Ingezonden
Invoerbeperking Japanse auto’s
DRS. F. G. MOQUETTE
In reactie op het gestelde door de heer
L. van der Geest in zijn artikel De Europese uitdaging in ESB van 18 februari
jl. zou ik gaarne het volgende onder de
aandacht willen brengen. Met de thans
geldende regeling is er geenszins sprake
van dat ,,het verkrijgen van invoervergunningen aanzienlijk (is) bemoeilijkt”
noch dat daardoor ,,de invoer van Japanse auto’s aan banden wordt gelegd”.
Hike aanvraag voor een invoervergunning wordt — als steeds het geval is geweest — automatisch binnen vijf dagen
ingewilligd, uiteraard mils op de juiste
wijze ingevuld. Dat de geldigheidsduur
van zes naar drie maanden is teruggebracht is ook nauwelijks een bezwaar te
noemen, gezien de mogelijkheid van
automatische verlenging. Wat slechts
veranderd is voor het aanvragen van invoervergunningen voor auto’s uit Japan
t.o.v. de daaraan voorafgaande, vereenvoudigde procedure is dat de oorspronkelijke procedure weer is ingesteld, namelijk dat een aantal, voor een importeur in principe geen moeilijkheden opleverende gegevens bij de invoeraanvraag moet worden verschaft, waardoor
voor de overheid een completer beeld
ontstaat van de invoer die heeft plaatsgevonden dan bij de tevoren geldende globale opgaven het geval was.
F. G. Moquette
te praten over een beperking van de
invoer van Japanse auto’s in de Benelux.
Van Aardenne deelde hem mee dat invoerbeperkende maatregelen alleen in
EG-verband bespreekbaar zouden zijn.
Wel werd vlak na het bezoek van Claes
de invoer van auto’s uit Japan in Nederland onder strenger toezicht geplaatst.
Dit houdt in dat importeurs bij het aanvragen van invoervergunningen meer
gegevens moeten verstrekken over merk
en type van de auto’s die zij willen importeren en dat de geldigheidsduur van invoervergunningen wordt verkort van zes
naar drie maanden. De Nederlandse
overheid krijgt daardoor een beter zicht
op de voorgenomen en gerealiseerde
invoer van Japanse auto’s. Eventuele
importbeperkende maatregelen worden
daardoor gemakkelijker uitvoerbaar en
kunnen b.v. gericht worden tegen bepaalde typen of merken Japanse auto’s
waarvan de invoer het sterkst toeneemt
of het meest bedreigend is voor auto’s
van Europese makelij.
Is hier sprake van invoerbeperking?
Het Ministerie van Economische Zaken
zegt van niet. Door Nederlandse importeurs Japanse auto’s wordt gesteld dat de
invoer wordt bemoeilijkt omdat van tevoren precies moet worden aangegeven
welke aantallen en welke typen in de
komende maanden zullen worden ingevoerd. Zij zijn van oordeel dat daar inde
praktijk een zekere restrictieve werking
van uitgaat.
Naschrift
In januari bezocht de Belgische minister van Economische Zaken Claes zijn
Nederlandse collega Van Aardenne om
L. van der Geest
251