Ga direct naar de content

Overheidsrol cruciaal, maar begrensd

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juni 10 1998

Overheidsrol cruciaal, maar begrensd
Aute ur(s ):
Bakker, H.C. (auteur)
De auteur is werkzaam b ij de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit.
Ve rs che ne n in:
ESB, 83e jaargang, nr. 4156, pagina D26, 11 juni 1998 (datum)
Rubrie k :
Reactie
Tre fw oord(e n):
marktw erking, deregulering, w etgevingskw aliteit

Dit artikel is een reactie n.a.v.: E. Bartelmans, P. de Bijl en M. Canoy, De onzichtbare hand grijpt naast nieuwe markten,
ESB-dossier, 11 juni 1998, blz. D23-D26.
Zonder twijfel staan ons er op het gebied van de elektronische snelweg ingrijpende economische, sociale en maatschappelijke
veranderingen te wachten, die een actieve opstelling van de overheid noodzakelijk maken. In het beleid gaat het daarbij vaak om de
vraag hoe moet worden omgegaan met bedreigingen die het gevolg zijn van de vervanging van werkelijke door virtuele werelden. Van
de vervanging van ‘echte’ handtekeningen door electronische, de vervanging van fysieke verspreiding van kinderporno door
verspreiding via het Internet, tot en met de vervanging van nationale fiscale en sociale speelvelden door het speelveld van de hele
wereld, nu kapitaal en steeds meer typen van arbeid zich met de snelheid van het licht over de aardbol verplaatsen.
Bartelsman, De Bijl en Canoy gaan niet op zoek naar bedreigingen, maar naar kansen van de virtuele wereld. De suggestie van hun artikel
dat de overheid een markt-maker wordt gaat daarbij wel heel ver. Op de keper beschouwd hanteren de auteurs een beperkte definitie van
het begrip ‘markt’ als een institutie waar goederen en geld van eigenaar kunnen wisselen: dus een marktplaats. Een actieve overheid is in
beginstadia van grootschalige, op technologie gebaseerde ontwikkelingen heel vaak de sleutel tot succes: zie de opbouw van
telecommunicatienetten en de nationale overstap op aardgas. Zo ook bij de elektronische snelweg. Voor het ontstaan van ‘electronic
commerce’ is dat een (belangrijke, maar toch niet meer dan) voorwaardenscheppende rol: de overheid helpt primair de marktplaats tot
stand te brengen. Cruciaal is bijvoorbeeld het bereiken van een standaard voor ‘conditional access’-technologie (decoders): zonder
standaard geen kans op massaproductie, betaalbare decoders en dus massapenetratie; zonder kans op massapenetratie geen ‘demand
pull’ op de dienstontwikkeling; en zonder dienstontwikkeling geen ‘killer application’ die massapenetratie tot stand brengt. Zonder
standaard zal de ontwikkeling van de electronische snelweg nog jaren het lijdend voorwerp blijven van strategisch gemanouvreer van
aanbieders die uit zijn op dominantie; en als er een aanbieder is die zoveel succes heeft dat daardoor de facto een standaard dreigt te
ontstaan – vergelijk de Microsoft-zaak in de VS – moet de overheid zelfs klaar staan om de vooruitgang een beetje om zeep te helpen in
het belang van een ‘level playing field’.
Voor de totstandkoming van een markt moet de marktplaats ook worden bezocht door marktpartijen, en moeten de goederen en diensten
die zij aanbieden en vragen bovendien nog op elkaar aansluiten. Bij technologie-gedreven vernieuwingen bestaat vaak ten onrechte de
verwachting dat, als maar eenmaal de technologische aanbodvoorwaarden zijn vervuld, de vraag vanzelf op gang zal komen. Ook
Bartelsman, De Bijl en Canoy lijken hiervan uit te gaan. Toch gaat het daar vaak mis. De consument blijkt tevreden met wat hij heeft. De
vraagzijde laat het massaal afweten. Het ontwikkelen van een ‘killer application’ ligt, hoe nuttig de aanvullende inspanningen van
staatssecretaris Kohnstamm wellicht ook kunnen zijn, niet op de weg van de overheid (dat ‘electronic commerce’ die rol kan vervullen
betwijfel ik overigens evenzeer), maar de mate waarin de overheid erin slaagt de voorwaarden voor de afzet van zo’n ‘killer application’ te
optimaliseren is van doorslaggevende betekenis voor de totstandkoming ervan.
Er ligt dus een duidelijke rol te wachten voor een zorgvuldig interveniërende, regisserende overheid, die een duidelijke visie heeft op het
binnenslepen van de zegeningen van technologische vooruitgang voor brede groepen in de samenleving en daarmee voor onze
economie als geheel.
Dit heeft overigens weinig te maken met de MDW-operatie die zijn bestaansgrond eerder ontleent aan het opruimen van restanten van
vroegere overheidsinterventies waaraan, hoe nuttig ooit ook, de legitimiteit is ontvallen, om (weer) ruim baan te maken voor de werking
van de markt. Het zou dan ook merkwaardig zijn als nieuw, pro-actief overheidsbeleid dat juist een correctie of aanvulling op
marktwerking behelst moet worden gelegitimeerd door aansluiting te zoeken bij de MDW-operatie, simpelweg omdat die operatie goed in
de politieke ‘markt’ ligt.

ESB-dossier: Marktwerking, deregulering en wetgevingskwaliteit.
Inleiding
Ministerie van Economische zaken, MDW in vogelvlucht

A. Heertje, Meer welvaart met hulp van Pareto
Toezicht
R.K. Visser, Laat de markt werken, en de overheid toezicht houden
A.J.M. Kleijweg, De rol van de NMa nader belicht
P.A.G. van Bergeijk, Voer voor juristen
Marktwerking
H.W. de Jong, Meer markt, meer welzijn?
F. van Waarden, Over Burgers en burgers
Het MDW-project
L.A. Geelhoed en W.A. Oskam, De broedende kip
R.J. in ‘t Veld, En marge
Nieuwe markten
E. Bartelsman, P. de Bijl en M. Canoy, De onzichtbare hand grijpt naast nieuwe markten
H.C. Bakker, Overheidsrol cruciaal, maar begrensd
Markt en overheid
R. Goudriaan en M.G. Lijesen, Wat kost de ondernemende overheid?
D.J. Wolfson, D-OEMdenken
Epiloog
H.A. Keuzenkamp, Wordt vervolgd

Copyright © 1998 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteur