weefsels ook goedkooper,
de nieuwe industrie zal gedurende ettelijke jaren vrij-
wel tlleeii in deze producten kunnen concurreeren.
Niet alleen laten clan de anclëre.arti’kelen Japan zoo-
danige winsten, dat haar nijverheid hiermede gemak-
kelijk den strijd in de grove weefsels financieren kan,
doch de Japanner staat zeer sterk door te weigeren
om aan afnemers, die niet 66k het grove doek van hem
blijven ‘betrekken, andere producten te leveren. Japan
is nl. in ettelijke miclden-ruibrieken goederen (hi hdt
algemeen tusscheu het grove doek en de fijnere Euro-
peesche weefsels in) letterlijk heer en meester van
de markt. Een handelaar, die deze artikelen niet van
Japan betrekt, kan doodeenvoudig niet meer mee. In
cle eerste plaats, omdat Europa hem niet goedkoop
genoeg lbedienen kan om hem de concurrentie tegen een collega, clie met Japansc’h doek werkt, mogelijk
te maken. Doch er is meer. Voor sommige artikelen
heeft Europa nl. (hoewel teohnisch en organisatorisch
nog zeer wel in staat om deze goederen dadolijk weer
te gaan maken) den strijd in Nederlandsch-Indië
eigenlijk al op gegeven en komt niet meer voldoende
gesorteerd aan cle markt, omdat dit de kosten niet
meer goed maakt. (De Engelsche industrie heeft zelfs
haar handelsomigani saties al belangrijk ingekrompen).

Japan heeft hierin een zeer sterk dwangmiddel en
kan o.i. een nieuwe industrie tegenover een groot
deel van den handel in een positie plaatsen, die dicht
bij een econornischen boycot komt. Een middel, dat
men. ‘bij concentratie en de resulteerende gevechten tus-
schen concerns reeds vaak heeft zien toepassen en
wat bij een sterke positie doeltreffend werkt. Wij
zagen, hoe sterk de positie van Japan nu reeds is en
hoe meer dit land verder de markt ververt, hoe doel-
treffender liet middel ook inderdaad zal werken. Is
eenmaal de Europeesche industrie uit diverse cate-
gorieën rubrieken goederen pra’ctisch geheel ver-
dreven en heeft deze zich (iets later) ook technisch en
organisatorisch afgewend van de Indische markt en
is dientengevolge het Europeesche marktcontract ver-
nietigd, dan heeft Japan voor een heele reeks ,,sleu-
tel-producten” zoo goed als een monopolie-positie.

Met cle rnachtsmiddelen, die Japan daarmede ten dien-
ste staan, zou tegenover een jonge Indische industrie
een ware economische lawine in beweging gezet kun-
nen worden, clie haar even grondig zou bedelven als
een echte lawine een sicilooper. (Wat trouwens op den
duur zulk een monopolie-positie •van Japan te ‘betee-
kenen zal he!bben voor de prijzen; die de Javaansc!he
consument voor zijn kleed.ing betalen moet, zal ieder wel duidelijk zijn!).

B. Verder zal Japan, indien de terreinwinst in dit-
zelfde ten’ipo doorgaat, betrekicelijk spoedig terrein
winnen ten koste van Nederland. Niettegenstaande
onze industrie in vrijwel alle goederenrubrieken staat
tegenover belangrijke nadeelige kostprijsvers’chillen en tegenover verkoopprijze.n ‘van den concurrent, die nog
veel meer. van de Nederlandsche ‘verschillen dan door
de reeds genoemde kos tprijsversch uien gemotiveerd
is, biedt zij hardnekkig weerstand. Doch de geweldige
financiëele offers, die deze wanhopige strijd eischt,
zijn niet vol te houden en ibinnen niet langen tijd moet
o.i. dit front in elkaar zakken. Wat dan ‘verloren zal
gaan, is juist het gebied, dat de n.ieuwe Indische iii-
dnstrie straks ‘van Nederland (voor een klein deel van
Lancas’hir.e) zou kunnen overnemen en Japan zal dit
dus bezetten (en zich er muurvast in nestelen) jaren
v66r de Java-bedrijven technisch en economisch tot
deze overname in staat zijn.

Het is een eenvoudige tactische waarheid, da’t het
oneindig veel minder inspanning kost een terrein
v66r een tegenstander te ‘bezetten, clan om dien tegen-
stander ‘van een terrein (waarin hij ‘ inmiddels een
sterke stelling ‘heeft kunnen innemen) te verdrijven.
In de groote vraagstukken der industrie, ingevlochten
in het economisch imperialisme (wat ‘weer in laatste

i,istantie op ‘biologische factoren ‘berust) is dit niet
aders. Men môe’t hier de vraagstukken ook zuiver
strategisch stellen. Het zal groote, zéér groote offers
vragen ‘van de nieuwe industrie om ‘het onderste deel
van het tegenw’oordige de’hiet der Nederlandsche nij-
‘verheicl in indië, zoo hierin reeds eenige jarën door de Japansche fabrieken is voorzien, weer tot zich te
‘trekken, terwijl het anders vanzelf haar deel wordt.
i(Men laat “bovendien, indien de Indische industrie
niet onmiddellijk de Nederl.andsche opvolgt, een groo-
te waarde aan speciale technische kennis der ‘betref-
fende producten en relaties met de afnemers, die an-
clers overgedragen kunnen worden, verloren gaan).
Zelfs rijst de vraag of het zou geluicken Japan, dat
op indus’triëel gebied een gemiddelden voorsprong
van minstens 15 jaren op Indië heeft, dit debiet iveer
te ontnemen.

Wat hun in’loed op de ‘mogelijkheden eener te ‘ves-
ti’gen industrie lbetreft, loopen beide factoren A en B
later deels ineen (B is als het ware de laatste troef,
(lie Japan, spelende het spel A, nog’ in handen moet
krijgeu)
j
doch in eerste instantie moeten wij deze wel
degelijk gescheiden beschouwen. Zij maicen de vol-
gende doelstelling noodig:

‘beletten, dat Japan snel terrei,n wint;
‘beletten, dat de Neclerlandsche en ook cle Britsche
industrie orctijdig ‘het terrein, waar dat deel der In-
‘dische induitrie, waarvoor de range wordt opgevoerd,
haar arbeidsveld moet vinden, aan Japan moet af-
staan.

Als secundaire ccfwee’r?naatre pel: lcwa’atitatieve
conti’n’enteering. Beteelcenis der con.solidatie.

Voor beide doeleinden is slechts één middel, nl.
kwantitatieve contingen’teering der i.mporten, (bijv. ‘op
de ‘basis van den gemiddelden invoer over ‘liet tijdvak
1927-1031. (Het spreekt vanzelf, dat bij de vaststel-
ling en indeeling van rubrieken volledig rekening ge-
houden moet worden met s’tructureele- en andere ver-
anderingen in consumptie en ‘productie).

De keuze van dit tijdvak is zoodanig geschied, dat
het beginsel der concurrentie op gelijke economische
voorwaarden niet wordt aangetast en Japan, dat met
éen, ui.’tgangs’basis vin gelijke economische rechten ook
.billijk is, nog de volle ‘vruc’hten’ plukt van zijn lagere
kostprijzen, voorzoover deze economisch gefundeerd
zijn. Men kan over den duur van liet tijdvak, dat noo-
clig is om een zoo eerlijk mogelijk ‘gemiddelde te ‘be-
palen, van ‘meeni’ng verschillen, (sommigen zouden
3 jaren genoeg achten) nog miiinder wellicht dan ‘bij de
contingenteering ‘van manufacturen in Nederland
zou men in Indië één enkel jaar als basis kunnen
i’memen. Men denke daarbij aan afwijkingen, die met
den n’ormalen invoer (dynamisch (beschouwd – dus
trend in aanmerking nemend) niets te maken helbben,
zooais ‘h.v. veroorzaakt werden door een tijdelijken
boycott van Japansche goederen door de Ohinees’clie
handelaren op Java of door een staking ‘in Twente.
Men moet echter o.i., hoe kort ‘of hoe lang men de
periode kiest, als eindpunt nemen liet tijdstip tot
hetwelk n’og onder relatief-normale ‘omstandigheden
(met als kenmerk ‘ee,n nog niet geheel loslaten der
economische kosten der voortbrenging) geconcurreerd
werd. Wat hier du’s zeggen wil v66r Pond en Yen
losgemaakt werden van, de goudbasis. D,it gesc’hiedde
in het najaar van 1031, zoodat wij Engeland en Japan
zeker niet tekort doen door onze periode ‘van ,,nor-
male” concurrentie af te sluiten op 31 Dec. 1931.’

Bij de ‘keuze van en contingenteeringsbasis kan
men in aanmerking nemen, hetgeen wij den consoli-
datiefactor zouden willen noemen (wij komen hierop

nog terug) of men kan dit niet doen. O.i. ligt ‘hir
de grens tussehen een contingenteering, die men nog
een protectioniitisoh tintje zou kunnen toekennen en
een, die dit ‘bepaald niet heeft. In het geval van Indië
zouden wij het laatste aanrden, niet alleen tegenover
de inheemsche ‘bevolking, doc’h ook ‘om het psycholo-
gisch effect in Japan.

374

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 Mei 1933
i.n de hierboven beschreven contingertteerin’g moet
men den eerder mede noodi.g geoorcleelclen secundai-
ren maatregel zien.
Het wil ons voorkomen, dat aangetoond zijnde dc
noodzakelijkheid van cle contingente:ering (bv. voor
ccii -periode van 4 jaren – dus tot 1937) voor de op-
richting een er Nederland sci-Inclische in d u strie, de
invoering van den secunclairen maatregel al voldoende
gemotiveerd is. De belangen, die voor de inJeemsche bevolking, welke groote behoefte heeft •aan een haar
physiek en psychisch ligge.nclen “) industriëelen er-
heici, hierbij op het spel staan, zijn te groot.

De beteekenis ovan clezen secundairen maatregel is
met deze directe beteekenis echter geenszins bezien.
liet he-zigen van het begrip ,,secundair” voor een
maatregel, clie (alleen voor de katoenindustrie be-
schouwd) een algemeene anti-dumping-wet moet voor-
afgaan, zal dan meteen duidelijk worden. Deze secun
dare maatregel moet nl. den hoofdrnaatregel (anti-
d umping-wet) mogelijk, althans psychologisch, door-
voerbaar maken. .1-let moge, alvorens men. cle foitii
nader bezien heeft, aanvankelijk ietwat als een para-
dox klinken. Men moet
nu
een contingenteering op een alleszins ‘billijke basis invoeren, wi.1 men straks
een onaangename stemming in dat land tegenover
indië en Nederland voorkomen. Economische maat-
regelen ‘van derden, veroorzaken alleen çlaii een n-aangename stemming in een land, indien cle betref
fen’cle groepen van het bedrijfsleven deze als een on-
billijkheid voelen, hetgeen meestal alleen dan het ge-
val is, wanneer zij geconsolicieerde verhoudingen aan-
tasten. Een agitatie door enkele politieke groepen of
in de pers, zonder dat bepaalde bedrijfstakken, die
zich tekort gedaan voelen daar achter scharen (en van
wrok vervuld, telkens nieuwe wind -in de zeilen, bla-
zen), is meestal een kort leven beschôren en brengt
geen regeering in actie. Voelt dus in het onderhavige
geval cle Japansche industrie den maatregel niet als
een ‘onbillijkhoid of geeft de maatregel geen aaWlei-ding (terecht of ten onrechte) tot een o-naan-genkme stemming, dan zullen er ook geenerlei moeilijkheden
uit voort kunnen spriiten. .1-let criterium voor -het
ontstaan van een aangename stemming is in het alge-
ineen en zeker ‘voor een industrie iet een hooge kapi-
taalinvesteering en met een relatief hooge arbeids-
.intensiviteit, het al dan niet aantasten van geconso-
Ii deerde verhoudingen.

i’iieruit volgen twee dingen. Men moet bij alle
maatregelen ten bhoeve der indische industrie tegen-over Japan, Engeland en China zorg dragen om geen
reeds geconsolideerde verhoudingen aan te tasten.
Doch men ‘moet er anderzijds ook zeer ernstig voor
waken, dat irërhou.dingen, clie men straks aan
moet
tasten zich
niet
eerst consolideeren.

C’ommerciëele en
bedrijfseconomische
consolidatie.
Verband met productie-deviatie. Ingrijpen v66r
consolida.tie.

De bevolking van Nederlandsch-lndië, en met name
de bewoners van het over-bevoikte Java, hebben even-
goed recht op gelegenheid tot industriëelen arbeid
als de inwoners van Japan, China en Voor-Indië. De
bedrijfstaklcen, die waarschijnlijk met voordeel in de tropen uitgeoefend kunnen worden, zijn niet zoo tal-
rijk en de physiek weinig inspannende textieli’n dus-
trie wordt (o.a. door Furtwiingler) bij uitstek ge-
schikt geac’ht. Wil men (na door vestigingsonderzoe-
ken en bedrijfsproeven gebleken mogelijkheid) een
grootë Indische textielindustrie stichten, dan’ zijn
anti-dunipingmaatregelen nu eenmaal ‘onvermijdelijk.

De Japansche indu’s.triëelen zullen dit volkomen in-
zien en zullen zelfs kunnen billijken, dat Indië aan

‘) ‘Alen zie onze opmerkingen omtrent-de geschiktheid juist van de textieliri.dustrie voor Jan-den met een tropisch klimaat
iii de besprekingen van het -boek van Fiirtwitngler..,,Die
weltw’irtschaftliche Konkurrene des indischen industrie-
arbeiters”, in het Tijdschrift voor Economische Geogra-phie
1.5 Jnii/15 Augustus 1932.

de eigen industrie het ‘binnenlandsche debiet wil
geven. dat -het op grond van zuiver-economische
gronden (de lagere economische kosten der produc-
tie) -toekomt. Het is echter altijd zeer moeilijk, ook al moeten de -betrokkenen de billijkheid ervan toe-
geven om een nijverheid -iets te doen afstaan, wat zij
als haar geconsolideerd -bezit heeft gevoeld. Het is uit
een psychologisch oogpunt niet half zoo erg een ge-
hoopt ma’teriëel bezit niet te verwerven, dan het weer
te moeten opgeven na het eerst in bezit gehad te heb-
ben – en’ dit is het ergste! – zich geheel als blij-
i’end eigenaar -beschouwd te -hebben.

Hoe meer men nu de Japansche .importen laat
toenemen,- hoe -meer -mee de ‘betreffende nijverheid
‘laat rekening houden met een aanmerkelijk groote-
ren afzet op Java. Er komt hierbij een element in
‘het geding, dat eenerzijds ons toelaat iets achter de
oogenschijnlijke positie aan te loopen, doch anderzijds
nu ook aanzet tot spoed, ul. het -begrip (.industriëele)
economische consolidatie en. de tijd, die hiervoor noo-
clig is. Zelfs -bij een gestadig voorui-t,gaande nijver-
heid (die bovendien weet, dat zij sterker is), is er
altijd wel een na-ijling (statistisc’h begrip ,,slack”),
tusschen een terreinwinst bij den afzet en de econo-
mische consolidatie.

Bij deze laatste moet mcii weer onderscheid maken
tusschen de commerciëele consolidatie en de bedrijfs-
economische. De eerste gaat aan de tweede . vooraf.
Een goede leiding van een.i ndustriëel concern (en
de Japansche industriëele generale staf kent zijn
vak!) ziet eerst eens gedurende eenige jaren de kat
uit den boom, alvorens nieuwe terreinwinsten als een
vrijwel vaste Post in de afzetramintgen te brengen.

Het duurt weer even langer, alvorens men -zulk een
post ook geheel gaat invlechten in de organisatie der
productie, waarmede men in het tweede (bedrijfs-
economische) stadium komt. Nu kan het bovendien
mogelijk zijn, dat noch de productie-capaciteit, noch
het ‘bedrjfstype, noch de outillage eigenlijk precies
geschikt is geweest om op de meest-economische wijze
goederen voor dcii nieuwen afzet te produceeren. De synchronisatie b.v. kan niet geheel juist zijn geweest,
waardoor men dus bepaalde deelen van -het bedrijf
voortdurend langer moet laten werken dan de rest.
Een andere mogelijkheid, die hij den steeds stijgen-den -graad der productie in Japan het meest voor de
hand ligt, is dat men- met zgn. productie-deviatie
heeft moeten werken, met als gevolg een kostprijs,
die iets te hoog ligt. Productie-deviatie (wat een
groot bedrijfseconorei’sc’h vraagstuk op zichzelf vormt)
kan o.a. -het gevolg ‘zijn van liet feit, dat het (nieuwe)
product, dat -men voor de pas verworven markt moet
malcen, een andere meest-economische bed rijfsgrootte
vraagt of een geheel ander bedrjfstype of iets zwaar-
dere of lichtere (en dientengevolge meestal sneller
loopende) machines. In Japan gaat de overgang van
grof doek naar fijner nogal geleidelijk, en vrijwel alle artikelen zijn ser.ieproducten, zoodat de deviatie ver-
moedelijk meestal niet zeer groot zal behoeven te zijn.

Een zeer voor de hand liggende productie-deviatie
zou b.v. ccii kostprijsverhooging van 3
1.
4 pOt. ver-
oorzaken.

Waar nu gedurende de laatste jaren kostprijsver-
schililen to. van de concurreerende Europeesche in-
dustrie van wel pl.m. 1.5 pOt.
i)
regel ‘aren, is het
duidelijk, dat een ver-hooging van den Ja-panschen.
kostprijs met ‘b.v. 4 pOt. door productie-deviatie ge-
makkelijk gecompenseerd wordt. Men gaat, ook al
relcent men een commerciëele terreinwinst vrijwel
blijvend tot het de’biet, meestal niet dadeljk over tot
liet meestal zeer kos-bbare uitbreiden en/of reorgani-
seeren en nieuw outilleeren van bedrijven, doch werkt
bv. voor zoover het reorganisatie betreft veili-gheids-
halve liever nog eens een jaar o’f een pkiar jaren met
productie-deviatie. In Japan, met de groote marge
ten opzichte van den concurrent zal dit zeer zeker het

1)
Nog ongerekend de clepreciatie van dan Yen

10 Mei 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

375

geval zijn. Is echter eenmaal ook deze laatste stap
gezet, clan wil dit leggen, dat men ook psychologisëh
het geh eele consoli clati eproces •doorloopen heeft. Men
zal clan onwi’llekeurig den nieuwen afret beschouwen
als een moreel recht en een aantasting ervan zal wrok
wekken. Wij kunnen in het middel laten of zulk een
wrok gemotiveerd, of niet gemotiveerd is, doch ieder
zal beamen, dat het psychologisch een zeer grove fout
zou ziji de opwekking ervan niet te vermijden als dat

zeer ‘goed mogelijk is.

Japansche terreinwinst der laatste jaren nog niet
geconsolicleerd; doch hoog tijd.
09fl
in te grijpen;

tijdstip hiervoor gunstig.

