16 DECEMBER 1931
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
1.
1
S
.
.
EconomlschpwS tatistisch
–
e
Berl
“chten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
16E JAARGANG
WOENSDAG 16 DECEMBER 1931
No.
833
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESChRiFTEN.
Algemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr. G.
M. Verrijn Stuart.
– ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. ‘van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L.
B.
van
Lennep; Mr. K. P. van der i’llandele; Prof. Dr. N.. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rangers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis;
Mr. Q. J. Terpstra;
Prof.
Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid:
Prof.
Mr. Dr. G. M.
Verrijn
Stuart.
Redacteur-Secretaris: 17. II. H. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telef
00fl
Nr. 35000. Postrekening 8408.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in
Nederland
f 20,—.
Buitenland en Koloniën
f
23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut ontvangen het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uit gaande ont
–
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo-
ver daaromtrent niet anders wordt beslist.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.
Advertenties
f
0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh cf van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,
Amsterdam, s- Gravenhage. Postchèque- en giro-rekening
No. 145192.
5 DECEMBER 1931.
De geldmark’t was ook deze week weder zeer ruim. Cail-
geld noteerde, voor zoover te plaatsen, ‘ pOt.; de pro-
longatierente t pCt. Toch kon uien iii liet verloop der
week hemerken, dat de vraag naar geld eerder grooter
werd. Zoo was caligeld gemakkelijker en tot grootere be-
dragen onder te brengen; ook iiam het aanbod van wissels
toe. in den laatsten tijd was het aanbod van geld voor
wissels, met het oog op de naderende jaarswisseling en
ook in verband met de zeer lage rente, toch reeds kle-inûr,
zoodat liet belangrijk minder gemakkelijk was papier onder
te brengen. Bovendien werd er door geldgevers weder meer voorkeur uitgeoefend omtrent acceptan-ten, waarclo6r dik-vijls niet onbelangrijke afwijkingen in (te noteeringen ont-
stonden. Geopend op
7/
pCt., kon men in het nidden der
week voor enkele posten nog tot
13
/16
pot. plaatsing vin-
den; maar later was er alleen voor
15/
ft
1 pCt. geld
voorhanden en gisteren moest meestal Ilie il
11A
pOt.
worden toegestaan.
De Minister van Financiën stelt cle inschrijving open op scha-tkistpapier op 21 December a.s. Aangeboden worden
weder drie- en zes-maand-spromessen en één- en meerjarige
biljetten tot een totaal bedrag van
f
110 millioen.
Op dcii veeksta.a’t vali De Nederlandsche Bank blijkii cle
posten binnenlandsche wissels en beleeningen een kleine
vermindering te hebben ondergaan, welke respectievelijk
f
1,4 millioen en f214.000 groot. is. De post papier op het
buitenland nam met bijna
f
3 millioen toe; daarentegen
vertoonen de diverse rekeningen onder cle activa der Bank
een daling van
f
3,1 millioen.
De goudvoorraad is deze week met
f
3 millioen vermeer-derd en de zilver-voorraad met
f
1,— millioen. Het gedeelte
van den metaalvoorraad, dat in het buitenland is gedepo-
neerd, daalde met
f
14,8 millioen.
Aan de passiefzijde van dc halans blijkt de biljettencircu-
latie met
f
14.2 iinllioen te zijn teruggegaan. Daarentegen
namen (te saldi in rekening-courant toe met
f
16,3 millioen,
waarvan f2,3 unllioen op rekening komt van ‘Rijks
Schatkist en
f
13,9 millioen op rekening v?in anderen. Het
beschikbaar metaalsaldo steeg met
f
3,3 millioen; het dek-
kingspercentage bedraagt 75 püt. tegenover 74 pOt. de
vorige week. –
* *
*
De vastheid vnu liet Pond hterliug op den laatsten dag
van deze berichtsperiode is wel het evenement op de wissel-markt geweest. Bleef het Pond de eerste dagen schommelen
tusschen de 8.10 en 8.20, Zaterdag was er reeds een vaSte
stemming te bespeuren, waardoor het tot 8.3234, opliep.
Gisteren is hct- Pond verder gestegen en is een noteering
valt 8.60 bereikt, waarna weder een teruggang van 8.50
volgde. Of deze stijging kunstmatig door een steunactie ten gunste van het Pond wordt veroorzaakt, is op het oogenblik
nog niet na te gaan. Dollars liepen aanvankelijk terug
van 2.4795 tot 2.4735, waarna Zaterdag op het laatste
oogenblik een flinke vraag volgde, die den koers boven de
2.4770 bracht; slot 2.4755. :Ponden tegen Dollars kwamen
van 3:25 op 3.46. Marken waren zeer gezocht; de nieuive
noodvoorschritteit hadden een guu-stigeu invloed. De koers
steeg ‘tot 58.80; vooral de laatste dagen waren er groote
koopers in de niatkt. Fransche Francs ca. 9.71. Belgas
eerder aangeboden 34.50-34.35; slot iets beter 34.40. Zwit-
sersche Fra nes 48.25-48.15-48.2734. Lires eerder lager
12.70. In sympathie met het Pond zijn de Scandinavische
valuta’s verbeterd: Kopenhagen 47.25, Stockholm 47.35,
Oslo 46.75. Voor Peseta’s was tamelijk wat vraag, van 20.50
kwam de koers op 20.90. indië lager op 99%. Canada 2.07.
.Ponden
Op
ternnn waren tenslotte iets vaster:
34
en –
1% punt disagio op één en drie maanden. Maandclollars
waren ongeveer gelijk aan contant, ctriemaands deden 15
punten agio. –
De grootere vraag naar goud blijft aanhouden. Speciaal
valt de vraag uit België op,- waar men thans minder gerust op de eigen valuta schijnt -te zijn.
LONI)EN. 14 1)ECE41BER 1931.
De gektuiarkt bleet verleden week zeer gemakkelijk nog
steeds onder invloed van de War Loan clividenden. Niets
wijst erop, dat dit geld door liet publiek voor herbelegging
wordt gebruikt. In sommige kringen wordt- aangenomen,
dat een deel
van
dit geld.wordt aangehouden voor ‘cle be-
taling van -de inkomstenbelasting in Januari, waarop door
de ‘regeer-ing wordt aangedrongen. Daar, naar verluid-t, de
banken ditmaal -tegeit einde December, niet de gebruikelijke
.groote -bedragen van de markt zullen terugeischen voor
balaiisdoeleinden, zijn er verschillende elementen aanwezig,
clie den jaarsovergang -vrij gemakkelijk kunnen maken. Het
‘is dan ook niet onwaarschijnlijk, dat liet niet door goud
gedekte deel der bankbilje-ttenuitgifte voor de opleving met Kerstmis onveranderd kan blijven.
De d-iseoutomarkt bleef op hetzelfde niveau 534-6 pCt. voor ba.nkaccepten en trok een fractie aan voor schatkist-
promessen
(5%).
De nieuwe scha-tkistpromessen werden
tot dezelfde noteering (bijna5
5
/s pOt.) toegewzen. –
1078
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931
DE TOESTAND DER NEDERLANDSCHE
KATOENINDUSTRIE.
De invloed van de daling van het Pond Sterling.
Het Engelsche offensief.
De toestand der Nederlandsche katoenindustrie,
clie zich reeds lang niet gunstig liet aanzien en waar-
omtrent wij in Juni 1.1. (sprekend over de vestiging
eener katoenindustrie in Nederlandsch-Indië)
1)
een
ernstig luidende diagnose moesten stellen, is sinds-
dien nog aanmerkelijk slechter geworden. De hoofd-
moeilijkheden zijn nog dezelfde als toen geschetst:
de steeds verdergaande divergeering der produetiekos-
ten (in den ruimsten zin des woords) van Nederland en
Engeland eenerzijds en de Oost-Aziatische katoenindus-
trieën anderzijds, waardoor onze voornaamste exportmarlct, Nederlandsch-Indië, allengs grootendecis verloren zal gaan; de toenemende belemmeringen van den export over de
geheele wereld, voornamelijk tengevolge van protectionis-
me, het zich werpen op cle resteerende markten van afge-
sneden” industrieën en het vestigen van een eigen nijver-heid in vele vroegere irnportlanden. Niet alleen voorzien
deze nieuwe industrieën voor een belangrijk deel in de be-
hoefte van het eigen land, doch deels gaan zij op haar beurt
weder uitvoeren
daarnaast een depressie met cle voor de Nedcrlairdsche
katoenindustrie (aaraan inhaerente verschijnselen, doch nu
in scherper vorm dan ooit te voren. Wij noemen het ver-
vinnigen van de concurrentie op cle biunenlandsche markt
der Nederlandsche ondernemingen onderling en de verkoo-
pen aldaar door buitenlandsche, meest Centraal-Europee-
sche ondernemingen, voor prijzen ver onder de vervangings-
waarde.
2)
De binnenlcvadsche markt; een belangrijke export
blijft noodig.
Wij wezen er reeds eerder op, hoe door de factoren
1 en 2 (dus afgezien van de depressie) het exportee
zend contingent onzer nijverheid zich ook of althans
in veel sterkere mate dan voorheen op de binnenland-
sche markt gaat toeleggen. Van de totale productie-
capaciteit der Nederlandsche katoenindustrie werkt
echter niet minder dan pl.m. 50 pOt. voor den uitvoer,
terwijl in de •binnenlandsche consumptie reeds voor
pl.rb.
75 pCt. door de binnenlandsche fabrieken wordt
voorzien. Rekening houdend met den aard der con-
sumptie, waarvoor dit geïmporteerde saldo bestemd
is, alsmede met de structuur der Nederlandsche nijver-
hei’d en die dei importeerende industrieën, schijnt het
niët aannemelijk, dat ‘hier voor de eigen nijverheid
nog een wijd veld open ligt. Afgezien van de buiten-
landsche concurrentie zou er, zoo men althans aan een
rationeele productie wil vasthouden, misschien nog
10 hoogstens 15 pOt. van de nu nog geïmporteerde
25 püt. geleverd kunnen worden door de binnenland-
sche industrie, doch met pim. 90 pOt. zouden, ruw
geraamd; de mogelijkheden ook gehéél bezien zijn.
Daarbij is, zooals gezegd, geenszins rekening gehouden
met de felle buitenlandsche concurrentie, waarbij
vooral de Centraal-Europeesche ondernemingen zich vahk geheel vrijmaken van haar toch reeds lage kost-
pr.ijze,n, omdat vele harer verkoopen hier . tout prix
moeten geschieden, zulks ter verlcrijgi.ng der contante
middelen noodig voor de voortzetting van het be-
‘drjf
3) 4)
‘Zelfs een vi
–
ij
sterke protecie (‘bijv. een invoerrecht
van 30 . 40 pOt. ad
valorum op katoenen goederen)
zou: ons m.i. niet boven de 90 pOt, brengen, zulks ten-
gevolge van den eisch der specialifatie. Alle typen
1)
J. Wisselink: ,,])e vestiging eener katoenindustrie in
Ne’derlan.dsch-Indië”, Rotterdam
1931. . -.
• . 2)
Men zie voor den aard der verkoppen:. J .Wisselïnk:
De ,Nederlandsche Textielindustrie”., (Een kort overzicht
van vestiging en organisatie,,, .in ebapd met de, export-
mogelijkheden) Tijdschrift voor Economische Geographie
Jiii’iudri
1931.
Zie noot 2.
:., .. ……..
-.’
1
1 Eenzelfde versehijfsè1heef t uien öbk in’het..tricotage-
bedrijf.
……….’:.”‘–”
,,.
:’ …
INHOUD.
Blz.
DE TOESTAND DER NEDERLANDSCHE KATOENINDUSTRIE
door Prof. Dr. J. Wisselink …………………1078
Het acceptcrediet en zijn consequenties door
Me-.
P. J Rogaar…. ………………………….1085
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING:
De economische politiek van de regeering Brüniug
door Dr. Cari Krümer – _ ………………..1086
De internationale positie van de Duitsche radio-
industrie door
A. Friecirich ……… ……… 1088
AANTEEKENINGEN:
De deviezenpositie van de Duitsche Rijksbank
1089
INGEZONDEN SrÛKKEN:
Kina.restrictie door
Mr. P. Leevcleriz
met Naschrift
door 1. Cransberg ……………………….1089
MAANDCIJFERS:
Overzicht der opbrengsten van het Staatsbedrijf
•der P.T.T. …………………………….
1090
Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank ……….
1090
Rijkspostspaarbank ……………………….
1090
STATISTIÈKEN EN OVERZICHTEN
…………..
1091-1096
Geidkoersen.
–
Wisselkoersen.
–
Bankstaten.
–
Goederenhandel.
producten hebben als het ware hun eigen meest-
economische bedrijfstype; wij denken hier aan instal-
latie, bedrijfsgrootte, serieproductie tegëuover vaiiabi-
liteit enz. enz. Instellen van een bepald bedrijfstype
op een type product of op types van orders (kwan-
tum en levertijd), waarvoor het als productie-appa-
raat eigenlijk niet bestemd is, gaat gepaard met z.g.
productie-dev.iatie
5
). Hoe grooter deze deviatie, hoe
meer ‘de lcostprijs stijgt. Een bescherming van 30 h 40
pOt. kan natuurlijk veel afdwalingen ‘van den meest-
economischen weg compenseeren, doch ook hieraan
zijn grenzen. Er zijn deviaties, die den kostprijs wel met 80 pOt, zouden verhoogen en behalve dat, stuit
men op het laatst op de technische onmogelijkheid om
meer te lbereiken, zonder een geheel andere machine-
installatie en zonder misschien het geheele bedrijf s-
tyl)e te wijzigen.’ Dit laatste misschien zelfs zoo in-
grijpend, dat men het volkomen ‘buiten het structuur-verband de eiijverheid-als-geheel brengt, zoodat men
toch zeer duur zou werken. De laatste 10 pOt. der
binnenlandsche consumptie is dit niet waard, ‘afgezien
nog van ‘het feit, dat de verbruiker alles zou moeten
betalen.
Ook zelfs, wanneer men ‘bovendiefl nog, wederom
niet terugdeinzencl voor een vrij sterke protectie, de
daarvoor in aanmerking komende nog ‘geïmporteer’de
gemaalcte kleedin’g hier te lande wilde vervaardigen
uit ‘binneniandsche katoenen weefsels, dan’ nog komt
men niet veel verder. Waarschijnlijk zou zelfs dan
de Nederlandsehe ‘katoenin.dustrie voor, ‘een kleine
40 pOt. ‘op den export aangewezen blijven en zeker
zou zij niet onder de 35 pOt. ‘komen.
5)
Het ‘begrip produc’tie-deviatic vindt mcli, ‘zij het niet
vol lcd ig, behandeld ii, ,,,I)e Ecottomist” van j anuari
1929.
J. Wisselink .1 ntlustriëele trusts iii kartols; Productie-
deviatie”. -,, Een zeer eetivoutlig voorbeeld (a’llén maar
betrekking hchlieitd op cle teehii ische installatie) is het vol-
eudt: een (hin tenlandsclte) weverij clie’ tot nu toe ‘zware
weefsels maakte, leeft zware en daardoor relatief langzaam
loopende madhines. Gaat zij nu lichtere weefsels produc’ee-
ren, waarvoor eigenlijk lichte en ‘snelloopende weefgetou-
well het meest-economische type zijn, dan devieert zij in
dit»öpi’eht’
‘vct’h
haar’ meest-economische product; een bui-
teithntdsche fabriek, clie ‘èl de lichte machines heeft, werkt
al’hdnal uit dit.00gpuut misschien 15 pCt. goecikooper.
RacE
ander. vooibeeld , een op nissale serieprocluctic in-gericht’ grootbedrujf gaat noodgeçl9’ongen fancy-weefsels
vervaardigen,, waarvan de kwantums per ehnisclie speci-
ficatie (ie. ‘dessin), die voor ons land besteld worden, zeer gering zijn. De orders eischen tchui’ef’ el arbeid. E’in’klein
bediijf, op iii
iabiliteit ingesteld,’ kail ‘deze’ goederen ‘Vrij
edonomisch vervaciedigeut, doch in een ‘ seriebedrijf is dc hieruit resultcerende ,,versit ippercie productie” detrimen-
taal voor cle produetie-rendenuente n….,
16 December 1931.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1079
• Zijn dus reeds cle verdere mogelijkheden op de bio-
nenlandsche markt onde:r al deze suppositaes gering,
i iderdaad zijn zij nu efl in de naaste toekomst zeker
nog veel geringer, en daarbij is cle druk der meerdere
productiecapaci tel t, die er zich nu vrijwel chronisch
op’ richt, groot. Reeds afgezien van cle depressie is
daardoor de toestand
01)
deze markt de laatste jaren
al moeilijk, de concurrentie-scherp en de prijzen onbe-
vredigend, doch door cle gevolgen van cle crisis zoekt
alles hier min of meer een toevlucht en de onderlinge
mededi.ngi
ng
vorclt tot een ongekende intensiteit op-
gedreven.
De omstandigheden en de vooruitzichten waren dus
in Juni. verre van gunstig en een niet onbelangrijke
veriagtng ‘der p
ro
d
uc
t
e
l
cos
t
en
, in de eerste plaats van
da t deel, waardoor Nederland het zwaarst gehandi-capt is, de hooge arbeidskosten, werd toen reeds on-
vermijdelijk geacht, om althans cle ergste gevolgen der
ongunstig geworden positie te voorkomen.
IC
toestand weer veel slechter danS in Juni. .Depre-
cuit’ie van het Pond.
De tijd gaat snel en wacht niet
01) 0.05.
Wij zijn nu
een half jaar verder; in de crisis is practisch nog geen
lichtpunt te ziei:i, en als wij nu iii December den toe-
stand opnieuw bezien, clan kunnen wij slechts con-
stateeren
(t.
(lat er siiiclsdieii in de richting van de zoo broodnoo-
digc verlaging der productiekostea maar weinig bereikt
iS;
b.
dat de omstandigheden nog aanmerkelijk slechter zijn
geworden cii dat, zonder
spocdigc
en ingrijpende niaatrege-
lan dG toekomst zoo donker mogelijk is.
Op liet eerste punt behoeven wij verder niet in te
gaan de luttele voortgang weet ieder.
Wat
punt
b.
betref t, ten eerste neemt de vraag op
cle veeloms treden bi n nenlanclsche niaric t, welke tot dus-
verre – den economischen toestand in aanmerking
11
emen cl – ci et onievred i gendi was, merlcbaar af, ten-
gevolge van cle nu snel verminderde koopkracht van
groote groepen consumenten. Ten tweede echter (en
dit is de voornaamste factor) heeft de clepreciatie van het Pond Sterling in goud-gemeten de Necleriandsche
katoennijverheid in een positie gebracht, die met haar
hui clige prod u.cti ekosten volstrekt onhoucl’baar is en
zonder spoeclige
cii
ingrijpende maatregelen tot een
catastrophe moet heiden. Daarnaast is de positie in
Oc,st-Azië weer moeilijker geworden, mede door den
begonnen boycott van Japansche weefsels in Ohina.
‘
T
;it
.de consequenties van den val van het Sterling-
devies betreft, wij willen hier stilzwijgend voorbijgaan,
een. cl irect gevolg, ru. oÉtzagiijke verliezen
01)
wt-
i4aa,ncle vorderingen en loopende orders, die cle Neder-
In ndsche icatoenindustrie hierdoor geleden heeft. Men
moet daarbij niet alleen denken aan den uitvoer naar
Engeland zelf, doch ook aan dien naar Britsch-Indië,
Afrika, Zu icI-Amerika enz. Eveneens gaan wij stil-zw.ijgepcl voorbij eeiÏige gevolgen van secundairen
aard, zooals liet onvermjclelijk terugloopen van onzen
export naar Denemarken, Noorwegen en Zweden, als
uitvloeisel, van liet feit, dat ‘de Kroon het spoor van
het Pond gevolgd heeft. Ook de teruggang van onzen
vrij ‘belangrijken export naar Engeland (alhoewel op
zichzelf een zware slag voor ettelijke ondernemingen) is’ niet het ergste, doch wel liet (z.ij het nok misschien
voor een ige jaren) wecler-oplea’en van Lancas’hire als
een gevaarlijk concurrent.
Vi.j ‘.cilien met dit laatste volstrekt niet zeggen,
dat Engeland védr de clepreciatie van zijn betaalmid-
del geen concurrent meer was, en vooral als poten-
ti cel medeci i nger (na een concentratie en rati onalisa-
lie)’ hebben wij ‘dit land zeker nooit onderschat
6)
Wij
hebben met deze reorganisatie in het voorjaar van
1029 zelfs ernstig rekening gehouden, doch de rationa-
hisatie heeft ook sindsdien in Lancashire practisch
geen voortgang gemaakt
7).
Daruic zij echter de betere
0)
7)
J.
Wiseliiik :
‘De concemutratie iii cle Iing’elsche kti-
toeiuimudustrie”. Katoen nulinniers IN’.11.f’. d.d.
2
en
3 Juli 1929.
organisatie van productie en afzet hier te lande, voor-
al hij het exporteerend contingent (integratie, syri-
chronisatie, specialisatie, enz.), en de veel sneller ge-
vorderde primaire (‘d.i. bedrijfs-interne) rationalisa-.
tie in Nederland, lag ‘de tijd, dat Lancaishire een wer-
kelijk gevaarlijk niededinger was van Twente en Bra-
bant, reeds eenige jaren achter ons. Alleen echter al
de vermindering der Engelsche arbeidskosten met
pim. 22 pOt. wat bv. voor een eenvoudig w’eefsel
onder in de middelzware klasse reeds overeenkomt met
een verlaging der productielcosten niet pLm. 8 pOt.,
maalct, zooals aangetoond zal worden, dit district weer
tot een ernstig mededinger.
De Enge’lsche concurrentie in haar n.ieuwen. vos-ns.
De ingelsc’he concurrentie in haar nieuwen vorm
moet men bezien uit tweeërlei oogpunt, namelijk:
als den export cle Nederlandsche industrie sterk be-
uioeilijkend, met als seeuiuclair gevolg nog weer • een i’er-g’rooting van den druk op de hinnen’lan’dsehe markt;
als ten dccle rechtstreeks het binnenlandseli debiet
der Nederlaudsch.e fabrieken vermniuderend, door een rela-
tief verhoogden invoer, vooral
iii
de fijnere en betere
weefsels.
Het laalste gevaar (in den afzet reeds merkbaar)
komt onder de tegenwoordige omstandigheden zeer
ongelegen, doch zal o.i. meer van tijdeljken aard zijn,
mede in verband met het hier geheven invoerrecht van
10 pOt. Het onder
a.
‘genoemde punt, de ‘verdere i’er-
klein ing der exportmogelijlcheden, vormt een, oneindig
“cel grooter gevaar. ‘ –
Om echter nog even onze aandacht te schenken aan
de binnenlandsche marict, uit de structuur ‘van onze
icatoenindustrie vloeit voort, dat men in de laatste
instantie
allen
drulc, zoowel uit cc. als
b.
voorticomend,
in’dit afzetgebied terugvindt, waar dan ook nu de con-
eumrrentie een scherpte heeft bereikt als nooit tevoren.
Wil men een typeerend,
‘zij
het niet opwelckend beeld,
dan zou men Icunnén zeggen, dat de ‘binnenlandsc’he
marlct gaat lijken
OP
het venster van een economisch
..Blacic holo of Calcutta”. Men zal zich uit zijn school-
jaren herinneren, hoe in -deze beruchte gevangenis
veel meer menschen opgesloten waren dan overeen-
kwam met den luchttoevoer door één Idein venster. Wie in leven wilde blijven moest dus zijn hoofd bij
den luchttoevoer houden en een gevecht op leven en dood ona de plaatsen ‘bij het venster was het gevolg. –
Wie er niet in slaagde zuilc een ‘voorste plaats te
krijgen, kwam om door verstikicing, doch ook van de
aanvankelijk overlevenden stierven er nadien nog aan
de kwetsuren in dezen strijd ojigeloopen. Zoo zijn de
fabrieken, die hij een bes’tendigin’g der tegenwoordige productielcosten nog willen blijven afzetten, aangewe-
zen op de veel te kleine binnenlandsche ‘marict. Doch
de strijd om een volcloen’d debiet eischt zulke finan-
ciëele offers, dat het de vraag is, of ‘de plaats in vele
gevallen straks niet te duur betaald zal blijken.
