Ga direct naar de content

Gemeenten heffen vaker en méér toeristenbelasting

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 1 2018

■ Corine Hoeben (COELO)

Gemeenten belasten niet alleen hun inwoners maar ook niet-inwoners. Een veelgebruikte belasting voor niet-inwoners is de toeristenbelasting. De belasting wordt bijvoorbeeld geheven bij eigenaren van hotels, privé-accommodaties (zoals Airbnb) en campings, die deze doorberekenen aan hun gasten, dus mensen die meestal niet in de gemeente wonen maar er wel overnachten. Dat kunnen toeristen zijn, maar ook zakelijke reizigers. Bezoekers betalen op deze manier mee aan de voorzieningen van de gemeente, omdat de opbrengst uit de toeristenbelasting, net als die van de onroerendezaakbelasting (ozb), onderdeel is van de algemene middelen.

De toeristenbelasting levert naar verhouding niet zo veel op: gemiddeld zes procent van de ozb-opbrengst. Maar er zijn uitschieters. Zo verwacht Amsterdam dit jaar via de toeristen­belasting bijna half zoveel binnen te halen als met de ozb. En voor de vijf Waddengemeenten en de gemeente Veere is de opbrengst van de toeristenbelasting zelfs (veel) groter dan die van de ozb.

Niet alle gemeenten heffen ­toeristenbelasting, maar het gebruik neemt wel toe. In 2005 kende 70 procent van de gemeenten toeristenbelasting, in 2018 is dit 81 procent. Daarbij kan iedere gemeente zelf kiezen op welke manier de heffing wordt ingevuld. Het tarief kan hetzelfde zijn voor iedere accommodatie­vorm, maar ook verschillen. Daarnaast kan het tarief een vast bedrag per overnachting zijn, een percentage van de overnachtingsprijs, of afhankelijk zijn van het aantal sterren. De Waddengemeenten (behalve Texel) belasten via een opslag op het kaartje voor de veerboot ook het dagtoerisme.

Ook de tarieven van de toeristenbelasting nemen toe. Om het verschil in de hoogte hiervan te illustreren, is in de figuur voor elke gemeente het tarief per hotelovernachting weergegeven. In gemeenten waar de belasting afhankelijk is van de overnachtingsprijs gaan we uit van een kamer van 107 euro. In 2018 is het tarief per nacht het hoogst in de gemeente Haarlemmermeer, waar Schiphol onder valt. ­Toeristen ­betalen 6,49 euro, oftewel 6,05 procent van de overnachtingsprijs. Van de gemeenten die belasting heffen, heeft Strijen met 49 cent per nacht het laagste tarief. Gemiddeld, over gemeenten met en zonder belasting, wordt 1,98 euro per overnachting betaald; een toename van 16 cent (8,7 procent) in vergelijking met vorig jaar. Als we de gemeenten die geen ­toeristenbelasting ­heffen buiten beschouwing laten in de ­berekening, is het gemiddelde bedrag dat een toerist betaalt 2,33 euro per nacht.

Auteur