Men ziet uit de bovenstaande beschouwingen, dat
de groote terrein winsten van Japan gedurende de
laatste jaren (de invoer is gestegen van 36.4 pOt. tot
54.1 pOt., over 1931) nog geenszins als geconsolideerd
beschouwd ‘zullen worden en dat zij iepaaldelijk nog
niet een bedrijfseconomische instelling van cle inclus:
trie. op het hoogste niveau tengevolge gehad kunnen
hebben. Men moet daarbij bovendien in aanmerking
nemen, dat een deel der terreinwinst zeker toe
,
te
schrijven is aan de depreciatie van den Yen en het
feit, dat cle Japansche industrie vlak voor het losla-
ten van de goudbasis groote voorraden ruwe katoen
gekocht heeft. Alen weet, dat de Yen nadien nog be-
langrijk gedaald is en dat naar allen schijn de ,,tij-
dige” katoenaankoopen nog eenige malen op Icleinere
schaal herhaald zijn ). Dat deze gedeeltelijke natio-
unie uitverkoôpen abnormale omstan d.itgheden zijn, zullen de leiders der industrie, aan wier economische
kennis n.iets onbreekt, ‘zeer wei inzien, hetgeen hen
nog voorzichtiger zal maken bij hun ramingen van
het ‘geconsolideerde deel van den meerderen invoer.
Wacht men nu echter voor Indië met
ingrijpen,
dan
wordt allengs psychologisch deze nog niet-geconsoli-
deerde uitbreiding vkn het dëbiet als ‘geconsolideerd beschouwd en de aantasting van den meerderen afzet
(welke toch onvermijdelijk is, wil een Indische i ndus-
trie slechts een bescheiden kans krijgen.) zal wrok
wekken.
Zooals reeds opgemerkt, is het noodig dezen wrok
te vermijden en het middel is spoedige contingentee-
ring, waarbij men duidelijk motiveert, dat deze con-
tingenteerin’g geschiedt om de reeds bestaande indus-
trieën lbenevens die, waarvan de stichting op sociaal-
economische ‘gronden voor de Indische gemeenschap
noodzakelijk en mogelijk wordt. ‘geacht, een gewone
faire kans te geven. Als secundair motief valt aan te
voeren de posi’tie van den indisohen Gulden, die af-
hankelijk zijnde van den Nederlandschen Gulden,
geen verdere verzwakkin’g van onze betalingsibalans
f,oeiaat ). Men legge daarbij den nadruk op ‘het vol-
streict tijdelijke karakter van den maatregel. Op grond
van dit tweede motief zou een contingenteering naar
wij hopen waarschijnlijk niet langer noodig zijn dan
twee jaren. Ten ‘behoeve van een Indische industrie
zou wel met een’ period& van 5 jaren ‘gerekend moeten
worden.
Flat ware te wenschen, dat de corttingenteering, uit
anderen hoofde aangevraagd (nl. ten behoeve der
Neclerlan dsche textieli nd ustri e en vooral tot verlich-
ting der werkloosheid) er reeds geweest was. Het is
echter nog niet telaat om door het alsnog treffen van
dezen maatregel een Indische nijverheid een kans te
geven. Doch hoe langer men wacht, hoe moeilijker
men’ den toestand maakt, om reeds zéér spoedig op
een punt te komen, waai’op ingrijpen om psychologi-
sche redenen niet meer mogelijk is of althans op der-
mate beperkte wijze moet geschieden, dat contingen-
teering als maatregel ten behoeve der toekomstige
.Indische nijverheid geen effect meer sorteert. Voor
den.geen, die de gestes der Japansche nijverheid gade-

1)
Zie
ook
de N.R.C.
7 April 1933,
Avoncb1ad.
• t?)
J. Visselink : Interview ,,A]gemeen Randeisbiad” Vrij-
dag S Jtili
1932,
,Twentscbe Txtie1iiîdiistric en Neder-
lauudsch-Ïndië”.

slaat, komen er nl enkele teekenen, clie erop wijzen,
dt nu een gunstig tijdstip nadert om tot dezen maat-
rgel over te gaan. Deze teekenen wijzen er weliswaar
sterk
0]),
dat het inderdaad de allerhoogste tijd wordt,
wil men nog iets dodi, doch anderzijds is er een aan-duiding, dat een contin’genteering Japan als natie nu
‘ee1 en veel minder ongelegen zou Icomen dan zegge
een jaar geleden.
Nemen wij eerst dit laatste punt. Ondergeteekende
heeft zelf een klein. jaar geleden
1)
uiteengezet, dat
Japan moest exporteeren met het oog op de-betalings-
balans, alsmede om coftte
dlue
c’oûte een toeneming
der werkloosheid te voorkomen, clie de arbeiders
waarschijnlijk in cle armen van de ultra-nationalisti-
sc’he groepen zou drijven en dus clé positie der regee-
ring zeer zou verzwakken. De geheele positie van Ja-
pan, financiëel en politiek als geheel beschouwd, is
echter veel gunstiger ‘geworden, de regeering kan op’
onmiskenbare politieke successen wijzen en staat on-
eindig veel steviger dan een jaar geleden. Reeds op
deze gronden zou een overgang tot contin’genteering nu veel gemakkelijker mogelijic ‘zijn en veel rustiger
en zakelijker beoordeeld worden dan medio 1932, toen
men in Japan, al ‘zou dit ook ‘geheel ten onrechte ge-
,weest zijn, er een profiteeren van een moeilijk nio-
ment in zou helbben kunnen zien. Speciaal een toe-
nemin’g der werklooeid zou totaal niet meer de be-
teekenis hebben van toen.

Japan’zc’he werkloosheid nu geen factor meer. Pro-
ductie-capaciteit bridt zich voortdurend en nu
wederom in stijgend tempo uit.

Zijn wij echter nog wel in een stadium, dat JapaiL’s
eerste zorg is, de bestaande industrie aan. het werk te houden en daarmede in een stadium, dat men dit land
uit dien hoofde eenigszins zou moeten outzisin? Het
‘raagstuk der werkloosheid in’ Japan is ‘zeer ‘gecom-
‘pliceerd, want twee ,,trends” loopen d’vars door dit
prybleem heen, nl. ten eerste (lie der stijgende i.r-
beidsefficien’cy door ‘meerdere kernvorming en teii twedde die der rationalisati’e, vn. door automatisee-
,
t
ring efi standaiirdiseering. Door deze beide bewegin-
gen (ond edeelen eener structu urverandering) daalt
het aantal arbeidilrachten per 1000 spindels en 100
weef’getouwen dé laatste jaren , voortdurend. Alen heeft echter overal het vraagstuk ddr geringere ‘be-
zetting door rati’onalisatie onder de oogen te zien
(niet het minst wij in Nederland!) en men moet dit
buiten het probleem stellen, waicr wij hier mede te
maken hebben. Dit is of door maatregelen in Ned.-Indië een ,,normale” (ex-trend) wericloosheid in Ja-
1
1
pan zou kunnen ontstaan nl. veroorzaakt door stop-
zetting van een deel van het productie-apparaat of eeû aanmerkelijke inkrimping van aibeidsduur der
bedrijven.
Men kan o.i. zeer wel verdedigen, dat men bij con-
tingenteering der bedrijven ten ‘behoeve vdn de toe-
komstige werkgelegenheid der eigen (Indische) be-
volking zich niets aantrekt van ‘het feit of hiervoor
productie-capaciteit in een ander laujd stilgelegd
moet worden, en ‘met dit ‘betoog zelfs vrij sterk staan. Zeer sterk staat men echter met ‘het beginsel, dat men
slechts maatregelen wil ‘treffen, die geconsolideerde
verhoudingen niet aantasten. J:Ioe moreel’ sterk ‘ de
positie van de regeering ‘bij het verdedigen van de
Indische ibelangen is, ‘blijkt als wij op deze basis den
werkelijken tegenwoordigen toestand bezien.
$
en
klein jaar geleden kon men als zeer waarschijnlijk
aannemen, dat; bij den verwachten v’erminderden af-
zet van Japansche ‘textielproducten in Ohina en
Britsch-Indië, een niet-toelaten van verdere uitbrei-
ding van het Jaipansohe dëbiet in Nederlandsch-Indië
een s’to’pzettin’g van Japansche spindels en weefgetou-
wen tengevolge zou kunnen
,
‘hëbben. Wij zien echter het tegendeel, ni. dat niettagenstaande de bedreiging

1)
T. , Wisselink: Interview ,,Algemeeiu I-Iandehsbhad”
Vrijdag
8 Juli 1932,
,,Twentsche Textieliuidustnie en No-
derhandsch-Indië”.

376

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 Mei 1933

der belangen ook over 1.932 een flinke uitbreiding
der productie-capaciteit heeft plaats gehad en dat er
blijkbaar volop werk is.

Alen kan aannemen, dat pas na 1.929 de crisis zich
deed geoe1en. Door al de crisisjaren heen groeit •het
aantal spindels echter gestadig, zooals ‘blijkt uit een
rapport van de ,,Japan Textile Association” (Intern.
Cotton Bulletin, Jan. 1933,
‘blz.
176).

Totaal aantal

Toename

spindels

in pOt.

1928 ………….6.467.674

5.53

1929 ………….6.836.516

5.40

1930 ………….7.214.001

5:23

1931…………..7.535.1.46

4.26

1932 ………….7.904.908

4.68

De lezer ziet, dat niet alleen na het moeilijke jaar
1930 de uitbreiding kalm is doorgegaan, doch – let
wel! -, dat in 1932 het
tempo
van de uitbreiding
zelfs weer stijgt, na even verflauwd te zijn. Over de
weef’getouwen werden geen opgaveni verstrekt (men•
is in Japan na 1929 met gegevens wat minder scheu-,
tig geworden), doch het aantal looms behoorende aan

leden der Japan Cotton Spinners Association, welke
weefgetouwen pl.m. 75 pCt. van het uitvoercontin-
gent’leveren, steeg van 1928 tot 1930 nog van onge-
veer 76.000 tot 79.000. Cijfers over de laatste jaren
zijn niet beschikbaar, maar in het ‘bovengenoemd rap-
port staat letterlijk: ,,Phe industry in Japan during
November (1932) was said to have been well main-
tained and the
continueci
lange demand for piece-
goods ena’bled weavers to mctintain their high rate of
octivity
i)
Dit alles met elkaar wijst er niet op, dat
wij met een contin.geuteering in Indië op de eerder
omschreven
wijze,
ook maar in de verste verte levens-
belangen van Japan zouden raken!

Het in ‘bedrijf stellen van nieuwe installaties ver-
toont meestal een na-ijling (statistisch: ,,slack”) bij
de vooruitzichten der industrie ook indien wij het
opheffen van productie-deviatie (o.a. type-narich-
ting) uitschakelen. In de eerste plaats krijgt men
hierbij het psychologisch element van commerciëele
consolidatie, terwijl in het stadium der bedrijfseco

nomische consoliclatie het maken van projecten veel
tijd kost en de leveranties van machines, (de textiel-machines worden practisch alleen op bestelling ver-
vaardi:gd) lang duren. Doch de aanwas over 1932 zou
zeker niet zoo groot geweest zijn, indien de industrie
anders dan even tijdelijk met gebrek aan afzet te
kampen had gehad. Deze moeilijkheden’ waren reeds
in het eerste kwartaal van dat jaar te voorzien en
onder de gegeven omstandigheden, nu men zich op
allerlei maatregelen kan beroepen, zou de textielnij-
verheid de machine-orders zonder meer geannuleerd
hebben; doodeenvoudig omdat de bestellingen niet
meer in het economisch-strategisch schema pasten.

De gioei en bovenal de weer toenemende groei is het
beste bewijs, ‘hoe men in Japan zelf de zaak aanvoelt.
Verder loopen’ er momenteel (April 1933) geruchten,
dat Japan wederom groote orders voor nieuwe tex-
tiel-machines ‘plaatst, o.a. in Engeland. Dit wijst wel
allerminst ‘op een rekening moeten houden met in-
krimping der productie, nèch op een ‘gchrek aan mid-
delen, nôëh op een langer ai’vgstig moeten letten op
de betalinghalans.

Indien men uit de twee vorige alinea’s de conclusie
zou trekken, dat men in Indië allengs gerust tot con-
tingenteering van textielgoederen zou kannen over-
gaan, zou deze onvolledig zijn. Men zou eraan moeten
toevoegen, en speciaal naar aanleiding van de blijk-
baar nog steeds voortgaande bestelling van nieuwe
machinerieën, dat het ook zaak wordt zulks
ten spoe-.
digste te doen. Deze bestellingen toch wijzen op een
voortdurend doorgaan van ‘het consolidatie-proces en
gezien den technischen vooruitgang van de J’apansche
nijverheid in de laatste jaren is ‘het wel aan te nemen,
dat een deel dezer nieuwe machinerieön zal moeten

1)
Cui’siveeringen van ons.

dienen om gedeviëerde bedrijven ‘geheel of gedeelte-
lijk op het (voor ‘het nieuwe product) maximale ren-
dement te brengen. Het is natuurlijk niet aan te
nemen, dat dit (eenvoudig gezegd) ,,na-richten” van
bedtij ven alleen Voor den Nederlandsch-Indischen af-
zet geschiedt. Per slot van rekening ‘gaat van de Ja-

pansche weefselproductie ongeveer 40 pOt. naar het
buitenland, en is Java toch altijd nog slechts Japan’s
derde exportmarkt. Doch liet feit, dat er Vrij zeker
ook ,,na-richting” van Ibedrijven plaats heeft, zegt
veel, nl. dat voortdurend consolidatie-procédé’s op de
meest afdoende wijze afgesloten worden.
Wacht men langer, dan zal men straks wéér op een
hooger niveau moeten contingenteeren om al zeer
spoedig een niveau te bereiken, waarop een dergelijke
maatregel ten behoeve van de ontwikkelingsmoge-
lijkheden eener Indische katoenindustrie geen zin
meer zou h&lben.
J. WI55ELINK

,,DE NEDERLANDSCHE INDUSTRIEBANK N.V.”

Nadat wij in een vorig artikel hdbben getracht sum-
mierljk uiteen te zetten, om welke redenen thanseen
industriebank gewenscht is en onder welke omstan-
digheden hare oprichting en werkwijze dienen plaats
te vinden
1),
is het wellicht niet ondienstig, vervol-
gens meer in ‘het ‘bizonder na te gaan, hoe cle indus-triebank in de practijk haar werkzaamheden d.ient te
verrichten.
11

Wij hebben de industriebank besc1ouwd als een
NV., door de Nederlandsche grootbanken in het leven
geroepen. Wij meenen op (lit ‘punt te moeten af wij-
ken van het lbekend ‘betoog van F. H. Fentener van
Vlissingen
2),
dlie zich deze bank voorstelt als een
product van ,,samenwerking tusscheu ‘banken en in-
dustrie”. Zulks op practische overwegingen. Is o.e
,,vooraanstaancle Nederlandsche industrie” mede-op-
riohtster, dan bestaat de waarschijnlijkheid, dat zij,
uit hoofde dezer nauwe relatie, cle industridbank als
deposito-bank gaat beschouwen. Dit acht Fentener
van Vlissingen, consequent, dan ook allerminst on-
wenschelijk. Wij wel. :De int ustriebank dient zich
uitsluitend met ,,lange” credietverleenin’g bezig te
houden en’ zich daarop ‘geheel in te stellen. Anders
ontstaat weer ‘het ,,stroppenbank-gevaar”, dat, gelijk
bekend, Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart terecht
als zeer wezenlijk ‘beschouwt ‘) en dat rigoureus ver-
meden kan en moet wordien. Bovendien, hoe stelt men
zich voor, de onontbeerlijke ‘hulp •der groobanlden te
verkrijgen, indien n’iet tevordn uitdrukkelijk gesti-
puleerd wordt, dat zij geenerlei concurrentie zullen
hebben te duchten? Laten wij het kind bij den naam
noemen: Betreuren’swaard of niet, dit kan men in
redelijkheid van de groot’banken niet ‘verlangen. Uit de ‘wenschelijkheidi, dat de industriehank .gee-
nerlei werkzaam.heden verrichte, die haar als mede-
din’gster harer oprichtsters zouden kunnen doen op-
treden, vloeit voort, dat zij zich, rechtstreeks noch
zijdelings, met emissiezak-en iiilate.
Het is een delicaat punt wanneer, indien een
cliënt der industribank daarvoor rijp is, het (c.q.
nog resteerende) risico door middiel eener publieke
emissie via een (algemeene) bank •op het ‘publiek
zal worden afgewenteld. Het spreekt wel vanzelf,
dat op de keuze van emittent, resp. emittenten,
rechtstreeks noch zijdelings eenige invloed mag
worden uitgeoefend; dit is geen Idwestie van statu-
tairen of instructieven aard, doch een ‘van fatsoen en
integriteit. Ook hier geldt, dat een bank staat en valt
met ‘het vertrouwen, dat in ‘haar wordt gesteld.

Economisch-Statistische Berichten
1933, p. 326-327.
F. H. Fen’tener van Vlissingen,
J)e
voorziening in (le
kapitaa.lbehoef te der industrie door of door bemiddeling
van banken’, in de iliigeiiieur
1929, ‘p. T. 100.
Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart, Banken en in-
dustrie, in Economisch-Statistische Berichtzn
.1929, p. 732
vv.
en E..rS. B.
1930, p. 532 sv.

10
Mei
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

377

En indien ‘het aannemelijk is, dat de industrie-
bnnk in ons economisch en financiëel bestel een
lacune heeft op te vullen, dient zulks cook waar te
worden gemaakt door haar een specifielen w’erk-
kring toe te kennen en geenerlei werkzaamheden te laten verrichten, welke reeds door anderen naar be-
hooren worden verricht;’
Eindelijk cliept te worden gewezen op cle figuur der
investment-trust terloops door Pen tener’ van Vlissin-gen en uitdrukkelijk door W., 0. Posthumus Meyjes
4)

naar voren ‘gebracht.
Tegen de investrnent-trust hebben wij geenerlei
bezwaar, – daargelaten de vraag, ‘of zij in tijden als
de tegenwoordige wel voldoende levensvatbaarheid
zal bezitten – doch men onthoude er zich van cle
i nvestment-trust, welke heleggi ngsmaatschappij is
en behoort te blijven, eeuigerlei. financieringsfunctie
toe te kennen. Dientengevolge mag de investment-
trust niet aan de inciustridbank worden gekoppeld
5)

* *
*
Het veld van werk’zaam,hciid der industriehaiik valt

o.i. uiteen in twee onderdeelen’: ,,lange” credietver-
leening aan bestaande, levenskrac.htige en aan nieuw
op te richten industriëele ondernemingen. Het is
hier, dat allereerst ter sprake dient te worden ge-
bracht ‘het gemis aan een wettelijke regeling van het
pandrecht op goederen, welke onder den pandgever
verblijven. Op gevaar af, open deuren te gaan’ in-
trappen, ‘willen wij nog eens wijzen op degev aren,
welke deze toestand met zich ‘medebrengt, op het ‘be-
staan van ‘goede en kwade practijken met ook clienten-
gevolge een weifelende jurisprudentie (censtitutum
possesoriurn en ‘verkoop met recht van wederinkoop.
Pauliana, geoorloofde oorzaak etc.), kortom op die
mate van rechtson2ekerheid, welke in het land der Si-
cherungsübereignun’g goeddeels tot het verleden be-
hoort
0).

Het verleenen van zekerheid op roerende goederen,
welke onder den de’bi.teur ‘blijven (,,zekerheidspand”)
is voor het ,,lang” industriecrediet uitermate ge-
schikt. Voor den credietgever: het is (cci. behoort
te zijn) vôldoende realiseerbaar en ibiedt voldoende zekerheid. Voor den credietnerner: Hij wordt in rijn
bewegingsvrijheid n jet onnood ig belemmerd. Het is
hier niet de plaats, uitvoerig in te gaan op de ‘be-
kende p’raeadvie’zen van Prof. Mr. P. A. J. Losecaat
Vermeer en Mr. H.
A.
van Nierop, iii 1928 aan de
Neclerlandsche Juristen-Vereeniging uitgebracht en
de daarop gevolgde gedachtenwissdliig, maar hoe wei-
nig oertuigen•d is o.i. het betoog van eeretgenoemden
raeadviseur, waar ‘hij het verschil in jurisprudentie
verklaart bij de ,,Sicherungsüberei’gnung” en cle cedee-
ii ng van i nschul den
7)
– hei cle ‘Ii ul’pm i cl delen om knel-
lende wettelijke bepalingen te ontgaan. Weliswaar wor-
den deze hulpmiddelen door van Nierop rechtens en
feitelijk erkend
8)
‘doch de consequentie: wetswijzi-
ging, aanvaardt hij niet. ,Het oneigenlijk pand moge in’ de practijk ,,einwandfrei” doorvoeribaal’ zijn, de inele-
gantia juris blijft, en dat valt te betreuren. Van Nierop
is overigens niet zeer enthousiast over het oneigen-

Fentenei’ van Vlissingen, loc. cit. W. C. Posthumus
Meyjes, Bankpolitiek, Haarlem 1931. ‘p. 48 vv.
Zulks in ‘tegenstelling met l’osthurnus Meyjos, op. cit.

p. 53, en ons ‘refereerend aan hat betoog van Dr. F1. M. H.
A. van der Valk De betrekkingen tussehen banken en in-
dustrie in België, Haarlem 1932, p. 16 v’v. j°. p. 206.
0)
Hans Ki’tferlein, Der 13ankkredit und Seine Sicherun-
gen, Stuttgart 1925, p 250 vv. Men zie ook Fentener van
Vlissingen, op cit. p. T. 97 en in de daaropvolgende ge-
dachtenwisseling de meening van Mr. 1). Crena de Iongh,
tap. p. T. 102, Het is ‘in het bestek van dit artikel niet
mogelijk nader in te gaan op de betrekkingen tiisschen de
Sicherungsübcreignung en de juridisch en economisch zoo
interessante figuur der Treuhancl. Prof. Mr.
P. A.
J. Losecaat Vermeer, in Handelingen
der Nederland sche Juristen-Vereeniging 19281, Den Haag,
1928 p. 54.
Mr. H.
A.
van Nierop, in Haiidelingsn der Ned. J’ur.
Ver. 19281 p. 19.

lijkpand
9)
(doch ‘in zijn repliek ziet ‘hij; veer gunsti-
ge zijden!), daar het hem niet liquide igenoeg is. . .
voor de algemeene banken. Doch aan de industrie-bank worden – gelijk in ons vorig artikel betoogd –
andere eischen en’ andere normen gesteld. Wij ver-
wijzeil tenslotte naar de uitnemende uiteenzettingen
van Mr. A. H. du Mosch, Prof. Mr, F. G. Scheltema, Mr. S. de Vries Ozn. en Prof.
Mr.
G. Nauta
10)

Wanneer nu de industriebank met haar werkzaam-
heden een aanvang maakt, gaat zij in feite na, in
hoeverre de bestaande, le’venskrachtige, of de nieuw
op te ‘richten industriëele onderneming credietvaar-
dig is. Zij stelt in of doet instellen (Nederlandsch
Economisch instituut, Economisch-Technologisch In-
stituut voor de provincie Limburg e.d.) een econo-
mi sch onderzoek (afzet- en productiemogelijkheden),
een technisch onderzoek (technische rationaliteit en
omvang der productie), een commerciëel onderzoek
(erlcoopsorganisatie, reclamemogelijkheden, prjspo-
litiek, wins.tkansen) en een calculatorisoh ‘onderzoek
(]costprjsvraagstuk,ken, afschrijvings’poiitiek). Ook
vestigingsfactoren, loons- en sociale verhoudingen
spelen een rol, in ‘het ‘bizonder bij nieuw op ‘te rich-
ten industrieën. Naar gelang van de resulteerenide
uitkomst van dit onderzoek dienen in volkomen ob-
jectiviteit aard en’ h’oegrootheid van ‘het crecliet, ren-
tevergoeding en wijze van aflossing, alsmede het ze-
kerheidsvraagstuk onder de oogen te worden gezien
cii zoo wordt tenslotte een behoorlijk gefundeerde
decisie genomen. Van groot ‘belang zijn formuleering
en contrôle op naleving der credietovereenkomst
ii).