De ultra-lage prijzen, waarvoor Engeland momen-
teel zijn lcatoenen weefsels aanbiedt, moeten ons niet
op een dwaalspoor brengen. De vraag, w’aar liet voor-namelijk op aankomt, toch is, in hoeverre of de depre-
ciatie van het Pond Sterling in goudwaarde gemeten
den w
erlcelsjéen econon’cischen leostprj,js
(‘cle ,,longti me”
productielco’sten) verminderd heeft Vroeg of laat toch
beslist het verschil in werlcelijken kostprijs over liet debiet. ‘Wat men in Engeland momenteel meer (niet
lage prijzen)
‘doet is
van niinder ‘belang dan wat de industrie aldaar economisch gefundeerd, meer
ican
doen,
-dan ‘véér den val. van het Engelsche devies. (Wij
zeggen daarmede niet, dat in de tegenwoordige om-
stan’digheden ook het eerste niet gevaarlijk genoeg
voor onze miijverheid Ican zijn). ‘Uiteraard komt liet
voor onze beschouwingen in dit artikel vrijwel uit-
sluitend aan op de werkelijke daling ten opzichte van
de Nederlanudsche productiekosten –
– Wi:j kunnen o.i. allengs gerust uitgaan van ‘de ver-
onderstelling, .dat het Pond niet of althans niet be-
1080
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931
langrijk hooger gestabiliseerd zal worden dan op den
koers v66r de jongste nieuwe daling (pim.
f
9.35),
of dat althans, ook bij een verdere daling, bonen en
typische ,,binnenlandsehe” producten geruimen tijd
niet boven pim. 78 pOt. der vroegere goudwaarde zul-
len stijgen. Deze meening is gegrond op de Engelsche
betalingsbalans, den drang uit oxportkringen om, nu
de goudbasis toch eenmaal verlaten is, vooral niet
Icooger te stabiliseeren dan het tegenwoordige peil,
alsmede op de practische bezwaren en de gevaren aan
zulk een ,,hoogere” stabilisatie verbonden. Men heeft
verder in Engeland veel van de moeilijkheden der
laatste jaren terecht of ten onrechte geweten aan een
stabilisatie op een te hoog peil en zal zich ongetwij-
feld wachten voor een herhaling hiervan, zooda.t men,
als gewoon psychologisch verschijnsel, nu zelfs de
kans loopt op een afwijking naar den lagen kant. Af-
gezien nog van deze event. stabilisatie, wij moeten er
o.i. in ieder geval rekening mede houden, dat het
Pond langdurig omstreeks op dit of althans een niet
n oemenswaard hooger niveau blijft. De jongste daling
(1oct zelfs vreezen, dat het dit niveau niet weer bereikt.
Verder dient men in aanmerking te nemen, dat het
binnenlandsche prijspeil in Engeland niet of weinig
stijgt. Verschillende metaalfabrieken bijv. hebben
nedio November hij een Pond van
f
0.35 zelfs haar
binnenlandsche prijzen nog verlaagd. Wat de arbeids-
kosten in Lancashire betreft, typeerend voor de rich-
ting, waarin het loonniveau. zich beweegt is, dat er
nu kort geleden, met het Pond op pLm.
f
0.35 onder-
handeld werd over een loonsverlaging en wijziging der
verouderde ta±ieven
8)
De Engelsche wevers
vroegen
toen een basisloon van 50/- (pl.m.
f
23.20) voor wit-
goed op een ,,full complement of loonis”, een voorstel,
waar in de werkgeversorganisaties niet w i Men treden.
I)e econonnsch
gefundeerde
kost prijsvermi ndering
in Lcsnca.shire.
Bij het nagaan van de kostprijsvermindering in de
Engelsche ka toeni udu strie moet onderscheid gemaakt
worden tusschen de directe (of variabele) kosten en
de indirectc.(of relatief constante) kosten. Indien wij
binnen het bestek van dit artikel onze aandacht voor-
namelijk beperken tot de direpte kosten, dan is dit
deels voorzichtigheidshalve, deels om redenen van
practischen aard, welke maken, dat de indirecte kos-
ten als bron van verschil in produetiekosten tusschen
Engeland en Nederland niet van zulk een overwegend
belang zijn. Deze redenen zijn:
liet is zeer speeulatief, orli no reeds een uitspraak te
doen. omtr2nt de daling der ,.longtime’ indirecte kosten
der Engelsehe textielbedrijven, na de (lepreciatie van het
Pond;
–
het is niet mogelijk, zonder een tijdroovend onderzoek,
deels ter plaatse verricht, tot een goed gefundeerde con-
clusie te komen omtrent de ,,longtirne”-daling van de pro-
ductiekosten der Engelsche textielmachines, welke op de
indirecte kosten in cle katoenindustrie den meesten invloed
uitoefenen;
Nederland heeft voor zijn textielmachines (dank zij
vooral cle Duitsché concurrentie) steeds weinig of niet meer
betaald dan Lancashire en het is vooralsnog niet aanne-
melijk, dat deze verhouding zich sterk zal wijzigen. Zelfs
indien de productiekosten der Engelsche textielrnachine-
fabrieken zoodanig omlaag gebracht konden worden, dat
hare machines, zooals van ouds, de wereld weder beheersch-
ten en andere concurrenten practisch uitgeschakeld werden,
dan nög zouden de kosten van een volledige Engelsche in-
stallatie, hier te lande geleverd, niet meer dan ongeveer
9 pOt. hooger zijn dan in Laneashire;
door de in den aanhef van dit artikel vermelde om-
standigheden, alsmede door het feit, dat de wereldproduc.
tie.capaciteit nu en in de naaste toekomst te groot is voor
den resteerencleu export, moesten Nederland en (vooral)
Engeland toch reeds werken op een prijspeil, waarbij de
(reeële) indirecte kosten losgelaten worden en de directe
kosten beslissend zijn. Men is in het stadium, dat sluiten
van een fabriek vaak minder verlies geeft clan blijven
5
)
More looms to ii veaver”. Times cl.d. 25 November
1931.
voortgaan met l)rdlLicceren ; dit afgescheiden van liet al
tlaii niet kunnen financieren van voorraden. Vooral in de
naaste toekomst, nu het voor onze nijverheid werkelijk to
be or not to be wordt, geven de directe kosten den doorslag.
Onder de dir
q
cte kosten verelden wij ten eerste
de fractie grondstoffen, waarbij de ruwe katoen verre
en verre domineert. Voor een typisch textielprodudt,
wat wij hier als voorbeeld nemen, nl. een eenvoudig
ruw standaardweefsel onderaan in dc z.g. middel-
zware klasse, is katoen zelfs practisch de eenige grond-
stof. Voor ons globaal overzicht kunnen de andere ge-
rust verwaarloosd worden
9),
Zoowel Engeland als
Nederland moeten hun ruwe katoen importeeren, en
tegen dun wereldprijs berekenen. Wij kunnen dezen
factor practisch dus als onveranderd ‘buiten beschou-‘ing laten.
Anders is het met de tweede belangrijke directe
kostprijsfractie, de arbeidskosten. Door de depreciatie
van het Pond niet ongeveer 22 pOt, zijn ook de Engel-
sche arbeidskosten met een gelijk bedrag verlaagd.
Voor het bovengenoemde weefsel, wat voor een tex-
tielproduct relatief nog weinig ioonintensief genoemd kan wordên, komt dit bij een katocnprijs van 7 dollar-
cents (Middlimmg New-York) neer op een kostprijsver-
laging van pim. 8>
pOt.;
bij een rioteering van de
ruwe katoen van 8 d.c. op minstens 8 pOt. (de katoen,-
prijs is momenteel ruim 6 dc.)
10)
Bij deze berekening
werd uitgegaan van nieu we goed-geëquipeerde bedrij-
«en, massale serie-productie en van loonkosten, over-
cenlcontend niet do Nederlandsche. De uurinkomens in
Engeland waren voor den val van het Pond bij nor-
maal werkende bedrijven vrijwel gelijk aan .die in
Brabant en Twente; zoo er een kleine afwijking was,
‘as dit in den laatsten tijd naar beneden. Wij nemen
iiu wei deze loonkosten gelijk, doch in werkelijkheid
is de rationalisa’tie, vooral in de weverjen, in Lan-
cashire minder ver gevorderd: dle totale fractie ar-
beidskosten aldaar is dus iets hooger en dientenge-
volge zal de 22 püt. besparing Oold een iets grootere vermindering van den Engelschen kostprijs beteeke-
neu dan het cijfer hierboven vermeld. Te hoog is us
cijfer dus zeker niet. Het is bekend, dat bij het fijner en meer gecompliceerd worden (binding, kleuren en
finish) der weefsels (in ieder geval tot bo’eu in dc
middelzware klasse) de fractie arbeidskosten niet on-
belangrijk stijgt. Voor de meeste, hier te lande ver-
vaardigde artikelen’ kun men iannemnen, dat (le En-
gclsche productiekosten van clezelf cle goederen door de
verkapte loonsverlaging, aldaar, wel met pim. 10 pOt.
gedaald zijn. Voor sommige loonhedrijven. in de
finishi ng-brane]me (bleelcerijen, ververijen, drukke-
rijen), waar de loonkoten voor ettelijke artikelen wel
50 püt. der lewerkingskosten uitmaken, is de relatieve
vermindering, (lie Engeland aHéén al door ‘de daling
(leze]’ loonkosten verkregen heeft, gerust op ii â 12
pOt. te stellen.
De reëele kostprijsvcrminciering (cii. economisch
gefundeerd) hij den Engelschen post ,,packing and
f.o.h.”
(1),
kan voor liet bovengenoemde weefsel
up
ongeveer 0.3 pOt, aangenomen worden.
De verminderde brandstofkosten (de fractie is voor
dit weefsel niet groot) komt overeen met een kost-
prijsverlaging van pim. 0.2 pOt. Er worden echter
hier to lande ook Engelsche kolen gebruikt en de prijs
daarvan beïnvloedt ook de noteeringen voor andere
soorten. Wij zuilen ze daarom maar niet in rekening
brengen, doch momenteel heeft Engeland hierdoor
orietwijfeld een klein voordeel.
In cle fractie ,,supplies and repairs” treft men ook
• 0)
Zie desgew’enseht
voor
berekeningen : J. Wisselink:
• De vestigi ngsfactoren (ter katoenindustrie”. Rotterdam
1923 (Hoofdstuk 11).
Een ,.Middling ”noteering van 6 clollarcents
wil
na.
tuurlijk niet zeggen, .dat een fabriek hier te lande niet vaak
beduidend meer voor haar grondstof betaalt; moet men
speciale kwaliteitseischen stellen, (lan is de toeslag (..points
on”) niet onbelangrijk.
Pakkamer en volledige expeditie.
16 December
1931
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1081
een belangrijk loonelement aan en ook uit dien hoofde
ondergaat dus de Engelsche kostprijs een kleine econo-
misch gefundeerde vermindering. Dé fractie zelf• is
echter in den weefselprijs niet groot, zoodat volstaan
wordt met er hier even de aandacht 6p te vestigen.
Bij de indirecte kosten zullen wij ons in dit globaal
overzicht beperken tot de hoofdfractie, welke gevormd
wordt door rente, afschrijving en een deel der onder-
houdskosten
13)
van gebouwen en machinerieën.
lIet spreekt vanzelf, dat nien in Engeland ook na
de jongste gebeurtenissen deze indirecte kosten over-
eenkomstig de vervangingswaarde van het bedrijf als
productie-apparaat moet blijven calculeeren. (Of men
dit nu ook doet is een tweede kwestie!). Men kan
echter anderzijds, vooral met het oog op het belang-
rijke loonelement, wat men weer in de indirecte kos-
te» terugvindt, ook niet volstaan met te zeggeli, dat
de concurrent over de Noordzee nog op dezelfde in-
directe kosten zit als vdôr de clepreciatie van het Pond.
Bij het textieibedrijf weegt de fractie ,,machinekos-
te»” vél zwaarder dan die voor ,,gebouwen”. In de
stichtingskosten van een moderne spinnerij bij’. komt
niet meer dan misschien 1.5 pOt. op rekening van ,,ge-
bouwen”; bovendien moet tegenwoordig het afsehrij-
vigspercentagc op machiner.ieën (vooral om het
veroud eringselei nent) minstens het dubbele, vaak wel
het driedubbele bedragen van dat op de gebouwen.
Ons eerst op deze» laatsten post bepalend, de bouw-
materialen zijn overwegend inheemsche Engelsche
producten (waarin, evenals in de transportkosten
weer een niet onbelangrijk loonelernent), en welk een
belangrijke fractie in de kosten van een gebouw de
bonen der bouwvakarbeiders vormci , wij ondervinden
dit hier ook in Nederland dagelijks aan den lijve.
Vaar echter de kostprjsfractie ,,gebouwen”, zelf al
zeer gering is, zal de reëele vermindering der produc-
tiekosten van weefsels door depreciatie uit dezen hoof-
de niet meer bedragen dan pl.m. 0.1 pOt.
Over de inachinerieën hebben wij straks al medege-
deeld, dat het dubieus was, of Engeland hierin een
merkbaar voordeel kon verkrijgen hoven Nederland.
Een oogenblik echter aannemend, dat de gespeciali-
seerde Engelsche machinefabrieken met haar kost-
prijs (luuizaam op een veel lager niveau kwamen dan
haar concurrenten in andere landen (met name
Duitschla.ud) dan zouden Twente en. Brabant vermoe-
delijk pim. 9 POt.
13)
meer betalen voor hun outillage
dan Lancashire. Uitgedrukt in den kostprijs van het
reeds eerder omschreven weefsel, zou dit een nadeelig
verschil beteekenen van 1d.m. 2 pOt. Voor fijnere pro-
ducten, vooral bij garens, neemt dit verschil toe.
hoewel het goed is, ons ook even rekenschap te heb-
ben gegeven van de mogelijke verder verlagende wer-
kingen van de depreciatie van het Pond Sterling op
dcii Engelscheu kostprijs, zullen wij voorloopig alleen
in aanmerking nemen, die vermindering der procluc-
tiekosten in Lancashire, welke wij zonder twijfel als
econornisch gefundeerd kunnen beschouwen. D.w.z.,
dat men ze in een ,,longtime”-calculatie (vervangings-
waarde, en het continuïteitsprineipe tot in uiterste
consequentie dynamisch opvattend) inderdaad gerust
in mindering kan brengen, zonder dat men bevreesd
behoeft te zijn, aan het einde een misrekening te heb-
ben gemaakt.
Wij kunnen, aldus voorzichtig werkend, aannemen,
dat de Engelsche kostprijs momenteel zelfs voor een weinig arbeidsintensief product minstens verlaagd is
met. 8.5 + 0.3 = 8.8 pOt.; van deze verlaging komt
niet minder dan pl.m. 84 pOt, voor rekening van de
fractie ,,direete arbeidskosten”, Zooals gezegd, is zij
voor de meeste w’eef.seltypen, waarin Nederland tegen
Lancash ire moet concurreeren, nog eenige percenten
meer.
II)
De z.g. stilstaande oiiderhoudskosten.
13)
Dit ongerekend event. wijzigingen in de invoerrech-ten hier te lande.
Onislug der It’ostprijsverho’uding; het Bngelsche
offensief.
liet lehocft, na al wat reeds eerder omtrent de
toch al uiterst oeiljke ‘situatie onzer nijverheid is
gezegd, wel geen betoog, dat deze kostprjsverminde-
ring in Lancashire den toestand der Nederlandsehe
katoenfabrieken niet minder dan précair maakt.
lloewel v66r de depreciatie van liet Pond de bonen
(weekinkomens bij 48 arbeidsuren) in Engeland ge-
hijk of misschien iets lager waren dan hier en hoe-
ivel Lan cashire door een grootere secundaire agglome-
ratie en uit hoofde van nog een paar andere factoren
iets voor had, was gedurende de laatste jaren, dank
zij cle betere organisatie der productie hier te lande,
liet betere verband tusschen productie en afzet en
voorts door de veel verder gevorderde rationalisatie,
de Neclerlandsehe lcostprijs voor de meeste courante
exportweefsels (massa-producten) gedaald tot pl.m. 3
pOt. onder den Engelschen. Wat onder de tegenwoor-
dige omstandigheden een dergelijk verschil reeds he-
teekent, is niet tehoog aan te slaan. Om te beginnen,
heeft het onze nijverheid in staat gesteld, zich de
laatste drie jaren (zij het met groote krachtsinspan-
iii ng en groote offers) in Nederlandsch-Indië althans
te handhaven; de Tapansche terreinwinst is daardoor
te» koste van liet Erigelsche debiet gegaan
14
). Verder
heeft dit gunstige verschil ons vooral in den z.g.
Europeeschen export
15)
geholpen en gemaakt, dat o.a. de uitvoer naar Engeland zelf de laatste jaren vrij be-langrijk was. Met de nu verkregen kostprijsverminde-
ring in Engeland zijn echter niet alleen de bordjes
verhangen, doch kan Lancashire zeker 5 pOt. goed-
kooper leveren clan Brabant en Twente. Men blijve goed realiseeren, dat dit een
economisch gefundeerd
verschil is
en niet slechts een papieren kostprijsver-
schil, waarin alleen een boekhouder zich verheugt,
doch waarmede men zich als onderneming rijk rekent,
en arm werkt.
De lezer zal begrijpen, dat dit bovenstaande kost-
‘prijsverschil alléén het woord ,,offensief” in den sub-
titel boven dit artikel niet gemotiveerd zou hebben.
De prijzen echter, waarvoor de Engelsche weefsels nu
buy, op de 3avainarkt cii voor de West-Afrikaansehe
afzetgebieden word en aangeboden, ver toonen tegenover
de Neclerlandsche een veel grootere afwijking dan
overeenkomt met de hierboven berekende ,,gefundeer-
de” kostprijsverschillen. Men rapporteert nu geregeld
noteeringen tot 15 pOt. onder de Nederlandsehe.
terwijl de ‘hier te lande gecalculeerde marges (voor
zoover nog aanwezig!) niet gewijzigd werden. (Ten
overvloede mag er nog w’el even aan herinnerd war-
ilen, dat sedert 1929 de rationalisatie in Litncashire
vrijwel geen vorderingen heeft gemaakt: hierop kun-
nen zich deze onevenredig lagere Engelsche noteeringen
dus niet haseeren). Zelfs al gaat men in Lancashire
zoover, dat men de geheele indirecte kosten ook 22 pOt, lager berekent (wat o.i. ten dccle zèer onvoor-
zichtig zou zijn) dan nôg zou men met den kostprijs
voör stapelartikelen niet lager kunnen komen dan
pIm. 10 pOt. onder Nederland. Mede in verband met
de extra-activiteit op andere markten en den geest,
(lie momenteel in Laneashire heerscht, moeten deze
ultra-lage Engelsche noteeringen o.i. gezien worden als
een onderdeel van een economisch offensief, teneinde een deel van het in Neclerlandsch-Indië en elders ver-loren dehiet wederom te herwinnen.
Nu de Nederlandsche afzet naar Indië op deze wijze
momenteel vrijwel hokt,
krijgen
w’ij als het ware een
voorproef van wat een snelle gedeeltelijke uitdrijving
Zie ook: J. Wlsselink: .,De vestiging eener katoenin-
clustrie in Ned.-Indië”. Brochure Rotterdam 1931. Eveneens
‘enige artikelen onder denzeif(len titel in ,,Tubantia” (En-
sched) d.d. 4 September en 17 October 1931.
Deze uitdrukking omvat in de practijk een veel groo-
ter gebied dan Europa zelf en wordt gebruikt ter aan-
duiding van den uitvoer naar vrijwel alle landen met een
koud o’Y gematigd klimaat.
1082
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931
uit cle Indische markt in w’erkelijkheid zou beteeke-
nen; doch een voorproef onder nog zeer ten ongunste
gewijzigde omstanclighecl en, waarop wij straks nog
nader terugkomen.
ie kostp’,’ijs moet spoedig omtactg de aanwending
der reserves. –
Liet is cl uidelijk, da t cle momenteele toestand niet
lang bestendigcl kan worden. Er i’s reeds veel te lang
gewacht met een vermindering der kosten, doch een
aarzelen wordt na niet minder dan letrimeotaal. Er
zijn misschien u itzoncieringen, doch cle Nederlandsche
industrie als geheel lijdt on.tzaglijke verliezen en
al zijn er ook na’ deze twee zware jaren bij de meeste ondernemingen waarschijnlijk nog reserves, n’ien zal
deze tot den laatsten cent noodig hebben. In de eerste
plaats om het voortbestaan der ondernemingen ‘te ver-
zekereti (wie weet, hoe lang ‘(leze crisis nog duurt?),
doch vooral om ons land in den nog resteerenden
export slechts een matig relatief aandeel te verzeke-
ren. indien nl. alleen maar dit laatste niet mocht ge-
lukken, clan kan Nedeiland zekei
Y
3
deel van zijn
spindels, weefgetouwen, ‘bleekerij-kiers en cirukmachi-
fles wel vast opruimen en kan men zich voorbereiden
Op
een blijvendc werkloosheid voor pim. 14,000 tex-
t elarbeiders.
Voor de hancllh ving van ccii voldoender ex port
(gepaard gaande met ecu verdere gedeeltelijke trans-
formatie en het tijdelijk wellicht werken ouder pro-
duet i e-deviatie) zal veiwoecl gevochten moeten wor-
den, en naast een diastische verlaging der productie-
kôsten zullen alle reserves nooclig rijn om onze ni;j-
verhe-id en de bestaande werkgelegenheid grootencleels
in stand te londen. Het ware onverantwoorclelijk deze
reserves, die dus een voornaam bolwerk vormen om
ii u, doch vooral straks, een groote chroniche werkloos-
heicl te voorkomen, te besteden aan het bijr. tijdelijk
nog handhaven der arbeidsloonen op een peil, waarop
men ze, zelfs ‘bij een zeer ver voortgeschreden rationa-
lisatie, toch niet handhaven kan. Eveneens zou het on-
verantwoordelijk zijn nu nog -middelen ‘te besteden
aan die concurrentie, waarmede men de rationali.teit
(Ier productie niet i)e’ordert en welke den eigenlijken
consument meestal slechts ii-i onevenredig geringe mate baat. Terwijl onze nijverheid in dit laatste op-
zicht op den goedei:i weg is (met name voor cle mdi-
clie markt zijn goede resultaten bereikt) zijn de aan-
passingen der arbeidskosten nog geheel onvoldoende.
ViJ men de noodiottige ver-dring.ing van cle export-maricten voorkomen, dan moet cle Nederlandsche kost-
prijs op zijn minst tot ccii zoodanig peil dalen, dat hij
weer even veel onder dien van Engeland ligt, als
’66r cle clepreciat.ie van liet Pond Sterling
(f
9.35)
liet geval was. Dat Twente en Bra,bant gelijk staan
met Lancashire is niet
voldoende, want zelf’s op een
kostenbasis van 3 pOt. onder Engeland waren cle voor-
uitzichten al zeer ‘clonkei.
10)
Voor cle productie der
g’eheele West-:Eu ropeesche katoeni ndustrie toch is er
o.i. straks geen afzet meer. Men denke aan ‘de te groote
prod uctiecapaciteit der lcatoen.ii.iclustrie in cle geheele
wereld, de veel lagere productièlcosten van J’apan cn
Ohi na, alsook aan cle ong’etwijfel cl lagere kostprij.ccn
van Dui tschland, Tsjecho-Siowakije, België, Italië, Polen, enz. Niet voor niets heeft reeds jaren lang de
Lancashire katoeni nclustri.e gem icldeld
0
1) hoogstens
van haar normale
17)
capaciteit gewerkt. Rekeui ug
houdend met het feit, dat cle toestand in cle weverij
w’a t •gunstige:i.’ is, komt dit ongeveer neer op een sur-
plus van riiins-tens 14.000.000 spiiidels en zeker 150.000
getouwen. Wij houden dan nog niet eens rekening
met cle tendens, ook in Europa, tot het werken- met
cl u hbele ploegen, zulks ter ver lagitig ‘der indirecte
10) Zie J. Wisseliiik: ,, De vestiging eener ka,toeuinclustrie
iii Net! -.1 id ië” nadien nog ii ades’ toegel ic’lit iii ,,Tuba otia”
van 4 Sept. cii 17 OeL
1931.
.17)
Gei’ckeni! op 57.000,000 spiudels
cii 790.000
weefge-
toitweit
cii ccii
48-urige werkweek.
kosten en niet minder tot het voorkomen van de ver-
ouden ng der machines lang voor -deze mechanisch ver-bruilet zijn.
Hoewel cle ieclre.igiog van onzen export hier de
meeste anuclacit vraagt, moet men vooral niet meenen,
da t alleen Ii iervoor de kostpnijsverlagi og nooclig is.
Voor den -binnenlandsche.n afzet -is deze noodig om
ons nu schrap te kunnen zetten tegen Engela n-cl en
cle tijdelijke opdninging zooveel mogelijk tegen te gaan.
Doch zelfs al werd deze reeds voorkomen door ccii
coiiti ug’enteening of een tij(lelijk i nvoerverboci (dit
mccle met het oog op cle betalingsbalans), een ve:cla-
ging is vooral nooclig, omdat het venini nclerde inicomen
aanpassing vereischt. Zoiclei• -dat zal de consnmpie
hier dalen en de werkloosheid weer toenemen. De ver-
koopprijzen dier fabrieken zi,j n
ii t
zeker laag ge
–
noeg
18), doch -de productie-kosten (toegevoegde waar-
cle) zijn niet voldoende gedaald, om ze op een voldoen cl
laag- n i ‘eau te kunnen handhaven Een deel der con-
sumptie moge uh.
