Ga direct naar de content

Een taxonomie van monetaire alternatieven

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: januari 14 2019

Er zijn voorstellen voor monetaire hervormingen in alle kleuren en smaken. Een taxonomie hiervan schept inzicht in zulke ­curieuze begrippen als Vollgeld, Positive Money, full-reserve banking en ­narrow banking.

De afgelopen jaren zijn er diverse ideeën, alternatieven en hervormingsvoorstellen voor het traditionele financiële stelsel ontwikkeld. Veelal is de leidraad dat het bij geld en betalen om maatschappelijk essentiële nutsfuncties gaat, die voor alle burgers altijd beschikbaar moeten zijn. Uitgangspunt is vaak ook een zekere onvrede met de wijze waarop geld, betalen, maar natuurlijk ook sparen en lenen, in het huidige financiële stelsel zijn vormgegeven.

De ontstane ideeën laten zich ordenen naar de mate van centralisatie die men voorstaat, zie figuur 1. Aan de ene kant van het spectrum vinden we cryptovaluta, aangevoerd door Bitcoin, aan de andere kant ideeën zoals volgeld die terug te voeren zijn op het Chicago-plan uit de jaren dertig. Het huidige stelsel zit daar tussenin.

ESB

Klik op de afbeelding om de figuur te downloaden

Een wereld zonder instituties

In het ideaalbeeld van cryptofans zijn er geen centrale instituties. Tien jaar na de lancering van de Bitcoin zijn nadrukkelijk, naast de mogelijkheden, ook de beperkingen van een dergelijke wereld gebleken. De afwezigheid van centrale instituties blijkt besluitvorming stroperig te maken. Er worden bittere stammenoorlogen uitgevochten, met een versplintering van het veld tot gevolg.

Ondanks het ideaalbeeld blijken ook in de decentrale cryptowereld markten een neiging te hebben instituties te organiseren, zoals mining-collectieven, centrale platforms (beurzen) en portemonneediensten. Zonder regulering en toezicht hebben sommige hiervan de potentie de markt te domineren.

Ook hebben cryptobeleggers op een pijnlijke manier geleerd dat het tegenpartijrisico volledig bij hen ligt. Bij talloze hacks zijn klanten veel geld kwijtgeraakt: de door ­

www.cryptoaware.org bijgehouden teller van de hack­schade staat inmiddels boven de 2,5 miljard dollar. Achter veel initial coin offerings (ICO’s) bleken zwendelaars te zitten die er met het geld vandoor gingen. Beleggers genieten in deze gevallen nauwelijks tot geen gereguleerde bescherming, en hebben dus geen middelen om hun recht te halen.

Bij kredietverlening in de cryptowereld zouden ook het kredietrisico en het renterisico, die in de traditionele wereld door de bank gedragen worden, volledig bij de klant liggen. Libertijnen zien dit als een voordeel: laat mensen maar hun huiswerk doen en op de blaren zitten als het misgaat. De praktijk leert echter dat veel mensen hun prioriteiten elders leggen, en dat juist de cryptomunten tot speculatieve bubbels leiden. Het volledig decentraal beoordelen en spreiden van risico’s blijkt nog niet zo simpel te zijn.

Centrale geldschepping, decentrale kredietverlening

In veel volgeld-voorstellen wordt er geredeneerd dat als de geldschepping wordt ‘genationaliseerd’, de kredietverlening juist sterk kan worden geliberaliseerd, en daarmee in principe gedecentraliseerd. Het ‘nationaliseren’ van geldschepping betekent dat bancaire kredietverlening niet meer met geldschepping gefinancierd kan worden. Dit roept de vraag op: hoe dan wel? Het antwoord kan variëren van peer-to-peer-crowdfunding tot kredietverstrekking van overheidswege. De leidraad zou wat mij betreft telkens moeten zijn: op welke schouders komen de risico’s te liggen die nu eenmaal bij bankieren horen?

Decentrale kredietverlening plaatst een grote verantwoordelijkheid bij het individu als geldverstrekker, en zou idealiter de concurrentie en daarmee de markefficiëntie moeten bevorderen. Maar het individu kan de risico’s maar beperkt overzien, zeker financiële risico’s die zich over een langere termijn uitstrekken. Individuen kunnen zich er bovendien nauwelijks tegen indekken. Groepsvorming geeft de mogelijkheid tot het gezamenlijk dragen van ­risico’s. Zo kunnen er collectief risico’s genomen worden zonder dat individuen alles in de waagschaal hoeven te stellen.

Er zijn daarentegen ook volgeld-voorstellen die overgaan tot volledige centralisatie, waarbij kredietverleners door de centrale bank gefinancierd worden. Het nemen van risico’s is essentieel om als samenleving vooruit te komen. Risico’s spreiden en delen is de essentie van bankieren en verzekeren, en van het collectieve element in ons pensioenstelsel. Maar moet dit principe zo ver doorgevoerd worden dat alle risico’s volledig bij het collectief liggen? Dat zou een efficiënte bestemming kunnen belemmeren van schaarse financiële middelen in de economie – de nadelen en valkuilen van centraal geleide economieën worden ons tot op de dag van vandaag gedemonstreerd.

Tot besluit

De uitersten op het spectrum van centralisatie zijn niet erg werkbaar of aantrekkelijk. Het huidige financiële stelsel zit op dit spectrum ergens in het midden. En dat is dus niet voor niets. Maar dat betekent natuurlijk niet dat het denken nu klaar is. Hoe het bankenlandschap er ook precies uit gaat zien, we weten dat er altijd behoefte zal blijven aan betalen, sparen en lenen. Goed bankieren in de toekomst zal antwoord moeten geven op de vraag hoeveel risico acceptabel is om groei te faciliteren, hoe we krediet goed toewijzen en hoe we de risico’s goed delen. En ook dan weer zullen de beste antwoorden bestaan uit een mix van private en publieke, van individuele en collectieve elementen.

Literatuur

Buitink, P. en R. van der Linde (2019) De econoom aan zet voor de bankrekening zonder ­kredietrisico. ESB, 104(4769), 21–23.

Hayek, F.A. (1990) Denationalisation of money: the argument refined. Hobart Paper (special) 70. Londen: The Institute of Economic Affairs. Te vinden op nakamotoinstitute.org.

Kay, J. (2009) Narrow banking: the reform of banking regulation. Publicatie te vinden op www.johnkay.com.

Nakamoto, S. (2008) Bitcoin: a peer-to-peer electronic cash system. Publicatie te vinden op ­bitcoin.org.

Auteur

Categorieën