De ,industrichank kan voorts een krachtige steun
zijn bij totstandkoming van die werken, waartoe mede-
werhing van meerderen noodig is. Zoo ‘had, oin een
voorbeeld te noemen, ‘s lands bruggenibouw onder ‘haar
auspiciën in ôén N.V. kunnen zijn vereenigd, met
medewerking van Rijk (al dan niet ‘met ‘andere pa-
blielcrechtelijke corporat’ies) en particuliere onder-
nemingen, welke bij dien bouw zijn betrokken. ‘Ook
hier ligt een terrein braak, dat voor de industrie-
bank vele mogelijkheden ‘biedt.
* *
*

Het ‘hier en in o

vorig artikel betoogde is als
volgt samen te vatten:

,,De Nederlancisehe Inclustrieibank N.V.” worde
opgericht door de Nederlandsehe ‘grootban1k
e

en ‘geza-
mnlijk. Zij ‘verkrij’ge een wettelijk monopolie en’, in-
dien niet mogelijk, een feitelijk. De Staat garandeere
rente en (of) dividend (tot een bepaald percentage).
Dit .is oimoodig, indien de ‘grootbauken zonder
staatsigarantie tot overeenstemming komen.
Zij’ ‘lioude zich uitsluitend bezig met ‘het ver-‘strekken van lange credieten aarr daarvoor in aan-

Van Nierop, hap. p. 45 en in Hande.liiigen der Ned.
Jur. Ver. 192811.
p. 110.
Deze sprekers in volgorde in Handelingen der Nd.
Jur. Ver. 192811, ‘p. 12 vv., ‘p. 25 vv.,
p•
49 vv., p. 57 vv.
In ma’rgine nog een tweetal opmer’kingsn: Billij’kheidshalve dient de wetgever er eveneens voor
zorg te dragen, dat de rechten van crediteuren op de goe-
deren van den ,,zekerheicl’sancjgever”, ook buiten art. 1377
]3.FV., niet o]i.noodlig ‘wOrden verkort. Fu de practijk is dit
niet eenvoudig. Men zie bijv. het verslag van de Neder-
lan,clsche Organisatie voor de Internationale Kamer van
Koophandel, 3e kwartaalsbericht 1932,

10′.
Ook is mogelijk creatie van een nieuw zakelijk recht, dat deze materie regelt, waarbij’ men niet cle moeilijkheid
heeft, nieuwe bepai’ingsn in het systeem van ons pandrecht te moeten ‘plaatsen. Wij ‘denken hiebij bijv. aan een’ insti-
tuut, ana’loog aan het Ned’erlau.disch-In(i i seh oogst’verband,
dat, naar het dus voorkomt, voor he’t lang inclustriecrediet
een nieuw perspectief opent. Hierop nader in te gaan, voert
ons te veel op zijpaden.
‘) Hypothecaire zekerheid, zekerheid tegen onderpand
van’ effecten of vorderingen, ‘borgtochten, ete. ku,nnen’, al
dan niet in combinatie, mogelijk zijn. Elk geval dient op
zichzelf ‘te worden beschouwd, aiets is gevaarlijker clan ‘be-
vroren ‘principes, welke tot ‘dogniata zijn verworden. Het-
geen allerminst den eisch uitsluit, dat de groots ‘lijnen
nimmer uit het oog rnogan w’orden verloren.

378

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 Mei
1933

merking komende bestaande of nienw
01)
te richten

n cl custri eën. In overeenstemming lii er.rnede ga zij
slechts verplichtingen op langen termijn aan.
Raar doel zij krachtige bevordering der inheern-
sche industrie, met inachtneming van eischen van
goede oeconomie, gezonde bed rijfspolitiek en reëel
koopmanschn.p.
3. Zij late rzic.h systematisch voorlichten door licha-
men, welke
0])
het gebied van’ research (in den ruim-
sten. zin. des woords) werkzaam zijn. Zij bestede voorts
de meest mogelijke zorg aan effectieve contrôle op
naleving der nauwkeurig geredi.geercle credietover-
eenkomsten.

Hieraan behoeft weinig meer te worden toegevoegd.
liet gevaar eener ,,Stroppenbank” lijkt ons te zij.n
ondervangen tengevolge van uitsluiting van concur-
rentie, een veelzijdig arbeidsveld en het bizonder ka-
rakter der pass’leve ‘bankzaken.
Blijft over de o.i. dringende noodzaak, tot daden
over te gaan, teneinde vaste, leiding èn vaste lijn te
geven aan de voortschrijdende industrialisatie, waar-
toe ons land, onafhankelijk van ‘hei dilemma ,,Welt-
wirtschaft-Autarkie”, door zijn economische en sociale
structuur is gedwongen. Onder normale, dat zijn op
de realiteit .gdbaseerde arbeid sverh’o ii dingen, met een
cjualitatief zoo hoog mogelijk opgevoerd industriëel apparaat en met een open oog voor industriëele mo-
gelijk

heden kan Nederland, ook als ind’ustrieland,
een eervolle plaats blijven innemen.
,,Het zou onmogelijk ‘zijn ons land, dat tot de
dichtst ‘bevolkte landen ter wereld behoort en waar-
van de ‘bevolking .met meer dan 100.000 inwoners per
jaar toeneemt, op hetzelfde niveau van velaart te
handhaven, indien de industrie niet relatief in ster-
kere mate toenam dan de handel en landbouw. Ons
beperkte ‘teritoir met zijn dichte bevolking biedt niet
tllen nog plaats voor tal van nieuwe industrieën,
maar ons volk heeft er dringend lbehoefte aan B. K SPANJAARD.

1.9
Prof. Mr. A. C. Josephus Jitta iii (te Groene
Am-
sterdaminer van ii Maart 1933. Men, zie nog Mi’. R. Gie-
len, Het Economisch-Technologisch Iiistiutu’t in Limburg,
in Nederlandsch Fabrikaat, Maart 1933, p 122.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE ENGELSCHE HANDELSOVEREENKOMSTEN.

Prof. Dr. P. Geiji te Londen schrijft ons:

Er zijn nu drie handelsovereenkomsten gesloten en
openbaar ‘gemaakt als eersteli n.gen van Ru ucirnan’s
.,Bargaining”-‘politiek; met Duitschlancl, Denemarken
en Argentinië; met Noorwegen, Zweden en Finland
zullen er spoedig volgen; met Polen ‘hchben voorbe-
reidende besprekingen plaats gehad. Het onmiddel-
lijke ‘gevolg is groot krakeel in het protectinnistische
kamp geweest, zoodat de ‘vrijhandelaars met een’ zeker
leedvermaak konden zeggen: ziet gij nu wel? Veel
stof tot wezenlijke verheuiging zit er overigens voor
vrij’handelaars niet in.
.FIet verdrag met Duitsc.liland .heeft een zeer be-perkte strekking. Dat is het resultaat ‘van onderhan-
clelingen, die ‘geen ander doel haiciclen dan om ‘het con-
tingent door de Duitsche regeering voor Engelsche
steenkool vastgesteld naar boven te krijgen. Dat con-
tingent was ‘in April 1932 na opeenvolgende verla-gingen tot 100.000 ton per maand naar beneden ge-
drukt; de werkelijke invoer van Engelsche steenkool
was v66r dien’ tijd bijna 250.000 ‘ton geweest; bunker-
kolen blijven ‘hier buiten. In de nieuwe overeenkomst
wordt het contingent nu weer tot 180.000 ton opge-
voerd en daartegenover worden de niemwe Engelsche
tarieven op een aantal kleinere industrie-artikelen
– uurwerken, scheermesjes, enz. -‘– van 25 tot 15 pOt.
verlaagd. Hier, zou men zeggen, toont de nieuwe ta-
riefpolitiek nu toch ‘haar ‘bruikbaarheid: Engeland
is niet weerloos meer, het heeft ‘iets aan te ‘bieden
en kan iets gedaan krijgen. Maar hierop antwoorden
de ‘vrij’handelaars hij monde van Sir Herhert Samuel,

dat de Duitsehe con’tingenteering zelf een w’eerwraak
was voor het oorspronkelijk invoeren der tarieven;
gedeeltelijk althans ; het debat daarover laat de zaak
Ii
terst onzeker. Maar de protectionisten, veel protec-
tionisten tenminste, zijn nog minder tevreden. Zij
merken op, dat ‘volgens Runciman’s eigen herhaalde
verzekering, de contingenteer.ing der En’gelsche steen-kool een ‘inbreuk was op ‘het bestaande handelsverdrag
oTer 1,924. Runciman had alleen niet tot arbitrage
zijn toevlucht genomen, omdat daar zooveel tijd mee
‘gemoeid zou zijn; maar is het dan niet hard, dat men
nu nog lang niet het oude contingent terugkrijgt en
dat men in ruil daarvoor zijn eigen industriëele ‘be-
langen gaat opofferen? Zoo klaagden een reeks con-
serva t’ieve parlementsleden, aangevoerd ‘door twee
voormalige ministers, Sir. Austen’ Ohanrberlain en
Amery – de laatste de aanvoerder der ijveri.gste
Rijksprotectionisten en Sir Austen, natuurlijk ook
orthodox in de leer, w’aarvan zijn vader de groote pro-
feet iwas. En heiden zitten voor Birmingham, hetgeen
zijn beteekenis heeft. Want Birmingham is het mid-
delpunt van de kleine inidustrie6n, wier bescherming
wordt verlaagd (afgeschaft volgens Amery, want
iS pOt.
is
geen ‘besc’hermend tarief) en die van ouds,
in de dagen van J’oseph Ohamberlain als hij uitstek
gevoelig waren op het p’unt van de Duitsche ‘mede-
dinging. Het is een ironische beschikking, en men
kan zich begrijpen dat de vrj’handelaars hebben ‘moe-
ten lachen, dat juist die industrieën ‘het eerst geof-
ferd worden op het altaar van de onderhandelingen,
waarvan de protectionisten
altijd
zoo ‘hoog opgaven.
Hun woordvoerders deden zeker heel wat anders dan
lachen. Zij waren erg boos en Amery verklaarde, dat
hij een telegram van den ‘voorzitter der Birmingham-
sche Jewellers-vereeniging ontvangen had, dat zich
over Runciman uitliet in termen, welke zich ‘voor
‘voorlezing niet leenden. Maar kan ‘het ‘anders? Run-
ciman berekende, dat de o”‘ereenkomst (als zij niet
ontdoken wordt, merkte zijn critici op) 3800′ mijnwer-
kers veer aan den arbeid zetten zal; terwijl in de ge-
troffen industrietjes 1800 man werkloos zouden kun-
nen worden; een ‘winst van 2000, maar dat is een
schrale troost voor Birmingham! en ‘hoe komt ‘hij tot
dat laatste getal? Een eigenaardige bijzonderheid is
nog, dat de Du’itsche concurrenten’ niet alleen van de
verlaging van het tarief zullen profiteeren. Dank zij
cle meest-begunstigingaclausu le geldt zij ook voor
cle Zwitsers, de Amerikanen, enz. enz.
De overeenkomsten met Denemarken en met Ar-
gentinië zijn van meer algemeen’en aard en zij ‘geven wel een denkbeeld van de politiek, clie Runciman n
m

a-

streeft. In ‘het geval van Denearken moest ‘het ver- clrag cle zeer ,,’ongunstige handelsbalans”, die met
dat land bestond, ‘herstellen; in ‘het geval van Argen-
tinië moet het de ,,’bevroren” credieten, die de Engel-
sche ‘handel daar uitstaande heeft, (tot een bedrag
van £ 10.000.000), weer ‘vloeihaar maken; in ‘beide
gevallen is bovendien een tariefverlaging bereikt, in
Denemarken een ‘gespecificeerde, in Argçntini,ë moet
zij nog nader worden bepaald, maar zal in, beginsel
een terugkeer tot ‘het tarief van 1930 zijn. De tarief-
verlaging in Denemarken is niet heel belangrijk en
betre,f t vooral textielartikelen. Het genoegen ‘an
Lancashire wordt ver.galid door de .gedac’hte, dat de
concurrenten in dat voordeel, dank zij de meest-‘be-
gunsti gi ngsclau’sule alweer, d eelen zullen. Maar het
herstel ‘van de Qandelsbala’ns, dat is wel een be-
langrijk iets. Hoe zal dat ‘bewerkstelligd worden? Een
plotselin.g opvoeren van contingenten zou door andere
landen als een inbreuk op de befaamde clausule be-
schouwd kunnen worden, welke in ‘het algemeen
slechts contingenten toelaat, die op den invoer van
de laatète jaren gebaseerd zijn. De Deensche zalcen-
mannen worden dus door ‘hun regeering aangemoe-digd om in Engeland te koopen en. er wordt ,,gelet”
op de contracten voor ijzer en staal, die al in Enge-
land geplaatst zijn. Is men zoo de klip ‘van de clausule werkelijk omzeild? Of zal Denemarken toch nog veer-

10 Mei 1933

ECONOMISCH-STATIS’fISCHE BERICHTEN

379

wraak van voormalige leveranciers te wachten heb-
ben?

Alweer kan men in ieder geval zeggen, dat Runci-
man toch iets heeft weten te bereiken en cle tegen-
prestatiê is ‘hier eigenlijk niet anders dan een vast:
leggen van bestaande tarieven en van bestaande con-
tingenten De Denen
krijgen
zekerheid, dat hun aan-
deel in geoorl’oofden ‘buiteniandschen invoer van spek
en ha’m niet minder dan 62 pOt. zal zijn. Aan de
meeste tarieven en contingenten, waarin de Denen en
Argentijnen belang stellen, zijn grenzen gesteld door
de overeenkomsten van Ottawa. Dit werd dadelijk na
het tot stand komen daarvan al opgemerkt en men
vroeg zich toen af, of de En’gelsche regee.ring door
het daarbij beklonkene zich de ‘Jiancien niet te zeer
gebonden ‘had om in de komende onderhandelingen
met andere landen nog iets te kunnen bedingen. Er
blijkt nu, al •is het bereikte ook niet ‘van machtig veel
beteekenis, ‘dat dit niet geheel juist was: de vrees, dat
Engeland nog verder op ‘het ingeslagen pad van pro-
tectie gaan mocht, heeft gewerkt. Of er met andere
landen ook zoo voor de hand liggende misstanden te
verbeteren zullen zijn als met deze twee, en of door
de meest-begunstigings-clansule de tarieven voor die
andere landen door nog een paar van zulke verdragen
niet spoedig veilig vast zullen komen te liggen, dat
rijn veel studie vereisc’hende vragen; maar mij dunkt,
dat Runciman’s taak al moeilijker worden zal. Wei-
nig landen – geen landen misschien – zijn ook eco-
nomisdh zoo van Engeland afhankelijk als Denemar-
ken en Argentinië.
In ieder geval zijn ook deze overeenkomsten met
een gehu’il van afkeuring juist door de felste protec-
tionisten ontvangen. De vr.ij:handelaars vinden er
nogal ‘wat in te ‘prijzen en juichen vooral toe, dat
Runcirnan klaarblijkelijk aanhanger van een gema-
tigd protectioriisme geibleven is en ernst maakt met
zijn voornemen om het tarief voor onderhandelen
met het buitenland te geibruiken. Om diezelfde reden
protesteeren Amery en de ,,,Daily Express” uit volle
borst. Zijn aan Duitschiand industriëele belangen op-
geofferd, over de twee andere verdragen roepen de
landbouwers ach en. wee. Maar bovendien, zooals
Amery aan de ,,Times” schrijft (het parlementair
debat moet nog komen’), wat komt er zoo van de
schoone droomen van Ottawa, dat maar een ‘begin zou
zijn ! en nu gaat men alles vastieggen’!

MOGELIJKHEDEN TOT OPHEFFING VAN DE

DEVIEZENREGLEMENTEERING.

Prof. Elemér Hantos te Boedapest, schrijft ons:

Onder cle nadeellen, welke de wereldrisis ‘heeft
veroorzaakt, neemt cle cle vi ezenreglementeeri n g een
groote plaats in. Bet ‘betreft hier in hoofdzaak maat-
regelen, die als een noodzakelijk kwaad moeten wor-
den beschouwd. De noodzakelijkheid ‘hiervan vloeide
voort uit de verstoring van de betalingsbalans, w’lke
in een “buitenspori’ge ‘vraag naar buitenlandsche he-
taalmiddelen tot uiting komt. De deviezenreglemen-
teering heeft namelijk ten doel, de deviezenbalans in
evenwicht te brengen.
J:'[et evenwicht ,in ‘de betalings- en devierenbalans
wordt ‘in normale omstandigheden het cloelmatigst
door middel van disconto- en credietpolitieke maat-regelen verkregen. De verhooging van ‘het disconto
en de contractie van crediet leidt tot een stijging ‘van
den gbederenuitvoer en eën vermeerdering van ‘den
kapitaalinvoer. De lbeproefde maatregelen op het ge-
‘bied ‘van de ‘bankpolitiek konden echter in enkele
staten als gevolg van ‘het sterk gedaalde prijsniveau,
den grooten’ schuldenlast, evenals om redenen ”an
bi ii ne’nland sche politiek, niet, zooals vroeger, worden
toegepast. Daarom werden in versterkte mate ‘han-
delspoli ti ek-e maatregelen (invoerrechten, conti ii gen-
teeringen, inv’oerverboden) té baat genomen.
De directe aanleiding tot invoering van de devie-
zenregel’ing vormde de plotselinge terugtrekking van

buitenlandsc’he deposito’s. Zij heeft cle vraag naar
deviezen buitengewoon sterk doen toenemen. Maar
ook
zonder de plotselinge terugtrekking van de bus-
tenlandsche credieten zouden cle. staten van Midden-
en Oost-Europa tot een deviezenreglementeering zijn
overgegaan, omdat de prijsdaling van de landbouw-
producten de opbrengsten van den u’itvoer in zoo
sterke mate deed verminderen, dat zij iiiet meer vol-
doende waren voor het
nakomen van de verplichtin-
gen uit hoofde van den kapitaaldienst der buitenland-
sohe sc’hulden. De als gevolg ‘van de gedaalde goede-
renprijzen ‘buitengewoon toegenbmen last van de in-
ternationale schulden, evenals de plotselinge opzeg-
ging van ‘de credieten op korten termijn, zijn in de
eerste plaats dh oorzaak ‘van de invoering van de
deviezenregelingen in de verschillende landen.
De deviezenregeling moest daarom de betalings
balans van cl.e deibiteurlancien bevrijden van belemme-
d
ringen, die de valuta zouden. kunnen doen wankelen.
Een werkelijk doeltreffende vermindering van de
de’viezeureglemen’teering -zal juist daarom slechts kun-
nen ‘plaatsvinden bij een regeling van de internatio-
nale schulden.
De tot dusverre tot stand gekomen Stillhalte-over-
eenkomsten, die ten doel hebben de terug-betaling van
de vervallen of op korten termijn opzegbaro credieten
te verschuiven en met de eisc’hen van de devieren-
balans in overeenstemming te brengen, zijn over-
gangsmaatregelen, die den werkelijkea toestand ver-
bergen. en de crisis slechts tijdelijk kunnen verzachten.
Eerst een definitieve, faire regeling tussc’hen schuld-
eischers en sc’huldenaren zou de deviezencon.trôle
kunnen doen eindigen.

Tot een dergelijke nieu’ve regeling zich ontwikkelt,
zal men zich met de deviezen’regeling moeten behel-
• pen, hetgeen echter niet wil zeggen, dat de huidige
toestand niet kan worden verbeterd en het einde ervan
niet kan worden, voorbereid. Want al te ‘vaak is niet
de noodzakelijkheid om de deviezenlbalans in even-wicht te houden, de beslissende factor. De devieren-
reglemen’teering wordt
vaak
als m’cddel voor een plan-
huishouding
gebruikt, die daarop neerkomt, om van
één punt uit den handel met ‘liet buitenland of zelfs
de geheele volkshuishoudirig te regelen. Sommige
landen gebïuiken hun deviezen’bepalingen voor hen
prtectionistische beperking van den invoer. De toe-
wijzing der deviezen geschiedt al naar gelang van het
land, waarvoor zij worden. ‘verlangd, in verschillende
‘mate. De gang van zaken ontwikkelt zich systema-
tisch door de z.g.n. clearingverdragen, die den inter-‘nationalen ‘handel kunstmatig in bepaalde richtingen
‘leiden, doordat zij cle producenten ‘van de contrahee-
‘rende staten bepaalde voordeelen bieden en voor cle
,schuldeische.rs van verschillende staten’ een differen-
tiëele ‘behandeling bij de teru’gbetaling van ‘de loopen-
de schulden of ‘geiblokkeerde deposito’s mogelijk ma-
ken. Hierdoor wordt een doeltreffend protectionisme
door middel van de deviezenregeling ‘verkregen.
Al ‘deze maatregelen ‘hebben echter met het eigen-
lijk0 doel van de deviezenreglementeering, met ‘het
streven naar handhaving van de valutapariteit wei-
nig te maken. Wanneer dit doel ook door handhaving
van de deviezencontrôle niet steeds wordt bereikt,
dan moet dit in ‘de meeste gevallen aan twee oorzaken
worden’ toegeschreven t.w. aan liet mislukken van de
pogingen om een evenwicht ‘in de ,’begrootin’g te bren-
gen en’ aan de lichtvaardige credietpolitiek van de
particuliere ‘banken. Beide factoren brengen inflatie-
‘verschijnselen teweeg, ‘die den koers van de buiten-
landsche deviezen boven de véstgestelde .pariteit op-
‘drijven.
Naast de reeds genoemde regeling van de interna-tionale schulden beisooren bovendien nog een geor-
dende financiëele politiek en. een rigoreuze bankpoli-
tiek tot de ‘voorw’aarden voor liet afschaffen van de
deviezenregeling. Voorts vormt liet herstel van nor-
male handels- en verkeersverbindingen een voorloo-
pi’ge voorwaarde voor dit doel. Het ware echter over-

380

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 Mei 1933

dreven van handels- en verkeerspolitieke maatregelen
een oplossing te verwachten, ianneer de kapitaal-
dienst reeds te omvangrijk is geworden. De steun van
cle handelsbalans is niet voldoende, wanneer •voor de
verstoring in de eerste plaats de betalingsbalans ver-
antwoordelijk is.