1fl
ons klimaa t- vrij inelastisch zijn,
een -groot deel is dit beslist niet! J’uist het verbruik
van weefsels, waar onze nijverheid zich meer op gaat
toeleggen, nl cie wat bete:re anti kelen van een fancy-type, is zeer elastisch.
Vachit men lang met een vol cloe:ucle verlaging der
procluctielcosten, clan verovert Engeland (mccle dank
zij zij r tijdelijk ultra-lage prijzen) in Neclerlanclsch-
TruI ë niet alleen weer rechtstreeks terrein
OP 005,
clocli maakt, -dat cle onvermijdelijke verdere Japansche
expansie alleen tea koste gaat van Nederland en dan
lcan dle ecu te voorproef van ,,snelle u.itclrijv.i ug” uit
i.ncl ië, clie w’ij nu krijgen, heel g
–
emalckelijlc overga au
in den zoo gevreesden c-hronisc
–
hen toestand.
Reeds zonder Engetctnd de positie in indië weer
–
9noell’ijlcer.
De vooruitzichten zijn nl in lncli.ë sedert Juni. oohc
aanmerkelijlc slechter geworden, en niet
–
ten onrechte
zegt cle volksmond, dat een ongeluic nooit alleen komt.
Ten eerste is cle voorsprong- int productielcosten, die
Japan op Nederland heeft, reeds automatisch ver-
groot door -de lagere prijzen van -de ruwe katoen: hoe
lager -cle gnon-dstofprijs, des te grooter wordt vanzelf-
sprelcend het verschil in procluctielco-sten (value
added) als kostprijsfnactie. Bij een Icatoenprijs van 12
clollarcents was cl it kostpnijsverschil pi.in. 15 pOt., om
bij een Icatoennoteering van 8 -dc.
J)
zeker nog met
4 pOt. te stijgen en ‘dus nu minstens pl.m .19 pOt, te
beloopeni.
Ten tweedhe, en het is i nclerdaach wel eenmillerong’e-
lulcicigste samenloop van omstandigheden. dreigt de
boycott van de Japansche goederen in China grootere
afmetingen aan te nemen. Indien -deze afmetingen
cenigermate belangrijlc worden, is onder de teger-
woorclige omstan ciihiecIen ons leed niet te overzien.
China is verreweg het belangrijkste exportgebied voor
Japan en kocht cle laatste jaren meer clan 40 pOt. vaij
den -gelieelen weefseluitvoer. Voor een evei:it. gecleel-
telijice compensatie van een stagneeren-clen afzet in
China, -hij vellce compensatie door de structuur (ter
J’aansche katoeninclu.-stni e het tijd-element stèedls een
groote rol speelt, is men in Japan vn. aao-gew’ezen
0
1) de beide ancleie g’noote markten, waar men al over
een vollecl ige afzetorg’au isati.e beschikt, nl Britsch-
Indië en Nederianclsch-Indië, (Het hoe en waarom
hebben wij elders al eens uitvoerig uiteengezet en wij
.18)
Op de i’naag,
of
ite distributie der texticlgoe(leren hier
te lande volciende goedkoop en niet voldoende aanpassing
aaa de prijzen der producenten geschiedt, kunnen
wij
in dit
a u’tikel ii ict in ga
all,
–
)
,,Midclliiig New-X’oi’k”,
Ecu ..Iiliddl i ug ‘-iiotec’riug van bij’. 6 cloliercents houdt
natuurlijk niet iii. dat een Nedeilandsche fabriek vaak niet
beduidend uiieer voor haai’ grond-stof ‘betaalt. De verliigging
van kwaliteits.
cii
]cwantjteits-liiiueteri vooral maakt spe-
ciale eischeir nooclig, (iie vaak -belangrijke -toeslag
–
en (,,points
on”) uioodig maken.
16 December 1931.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1083
k un een daar hier niet d ieper
01)
ingaan
21).
] Britsch-
Iiidië genieten cle Erigelsche weefsels een preferentio
van 6 POL. en de
11U.
in :Laicashire tot stand gekomen
kostpri.jsverlagi ug van iinstens S pCt. maakt (ttist
in verband met (lie preferenti.e) Lancash.ire op deze
markt iveer tot ccii concurrent, waarmede Japan reke-
n ing moet houden. Terreinwinst aldaar zal niet mee-
vallen, vooral ii iet nu Engeland met zijn. ultra-lage
noteeringen er blijkbaar alles op zet. Er dreigt dus
vrijwel weer dezelfde situatie te ontstaan als bij cle
zilvercrisis van 1029, toen Japan voor compensatie van
zijn. haperercclen afzet naar China ook voornamelijk
aangewezen was op zijn derdc groote exportmarkt,
Neclerlandsch-lncl i ë.
Bij een doorgezette boycott overdrijft men o.:i. niet,
indien men raamt, da t de omzet met
Y
5
daalt. In
den totalen w’eefselui tvoer van Japan zou dit echter
al niet in incier clan pl.m. S pOt. beteekenen. De 36,5
pCt., die Ned.-Inclië uit Japan invoert, zal ongeveer
13 pCt. van den totalen weefselexport van dat land
bedragen. Neemt men aan, dat Japan van een even-
tueel verlies .i ii Clii na slechts de helft tracht te corn-
penseeren op Java (doch (lan ook met kracht en ge-
steund door een kostprijs, clie 15 10 pOt, lager is)
(lan beteeken t deze 4 pOt. ,,cornpensatie” echter, dat
cle Japansche invoer in ecl.-:1ncli6 met pim. 11 pCt.
moest stijgen. Deze zoit clan komen van
36.5
op pl.m.
47 pOt. En wat zou eigenlijk Japan zulk een com-
pensatie-offensief beletten bij een zon gunstige kost-
pri,jsvei’houdiug? (.0e Engelsche Cotton Mission,
waarin als in deze wel on verdachte getuigen ook
cliie Engelsche vakvereenigingsleiclers zitting hadden,
constatercle vddr den val van het Pond een prijsver-
schil van 20 pOti). Wij zullen hopen, dat deze don-Isere wolk spoedig vooi,bijclrijft, want met een lek
schip kan men geen extra-bui verdragen, t-let is even-
wel goed, cle t mcii zich terdege realiseert, welk een
ontzaglijken
extra-druk
van Japansche zijde uit zulk
een eenigszins cloorwerkencl e boycott-beweging lcan
voortvloeien.
Reeds zonder clezen extra-druk zou ecu ,,norrnaai”-
accres van Japan van pim. 6 pCt. (van den totalen
import) heel gewoon zijn. In 1930 werd reeds meer
da ii
5
5
pOt. bereikt. Teliswaar
viel deze winit in een tijd, dat Japan juist snelle vorderingen maakte met
zijn bleek-finish, doch deze periode duurt nog ‘voort,
en niets belet Japan, met een nèg gunstiger kost-
prijs-verschil, een verdere en snelle uitbreiding van
zij ii clebiet. Met een Eugelschen kostprijs n.b. pim.
5 pCt. lager dan den onzen, zal echter deze terrein-
winst nu onherr oepelijic ten icoste van Nederland gaan,
wat al minstens neerkomt op een vermindering van
ons contingent met pim.
/5
deel. Eenige maanden
terug schreven wij, sprekend over het al clan niet be-
houden rior Java-markt: ,,de Japansche terreinw’,inst
is tot nu toe ten koste van Engeland gegaan, doch
straks is onherroepelijk de beurt aan ons”. Zoo er niet
bi ii nen zeer korten tijd ingrijpende maatregelen ge-
troffen worden, is er geen sprake meer van strccrs
,
doch dan is deze beurt er
nu.
Ei bovenci idu moet
men er ernstig rekening mccle houden, dat oolc
Engeland rechtstreeks nog ccci gen grond op ons
herovert!
Men ziet, c1t het gevaar van overgang van den
acu ten toes ta ii cl cii eteen in den chron i schen, tengevolge
va.n een gedeeltelijk snelle uitdrijving uit Indië, inder-
daad zeer groot is. Het is wel een aller-ongeluklci
g
st
toeval, dat cle boycott in China juist nu moet drei-
gen, doch liet eerder aangehaalde spreelcwoorcl be-staat niet ten onrechte en de Nederiandsche katoen-
industrie kan zich geen enkel verder risico meer ver-
oorloven. in Juni zeiden wij omtrent de waarschijn-
lijice gevolgen van zulk een snelle ni tdrijving uit
20)
J. Wisseliiik-: Verschuivingen in de Oost-Aziatische
kafoen-ind,.istrie ‘ (de zilvererisis in grootcr verband be-
schouwd). 3 artikelen in ,,De Telegraaf”, d.d.
25. 26
en 27
Februari 1930. Brochure Amsterdam 1930.
Indië: ,,Een snelle achte’ruitgang zou, behalve zware
verliezen voor liet rechtstreeks betrokken deel der
nijverheid, niet minder dan een totale ontreciciering
van de binnenlandsche markt ‘beteekenen, een uiterst
scherpe concurrentie in de overige afzetgebieden,
ee:rst een groote acute werkloosheid gevolgd door een
mmdcc’ groote (wellicht vr4 sterlc schommolende)
chronische, en waarschijnlijk zelfs het verdwijnen van
enlcele (meest Icleinere) ondernemingen en daardoor gedurende lange jaren een verminderde weikgelegen-
heicL”
De gevolgen vwo, terrein-verlies in, Indië zijn nu veel
ernstiger dan in Juni..
Dit was ongetwijfeld een sombere prognose, doch
cle gevolgen zouden nu nog veel en veel ernstiger zijn
clan in Juni. Toen vertoonden althans de overige
export nog hier en daar een lichtpunt, omdat de
ederlanclsclie kostprijs iets lager was clan die van
den voornaanisten concurrent op cle meeste •dezer
.,overige” afzetgebi.eclen, nl. Engeland.
MTij
gingen
toen van cle onderstelling uit, dat Nederland zich op
dle andere tropenmarkten (o.a. Af rilca), zij het met
moeite. voorloopig nog kon handhaven en dat er in
den z.g. Europeeschen export althans nog eenige corn-
peusatie was te vi nclen voor het in. Indië verloren
gaande clebiet. Nu Lamicashire echter beslist lager is
niet zijn proiluctiekosten, wordt het aspect geheel
anders. Engeland dringt ons nu uit Oost- en West-Afrika en bedreigt ook den z.g. Europeeschen uit-
voer. Practisch staat opeens de geheele export stop;
en niet de ultra-lage prijzen neemt zelfs de Engel-
sche invoer in ons land toe.
De Nederlanclsche katoenindustrie moet haai iiro-
clu.ctieicosten drastisch omlaag brengen en dit binnen
korten termijn, of cle ramp is niet te overzien. Er is
gee:n keus meer en. voor vele en nog grootendeels onze
beste onleroemningen is het niet recht ,,clo or die”.
Wil nu, afgezien nog van Engeland, een snelle
uitclrijving uit Inlië voorkomen worden, dan moe-
ten de kostprijzen, toch wel met 10 pOt. omlaag. Het
is cie vraag, of dit mogelijk is en zelfs dan kan het
proces i’an’een gedeeltelijke uitdrijving niet zoo heel
lang duren. Maar als eerste maatregel moet tenminste
cle vroegere kleine voorsprong op Engeland ‘hernomen w’orclen., wat een. kostprijsverlaging van minstens
8i/2
1)0 t, beteekent.
Middelen tot verlaging der procl-uctieic-osten.
Als middelen tot verlaging der productiekosten komen voor de Nederlandsche industrie practisch
alleen in aanmerking:
1.. ecu verdere .rationalisatie
2t)
a..pr i ma i re (hecirijfsinterne)
5. secundaire (in groote lijnen, waartoe bijna
altijd concentratie, in den meest uitgebrei-
(en zin, een voorwaarde is)
de invoering van het tweeploegenstelsel;
een verlaging . der hooge arbeidskosten door
loonsverlaging.
Om met de rationalisatie te beginnen, men moet
niet vergeten, dat de organisatie hieIr reeds op een
vrij hoog peil staat en dat Nederland den vroegeren
voorsprong op Engeland van pim. 3 pOt. dankt aan
de •betere organisatie en verder gevorderde bedrijfs-
interne rationalisatie, weilde laatste met moeite en
ten Icoste van veel tijd is vericregen. Ongetwijfeld lig-
gen op het gebied der bedrjfsinterne rationalisatie
nog vele mogelijkheden, doch al te veel moet men er
zich in dit probleem toch niet van voorstellen. In de
eerste plaats zijn de desbetreffende mogeljlcheden in
21)
Teneinde verwarring te voorkomen, lijkt het ons goed,
om ook bij de rationalisatie, cle begrippen ,,primair” en
.,secuncla.ir” in te voCren
;
zulks in analogie met primaire
en secundaire agglomeratie. Primaire en secundaire aggio-
moratie grijpen deels in elkaar.
/
1084
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931.*
cle spinnerij nu niet zoo bijaonder groot, ten tweede
kan men in het buitenland (en zeker in de West-
Europeesche landen) hetzelfde bereiken, wat onze
nijverheid op dit gebied presteert, en ten derde kost
een verdere rationalisatie
veel td.
En tijd is er niet
meer te verliezen: er moet nu spoedig een resultaat
verkregen worden. Een momenteele snelle oplossing
van het euvel der relatief te hooge productiekosten is
er dus niet van te verwachten en omdat niets anders
belet ons te volgerî ), helpt zij ons op den duur ook
niet. Wèl daarentegen in een tussehenliggende perio-
cle, vooral als op Engeland terrein veroverd moet wor-
den, doch daar hebben wij nu
niets aan.
Het is wellicht goed op een onderdeel der primaire
(I)e(1r••fs-interne) rationalisatie nog even nader in te
gaan. De rationalisatie eiseht daarom vooral tijd, om-
dat zij niet op ruwe wijze mag en kstn geschieden. Niet
alleen, omdat men zorgvuldig ervoor moet waken, dat
men den werkman geen taak -geeft, die op den duur
psychisch en physiek teveel van hem eischt, doch ook,
omdat de hooge productie rendementen in het mo-
derne seriebedrijf berusten op
‘uiterst subtiele
dynami-
sche evenwi chts-toestanden to sschen de productiefac-
toren.
Wil men de hooge (bedrijfs)-produetierende-
meilten, (waarmede ondernemingen tegenwoordig
staan of, vallen!) handhaven, dan kan men niet één
dezer factoren bij’. arbeid wijzigen, zon-der ook aan de
rest te raken (grondstof, omwentelings-snelheden
enz.); men moet dus telkens opnieuw deze meest-eco-
nomische ligging van dit dynamisch evenwiehtspunt
berekenen en nadien nog op grond van nadere erva-riiigen in het bedrijf correcties aanbrengen, die men
daarna wéér aan de praetijk moet toetsen. Ieder zal
begrijpen, dat dit tijd kost: bij een wijziging bijv. in
een weverij kan het gemakkelijk twee jaar duren, voor
men het beoogde onderdeel der rationalisatie ook in-
derdaad heeft bereikt. En- daarmede is de moeilijkheid
nog niet bezien, want een verandering in één der
phase’n der productie werkt naar onderen en naar
-boveu door: een wijziging in de weverij lbeinvIoedt
meestal weer de spinneiij en vrij zeker de voorbe-
reidingsafdeeling en kan (o.a. door liet gebruik van
andere garens) zeer zeker ook cle vcrverij en druic-
kerij beïnvloeden. Bij synchroon loopende serie-bedrij-
ven spreekt deze moeilijkheid zelfs zeer sterk.
De mogelijkheden van rationalisatie ,,in groote lijn”
(secundaire rationalisatie), ‘gepaard gaande met con-
centratie, hebben wij reeds eerder uitvoerig
23)
behan-
deld. De berekeningen toen uitgevoerd, wezen uit, dat
een industrie met een organisatie als de Engelsche
hierdoor haar kosten niet onbelangrijk omlaag kon
brengen, ‘doch dat de eigenlijke ,,netto”-voordeelen
niet meevielen, althans geheel onvoldoende waren om
eenigermate ‘belangrijke verschillen in arbeidskosten
te compenseeren. Onder ,,netto”-voordeelen zijn te ver-
staan de besparingen t.o.v. reeds goed-georganiseerde
industrieën, zooals de Amerikaansche, de Japansche,
en •grootendeels ‘de Nederlandsche. Voor ruw doek,
zooals het in ‘dit artikel als voorbeeld genomen weef-
sel, was deze besparing maar pl.m. 1% pOt. Bij de
reeds goede specialisatie hier te lande, vooral in cle
groote exportbedrijven, die oo’k grootendeels reeds ge-
synehroniseerd en iii groote series produceeren, is het
zeer twijfelachtig, of er nog meer te bereiken is dan
het, bovengenoemde cijfer. Voor gebleekte weefsels
was in 1929 •de besparing ook slechts pl.m. 2 pOt., en
alhoewel door -de lagere icatoenprijzen de besparing
als kostprijsfractie nu wellicht iets hooger zou zijn,
is -het aan den anderen kant de vraag, of bij een zoo-
veel kleinere industrie dan ‘de Engelsche zelfs maar
deze 2 pOt. gehaald zou kunnen worden. De secun-
In Amerika en deels in Japan is men al verder!
J. Wisselink. .,i)e Concentratie in de Engelsche katoen-industrie”.
daire agglomeratie is id. in Lancashire beduidend
grooter.
Het spreekt, dat ook een rationalisatie in grootc
lijnen (waarvoor concentratie in een of anderen vorm
vrijwel een voorwaarde is) tijd vereiseht, alvorens
werkelijk, wat kostenbesparing betref t, merkbaar
vruchten af te werpen. (Het is geen geheim meer, dat
een ge maatregelen in voorbereiding zijn en evenmin,
dat er al tastbare resultaten verkregen werden). Als
mi dc! cl tot oogenblikkeljke verlaging der proci uctie-
kosten is ook deze secundaire ratioiialisatie niet doel-
treffend. –
Voor beide zijden der rationalisatie (secundaire cii
primaire) geldt verder, dat zij in een overgangssta-
duim -als de Nederlandsche industrie nu doo’rmaakt
niet zoo tot het uiterste door te voeren zijn, als men
wel zou willen. De
nijverheid
moet deels nieuwe af-
zet-gebieden zoeken, deels nieuwe producten maken en
sommige ondernemingen zijn gedwongen hare be’r-
drijven -geheel te transfor-meeren. De range heeft zich
trouwens de laatste jaren al merkbaar verplaatst. Soe-
pelhei’d is nu een eerste vereischte en een al te rigide organisatie zou daarom aanvankelijk zelf-s niet raad-
zaam zijn.
De invoering van het tweeploegen-stelsel geeft een
besparing op de indirecte
–
kosten en voorkomt voor
een groot deel de veroudering der machines v66r het (mechanisch) opleveren der rendementen. Gerekend
op ‘de basis van nieuwe moderne bedrijven zou de be-
sparing door dezen maatregel pl.m. 5 pOt. van de produetiekosten bedragen, waarbij echter niet ge-
rekend is op extra-onkosten, noch op een (mischien)
hier en daar ietwat inzaklceu der productie-rendemen-
ten. Bij het toch reeds werken der ondernemingen op haar directe kosten sorteert het m-iddel evenwel zeer
weinig onmiddellijk effect. Het zou -boven-dien momen-
teel neerkomen op het stopzetten van eenige binnen-
landsche fabrielcen ten koste van andere, en zonder
een concentratie zou deze maatregel niet door te voe-
ren zijn, zon-der de werkloosheid nog weer eenigszins
te doen toenemen. Zelfs bij een concentratie zou men
dnn nog de moeilijkheid houden van het verplaatsen
van arbeidskrachten van -de eene plaats naar ‘de andere;
want de verwante ibedrijven liggen volstrekt niet naast
elkaar. Al zal men op -den duur het tweeploegen-stel-
sel ook hier in ruime mate moeten toepassen, een op-lossing kan het nu niet geven.
Maken wij hier ‘de balans op, dan zien wij, -dat voor
een verlaging van ‘de productiekosten practisch alleen
overblijft de verdere rationalisatie (primair en secun-
dair). Met een groot voorbehoud in vele richtingen,
zou de secundaire rationalisatie voor het als voor-
beeld gegeven standaard-weefsel den Engelschen kost-
prijs met 2 pOt. nader doen komen. Een besparing
die, zelfs in-dien zij mogelijk bleek, geheel onvol-
doende is.
Hoe men het vraagstuk der te hooge pro-ductiekos-
ten ook wendt .of keert, men komt ‘bij een arbeidsin-
tensieve industrie (zooals de katoenindustrie öok na
een vèrstrekkende rationalisatie nog steeds blijft)
voortdurend weer terecht bij de groote handicap,
de hooge arbeidskosten. Hoezeer ook te betreuren, naast
een verdere rationalisatie is aan een belangrijke en
spoedige loonsverlaging niet te ontkomen. Doch zelfs
een loonsverlaging van 20 pOt. (wat pl.m. 6’/i pOt.
van den kostprijs zou ;beteekenen) valt in het niet
tegen ‘de catastrophe, die de Nederlandsche katoen-
nijverheid anders wacht en waarvan de chronische
werkloosheid van minstens pl.m. 14.000 texti elarbei – ders een der ergste gevolgen zou zijn.
Dr. J. WmSsEiiNmc.
Rotterdam, 4 December 1931.
16 1)ecémber 1931
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1085
HET ACCEPTCREDIET EN ZIJN CONSEQUENTIES.
Onder bovenstaand hoofd werd in (lit tijdschrift
van 22 Juli 1931 door Mr. M. J. 0. Vrij de vraag
besproken, of de bank, welke op verzoek van con
andere bank (ie. de A.mstelbank) wissels had geaccep-
teerd getrokken door een derde, terecht verhaal kon
zoeken op den trekker, toen de bank, welke tot de
acceptatie opdracht had gegeven niet aan hare ver-
plichting om fonds te bezorgen bleek te kunnen vol-
doen. In het nummer van den 9den September ji.
heeft Mr. .11; P. van Taalingen in een ingezonden
etuk zijn zienswijze gesteld tegenover die van Mr. Vrij.
Mr. Vrij, de constructie verwerpende, dat in casu voor rekening van een derde werd getrokken, komt
tot de conclusie, dat de aceepteerende bank den trek-
ker terecht heeft aangesproken. Mr. van Taalingen,
van meening, dat in het onderhavige geval wel werd getrokken voor rekening van een derde, concludeert,
dat de accepteerende bank tegen den trekker geen
actie tot fondsbezorging heeft.
Aangezien, in verband met de moeilijkheden waar-
in verschillende buitelandsehe banken sindsdien zijn komen te verkeeren, de besproken kwestie ongetwij-
feld opnieuw zal rijzen, is het wellicht van belang
deze strijdvraag nog eens van andere zijde te be-
lichten.
WTij mogen hierbij uitgaan van de figuur, welke
ook door Mr. van Taalingen tot goed begrip van zaken
werd vooropgesteld:
T. de bahk, voor welker rekening wordt geaccep-
teerd te noemen: ,,bank A”;
de acceptcerende ‘bank te noemen: ,,bank B”
de verkooper der goederen, begunstigde bij de
acceptfaciliteit: ,,de trekker der wissels”;
de kooper der goederen: cliënt van ‘bank A.
Tusschen bank A en bank B bestaat een acceptere-
diet-overeenkomst. Bij deze overeenkomst heeft ‘bank
B zich verbonden tegenover bank A om op haar ver-
zoek wissels door den verkooper binnen een bepaalden
tijd, tot een bepaald bedrag en terzake der verkochte
goederen getrokken, te zullen accepteeren en wel voor
rekening van verzoekster. Voor bank A vloeit uit deze
overeenkomst de plicht voort om bank B reeds bij
voorbaat of achteraf – al naar de gemaakte afspraak
luidt – schadeloos te stellen voor de uitvoering van
haar last.
Voor de kwestie, welke.ons bezighoudt, is de accept-
eredietverhouding tusscheu beide banken dus in zoo-
verre van belang, dat daardoor het verhaaisrecht van bank B op bank A *ordt verklaard.
Op dit punt bestond echter geen meeningsverschil.
lIet geschil ontstond toen bank B den trekker aan-
zegging deed, dat zij voornemens was zich op hem te
verhalen, aangezien haar was gebleken, dat bank A
ter vervaldage van den wissel niet in staat zou zijn
haar het wisselbedrag te verschaffen.
De accepteerende bank baseerde deze aanspraak op
(le wisselrechtelijke verhouding; welke tusschen haar
en den trekker zou zijn ontstaan. Ook door hen die
in dit tijdschrift de kwestie ‘hebben besproken werd
de wisselrechtelijke verhouding tot uitgangspunt ge-nomer. Daarbij werd de aandacht geconcentreerd op
een bijzonderen wisselvorm,
iii.
01)
den wissel, getrok-ken voor rekening van een derde.
