Immigrant
Aute ur(s ):
Ridder, G. (auteur)
De auteur is hoogleraar economie aan de University of Southern Califormia, Los Angeles.
Ve rs che ne n in:
ESB, 87e jaargang, nr. 4343, pagina 43, 18 januari 2002 (datum)
Rubrie k :
Prikkel
Tre fw oord(e n):
Mijn dagelijkse reis naar de universiteit, een reis die ik vanwege de permanente files in Los Angeles met de bromfiets afleg, is een
wereldreis. Ik begin in Japan en via het Midden-Oosten bereik ik Korea om door Centraal-Amerika op mijn werkplek aan te komen.
De ethnische buurten zijn zeer bedrijvig. Iedereen is aan het werk. De enige ijdele personen zijn de dagarbeiders (meest illegale
immigranten) die zich aanbieden op de hoek van LaBrea en Pico.
Ethnische buurten bestaan dankzij immigratie. In Californië is 22 procent van de bevolking geboren buiten de vs (in Nederland is dat
negen procent). Immigranten hebben in de vs een betere pers dan in Europa. Een conservatief dagblad als de Wall Street Journal is proimmigratie. Vrijhandel, vrije markt en vrije immigratie zijn immers klassiek liberale uitgangspunten.
Net als in Nederland is immigratie in de vs een permanent onderwerp van discussie. Anders dan in Nederland is er geen opwinding over
asielzoekers, die minder dan één procent van de immigranten uitmaken. Een overzicht van het publieke debat en de wetgeving is onlangs
gegeven door Christopher Jencks in twee artikelen in de New York Review of Books 1.
In dat debat gaat het om twee punten: hoeveel en wie laten we toe? Het grootste deel van de immigratie (88 procent) is vanwege
gezinshereniging en betreft meest laagopgeleide immigranten uit Latijns-Amerika en Azië. De rest komt vanwege werk (mensen zoals ik)
en dat zijn hoogopgeleide immigranten.
Jammer genoeg blijft de discussie meestal steken bij de vraag hoeveel immigranten toegelaten worden. De vraag wie we willen toelaten is
interessanter.
Ik beperk me tot arbeidsmigratie. Toelating om humanitaire redenen, inclusief gezinshereniging of -vorming is een ander verhaal.
Selectieve immigratie van economisch actieven is eugenetica zonder de nare associaties. Het Nederlandse beleid is tot nu toe niet erg
succesvol. De inactiviteit onder de immigranten die als gastarbeider toegelaten zijn, is hoog. De assimilatie verloopt traag. Als we de
keuze aan de immigranten overlaten, zal dat niet veranderen. Al het andere gelijk, verkiest een energieke emigrant een land met grotere
inkomensverschillen en minder garanties voor mensen die het niet maken (zoals de vs) boven een land dat het inkomen herverdeelt (als
Nederland). Dit verklaart waarom je in de vs relatief veel immigranten vindt die al na korte tijd zeer succesvol zijn, een verschijnsel dat in
Nederland zeldzaam is.
Het is niet eenvoudig te bepalen wie een succesvolle immigrant zal zijn. Selectie op opleiding of beroep sluit ondernemende immigranten
die niet over de juiste diploma’s beschikken uit. Om die reden heeft de econoom Gary Becker voorgesteld om toegangsbewijzen tot de
Amerikaanse arbeidsmarkt te veilen. De bodemprijs die een potentiële immigrant zal willen betalen, is tenminste de waarde van de
uitkering die hij of zij verwacht te benutten (plus andere voorzieningen) minus de belastingen die hij of zij verwacht te betalen. De
biedprijs is hoger naarmate de immigrant denkt meer te kunnen verdienen en dus bij te dragen aan het nationaal inkomen. De
evenwichtsprijs wordt zo bepaald dat het gewenste aantal immigranten toegelaten wordt en die prijs zal (veel) hoger zijn dan de
bodemprijs. Omdat de immigrant bij de grens betaalt heeft hij of zij er belang bij een goede inschatting te maken. Het voordeel van zo’n
veiling is dat immigranten na toelating niet anders behandeld hoeven te worden dan autochtonen. Werkgevers kunnen gewenste
immigranten sponsoren. Immigranten kunnen sparen of geld lenen voor het toegangsbewijs.
Een ander, minder radicaal idee is gebaseerd op mijn eigen situatie. Ik verblijf in de vs op een H1B, een visum dat me toestaat om drie jaar
in de vs te werken. De software-experts in Silicon Valley hebben ook zo’n visum. Als ik drie jaar gesponsord word door mijn werkgever
dan kom ik in aanmerking voor een permanente verblijfsvergunning. Als ik binnen die drie jaar mijn baan verlies en niet snel een nieuwe
baan vind, moet ik terug naar Nederland. Ik heb geen recht op sociale voorzieningen (ik kan me via mijn werkgever verzekeren tegen
ziekte en ongelukken). Dankzij een belastingverdrag ben ik een jaar vrijgesteld van federale belastingen. De combinatie van een
proefperiode waarin je moet aantonen van waarde te zijn voor het nieuwe vaderland, een beperkt recht op sociale voorzieningen en een
corresponderende korting op de te betalen belasting, maakt dat de belangen van de potentiële immigrant en het land van bestemming
samenvallen.
Iedereen toelaten is geen goed idee, maar ook Nederland kan wel wat vers bloed gebruiken.
1 Zie het archief van http://www.nybooks.com/index
Copyright © 2002 – 2003 Economisch Statistische Berichten ( www.economie.nl)