Bij een verstandige deviezenpolitiek zal er naar
gestreefd worden aan ‘liet goed erenverkeer zoo min, mogelijk moeilijkheden in den weg te leggen. Tot de
belemmeringen van deze soort .behooren in hoofdzaak
de verboden, die den uitvoer tegen ‘betaling in bio-
nenlandsche valuta en de overdracht van binnenland-
sche deposito’s van een’ buitenlander aan een andere
1

buitenlandsche firma onmogelijk maken. De koop-
man moet niet alleen. de ‘opbrengst ”an den uitvoer
in buitenlandsche valuta’s tot den officiëelen koers
afgeven, hij mag bovendien slechts in buitenlandsche
valuta, echter niet in ‘binnenlandsche valuta expor-teeren. Het verbod om tegen binnenlandscie valuta
te exporteeren, gaat klaarblijkelijk van de veroocler-‘
stelling uit, dat niet iedere exporteur liever in bui-
tenlandsôhe valuta zou willen verkoopen.

Deze starre opvatting, welke thans nog in verschil-
lende landen met deviezen contrôle gan.gbaar is, werd
het eerst door de Nationale Bank van Oostenrijk los-
gelaten, wtarmede een richting ‘werd ingeslagen, die, consequent doorgevoerd, tot algeheele vrijheid in het
handeisverkeer kan leiden. De koopman wordt ont-
heven van de verplichting, om de opbrengst uit ‘hoofde van ui.tvoer ‘tot den officiëelen binneulepdsclieu koers
ter lbeschikking van de Nationale Bank te . stellen. Hij verkrij.gt daardoor een voordeel, omdat hij den
prijs, in !buitenlanldsche valuta genoteerd, overeen-
komstig lager kan stellen. De fabrikant zal de voor
den aankoop van ‘grondstoffen benoodigde valuta’s in
particuliere clearing zon der korting ontvangen en
ook de importeur van fa:bricate.n zal zijn de’biet ‘kun-
nen handhaven, op voorwaarde echter, dat de Natio-

nale Bank ‘dec aankoop van valuta’s in de particuliere
clearing toestaat, want de afzonderlijke transacties
zijn ook verder aan haar ‘goedkeuring onderworpen.
De nieuwe regeling laat ook uityoer tegen bjn
n
en

landsc’he valuta toe en het aannemen van binnenland-:
sche deposito’s wordt nog slechts in bepaalde geval-
len aan de goedkeuring van de Nationale Bank on-
1

derworpen.

Een tweede logische schrede op iden weg tot ver-
zachting van de deviezenmaatregelen was de vrije verkoop door middel van de thans ‘meer algemeen
geworden ‘particuliere clearing van de deviezenin-
komsten, die evenals de exportvaluta’s aan aanmel-
ding en aanlbie’din’g onderworpen waren. De offic.iëele
1

deviezenkoersen zijn slechts nog van beteekenis, voor-
zoover zij de basis voor de nakoming van eeni’ge par-
ticuliere verplichtingen zonder agio vormen.

Het gevolg van de genoemde ‘maatregelen is, dat
de Nationale Bank geen buitenlandsche valuta’s meer
toewijst, dat zij alle desibetreffeude verzoeken naar de
particuliere clearing verwijst;.de particuliere clearrng
bepaalt den marktprijs. De afgifte ‘van deviezen ver-
oorzaakt geen verlies meer. Aangenomen mag worden, –
dat ‘het aanbod van deviezen als gevolg van deze
laatste omstandigheid zal toenemen en dat thans de-
viezen zullen worden aangeboden
., ciie voorheen ach-
tergehouden werden, omdat zij tot de officiele koer-
sen moesten worden afgestaan.

Het ‘zonder wrijving functionneeren van liet Oos-
tenrijksc’he stelsel ‘bewijst, dat
deviezenreglementee-
ring den buitenlccndsc hen hcusdel niet noodzakelijk
behoeft te belemmeren. Door de ‘genoemde maatrege-
len is het ‘geldverkeer veel normaler geworden; de
algeheele ‘opheffing van ‘de devieze’nmaatregelen zal
echter eerst door ‘de regeling van de internationale
schulden mogelijk worden.

Ook wanneer alle voorwaarden voor den teruglceer
ot een normaal ‘geldverkeer aanwezig zijn, zal hulp
van het ‘buitenland voor den wederopbouw van het
vertrouwen van de grootste beteekenis zijn. Dit heef t

reeds de conferentie van Stresa ingezien, toen zij het
initiatief nam t’ot de vorming van een fonds voor de
definitieve stabilisatie van cle valuta’s van Midden-
en Oost-Europa. Dit fonds zou indirect ten doel heb-
‘ben den ‘goudvoorraad van de circulatiebanken te ver-
stericen en daardoor de beperkingen in ‘het geldver-
keer zoo mogelijk spoedig op te heffen cii de valuta’s
te stabiliseeren.

De deskundigen van ide Economische Wereldcon-
ferentie hebben de gedachte van het
Normalisatie-
fonds
voor het op gang brengen van liet monetaire
mechanisme niet alleen ter ‘hand genomen, doch ook
verder ontwikiceld. Zij ‘hehiben naast dit fonds, met
welks ‘beheer de B.I.S. zou worden belast, nog de op-
richting van een internationale credieti nstelling
voorgectel,d, die de noodige middelen, hetzij van ‘de
circulatiebanken of van particulieren zou moeten
verkrijgen. Een dergelijke instelling zou de thans op-
gepotte gelden in beweging moeten brengen en nieuwe

credieten slechts onder scherpe contrôle ter vermij-
din’g van inflatie mogen verleenen. Zoowel ‘liet valuta-
f’onds als het credietinstituut zouden direct of indi-
rect door de regeeringen ter beschikking moeten wor-den gesteld en zouiden als tastbare ‘bewijzen voor een
collectieve samenwerking van de volkeren moeten
gelden en uiteindelijk tot verbetering van de toestan-
den moeten dienen.. Hoe de ‘bcslissing in deze vraag-stukken ook ‘moge uitvallen, de Economische Wereld
conferentie ‘heeft tot taak een ‘plan tot financ.iëele
hulp van de bedrukte ddbiteurstaten uit te werken,
waardoor zij in staat worden gesteld hun deviezen-
noodmaatregelen af te schaffen.

INGEZONDEN STUKKEN.

DE POSITIE VAN DEN NEDERLANDSCHEN GULDEN.

Mr. Dr. J. C. W.itteveen schrijft ons:

in de polemiek van de ‘heeren Mr. Beyen en Huls-
hoff Pol over de positie van den Nederlandschen Gul-den is ‘herhaaldelijk sprake van de cijfers ‘betreffende
de operaties op korten termijn, ‘voorkomende onder
het ‘hoofd ,,kapitaal:beavegi ng” in het Maandsch’rift-

artikel van mijn hand over de internationale beta-
lingsbalans van Nederland 1931. (zie de aflevering
van. Januari 1.1. van het Maandsohrift ‘van liet Cen-
traal Bureau voor de Statistielc blz. 15 vlgg.). In ‘liet
bijzonder spelen de St.illhalte-credieten lii er’bij een rol.
in vei4band hiermede .is het mogelijk niet overbodig
erop te wijzen, dat voor de oderseheidin’g van posten
op langen’ en op korten termijn door ‘het Centraal
Bureau voor de Statistiek op de aan de Banken uit-
gezonden vragenlijst als criterium is gesteld, dat on-
der posten op langen termijn worden verstaan die
posten, welke
oorspronkelijk
Op
een termijn van lan-
ger dan een jaar zijn aangegaan.

Met betrekking tot de aan ‘het artikel toegevoegde
slotbesehouwing, door genoemde heeren meermalen aangehaald, moge ‘het volgende worden ‘opgemerkt.
Deze beschouwing is erop gericht om te waarschuwen
tegen onjuiste conclusies omtrent de eigenlijke oor-zaken van de vermindering van het vlottend tegoed.
Als een der oorzaken zijn genoemd de afschrijvingen,
welke de leiders der Banken i.n ‘het jaar in kwestie
ongetwijfeld zullen hebben toegepast, terwijl daaraan
wordt toegevoegd de opsomming van een drietal rede-
rien, die tot het ‘d’oen van deze afschrijvingen hebben genoopt. Hieronder ‘komen ook de Stillhalte-overeen-
komsten voor. Daarmede is echter niet gezegd, dat
in de vermindering ‘van het vlottend tegoed het volle
bedrag der in den loop van ‘het jaar 1931 grootendeels
onopeisc’lrbaar ‘geworden Stillbalte-vorderin’gen zou
zijn begrepen.

Ter wille van de internationale uniformiteit was
de formuleering ‘van de ‘posten overgenomen uit de
model-vragenlijst van den Vollcen’bond. Zou die for-
muleering in het onderhavige geval voor tweeërlei
opvattingen plaats hebben gelaten, dan zal liet toc’h

10 Mei 1933

ECONOMISCH-STATISTÏSCHE BERICHTEN

381

uit het stellen van hét boven’bedoelde criterium det
Banken wel duidelijk zijn geworden, dat onder de

korte credieten ook de Still’halte-credieten moesten
wirden begrepen. –

BOEKAANKONDIGINGEN.

(Prof.) Dr. C. GERRETSON, GESCHIEDENIS DER

,,KONINKLIJKE”. 1. 489 blz.

Deze geschiedenis der ,,Koninklijke” dankt haar
ontstaan aan een wensch van Sir H. W. A. Deterding,
wiens •keuze voor een hem ter gelegenheid van zijn
vijf-en-bwintiigjarige wer,kzaa-mheid bij de Koninklijke
door zijn medewerkers aangeboden huldeblijk, tot ‘het
schrijven daarvan heeft geleid. De schrijver, Prof.
Dr. Qerretsdn, ,,mocht der maatschappij zoomin
vreemd als verbonden zijn”; de opdracht werd door
hem aanvaard – en zulk-s was de eenig mogelijke
manier ,,onder beding, dat de archieven der maat-
schappij hem zonder eenige berpe’rking ter beschikking
zouden worden ‘gesteld en dat hij voor vorm en. in-
houd van het werk verantwoordelijk zou blijven.” Het
werk werd geschreven in overleg met den commissa-
ris der maatschappij Dr. J. Th. Erb.

Het eerste gedeelte dezer geschiedenis van Neder-
lands grootste onderneming li’t voor ons. Het omvat
de voorgeschiedenis, en de eigenlijke geschiedenis
der Koninklijke in cle jaren 1890/1898. De schrij
••’er
heeft zich, terecht, niet beperkt tet een dorre opsom-
ming van feiten of van min of meer interessante
interna en externa, maar heeft dit geschrift in het
juiste kader geplaatst, •in dat van- een overzicht over
de algemeene koloniale verhoudingen, over den
rechtstoestand in de kolonie en de economische toe-
standen aldaar; hij gaat dieper in
01)
de wetgeving,
waarop het werk der Koninklijke was gebaseerd.
Naast oJ)Sommiflg der feiten ontbreken niet waardee-
rende en afkeurende oord eelen over meuschen en toe-
standen: Niet slechts de leidende figuren uit den
kring der maatschappij, maar ook die uit cle ambtena-
renwereld en soms ook die uit de politiek werden
scherp gekarakteriseerd. Want de voorstelling is niet,
en wil zeker ‘ook n.iet zijn, eeh wo onpaitijdig moge-
lijke ‘beschrijving van -menschen en hun werk onder
bepaalde omstandigheden, maar wil ‘hen zoo levendig
mogelijk voor ons doen verrijzen.

De auteur is su”jectief, zelfs zéér schjectief, en
zooals ‘voor hem bijv. de houding der overheid tegen-
over het particulier initiatief dikwijls ‘het criterium
voor de
deugdelijkheid
van ‘liet ‘bewind en de maatstaf
voor zijn ‘oordeel over ministers en ondergeschikten
is, zoo gaat hij ‘van de niet onder stoelen en banken
gestoken meen!ng uit, dat ‘het particulier initiatief
het steeds verreweg wint van het weric der overheid.

D ienovereenkomstig worden fouten;- tekortkômingen
van deze laatste wel wat breeder uitgemeten dan die
van den particulieren ondernemer,. Uitdrukkelijk
dient echter daarop te worden’ ‘gewezen, dat Prof.
G-erretson toc’h niet de fout begaat, nu eens alle per-
soonlijkheden, die aan de maatschappij verbonden
zijn geweest, -zoo te tee’kenen als primitieve schrijvers
dit deden: hun helden met allen glans, met alle
schoonheid, met alle deugden te bedeelen, en kile
andere figuren. met zonden en zwakheden te beladen.

Daarvoor ‘bezit Prof. Gerretson zker te veel men-
schenkennis, spreken trouwens ook ‘de feiten te dai
delijk, zijn figuren zooals Ae.ilko Jans Zijiker, ,,de’
Pionier” (en oprichter der maatschappij), ‘of. de ‘heer
J. B. Aug. Kessier, of Ir. Stoep veel te veel menschen
van vleesch en bloed. Soms vergeet men haast, dank
zij de vlotte manier van schrijven en van des schrij-
ver’s gave, menschen en dingen naar eigen oordeel
raak te karakteriseeren, dat men een verhaal over den
bloei of over den tegenspoed Van’ •een industriëel concern leest, en meent, een sparniend drama voor
zijn geestesoog te zien, waarin menschelijke durf,

mod en energie, en ‘het worstelen met moeilijkheden
zonder tal zeker niet ontbreken. Om deze laatste te overwinnen wordeu niet steeds de fairste middelen toegepast, ‘wordt niet steeds volstrekte eerlijkheid,
ook niet die ,,eines ehrharen Kaufmanues” ‘betracht.
Maar juist -het feit, dat de auteur ook deze dingen vermeldt, dat hij daar geen doekjes om windt, niet
poogt, dergelijlce gebeurtenissen te verdoezelen, doet
ons respect voor zijn arbeid stijgen. Trouwens nie-
mand, die den strijd ‘om het bestaan, ook in de econo-
mische wereld, eeni:gszins van meer nabij kent, zal
iets anders verwachten dan goed en kwaad naast
elkaar. Daarnaast beschouwen wij ‘het ook als een ver-
dienste van het werk, dat ‘het, ondanks gedetailleerde beschrijving der dagen van voor- en -tegenspoéd, van
intrigues, zorgen en bijzondere prestaties, nooit in
het ,,Anekdotenhafte” afdaalt, zelfs niet daar, waar
de verleid’inig daartoe’ misschien ‘het grootst was: de passages, waar de aanknooping der eerste relaties der
maatschappij met den heer Deterding, den jdrigeu
âgent der Nederlandsche Handel Mij., worden ver-
meld, of zijn eerste successen voor de Koninklijke,
worden beschreven.

Uit den’ aard der zaak ian bij dit geschrift, zoornin
als bij tal van andere ju”biléums•geschriften, een bui-
tenstaander, dus iemand, die niet over dezelfde bron-nen beschilc•t als de auteur, een beredeneerd oordeel
daarover uitspreken, hoe deze zijn bronnen ‘heeft ‘ge-
raadpleegt en verwerkt. De criticus kan, hoogstens,
probeeren, de j’n ‘het werk vermelde feiten aan hem
-bekende gegevens te toetsen, maar’hij zal in de’rneeste
gevallen zich daartoe moeten ‘beperken uit het werk
zelf, uit de voordracht der feiten, uit ‘de gevelde oor-deelen- een indruk van ‘oprechtheid en (wetenschap-peljke) eerlijkheid van den -schrijver en zijn weric te
krijgen.

Dezen maatstaf aanleggende, meenen wij te mogen
besluiten met het constateeren van het feit, dat het
werk van Prof. G-erretson ons den indruk schonk, dat
hij niet heeft willen schrijven en ook niet heef t ge-
schreven, zooais maar al te vaak met ju’bileumsge-
schriften het geval -is, een apologie, maar- dat ‘hem
bij alle subjectiviteit van zijn oordeel, bij alle bewon-
dering voor zijn ,,’helden” steeds heeft voor oogen gestaan de leuze: A’micus Pla-to sed magis’ arnica
veritas. –
Met groote belangstelling verwachten, wij ‘het ver-
schijnen van het tweede gedeelte van Prof. Gerret-
son’s lijvig en lceui’i’g uitgegeven werk, dat – helaas – slechts de geschiedenis der Koninklijke gedurende
de eerste vijf-en-twintig jardu van ‘haar ‘bestaan zal
omvatten. De daarop volgende jaren van ‘haar – -ge-
schiedenis zijn blijkbaar ng niet genoeg .,’histonie”,
om ook haar reeds nu te ‘hescihnijven en openbaar te
maken.

Dr. WILHELM MAUTNER.

MAANDCIJFERS.

GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM

Febr.
1933
Febr.
1932

Giro’s
teenzijdige ver-
miluenenI
Aantal
Omillioeneni
Aantal
melding)
G-irobetalingen aan:
gemeenteinstellingen

f

15,9
37,397
f

16.8

40,919
,,

19,3
158.482
20,1

150.347
partictiliei’eii …….

Gelclon,vzet.
,,

5.2
7.75

1

4,8

7.752
Betalingen ……….
,,

7.8
30.551
7.9

32.174
Ontvangsten ………

Part.rekeninghomiders
42.3′
4.960
2

29.71

47.066
2

Geldn voor ij aar vast

.


hebben gedeponeerd
10.8
4,397
2

9.4

4.342
2

1)
Gemiddeld saldo te goed.
‘) Einde
der maand.

Laatstbekende notc eringen te Amsterdam n Rotter lam op

1 llIei 1933 ve
or
telegrafische
uitb taling
0]

Evropo.
Londen •) ………
Berlijn •) ……..
Parijs ) ……….

Brussel •) …….
Luxemburg ……
Ziiricli )………
Praag ………..
Teenn
) ……..
Boedapest ……..
Boekarest …….
Sofia ………..
Belgrado ………
Istanbul ………
Athene ………
Milaan
Madrid ………
Lissabon ………
Kopenhagen )
Oslo

)………..
Stockholm ) …..
Reickj avick …..
Warschau …….
Kovno (Litauen) :Riga (Letland) .
11ev al (Estland).
llelsingfors …..
Moskou ………

Danzig
A snerika.
New-York * …..
Montreal
Mexico………
Buenos Aires …..
La Paz (Bolivia)
3)

Rio de Janeiro.
Valparaiso ……..
Bogota (Columbia)
3

Quito (Ecuador)
Lima (Peru) …..
Moistevideo (lJrug.)
Caracas (Venezuela)
Paramaribo …..
San Jos6 (C. Rica
Guatemala …….
Willemstad (Curaç.
i:anagua (Nicar)
3)

San Salvador
3)…
Azië.
Calcutta ………
Batavia ………
Kobe ………..
I-Iongkong …….
Shanghai …….
Singapore …….
1[anilla ………
Teheran
4)
(Perzië).
Bangkok ………
Afrikss.
Kaapstad …….
Alexandrië……..
.&nstratië.
islelbourne, Sidney
en Brisbane .
Nieuw Zeeland

1)
Goudpeso.
2)
Milreis
3)
Zichtkoers.
4)
Muntei

Gulden per

I
Pan

£
12.10
8

100 Mark
59.26
lOO Franc
9.747
100 Belga
34.59
100 Franc

100

,,
48.-
100 Kronen

lOO Schilling
35.-
100 Penö
43.51
100 Lei
1.4880
00 Leva
1.79
7

100 Dinar
4.379
Tuiksch
£
10.93
100 Drachme
3.23
100 Ljra
13.09
100 Peseta
48.-
Escudo
2.684
100 Kronen
06.67
100
66.67
100
66.67
100 IJsI. Kr.
66.67
100 Zloty
27.91
100 Lita
24.88
100 Lat
48.-
100 Esti. Kr.
66.67
100 Finnmrk.
6.264
Tjerwonets
12.80
(10 Roebel)
100 Gulden
48.42

$
Canad. $
Mex. Dollar
Peso (papier)
Boliviano
Milreis (pap.)
Peso (papier)
Peso
Sucre
Sol
Peso
Bolivar
Gul den
Colon
Quetzal
Gul den
Cordoba
Colosi

Rupee Gulden T.G.
Yen
Dollar
Taël
Straits Doil. Phil. Peso
Pahlavi
Baht

£
Egypt. £

£ £

loud.

4)
Not.
nheid = Rial (= ee

2.4878 2.4878
1.24
1.0568
0.9080
0.80752
0:30
2.42 0.49
8

0.69
7

2.5725
0.4795

2.481

2.484
1.2440

0.91
100
1.24

1.4125
1.24

12.104
12.42

12.104
12.1.04

te Adam.
1
Kran.)

Koers

8.27
57.60
9.79
34.77
6.954
48.05
7.40
27.-
43.7 5
1.54 1.80
3.28
1.174
1.40
12.90
21.30 0.074
37.-
42.40
43.-
37.35
27.874
25.-
48.15 66.25
3.674
12.80

48.60
2.10
1.874 0.65
0.644
0.62
0.194
0.15
2.11
0.354
0.35

0.374
1.004

1.014
1.67
0.824
0.624
0.994
0.52 0.59
0.54
0.96
1.08
8.174
0.71)

8.29 8.48

6.624 6.674

)v. not. par

Bank-
disconto
0/ /0
.2
4
24
34

2
34
44

84
74

9
4
6
64
34
4
34
6
7
6-5
54
(1

4

:J

(1-7

34 44 4.38

4

1.
opg.

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 Mei 1933

HYPOTHEEKRENTE IN NEDERLAND.

GIRO-OMZET BIJ DE NEDERLANDSCHE BANK.
1
DenFiaag 1

Maand stamnhem Gro- Ivolle
..L
IMiddel-IRotter-
Zwolle
ningen Ieigen.I

burg

dam
dom

Jan.
.
5
5.23 51
5
5.-
Febr.
5
5.25 51
5
5.13
Mrt.
.
5
5.19
5j
5
5.40
April
5
5.18
5j
5
5.20
Mei.
.
5
5.-
5j
5
5.34
Juni
.
5
5.03
5j
5
5.40
Juli
5
5.25
5j
5
5.50
Aug.
5j
5.25
5j
5
5.43
Sept.
5
5.25
5j
5
5.50
Oct…
5
5.18
5j
5
5.08
Nov.
.
51)
5
52)
5.17 5.23
5
5.20
5
Dec. 4.90
4.
5.13

5
5.11
5
1933
Jan..
4.375
5
5.-

5
5.-
5
Febr..
5
5
4.84

5
4.79
5
3)

Mrt..
41
5
4.50
5 5
4.96
q
3)

April.
q
4)
5
4.88
5
4_5
4.62 _5
5)

Onder de
01)
deze rentebasis afgesloten
hypotheken be-
vonden zich er twee
01)
erfpacht.
Deze rente betreft hypotheken
met een derde over-
waarde; een instelling daar ter plaatse, welke slechts 50
0
/0
van de geschatte waarde geeft, belegde in Nov. tegen 44
0
/0.
Op landerijen werd bij dubbele overwaarde hyp. verstr.
tegen 44 en 44
°Io
Ëimn hypotheek op erfpacht a 5
0,.
Naar gelang van de waarde van liet
onderpand.

Nadruic verboden.

PRODUCTIE DER STEENKOLEN-, BRUfl’-
KOLEN- EN ZOU [‘MIJNEN.

(Gegevens verstrekt door den Ho(fdingenieur der mijnen.)

1. Gezamenlijke Steen kolenmij nen.

Febr.
Jan.jFeb.
Jan./Feb.
1933
1933

1
1932

Prod. Steenkolen in tonnen
.
957.3055)
2.045.614 2.026.615
Aantal normale werkdagen .j
242)
50
49

Bruinkolenmijn ,,Carisborg”.

Netto-prbductie in tonnen..
5
.
4753)
24.250
32.877
Aantal normale werkdagen
23
49 48

Zoutmijnen. (Kon. Ned. Zoutindustrie te Boekelo.)

Afgeleverd:
Geraff. zout …….. (ton))

)

)
Industriezout …….

3.910

. 8.705

. 8.199
Afvalzout ……….
( ,, )
J

.
Aantal normale werkdagen

24

50

50

Gezamenl. . Bruin-
Aantal arbeiders.

Steenkolen- kolenmijn Zoutmijnen

.

mijnen

,,Carisborg”

(10.884
4
)
6
)
1 Ttl,rt. 193 ……..-•-•

24.2658)

37

196

1 M t 1932

Ç11.2914)7)

8
r . ………………..k26.3336)

2)
143959
ton cokes en
102.869
ton steenkoolbrikelten.
2)
Staatsmijnen
Emma en Henrik.
23
Staatsorlijnen Wilhelmina en Maurits, de Doma-
aniale Mijn en Oranje-Nassaumijn
III; 22
Oranje-Nassaumijnen II en
IV en de mijnen Laura tn Julia;
21
Oranje Nassaumijn 1 en
20
Willem
Sophia.
3)
3.955
ton ruwe bruinlsool,
1.520
ton bruinkoolbriketten.
4)
Bovengronds.
5)
mcl. 2.028 arbeiders der nevenbedrijven.
6)
Ondergronds.
7)
Inci.
2.047
arbeiders der nevenbedrijven.

OVERZICHT DER OPBRENGSTEN VAN HET

STAATSBEDRIJF DER P.T.T.

MAART 1933.

Werk Ik
e ij

e
Meer of minder dan
Omschrijving
opbrengst
Mrt. 1933
Mrt. 1932
1
Begrooting

f
3.186.230

•f
150.456

f
143.070
,,

345.859

48.857

24.751
Posterijen

…….

,,

2.002.616

70.112

38.384
Telegrafie

…….
Telefonie ………
IPostchèque- en
Girodienst

…..
436.406
1+
144.929
+

38.406

Totalen ……
1
f
5.971.111
f
124.496

f
167.799

Rek.houders
Door 11.-bank
plaatselijk
Voldoening
Rij kabel ast.

Februari 1933.

Februari 1932.

Posten
1
Bedrag

Posten
I

Bedrag

42.458
If
1 .572.240.0001 45.836
1f
1.481.482.000

31.069 1,,1.315.913.0001133.429
1,
1.241.292.000

917 ,,

1.0.048.000 . 893 ,,

13.078.000

10 Mei 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

383

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

BANKDISCONTO’S.
Disc. Wissels.
2419 Apr.’32
d
Lissabon ….
644 Apr.’32
‘Bel.Binn.Eff.
1Vrs6h.fiiR.C.3
3
19Apr.’32
Londen ……
2
30Juni’32
i
19 Apr.’32
Madrid. ……
64
8Jidi31
Athene

……….
9

3Dec.’32
N.-YorkF.R.B. 3

6Apr’33
Batavia ……….
44lQMrt.’30
Oslo

……..
4

1Sept.32
Belgrado

…….’.
74
20Juli’31
Parijs

……
3425 Jan.’33
Berlijn

……….
4
22 Sept.’32
Praag

……
3425 Jan.’33
Boekarest……..
7

3 Mrt. ’32
Pretoria

….
4
20Feb.’33
Brussel ………..
4
Rome ……..

9Jan.’33
Budapest ………
44
17Oct.’32
Stockholm
.. 341
Sept.’32
Calcutta

……..
3416
Feb.’33 Tokio

……
38
17Aug.’32
Da.ntzig

.
……..
4
12Juli’32
Weenen……
5
23Mrt.’33
Elelsingfors ……
6
31 Jan.’33
Warschau….
6
20 Oct. ’32
Kopenhagen

….
34
12Oct.’32
Zwits. N at. Bk. 2
22Jan.’33

OPEN MARKT.

1933 1914

6 M ei
1(6
24(29
18(22
H
2T7
H
4119′
20(24
Mei
April April
Juli

Amsterdam
Partic.disc.
111
4

718’1
1
14
718-198
h12_1
5
I,
-15
/16
181162
3
14
3
1
1
3
1
Prolong.
1
1 1
1
I-
1
/4
I14212
214-j4
Londen
Daggeld…
‘141
‘14.1
‘jeI
1
14’1
3(4-2
I
1
12-2
1
I
1314-2
Partic.disc.
11_9J
1
1
9
/1
117_8(1
11
3
..5l
5

I314-2
1
11
2566-9(,c
4114_3(4

Berlijn
.
Daggeld…
4I

5/4
4
1
12-6
414-5
1
13
4
3
1..5
1
j2
55js-6112

4-7

MaandeId
4
1
I2-6
4
1
126
4
1
12-6
1
12
4
1
I2-6
1
I
561I2
– –
Part, disc.
318
371
371s
371
4l

.
4118
2
1
18-
1
12
Varenw.
. .
4..1/
4-114
4.11
4

4_1j
4

5_1J
4

471
8


New York
Daggeld
1)
t
1
51_7/
1-2
3
14
21123/4
1
_3j4

1
3
(4-293
Partic.disc.
314

31
4

t
31_71
11/
4

111
4
3/
5


1)
Koers van 5 Mei en daaraan voorafgaande weken t! m. Vrijdag.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

D a a
New
Londen
Berlijn Parijs
Brussel
Batavia
York’)
‘)
‘,l
‘.1

)

2 Mei

1933
2.14
8.33
57.75
9.79
34.75
995′,

3

1933
2.12 8.33
58.-
9.79
34.69
993f,
4

1933
2.113%
8.29
58.50 9.794
34.69
99
5

.

1.933
2.08i
8.31
58.65
9.794
34.70
99%
6

;

1933
2.063%
8.373%
58.55
9.794
34.70
993% S

1933
2.11
.
8.41
58.50
9.784 34.674
993%
Laagste d.w’)
2.063%
8.21
57.60
9.78
34.62k
99
Hoogste d.v’)
2.1113%
8.55
58.90
9.81
34.80
993%
k[untpariteit
2.4878
12.1070
59.263
9.747 34:592
100

Data
Jrland
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid
) )
rest
1).
) )

2 Mei

1933
48.04

7.40
1.55
12.84
21.274
3

1933
48.03

7.41
1.55
12.86
21.30
4

1933
48.06

7.424
1.54
12.91
21.30
5

1933
48.05

7.40
1.50
12.92
21.30
6

1933
48.05

7.45
1.53


S

.1933
48.04

7.41
1.50 13.05
21.324
Laagste d.wl)
47.95

7.36
1.45
12.80
21.15
Hoogste
d.w’)
48.10
28.-
7.45
1.60
13.10
21.45
Muutpatiteit
48.123%
35.007
7.371
1_4881
13.094 48.52

Data
Stock-
holm ‘)
Kopen-
ho gen’)

o
to’
/
“/’
for!’)

Buenos-
Aires
1)
Mon-
treal’)

2 Mei

1933
43.10
37.25
42.65 3.674

65
1.873%
3

1933
.
43.10 37.20 42.60
3.674

65
1.873% 4

1933
43.-
37.-
42.50
3.674

65
1.56
5

,,

193343.-
37.-
42.45 3.74
1


.1.823%
6

1933
43.25
37.25
42.75 3.724


1.55
8

.,

1933
.
43.60 37.60 42.80
3.0


1.873%
Laagste
d.w’)
42.65
3.75
42.20
3.624


1.773%
Hoogste d.w
1
)
43.85 37.70
43.15
3.80

65
1.923%
Muntpariteit
66.671
66.671
66.671
6.266

953%
2.4878

‘) Noteering te Amsterdam.
‘9
Not, te Rotterdam.
1)
Part. opgave.
iii ‘t iste of 2cle No. van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

Da a
Londen
(8
pers)

Parijs
(8
p.
IOOfr.)

Berlijn
(3p. 100
Mk.)
I Amsterdam
($
p. 100 gld.)

2 Mei

1933
3,895,’
8

4,615/,
27,45
1

47,073%
3.

,,

1933
3,903%

27,50

.4

1933
3,92 4,62
27,60
47,18
5

,,

.
i3.
3
.
•3,98s
8

4,70′
28,40
48,
05.
6

,.

1933
4,01
4,62
27,85
46,75
8

,,

1933 3,941/, .
4,59/8
27,75
46,95

9 Mei

1
9321
3,683%
3,943%
23,85 40,55
Muntpariteit..
4,86
3,90516
1

23.813%
408/,

KOF,RSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen
Noleerings-
Ieenheden
22Apr.
i
1933

1

29Apr.
1933

1
116
Mei
1933
LaagsteIh’oogste 6Mei
1933

Alexandrië.
.
Piast.
p.
9714
973%
973/8


9751
8

973%
Athene

…;

Dr.
p. £
605
5973%
555
600
5773%
Bang11ok…..Sh. p.tical
1/10v5,
‘/’°T’S

1110 I
T
5
1110+
fi
i/10(.
Budapest

..
Pen
p.
j
20

.
20
183%
203%
,
193%
Buenos Aires

d.
p.$
iSh.
403%
41
‘413%
43
423%’
Calcutta
. . . .

p.
rup.
116
1
32

1/6
1
/
54

1/61/33

1/6
3
/
3
,
1/6
5
/,
4

Constantin
. .
Piast.
p. £
720 705
690
695
695
1l:ongkoig
. .

5h.
p. $
1137/
11

1143%
1143/
8

1151i
8

1/4iij,
1/25,’
8

1/215/
1
,.
1/23%
1/3
11’i,
Lissabon….. Escu. p.
£
110 110

.
1093%
1103%
110
Kobe

…….Sh. p.
yen

Mexico

. . . .

$
per£
13′,.
133%
12.50
14.-
13.-
Montevideo

d.per,

333% 333%
36
343%
Montreal

..

$
per .
4.323% 4.363%
4.40
4.563%
4.54
Riod. Janeiro
d.
per
Mil.
.

5
5
‘/,
43%.
5s,,
43%
Shanghai

. . Sh. p.
tael
1/27/
8

1/35i
16

1/27/
8

1/33% 1/33%
Singapore

. .

id.
p.
$
2/3k
2/38%
2/33,
2/4
.
2/37/
8

Valparaiso
1).

$
per’s

• -.
– .


Warschau

..

Zi. p. £
1

31
303%
29
30
‘/,
2913/,
6

‘)90 dg.

ZILVERPRIJS GOUDPRIJS
3)

Londen’)
N.York
2
)
.

Londen
lLei
1933..
203% 353%
2 Mei
1933
124/8
3

,,
1933..
107/
t
,
351,’
6

3

,,
1933
123/5
4

,,
1933..
19′
3451
5

,
4
1933
…..
124/6
5
1933..
191,’,
353%
5
1933
124/8
6
1933..
193%
353/,
6

.
1933
124/1
.1933..
197/8
35’/8
8
1933
………
/9
9 Mei
1932.
161/,
275/
8

9 Mei
1932
112/8
27 Juli
1914..
24″,
16

59 27
Juli
1914
84/103%
1)1,,
perice
p.
oz.stand.
3)
Foreign silver in
Sc. p.oz.
line.
3)
in
sh.
p.oz.fine

STAND VAN ‘ RIJKS KAS
Vorderingen.

1 29 April 1933 f .7. Mei 1933

Saldo van
‘s
Rijks Schatkist bij De Ne-
4.337.940,61

Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten

,,
12.620,56
f

46.487,17
Voorschotten
op
uit. Maart 1933 aan

derlandsche

Bank……………….
f


de gem. verst,
op v.
haard. de Rijks-
adm. te heffen gem: ink. bel, en
opc. op
de Rijksink. bel ……………… …
1.706.137,85
,,

1.706.137,85
Voorschotten
op
uIt. Maart 1933 aan de
gern. verstrekt
op
aan

haar uit te
keeren hoofds. der pers. bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. endergem.
fondsbel., alsmede
opc. op
die bela,-

tin
gen en
op
de vermogensbelasting
4.788.475,72
,,

4.788.475,72
Voorschotten aan Ned.-lndië ………
160.402.329,68
,,166.695.381,17
Id. aan

Suriname …………………
14.228.485,84
,,

11.522.745,31
6.828.275,93
,,

6.840.179,08
Kasvord. weg. credietverst. af
h. buitenl.

,,

102.015.481,68
,,
101.311.457,42
Id.

aan

Curaçao………………………
…..

Saldoderpostrek.v. Rijkscomptabelen
26.090.889,75
,,

35.916.058,43
15.820,035,38
,,

15.985.069,13
Vord.
op
andere Staatsbedrijven’)……..
Verstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan gemeenten (saldo)……
39.782.310,79
,.

39.658.532,62

8′ ………

Voorschot door De Ned. Bank ing.
art. 16 van haar

octrooi

verstrekt

f

10.150.968
1
45
Schatkistbiljetten in omloop ………
/302.554.000,-
258.079.000,-.
Schatkistpromessen in omloop. ……
73.850.000,-
,,
113.150.000,-
Zilverbons in

omloop ……………..
1.558.015,50
,,

1.554.384,50
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioent.’)
,,

16.148.363,58

….
.

16.979.882,85
Id. aan heïStaatsbedrijfd.P TenT:’)

……

l00973.409,45
,,
107:853.256,85
Id. aan andere Staatsbedrijven’)
…..
……177.207,68
,,

177.207,68
Id. aan diverse instellingen’)
………..
74.176.310,21 ,,

76.504.802,80
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist..

NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.

1

90 Ar,ril

1WLq
1

tl Mei 1QX

voraeringen:
Betaalmiddelen in
‘s
Lands

kas

waaronder Muntbiljetten ………..

Saldo Javasche Bank……………..
Verplichtingen:
Voorschot
‘s
Rijks kas e. a. Rijksinstell.
,,160.402.000,-
1.050.000,-

..

Schatkistbiljetten
………………..

f
.
..565.000,-

19. 575.000,-
Schatkistpromessen
……………………

1.753.000,-
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.,,
…288.000,-
Muntbiljetten in omloop
…………….

Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank.
1.086.000,-
Voorschot van de Javasche Bank….

SURINAAMSCHE BANK.

Voornaamste postei3. in duizenden guicléns.

Data
Metaal
Circu
latie
1
Andere
1 opeischb.
schulden
Discont.
Div.
reke-
ningen’)

15 April

1933;.
864 1
1.132
514 744
1
2.262
S

,,

1933..
863

1
1.202
51,5
759
.2.276
1

1933..
875

1
1.269 514

758
2.82
25 Maart 1933..
875
1.037
468
768
2.241
18

,,

1933..
876
1

1.076 468 766
2.265

5 Juli

1914..
645
1.100

1

560
735
396
9 Sluitp. deractiva.

/
166.695.000,-
1.050.000,-
19.575.000,-
1.754.000,-
229.000,-
1.088.000,-
3.059.000,-

384

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 Mei 1933

NEDERLANDSCHE BANK.

Terkorte Balans op 8 Mei 1933.

Activa.
Binneni. Wis-t Hfdbk.
f
32.687.345,-
sels,Prom., Bijbnk.

1.164.599,35
enz.in
disc. Ag.sch.
,,

6.023.118,31
f

39.875.062,66
Papier o. h. Buiten!. idisconto ……

Idem eigen portef.
f
73.376.152,-
Af:Verkocht maar voor
de bk.nog niet af gel.
,,

73 376 152-

ci. vrsch. Bijbnk.

8.165.668,17
,,

Beleeningen

{

llfdbk.
f
34.314.912,96
m
in rek.-crt.
op onderp. Ag.sch.

44.743.328,71

f

87.223.909,84

Op Effecten

……
f

86.365.921,43
OpGoederenenlpec.
,,

857.988,41
87.223.909,84
Voorschotten a. h. Rijk …………….
,,
9.358.482,31
Munt, Goud ……
f

98.200.865,- Muntmat., Goud
..
,,
760.233.957,21

f

858.434.822,21
Munt, Zilver, enz.

22.405.452.25
Muntmat. Zilver..

,


,,
880.840.274,46
1
)
Beiçgging
1/5
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

……………………
,,
20.099.025,61
Gebouwen en Meub. der Bank ……..
,,
5.000.000
2

Diverse

rekeningen ………………
,,
13.319.549,61
Staat d. Nederl. (Wetv. 27151’32, S. No. 221)
,,
19.331.195,17

f
1.148.423.651,66

Passiva.
Kapitaal ……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds ……………………
,,
3.000.000,-
Bijzondere

reserve

………………
,,
5.000.000,-
Pensioenfonds

………………….
,,
8.492.219,58
Bankbiljetten in omloop …………..

,,
973.238.645,..-
Bankassignatiën in
omloop

……….
,
49.054,48
Rek..Cour.
1
Het Rijk
f


saldo’s:

k Anderen

,,
132.977.860,93
132.977.860,93
Diverse

rekeningen ………………

5.665.871,67

f
1.148.423.651,66

Beschikbaar metaalsaldo

….. . ……

f
438.690.826,01
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is
,,
1.096.727.065,-
1)
Waarvan in het buitenland
f
3.020.302,58.

Voornaamste posten in duizenden
guldens.

1
Goud
1
1
Andere
1 Beschikb.
I
Dek-
Data
I
I
Munt
I
Muntrnat.I
IC1rculalleopeischb.I
1
schuldenl
Metaal-
saldo’)
kings
perc.

8 Mei
‘331
98.201I
760.234
48.691
1

80
1

,,
331
98.2011
807.550

96
.
410

1
973.239
1
133.027
1

1004.836158.461
463.219

80

25
Juli

14
65.7031
310.4376.198
43.521
54
1

Totaal
1
Schatkist-
1
B
e
lee-
Papier
Diverse
Data
1
bedrag
1
promessen
I

nin gen
het
bJtent.
reke-
disconto’slrechtstreeksl
fin gen
2
)

8 Mei
19331
39.875
1


1

87.224
73.376
13.320
1

,,
19331
41.111
1


1104.662
73.376
13.407

25 Juli
1914J
67.947

1

61.686
20.188
509

‘)Sedert den bankstaat van 4 Jan.
1929
op de basis van
21
metaal-
dekking.
2)
Onder de activa.

JAVASCHE BANK.

Data
Goud
Zilver
Circulatle
Andere
opeischb.
schulden

Beschikl
metaal-
I

saldo

6Mei
‘332)
15i60
206.070
36.270
54.424
29 Apr.’33
2)
152.680
203.440
36.560
56.680

8Apr.1933
212.159 32.310
61.098
112.042
1

46.845
1

,,

1933
112.037
1

47.046
207.965 35.256

1

61.794

25 Juli1914
22.057
1

31.907 110.172
12.634
4.842

Data
WI.S2.
buiten
N.-Ind.
1

Dis-
i

conto’s
_______

I
Belee-
ningen
Diverse
reke-
ningen’)

kings-
percen-
tage

6Mei
‘332)

t
20.590
62880
21.520
62
29Apr.’33
2
)
1
20.800
59.410
21.020
64

8Apr.1933
1

19.736
1

25.310
65

9.140

1

34.938
1

,,

1933
1

19.650
9.032
1

34.371
26.184
65

25 Juli1914
1

6.395
7.259
1

75.541

1

2.228
44
1)
Siuitpost activa.
1)
Cijfers
telegrafisch ontvangen.

BANK VAN ENGELAND.

Bankbilf.! BankbtlJ.

OtherSecurities
Data

Metaal

In

‘in Bankingl Disc.and Securitles
circulatie
1__
Departm.
1
Advances1

3 Mei 1933 1186.927 373.506
1
72.482

11.63511.278
26April 1933
1186.858
371.935

74.004

11.631
1
11.452

22 Juli 1914 40.164

29.317

33.633
1
OtherDepostts

1
Dek-
Data

1 00v.
1
Public
Sec.

Depos.
I
Bankers Other Reservei kings-
nII

1nPr,
ii

3 Mei ’33
j

67.656
1

8.811

1

37.786 1 73.4211

°/32
26April’33
F9.655

I
68.531
1

10.782

0.936

37.105
1
74.9241
50s/,

22 Juli ’14

11.005

14.736

42.185

1
29.2971
52
1)
Verhouding
tusschen Reserve en Deposits.

BANK VAN FRANKRIJK.

Te goedl
Wis-
1
Waarv.I
Belee-
Data
Goud
Zllverl

in het
1

sels
1 op het
1
ningen

IR
enteloos
voorschot
1
buitenl.
1

1
buitenl.
v.d. Staal

28 Apr.’33’80.866
21

,

‘33180.835

23 Juli’141

~1.255~

4.104640

1.307
2.440 2.426
5.21lj
4.6441

1.5411

1.4061
1.4551

8
1

2.649 2.676

7691

1

3.200
1

3.200

Bonsv.d.I
Diver-
Rekg.Courant
Data
zelf
St.
sen’)
I

_____
Circulatle
1
1
Zlfst.

Part1-
Staat
amort.k.
___________
_aniorfk.Jculleren

28Apr.’33

6.595
1

2.365
1

84.992
1

311
1

2.029

1
17.181
21

,,

’33

6.608

1

2.423
1

83.780
I

364
1
2.021

17.882

23 Juli’14

1

1

5.912

1

401

1

943
1)
Slifitpost activa.

DUITSCHE RIJKSBANK.
Daarvan
1
Deviezen
Andere
Data
Goud
bi] bui-

1
als goud-

I

wissels
Belee-
tenl. circ.
1
dekkin
geldenle
en
ningen
banken
1
)
I
cheques

22 April 1933
407,1
1
19
1
0
1

104,9
1
2.870,6
68,9
15

,,

1933
421,4
1
18,5
1

108,4
1
2.996,2
72,1

30 Juli

1914
1.356,9
1

1


1

750,9 50,2

Data
1

Effec
Diverse
Circu-
Rekg.-
1
Diverse

1
ten
Act ivat)
latie
Crt.
1
Passiva

22 April 1933
1

317,9 345,9
3.278,2
372,1
1

163,2
15

,,

1933
318,5
399,3
3.422,5 360,0
t

157,8

30 Juli

1914
330,8 200,4
1.890,9
944,-
40,0

‘)
Unbelast.
‘) W
.
O. F(entenbankscfle,ne ZZ, 10 April I9Jd, resp.

;
21
miii.

NATIONALE BANK VAN BELGIË.

Data

Goudl
.
t’
Rekg. Crt.


t-
.c
0

4 Mei
12676
62
1
787

1
58
363
40
3.633
1
1
298
27
Apri112671

62

1
783
51
363
40
3.620
1

23
315

FEDERAL RESERVE BANKS.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data
betaal-
middel
Totaal
t
Dekking
i
In her-

1
disc. v. d.
1
In de
open
bedrag
F. R.

1
Notes
Zilver
etc.
member
I
markt
banks
1
gekocht

19 Apr.’331
3.365,6
1

2.692,2
1

215,6
414,3

1
208,4
12
,,
’33
3.315,4
2.664,2
213,8 428,5
247,0

Belegd
F.R.
Notes

Totaal

Gestort
t
Goud-
1

Dek-
Algem.
Dek-
Data
In
u. s.

I

Gov.Sec.
in circu-
.

. –
Kapitaall
kings-
kings-
latie
perc.’)
__________

19 Apr.’33I
1.837,1
3.477,4 2.347,5
149,7
I

57,7 61,5
12

,,

‘l
1.837,2
1
3.547,3 2.273,7
149,6
56,9 60,6
9 vernoun,ng totalen gouavoorraaa tegenover opelscuoare
schulden: F. It. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totale,
voorraad muntmaterlaal en wettig betaalmiddel tegvoover idaw.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BiJ HET FED. RES. STELSEL.

Dis-
1

1
Totaal
1
Waarvan
Data
Aantal
conto’s
1

Beleg-
I
serve
il de
1.
1
depo-

1

time
banken
en
beleef.

1

9.627

1
gingen
1

_
anks
R.
sito’s

1
deposits
1

15.971

1

5.288
1 Mrt.’331
488
1

8.196
1 1.599
1
22
Feb.’331
130
9.865
1

8.392
1.814

1
16.933

5.499
IJO
posten van ue
liep.
anls,
de .Iavascne anh( en uu
D5flK
OT
tng.
land zijn in duizenden, alle
overige posten
in
millioenen
van de be.
treffende valuta.

10 Mei 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

385

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

9 Mei 1933.

De t a r iv e-mar-k-t na-s in cle afgeloopen week vast niet
II inke vraag iii Europa voor verseh uien-de 1w itenland sche
soorten. Opmerkelijk is de groote vraag iii Engeland voor Austral ische tarwe, waarin ‘belangrijke zaken werden af-gesloten tot stijgende prijzen.
Op
sommige dagen Nverden
verscheiden ladingen verkocht. De verschepingen va.tI Au-s-
tralië zijn niet overdreven groot wat Europa betreft, de
prijzen- zijn voor de En.gelsche niaa.li nlustrie aantrekkelijk
en liet aanibod is niet dringend. Nadat-ge prijzën eenigên1
tijd geleden verhoogd waren, is het -aan-bod toegenomen,
cI-oh nu zijn de -boeren iii Australië weder terughoudender ge-worden, hopende op verdere prijsveT-beterilig en omdat cle weersomstandigheden niet gunstig’w aren -voor den uit-zaa’i Het Australische-gou’veriieinent schat eene -veinunde.
ring van 2 pCt. van de beibouwde oppervlakte vergeleken
hij het vorige jaar. In de Vereenigde Staten stegen de
w

zen eerst geregeld, later trad cciie reactie iii. in cle eerste
plaats zijn het cie infl’aiiouistische plannen der regeering,
welke in dc Ver. Staten dc hausse-beweging hebben ver-
oorzaak-t en de speculatie hebben aangewakkerd.. Verder
-werkte de med.edeeling, dat iie Farmboard zijn voorraden
heeft verkocht, iii dezelfde richting en ten derde zijn cle’ vooruitzichten van winter-tarwe verre van gunstig. Wel
heeft het in het wintertarwegdbieclin den laatsten tijd, ge-
regend, doch in -ver:sehilien-cie streken kwam cle regen te
laat en was reeds onherstelbare schade veroorzaakt, liet
gemiddelde -van -de schattingen van particuliere oogst-ex-
perts geeft een opbrengst

van 350 .millioen bushels op
1 Mei. Op t April was h-et geni-icidefde 371 -millioen bu-shels.
Het regeeringsrapport schatte op t April de opbrengst 01)
334 milli.oen- bushels. Het als verloren beschouwde gedeelte
van de bebouwde oppervlakte wordt gesdhat op 28.4 pCt.,
doch hiervan kan nog vel, -iets terecht koitien, wanneer vol-
doen-de regen valt. De uitzaai van zomertarwe werd eerst
vertraagd, doch maakt -nu go-eden voortgang onder gunstige
omsta.ndigheclen-. Mcii meent, -dat 4 ii 5 pCt. minder -zal
worden uitgezaaici clan in liet vorige jaar. Ook in Canada
is cle uitzaai van zomer-tarwe. vertraagd;, er wordt gerekend op eenige -vermindering van dc bebouwde oppervlakte. Ver-
geleken met een week geleden -was he-t slot te Chicago
2.!/ dollarcents per 60 -lbs. hooger, dat te Winnipeg op
6 Mei 5 dollarcents hooer. Gisteren ‘was Winnipeg geslo-
ten. Ook -voor Platatarwe was de stemming in de -a.fgeloo-
pen o’eec vaster en werden hooge-re prijzen betaald. De
koensen aan de Argentijnsche termijnmarkten liepen vrij
belangrijk op, doch -daalden w’eder tegen het einde der week.
Het slot te Buenos Aires was 25 cen-t-avos -per 100 liG. hoo-
ger,te Rosario 29 centavos hooger clan
01)
29 April. 0-1)
1 Mei wam-en beide markten gesloten. Men is in Argentinië
ijverig bezig niet -het uitzaaien van tarwe onder gunstige
iveersomnstand-igheden. Velen zijn van -meening, dat de be-
bouwde oppervlak-te in Argentinië zal wor-cle ii uitgebrdicL
daar cle tegenwoordige lage prijzen bij een gemiddelde op-
brengst nog geen verlies- op-leveren. De iberich-ten over
ivintertarwe in Europa blijven gun

stig, dank zij in vele
landen gevallen regen. Volgens ccii rapport van het land-
bouwbureau te Rome is de te -velde staande tarwe den
winter zeer goed •doorgekome n. Volgens het 1 ancibouwbnreau
zijn -de -vooruitzichten gunstig en -is de mogelijkheid niet uitgesloten, dat cle opbrengst, buiten Rusland, den grooten
oogst ‘van het vorige jaar nog zal overtreffen. Aan de ter-
mijnmarkt voor tarwe ‘te Rotterdam ivareu in de afgeloo-
pwi week tot ên niet Vrijdag 1e fluctuatie’s -klein.
01)
Za-
terdag werd door •buitenlandsche k-ooporciers en inflatie-
geruchten de stemming zeer vast en werden scherpe ver-

hoogin-gen betaald. Deze gingen Maandag weder voor een
gedeelte verloren. –
lm
r o-gg e kwamen in de afgeloopen week kleine zaken
tot -stand tot -weinig veranderde prijzen.
01>
Zaterdag out-
stond ook voor rogge levenda’ge vraag cii werden flinke
Laken gedaan, vooral in Poolsche-rogge
Voor m als bestond iii liet begin -cbr week slechts ma-
tige belangstelling cii de %’raag was teleurstellend. Vooral
:Donaumnaïs was gedrukt en toen twee ihooten binnen kwa-
men, waaruit, flinke hoeveelheden wei

den aangediend per
Mei -lever ing aan de Rotterdam sche term ijn markt, claal den
de prijzen -voor (ien termijn -scherp. Toen de aangediende
hoeveelheden waren verwerkt, ‘trad een herstel in. Latere
termijnen ival-en in de eerste helft der week lager door
vei–meerclercl- en- verlaagd aanbod vali Donau-maïs, doch
-stegen -weller, toen de-prijzen voor deze -maïssooxt weder
werden verhoogd. 01) Zaterdag- i’ond een sterke prijsverhoo-
ging plaats, evenals voor andere granen. Vooral voor -bui-tenlaneclsche rekening werd veel gekocht. Toen de- stern-
-ming 01) de markt voor’ .bu itenl anlschc valuta’s Iii aanclag
kalm bleek te zijn, is aan de nmaïs-termijnmark-t weder een
flinke verlaging -vooi- de latere termijuCn ingdtrecleu. Voor
Plataniaïs is in den loop der week -de stemming vaster ge-ivorden, zonder dat daarbij -dc buitenlandsche wisselkoer-
sen een rol -van beteokeu-is speelden. Het aanbod van stoo-
,
mnende Platarnaïs i’a-u den-ouden en nieuw’en oogst in -spoe-
dige posities is beperkt. in ‘cle eerste helft -der week zijn de
prijzen eeniiszins gedaald, -doch in lie tweede helft zijn
01) ruime schaal zaken tot tan’d gekomen tot stijgende
pi-ijzen-. Toen Argentinië zijn vraag-prijzen daarna nog
verhoogde, trokken koopei-s zich terug. Aan de ter-mijn-
-markt te Buenos Aires was het slot voor ‘maIs 18 centa-
vos, te Ilosario 21 centavos per 100 liG. hooger dan op
29 April. Met het -binnenhalen van den -nia-ïsoogst is men bezig, soms- werden -d-ie werkzaamheden door regen ver-
traagdl. Ïn de schatting van de-opbrengst is geen verande-
ring gekomen.
– De stenmiiug voor Plata.ge r st werd in cle» loop der
week vaster. Vooral spoeclige ‘posities -waren goed gevraagd
en daarvoor werd weder een premie ibetaald boven latere
alla-ding. Geregeld kwamen zake» -van matige» omvang tot
stand. De -koop-lust verminderde toen in -het einde dec- w’eek
de viaagprijzen ver-der werden -verhooi. Donaugerst is
weinig in prijs veranderd en werd- iets hooger aangeboden.
De -belangstelling voor cieieger stsoort is matig en de om-
zetten -claa.rin waren beperkt. –
iii -cle -prijzen ‘oor h a v e r kwam in de algeloopen week
weinig verandering Bdheemnsehe haver -w’ercf vrijwel on-
veranderd aange’bocten cm tet matige om zette nl. r Pl-atahaver
waren de zaken ook beperkt De termijnmarkt te- Buenos
Aires sloot 5 een-La-vos hooger dan op 29 April.

SUIKER.
De stemiiniiug op de verschillen-clesu-ikerniark-ten ‘as ge-
duren-de de afgeloopen ‘week tengevolge van de internatio-
nale monetaire problemen, meest afw’achten-cl, soms wat
-zenuwachtig. –
In A me r ik a is de ‘wiarschijn-lijkhe-id vals verlaging
(van het inv-oerreeh-t voor CubasiLiker n-og 4teecl’s een punt
van belangstelling, terwijl thans het bericht, dat door Cuba
vrijwillig 350.000′ tons geblokkeerd zat worden, een feit ge-
worden is. De handel ‘in ru-w’suiker bleef binnen beperkte
grenzen Vooi
-pr om’pte Gubiisui’ker ivei-d ca-. 1.37 .i- de be-taalcl en
voor -‘
rij-e suiker Mei/J uni-ve-rseheping ca. 3.35 cle.
De dagelijksche f-luctucdti-es op de N e w-Y o r k s ch e ter-
mijuniark’t waren groo’te’r dan 01) ‘te maken -valt uit de officieele »oteeringen. Het slot was een-ige punten lager
clan liet slot der voorafgaande week en luidde al-s volgt:

AANVOEREN in
tons van 1000
KG.

Rotterdam
1

Amsierdam

Totaal

Artikelen
30Apr.16 Mej Sedert
Overeenk.
30Apr.16 Mei
Sedert
Overeenk.
1933
1932
1933
1Jan. 1933
tijdvak 1932
1933
1Jan. 1933
tijdvak 1932

25.284
388.873 452.355

11.670
4.763
400.543
457.11,8

249 155.928
154.247

1.365 940

157.293 115.187
Tarwe

……………..
Rogge

………………..
249
10.078
9.379


25

10.103
9.379
Boekweit ………………
Maïs
……………….
24. 08
2

377.838
461.734
9.048
85.745
132.103
463.583
593.837
8.896
112.630
132.993
160
10.196 7.271
122.826 140.264
2.573 69.680 81.846

1.548
2.542 71.228 84.388

7.797
103.599 107.488
1.540 134.471
156.179
238070
263.667

G-erst

……………….
Haver

………………

2.005 24.091 39.358
– –
50
24.091
39.408
Lijnzaad

…………….
Lijnkoek

…………….
Tarwemeel

…………

754
8.228 9.297
25
3.099
4.772
11.327 14.069

Andere meelsoorten
. .
.2.632
20.542
17.889
48
3:934
6.144 24.476
24.033

386

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10 Mei 1933

STATISTISCH OVERZICH1

GRANEN
EN ZADEN
TUINBOTJWARTIKELEN
VLEESCH

TARWE
R000E
MAIS
GERST

L!JNZAAD
(Loosduinen)
RUND-
VLEESCH
VARKENS.

BLOEM-

KASKOM-
SALADE
Manitoba
No. 2 loco
No. 2 Canada
loco
La Plata
loco
62/631(0.
Z. Russische
L. Plata
loco
(versch)
VLEESCH
(versch)
Rotterdam! Amsterdam
R’damlA’dam
R’dam(A’dam
loco Rotter-
damlA’dam
R’damiA’dam
KOOL
le soort
KOMMERS
le soort le soort
Gem.v.3 kw. 1001(0.
per
per 100 KG.
per 100 K.G.
per 100 K.G.
per 2000 1(0.
per 20001(0.
per 1960 K.G.
P. 100 st.
5)

P. 100 st. 5)
100 Krop
Rotterdam Rotterdam

II.
0J
f1.
0;
f1.
Ol
o

f1.
0j
f1.
°lo
f
0/0
f
0/
f
0f
f
0
10
f
0
!o
1925
17,20 100,0
13,07
5

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0


1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50 77,9


1927
14,75
85,8
12,47
5

95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50 78,4


1928
13,475
78,3
13,15 100.6
226,00 97,7 228,50
. 96,8
363,00 78,5
26,47
100,-
23,08
100,-
5,83
100,-
93,
100,-
77,50
100,-
1929
12,25
71,2
10,875
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
26,32
99,4
23,83
103,3
7,60
130,3
96,40
103,7
93,125
1

120,2
1930
9,67
5

56,3
6,22
5

47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
16,32
61,7
18,28
79,2
3,51
60,2
108, 116,1
72,90
1

94,1
1931
5,55
32,3
4,55
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
18,49
69,9
16,89
73,2
4,33 74,3
88,
94,6
48,-
1.

61,9
1932
5,225
30,4
4,62;
35,4
77,25
33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
16,71
63,1
11,87
51,4 3,57 61,2 61,
65,6
37,50
48,4

i,an.
1931

6,52
5
.37,9
4,-
30,6
84,50
36,5
86,25
36,5
207,50
44,9
96,-103,2
56,-
72,3
rebr.

,,
5,775
33,6 3,90
29,8
87,50
37,8
85,75
36,3
206,25
44,6
91,-
97,8

64,5
Maart

,,
5,625
32,7
4,20
32,1
103.00
44,5
104,75
44,4
214,00
46,3
– .



– –
90,-
96,8

65,8
April
5,90
34,3
4,42
5

33,8
112,00
48,4
117,00
‘49,6
197,75
42,8
20,42
77,1
22,42
97,1
7,45
127,8
97,-
104,3
47,-
60,6
Mei

,,
6,15
35,8
4,975
38,0
95,75 41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
16,56
62,6
18,75
81,2
4,27
73,2
98,-
105,4
45,-
58,1
Juni

,,
5,75
33,4
5,05 38,6
86,75
37,5
116,50
0
49,4
191,50
41,4


9,51
41,2
1,27
21,8
101,–
108,6
41,-
52,9
Juli
5,42
5

31,5 4,70
35,9
84,25
36,4
115,75
49,0
211,00
45,6
95,-
102,2
49,-
63,2
Aug.
4,975
28,9
4,025
30,8 74,50 32,2
119,50
°50,6
185,50
40,1
94,-
101 1
54,-
69,7
Sept.
4,77
5
27,8
4,275
32,7
68,00
29,4
97,0041,1
164,25
35,5
84,-
903
50,-.
64,5
Oct.
5-29,1
4,475
34,2 68,50 29,6
94,75
40,1
160,25
34,6

——————————-

75,-
80,6
49,–
63,2
Nov.
5,82
5

33,9
5,476
41,9
81,00
35,0
114,50
48,5
169,75
36,7

——————————-

72,-
77,4
48,-
61,9
Dec.
4,92
5

28,6
4,95
37,9
69,25
29,9
111,25-
47,1
145,75
31,5


– –

——————————



70,-
75,3
43,
55,5

Jan.1932
5,05
29,4
5,07
6

38,8
71,25
30,8
114,00
48,3
142,50
30,8

—-
























70,-
75,3.40,-
51,6
Febr.
5,30
30,8
5,07
5

38,8
74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
68,-.
73,1
34,-
43,9
Maart
5,525
32.1
5,80
44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
67,-
72,0
’32,-
41,3
April
5,65
32,7
6,22
5

47,6
88,75
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2
20,38
77,0
15,06
65,3
5,27
90,4
63,-
67,7
28,-
36;1
Mei
5,60
32,6
5,30
40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2
13,03
49,2
14,78
64,0
3,71
63,6

67,7
26,-
33,5
Juni
5,225 30,4
4,15 31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
5,76

———————
—-
—-









25,0
1,73
29,7
67,-
72,0
34,-
43,9
Juli
4,90
28,5
4,-
30,6 78,75
34,0
100,25
42,5
129,75
28,1

—-
—-







—-





—-







—-




—-








68,8
35,50
45,8
Aug.,,
5,20
30,2
4,07
5

31,2 77,50 33,5
98,25
41,6
133,00
28,8
62,-
66,7
40,50
52,2
Sept.,,
5,47
31,8
4,20
32,1
78,50
33,9
88,50
37,5
150,75
32,6
55,-
59,1
42,50 54,8
Oct.,,
5,25 30,5 3,92
5

30,0
74,50
32,2 79,50
33,7
138,25
29,9

—-







—-


—-


—-
—-







—-


—-
—-









—-

51,-
54,8
44,-
56,8
Nov.,,
4,90
28,5
3,90 29,8
71,25
30,8
79,00 33,5
135,2
29,2
53,-
57,0
46,-
59,3
Dec.
4,725
27,5
3,80
29,1
66,25
28,6
75,25
31,9
135,00
29,2
53,–
57,0
46,-
59,3
Jan.

1933
4,95
28,8
3,75 28,7
73,00
31,5
75,25 31,9
136,50
29,5






—-
















—-




























50,50
‘ 54,3
44,75
57,7
Febr.
4,775
27,8
3,70
28,3
71,00
30,7
74,75
31,7 130,25
28,2


















49,25
53,0
45,-
58,1
Maart
5,05
29,4
3,82
5

29,3 73,50 31,7 76,25 32,3
130,50
28
1
2


-.




































– –

46,50
50,0
46,- –
59,31
April
5,15
29,9
3,75
28,7
72,75
31,4 71,25
30,2
129,50
28,0
14,62
55;2
13,59

————————–

















58,9
3,27
56,1
49,50
53,2
48,25 62,31
1 Mei
5,25 30,5
3,85
29,4 75,00
32,4
72,00
30.5
137,50
29,7
14,42
54,5
10,92
47,3
1,50
25,7
50,-
53,8
49,-S)
63,2 I 8

,,

,,
5,55
32,3
3,85
29,4
73,00
31,5
73,00
‘ 30,9
146,50
31,7
1) Men zie voor de toelichting op dezen staat de nos. van 8, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No.2. van Jan. 1931 tot
vanaf 26Mei1930 tot 23Mei1932 74 K.G. Zuid-Russische.
4)
Tot Jan. 1928 Malting; van Jan. 1928 tot 9 Febr. 1931 American No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 1932
het betreffende jaar.
6)
5 Mei.
7)
2 Mei.

Vervolg STATISTISCH OVERZICH’I

MINERALEN

.
TEXTIELGOEDEREN


DIVERSEN

STEENKOLEN
Westfaalsclsel
PETROLEUM
BENZINE
KATOEN
WOL WOL
gekamde
KOE-
KALK-
Hollandsche
bunkerkolen,
Mid. Contun.
Crude
Gulf exp

gekarn e
ustra,c
Australische,
HUIDEN
SALPETER

ongezeefd f.o.b.
33 tim
64)66°
$cts. per
Middling
locoprijzen
F.0. F.
Sakella-
G. F. No. 1
erino,
CrossbredColo- nial Carded,
Gaaf. open
kop
Old. per
100 KO.
R’damjA’dam
1000 K.G.
per
De s.g.
per barrel
U.S. gallon
New-York
rides
‘Jomra
Liverpool
,
oco

rb
or
pe

,
SO’s Av. loco
57-61 pnd.
netto
per Ib.
Liverpool
Bradford per Ib.

f1.
OJo
$
01
0

$cts.
0
/0.
$ cts.
0
,
pence
0f
pence
°/o
pence
0
10
pence
0
/0
f1.
°Io
f1.
01
0

1925
10,80 100,0
1.68 100,0 14,86
100,- 23,25
100,0
29,27
100,-
9,35
100,- 55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
1926
17,90 165,7
1.89
112,5 13,65
91,9
17,55
75,5
16,24
55,5 6,30
67,4
47,25
85,9
24,75 83,9 28,46
82,0
11,61
96,8
1927
11,25
104,2
1.30
77,4
14,86
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3 7,27
77,8
48,50
88,2
26,50
89,8
40,43
116,5 11,48
95,7
1928
10,10
93,5
1.20
71,4
9,98 67,2 20,00
86,0
19,21
65,6
7,51
80,4
51,50
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
1929
11,40
105,6
1.23
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2 6,59
70,5
39,-
70,9
25,25
85,6 32,25
92,9
10,60
88,3
1930
11,35
105,1
1.12
66,7 8,77
59,0
13,55
58,3
12,-
41,0 3,92 41,9
26,75 48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
1931
10,05
93,1
0.58 –
34,5
5,04
33,9
8,60
37,0
7,33
25,0
3,08
33,0
21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
1932
8,00
74,1
0.81
48,2
4,50
30,3
6,45
27,7
5,21
17,8
3,11
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
11,15
32,1
6,15
51,3

Jan.

1931
10,30
95,4 0.85
50,6
6,08 40,9
10,30
44,3
8,31
28,4
3,09
33,1
21,25
38,6
12,00
40,7
24,63 71,0
10,11
84,3
Pebr.,,
10,30
95,4
0.85 50,6
6,14
41,3
10,95
47,1
9,58
32,7
3,55
38,0
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50 64,8
10,21
85,1
Maart

,,
10,30
95,4
0.66 39,3
6,07
40,9
10,90
46,9
9,70
33,1
3,56
38,1
25,25
45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
April

,,
10,15
94,0
0.53
31,5
5,66
38,1
10,25
44,1
8,68
29,7
3,31
35,4
24,50
44,5
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
Mei
10.00
92,6
0.53
5

31,5
5,375

36,2
9,40
40,4
8,18
27,9
3,01
32,2
23,50
42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1
Juni
10,00
92,6
0.34
20,5
4,24
28,5
9,10
39,1
7,54
25,8
3,01
32,2
22,00
40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
juli
10,00
92,6
0.24
5

14,3
3,405
22,9
9,25
39,8 7,73
26,4
3,35
35,8
22,25
40,5
12,50
42,4
20,25
58,4
8,26
68,8
Aug.,,
10,00
92,6
0.43
25,9
3,94 26,5
7,20
31,0
5,94
20,3
2,59
27,7
22,25
40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,
58,3
Sept.
10,00
92,6
0.56
33,2
5,50 37,0
6,55 28,2 5,77
19,7
2,59
27,7
20,00
36,4
11,00
37,3
18,-
51,9
6,50
54,2
Oct.,,
9,90
91,7
0.56
33,2
4,19
28,2
6,30
27,1
5,82
19,9
2,85
30,5
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3 6,65 55,4
NOV.
9,90 91,7
-0.68
40,4
4,62
31,1
6,40
27,5
5,72
19,5
3,11
33,3
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3 6,80
56,7
Dec.
9,90
91,7
0.71
42,3
5,31
35,7
6,30
27,1
4,98
17,0
2,99
32,0
16,25
29,5
9,00
30,5


6,95 57,9

Pn

1932
8,25
76,3
0.71
42,3
5,25 35,3
6,65
28,6
5,09
17,4
3,38 – 36,2
16,50
30,0
9,00
30,5
11,63
33,5 7,10 59,2
8,25
76,3
0.71
42,3
4,925
33,1
6,90
29,7
5,31
18,1
3,51
37,6
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9 7,25 60,4
Maart

,,
8,35
77,3
0.71
42,3 4,625
31,1
6,90
29,7
5,37
18,3
3,30
35,3
16,50
30,0
8,75
29,7
10,25
29,5 7,40
61,7
April

,,
8,65
80,1
0.86
51,2
4,34
29,2
6,25
26,9
5,08
17,4
3,08
33,0
16,50
30,0
9,00
.
30,5 9,25
26,7
7,40
61,7
Mei
8,30
76,9
0.86
51,2
4.25
28,6
5,80
24,9,
4,57
15,6
2,76
29,5
15,75
28,6 8,25
28,0 8,88 25,6 7,40
61,7
Juni
8,25
76,3
0.86
51,2
4,25
28,6
5,25
22,6
4,44
15,2
2.55
27,3
15,25
27,7
7,75
26,3
9,
25,9 7,40
61,7
juli

,
8,10
75,0
0.86
51,2
4,25
28,6
5,80
24,9
4,97
17,0
2,77
29,6
16,00
29
1
1
8,50
28,8
9,75
28,1


Aug.,,
7,80
72,2
0.86
51,2 4,30
.28,9
7,35
31,6
5,71
19,5
3,33
35,6
15,75
28,6
8,25
28,0
12,-
34,6 5,70 47,5
Sept.
7,75
71,8
0.86
51,2
4,375
29,4
7,75
33,3
6,37
21,8 3,64
38,9
16,75
30,5 8,75
29,7
13,75
39,6
5,90 49,2
Oct.,,
7,65
70,8
0.86
51,2
4,45 29,9
6,50 28,0
5,68
19,4
3,16
33,8
15,75
28,6 8.50
28,8-
14,-
40,3
6,-
50,0
Nov.
7,40
68.5
0.86
51,2
4,60 31,0
6,15
26,5
5,16
17,6
3,-
32,1
15,25.
27,7

8,25 28,0
12,-
34,6 6,10
50,8
Dec.

.
7,25
67,1
0.745
44,3
4,435
,
29,8
5,95 25,6
4,73
16,2
2,80
30,0
15,25
27,7
8,00
27,1
11,50
33,1
6,20
51,7
Jan.

1933
7,05
65,3 0.53
31,5 4.16
28,0
6,15
26,5
5,13
17,5
2,95 31,6
15,75
28,6
8,25 28,0
11,50
33,1
6,30
52,6

Pebr.
7,20
66,7
0.38 22,6 3,97
26,7
6,10
26,2
4,98
17,0
2,78
29,7
15,50
28,2
8,25
28,0.
10,38
29,9 6,40
53,3
Maart

,,
7,25
67,1
038
22,6
3,87
5

26,1
6,40
27,5
4,97
17,0
2,77
29,6
15,25
27,7
7,75 26.3
10,75
31,0 6,40
53,3
April

,,
7,25
67,1
0.37 22,0
3.67
24,7
6,65
28.6
5,18
17,7

1

2,68
28,7
15,75
28,6
7,75
26,3
11,25
32,4 6,40
53,3
1
Mei
7,25
67,1
0.32
19,0
2,99
3
)
20
1
2
6,95
29,9
5,334

18,2
2,90
4

31,0

11,25
2

32,4
6,40
53,3
8

,,

,,
7,15
66,2
0.21
12,5


7,15
30,8
6,40
53,3
1)
Jaar- en maandgém. atger. op
1
18 pence.
2
)2 Mei.
)
5Mei
4)3
Mei.
6)4
Mei.

10 Mei 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

387

.N
GROOTHANDELSPRIJZEN
1
)

ZUIVEL EN EIEREN

METALEN

BOTER
KAAS Edammer
EIEREN
KOPER
LOOD
TIN
IJZER
Cleveland

1
GIETERIJ-
1
IJZER

1
ZINK

1
1
GOUD
ZILVER
per K.G.
Leeuwar

Alkmaar
Gem. not.
Eiermijn
Standaard
Locoprijzen
Locoprijzen
locoprijzen
Foundry No. 3
1
1
Lo.b.
(Lux III)
P

1
Locoprilzen
Londen

1
cash
Londen
cash Londen
per
ier Comm.
Fabrieks-

kaas
Roermond
Londen
Londen
per Eng. ton
Londen per
Eng. ton Middlesbrough 1
Eng. t. f.o.b.
1
per

1
per ounce Standard
Noteering
ki. mjmerk
P. 100 St.
per Eng. ton
per Eng. ton

J
Antwerpen
Eng.ton fine
Ounce

f1.
OJ
f1.
s!o

f1.
Oj
£
°Io
£

O(
R
0J
Sh.
olo
sh.
°Io
£
°Io
1

sh.
°(o

pence
Oj
,31
100,0
56,-
100,0

9,18
100,0
62.116
100,0 36.816

100,0
261.171-
100,0
73J-
100,0
67/-
100-
36.316

100,- 100,-
32
1
1s
100,0
1,98
85,7
43,15
77,1

8,15
88,8 58.11-
93,5
31.116

85,3
290.1716
III,!
8616
118,5
68/8
102,5 34.216
94,3
i
85/-
99,5
28
11
1
89,3
2,03
87,9
43,30
77,3

7,96
86,7
55.141-
89,7 24.41-

66,4
290.41-
110,8
731-
100
1
0
64/6
96,3
28.10/-
78,8
85/-
99,5
26′
83,3
2,11
91,3
48,05
85,8

7,99
87,0
63.161-
102,8
21.11-

57,8
227.51-
86,8
661-
90,4
62/8
93,5
25.5/6
69,9
85/-
99,5
2
6
1
116
81,1
2,05
88,7
45,40
81,1

8,11
88,3 75.141-
121,9
23.51-

63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6
24.17/6 68,8
85/-
99,5
24
7
116
76,2
1,66
71,9
38,45
68,7

6,72
73,2
54.131- 88,0
18.116

49,6

1

142.51-
54,3
671-
91,8
59/6
88,8
16.171-
46,6
851-
99,5
17
1
l16
55,4
1,34
58,0
31,30
56,9

5,35 58,3
36.51-
58,4
12.1/-

33,1
110.1-
42,0
551-
75,3
4716
70,9
11.1016
31,9
92/6
108,2
133/8
41,6 0,94 40,7
22,70
40,5

4,14
45,1
22.17/-
36,8
8.12J-

23,6
9721-
37,1
421-
57,5
371-
55,2
9.16-
27,1
118/-
138,0
12
7
18
40,1

1,61
69,7
32,25
57,6

6,63
72,2
45.716
73,1
14-16

38,5
116.8!-
44,4
6016
82,9
5116
76,9
12.1816
35,7
85/-
99,5
13
7
j
43,2
1,66
71,9
33,80
60,4

6,21
67,6
43.116
72,6
13.56

36,4
117.-(6
44,7
5816
80,3
5017
75,5
12.10!-
34,6
85/-
99,5
12
1
12
38,9.
1,47
63.6
35,00
62,5

4,94
53,8
43.1(6
72,6
13.316

36,2
122.11- 46,6
5816
80,3
48/10
72,9
12.816
34,3
85/-
99,5
13
7
116
41,8
1,35
58,4
31,60
56,4

4,20 45,8
42.1516
68,9
12.101-

34,3
113.41- 43,2
5816
80,3
4916
73,9
11.12/-
32,1
85/-
99,5
13
1
1
40,9
1,26
54,5 30,85
55,1

4,07
5

44,4
39.616
63,4
11.1016

31,6 104.171-
40,0
5816

.
80,3
48/-
71,6
10.13/6
29,5 851-
99,5
12
15
116
40,3
1,29
55,8
33,50 59,8

4,30 46,8
36.616
58,5
11.1116

31,8
106.216
40,5
5816
80,3
47/1
70,3
11.101-
31,8
85/-
99,5
127
40,1
1,32
57,1
37,75
67,4

4,40 47,9
34.141-
55,9
12.1516

35,1
112.516
42,9
5816
80,3
48/9
72,8
12.11j-
34,7
851-
99,5
13′
41,2
1,30
56,3 36,00 64,3

4,98 54,2
32.151-
52,8
11.1916

32,9
114.1916
43,9
58/6
80,3
47/9
71,3
11.14/6
32,4
85/-
99,5
12
13
116
39,9
1,27
55,0
32,25
57,6

5,775

62,9
30.316
48,6
114f-

31,1
111.161-
42,7
5516
76,0
467
69,5
10.191-
30,3
91/3
106,8
13
5
118
41,4
1,24
53,7 26,25 46,9

6,27
5

68,4
28.2/6
45,3 10.9,6

28,8
101.116
38,6
461-
63,0
4418
66,7
10.7(6
28,7
106/3
124,3
13
13
116
43,0
1,17
50,6
24,75
44,2

7,07
77,0
27.1916
45,1
11.5!-

30,9
102.-1-
39,0
4416
61,0
4316
64,9
10.1516
29,6
11019
129,5
14
1
12
45,1
1,18
51,1
21,40
.
38,2

5,32
5

58,0
27.616
44,2
10.16(-

29,6
98.1716
37,8
416
56,8
43/3
64,6
10.2/6
28,0
122/6
143,3 1411
44,6

1,16
50,2
25,75 46,0

4,71
51,3
27.1416
44,7
10.141-

29,4
98.181-
37,8
41;6
56,8
42/-
62,7
10.616
28,5 120/3
140,7
13
7
1
43,2
1,34
58,0
27,75
.
49,6

3,79
413
26.41- 42,2
10.51-

28,1
99.2/6
37,9
416
56,8
40/-
59,7
10.-t-
27,6
119/6
139,9
14
43,6
0.98
42,4
23,65
42,2

3,425 37,3
24.18J-
40,1
9.91-

25,9 96.61-
36,8
441-
60,3
401-
59,7
9.11/-
26,4
114/-
133,5
13(4
42,8
0,99
42,9
19,60
35,0

2,77
5

30,2
23.81-
37,7
8.1616

24,2
84.1516
32,4
451-
61,6
37/6
56,0
9.2.-
25,2
110/3
129.0
13
1
1
40,9 0,82 35,5
19,65
35,1

2,88 31,4
21.61-
34,3
8.-1-

22,0
89.1316
34,2
44!-
60,3
3716
56,0
9.91-

26,1
112/9
132,0
12
518
39,3
1,11
48,1
24,25 43,3

3,08
33,5
20.1216
33,2
7.51-

19,9
84.91-
32,3
441-
60,3
37/6
56,0
8.131-
23,9
11316
132,7
12
5
18
39,3
0,96
41,6
19,55
34,9

3,125
.34,0
19.216
30,8
.7.316

19,7
90.1716
34,7
42j6
58,2
371-
55,2
8.6/6
23,0
116/-
135,7
12
3
/
38,5 0,76 32,9
17,90
32,0

3,72
40,6
22.416
35,8
7.1716

21,6
101.-1-
38,6
42-.
57,5
36/6
54,5
9.13/6
26,7
11816
138,6
I2’j6
39,9
0,84
36,4
19,70
35,2
1
4,64
50,5
25.81-
40,9
9.10/6

26,1
109.916
41,8
421-
57,5
35/-
52,2
11.2/-
30,7 118/9
138,8
13
40,5
0,82
35,5-
25,50
45,5
1
5.73
62,4
22.516
35,9
8.7/-

22,9
105.1316.

40,4
411-
56,2
3416
51,5
10.8(6
28,8
12116 142,1
12
1
1
38,9
0,81 35,1
26,50
47,3

6,65 72,4 21.191-
35,4
8.4/6

22,6
104.7/6
39,9
401-
54,8
3416
51,5
10.81-
28,7
12519
147,2
12
5
/
38,3 0,73
31,6
22,55
40,3

5,125
55,7
49.1216
31,6
7.916

20,5
100.1016
38,4
39/-
53,4
3416
51,5
10.7/-
28,6
125/9
147,2
11112


35,8
0,73 31,6
21,75
38,8

4,27 46,7
19.17/-
32,0
7.8/-

20,3
100.116 38,1
40/6
55,5
3416
51,5
9.191-
27,5
12218
143,5
11
11
116
36,4 0,65
28,1
20,60
36,8

435
47,4 20.31-
32,5
7.71-

20,2
104.716
39,9
43/-
58,9
34!-
50,7
9.15/-
27,0
12015
140,8
1 1
61
16

37,2 0,53 22,9
19.40
34,6
1
2,80
30,5
20.-/6
32,3
7.101-

20,6
104.1813
40,1
(

43/-
58,9
1
3417
51,6
10.71-
28,6
12015
140.8
12
7
116
38,7
0,54
23,4
18,55
1

33,1

2,07
5
22,6
20.11/6
33,1
7.1216

20,9
109.17!-
42,0
43!-

.
58,9
1
3516
53,0.
10.816
28,8
120/1 140,4
12
1
S116
39,9
Q
,
536
22,9
19,7561
35,3
1
2,10
22,9 21.71-
34,4
7.IIL

120,7
117.91-
44,9
.

4116
56,8
1
351-
52,2
10.416
28,3
12418
7
145,8 147)
43,6
1
2,35
25,6
22.131-
36,5
8.616

22,9
135.1316
51,8
.

4116
56,8
1

37/-
55,2
10.12/-
29,3 123/9 144,71
13
1
(1.
42,6
S
Sept.
1932
79 K.G.
La Plata.
S)

Tot
Jan.
1928 Western;
vanaf
Jan. 1928 tot
16 Dec.
1929 American
No.
2. van
16
Dec. 1929
tot 26
Mei
1930 7415
K.G. Hongaarsche
415 K.G.
Zuid-Russische.
Van
23 Mei-19
Sept. 1932
No.
3 Canada.
5)
Dc
jaargemiddelden
zijn berekend
uit
de
gemiddelde
prijzen
van April,
Mei
en

Juni
van

AN
GROOTHANDELSPRIJZEN.

BOUWMATERIALEN
.
KOLONIALE PRODUCTEN

VURENHOUT
S T
E E N E N
CACAO
KOFFIE
RUBBER’)
IK
SUER
THEE
basis 7″ f.o.b.
Zwedenj
binnenmuur

buitenmuur
G.F. Accra
COPRA
Ned.-Ind. f.m.s.
Robusta
Locopriizen
Standaard
Ribbed Smoked
Witte kristal-
suiker
loco
All. N.-I. theev.
A’dam
gem. pr. Finland
per standaard
per

per per
50
1(0.
c.i.f.
per
100
K.G.
Amsterdam
.
Rotterdam
Sheets
loci1en
R’damlA’dam
Java- en Suma-

van 4.672 M
3
.
per
1000
stuks

per
1000
stuks
Nederland
per
‘IS
K.G.
per Ib.
per
100
K.G.
tratheep.’/sKG.

f

t
0
(s
f
0/
f
0
/0
sh,
010
f
0
10
ets.
O(
o

Sh.
01
0.
0
1
.

cts.
0
10
159,75

1
lot)
15,50
100,-
19,-
100,-
4216
lOO,-
35,87
5
100,0
61,375 100,0
2111,625
100,0
18,75
100,0
84,5
100,0
153,50

1
96,1
15,75
101,6 19,50 102,6
49/-
115,3
34,-
94,8
55,375 90,2
21-
67,4
17,50
93,3 94,25
111,5
160,50

t
100,5 14,50
93,5
18,50
97,4
68/-
160,0
32,62
5
90,9 46,875 76,4
1/6,375
51,6
19,12′
102,0
82,75 97,9
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
5713
134,9
31,875
88,9 49,625
80,9
-/10,75
30,2
15,85
84,5 75,25
89,1
146,00

1
91,4
14,-
90,3
21,25
111,8
45/10
107,9
27,37
5
76,3 50,75
82,7
-(10,25
28,8
13,-
69,3 69,25 82,0
141,50

1
88,6
12,50
80,6 20,75
109,2
34/11
82,2
22,62
5
63,1
32
52,1
-(5.875
16,5
9,60
51,2
60,75
71,8
110,75

1
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,37
5

42,9
25
40,7
-13
8,4
8,-
42,7
42,50
50,3 69,00

1
43,2
9,25′
59,7
15,-
78,9
1916
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-(1,75
4,9
6,32
5

33,7
28,25
33,4

125.00
78.2
10,-
64,5
21,-
110,5
26/4
62,0
18,25
50,9
28
45,6
-14,25
11
1
9
8,20
437
66,25
78,4
125,00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
2212
52,2
18,12
5

50,7
26,25
42,8
-13,875
10,9
8,20
43,7
53
62,7
125,00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
22/6
52,9
18,62
6

51,9
25,50
41,5
-13,75
10,5
8
1
30
44,3
45
53,3
125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
2217
53,1
17,50
48,8
24,75
40,3
-/3,125
8,8
8,57
5
45,7
43
50,9
125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
.
21(0
49,4
15,37′
42,9 25
40,7 -13,125
8,8
8,50
45,3
40,25
47,6 110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
22/4
52,6
14,125
39,4
25,75
42,0 -13,125
8,8
8,57
5
45,7
39,50
46,7 110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
26/5
62,2
15,-
41,8
27
44,0 -13
.
8,4
8,776
48,6
38,25
45,3
100,00 62,6
10,50
67,7
21.-
110,5
24/8
58,0
14,12
5

39,4
25,50
41,5
-/2,5
7,0
7,90
42,1
38,50
45,6 100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
22(7
53,1
13,375
.
37,3
23,75
38,7
-12,375

.
6,7
7,52
5
40,1
37,50 44,4
100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
21(0
49,4
13,25
36,9 23 37,5
-12,375
6,7 7,55
40,3 37,75
44,7 100.00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
21/2
49,8
13,75
38,3
23 37,5 -12,25
6,3
7,15
38,1
37
43,8
82,50 51,6
10,-
64,5
18,50
97,4
1813
42,9
12,75
35,5
23 37,5
-12,25
6,3
6,75 36,0
35
41,4

82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
.98,7
17/9
41,8
13,12
5

36,6
23
37,5
-12,125
6,0
7,35
39,2
32
37,9
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
18/1
42,6
14,50
40,4
23
37,5 -12
5,6
7,05 37,6
30
35,5
70,00
43,8
9,75
62,6
18,-
94,7
2119
51,2
14,75
41,1
23
37,5
-jI,625
4,6
6,25
33,3
31
36,7
70,00
43,8 9,75
62,6
18,-
94,7
2016
48,2
14,-
39,0
23
37,5
-/1,5
4,2
5,90
31,5 29,25
34,6
70,00
43,8
8,50
.
54,8
15,-
78,9
20/6
48,2
13,25
36,9 23,50 38,3
-j1,5
4,2 5,62
5

30,0
30,25
35,7
70,00
43,8
8,50 54,8
15,-
78,9
20/6
48,2
12,37
6

34,5
24
39,1
-11,375
3,9
6,30 33,6
28,50
33,7
67,50
42,3
8,50
54,8
15,-
78,9
20/1
47,3
12,375
34,5
24
39,1
-(1,375
3,9
6,70
35,7
23,75
28,1
63,00
39,4
.

8,50
54,8
15,-
78,9
20/7
48,4
12,375
34,5
24
39,1
-11,75
4,9
6,57
5

35,1
22,75
26,9
60,00
37,6
8,75
56,5
15,-
78,9
2112
49,8
12,75
35,5
25,25
41,1
-/2,125

.
6,0 6,525
34,8
23,75
28,1
63,50
39,7
9,-
58,1
14,50
76,3
18/8
43,9
12,375
34,5 26,50 43,2

1
1,75
4,9
6,325
33,7
28,50
33,7
63,50
39,7
9,50
61,3
14,25
75,0
1716
41,2
12,12
5
33,8
24,50
39,9
-11,75
4,9
5,87′
31,3
30,75
36,4
65,00
40,7
10
1

64,5
13,75
72,4 17/4
40,8
11,75
32,8
24
39,1
-11,75
4,9
5,50
29,3
28,25 33,4
70,00
43,8
9,25
59,7
13,50
71,1
1616
38,8
11,50
32,1
24
39,1
-/1,625
4,6
5,375
28,7
25
29,6
70,00
43,8
9,25
59,7
13,-
68,4 15/9
37,1
10,625
29,6 23,75
38,7
-11,5 4,2 5,60 29,9
26,75
31,7
70,00
43,8
9,50
61,3
12,25
64,5
1613
38,2
l

10,375
28,9
1

23,50
38,3
-(1,5
4,2
6,-
32,0
26,25
31,1
70,00
43,8
9,75 62,6
12,75
67,1
1515
36,3
9,50
26,5 23,50
38,3

1
1,625
4,6
6,07
5
/

32,4
27,50
32,5
70,00
43,8
1
612
38,0
/

9,375
26,1
23
1

37,5
-12,0625
5,8 5,87
5
1

31,3 26,25
6
)
31,1
70,00 43,8
.
9,37
5
26,1
23
37,5
-11,9375
5,4
6,25
1

33,3
Alle Pondennoteering vanaf 21 Sept. ’31 zijn op goudbasis omgerekend; de Dollarnoteering vanaf 20 April ’33 zijn
in
verhouding van de depreciatie
den Dollar t.o.v. den Gulden verlaagd.

388

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

10
Mei 1933

Mei 1.37, Juli 1.41, Sept. 1.44, Oct. 1.48 en Dec. 1.51, ter-
wijl de laatste noteering voor Spot Centr. 3.35 bedroeg.
De owtvangsten in de Alautisehe havens der Ver. Sta-
ten bedroegen deze week 65.000 tons, dc versmeltingen
56.000 tons tegen 46.500 tons verleden jaar en de voorra-
den 241.000 tons tegen 368.000 tons.
De laatste C u b a-statisbiek is als volgt:

1933

1932

1931
tom

tons

tons
Productie ……(Raming) 2.000.000 2.602.864 3.122.186
Ontvangsten ………….31.423 30.648 24.120
Totaal sedert 1/1 ……..650.966 1.058.804 1.286.367
Verschepin.gen ………..41.177 78.487 28.519
Voorraad

……………1.036.980 1.308.336 1.708.989

adat in de meeste E u r o p e es c h e bietlanden cle lang.
durige droogte nadeelig voor de te velde staande bieten
dreigde te worden, 4s thans cle zoo lang verbeide neerslag
i ngetreden.
In En g.e 1 a n d was de markt zeer kalm tengevolge van geringen kooplust. ])e noteeringen op de L o n d e n s c h e
termijnmarkt brokkelden van tijd tot tijd ietwat af. Het
slot kwam in de afgeloopen week 2 d. lager dan het vorige.
De Zichtbare Voorraden zijn volgens Czarnikoiv:

1933

1932

1931
tons

tons

tons
Duitschland 1/4 ……….1.015.000 1.427.000 1.638.000
Tsjecho-Slowakije 1/4 . . .

432.000

601.000

719.000
Frankrijk 1/4 …………588.000

610.000

723.000
Nederland 1/4…………250.000

237.000

272.000
België 1/3

…………..180.000

170.000

193.000
Hongarije 1/4 ………….

83.000

75.000

112.000
Polen 1/4 …………….365.000

350.000

509.000
U.K. 1/4 Geïmp. Suiker .

350.000

163.000

233.000
U.K. 1/4 Binnenl. Suiker .

88.000

700077:000

Eüropa… 3.351.000 3.640.000 4.476.000
Ver. Staten alle havens 1/4

379.000

536.000

567.000
Cubaansche havens 1/4 ….

949.000 1.375.000 1.647.000
uba binnenland 1/4
(geraamd)

…………1.750.000 1.900.000 2.100.000
Java 114 …………….2.490.000 1.632.000

713.000
Totaal …. 8.919.0009.0830009503.000
waarvan geblokkeerd …. 3.257.000 1.944.000 1.936.000

Beschikbaar ………….5.662.000 7.139.000 7.567.000
Op J a v a verkocht de N.I.V.A.S. ce. 6000 tans suiker.
Hier te lande verkeerde de markt in afwachtende
houding. Van tijd tot tijd echter maakte zich van de markt
een ietwat zenuwachtige stommin,g meester. De slotnotee-
ringen te A m s te r 1 a in luidden als volgt: Mei
f
55/s,
Aug.
f
57%, Dec.
f
6 en Mrt. 6%. De omzet bedroeg
7350 tons.
Na de sluiting van de markt, op Zaterdag, trad tenge-volge van een tijdelijke inflatievrees, een sterke stijging
in. Naderhand reageerde de markt Nveer en waren de bied-
prijzen voor Mei ea f574, voor Aug. ca.
f
6
1
/8,
voor Dec.
ca. f 6% en voor Mrt. ca.
f
65/s.

KOFFIE.
Over de koffiemarkt valt ditmaal niet veel nieuws te be-
richten. De kost- en vrachtaanbiedingen van Brazilië ko-
men, omgerekend in Nederlandsche waarde, thans iets
honger uit dan een week geleden, alhoewel het verschil niet groot is.
De gisteren bekend geworden statistiek van Brazilië
wijst uit, dat de verschepingen en de verkoopen van San-
tos in cle vorige week belangrijk kleiner zijn geweest dan
in de week daarvOÔr. Verscheept werden van Santos naar
Europa 38.000 balen tegen 102.000 balen in de week daar-
vOOr en naar de Vereenigde Staten 74.000 balen tegen
162.000 balen. Verkocht werden van Santos naar Europa
63.000 halen tegen 77.000 balen en naar cle Vereenigde
Staten 83.000 balen tegen 169.000 halen. Van Rio werden
verscheept naar Europa 40.000 balen tegen 13.000 balen en
naar •de Vereenigde Staten 28.000 balen tegen 46.000 balen.
Als vernietigd in de vorige week worden opgegeven
10.000 balen te Rio en 141.000 balen te Santos, tezamen
151.000 balen.
E.en officieel telegram uit Brazilië meldde, dat het In-stituut tot Permanente Verdediging van de Koffie te Rio
zijn raming van den volgenden Sao Paulo-oogst herzien
heeft. In het begin van dit jaar was cle raming 17.300.000
balen en thans is zij gebracht op 20.520.000 balen. In aan-merking nemende, dat de officieele ramingen van Brazilië
in de laatste jaren altijd te laag Lijn geweest, kan men ge-
voegljk in het thans gepublieeerde cijfcr een bevestiging
zien van de particuliere schattingen, welke kort geladen
een hoeveelheid noemden van 22 0. 23 millioen halen.

De aanibieclingen van Saitos loopen op het oogeniblik hij
de verschillende afladers vrij ver uiteen. Onder aftrek van
het voordeel van ca. $ 0.35, waarop voor den kooper (le
bijlevering van cle bekende bonus ad 10 pOt. wordt aange-
nomen, zijn de kost- en vrachtofferten van Santos lieden
voor gewoon goed beschreven Superior Sa.ntos op prompte
verscheping ongeveer $ 9.50 k 10.- per cwt. en voor dito
Prime ongeveer $ 9.65
A
10.35. Voor Rio type New-York
7 met beschrijving, prompte versehepin.g, komen de edfer-
ten, op dezelfde wijze berekend, uit op ongeveer $ 8.60 â
8.70. Bij den dollarkoers van heden staan de bovengenoeni-
de aanbiedingen gelijk met cle onderstaande prijzen in
gouddollars:
Santos Superior ……….$ 8.-
A
8.45
Santos Prime. ………… ..8.15 & 8.75
Rio 7

…………………7.25 h, 7.35

wat elooreen ongeveer 0.10 f 0.25 goudclollar honger is
clan verleden week.
i)e prijzen in de eerste hand in Nederlandsch-Indië zijn
tegen verleden week onveranderd. De noteeringen zijn aan
te nemen op:
l’alenibang Robusta, Mei-vcrsc]ieping, 16- cl.; i3eiikoe-
len Robusta, Mei-verscheping 17 ct.; Mandlieling Robusta, Mei-verschepiug, 1SI% ct.; W.I.B. faq. Robusta, Mei-ver-
scheping, 22/
2
: et., alles per
Y
2
K.G. cif, uitgeleverd gewicht,
netto contant.
De uitklariugen van Java, Sumatra en Celehes naar
Europa en naar cle Vereeuigde Staten hhben in Maart
bedragen 53.999 balen tegen 57.696 halen in Maart 1932.
In cle eerste drie maanden van dit jaar bedroegen zij
132.091 balen tegen 194.629 balen verleden jaar.
De noteeringen aan de Rotterdamsche terrnijnnierkt
bleven bijna geheel ongewijzigd. Mei noteert thans 17, Sep-
tember 16, December 16%, Maart 1.6% en Mei 16% ct.
per
3
K.G.
De officieele loco-notceringen bleven onveranderd 24 ct.
per Y
2
K.G. voor Superior Santos en 23 ct.
voor
Robusta.
De slotnoteeringen te New-York waren:

Gemengd contract

Santos contract

(basis Rio No. 7)

(basis Santos No. 4)

Mei Sept. Dec. Mrt.

Mei Sept. Dec. kirt.
8 Mei …..$ 5.65 5.72 5.73 5.73 8.61 8.19 8.09 S.-
1 Mei …….5.50 5.60 5.61 5.64 3.27 7.95 7.88 7.84
24 April …..5.63 5.63 5.63 5.60 8.16 7.98 7.88 7.80 18 April …..5.32 5.02 4.97 4.88 7.69 7.28 7.18 7.11

De dezer dagen verschenen Statistiek vau de firma G. Duuring & Zoon te Rotterdam geeft aan, dat in April de
aanvoer geweest is als volgt:

1933

1932

1931

balen

balen

balen
in Europa …………..1.045.000 1.056.000 1.134.000
in Ver. Staten van Amerika 1.004.000

883.000 1.104.000

Totaal…. 2.049.000 1.944.000 2.238.000

De Aanvoeren in Europa en iii Amerika tezamen geclu-
rende de eerste vier maanden van het jaar bedroegen
7.906.000 balen tegen 8.224.000 balen in 1932 en 9.440.000 balen in 1931.
De Afleveringen in April waren:

1933

1932

1931

balen

balen

balen
in Europ …………..963.000 946.000 963.000
in Ver. Staten van Amerika 1.035.000 1.004.000 1.164.000

Totaal…. 1.998.000 1.950.000 2.127.000
De Afleveringen in Europa en in Amerika tezamen ge-
durende cle eerste vier maanden van het jaar waren
7.471.000 balen tegen 8.092.000 balen in 1932 en 8.605.000
balen in 1931.
Vanaf 1 Juli tot 30 April waren de Aanvoeren in Europa
en in Amerika tezamen 16.637.000 balen tegen 19.432.000
halen in 1931/’32 en 19.888.000 balen in 1930/’31, terwijl
cle Afleveringen bedroegen 18.012.000 balen tegen 19.057.000
balen in 1931/’32 en 19.497.000 balen in 1930/’31.
De zichtbare voorraad was op 1 Mei in Europa 1.948.000
halen in 1931/32 en 19.497.000 balen in 1930/31.
hij 1.222.000 balen tegen 1.253.000 balen op 1 April. In
Europa en in Amerika tezamen was de voorraad dus op
1
Mei 3.170.000 balen tegen 3.119.000 balen op 1 April.
Hij bedroeg op 1 Mei 1932 – 4.186.000 balen en op 1 Mei
1931 – 3.354.000 balen.
De zichtbare werel’clvoorraad was op 1 Mci 6.244.000 ba-
len tegen 6.096.000 halen op 1 April en 6.682.000 balen
verleden jaar (in deze cijfers zijn niet begrepen de voor-
raden in het binnenland van Brazilië, waarvan het cijfer
van 1 Mei nog niet bekend is, doch die op 1 April bedroegen
18.592.000 balen en op 1 Mei 1932 – 26.715.000 balen)).
Rotterdam, 9 Mei 1933.

10 Mei 1933

DE TWENTSCHE BAN K.N.V.

GEVESTIGD TE. AMSTERDAM

I4

Maandstaat op .30 April 1933

DEBET’

Aandeelhouders nog t. storten 90 pOt. op aandeelen B

waarvoor waarborg gedeponeerd ……….-
…………..

Deelnemingen in diverse 6ndernemingen ……………….

Effecten van Aandeelhouders ten eigen gebruike ……….

Kassa en Kassiers …………………………………

Wissels ‘en Coupons ………………………………..

Nederi. Schatkistbilletten en -Promessen ………………

Bankiers in Binnen- en Buitenland ………………….

Eigen Effecten en Syndicaten ………………………..

Effecten van het Zieken- en Pensioenfonds ……………..

Prolongatiën gegeven ………………………………

Debiteuren …………………………………….. f136.308.148,81

af:
loopende Promessen ……………………………,,

6653.000,-

f

421.200,-

3.108.856,59

26.665.600,-

9.622.364,80
14.380.093,43
31.828.296,21

13.174.791,44

11.718.670,06
3.025.362,23

10.302.495,-

129.655.148,81

Gebouwen ……………………………………….

8.000.000,-

Totaal……
f
261.902.878,57

CREDIT.

.

Kapitaal………………………………………….

Reservefonds ………………………………………

Aandeelhouders voor gedeponeerde Effecten als waarborg

voor 90 pOt. storting op aandeelen B ……………. .
f

421.200;-

in Leen-Depot …. ……………………………..

,, 26.244.400,-

• f
40.000.000,-

17.000.000,-
26.665.600,-

Zieken- en Pensioenfonds …………………………..

6.437.770,48

Deposito

s . ………………………………………

63.412.396,70

Saldo te ontvangen en te leveren Effecten ………………

550.734,63

Crediteuren ……………………………………..
f
94.117.092,30

voor gelden in het Buitenland …………….

6.980.875,53
101.097.967,83

De Nederlandsche Bank………………………………

3.250.835,7

Te betalen Wissels …………………………………

1.322.620.95

Geaccepteerd door derden…………………………..

436.444,48

Diverse Rekeningen………………………………..

1.728.507,77

Totai ……
f
261.902.878,57

10 MEI 1933

18e JAÂ1GAN No. 906

NEDERLANDSCH INDISCHE HANDELSBANK, N.V.

AMSTERDAM

‘S-GRAVENHAGE

ROTTERDAM

BATAV.IA

AMOY, AMPENAN, BANDOENG, BOMBAY, CALCUTTA CHERIBON, GORONTALO,

HONGKONG, KOBE, MAKAssAR; MEDAN,. MENADO, PALEMBANG, PASSOEROEAN,

PEKALONGAN, PROBOLINGGO, SEMARANG, SHANGHAI, SINGAPORE, SOERABAYA,

TEGAL, TELOK BETONG, TJILATJAP, TOKIO, WELTEVREDEN

NEDERLANDSCHE

WERKGEVER

Wekelijksch Orgaan v/h.Verbond

van Nederlandsche Werkgevers

VERANTWOORDELIJKE REDACTIE:

Mr. P. W. J..H. CORT VAN
DER

LINDEN EN Mr. A. N. MOLENAAR

ABONNEMENTS-

L R IJ S VOO R

NIET LEDEN

f6.— PËR JAAR

Vraagt proefexemplaren bij het

Secretariaat: Kneuterdijk 8,

Telefoon No. 117510 – Den Haag

NIJGH & VAN DITMAR N.V., ROTTERDAM

VERSCHENEN:

MESSING:

ZurWirtschaftslinguistik

Eine Auswahi von kleineren und grösseren Beitragen iiber

Wert u. Bedeutung, Erforschung u. Unterweisung der

Sprache des wirtschaftlichen Verkehrs von Th. Blum, P.

Feldkeller, A. Götze, L. Jordan, H. Kluge, H. Levy, E. Mes-

sing, B. Penndorf, E. Richter, A. Schirmer, A. Schröer,

A. Snyckers,
H. Strigl, E. Volckinann, L. Wendelstein

HERAUSGEGEBEN VON EWALD E. J. MESSING

1932

320 blz. gr
.
80

Prijs f4,25

Een greep uit den inhoud:
Schirmer,
Wirtschafts-

sprache als Spiegelder Wirtschaftsgeschichte;
Ven-

delstein,
Beruf u. Sprache;
Messing,
Sprachwissen-

sçhaft von der Nationalkultur der Völker;
Penndorf,

Historische Entwickiung des kaufmânnischen Brief-

stils;
Jordan,
Beziehungen der Linguistik zur Logik

und der Handelssprachkunde zur Wirtschaftswissen-

schaft, Sprachgeographie, Sprachsoziologie;

S
n y c kers, Unzulânglichkeit fremdsprachlicher

Wörterbücher;
Levy,
Sprache und Wirtschafts-

wissenschaft.

VERKRIJGBAAR BIJ DEN BOEKHANDEL

%5TRA

••

Nijgh & Van Ditmar

N.V.

UITGEVERS.

ROTTERDAM

Wijnhaven No. 113

Telef. 27840 (vier lijnen)

Belast zich met het

verzorgen van uit-

gaven en tijdschrif

ten op elk gebied

NIJGH & VAN DITMAR NV.. DRUKKERS. ROTTERDAM

Auteur