Aangenomen, dat de wissel op de tusschen partijen
bestaande verhouding van beslissenden invloed is,
richt zich de aandacht als vanzelf op de vraag of de
wissel al dan niet voor rekening van een derde w’erd
getrokken. Met Mr. Vrij zou ik haar ontkennend wil-
len beantwoorden. Ik doe hierbij een beroep op de
reeds eerder geciteerde uitspraak van Prof. Schelte-
ma gegeven in Polak deel III, luidende: ,,Van een
wissel voor rekening van een derde is sprake, wan-
neer iemand, die naar liet normaal verloop trekker
zou zijn, om de een of andere reden buiten het wis-
selverband wenscht te blijven, en nu aan een derde
verzoekt, voor zijn rekening eefi wissel te trekken”.
i)eze interpretatie overnemende, moet men mi. tot
de conclusie komen, dat hier niet van een wissel voor
rekening van een derde sprake kan zijn. immers vol-
gens het normale verloop is niet de kooper of diens bankier – m.a.w. de derde voor wiens rekening ge-
trokken zou zijn – trekker van den wissel, maar de
verkooper, zooals in casu inderdaad het geval is. Van
het normale verloop wordt in zooverre afgeweken, dat
de verkooper niet trekt op den kooper of diens ban-
kier, maar op een andere bank, welke bij de aan den
wissel ten grondslag liggende transactie niet is be-
trokken.
Afgaande op den uiterlijken schijn van den wissel
zou ook naar mijn meening dus een actie van die
accepteerende bank tegen den trekker gegrond zijn.
Deze actie zou voortvloeien uit een handeling van
lastgeving krachtens welke bank B accepteerde, zoo-
als deze bleek (ontstond) uit den wissel (art. 140
W.
V.
K.).
Wanneer nu echter in feite bak B niet accepteerde
op last van den trekker, maar op last van baÉk A;
wanneer nu bovendien de accepteereude bank in haar
kennisgeving aan den aspirant- trekker uitdrukkelijk
van deze, haar door bank A verstrekte last heeft doen
blijken; moet dan niet de schijn van den wissel wij-ken voor de werkelijkheid der aan partijen bekende
verhoudingen? 1-leeft men m.a.w. niet meer idans te vinden wat recht is indien men den wissel buiten liet
geding houdt, nu gebleken is, dat de vermoedens,
welke deze opwekt, onjuist zijn? Naar mijn meening
vel. In het onderstaande moge ik nog een enkele
vraag aanroeren, waarbij het wisselrecht buiten dc
kwestie wordt gelaten.
In de eerste plaats de vraag tot welke conclusie een
redeneering, waarbij men uitgaat van de primaire
verhoudingen tusschen partijen, kan leiden met be-trekking tot de positie van den verkooper (trekker).
Voor de beantwoording is liet wenschelijk, de in dan
aanvang gestelde figuur nader e bezien. Beschouwt men het acceptcrediet van de
zijde
van den verkoo
per, dan blijkt, dat deze overeenkomst er op is gericht
hem betaling te verschaffen en dat hij degene is, die
van het geopend crediet het onmiddellijid voordeel
heeft. Het woord accept ,,crediet” werkt van deze
zijde gezien misleidend. Rot wekt de gedachte op, dat
dien verkooper iets wordt geleend, dat hij zal hebben
terug te geven indien dit niet door een ander voor
hem wordt gedaan. Het is waarschijnlijk deze gedach-
te, welke sommigen ertoe brengt, in de verbintenis
van bank A jegens bank B een garantie te zien. Ik
geloof ten onrechte. Het door bank B geopend accept-
crediet wordt den verkooper aangboden als accredi-
tief. Het onderscheidt zich van het meer gebruikelijk
accreditief hierdoor, dat de bank, bij welke het is
geopend, niet een gedeelte van haar contante mid-
delen ter beschikking stelt, maar haar naam; toege-
rust niet haar handteekening kan zich de geaccredi-
teerde het contante bedrag elders verschaffen door
disconteering van den vissel. Aangezien bij het nor-
maal accreditief algemeen wordt aangenomen, dat
slechts verhaal ‘bestaat op dengene die het heeft doen
openen en niet de geaccrediteerde tot teruggave van
het ontvangene kan worden genoopt, wil het mij voor-
komen, dat ook bij wisseltrekking in een geval als dit,
voor een actie van den acceptant tegen den trekider
geen goede grond aanwezig is.
In de tweede plaats lijkt mij voor de accepteerende
bank de vraag van belang of niet wellicht verhaal
mogelijk is op den idooper. De kooper is in laatste in-
stantie degene te wiens behoeve liet acceptcrediet is geopend. Hij is tenslotte degene van wien mag wor-
den aangenomen, dat hem door ‘bemiddeling van bank
A iets is geleend. Wanneer men de verbintenis van
bank A als een garantie wil beschouwen, ligt het dat)
niet veeleer voor de hand deze op te vatten als een
garantie ten behoeve van den kooper? Door het den
verkooper dit het geopende aeeepterediet gestelde
1086
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
10
December 1931
nccred.itief, is cle kooper niet gekweten maar is be-
reikt, dat de verkooper niets meer van hen] heeft te
vorderen. Kan nu bank B zich niet
01)
het standpunt
stellen, dat de schuld van den kooper door haar werd
betaald en haar uit dien hoofde een vorcieringsrecht
toekomt?
Kan bovendien de accepteerende bank zich niet be-
schouwen als onderlasthehster van den kooper? Ten
grondslag aan de handelingen, wellce wij zien vol-
trekken ligt de meer of minder gedetailleerde last
van den kooper aaji zijn lbankier – bank A – er
voor te zorgen, dt de verkooper de beschikking krijgt
over de koopsom. Bank B heeft hiertoe het noodige
verricht op last van bank A. Kan nu bank B den
koojier niet beschouwen als haar uiteindelijken last-
gever en kan zij aan dezer band wellicht niet een
actie, tot schadeloosstelling oritleenen?
Ik moge het laten bij het stellen dezer vragen. De behandeling ervan wordt in clie mate technisch jqri-
disch, dat ik claarmdde te vem: zou treden buiten het terrein waarop dit periodiek zich beweegt. Bovendien
zal cle kennis van details der gesloten overeenkomsten
van zooveel belang blijken te zijn, dat zonder deze
kennis een vrach tdragen de ‘beschouwing wa arsch ij n –
lijk niet mogelik is.
Met het aanroeren (lezer vragen heb ik slechts op
een mogehijkhei ci willen duiden, waarvan mij cle ovr-
weging in gevallen als het besprokene van belang
voorkomt.
P. J. ROOAAR.
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
DE ECONOMISCHE POLITIEK VAN DE BEGEERING
BRÜNING.
Dr. Oarl Kriimer te Hamburg schrijft ons:
Een goed begrip van de algemeene tendenzeu en
de bijzonderheden van de nieuwe noodverordening vait
S December 1.931, clie volgens cle regèering de laatste
van clezen aard zal ,zijn, is niet gemakkelijk te ver-
krijgen, niet alleen, omdat menige bepaling van deze
verorcien ing een iii euw geluid doet hooren, doch
tevens, omdat (ie innerlijke consequentie en logika
van ‘de verordening in haar geheel niet in allen dccle
kloppen. Wij moeten dus trachten, het concrete doel
van de verordening te begrijpen en dan vragen, of cle
afzonderlijke bepalingen in haar algemeene werking
dit doel dienen, of dat iij het bereiken van dit doel in
den weg staan.
De regeering werkt met twee constante grootheden;
alle andere zijn variabel. Een van cle constante fac-
toren is de valuta; de regeering weigert – in hoofd-
zaak wel om redenen van buitenlandich-politieken
aard – het Errgeische voorbeeld te volgen en de Mark
ten opzichte van den Dollar in waarde te doen dalen,
of de door ‘de Rijksbank te verleenen credieten zoo te
vermeerderen, dat de Mark hierdoor noodgedwongen
een geringere waarde zou krijgen. De regeering wil
den gouden standaard op de huidige pariteit hand-
haven, hoewel de Rijksbank thans nog ongeveer voor
R.M. 540 millioen aan eigen goud bezit en haar biljet-
ten dus vodr ruim 10 pOt. (verplichte dekking 40 pOt.)
door goud gedekt zijn. Een groot gedeelte van de,
noodverordening is te verklaren uit den weusch, om
het nadeel van de depreciatie van het Pond op de
:Du i tsche u i tvoercapaeiteit te n ivelleeren.
De tweede constante factor is het streven naar een
evenwicht in de openbare financiën, het tot eiken
prijs uit den weg ruimen van het tekort. Tot welke
maatregelen heeft ‘de regeering haar toevlucht ge-
nomen?
Duitschland heeft heden ten dage, zooals de meeste
andere landen, een groot tekort op de ‘hegrooting, dat
voor een deel te rverklaren is uit cle gevolgen van de
economische wereldcrisis, voor een grooter deel ech-
ter uit de zware tekortkomingen in het verleden ‘be-
gaan en uit een verkeerd inzicht in de ontvikke-
lingsmogelijkheden tot i n den jongsteii tijd . Laten wij
ons bepalen tot de incest l)elangrijke 1)utlteml, die ook
. in dl It tijdschrift herhaaldelijk op dIen voorgrond zi,j ii
gesteld. Du.itsch]andl heeft g’emcendl, Imerstelbetali t-
gen te k unnen verri chten en tegelijkertijd een bijzoo-der kostbaar stelsel van sociale voorzieningen te kun-
iie,i opbouwen. 1)ezc pol i tiek leed scliipl)rcuk, toen
‘bui teniandische leen ingen
1]
et meer te verkrijgen wa-
reil ; dle regeering heeft echter Oog hangen tijd ge-
dlraaldi,
01)1
dlit systeem]] van staatshemnoei i tig met suc-
ces te beteugelen. De ‘belastingdruld werd integendeel
eik lcvartaal verhoogd, totdat het Duitsche ‘begron-
tingsvraagst,pk tenslotte zelfs bij consequente toepas-
sing van stelseln]ati•ge bezu i niging niet meer kon
worden opgelost.
Deze stand van za ken is tha os bereikt. De he-
lastingclruk en het verder i ngrijpcl] in het ‘heclrijfs-
level] hebben dcl] Onderni]]erslust en de bedrijvig-
heidI in de voornaamste takken van. inclustric derma te
verzwakt, dat cle belastingi nkomsten ii] snel tempo
dalen en het werkloozencijfer in snel tempo verder
stijgt, liet tekort wordt steels •grooter
Cvoor
Rijk,
Landen en. Gemeenten bedraagt het zelfs na de ver-
lichting door het Hoovermoratorium tot 31 Maart
1932 minstens R.M. 1,5 milliard) en wat nog erger is,
de mogelijkheden voor een. geregelde dekking va ci cli t
tekort worden steeds kleiner; cle Staat kan bijna in
het geheel geel] crecl eten meen krijgen, cle belasting-
verhoog’ingen ‘brengen per saldo geen groote.m’c bed ra-
gen op cii door beperking van de uitgavel] l]eemt
de koopkracht en de lednijvigheic? af
Cl]
dalen de bc-
lastingontvangsten. Slechts één voorheøld : in April jI.
kon dc opbrengst der Rijksbelastingen voor 1931
09
EM. 7,8 n]illiarcl worden geraamd ; inmiddels zijn
verschillende l:clast.ingverhoogingen ingevoerd, die bi,j
ed] normaal bedrijfsleven wellicht R.M. 750 millioeri
l]]eer zouden hebben opgebracht. Ondanks deze belas-
ti ngverhoogingen is thans reeds vast te stellen, da t de
totale belastin’ginkomsten voor liet jaar 1931 slechts R.M. 7,5 milliard zullen bedragen.
Ondanks alle pogingen van de regeering, nieuw
vertrouwen en nieuwen onclernemningsiust te scheppen,
heeft 1) ui tschlaiid thans meer clan 5 millioen werk-
loozen tegen 3,7 milhioen een jaar geleden, liet schijnt
dus, dat tot dusverre de officiëele n]aatregelen
00]
door belastingvej’lcooging en salarisveriaging ‘cie open-
bare financiën in evenwicht te brengen, hebben. ge-
faalcl. Nietten in ‘heeft ‘de regeering, vooral met het
oog
OP
de nieuw’e om]dlerharidelil]gen over cle herstel-
schulden, welke thans te Bazel worden gevoerd, er
dle voorkeur aan gegeven nog eens een laatste poging
te doen om de steeds toenemende moeilijkheden vol-
gens het oude middel te hovel] te komen. Zij tast dc
laatste fiscale reserve aan, door de belasting
0])
den
omzet van 0,85 pOt. tot 2 pOt. te verl]oogen en de
ai]]ltenarensalarissel], clie gemidldeid reeds 1.0-20 pOt.
zijn gedaald, nogm]]aals met 9 pOl. te verlagen. Indien
het daarbij gebleven was, had men van een hoogst
bedenkelijke en waarschijnlijk niet veel resultaat he-
loovende, maar toch] consequente toepassing van de fiscale politiek kumen spreken. De regeerim]g is ech-
ter nog verder gegaan en l]eeft besloten tot een in-
g’rijpem] in cle prijs-, loon- en rentebewegil]g, dat niet
met het doel van de fiscale n]miatregelen iii overeen-
stcmn]ing is te ‘brengen.
De regeeril]g Brüning ging daarbij val] de volgende
overwegdingen uit. Om nog grootere verlclooshed,
procl uctieveri]] i nderi ng cmi ‘daling val] ‘den uitvoer te
verhinderen, is het noodzakelijlc, dat de productie-
kosten dalen, dus bonen, rente, vracliten- en mai;e-
riaalkosten verlaagd
worden.
Deze kosten’bestanddec-
len kunnen echter uit sociale overwegingen slechts
dan worden verlaagd, indien, cie kosten. van levensol]-
cierhoucl, die voor cle arbeiders, werknemers of rette-
niers vtn overwegend ‘belang zijn, eveneens dialel],
d.w.z. de huren. en, voor zooverre dit mogelijk is, ook
de prijzen van de consun]pti.egoederen. De regeering
16 December 1931
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1087
zwëef t, dus niets anders voor oogen clan een algemeene
verlaging van alle nominale grootheden met
uitzori-
ciering van de belastingen. Indien het de regeering
mogelijk was, dit program inderlaaci tot uitvoering
te brengen, dan is het moeilijk 1n te zien, wat daar-
mede, behalve het scheppen van gunstiger voorwaar-
den voor den ii tvoer, gewonnen zal worden, daar
iedereen, naast eeA vermindering van zijn uitgaven
ook een vermindering van zijn inkomsten zal onder-
gaan. De regeeri:ng is natuurlijk niet in staat, dit
program werkelijk in alle onderdeelen door te voe-
ren. Toch
zal
zij
0])
enkele belangrijke gebieden slagen,
(Iie wij hieronder zullen bespreken.
le. De contradtueel vastgestelde bonen en salaris-
sen worden door cle noodverordening vanaf 1 Jan.
1932 over de geheele linie verlaagd; de loonre1atie
blijft daarmede onveranderd, ofschoon juist in de
Ioondifferentiëering (te hooge bonen, in de beschut-
te, sterlce loonclaling in de onbeschutte bedrijven) het
eigenlijke kw’aacl lag. Looriverandering door middel
van een ‘verordening was tot dusverre alleen in het
bolsjewistische Rusland en het fascistische Italië
mogelijk.
2e. De tweede maatregel, de reiiteverlaging van
alle of nagenoeg alle vasterentedragende fondsen en
hypotheken van 7 of 8 pOt. tot.6 pOt. (of van 10 tot
7Y5 pOt., van 12 tot 9 pOt.), knoopt vast aan middel-
eeuwsche overleveringen, die in den vorm van woe-
kerwetten (minimum rente) nog tot in dezen tijd
gangbaar zijn of aan bepaalde voorstellingen van de
Nationaal Socialistische Partij, die in de bevordring
van een ,,Brechung der Zinskneehtschaft” haar neer-
slag hebben gevonden; deze theorie werd tot dusverro
in Dui tschland verworpen.
De Rijksbank heeft haar disconto eveneens van
8 tot 7 püt. verlaagd en cie banken zijn met haar
rentetar i even gevolgd. Deze maatregel heeft eveneens
verlaging van cie productiekosten ten doel. Toege-
geven moge worden, dat de huidige rente buitensporig
hoog is en een verlaging, evenals van de bonen, aan
industrie en landbouw ten goede komt. Dit ver-
anciert helaas niets aan het feit, dat •de marktrente
wegens gabrek aan aanbod van kapitaal veel hooger
is (8 pOt. Goudpandbr.ieven iioteerclen 64 pOt., 8 pOt.
Gemeente-obligaties 46 pOt.). De renteverlaging is
dus zuiver fictief en herooft de bezitters van effecten
van een deel van hun kap i taal.
3e. De Spoorwegen en cle Posterijen zullen hun
tarieven aanzienlijk verlagen, hetgeen mogelijk zal
zijn door een loonsverlaging. Gas-, water- en electri-
citeitstarieven blijven in het aigemeqn onveranderd.
4e. Teneinde cie verlaging van cle bonen en sala-
rissen voor den enkeling iets ‘dragelijker te maken,
werd een verlaging van cle woninghuren van 10-15
pOt. verorciend, een verlaging, clie den eigenaar
door verlaging van de rente en afschaffing van de
huurbelasting in i nder zwaar zal treffen. Ten ei tide
cle beteekenis van clezen maatregel voor de par-
ticuliere huishouding naar haar juiste waarde
te schatten, zij er op gewezen, dat cle huren in het
kader van het totale verbruik gemiddeld slechts 10-
15 pOt. bedragen. De verlaging van cle huren is clu
als compensatie voor de algemeene verlaging van. cie
inkomens na uweiijks merkbaar.
5e. Tenslotte moeten de in cle noodverordening ge-
noemde prijsverlagingen eveneens dienen tot daling
van •de kosten van levensonderhoud. Zij hebben echter
slechts betrekking op de prijsafspraken, d.w.z. op cle
prijzen van kartel- en ‘niericartilcelen. De prijzen,
clie aan de vrije concurrentie onderhevig zijn, blijven
niet alleen onveranderd, doch ook andere vormen van
overeeugelcomen prijzen, in de eerste plaats de prij-
zen van iandbouwartilceien, die krachtig beschermd
worden en voorts cle prijzen van alle diensten van
publiekreclitalijke instanties (met uitzondering van
de tarieven der Spoorwegen en Posterijen).
Besc.hoi.iwt men thans het complex van maatregelen
in zijn geheel, clan ktii nien zeggen, dat cle producen-
ten van kartel- of merkartikelen bij hun calculatie
ei• in geen geval beter voor staan clan tevoren, omdat
cle verlaging v an cle verschillende koste.nbestanciclee-
ben nauwelijks cle hLlii opgelegde prijsverlaging l)e-
naderen. :De landbouw en de vrije industr.ie zullen
er i)ij hun beclrijfscalculatie eerst hij winnen, om-
(lat ‘de prijzen onveranderd blijven, terwijl cle kosten
dalen. Al deze ‘bedlrijfstakken, voor zooverre zij con-
sump ti egoederen vervaardigen, staan echter onder
invloed van dien pnijsdruk en de vermindering van
den afzet als gevolg ‘van cle door den Staat gedecre-
teercie algemeene verlaging van de inkomens. Alleen
cle landbouw mag hopen over liet geheel eeni iclei-
ne winst te verkrijgen, omdat voedi ngsmniddelen
liet ‘vaste bestanddeel van elice ‘huishouding vormen,
terwijl alle andere bedrijfstaklcen per saldo met ver-lies zullen werken. Daarbij komt nog le invloed ‘van
cle verhooging dier omzebbelasting – waarvan belang-
rijice landbouwprodlucten eveneens zijn vrijgesteld -,
waardoor een grooter gedeelte van de totale opbrengst
uit (en afzet clan tot dusverre aarL den fiscus moet
word en betaald of, voorzooverre de belasting’erhoo-ging in de prijsverhoogingen tot uitclruklcing bcomt,
er nog minder ‘clan tot dlusverre zal worden verbruikt.
Voor zooverre er ook maar ergens een klein overschot
zal zijn, zal dit tot terugbetaling van ‘de credieteij
worden gebezigd en claarme1e uit de circulatie ver-
dwijnen.
Wat zullen dus de economische gevolgen van de
noodvérordening zijn? Het is duidelijk, dat zij liet
volk nieuwe lasten oplegt. Zij ontneemt den consu-
menten veel en geeft den producenten niets. Menige
industrie (de industrieën ‘van kapitaalgoecleren en cle
industrieën van de hoogere consumptiegoederen)
wordt zelfs dermate geschaad, dat een verdere stij-
ging ‘van de werkloosheid te verwachten is. De cradiet-
waard igheici der onclern emingen zal verder vermin-
deren, omdat tegenover cle schulden in ongewij-
zigde nominale bedragen lagere nominale inlcomsten
staan. Alleen de fiscus schijnt door een hoogere om-
zetbelasting winst te maken. Doch ook deze winst is
zuiver fictief; want men kan gemaickelijk berekenen,
dat, tengevolge van de i’ciIagin van de bonen, sala-
rissen, rente, vrachten en
prijzen,
de inkomsten-, Ica-
pitaalopbrengst-, en omzebb’elastingen in die mate
zullen afnemen en bovendien bij ‘de spoorwegeP- ‘en
de bedrijfsbebasti ogen telcorten zullen ontstaan, die
de grootëre opbrengst als gevolg van de ‘verhoogde
omzetbelasting ‘verre zullen overtreffen. En de land-bouw, de eeuige ‘bedrijfstak, cie bij de noodverorde-
ning wint, is reeds zoo verarmd, ‘dat daar reeds sedert
gerui’men tijd geen belasting meer wordt betaald. 1-Tot
begrootingsvraagstuk ‘wordt daardoor dus niet opge-
lost, doch verder’v erzwaarci.
De regeoring heeft er den naciruic op gelegd, dat
ctt cle laatste poging tot saneeniug van cle begrooting
is en dat de deflatie door deze ingrijpende verande-
ringen ineens zal ophouden. Wanneer men de regee-
ningsmaatregelen zui ver naar hun waarschijnlijke
resultaten waarcieert en van alle principiëele ‘beden-
Icingen afziet, dan ‘behoef t men geen profeet te zijn,
om te voorspellen, dat zij schipbreuk moeten lijden.
Wanneer wij zoo ‘doorgaan, dan zullen wij, zooals
Keynes eens oJ)merlcte,
0])
een goeclen dag onze be-
•grooting met een nul aan w’eerskanten in evenwicht
‘hebben gebracht, terwijl wij allen verhongerd op onze
ruggen zullen liggen. De toekomst van de valuta is echter niet van den Dui,tschen uitvoer afhankelijk,
dloch alleen van ‘liet resultaat der onderhandelingen
over de Stilihalte- en het ‘herstelvraagstulc. Het be-
grootingsprobleem ial liet Duitsche bedrijfsleven blij-ven verontrusten en liet meerendeel der bevolking zal
spoedig inzien, dat handhaving van de wettelijke goud-
par-iteit van den Markeulcoers met een verarming van
‘liet geh ccle volic te duur betaald is.
1088
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931
DE INTERNATIONALE POSITIE VAN DE DUITSCHE
RADIO-INDUSTRIE.
De 1-leer A. Friedrich te Berlijn schrijft ons:
De Telefunken-Gesellschaft für drahtlose Telegra-
phie m.b.IT., die kort geleden met-de Philips Gloei-
lampenfabrieken N.V. een’.belangengemeenschap van
wijde strekking heeft aangegaan, neemt in hoofdzaak
door haar patenten de eerste plaats in de Duitsche
radio-industrie in. Door deze overeenkomst wordt de
machtsverhouding van heide groepen, met name in den
bui zenhandel, definitief geregeld, vooral wat de Duit-
selie markt zelf betreft. Hieraan was reeds eenige
maanden geleden een overeenkomst tussehen de Tele-
funken-G eselischaf t en de TeKaDe-groep (Süddeut-
sche Telephonapparate, Kabel- und Drahtwerke A.G.),
voorafgegaan. Tolgens deze overeenkomst deed de r1
KaDe-groep, die tot dat tijdstip in den buizenhandel
als concurrent optrad, afstand van de fabricatie en
den verkoop van gewone radiobuizen en beperkt zich
thans tot buizen voor luidsprekers voor toestellen der
sprekende film en sterke luidsprekers. Sindsdien is
nog slechts als eenige concurrent op de Duitsche
markt voor racliobuizen overgebleven de Radioröhren-
fabrik Hamburg vorm. Müller (Valvo-buizen), een
reeds jaren tot het Philipsconcern behoorende onder-
neming. De verhôuding tusschen den omzet van
radiobuizen van Telefunken en dien van Philips-
Valvo op de Duitsche markt was in den laatsten tijd
ongeveer als 2 : 1.
Ondanks de zware concurrentie, waaronder de Duit-
sohe radio-industrie, zoowel wat den handel in buizen
alsook in ontvangtoestellen en onderdeelen betreft,
te lijden heeft, is de toestand in -deze industrie toch
betrekkelijk gunstig. In het begin van het jaar werd
de bruto-roductiewaarde van deze industrie op
R.M. 150-200 millioen geschat en’ men mag gerust
aannemen, dat de jaarljksche productiewaarde in-
middels nog eerder is ‘toe- dan afgenomen. In de
eerste plaats heeft de groote Dtmitsche radio-tentoon-
stelling, die in het midden van 1930 en 1931 te Ber-
‘ijn is gehouden, in hooge mate tot verlevendiging
van den handel bijgedragen. Door de oprichting van
groote zenders met sterke capaciteit werd bovendien de ontvangst ten plattelande en in de kleinere steden
aanmerkelijk verbeterd, waardoor het aantal lui ste-
raars, zelfs in den laatsten tijd, nog kon toenemen. In
de periode van 1. April 1930 tot 1 April 1931 steeg het
aantal radio-luisteraars in Duitsc:hland van 3.24 tot
3.73 millioen. Het aandeel van gezinnen met ont-
van’gtoestellen steeg in hetzelfde tijdvak van 21.1
tot 24.3 pOt., zoodat voorloopig van een verzadiging
van deze markt nog in het geheel geen sprake is. Ook
voor den as. winter mag weder op een stijging van het aantal luisteraars gerekend worden, nadat in de
zomermaanden tengevolge
an seizoensinvloeden een
kleine achteruitgang is ingetréden. Zoowel de grootere concurrentie als ook de over-
gang tot massafabricatie was gunstig voor de ontwikke-
ling van deDuitsche radio-industrie in de laatste
jaren. De volgende cijfers toonen aan, dat de
Dwitsche
invoer
in de laatste zes jaren tot 1029 voortdurend is
gestegen, in 1930 echter voor de eerste maal is ge-
daald. De uitvoer is tot 1930 ononderbroken gestegen
en heeft tot dusverre ook in 1931 betere resultaten op-
geleverd dan in het voorafgaande jaar. l)e waarde van
dèn Duitschen
i.eitvoer
van radiotoestellen bedroeg in
het eerste halfjaar R.M. 35.28 millioen tegenover 32.10
in dezelfde periode van 1930, terwijl het gewicht van
den uitvoer in dezelfde periode nog nleer steeg dan de
waardé, t.w. van 2.910 tot 3.580 ton.
1)e
buitenle ndsc’he handel van Duitsche radio-toestellen
iii millioen Mark.
Jaar
invoir
uitvoer
1925
………………
04
32
1
30
1026
……………
2,73
35,90
1927
……………
4.23
41,98
1928
……………
6.76
49,35
–
1929
……………
11.60
61,32
1930
……………
10,81
78,20
Ter vergelijking diene, dat van de voornaamste uit-
voerlanden van radiotoestellen alleen de Ver. Staten en Oostenrijk in 1.030 een toeneming te zien gaven;
de uitvoer van de Ver. Staten is ‘van $23,07 tot 23,45 millioen en die van Oostenrijk van S. 13,70 tot 14,67
inillioen gestegen. Aan den anderen kant daalde de
Nederiandsche u i.tvoer van
f
81,46 tot 66,33 millioen en de Engelsche van f 1.177 tot 1.1.41 millioen.
De vier belangrijkste uitvocrlanden van radiotuc-
stellen, Nederland, Ver. Staten, Duitschland eii
Groot-Brittannië ‘be-heerschen tezamen rond 85 pOt.
van, den wereld uitvoer. De totale waarde van clezen
uitvoer ‘bedroeg in 1929 R.M. 319.886 en in 1930
R.M. 314.343 millioen. De volgende tabel toont, hoe
het aandeel van deze vier landen als gevolg van de
zoocven vermelde toe- of afneming van den uitvoer
t.o.v. het genoemde totaalcijfer is verschoven.
Uitvoer van radio-toestellen
in R.ii. 1000.
Aandeel in % Landeu
Waarde
1929
‘Waarde
1930 1929 1930
Nederland
137.666
112.294
43
36
Ver. Staten ……
96.894
100.569
30
32
])uitschlancl
61.315 –
78.204
19
25
Groot-Brittannië
–
24.011
23.276
8
7
Totaal ……..
319.886
314.343
100
100
Al is, zooals -deze tabel aantoont, de volgorde der
uitvoerlanden nog niet gewijzigd, toch ‘valt het op, dat, terwijl de Duitsche uitvoer van radiotoestellen
in 1020 slechts 44 pOt. van den ‘Nederlandschen heeft
bedragen, dit percentage in de eerste helft van 1931
reeds tot 84 is gestegen.
Terwijl
Duitschland, zoo-
als reeds vermeld, in de e’rste helft van 1931 voor
een waarde van R.M. 35,28 millioen exporteerde,
bedroeg de Nederlandsche radio-uitvoer f24,78 mil-
lioen of R.M. 41,87.
In overeenstemming met de gunstige ontwikkeling
op de binnen- en buitenlandsche markt waren ook de
bedrijfsresultaten van de Duitsche radio-ondernemin-
gen gunstig. Van de
Telefu’n,leen O.nn.b.H.,
met een
kapitaal van R.M. 2 millioen, voor de helft in handen
van de A.E.G. en van ‘de Siemens & Ilalske A.G., zijn
de winsten niet bekend. Deze onderneming, die radio-
stations bouwt, en radiotoestellen en ‘buizen vervaar-
digt,
leeft
bovendien den alleenverkoop van de radio- 1
toestellen van het Siemens-concern en van de A.E.G.
Nadat Siemens en A.E.G. sedert eenige maanden den
verkoop van hun ra-diotoestellen hebben gestaakt en
de Telefunken-G’esellschaft thans uitsluitend den ver-
koop van ‘de beide moedermaatschappijen ter hand neemt, komt haar positie ongeveer overeen met die ii
van de Radio Oorporation of America v66r de over-
neming van de
–
fabricatie (begin 1930).
Van verschillende ondernemingen in de radio-in-
dustrie is het fioanciëele resultaat, tengevolge van de
veelzijdigheid ‘van haar productie, niet ‘bekend. De
Telephon-Fabrii Berliner A.G.,
welke thans tot het
coucern van de Standard Elektrizitiits-A.G. (I.T.T.-
concern) behoort, maakte, wat het laatste ‘boekjaar
betreft, melding ‘van een algemeenen achteruitgang
van den omzet, waarbij zij er op wees, dat de afzet
van radiotoestellen ‘bevredigend was geweest. Zoo bood
ook bij de
C. Loven-s A.G.
(eveneens 1.T.T.-concern)
dle radio-afdeeling in 1930 een gedeeltelijke compen-
satie voor den achteruitgang in den telefoonhandel.
Bij de
Aron-werke Ele1ctrizitiis-A.O.
bleef de afzet
van meters, electrische klokken, meetinstrumenten
enz. wel verre beneden dien van 1029, doch de verkoop
van radiotoestellen was zoo groot, dat de resultaten
niet slechts ten aanzien van de hoeveelheid, doch.00k
van de waarde ‘vergeleken met 1029 werden overtrof-
fen. De netto-winst daalde in. totaal slechts van R.M.
0,92 tot 0,81. millioen, zoodat hij een aandeelenkapi-
taal van R.M. 4 millioen het voorloopig dividend
(10 pOt.) zonder moeite kon worden gehandhaafd.
,De verkoop van de radiotoestellen dezer maatschappij –
geschiedt .door de
Nova-Radio G.m.b.H.,
die ook in
het buitenland, inzonderheid in West-Europa, groote
16 December 1931.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1089
afzetgebieden heeft verworven. Na de groote Duit-
sche radiotentoonstelling van Augustus 1931 ver-
klaarde de maatschappij, ‘dat zij met het resultaat
buitengewoon tevreden was.
De Raclio-A.G. D.S. Loewe,
die met een betrekke-
lijk klein kapitaal (R.M. 1,50 millioen) werkt, be-
haalde in 130 een nettowinst van R.M. 0,10 millioen
(in 1920 R.M. 0,9 millioen). Zij kèerde een ‘dividend
van 5 pOt. uit.
De Ideccl-Wcrke A.G. für drahtlose Telegrap/vie
(‘bekend door haar
,,Blaupunlct”-toestellen),
met een
aandeelenkapitaal van R.M. 1,50 millioen, maakte in
1930 een netto-winst van R.M. 0,19 millioen teeo
R.M. 0,16 millioen in 1920. Ook hier werd het divi-
dend van het voorafgaande jaar (6 pOt.) gehandhaafd.
in de laatste jaren was het aandeel van den b
u
ite
n
landschen verkoop in den totalen omzet zeer aanzien-
lijk en ‘bedroeg zelfs tijdelijk twee derden. In 1929
richtte zij in Londen een dochtermaatschappij op met
een kapitaal van £ 80.000 en in 1930 één in Parijs met
een voorloopig kapitaal van Fr. 3 millioen gewone
aandeelen en 1000 oprichtersbewijzen. Onder de belangrijkste Duitsche radio-ondernemin-
gen is er slechts een, die in het afgeloopen jaar met
verlies heeft gewerkt, en wel ‘de
Racliowerlce Schnei-
der—O pel A.G.
te Frankfurt a. Main (aandeelenka-
pitaal R.M. 300.000), die een verlies van R.M. 17.000
te zien gaf.
Een rol van beteekeujs in den Duitschen radiohan-
dcl speelt ook cle
Deutsche Orarnophon A.G. (Po-
lyphon-concern), clie gecombineerde spreek- en ont-vaagtoestellen op de markt brengt.
De eerste maanden van 1930 waren voor de Duit-
sche radio-industrie uiterst critiek. De afzetmoge-
lijicheden voor on tvangtoestellen, lui dsprelcers en on-
clerdeelen gingen sterk achteruit, in verband met de
verminderde koopkracht. Inzonderheid door de groote
D u itsche radiotentoonstelling kwam hierin echter ver-
andering, vooral ‘ook, doordat de prijzen van de
groote ontvangtoestellen door de fabrikanten sterk
waren verlaagd. 1)e gemiddelde waarde van groote
ontvangtoestellen bedroeg in den aanvang van 1930
nog ongeveer R.M. 400, terwijl deze thans tot onge-veer •de helft is gedaald. Zonder deze prijsverlaging
ware liet niet mogelijk geweest de bovenvermelde gun-
stige uitvoerresultaten te verkrijgen.
Uit het officiëelc communiqué inzake de belangen-
gemeenschap tusschen de Telefunken G.m.b.H. en
Philips ‘blijkt, dat de overeenkomst in de eerste plaats
‘de ontwikkeling van de radio-industrie door ‘bevorde-
ring van het gebruik ten doel heeft. Men kan aan
deze uitspraak zonder twijfel waarde toekennen, om-
dat de ondervinding heeft geleerd, dat de radio-indus-
trie de beste financiëele resultaten bereikt, wanneer
de gevolgen van de rationalisatie, die bij ‘de fabricati.e
en den verkoop kunnen worden verkregen, zpovdel
mogelijk ook in prijsverlaging tot uitdrukking Icomen.
AANTEEKENINGEN.
De deviezenpositie van de Duitsche Rijksbank.
Het is een opmerkelijk verschijnsel, dat de week-
staten van de Duitsche Rijksbank in de laatste maan-
den voortdurend een daling van de goud- en. devie-
zenportefeuille toonen. Terwijl per 31 Aug. jl. de
goudvoorraad en deviezenportefeuilie tezamen R.M.
1.722 millioen bedroegen, waren deze posten per
30 Nov. jl. gedaald tot R.M. 1.115 millioen.
Immers in verband met het Hoover-moratorium en
de Still’halte-overeenkomst eenerzij’ds en het groote
uitvoersalclo van de han cl elsbalaris anderzijds, had
men een ontspanning op de geld- en deviezenmarkt
mogen verwachten.
De voornaamste oorzaak van de onbevredigende
deviezenpositic is volgens het jongste mhand’bericht
van cle i)eutsche Banlc and Disconto-Gesellschaft aan
cle in het kader van de Sti.11halte-overeenkomst plaats
heblende groote terughetalingen van ‘buitenlandsche
credieten toe te schrijven. Het betreft hier in de
eerste plaats het vrijgegeven Markentegoed van het
buitenland en voorts in hoof’dzaalc seizoeneredieten,
die niet onder de Stilihalte vallen. Aan ‘den anderen
]ca’iit streven de Duitsche debiteuren in verband met de onzekerheid van de internationale monetaire toe-
standen en ten •deele ook in verband met de door de
conjunctuur verminderde behoefte aan geld er naar om hun buitenlandsche schulden af te lossen. Vol-
gens de Rijksbank zijn deze ondanks de Stillhalte-
overeenkomst terugbetaalde credi eten zeer aanzienlijk.
Sedert einde Juli is naa’r schatting ruim 1 milliard
R.M. terugbetaald, waarvan alleen reeds rond R.M.
700 millioen in de periode van begin September tot
en met de eerste week van November. Geheel afge-
zien van de voor rente en aflossing van de buitenland-
sche leeningen op langen termijn ‘benoodigde bedra-
gen, zou de deviezenportefeuille van de Rijksbank in
het genoemde tijdvak zonder de effectieve credietver-
effening met ruim R.M. 200 millioen zijn toegenomen.
De omvang van de ‘betalingen aan het buitenland
verklaart dus reeds voor een groot deel, waarom tot-
dusverre een deviezenreserve uit de uitvoeroverschot-
ten niet kon worden verkregen. Hierbij komt nog een
andere factor, t.w. de tegengestelde ontwikkeling
van cle betalingsmodaliteiten van in- en uitvoer.
Bij den invoer geschiedt de ‘betaling meer en
meer h contant. De Duitsche importeur wil zoo min
mogelijk gebruik maken van het buitenlandsc’he rem-
bourscrediet, ‘hetzij wegens de hooge kosten, die hier-
aan verbonden zijn, hetzij wegens een algemeenen af-
keer van het aangaan van valutaverbintenissen op
langen termijn met het oog op de onzekerheid op
monetair gebied. Daarentegen komen ‘de vorderingen
uit hoofde van uitvoer veelal niet onmiddellijk bin-
nen; veeleer moet bij den uitvoer uitstel van beta-
ling worden verleend, dat langer wordt naar mate
cle toestand op de wereldmarkt ongunstiger en de
strijd om de afzetgebieden heviger wordt. De realisa-
tie van de opbrengst uit hoofde van verkoop in het
buitenland is eerst na afloop van zeer lange crediet-
termijnen mogelijic, welke bijv. voor Rusland, waar-
heen Duitschland in den loop van de eerste 10 maan-
den van dit jaar voor R.M. 600 millioen heeft uitge-
voerd, soms 18 maanden beloopen. De verbetering van
de handelebalans op de deviezenbalans zal dus eerst
na verloop van eenigen tijd haar invloed doen gelden.
De buitenlandsche handel geeft voor de eerste 10
maanden van ‘het loopende jaar een uitvoeroverschot
van R.M. 2 milliard te zien. Bij haar pogingen om
ook in de toelcomst even groote uitvoeroverschotten
te verkrijgen, zullen de Duitsche uitvoerindustrieën
voor grootere moeilijkheden komen te staan.
INGEZONDEN STUKKEN.
KINA-RESTRICTIE.
Mr. P. Leendertz, Voorzitter van het Kina-Bureau,
te Amsterdam, schrijft ons:
Door ‘den Heer Oransberg is in zijn artikel ,,Kina
en Rubber-restrictie” in het nummer van Economisch-
Statistische Berichten van 28 October jl. het effect
van cle restrictie in de kina-cultuur besproken, aan de hand van de rede door Dr. M. Kerbosch te Ban’doeng
gehouden en. gepubliceerd in ,,De l3ergcultures” van
5 September ji.
liet is niet mijne bedoeling hier overigens op voor-
meld artikel of op bedoelde rede in te gaan. Slechts
ineen ik, nu anderen (Prof. Verrijn Stuart, in zijne
noot
01)
pag. 964 van Econ.-Stat. Berichten van dit
jaar) het artikel met instemming inhalen, hier een
blijkbaar ontstaan misverstand te moeten recht zet-
ten, hetwelk and ers verdere gedachtenwi ssel i ngen over
cul tuur-restricti es zou kunnen ‘belemmeren.
ie term ,,restrictie” wordt niet steeds in denzelf-
den zin gebezigd, doch daarmede ‘wordt in de thans
1090
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931
eClV1i idige PubliC(LtieS over rubbei- en thee-uestric-
Lie toch wel steeds bedoeld, cciie al of niet wettelijk
oorgeschreveri be1)erking van den aaiiplant, althans
van. cIe productie, terviji men claaihij aauiieemt, dat
de VerkOOi) van fiet
.1)rO’d
uct Vrij blijft ; neri verwacht regulee:ti ng vail dIO markt door cle bO})eik lig dlC
productie.
Ten aaiizien van cI.e Id na-cultuur is cle zaak precies
omgekeerd : cle p.roductje is geheel vrij, maar de ver-
k001) is I)ei)erkt .1 iiimers, gelijk bekend, zijn vrijwel
alle plan ters lid van de Vereeniging ‘van Kinabast-
Producenten o Neder1an’dsh-In did en heeft deze
Vereen igi ng met een Combinatie van lcinirie-f abri-
kanten de Kina-Ovoreenkonist aangegaan, welke in-
houdt, dat de Tereniging alleen aan de Combinatie
zal verkoopen, deze alleen van cle Tereenigir.g kina-
besten zal koopen. De grootte van deze te verkoopen
hoeveelheid word t bepaal cl door de totale afzet door fabrikan ten ve r icini.ne en andere kin a’bast-pr&duc-
ten. Er wordt dus niet meer kinine ce.
01)
de markt
gebracht clan deze kan opnemen.
Doch in de Vereen iging zelve is den ieden-planters
geen. enkel verbod van uitbreiding hunner cultuur
gegeven. En daar de ki na-cultuur niet, als hij’. de
suikercultu ur, dlie
JS
vail een éôlIjarig gewas, brengt
de verkoop-beperking ook niet vrijwel automatisch een
a.auplan t of prOdluCtie-beperki ng mede, hetwelk vol-
gens J)r. Kerbosch bij het aangaan der Kina-Overeen-
komst werd. beoogd en hetgeen voor ‘de suiker door
de export-regeling van hct Chadbourne-pian ook fei-
telijk is verkregen.
Nu werd reeds lang voor ten aanzien van cle andere cultures het woord ,,restrietie” een clagelijksch onder-
werp van gesprek was ‘geworden, in de koawerelcl van
hare ras triëtie” gesproken, waarmede clan echter
iii teiaard ‘deze geschetste ,,afzet-restr.ictie” werd be-
doeld.
in dlie beteeken is, hoewel cli t niet scherp tot uiting
komt, werd het woord ook door Dr. Kerbosch in zijn
boven na ngehaalcle rede gebruikt. I:l.ij had niet ndocii g
cle beteekenis nader te defi nleeren, daar in het milieu
waan
Ii
cle rede werd utgesproken, deze zonder meer
cl u i d dijk was.
De portée van zijn betoog is, dat er geen pruduc-
tiebel)erki ng in cle kina-cl:Iituun bestaat en dat men
daardoor thans tot ougewenschte resultaten kom t. Om
zijne eigen woorden aan te halen:
,Het zal duidelijk zijn
gelijk bij de kitia-etiltitur ,
restrictie een gezonde maatregel kiut zijn, echtei’ uitsluitend
en alleen
01)
conditie dat er gedurende (te toepassilig
ilci’
restrictie geen uitbreiding plaats heeft op grootc schaal en
dat cle toch niek der cultuur geene grootc vorderingen maakt,
waai’door liet productie-verillogen
1)01 CCII
held sterk gaat
stijgen”
cii
verder : ,Niet alleen is (te aanpla it sedert het
tot stand komen van
dc
.Kiiia-Overeenkomst sterk uitge.
bl’eid, maar ook het productie-s’ ermogen der oiiderneuiingen
is door toepassing van betere cIlltlIilr.tcch ii ische niaatrege-leti sterk toegenomen.”
Men lan dit betoog, hetwelk aantoonen wil, ‘dat men
in de ‘praictijk slechte onderv.inclngen moest opdoen
u ist om’da t men een productie-beperking (clie iii casu
een ,,gezoncte maatregel” kon zijn) niet invoerde, toch
voorzeker niet als argument er voor aanvoeren, gelijk
de Heer Crans’berg doet ,,’da t die onclervinclingen eens
te meer cl ui delijk aan toonen, dat cle bezwaren tegen
productie-beperking iii et slechts theoretisch volkomen
veran twoorcl zijn, doch ook door cle werkelijkheid vol-
ledig bevestigd vorc1en”, noch ook daarui.t verstaan,
dat hier ,,van volstrektgezaghehbende zijde” een geval van procluctie-heperlcnig ,,tot eene mislukking is ver-
lc]aard”.
0
1) de zaak zelve zal ik niet ingaan. Mijne bedoeling
is slechts te waarschuwen tegen het maken van oogen-
schijnlijk voor cie hand liggende, maar inderdaad niet
opgaande, vergelijlcingen van andere cu.ltures met cle,
zich in een geheel specialen toetand bevindende,
kina. Zulks nog te meer wegens de door Dr. KerbQsch
rèecls vermelde, door de feiten bewezen merkwaardige
omstandigheid, dat voor dit product prijsverlaging
geene, althans vrijwel geene afzetvergrooting mede-
breng t.
a s cli r i f t. Het is ontegenzeggelijk waar, dat
iedere cultuur haar ,,speei a.ien toestand” heeft, waar-
mede hij het maken
‘i(TI
vergelijkingen met andere
rekening moet worden gehouden, en het is mij ‘bekend,
(lat de restrietie in cle lciiiaeultuur niet met beper-
king der productie voor de aangesloten oiiclernemiu
gen gepaard gaat. Iii dle eerste plaats echter zou,
naar aangenomen mag worden, een prodluctiebeper-
kin,g voor cle bij cle K’i na-0vereenkomst aangesloten
ondernemingen slechts een nog grootere uibbreidiiig
van den aanplant door ,,ou tsiclers” tengevolge heb-
ben gehad, in cle tweede plaats zijn dle
andere
gevol-
gen eener ,,restnïctie”, indien zij wèl met ,,productie-
beperking” gepaard gaat, zoo mogelijk nog ernstiger dan zonder procluetieheperkiog. immers, hoe ,,veili-
gen” zich de producenten kunnen voelen – en veilig
zouden
zij zich voelen als een groote onverkochte
voorraad en een enorme potentiëele productie hen niet geregeld aan den funclanienteet ongezo.nden toestand
hunner cultuur heninnerden – hoe meer zich cle
drang tot, ‘verhoogi ng der verkoopprijzen zal doen
gelden ‘en hoe ineen cle’drang tot kostpnijsverlaging zal
verslappen. Economisch en. maatschappelijk ‘heeft in-
grijpen in het natu url i,jk proces dier prijsvorming, in
welken vorm dat ook geschiedt, steeds vrijwel dezelfde
gevolgen en voor het ‘doel, waarvoor ik haar ‘gebruikte, namelijk w’aarschuweu tegel). cle gevolgen van rubber
–
restrictie, ging tn.. cle gemaakte vergelijlcing dus vol-
Icomen op. JIn dit licht bezien staat cle vraag, of hij
het speciale product ki naprijsverlag.ing afzetvergroo-ti lig zou heteelcenen, bui ten cle dl iscussi e; nochtans
Ilieen ik, clean er colge’ns de rede van Dr. Kerbosch
zelve w’el degelijk een groote lii lente vraag naar lci.ru ie
aanwezig is, te moeten ‘blijven betwijfelen of ‘hij een
t tij5, waartoe ki li 11e loonencl geprôcluceerci zou ku ii-tien wonden, zèncler clie 1.8 jaa.r ,,protectie”, niet groota
Id
eu ve a’fzetgeb.ieclen aai:i cle hesta ancle toegevoegd
bi l cl en k tuinen worden. Cr.
-.
MAANDCIJFERS.
OVERZÎCHT DER OPBRENGSTEN VAN
HE’i
STAATSBEDRIJF DER P.T.T.
AUGUSTUS 1931.
Werkelijke
Meer of minder dan
Omschrijving
opbrengst
1930
Begrooting
Aug.’
1931
f
2.911.720
–
f
18.675
f
77.430
,,
455.734
–
78.642
–
,126.366
Posterijen
…….
,,
1.962.959
+
96.993
–
9.841
Telegrafie
…….
Telefonie ………
Postcheque-
en
Girodienst
…….
381.030
+
13.485
.4-
14.530
Totalén ……..
5.711.443
1+
f
13.161
f
199.107
GIRO-OMZET BIJ
DE
NEDERLANDSCHE BANK
Sept.
1931.
11
Sept.
1930
–
Posten
I
Bedrag
11
Posten
I
Bedrag
Rek.houders
49.038
fl
.957.942.00O 49.638
f
2.832.371.000
Door 11.-bank
plaatselijk
35.018
,,1.611.891.000
37.561
2.508.400.000
Voldoening Rijkshelast. 1.138
•,
11.303.000
1.143
,,
12.034.000
RIJ KSPOSTSPAARBA
NK.
AUGUSTUS
1929
1930
1931
f
12
.
937
.
536
f
13.009.083f
15.782.891
Terugbetalingen
. . .
,,
10.929.371
,,
10.384.007
10.634.411
Inlagen
…………
Tegoed
inleggers
1)
342.278.617 357.875.887
399.564.89
Nom. bedr. der uitst.
staatschuidboekjesi
42.725.450
42.841.150
43.109.75(
Spaarbankbdekjes:
Nieuw uitgegeven 11.205
11.248
‘
12.651
Geheel afbetaald
.
7.506
7.148
6.77C
In
omloop
1
)
2.095 278
2.133.561
2.191.671
1)
Op ultimo.
16 December 1931
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1091
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B.
beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.
BANKDISCONTO’S.
.
d
(Disc. Wissels. 3
29Sept. 31
Lissabon
….
7
8Aug.’31
Bk
Bel.Binn.Eff.
4
2Sept.31
Londen ……
6 21Sept.’31
!,Vrsch.inR.C.
4
29Sept.81
Madrid ……
64
8Juli’31
Athene ………
11
29 Oct.’31
N.-YorkF.R.B.34
15 Oct.’31
Batavia ……….
4410 Mrt.’SO
Oslo
……..
6
17 Oct.’31
Belgrado
……..
7420 Juli’31 Parijs
……
24
9Oct.’31
Berlijn ………..
7
9
Dec.’31
Praag
……
64228ept. 31
Boekarest……..
8
31 Mrt.’31
Pretoria
….
6
13
140V.
’31
Brussel ……….
2431 Juli’30
Rome……..
7
28Sept.’30
Budapest ……..
8
10Sept.’31
Stockholm
..
6 17 Oct. ’31
Oulcutta
……..
8
22Sept.
1
31
Tokio
……
6.5747s
1
ov.’31
D.mtzig
……..
5
24Nov.’31
Weenen ……
8.11Nov. ’31
aelsingfors ……
8
26 Oct.’31
Warschau
. .74
3 Oct.
1
30
1npenbagen
….
6 26Sept.’31
Zwits.Nat.Bk.2
22Jan.
1
31
GELDKOERSEN.
OPEN MARKT.
1931
II 1930 II 1929 II 1914
12 Dec.
7
1
1
2 130 Nov.tj 231
2
88!13
1′
01
1
4
20124
Dec.
5 Dec.
II
Nov.
Dec. ii Dec.
11
Juli
Amsterdam
Partic.disc.
1
11′
1
13
/16.1
1
116
7
I8-1
I
js
1
1
12
II
Prolong.
1
1
11
I2
7
/8-1 ’14
1
126-
7
116
31
14_
9
116
11143/4
313..4 3
1
I8_
3
/6
214-3/4
Londen
Dageld.’..
2
1
12-5
2
1
/,-5
3-5
1
1,
4
1
1-6
1-2
4_534
1314-2
Parlic.dlsc.
5314-6
5314.
6
5111
14
_6
5
11
11e-6
2
3
116-
3
/6
4
11
116.7/8
4
1
14.3/4
Berlijn
Daggeld…
7-8
7-10
8
1
1’2-I
1
8-912
4-6
1
12
51129
–
Maandgeld
6-7
6-I1
8-11
8-11
–
–
–
Part, disc.
7
7-8
8
8
43j
4
7j
5
6 s-7
2
1
I8-‘2
Waren-
wechsel.
7
7-8
8
7’1-8
5
1
4_
3
18
731
4
-.
t’lew
York
DageId
1)
211
2
_3J
4
261_3/
4
1
1
12_2
1
14
2
1
12
3
j
2. 3,,
41J
4314
131
4
21(
3
Partic.disc.
3218
311
1
1
11
3
1
18
2
1
4
1
6
1)
Koers van II Dec. en daaraan voorafgaande weken tjm Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN I’EDERLAND.
1)0
to
New
Londen
Berl
(j
n
Par
(t
s
I
Brussel
Batuvla
Vork’)
‘,I
‘.)
‘)
1)
8 Dec. 1931
2.48 8.10
57.40
9.714
34.50
99
9
,,
1931
2.48
8.25
58.60
9.72
34.50
99
10
»
1931
2.477/
s
8.18 58.45
9.72/
t
34.50
99
11
1031
2.477,
8.21
58.60
9.73
34.50
99
12
,,
1931
2.47s
8.30 58.65
9.71k
34.474 99t,
14
,,
1931
2.475
8.53 58.80
9.74
34.40
99sf,
Laagsted.w.1)
2.4720
8.-
56.50
9.6841
34.374 99
Hoogste d.w’)
2.4825
8.60
58.90 9.731 34.55
7 Dec.
1931
2.48 8.05
56.90
9.70
34.55
99
30 Nov. 1931
2.49ij,
8.57
59……
9.734
34.524 99
Muntpariteit
2.4878
12.1071
59.263
9.747
34.61f2l 100
Data
sr1a’id
Wee,,en
Pran
Boeka-
Milaan
Madrid
8 Dec. 1931
48.25
35.25
7.38
1.48
12.60
20.34
9
,,
1931
48.25
35.25
7.38
1.48
12.70
20.474
10
1931
48.25
35.25 7.374
1.48 12.75
20.60
11
1931
48.271/
4
35.25 7.374
1.48 12.75
20.55
12
1931
48.20
35.25
1
7.374
1.48
–
14
1931
48.2734
35.25
7.36
1.48
12.75
20.90
Laagsted.w.’)
48.15
–
7.30
1.44
12.55
20.-
Eloogsted.wl)
48.30
–
7.42 J,
1.50
12.80
21.20
7 Dec.
1931
48.25 35.25
7.38
1.48
12.55
20.75
30 Nov. 1931
48.30 35.25
7.38
1.48
12.83
21.-
Muatpariteit
48.003
35.007
7.371
1.488
13.094
48.52
ata
Siock-
Kopen-
S 0 )
o
•
iie!-
Buenos-
Mon-
holnz
)
ho gen’)
fsl1$1)
Aires
1)
(real
1)
8 Dec.
1931
44.75
44.50
44.50
–
–
2.09
9
1931
45.50
45.-
45.-
–
–
2.10
10
1931
45.25
45.-
44.75
–
–
206
11
1931
45.50
45.-
44.75
– –
2.06
12
1931
44.75
45.25 44.75
–
–
2.07
14
,,
1931
47.50 47.25 46.50
–
–
2.04
Laagsted.w.
1
)
44.- 44.-
44._
–
–
1.97%
Hoogste d.w’j
47.50
47.50
47.25
–
–
2.1234
7 Dec.
1931
46.-
44.75
44.75
–
–
2.11
30 Nov. 1931
47.75
47.50
47.-
– –
–
Muntpariteit
88.671
66.671
86.671 6.266
95
2.4878
pINoeeerIng ie Ismseeraam.
•J
Not, te lsolteraam. ‘1 -‘art, opgave,
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht vnor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
Da
ta
Londen
($ per
)
Parijs
($ p. 100 Ir.)
I
Berlijn
($ P. 100 Mk.)
Amsterdam
($ p. 100 gld.)
8 Dec.
1931
3,253%
1
3,91e,
23,20 40,34
9
,,
1931
3,283%
3,92
23,55
40,33
10
1931
3,30K
3,931/
4
23,75
40,37
11
1931
3,33′ 3,921/
23,7234
40,45
12
1931
3,39
3,92k
23,76
40,46
14
‘
1931
3,451i
3,92t,,
23,75
40,3734
15 Dec.
1930
4,857/,
3,92i,
23,83
40,273%
S4iintpariteit ..
4,8667
3,901/
8
I
23,81(
4011
14
KOERSEN TE LONDEN.
Plaatsen en
Landen
Nofeerings-
eenheden
28Nov.
1
1931
5
Dec.
1931
7
Dec.1
12 Dec.’31
Laagstel Hoogste
12
Dec.
1931
Alexandrië..
Piast. p. X
97q
97
933f
8
93ê,
93
Athene …..
.
.Dr. p.
270
26234
245
280
260
Bangkok….
Sh.p.tical
2/2
212
212
23
2/3
Budapest …
Pen. p £
25
24 24
25
25
Buenos Aires
d. p.$
38’i,
40Lj
40j,
4134
4134
Calcutta .. . .
Sh. p. rup.
l,’63/32
1/6
8
;
8
lj6I/
16
1/6si
1/61/
Constantin..
Piast.p.,C
735
680 670 685 685
Hongkong ..
Sh. p. $
1j413
16
1/534
114
7
/8
1/6 3j
1/53/
4
Kobe
…….
Sh. p. yen
2/101
8
2/113/
4
2/9
3/03%
2/9
Lissabôn
.
…
Escu. p. £
1097/
6
10971
8
107
10934
109
Mexico
….
$ per £
9.25
8.7934
8.50
9.-
8.75
Monteyideo .
d.per X
30
3134
304
32 31
Montreal …
$ per £
4.0734
3.9034
3.85 4.12
4.06
Rio d. Janeiro
d. per Mil.
3i,,,
434
41j,
4
43j,
Sbanghai …
Sh. p. tael
1/l0
1/104
1/103%
2/034
1/11%
Singapore ..
id. p. $
2141/,
2/4
1
1,,
214
2/4(
2/4
1
/,
Valparaiso 1).
$ per £
29.50
28.-
26.80 27.50 27.50
Warschau ..
ZI. p. £
31
30
29
31
30
1) 90 dg.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS )
Lnnden’)JN.York
1)
Londen
8 Dec.
1931..
201i,
8 Dec.
1931….
126110
9
,,
1931..
1934
291,
9
1931….
1266
10
1931..
20t/,
292/
8
10
1931….
1253
11
1931..
20
71
30’j,
11
1931…..
125
12
.
1931..
201i
1
,.
2934
12
1931….
122/9
14
1931..
1913/
1
,
306j
14
,,
1931….
118/9
15 Dec.
1930..
153
327/,
15 Dec.
1930….
85/134
27
Juli
1914. .
24″,
16
59
27
Juli
1914…..
84111
)In pence p.oz.stand. ‘) Foreignsilverin Sc. p.oz.flne. ‘)lnah.p.oz.flne
STAND_VAN’._RIJKS_KAS.
Vorderingen.
I
30 Nov. 1931
1
7 Dec. 1931
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne- derlandsche
Bank ………………
.
/
11.911.335,37
/
10.102.968.83
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,
154.214,35
,,
237.683,42
Voorschotten aan Ned.-Indi8 ………
126.834.86,-
,, 129.48.934,58
Id. aan
Suriname …………………
13.840.094,61
,,
7.851.810,88
7.862 779,15
Kasvord. weg. credietverst. ajh. bultenl.
114.248.610,31
..
..l2.94O.87,96
112.825.974,37
Id.
aan
Curaçao…………………..
Saldo der potrek. v. Rijkscomptabeien
25.767.402,18
25.404.248,31
Vordering ojh. Alg. Burg. Pensioenf.1)
3.111341,
8
9
Id. op andere Staatsbedrijven 1) …….
.
28.246.963,88
,,
37.179.526,38
V e r
Pl
i c h t i ng e n.
Voorschot van De Nederi. Bank ing.
art.
16 van
haar octrooi …………
– –
Schatkistbiljetten In Omloop ………
/ 172.23
.4.OtO,-
t
177.419.000,-
Schatkistpromessen in omloop …….
245.040.00O,-
,237.760.000,-
Waarvan rechtstreeks bi! De Neder-
landsche Bank geplaatst …..
…..
.
–
Zilverbons in omloop ……………
,,
2.1.02 502,50
2.087.676,50 Schuld op uIt. Oct.’31 aan de geul. ver-
Daggeldleeningen ………………….-
strekt wegens voor haar door de
..-
Rijksadm. geheven gem. Ink. belast.
en opc. op
de
Rijksink. bel ……..
..6.489.184,85
6.489.184,85 Schuld op uit. Oct.’31 aan de gem. ver-
..
..
strekt wegens aan haar uitte keeren
..-
hoofdsom der person. bel.. aand. in
.
de hoofds. der grondbet. endergem.
fondsbel., alsmede opc. op die “elas-
tingen en op de vermogensbelasting
2.902.364,86
,,
2.902.364,86
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)
–
61.818,71
Id. a. h. Staatsbedrijf d. P., T. en T.l)..
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)
… ..
•
53.846.765,44
,,
941.165,78
55.289.867,87
»
966.165,78
Id. aan diverse instellingen’) ……….
4.696.535,51
,,
4.570.93,50
3) In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH.INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
1
7 flo,’
1011
t
IC fle,
IO’41
Betaalmiddelen In ‘sLands Kas
–
–
wo.
muntbiljetten
…………….
–
–
Verplichtingen:
Voorschot s Rijka kas e. a. RIjksinsteIl
fl29.486.000,- fl32.301.000,-
»
19.525.000,-
19.v40.000,-
……
15.570.000,-
•
15.510.000,-
Schatkistpromessen ……………….
Muntbiljetten in Omloop ………….
4.530.000,-
3.975.000,-
Schatkistbiljetten
………………..
Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.
1.035.000,-
1.035.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Postapaarbank.,,
…
658.000,
814.000,-
Voorschot van de Javasche Bank……
11.010.000,-
,, 11.408.000,-
1092
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op
14
December
1931.
Aotiva.
Binnenl.Wis.(Hfdbk. (
69.167.177,02
sels, Prom., Bijbnk.
4.436.253,78
enz.indisc.Ag.sch.
11.935.487,12
f
85.538.917,92
Papier o. h. Buiten!, in disconto
……
Idem eigen portef. .
f
87.513.231,-
Af :Verkocht maar voor
debk.nognietafgel.
–
87.513.231,-
Beleeningen
mcl.
vrsch. Hfdbk.
f
50.974.892,76
in rek..crt.
Bijbnk.
6.842.296,43
–
op onderp.
Ag.sch.
ol.794.l 14,27
f
109.611.803,46
Op Effecten
……’ 108.336.744,85
Op Goederen en Spec. ,,
1.275.058p6l
109.611.803,46
Voorschotten a. h. Rijk ……………..
,,
–
Munten Muntmateriaal
Munt, Gou(t
……f
95.190.980,
Muntmat., Goud ..
811.775.999,10
f
906.966.979,10
Munt, Zilver, enz. •
27.926.278,06
Muntmat. Zilver..
–
934.893.257,16
1
)
Belegging i,
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds
…………………….
,,
27.054.944,20
Gebouwen en Meub. der Bank ……..
,,
5.000.000
1
_
Diverse rekeningen ………………
31.280.851,99
Pasaiva.
f
1.280.593.005,73
Kapitaal
……………………….
f
20.000.000,-.
Reservefonds ……………………
7.563.205,59
Bijzondere
reserve
…
……………
8.000.000,-.
Pensioenfonds
………………….
,,
7.503.335,97
Bankbiljetten in omloop ……………
,,
1.016.813.085,-
Bankassignatiën in omloop
……….
..
225.975,97
Rek.-Cour.Ç Het Rijk
f
12.454.373,68
saldo’s:
Anderen,,202.116.351,53
,,
214.570.725,21
Diverse
rekeningen ………………
«
6.216.677,99
f
1.280.893.005,73
Beschikbaar metaalsaldo ………….
f
441.960.101,08
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
ioop dan waartoe de Bankgerechtigdis.
,,
1.104.900.250,-
1)
Waarvan in het buitenland
f
148.918.140,23.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Goud Andere
Beschtkb.
Dek-
Data
Munt
I
Muntmad
Circulatie
opeischb.
Metaal-
ktngs
schulden
saldo
1)
perc,
14 Dec. ’31
95.191
811.776
1016.813
214.797
441.960
75
7
,,
1
31
94.691
809.197
1031.089 198.518
438.653
74
30 Nov. ’31
94.691
806.463
1050.772 199.249 428.353
74
23
’31
94.691
782.489
1023.132 225.651
405.496
72
16
’31
94.692
777.550
1037.478
216.809
398.384
71 9
,,
’31 94.692
769.709
1,058.273
205.681
386.650
70
15 Dec. ’30
64.697
361.496 818.417 42.976 105.900
52
25 Juli
’14
65.703
96.410
310.437 6.198
43.521
54
Totaal
I
Schat kist-
B
e
ee-
Papter
Diverse
Data
bedrag
proinessen
n 1
nge
op hei
reke-
dtscontos
85.539
rechtstreeks
buiten!.
ntn gen
1)
14 Dec.
1931
–
109.612
87.513
31.281
7
,,
1931
86.946
–
109.826
84.545
34.452
30 Nov. 1931
105.984
–
113.430
66.413 52.274
23
,,
1931
110 228
–
109.067
75.124
65.649
18
,,
1931
118.712
–
110.656 78.619
62.288
9
1931
132.748
–
112.806
81.549
60.647
15 Dec. 1930
48.680
–
89.187
247.876
43.147
25 Juli
1914
67.947
–
61.686
20.188
509
‘1
neaert aen Danestaac van
4
Jan.
4v
weaer op ce basis van
metaaldekking. ) Sluitpost activa.
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Data _________
Metaal
1
r
t
opeischb.
Ischu!denl
1
1
Discont.
Div. reke-
ningen’)
24 Oct.
1931..
901
1.163
752
1.019
389
17
1931..
899
1.196
691
1.020
378
10
,,
1931..
900 1.243 690
1.020
354
3
1931..
903 1.410
589 1.027
379
25 Oct.
1930-
900
1.208
618 880
544
5 Juli
1914-
645
1.100 560
735 396
‘)
IUltp.
eer acuva.
JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De saniengetrok.
ken tijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.
Data
Goud
I
Zilver
Circulatie opeischb. metaal-
schulden
I
saldo
12 Dec.1931
170’00
237.500
31.700 62.620
5
,,
1931
177.700
238.200
32.500
69.420
28Nov.1931
177.700
234.200
29.000
72.420
14Nov.1931
132.176
448
240.760
25.947
69.751
7
,,
1931
132.113
44.587
242.334
26.073 69.337
31Oct. 1931
132.114
42.557
238.535
27.549
68.237
24
,,
1931
132.441
43.405
238.216 28.652
69.099
13 Dec.1930
138.608
38.674
280.590
39.553
57.225
14 Dec.1929
139.909
27.013
298.372
44.049
29.954
25Juli
19L4
22.057
31.907 110.172
12.634
4.842
Data
1
Dis-
I
buiten
I
Belee-
Diverse
1
1
reke-
1
kiigs-
onto’s
N.-ind.
ningen
1
ningen’)
betaaib.
tage
12Dec.1931
5 ,, 1931
28Nov.1931
14Nov.1931
83’100
83.400 72.700
***
•*S
34.601
63 66
68
66
’63
4.462
43.789
7
,,
1931
8.938
3.532
43.042 33.206
66
31 Oct. 1931
8.979
3.060
41.870
32.039
66
24
,,
1931
9.072
6.046
42.246 27.978
66
13 Dec.1930
8.914 33.335
43.080
43.61 6
59
14Dec.1929
8.138 28.329
105.998
28.733
49
25 Juli1914
7.259
6.395
75.541
2.228
44
‘) Slultpot activa.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden pondeu sterling.
Data
Metaal
Bankbilf.
in
circulatie
I Bankbilf. in Banking
Departrn.
I
Other Securiiies
Disc.and
Advances
ecurltle3
9 Dec.
1931
121.517
358850
36.862
12.551
31.401
2
,,
1931
121 599
358.458
37.253
12.344 31.407
25 Nov. 1931
121.684 354.401 41.309
12.198
31.233
18
,,
1931
121.771
354.615
41.089 12.068
31.000
11
,,
1931
121.837
357.195
38.503
11.677
29.356
4
1931
321.909 358.857 36.833
10.751
32.090
10 Dec.
1930
152.449
364.474 47.124
4.911
22.191
22 Juli
1914
40.164
29.317 33.633
Data
00v.
Sec.
Pubitc
Depas.
Other Deposits
1
Other
Bankers Accountsl
1
1
1 Reserve-1
Dek-
kings-
1
perc.’)
9 Dec.’31
60.616
10.674
75.140
38.543
37.667
308/
2
,,
’31
70.016
8.594
86.176
39.296
38.142
28
13
/
82
25 Nov.’31
56.581
27034
59.844
38.340 142.283
33i3
18
‘
’31
51.006
21.213
59.662
37.617 42.156
35
h
11
•,
’31
54996
19.143
60.461
38.343
‘39.641
33
19
/
4
’31
57.826
19.877
60.936 40.209 38.052
31
13
1
10 Dec.’30
54.291
5.891
72.112 33.483 47.975
43
22 Juli ’14
11.005
13.736
42.185
29.297
52
‘) Verhouding tusschen Reserve en Oeposits.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioeneu francs.
Te goed
1
1
Waarv. I
IRenteloos
Data
Ooud Ztiver in het Wis-
sels
op het Belee-
voorschot
buiten!.
Ibuifeni.
ningen
a.d. Staal
4Dec. ’31 67.954 943 16.159 14.578 8.25
27Nov.’31 67.844 935 15.941 18.099 8.33
20 ’31 67.676 932 15.661 15.566 8.71
13 ,, ’31 67.580 932 13.095 18.297 11.32
5Dec.’30 52.352 554 6.912 26.249 19.14
23Juli’14 4.104 640 – 1.541
Data
!3onsv.d.I
ze!fst .
amort. k.
Diver-
s
en
1)
ut
I
Circuile
4Dec.’31
5.065
1
2.588 1
83.022
27Nov.’31
5.065
1
2.461 1
82 543
20.
’31
5.065
2.4531
81.645
13
’31
5.065
1
2.245
82.276
5Dec. ’30
5.304
2.298 1
75.838
23Juli’14
-.-.
–
5.912
I
Slultpost
activa.
Staa
7 2.844
3.200
3 2.731
3.200
0 2.727
3.200
8 2.799
3.200
2 3.000
3.200
8 769
–
Rekg. Courant
Zelfst. Parti-
–
a,nort.k. cu!ieren
604 5.735 23.398 863 6.307 24.171
1.304 8.764 23.111
1.368 6.903 22.347
5.575 7.500
9.347
401 –
943
16 December
1931
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1093
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
15 December 1931
Aan de tpr w e-markt doet zich den laatsten -tijd het
cigenaarclige’ verschijnsel voor, dat verschillende factoren
wijzeil
0
de vaarschijulijk]ieid van betere prijzen in een
niet ver verwijderde toekomst, terwijl toch de markt een
lusteloos voorkomen is blijven behouden. Voornamelijk was
(lat laatste ook weder deze week een gevolg van on-bevre-
•digende vraag uit Engeland, waar men nog altijd teert op cle zeer groote inkoopen van October en waar daarom de
prijzen voor de meeste soorten zich in verbaiid met den
zoo sterk gedaalden poridenkoers nog altijd aanmerkelijk
beneden hct peil der uitvoerlanden -bewegen. Toch zijn er deze week wel weer nieuwe zaken in tarwe naar Engeland
gedaan. Tu het begin •der week namelijk werd nogal wat
Platatarwe gekocht, terwijl later vooral Canadeesche tarwe
op den voorgrond kwam. Toch bleef in de Ver. Staten cle
markt flauw, omdat de exportvraag te gering is om den
grooten voorraad van den Farm :lloard te doen afnemen.
Ook Argentinië was gemakkelijker, omdat de verwachtingen
van den nieuwen oogst gunstig bleven. Overigens hebben
de groote wijzigingen, welke iii de afgeloopen week de
pondeikoers onderging (ditmaal een vrij sterke stijging),
een geregeld verloop der tarwemarkt nog bemoeilijkt. Onder
de factoren, welke
01)
een verbetering van de prijzen wij-
zen, dienen vooral genoemd -te worden de nu reeds gedu-
rende verscheiden weken kleine Russische verschepingen.
Aanwijzingen, dat die verschepiugen spoedig weer zullen
toenemen, zijn voorloopig niet aanwezig. Verder worden
bijna dagelijks zaken gerapporteerd Jn Anstra-lische tarwe naar het Verre Oosten, met name China. Een hausse-factor
is ook de aanzienlijke vermindering in den uitzaai vait
wintertarwe in de Ver. Staten, terwijl bovendien daar.
van de stand lang niet overal gunstig is. Tengevolge van
deze en sommige andere minder belangrijke doch in cle-
zelfde richting wijzende feiten (waartegenover echter iveer
vermeld dient te worden, dat uit Frankrijk en Duitschland
zeer goede oogstbericliten komen), bezit de tarwemarkt on-
tegenzeggelijk meer iveersta ndsvermogen dan ee nigen tijd
geleden. Aan het einde der week verbeterde de vraag naar
tarwe in cle meeste landen van liet Europeesche vasteland,
terwijl ook sterke regenval in Argentinië een wat betere
cnarktstemming teweegbracict. Op 14 December sloot tarivc te
Chicago en Winnipeg 1 t IY2 dollarcent per 60 lbs. en
in Argentinië S t 20 centavos ‘per 100 KG. lager clan een
week tevoren. –
Voor r o gg e bleef de markt nog steeds lusteloos, doch
na, (le groote hoeveelheid, welke in de vorige week uit Rus-land is afgelaclen, varen de Russische verschepingen, even-
als voor andere graansoorten, deze week voor rogge zeer
klein. Men hoort wel van Russisch-Duitsehe regeeringsoli-
derhaitdelingen voor levering van Bussische rogge naar
1)tntschlcnicl. doch langs cle gewone wegen van den haj:idel
wordt uit Rnsland nauwelijks rogge aangeboden. Ook uit
A,iier-ikn. komen geen zaken tot stand, ofschoon in de afgi-
loopen week de roggeprij§ te Clii,cago ]iog w
–
ccler aanmerke-
lijk is gedaald. Vermelding verdient, dat Argentinië, dat
een goeden rogge-oogst heeft, zij!i prijzen geregeldheeft ver-
laagd, zonder echter veel kooplust te oitmoeten en in Neder-
land blijft cle vraag naar hnitenlandsche rogge slecht.
Voor m a T s waren de verschepingen uit Argentinië (leze
week weder zeer groot, -doch cle voorraden in Argentijnsehe
haven-s zijn nu eindelijk wat afgenomen en incH raakt er
steeds algemeener e’aIs overtuigd, dat in de restcerende 3 t
4 maanden van het seizoen het aanbod van Argentijnselie
maIs aanzienlijk kleiner zal zijn dan ‘tot nog toe het geval
is geweest. De groote aanvoeren en het groote verschepings-
cijfer dezer week hebben echter de Europeesche markt voor
Platamaïs gedurende het grootste gedeelte der week ge-
i’riikt en cle prijzen bevonden zich nannici-kelijk beneden cle
Argentijuschc offertes. Op dit lage prijspeil blëef voor Plata.
maIs dc vraag in Nederland groot, evenals ook in België,
terwijl Denemarken na eenigen tijd van geringe vraag zijn
inkoopen weder hervatte en ook Duitschland wat meer maIs
kocht. In Engeland ontstond wat meer kans op nieuwe
zaken in Pla.tamaïs, al werd uit Londen nog Platamaïs naar
iederland verkocht. Uit Roemenië werd deze week meer maIs afgeladen, doch dc hoeveelheid is nog – steeds niet
groot, evenmin als wegens slechte wegen en de la
g
e prijzen
het verdere Roemeensche aanbod. Tenslotte- is in Enropa
cle markt va’ster geloopen, terwijl ook in Argentinië een
prijsver-beteriug intrad. De -ternujnnearkten sloten daar op
14 December 15
t
20 centavos per 100 1(G. hooger dan op
den 7den.
Ge r s t wordt nog altijd uit Rusland en Roemenië leau-
evelijks aangeboden en de verschepingen waren uit die Inn. den ‘ook deze week weder klein. In Noorcl.Ainerika zijn de
prijzen voor gerst op het oogenblik te hoog voor zaken
naar Europa, doch Argentinië, dat van gerst een grooteren
oogst heeft dan verleden jaar, was steeds dringend tot
lagere prijzen aan de markt. Eerst bracht dat nauwelijks
zaken met zich, doch tenslotte is
01)
het gedaalde prijspeil
cle vraag voor Platagerst op aflading in de eerstvolgende
maanden zeer sterk toegenomen, terwijl ook voor de ge.
ringe hoeveelheden gerst, ‘die in spocdige posities aangebo.
den worden, de belangstellingj toenam. Vooral voor Pla.ta-
gerst heeft dat tot een aanmerkelijk prijsherstel geleid.
In h a v e r is ook Argentinië eigenlijk het eeleige export-
land, dat iii ruime mate als verkooper aan de markt was,
terwijl cle offertes voortdurend werden verlaagd. Ook aan
het einde der week viel, in tegenstelling met cle andere
voergraneu, van een herstel der vraag weinig ‘fe bespeuren.
Ook Canacleesche haver, welke eveneens wat goedkooper te
koop kwam, ontmoette zeer weinig belangstelling.
SUIKER.
De verschillende suikermarkten hadden gedurende de af-
geloopen week ecu onbelangwekkend verloop.
In A ni e r i k a bestond slecht-s weinig kooplust voor
ruwe suiker. Ve-rkoopers moesten derhalve, om eenige par-
tijen van de hand te kunnen doen, hunne vraagprijzen tot
en. 1.13 dc. voor Cubasuiker c. & fr. verlagen.
De
N e w
3
‘Y o r k s c h e termijnmarkt volgde de zwakke
stemming voor ruwsuiker. Slechts aan liet slot ontstond een
kleine opleving. De noteeringeti luidden aan het einde der
week Dec. 1.05; Jan. 1.08; s’l:rt. iii ; Mei 1.16 en Juli
1.21, terwijl cle laatste noteering voor Spot Centr. 3.10
bedroeg.
De ontvangsteh ie cle Atlantische havens der Ver. Staten
bedroegen deze week 38.000 tons, cle versmeltinge]! 33.000
toies tegen
52.900
tocis en de voorraden 118.000 tons tegen
299.800 tons.
De laatste Cci b a-statistick is als volgt:
1931
1930
1929
toiis
tons
tons
irocluctic ……………..1.122.000
4.671.260
5.156.315
Voorr. overgebracht ier 111 1.390.000
321.928
131.044
Consumptie …………..150.000
1 52.000
120.315
Weekontv. afscheephavens
18.420
47.315
32.619
Totaal sedert
1fl
………2.029.117
3.547.960 4.729.882
Weekexport ………….28.644
75.045
44.668
Totaal sedert
1fl
………2.428.578 3.222.721
4.487.899
Voorraad afscheephavens
803.590
730.439
242.075
binnenland……1.129.832
871.300
297.118
In E lege 1 a ii cl heerschte een iets betere stemming; het
geringe aanbod van ruwsuiker werd gretig opgenomen.
Ook ‘de L o ie d e ie s c h e ternujnmarkt vertoonde wat
ii eer activiteit, doch de fluctuaties hielden weder grooten-
deels verband niet de schommelingen van dcii wisselkoers.
De slotnoteeringen gaven liet volgende beeld te zien: Dec.
AANVOEREN in tona van 1000 KG.
Artikelen
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
6Dc.I12 Dec.’
‘
Sedert
Overeenk.
6 Dec.112 Dec.’
Sedert
Overeenk.
1931
1930
1931
1 Jan. 1931
tijdvak 1930
1931
1 Jan. 1931
tijdvak 1930
24.538
1.551.536
1.759.957
–
36.682 131.125
1.588.218
1.891 082
Tarwe
……………..
Rogge
……………..
18.718
448.649
554.724
–
1.157
71.233
449.06
625.957
Boekweit ………………
–
29.398
18.701
–
‘
338
2.242
29.736 20.943
63.503 1.359.873
1.061.255
10.337
284.623
185,253
1.644.496
1.2411.508
5.832
621.315 662.678
200
58.657
60.239
679.972
722.917
6.157
253.504
226.170
–
3.675 3.114
257.179 229.284
Male ……………….
3.200 191.022
82.022
1
7.872
418.114
242.851
609.136
324.873
Gerst
……………..
Haver
……………..
775
111.101
123086
–
204
100
111.305
123.186
Lijnzaad
……………
Lijnkoek
……………
313
75.725
1
137.978
–
78
23.330
42.431
99.055
180.409
Tarwemeel
………….
Andere meelsoorten
333
41.620 25.326
396
12.732
6.670
54.352 31.996
1094
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931
Sh.
6/8;
Mrt. biL 611 1%; Mei 5h.
711% ;
Aug. 5h.
713%
en
Dec. Sh.
7/8.
]iietsuiker basis
96
pOt. c.i.f.
De laatste berichten uit
II
ii s 1 a n_d wijzen
01)
de moge-lijkheid van een belangrijk lagere opbrengst dan (le raming
‘an F.
o.
Licht van
2.150.000
tons aangezian cle bieten.
oogst volgens dc ,,Prawcla” slechts
62
pOt. van de voorge-
.chreven hoeveelheid bedroeg, terwijl hiervan tot eind
November slecl4s
67
pot aan de fabrieken was afgeleverd.
01) J a v a verkocht de V.1.S.P. ce. 10.000 tons. hoofd-
zakelijk No.
16
&/hooger, tot geheime prijzen.
II
i e i te 1 an dc was de stemming in navolgi tig van
bonden eveneens iets aangerialner, hoewl dit nog niet in
een verhooging der noteeringen op cie Amsterdamsche ter-
ntijnniarkt tot uiting kon komen. i)eze luidden aan het slot
als volgt: Dec.
f634;
Mrt.
fO34;
Mei
f
67[8
en Aug.
f734.
De omzet bedroeg
2900
tons.
KOFFIE.
De iiiarkt was in cie afgeloopen week vaster nadat ge-
bleken was, dat de verhooging van het uitvoerrecht in 13ra-
ziiië niet
5
gondshillings per baai, waarvan in het vorig
Overzicht nog kon worden melding gemaa1t, onmiddellijk
was ingeg’aa.n. De kost- en vraçhtaanbiedingen uit cle ver-
schillencle afiaadhavens werden namelijk alle met ongeveer
1.- i 1.20 per cwt. verhoogd en uit het feit, dat dit ook
voor de offertes van Santos gold, kon niet anders worden afgeleid den dat de extra. ui’tvoerbelasting van 3/-, welke
voor deze soort moet worden betaald als garantie vc,or de
Sao Paulo.leening, gehandhaafd bleef en dus niet. zooals
aanvai.ikelijk was bericht, is afgeschaft. Merkwaardig is,
dat de verhooging der ‘raagprïjzen vail Brazilië
01)
de ter.
mijnmarkten van Amerika en van Europa vooralsnog zoo
goed als geen invloed heeft gehad. Zoo stegen bijvoorbeeld
de noteeringen aan -de termijnmarieten te Rotterdam en te
Amsterdam, welke in de laatste vier weken
01)
dc verwach.
tiag van een c’erhooging van het uitvoerrecht ongeveer
1 et. per
34 NO.
w’aren opgeloopen, iii den loop dezer week
niet meer dan
Ys
A
34
ct., hoewel een rijzing van bijna
2
ct.
noodig geweest zou zijn om Brazilië hij te houden. Oorzaak
van deze apathischc houding is natuurlijk de reeds zoo lan-
gen tijd aanhoudende ioonie gang van zaketi cii het overal
sterk ingewortelcie wantrouwen ten opzichte van de maat-
regelen, welke 13razilië onafgebroken blijft uitdenken om de
rijzen van het artikel
01)
te honden en zoo mogelijk om-
hoog te drijven. Dat .in’tusschen bij een dergelijke dispa-
riteit tusscheu prodmietieland en consuniptie-iitarkten inn
porten tot de onmogelijkheden behooren, ligt voor cle hand.
De omzet bepaalde zich dan ook tot enkele stooimiende par-
tijen, Waarvan cle houders gaarnc tt de hier
01)
het oogen-
bi ik geldende waarde wilden afstand doen.
Door den Koffie-Raad vair Brazilië werd medegedeeld,
dat in cie vorige week vernietigd zijl:i 30.000 balen Rio cii
67.000
ilalen
Santos, tezamen
97.000
balen en vanaf 1 Juli
446.000
balen Rio,,
1.806.000
balen Santos en
154.000
balen
Vietoria, tezamen
2.406.000
balen, wat met (ie vOôr t Juli
i,eruietig:te hoeveelheid van
559.000
balen totaal maa.kt
2.965.000
balen.
Volgens hier ontvangen telegram bedroeg cle voorraad,
iii liet binnenland van
Rio
ternggehouden, op 30 Novem-
ber
1.916.000
balen tegen
1.755.000
balen op 31 October,
hetgeen een vermeerdering heteekent van
161.000
balen iii
cle maand November.
Dc kost- en vrachtaanbieclingen van Santos, omgerekend
iii Engelsch geld teger den goudkoers van v60r 21 Septem-
ber, komen 01) het oogenblik uit: voor gewoon goed beschre-
ven Superior Santos
Oi)
piorripte verschepiiig op ongeveer
42/644/- per cwt., voor dito Prime
Op
ongeveer
441-
ii
45/6
en voor Bio type New-York
7
niet beschrijving, l)1’Onil)-
te verscheping, op ongeveer
34(6 1 36/-.
De aanbiedingen van Neclerlanclsch-.i idië zijn voo’ ollue-
wassellen ilobusta
34′
it 1 et. liooger en voor gew’asschcn
.Ilobusta ongeveer
34
et. De iiotecringeii iii de eerste lid
zij ii op het oogenblik: –
Palenbang Robiista. i)cn’eniher.vei’schepiiig. 15% ct. ; Ren-
koeien Robnsta. i)eceinber-versciiepiig,
16%
et. : 1iaiidiieii lIg
.Itobctsta. Decemmiber-verscheping.
17%
et. ;
lvi.
6. f.a.c1. Ho-
busta. Deceniber-verschëpiiig, 21 ct.. alles per 34 KR.. cii.
uitgeleverd gewicht, netto contant.
De i’iotceringeii aan de .Rotterdaiitsc’he terniijiiiiiitrkt lie-
pen. zooais hierboven reeds is gezegd. in den loop der week
slechts % h
34
(t. per
34
(.0. op.
[ii loco blijft cle afzet beperkt. De officieeii: iioteei’iiig vuil
STATISTISCH OVERZICH
GRANEN EN ZADEN
ZUIVEL
EN EIEREN
,
MI1’IERALEN
TARWE
Hard
n er
ROOGE
MAIS
La Plata
A OERST24
mer.
0.
)
LIJNZAAD
,
La Plata
BOTER
K.G.
animer
Ed
S
EIEREN
Gem.
not.
STEENKOLEN
Westfaalschel
PE,TR0LEJ?I/
Mid. Contin.
rio.
£
loco
AmercanNo2)
loco
loco
oco
loco
per Leeuwar-
Alkmaar
Elermijn
Hollandsche
bunkerkolen,
Crude
Rotterdamj
Amsterdam
Rotterdam
R’damjAclani
Rotterdam
R’damtA’dam
der Comm.
Fabrieks-‘
Roermond
ongezeefd f.o.b.
tlm 33.9
0
per 100 K.G.
per 2000 K.G.
28e0
per 1960 K.G.
Noteering
Id.
n/erk
100 st
RdamjA’darn
pe
é
brel
II.
Olo
II.
°Jo
II.
0
10
fi.
III
fi.
°Io
f1.
0
fi
Oj
fl
°Io
II.
°I
$
°Jo
925
17.20 100,0
13,07
6
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462.50
100,0 2,31
100,0
56,-
1C0,0
9,18
100,0 10,80
100,0
1.68
300,0
192e
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
195,75
83,4
360,0
77,9
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15
88,8
37,90
365,7
3.89
112,5
1927
4,75
85,8
12,476
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
352,5)
78.4
2,03
87.9
43,30
77,3
7,96 86,7
11,25 104,2
1.30
77,4
1928
13,475
78,3
13.15 100,6
226,00
97,7 228,50 96,8 363,00
78,5
2.11
91,3
48,05
85.8
7,99
87,0
10,10
93,5
1.20
71,4
3929
12,25
71,2
30,87
5
83,2
204,00
88,1
179,75
16.2 419,25
90,6
2,05
88,7
45,40
81.1 8,11
88,3
11,40
305,6
1.23
73,2
1930
9,675
56,3
6,225
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
333,00
77.0
1,66
73,9
38,45
€8,7
6,72
73,2
11,35
105,1
1.12
66,7
Jan.
3929
12,35
718
12,20
93,3 231,50
100,0
194,25
82,3 365,00
78,9
2,25 97,4
45,95
82,1
9,03
93,4
30,10
.
93,5
1.16
69,0
Febr.
2,725
74,0
12,65
96,7 236,00
101,9
194,75
82,5
357,25 77,2
2,29
99,1
45,40
81,1
9,19
100,1
32.90
119,4
1.11
66,3
Maart
April
32,65
12,12
6
73,5
70,5
32,62
5
11,625
96,6
88,9 233,00 218,00
100,6
94,3
191,75
85,25
81,3 78,5 359,00 373,25
77,6
80,7
3,95
1,81
84,4
44,60
79,6 71,9
8,6
93,2
12,00
111,1
1.11
66,3
•
Mei
11,125
64,1 10,57°
80,9
198,25
85,6
377,50
75,2
363.50
78,6
1,86
78,4
80,5
40,25
39,90
73,3
5,90 6,16
64,3
67,1
11,05
11,15 302,3 303,3
–
1.11
3.36
66,3
69,0
luni
30,87°
63,2
10,20
78,0
393,50
83,6
171,25
72,6
355.25
76,8
1,87
81,0
78,5
6,43
69.8
13,25
304,2
3.30
77,4
juli
,,
32,80
74,3
11,20
85,6
238,50
94,4
191,25
81,0
435,50
89,8
3,88
81,4
80,4
6,88
74,9
11,25
304,2
130
77,4
Aug.
13,125
76,3
30,75
82,2 202,50
87,5
382,75
77,4 452,50
97,8
1,93
83,5
46,35 82.4
7,13
77,7
11,25 104,2
1.30
77,4
Sept.,,
12,62
5
73,4
30,20
78,0
191,00
82,5
172,00
72,9
506,75
309,6
2,22
96,1
45,25
80,8
8,03
87,3
11,40
305,6
1.30
77,4
Oct.
»
12,10
10.4
9,875
75,6
185,00
79,9
368,00
73,2
516,50
111,7
2;28
98,7
50,25
89,7
9,53
103,8
11,25 104,2
1.30
77,4
Nov.
11,77
5
68,5
9,20
70,4
174,00
75,2
364,75
69,8
483,25
104,5
2,20
95,2 50,70
90,5
10,60 315,5 11,35
105,1
1.30 77,4
Dec.
Jan.
l9
,
0
32,62
5
73,4
9,35
71,5
166,00
71,7
163,75
69.4
482,00
104,4
2,06
89.2
47,50
84,8
9,97
108,6
11,75 308,8
1.30
77,4
32,675
73,7 9,35 73,5
149,25
64,5
151,25
64,3
433,75
93,8
2,00
86,6
43.95
78.5
7,55
82,2
11,75 108,8
3.21
72,0
lebr.
11,72°
68,2
8,375
62,5
339,00
60,0′
135,75
57,5 398,50 86,2
2.03
87,9
41,15
73,5
6,90 75.2
11,75 108,8
1.11
66,1
Maart
,
10,90
63,4
7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0
390,00
84,3
1,71
74,0
41,25 73.7
5,18 56.4
11,55
106,9
1.31
66,3
April
11,17
5
65,0 7,62
5
58,3
180,25
77,8
129,75
55,0
431,00
93,2
1,50
64,9
3€,50 65,2 5,16 56,2
11.35
105,1
1.16
5
69,3
Mei
30,45
60,8 6,55
50,1
148,50
64,3
114,50
48,5
405,0e
87,6
1,44
62,3
37,20 6€,4
5,30 57,7
11,35
105,1
1.38
5
70,5
–
j
uni
10,05
58,4
5,17
5
39,6
345,50
62,9
303,75
44,0
385,50
83,4
1,54
66,7
37,-
66,1
5,09 59,4
11.35
105,3
1.185
70.5
uli
,,
9,55
55,5
5,825
44,6
357,75
68,1
108,00
45,8 345,75 74,8
1,72
74,5
39.90 71,3 5,99
85,3
31,35
105,1
1.185
70,5
Aug.
»
9,45
54,9
6,30 48,2
146,00
63.1
116.25
49,3
365,00
78,9
3,58
68,4 40,20
71,8
6,03
65,7
11.35
105,1
3.185
70,5
Sept.
,,
8.40
48,8
5,25
40,2
127,50
55,1
99,00
43,9
318.15
68,9
3,64
71,0
37,55
67.1
7,23 78,8
11,35
105,1
1.185
70,5
Oct.
•
7,40
43,0
4,62
5
35,4
112,25
48,5
86,00
36,4
281,25 60.8
1.63
70,6
36,90
65,9 8,60
93,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Nov. Dec.
7,25 42,2 4,25
4,30
32,5
94,50
40,8
82,25
34,9
270,75
58,5
I,8
68,4
36,50
e
65,2
9,63
304,9
10.90 100,9
0.85
f0,6
,,
Jan.
1931
7,07
5
6,52
5
41,1
37,9
32,9 30,6
96,00
84,’0
41,5
36,5
91,00
86,25
38,6
36,5
247,75 2(Y,50 53,6 44,9
3,55
1,61
67,1
69.7
33,50 32,25
59
1
8
57,6
7.97
6,63
86,8 72,2
10.85
10,30
100,5
95,4
0.85 0.85
50.6
50,6
1ebr.
5,775
33,6
3,90
29,8
87,50 37,8 85,75 36,3
206,25
44,6
1,66
71.9 33,80
60.4
.6,21
67,6
10,30
95,4
0.85
50,6
Maart
,
5,62
5
32,7
4,20
32,1
303,00
44,5
104,75
44,4
214,C0
46,3
3,47
63,6
35,00
62,5
4,94
53.8
10,30
95,4
0f6
39,3
April
5,90
34,3
4,425
33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197.75
42,8
1,35
58,4
31,60
56,4
4,20 45.8
10,15
94,0
0.53
31,5
Mei
6,15
35,8
4,95
38,0
95,75
43,4
124.00
52,5
11,9.00
40,9
1,26
54,5 30,85
55,1
4,07
5
44,4
10,00
92,6
0.53 31.5
Juni
5,75
33,4
5,05
38,6
86,75
–
37,5
116,50
49,4
191,50
414
1,29
55,8
‘33.50
59,8
4,30
46,8
10,00
92,6
0.34
5
20,5
Juli
5,42
5
31,5 4,70
35,9
84,25
36,4
335,75
49,0
211.00 45.6
1,32 57,1
37,75 67,4
4,40
4,9
10,00
‘92,6
0.24
14.3
Aug.
,,
4,975
28,9
4,02
5
30,8
74,50
32,2
119,50
5″,6
187,50
40,3
1.30
56.3
36,00
64,3
4,98
54,2
10,00
92.6
0.43
5
259
Sept.
4,775
27,8
4,27
5
32,7
68,00
29.4
97,00
41,1
36425
35,5
1.27
55,0
32,25
57,6
5,775
62,9
10,00
92,6
0.56
33,2
Oct.
,,
5,-
29,1
4,475
3,2
68,50
29,6
94.75
40,1
360.25
34,8
1,24
53.7
26,25
46,9
6,275
68,4
9,90
91,7 0.56
33,2
Nov.
5,82
5
33,9
5,475
4
1
,9
83,00
35,0
334,50
4°,5
369,75
36,7
1.17
50,6 24.75
44,2
7,07
77,0
9,90
91,7
0.68 40,4
7 Dec.
»
4,85
28,2
38,2
1
68,00
20.4
112,00
47,5
345,00
31,4
1/87
46,8
22,-”
39,3
5.75
62,6 9,90
913
0.71
42,3
14
,,
4,90
28,5 4,85
1
37
0
3
1
69,00
1
29,4
108,001
45,8
1
145,C0
31,4
1
1,11
8
48,3
23,50
8
38,4
5,-
1
54,5
1
9,90
93,7
1
0.71
1
42.3
1)
Men zie voor de toelichting op dezen staat de nummers
van’8 en 15 Augustus 1928 (No.
658
en 659) pag. 689190 en
109. 1)79
Kg. La Plata. °)=Western vÔô ring van de huidige ofhc. not.wijze (lan.
1928):
Barley vanaf 212131 vanaf 912
6415,
Z.-Russ,
.
16 December 1931
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
1095
Superior Santos w’erd gebracht van 25 op 26
et.
per >i K.G.,
doch clie van Robusta bleef onveranderd 23 ct.
De slot-notecringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No.
7)
waren
Dec.
Mrt.
Mei
Sept.
14 December ……… $ 5.54
$ 5.72
$ 5.85
$ 6.05
7
December ……….. 5.42
., 5.64
.. 5.77
.. 5.95
30 November
………. 5.28
..5.48
5.61
23 November …….. ..5,13
.. 5.40
.. 5.54
5.83
De dezer dagen verschenen Statistiek van dc Firma
G.
Duuring & Zoon te Rotterdam geeft aan, dat in November
de
aanvoer
geweest is als volgt:
1931
1930
1929
bn.
bn.
bn.
III
Europa ……………894.000
837.000
721.000
Ver. Staten van Amei’ika 893.000
966.000
832.000
Totaal …. 1.787.000 1.803.000 1.553.000 De Aanvoeren in Europa cii in Amerika tezamen gedu-
rende de eerste elf maanden van liet jaar bedroegen
23.080.000 balen tegen 20.794.000 balen in 1930 en
19.515.000 balen in 1929.
De Afleveringen in November i’aren:
1931
1930
1929
bn.
bn.
ho.
in Europa ……………963.000
881.000
912.000
Ver.
Staten van Amerika $91.000
977.000
920.000
Totaal…. 1.854.000 1.858.000 1.832.000
De Afleveringen in Europa en in Amerika tezamen ge-
durende de eerste elf maanden van het jaar waren 21.759.000
balen teg(
,
n 20.689.000 balen -in 1930 en 19.912.000 balen in
1.929.
Vanaf t Juli tot 1 December waren de Aauvoeren in Europa en in Amerika tezamen 8.920.000 balen tegen
8.415.000 balen .in 1930 en 8.229.000 balen in 1929, terwijl
de Afleveringen bedroegen 8.891.000 balen ‘tegen 8.978.000
halen in 1930
. en 8.860.000 balen in 1929.
