Ga direct naar de content

Conjunctuurbericht

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: oktober 5 1994

Figuur 2. Aantal vacatures
de maand x 1.000)

Statistiek

(ultimo

van

en in de bouw was sprake van een
lichte daling. Alleen in de industrie
steeg het aantal vacatures.

Algemeen conjunctuurbeeld
100

In de voorgaande nummers van het
Conjunctuurbericht werd melding gemaakt van een oplevende economie.
De meest recente cijfers van een aantal indicatoren vallen echter wat tegen. Zo lag de gezinsconsumptie in
juli iets onder het niveau van een
jaar eerder, liet het consumentenvertrouwen in oktober een daling zien
en waren de werkloosheidscijfers
over het derde kwartaal van dit jaar
eveneens minder rooskleurig (zie figuur 1). Deze wat tegenvallende ontwikkelingen zijn deels toe te schrijven “aan incidentele factoren. Daarnaast hebben met name de werkloosheidscijfers (door het steekproefkarakter van het onderzoek) een zekere onnauwkeurigheidsmarge.
Andere
indicatoren wijzen daarentegen nog
steeds op een herstel. De licht dalende tendens van het aantal faillissementen houdt aan en het aantal vacatures laat voor het eerst sinds jaren
geen daling meer zien. De produktie
van de industrie ontwikkelt zich
voorspoedig, al is de opleving internationaal gezien nogal bescheiden.

Werkloosheid
Het aantal geregistreerde werklozen
in het derde kwartaal van dit jaar
kwam uit op 484 duizend. De werkloosheidscijfers hebben dit jaar een
grillig verloop. Nadat de werkloosheid al vanaf medio 1992 steeds sneller steeg, werd in het eerste kwartaal
van dit jaar een stijgingstempo van
achttienduizend per maand bereikt.
In april was er een abrupte omslag

Figuur 1. Bruto binnenlands
en geregistreerde werklozen

o

produkt

.’
.
.” .

425

,”

-2

. :’.

.: .

wertdozen « I 000)
rechterschaal
-4 1987

(omgekeerde

474

•
schaalindelingJ;

1988 1989 1990 f991

1992

993

994

525

80

60
40
20

o

1 1I llilV 11IlliIV
I.UlliIV
J 11
1991
1992
1993
1994
T/m 3e kw. ’93 excl. overheid, onderwijs,soc.werkpl.;
uÃŽt
Vanaf 4e.kw. ’93 excLoverheid, onderwijs

en begon de werkloosheid te dalen
met circa achtduizend per maand.
Daardoor was het aantal geregistreerde werklozen, gecorrigeerd voor seizoeninvloeden, in het tweede kwartaal 28 duizend lager dan in het
eerste. De cijfers over het derde
kwartaal geven een wat minder rooskleurig beeld. Het seizoengecorrigeerde cijfer komt weer vijfduizend
hoger uit dan dat voor het tweede
kwartaal. Dit hoeft echter nog niet te
betekenen dat de werkloosheid weer
stijgt. De cijfers zijn namelijk gebaseerd op een steekproefonderzoek
en hebben daardoor een onnauwkeurigheidsmarge. Daarom moeten de
uitkomsten van de komende maanden worden afgewacht. Vergeleken
met een jaar eerder was de geregistreerde werkloosheid in het derde
kwartaal 63 duizend hoger. In het
tweede kwartaal was dat 67 duizend
en in het eerste 129 duizend.
Een andere indicator voor de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt is
het aantal vacatures. In het tweede
kwartaal van dit jaar waren er 42 duizend vacatures (figuur 2). Dit is ongeveer even veel als een jaar eerder. In
de periode 1991-1993 daalde het aantal vacatures voortdurend (steeds vergeleken met het overeenkomstige
kwartaal een jaar eerder). In december 1993 werd een dieptepunt bereikt van 33 duizend vacatures. Dit
waren er honderdduizend minder
dan begin 1990. Eind maart 1994 was
al een zeker herstel zichtbaar. Op
grond van het cijfer van eind juni
wordt geconstateerd dat de jarenlange dalende tendens van het aantal
vacatures voorbij is.
In de meeste bedrijfstakken was
het aantal vacatures in het tweede
kwartaal van dit jaar gelijk aan het
kwartaal daarvoor. In de landbouw

