reactie
Reactie op: Kan Nederland
onderwijs aan?
De open brief van dr J. Ritzen aan de informateur, H. Wijffels is
een opmerkelijk werkstuk. De afzender is zelf een van de belangrijkste architecten van het bouwwerk van het onderwijs, waarvan wij thans getuige zijn. In het rijtje Van Kemenade, Ritzen,
Wallage en Netelenbos neemt Ritzen een bijzondere plaats in.
Van de nivellerende middenschool en de horizontale basisvorming
zijn wij inmiddels verlost, maar de gevolgen van het beleid van
Ritzen merken wij nog steeds. Ritzen heeft in het onderwijs de
grootschaligheid ingevoerd, gedragen door fusies en het tot stand
brengen van grote scholengemeenschappen. Het ging Ritzen om
efficiëntie en om bezuinigen.
Aan de slag die aan kwaliteit van het onderwijs werd toegebracht,
ging zijn beleid voorbij, ook al hebben velen gewaarschuwd. Dat
het onderwijs nu is overgenomen door een klasse van beheerders,
die sturen op financiële criteria, is een rechtstreeks gevolg van de
desastreuze grootschaligheid. Wijffels moet het kantelen van de
scheefgegroeide verhouding van management en werkvloer in het
onderwijs op de agenda zetten en de negatieve gevolgen van het
beleid van Ritzen terugdringen. Menselijke maat en kleinschaligheid moeten in het onderwijs terug.
De tweede inzet van Ritzen betreft de lerarenopleiding. Het weghalen van de lerarenopleiding voor het voortgezet onderwijs bij de
universiteiten, het onderbrengen bij het hoger beroepsonderwijs
en het vervangen van vakinhoud door onderwijskunde hebben
rampzalig gewerkt. Op het beleid van Ritzen gaat het vervangen van bekwame docenten in bepaalde vakken door opzichters
en coaches terug. In zijn open brief bepleit Ritzen vier keer de
lerarensalarissen te verhogen. Alsof zodoende weer leraren de
scholen binnenkomen, die over vakkennis beschikken. Wijffels
moet op de agenda zetten het bevorderen van de toetreding van
academisch gevormde docenten in het voortgezet onderwijs en
het ontmantelen van de opleiding tot begeleider in het hoger
beroepsonderwijs. Als vervolgens de kwaliteit van de docenten
omhoog is gegaan, kunnen ook de salarissen worden verbeterd.
Het leger van onderwijskundigen kan in de pan worden gehakt.
Havo-leerlingen dienen niet via een omweg docenten in het VWO
te worden, eindexamens moeten extern worden getoetst. PABO’s
moeten op de schop.
De open brief van Ritzen wekt de indruk dat in het buitenland
grote waardering voor het Nederlandse onderwijs bestaat. Niets
is minder waar. Het buitenland weet dat Nederlanders veel
taal- en stijlfouten maken, geen kennis hebben van Frans en
Duits, van abstracte wiskunde niet langer op de hoogte zijn en
een verschraalde historische kennis hebben. Het buitenland weet
ook dat door fusies verscheidene universiteiten zijn opgeslokt
door instellingen van hoger beroepsonderwijs. De Universiteit van
Amsterdam heeft veel van haar glans verloren door de fusie met
het HBO. De rector Paul van der Heiden heeft niet zonder reden
Amsterdam verwisseld voor Leiden. Het buitenland weet ook dat
HBO’s in het nieuws komen door valse studenten, valse vakken
en valse cijfers.
De theoretische grondslag van het betoog van Ritzen is slecht
gefundeerd door het verwaarlozen van de betekenis van de technische ontwikkeling voor de economische en maatschappelijke
dynamiek. De ervaring in de Verenigde Staten leert dat deze de
vrucht is van zeer hoogwaardig onderwijs, dat uitzonderlijke be
gaafdheid in alle lagen van de bevolking tot ontwikkeling brengt.
De informateur doet er daarom verstandig aan het programma
van eisen voor het herstel van de kwaliteit van het onderwijs van
laag tot hoog, op te stellen. De eerste prioriteit is niet het salaris maar de vakinhoudelijke bekwaamheid van de docenten. De
tweede is niet het op één hoop gooien van universitair en hoger
beroepsonderwijs, maar juist het maken van scherp onderscheid.
De derde prioriteit is het bevorderen van fundamenteel onderzoek
en het onderwijs in vakken, zoals theoretische natuurkunde en
zuivere wiskunde, juist omdat daarbij markttransacties en financiële rendement niet aan de orde zijn.
Arnold Heertje
Reactie op Heertje
1. De Nederlandse problemen in het onderwijs zijn internationaal.
Ik beargumenteer in mijn artikel het structurele probleem lerarensalarissen. Zonder goede salarissen geen goede kwaliteit.
2. Nederland doet het (nog steeds) uitstekend in het Project
International Student Assessment, waarin de prestaties van
15-jarigen internationaal worden vergeleken.
3. De structuur op hoofdlijnen van het Nederlands onderwijs is
internationaal een voorbeeld: autonomie van scholen die alleen
met een voldoende schaal kan bestaan.
4. Heertje vindt de bureaucratie in het onderwijs en de onderwijsondersteuning doorgeslagen en wil terug naar de school
van vroeger. Het zou de doodsteek kunnen zijn voor het onderwijs als dat het hoofduitgangspunt van beleid zou worden.
Met de beruchte uitzonderingen is er geen bureaucratieprobleem in het onderwijs en geen probleem van een teveel aan
onderwijsondersteuning.
5. Tenslotte ook iets waar ik het met Heertje eens ben: er is
behoefte aan differentiatie in het hoger onderwijs. Het op één
hoop gooien van HBO en WO past daar niet bij.
Jo Ritzen
ESB
26 januari 2007
59