De zichtbare voorraad wils, op 1 December iii Europa
2.201.000 halen tegen 2.270.000 balen op 1 November. In
.uierika bedroeg hij 1.639.000 balen tegen 1.637.000 balen
09 t November. In Europa en in Amerika tezamen was de
zichtbare voorraad
dus op
t December 3.840.000 balen tegen 3.907.000 balen op 1 November. Hij bedroeg 01) 1 December
1930 – 2.400.000 balen en op 1 December 1929 – 2.254.000
balen.
De zichtbare wereldvoorraad was op 1 II.)ecember 6.767.000
balen tegen 6.358.000 balen op 1 November en. ‘5.054.000
balen verleden jaar (in (leze cijfers zijn niet begrepen de
voorraden in liet binnenland van Brazilië, waarvan het cijfer van 1 J)ecember nog iiiet bekend is, doch die op
1 November bedroegen 25.808.000 balen en op t December
1930 – 24.393.000 balen).
Rotterdam, 15 December 1931.
(Mededeeling van de Vereeniging voor den Goederenhandel te Rotterdam.)
Noteeringen en voorraden in Brazilië.
te Rio
te Santos
Wisselkoers
Data
te Rio
Voorraad
I
Prijs Voorraad
I
Prijs op Londen
(In Balen) No.
71)
(In Balen)
I
No.
4
1
)
14 Dec.1931 221.000 12.500 1.326.000 15.40014
1
1
,
pence
7 ,, 1931 202.000 12.400 1.248.000 15.400 4H*pence
30
Nov. 1931 194.000 12.500 1.097.000 15.400 4
V
I
pence
14 Dec. 1930 219.000 11.700 1.109.000 16.500 *+ pence
1)
In Reis.
Ontvangsten uit het binnenland van Brazilië in Balen.
te Rio
te Santos Data
7loopen
Sedert
Âiloopen
Sedert
week
1Juli
week
.
1Juli
12
Dec. 1931….
98.000
1
LQ12.0001
407.000
1
6.441.000
12
Dec. 1930….
79.000
1.580.000
1
233.000
1
5.313.000
THEE.
De laatste Amsterclamsche thee-veiling van dit jaar had
een zeer teleurstellend verloop, hetgeen uiteraard voor een
groot deel op rekening komt van de voortdurende depre-
ciatie van ht Pond Sterling.
Aangeboden werden ca. 12.500 kisten. De prijzen liepen
ca. 1-5 ets, achteruit, terwijl vooral de duurdere theeën
dikwijls vrij aanzienlijke prijsdalingen te zien gaven.
AN GROOTHANDELSPRIJZEN’)
METALEN
TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN
ZILVER
IJZER
levelan
KOPER KATOEN
WOL
ge arn e
WOL
gekamde
KOE-
KALK-
cash Londen
per
ry
0.
Standaard
Locoprjzen
..
ocoprijzen
..
ocoprilzen
Middling locoprijzen
‘
ra
Is
,
c
e,
Australische, CrosabredColo-
HUIDEN
Gaaf, open
SALPETER
Old.
per Standard
.
.
‘
roug Londen
en per
ng. on
on en
per
ng.
0fl
New-York
erino,
S
v.
°°
or
nial Carded,
kop
100 KO.
Lunce
er En
p
g.
per Eng. ton
per Ib.
erib
p
.
Av. loco
57-61 pnd.
netto
.
.
Bradford per Ib.
pence
O(
Sh.
‘to
!
o
£
°lo
£
°Io
$
cts.
olo
pence
‘Is
pence
°lo
II.
Oj
f1.
0!,
.32
1
1
100,0
731- 100,0
62.116 100,0
261.171-
100,0 36.816
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
28
11
/1,
89,3
8616
‘
118,5
58.1!-
93,5
290.1716
111,1
31.1l6
85,3
17,55
75.5
47,25
85,9
24,75 83,9
28.46
82,0
11,61
96,8
2614
83,3
73t
100,0
55.141-
89,7
290.4j-
110,8
24.41-
66,4
17,50
75,3
48,50
88,2
26,50
89,8
40,43
116,5
11,48
95,7
26
1
1,
81,1
661
90,4
63.16j-
102,8
227.51- 86,8
21.11-
b7,8
20,00
86,0
51,50
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
24
7
1,
76,2
1016
96,6
75.1417
121,9
203.156
77.8
23.51-
63,8
19.15
82,4
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
17
1
311,
55,4
671-
91,8
54.13/-
88,0
142.5/-
54,3
18.116
49,6
13,55
58,3
26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82.0
26
1
14
81,8
661-
90,4
75.1016
121,7
222.716
84,9
22.21-
60,7 20,20
86,9
46,75
85,0
28,75
97,3
37,50
108,1
11,70
97,5
25
7
19
80,7
6616
91,1
78.-16
125,7
222.11j-
85,0
23.216
63,5
20,10
86,5
44,25 80,5
27,75
94,1
34,50 99,4
11,70
‘97.5
26
81,0
671-
91,8
89.81-
144,0
221.016 84,4
25.816
69,7
21,25 91,4 44,00 80,0
27,50 93,2
36,
103,7
11,70
97,5
25
3
/4
80,2
681-
93,2
82.17/6
133,5
207.5/6
79,2
24.161-
68,0
20,45
88,0
43,25
78,6
27,25
92,4
33,50 96,5
11,70′
97,5
25
1
116
78,1
6916
95,2
75.416,
121,2
197.516
75,3 23.191-
61,8
19,40
83,4
41,50
75,5
26,25
89,0
30,50
87,9
11,70
97,5
24
114
75,6
71J-
97,3
74,111-
120,1
200.51- 76,5
23.141-
65,1
18,75
80,6
40,00
72,7
25,75 87,3
34,50 99,4
11,70
97,5
24
5
1,
75,7
7216
99,3
72.1216
117,0 209.516
79,9
22.161-
62,6
18,65
80,2 38,75
70,5
24,75
83,9
32,25
92,9
9,18
76,5
24
5
11,
75,7
7216
99,3
73,171-
119,0
210.11/-
80,4
23.31-
63,6
18,60
80,0 37,00
67,3
24,00
81,4
29,75
85,7
9,28
77,3
23
11
/,
73,9
7216
99,3
74.191-
120,7
205.516
78,4
23.111-
64,7
18,90
81,3
34,25
62,3
23,75
80,5
31,25
90,1
9,39 78,3
23
1
1,,
71,8
7216
99,3
72.161-
117,3
188.916
72,0
23.416
63,8
18,45
79,4
32,50′
59,1
22,50 76,3
–
–
9,49
79,1
22
11
116
70,7
7216
.
70.51-
113,2
182.-16
69,5
21.131-
59,4
17,50
75,3
34,25
62,3
.
23,00
78,0 27,25 78,5
9,70
80
1
8
22
1
14
69,3
7216
99,3
‘
68.616
110,1
178.1816
68,3
21.916
59,0
17,25
74,2
31,25
56,8
21,25
‘
72,0
27,75
80,0
9,90
82,6
20′
5
11
65,3
7216
‘
99,3
71.9/6.
115,1
174.131-
66,7 21.111-
59,4
17,15
73,8
29,50
53,6
19,25
65,3
26,63
76,7
10,11
84,3 20
1
1
62,6
7216
99,3
71.1216
115,4
174.4/-
66,5
21.41-
58,2
15,45
66,4
28,50
51,8
17,75
60,2
2450
70,6
10,21 85,1
19
1
19
59,5
701-
‘95,9
68.1916
111,1
165.18/
63,4
18.161-
51.6
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9
69,2
10,21
85,1
19
9
116
61,0
6716
925
613/-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50.3
16,45
70,8
27,25 49,5
17,25
58,5
24,13 69,5
10,21,
85,1
18i51,
59,0
6716
92,5
,
53.9J-
86,1
145.-!- ‘55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0
28,75 52,3
18,00
61,0
26,25
75,6
10,21
85,1
16
1
1,
50,0
6716
92,5
50.116
80,7
136.416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4
27,75
50,5
17,50
59,3
26,63
76,7
10,21
85,1 16
49,9
‘6716
92,5
‘
48.21-
77,5
134.1716
51,5
18.31-
49,8
13,10
56,3
27,00
49,1
16,75
56,8
24.25
69,9
9,18
76,5
1618
51,0
651-
.
89,0
4315:-
769
135.516 51.7
18.61-
50,2
11,95
51,4′
27,25
49,5
16,50
‘
55,9
24,88
71,7
9,28 77,3
16
11
1,
52,0
6316
87,7
‘
46.6!-
74,6
132.6!-
50.5
17.18/-
49,1
11,-
47.3
27,00
49,1
15,75
53.4
2′,0
76,4
9,39
7,8,3
16
1
12
51,5
6316
5
‘
87,1
‘
43.-!
–
‘
69,3
117.131-
44.9
15,151-
43,2
10,55
45,4
24,50
44.5
14,50
49,2
26,25 75,6
949
79,1
16
5
19
51,9
6316
6
.
87,1
46.8/6 74,8
113.161-
43,5
15.1816
43,7
10,85
46,7
24,00 43,6
13,00
44,1
25,25 72,8
9,70
80,8
1651,
51,9
63166
.
87,1
47.616
76,2
115.3!-
‘44,0
15.516
‘
41,9
9,95
42,8 22,50 40,9
12,50
42,4
72,0
.
9,90 82,6
137/,
43,2
‘
6016
82,9
45.716
73,1
116.8!-
44,4
14.-16
38,5
10,30
44,3
21.25 38,6
12.00
40,7
24,63 71,0
‘
10,11
84,3
12
1
1,
38,9
5816
.
80,3
45.116
72,6
117.-/6
44,7
13.5/6′
34,4
10,95
47.1
21,75
39,5
12,00
40.7
22,50
66,8
‘
‘10,21
.
85,1
137/1,
41,8
586
80,3
,
45.116
72.6
122:1!-
46,6
13.316
35,2 10,90
46.9 25,25
45,9
1,50
49,2
22;i
64,1
10,21
85,1
1311,
40,9
5816
80.3
42.1516
‘68,9
‘113.4/-
43,2
1
12.10/- 31,3
10,25
44,1
24,50
44,5
14.50
49,2
22.24
64,1
‘10,21
‘85,1
12
15
116
40.3
5816
.
80,3
39.6/6
63,4
104.171-
40,0
11.1016
31,6 9,40
.
40,4 23,50
42,7
13,00
44.1
21,75
82,7′
.
10,21
85,1
12
7
1
40,1
‘
5816
80,3
36.616
58,5
106.2(6
‘40,5
‘11.11
6”
31,8 9,10
39,1
22,00
40,0
12,50
42,4
19,13
5,1
10.21
85,1
1311
4
41,2
5816
‘
80,3
34.141-
55.9
112.5/6 42,9
12.156
‘
35,1
9,25
:39,8
22,25
40,5
12.50
42,4
2.125
58,4
.
8.26
68,
8
12
1
3/
16
39,9
5816
.
80,3
32.151-
52.8
114.19/6
43,9
‘
11.19 6″
“32.9
7.20
. ‘
31.0
2225
405
12,00
40.7
1
8,75
54,0
‘
7,-
58,3
7311
4
41,2
541-
74,-
29.91-
47,4
1(9.3/-‘,
‘41,7
10.1916′
30,1
6,55 28,2
20,00
36,4
11.00
37,3
18.-
51,9
‘
6,50
54.2
14
43.6
471-
‘64,4
28.716′ 45.7
102.10[6
–
39.2
1
10121-”
‘291
‘6.30
272
19,50
355
10,75
36,4
17,50
50,3
665
554
14
1
/8
44,8
461-
‘63,0
28.91-:
458
103.1516′
.39.6
1
31,4
‘
6,40
275
19,50
35.5
1100
3
1
,3 16,75
48,3
6,0
‘
5,7
14
16
1
1
6
45.7
421-
57,5
27.41-‘
43,8
98.19/6
37,8
11.-!-
‘302
6,15
7
‘
26,5
.
17,259
37.4 9759
33,1
”
6.95 57.9
1414
44,4
421-
,
57,5
26.91-
42,6
1
‘
98.7
1/-
37,6
10.1216
29,2
6,20
6
267,
17,00
10
30,9
9,2’5’°
31,4
‘
6,95
51,0.
le
invoering
van ae
huidige
offici,ele noteeringswijze
(Jan. 192R;vanaf
76 Dec.1929
7415
K.O. 1-longaarsche;
vanaf 26Mei1930
Z.-Russiache.
4)=
Malting
vôu5r de
Invoe-
Noteering
Schotland
5916.
6
)581
)’4’Dëc.
8)
11
‘Dei.
9)
3 Dec.
50)
10
Dec.
1096
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
16 December 1931
Niettegenstaande de Sumatra-theeën zich over het alge-
meen iets beter clan cle Java-theeën hielden, liepen toch de
niichdenprijzen, berekend door Pakhuismeesteren van de
Thee, als volgt terug
Java 36% ets, (2% cts. lager) Sumatra 30% cts. (3%
ets. lagdr), terwijl het totaal gein. 35 ets. bedroeg tegen
37% ets. in de vorige veiling.
De thee-uitvoer van Japan en Formosa over October wordt
door cle statistische afdeehing van cle Vereenigiug voor de
Theecultuur in Nod.-Indië opgegeven met resp. 776.000 KG.
(v.j. 655.000 1(0.) en 1.220.000 KG. (v.j. 1.170.000 1KG.).
Uit dezelfde bron afkomstig zijn de volgende totaalcijfers
van den wereicluitvoer (uitgezonderd China) over het tijd-
vak
JanuarilOctober.
Deze bedroeg in ronde cijfers 300 mil-
hjoeiL
KG. tegen 206 milliocri KG. gedurende hetzelfde tijd-
vak in 1930.
In Noordelijk :Britsch-Indiii heeft het koude weer inge-
zet, waardoor het oogst-seizoen is gesloten.
Volgens telegrafisch bericht heeft de oogst per ulto. No-
vember 326%’
.
millioen lbs. bedragen tegen 322 ndhlioen lbs.
in 1.930 (met restrictie) en 364 mjllioen in 1929.
Amsterdam, 14 December 1.931.
STEENKOLEN.
De situatie op cle internationale kolenmarkt heeft in-
middels weer een ander aanzien gekregen, tengevolge van
cle nieuwe I)uitsche noodverorden.ing, waardoor de Duitsche
kolenprjzeu met 10 pOt. verlaagd worden, hetgeen een ver-
mindering in de totale opbrengst beteekent van ongeveer
250 millioen Mark. Tevens zullen cle ‘oonen worden ver-
laagcl met 10 pet.
Met den Engelsehen export wil het nog steeds niet zoo
vlot gaan als mijneigenaars wel verwacht hadden. De
Fransche contingeuteering, nu gepaard met een surtaxe van
15 pOt. op Engelsehe kolen, is een gevoelige slag, vooral
voor den export van Zuid-Wales, waar men nu ,short time”
moet laten werken. De gezamenlijke vertegenwoordigers
der mijneigenaars, het Central Council, hebben dan ook aan
de Engelsche Regeering dringend verzocht de noodige . stap-
pen te doen tegen deze surtaxe van 15
pet.,
clie een prijsver-
hooging veroorzaakt van gemiddeld 3 sh. per ton.
iloe
onzeker
en
verward de
internationale
situatie
is,
blijkt nog uit het feit, dat Engelsche kolen in Polen in het
binnenland (in Konitz en Dirschau) voor 8
zloty
(=
ruim
3
sh.)
per ton goedkooper clan dezelfde soort
Poolsche kolen
worden aangeboden. De prijzen zijn:
Northumberland Ongezeef de
………….
f
8.-
l)nrham
Ongezeefde
…………………
,,
8.-
Cnrdiff
2/3
large
1f3
smalls
……………
9,50
chotsebe Gezeefde
(Prime Lothians)
.
. . .
,.
7.90
Yorkshire gewasschen
Singles
………….
7,75
Westfaalsche
Vetförder
……………..
., 10.60
Vlainstukken
T
……………
11,75
Snieenootjes
……………..
11,50
Gasvlamförder
………….
..11.-
Gietcokes
……………..
., 14.-
11ollanclsehe
Eierbrikettei.
…………….
… 13.30
alles per ton
van
1.000 1K0.
fraueo station
R’dam/A’dam.
Oegezeefde buukerkolen f.o.b. R’dam/A’dam
f
9.90.
Markt lusteloos.
15 1December 1931.
KATOEN.
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In dulzendtallen balen).
1
Aug.’31 Overeenkomst ige periode
tot
4
Dec.
’31
1
1930
1
1929
Ontvangsten Gülf-Havens.
,,
Atlant.Havens
1
6187
5937-.
Uitvoer naar Qr.Brittanniö
453
639
671
‘t Vasteland etc.
1277
2122
2209
het Orient…. ,
1223
567
575
Voorraden. (In dulzendtallen balen).
–
Overeenkomstig
tijdstip 4Dec.’31
.
1930 1929
Amerik. havens ……….
.
4104 2538
Binnenland
…………
1798
1452
.4771
225
1
232
93
New.York
……………
.2208
881
743 499
New Orleans ………….
Liverpool
……………
264
1
356
326
Vervolg STATISTISCH OVERZICHT VAN GROOTHANDELSPRIJZEN.
DIVERSEN
KOLONIALE PRODUCTEN
INDEXCIJFERS
RUBBER’)
Bruto-
VURENI-IOUT
Standaard
SUIKER
Witte kristal-
KOFFIE
Robusta THEE
Afi. N.-l. theev.
COPRA
gewichtv. d.
buit, handel
s
—
1111
0
–
basis 7′ f.o.b.
Zweden!
Ribbed Smoked
Sheets
suiker loco
Locoprijzen
A’dam gem. pr
.
Ned.-lnd. t.m.s.
per
ioo
K.G.
Nederland
.c’2
f
‘-‘
Finland
loco Londen
R’dam/A’dam.
per 100 K.G. Rotterdam
per ‘/
K.O.
Java- en Suma-
tratheep.’/3K0.
Amsterdam 1925=100
,
In-
Uit-
per Ib.
voer
voer
1-‘
f
°Io
5h.
0
10
II.
a,,
cts.
0
10
cts.
01
0
f
0
/0
1925
159,75
lOO
2111,625
100,0 18,75
100,0
61,375
100
1
0
84,5
100,0
35,87
5
100,0
lOO
100 100,0
100,0
1926
153,50
96,1 21-
67,4
17,50
93,3 55,375 90.2 94,25
111,5
34,-
94,8
112
128
93,2
92,9
1927
160,50
100,5
116,375
51,6
19,12′
102,0
46,875
76,4
82,75 97,9
32,625
90,9
113
116
95,4 89,5
1928 151,50
94,8
-110,75
30,2
15.85
84.5
49,625
80,9 75,25
89.1
31,87′
88,9
118
128
96,4
87,6
1929 146,00
91,4
-110,25
28,8
13,-
69,3
50,75
82,7
69.25
82,0
27,31
5
763
122
132
91,6
82,6
1930
141,50
88,6
-15,875
16,5
9,60
51,2
32
52,1
60,75
71,8
22,62
5
63,1
124
1
135
75,5 69,4
Jan.
1929
152,50
95.5
-19,875
27,9
13,77′
73,5
53,125
86,6
77,25
.91,4
29,-
80,8
111
1
119
94,2 84,6
Febr.
150,00
93,9
1/-
33,7
13,37
0
71,3
54
88,0
74,25
87,9
28,62′
7′,8
75
83 94,2
85,4
Maart
147.50
92,3
110,125
34,0
13,50
72,0
54
88,0
72,75
86,1
27,62
5
77,0
82
1
III
94,8
85,8
April
147,50
92,3
-110,5
29,5
13,375
71,3
54
88,0
74,25
87,9
26,75 74,6
110
1
142
92,9 83,9
Mei
145,00
90,8
-110,875
30,5
12,25
65,3
54
88,0
73,50
87,0
25,87
5
72,1
135
144
91,6
81,7
juni
147,50
92,3
-110,625
29,8
12,00
64,0
54
88,0
69,50 82,2
24,87′
69,3
137
134
91,0
81,9
Juli
145,00
90,8
-111
30,9
13,425
71,6
54
88,0
68,50
81,1
27,50 76,7
144
147
91,0
83,7
Aug.
,,
145,00
90,8
-110,5
29,5
13.00
69,3
53,50
87,2
64
75,6 27,25
76,0
151
149
91,6
83,6
Sept.
,,
145,00
90,8
-/10.125
28,4
13,470
71,9
51,75
84,3
64
75,6 28,25 78,7
135
144
91.0
82,0
Oct.
,,
142.50
89,2
-19,625
27,0
13,30
70,9
48,50
79,0 66
78,1
21,50
76,7
137
146
90,3
80,5
Nov.
142,50
89,2
-18,125
22,8
12.50
66,7
41,75 68,0 66,50
78,7
27,25
76,0
128
143
88,4 78,8
Dec.
142,50
89,2
-18
22,5
12,075
64,4
36,75
59,9
60,75 71,8
27,125
75,6
123
125 87,1
78,8
P
n
1930
147,50
92.3
-17,375
20,7
11,675
62,3
35 57,0
60,50
71,6
26,875
74,9
128
136
84,5
76,9
r.
,,
147,50
923
-18
22,5
11,40
60,8
35
57,0 58,25
68,9
26375
73,5
112
126
81,3 75,2
Maart
,,
147,0
92,3
-17,625 21,4
10,70.
57,1
35 57,0
62,25
73,7 25,25 70.4
125
131
78,7
74,2
April
,
147,50
92,3
-/7,375
20,7
10,55
56,3
35
57,0 59,50
70,4
26,12
5
72,8
115
127
78,7
72,8
Mei
,,
145,00
90,8
-16,875
19,3
9.80 52,3 34,75 56,6 58
68,6
25,0
71,1
132
132
.
76,1
72,0
Juni
,,
145.00
90,8
-16,125
17,2
9,775
52,1
33
53,8 58
68,6
2287
5
63,8
131
133
76,1
70,4
Juli
142.50
89,2
-15,625
15,8
9,275
49,5
31,50 51,3 55,50
65,7
21,75
60,6
138
141
74,2 69,3
Aug.
142,50
89,2
-14,875
13,8
8,50 45,3 29,50
48,1
55,25
65,4
20,-
55,7
129
145
73,5 67,9
Sept.
14000
87,6
-14,125
11,6
7,97′
42,5
28,25
46,0 59.50
70,4 19,25
53,7
122
126
72,3 65,4
Oct.
13250
82,9
-14
11,2 8,625
46,0 29
47,3
66,50
78,7
18.75
52,3
128
152
71,6 64,6
Nov,
130,00
81,4 -14,375
12,3
8,75
46,7 29
47.3
68.25
80,8
19,375
54,0
121
139
71,0
63.3
Dec.
,,
130,00
81,4
-/4,375
12,3
8,20
43,7 29
47,3
66,75
79.0
19,-
53,0
105
129
69,0 61,3
Jan.
1931
125.00
78,2
-14,25
11,9
8,20
43,7
28
45.6
66,25
78,4
18,25
50,9
121
132
67,7
59,2
Febr.
,,
125,00
78,2
-13,875
10,9
8,20
43.7
26.25
42,8 53 62,7
18,125
50.7
96
121
67,1
59,4
Maart
,,
125,00
78.2
-13.75
10.5
8,30
443
25,0
41,5 45
53,3
18,625
519
107
140
66,5
9,l
April
‘12500
78,2
-/3,125
8,8
8,575
45,7 24,75
40,3 43
50.9
17,50
48,8
110
138
65,8
58,4
Mei
125,00
78,2
-3,125
8,8
8,50
45,3
25
40,7 40,25
47,6
15,375
42,9
114
141
65,8
5e,8
luni
,
110,00
68,9
-/3,125
8,8
8,575
45,7
25,75
42.0
39,511
46,7
14,12
5
39,4
127
133
64,5
56,8
Juli
110,00
68.9
-13
8.4
8.77
5
468
27
45,0 38,25
45,3
15,-
41.8
138
153
62.6
55.8
Aug.
100,00
62,6
-12.5
7,0
7,
9
0
42,1,
25,50
415
3w,50
456
14.12
5
39,4
122
142
60,6 55,6
Sept.
100,00
62,6
-12.375 6,7
7,52
5
40,1
23,75
35,7
37,50
44,4
13,375
37,3
125
146
58,7
Oct.
• 100,00
62,6
-12,375 6.7 7,55 40,3
23 37,5 37,75
447
13,25
36,9
119
146
58,7
‘ ov.
100,00
62,6
-12375
6,7
7,15
35,1
23
37,5,
37 43,8
13,
1
5
39,3
. 58,7
7 Dec.
87,50
51,6
1
-12,1875
6,1
6,50
34.7
1
23
37.5 352
41,4
12,50
34,8
1
14
,,
,,
82,50 51,6
J. -/2,25
6,3 1
6,75
36,0 1 23
375
12,37
5
34,5
5) Jaar- en inaandgem.
afger.
op
I/
pence.
2
)10 Dec.
N.B.
Alle
Pondennoteeringen
vanaf 21
Sept. zijn
op goudbasis
omgerekend.