Achterblijvende groei
industriële produktie
In de eerste zeven maanden van dit
jaar is het volume van de industriële
produktie in Nederland ruim 2% groter dan in dezelfde periode een jaar
eerder. In 1993 daalde de bedrijvigheid in de industrie. Een dergelijke
ontwikkeling heeft zich ook in Italië,
(West-)Duitsland en Frankrijk voorgedaan. Ten opzichte van deze drie landen blijft de groei in Nederland evenwel wat achter. Vooral een aantal
Scandinavische landen laat dit jaar
hoge groeicijfers zien. Opmerkelijk
is dat in deze landen de industriële

bedrijvigheid in 1993 ook al steeg. Alleen in Canada ligt de toename iets
onder die van 1993. De ontwikkeling
van de industrie in Japan is een verhaal apart. Van de in figuur 3 onderscheiden landen werd dit jaar alleen
in Japan een daling van de produktie
waargenomen (-2%). Ten opzichte
van 1991, het laatste jaar waarin de
industrie groeide, bedraagt de afneming zelfs meer dan 11%. Een lichtpuntje is dat de negatieve groeicijfers
de laatste maanden wat afnemen.
Figuur 3. Produktie industrie (volume),
procentuele mutatie t.O.V. voorgaand
jaar
12

10

PIN

ZW}]

NOO VS
ITA CAN

-2

-6
.8
.j;m-jul;

1994

1illl1993

Kerngegevens recente ontwikkelingen, procentuele mutaties t.O.V.hetzelfde jaar daarvoor, tenzij anders a~ngegeven
\987F91
gemîdd.

\992

1993

\993
3ekw.

1994
juni

4ekw.

1294
lekw.

0.9
3.4
_1.2
0.6
3.6
2.2
0.2

03
2.3
0.0
-2.8
1.8
23
03

1.9
3.9
1.0
L7
2.7
2.7
1.9

2.3

5
-2
-2
4
-2

1
\

-2
-2
-4
-2
0
-I
-6
2
-5

8
-2
-2
5
0
.3
-5
0
0
0
-3
0
-5

-2
-4
-I
0
-5
3
-6

4
-2
0
0
3
0
0
-5

6
3
0
4
\
8

1
0
-3
2

2
0
2
2

0
-I
-5
2

3
1
5
2

-3
-3

5
5
3

-6
-7
0

-I
-\

-I
4

5
8

3.1
-0.8
2.7
-0.2

3.6
1.6
2.8
-03

4.0
2.3
3.3
0.\

3.0

Z.9

3.0

2.7

2.6

2.7

-0.1

0.1
1.5
16.83

0.2
1.2
17.74

0.9
2.4
\7.2\

16.29

2ekw.

Trend

juli

aug.

sept.

VOLUMEGEGEVENS
ProduktiL

(Kwanaalrekeningen)
produkt(m.p.)

Bnrto
_
Landbouw

en visserij

Nijverheid
Handel. hotel- en restaurantw., rep. bedr.
Transport. opslag- en communicatiebedr.
Overige dienstverlening (excl. overh.)
Algemeen overheidsbestuur. enz.

2.9
4.0
204
3.4
404
3.3
1.0

1.4
0.9
0.\
0.8
3.\
2.0
0.6

0.2
4.3
-1.6
-1.5
2.3
2.0
03

(maandindicatoren)

Produ/die

Delfstoffenwinning

\

\

\

Industrie
Voedings- en genotmiddelenindustrie
Textiel-. kleding- en Jederindustrie
Papier- en grafische industrie
Chemische industrie
Rubber- en kunststofverw. industrie

3
3
1
3
2
6
2
0
2
3
2

-\
-\

-3
-2

Hout-

1
1+
1
1
1+
1+
1

en bouwmaterialenindustrle

Basismetaalindustrie
Elektrotechnische

industrie

Rest rnetaaI- en overige industrie
Openbare nutsbedrijven
Bouwnijverheid
Consumpti.
B_gozimmnsumptie
Voedings-

goederen

en diensten

Investeringen in \Wte activa
BntloiaVBedrijven

-\

-\

0
1
-2

3
2
4
3

en genotmiddelen

Duurzame consumptiegoederen
Overige

-7
0
-I
0
1
0

2
I
\

3

2
2
3

Overheid

-\

\
-\
\

\

4
3

0
3

4
3

1+
1
1
1+
1
1+
1
1
1
1+
1
I

-8

2
2
5
1

30

1

-I
0
-9
\

-\

BuiJenkmds<,handel(goode.-.ni

Invoer
Uitvoer

6
6

2.0
3.8
2.0
4.9

BBP intemationaai
Verenigde Staten
Duitsland

Verenigd Koninkrijk
Japan

2
2

23
1.2
.0.5
\04

-I
\

3.2
-1.9

2.\
0.\

3.0
-1.1
2.2
0.2

1
1+

1+
1
1+
I

PRIJZEN
Consumentenprijsindex
Produ=nJenpriju
WJust.-re
Afzet

3.2

Verbruik

Aardolie,

North

Sea Brent

(in $

per blllTe1)

