Ga direct naar de content

Meeste thuiswerk en overwerk op het hoogste beroepsniveau

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 21 2018

■ Jesper van Thor (CBS)

De afgelopen jaren zijn meer mensen gaan thuiswerken. Op het hoogste beroepsniveau werkten in 2017 bijna twee van de drie werknemers (65 procent) gewoonlijk of incidenteel thuis. Dat is het meeste van alle beroepsniveaus. Beroepen op het hoogste niveau kenmerken zich door hun hoge mate van complexiteit en door de omvang van de taken die bij deze beroepen horen. Een voorbeeld daarvan is de beroepsgroep docenten in het hoger onderwijs en hoogleraren. Bij hen was het percentage thuiswerkers met 84 procent in 2017 het hoogst. Van alle werknemers met een beroep op het laagste beroeps­niveau werkt slechts drie procent thuis. De werkzaamheden op dat niveau, zoals bijvoorbeeld schoonmaken, laden, lossen en vakken­vullen, lenen zich er vaak niet of nauwelijks voor om thuis te verrichten.

Voor overwerken geldt hetzelfde als voor thuiswerken: hoe hoger het beroepsniveau, hoe meer werknemers overwerken. Op het laagste beroepsniveau werkt 14 procent van de werknemers regelmatig over. Dit loopt op tot 43 procent op het hoogste niveau, waarbij de managers het meest overwerken, te weten 58 procent.

Uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden van CBS en TNO blijkt dat steeds meer werknemers het belangrijk vinden om thuis te ­kunnen werken. Vond in 2008 nog 34 procent van alle werknemers de mogelijkheid om thuis te werken van belang, in 2017 was dit toe­genomen tot 44 procent. Werknemers die thuiswerken zijn bovendien vaker tevreden met hun arbeidsomstandigheden dan ­niet-thuiswerkers. Op het hoogste beroepsniveau zijn werknemers die op het eigen woonadres werken het meest tevreden; ruim drie kwart (77 procent) is ­tevreden of zeer ­tevreden over de arbeidsomstandigheden.

De tevredenheid van thuiswerkers hangt wel samen met de mate van overwerk. Van de thuiswerkers op het hoogste beroepsniveau die regelmatig overwerken is een kleiner deel tevreden met de arbeidsomstandigheden (71 procent) dan van de thuiswerkers die nooit overwerken (84 procent). Werknemers op het hoogste beroepsniveau die ­regelmatig overwerken, maar niet thuiswerken, zijn met 68 procent het minst ­tevreden over hun arbeidsomstandigheden.

Auteur