J9.00

2.6

2.8

2.7

-1.2
-3.\

-1.8
-3.6
17.24

-1.8
-33
\6.69

-1.4
-2.7
\5042

19.32

-0.8
-\.3
13.74

1.0
J5.97

I

bedrijven

Gepremieerde en gesubsieerde sector
Wrsselkoersen (in gld)
Amerikaanse dollar (I)
Duitse mark (I)
Engelse pond (I)
Japanse yen (100)

–,
I

Regelingslonen
Particuliere
Ovelheid

1+

1.8
2,0
2.1

43
3.2
4.0

3.2
2.5
3.7

2.7
1.5
2,8

2.8
2.4
2.8

23
1.6
2.5

1.7
1.2
0.3

1.7
1.2
0.\

1.3
1.0
004

1.3
0.8
0.4

1.3
0.8
0.1

1+

1.96
1.127

1.76

1.86
1.123
2.79
1.68

1.89
1.124
2.84

1.89
\.\22
2.82
1.74

1.93
1.122
2.88
1.80

1.87
1.122
2.81
1.81

1.83
1.121
2.79
1.78

1.76
1.122
2.72

1.74
1.121
2.72
1.76

1+

1.79

1.76
1.123
2.71
1.76

1
.++

-19
-46

-\6
-36
.3
37
13

-9
-\9
-2
25
-I

-6
-\3
-2
20
11

.5
-12

3
5

-\

\

21
33

-23
-47
-8
36
12

15
-19

\4
19

6
\6
.1
13
-7

1++
1+

-\2

-9
104
83

-5
104

-4

-4
105

83

1.126

3.37

3.10

\043

1.39

\
-4
5
4
-2

-\4
-36
5
24

-22
-50
-4
16
27

-7
116
85

-16
115
83

-22
102
81

-20
10\
81

-22
\00
80

-36
-11
-12

-26
-2\
-\4

-44
-15

5
-29
-13

8
.25
-8

43
520
8.1
777

465
73
749

-\

42
46\
7.2
749
14

2.8
6

3.2
7

3.2
5

3.0
4

I

I

-14
-16
-7

5487
33
453
7.\
712
-\2

I

1.79

OVERIGE INDICATOREN

e-ten

…………… %)
I) (In

Economisch klimaat
Koopbereidheid
Koersi.ndex voor aandelen, algemeen
Uîtgesproken faillissementen

\

-\

ConjunauuTtesl

loduslrie
Beoordeliog orderpositie I} (in %)
Orderpositie (4e kw. 1993=100)
Bezettingsgraad (in %)
ZekeIijke

–…mg

Beoordeling ocderpositie I) (ÃŽn
Computer servÃŽcebureaus
lngenieurs- eo architectenbur.
Economische adviesbureaus

5206

4.7
8

555\
67
336
53
587
-6

5545

39
4\5
6.5
664
-10

-11

5566
34
421
6.6
662
-10

2.9

6

7

1) Saldo van positieve
en negatieve antwoorden
in procenten van het totaal;
2) Trend: procentuele
jaarmutatie
– -I: kleiner dan -5%; – I: tussen -5% en -2%; I: lussen -2% en +~;
I +:tussen
2% en 5%; I ++: groter wn 5%.
maand. De gegevens zijn niet voor het seizoen gecorrigeerd;
4) Reeksbreuk;
– : gegevens nog niet beschikbaar.

E5B 28-9-1994

\04

%)

Aro.idsmaTkt
Aantal banen van werknemers (x 1000)
Aantal vacatures
(x 1000)
Geregistreerde werklozen 3)
(x 1000)
Idem. in % van de totale beroepsbeVOlking
Aantal werkloosheidsuitkeringen (x 1(00)
Aantal uren uitzendkrachten
Geld en kndiet
Spaartegoeden
Bînnenlandse Uquiditeîtenmassa

\02

I
–I

470
73
754

484
7.6
765

1++
1++
1+-0
-I

33
4

van het meest recente voortschrijdende
3) Driemaandsgemiddelden
opgenomen

4

1+
1++

12-maands gemiddelde;
onder de middelste

2)