Ga direct naar de content

Jrg. 14, editie 685

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 13 1929

13 FEBRUARI 1029

AUTEURSRECHT
VOORBEHOUDEN.

EconomischrJStatistische

Beri*chten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIÈN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

• UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

14EJAARGANG

WOENSDAG 13 FEBRUARI 1929

No. 685

INHOUD.

Blz.
liET KOELIECONTRACT IN I3UITENLANDSCHE K0L0NIEN
T
door
Mr. H. (Johan de Boer……………………148
De herziening der Rijkstelefoontarieven. Het locale ta-
rief door Mr. G. H. Dijkmans van Gunst ……. … 151
De nieuwe verdragen met China door
Thos. T. H. Ferguson 153
BUITENLANDSOHE MEDEWERKING:
De Rijkabank in
1928
door
Dr. F. H. Repelius . 155
De Buitenlandsche Handel van Algiers door
Dr.
G.
II. Bousquet …………………………….157
AANTEEKENINOEN:
Indexcijfers van groothandeisprijzen ………….. 158
BOEKAANKONDIGINOEN:
Sub-Commissie uit de Commissie voor de Econonii- sche Politiek. Onderzoek naar den stand der werk-
loösheid
T,
hespr. door
Ir. R. A. Verwey ……..159
Dr. C. G. W. Schumann: Die Kredietmark in Suid-
af rika, bespr. door
J. 11. Cohen $tuart ……….160
NIAANDOIJFERS:
Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam ……….
161
Emissies in Januari
1929 ……. . ………….. .162
STATISTIEKEN EN OVERzICHTEN
…………….
163-170
Geidkoersen.

Ba nkstaten.

Goederen handel.
Wisselkoersen.

Effectenbeturzen.
1
Verkeerswezen.

ÏN$TITUUT VOOR ECONOMI$C LIE
GE$CIIRIFTEN.
Algemeen Sec’retaris: Mr. Q. J. Ter pstra.

ECONOMI$CH-STATI,STISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE
VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. II. -dan
Lennep; Mr. K. P. van der Mandela; Prof. Dr. E. Moresco;
Prof. Dr. N. J. Polak; Mr. Dr. L. F. 11. Regout; Dr. E.
van Welderen Baron Rangers; Prof. Mr. H. R. Ribbius;
Jan Schilthuis; Mr. Q. J. Te

rpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
Assistent-Redacteur: H. M. H. A. van der Valk.
uSeoretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408.

Abonnements prijs voor het weekblad franco p. p.
1
in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut ontvangen het weekblad gratis.

.élcljvertenties f0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adroer-
tenties: Nijgh & van Ditmar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhage. Postchè qua- en giro
rekening No. 6729.

12
FEBÏWARI
1929.

De geidmarkt heeft deze berichtsweek een geheel
ander aanzien gekregen. De groote goudonttrekkingen
noodzaakten de Bank of England over te gaan tot een
reeds maandenlang dreigende discontoverhooging. Dit,
gevoegd hij den hoogen stand van den .Dollarkoen,
deed twijfel ontstaan of ook De Wederlandsche Bank
wei in staat zal zijn hare rentetarieven veel langer te
handhaven en maakte gelcigevers zeer terughoudend.
Particulier disconto opende dan, ook direct vaster en
gisteren was al reeds niet meer onder het officieele
tarief onder te brengen, terwijl de prolongatienotee-
ring van 4 tot 5 pOt,. opliep. Caligeld onveranderd,
goed gevraagd op ongeveer 4 pOt.
* *
*
Op den weekstaat van Dc Nederlandsche Bank
geef t de post binnenlandsche wissels een vermeerde-
ring van
f 7,4
millioen te zien. De beleeningen blijken
niet
f 15,1
millioen te zijn afgenomen. I].et renteloos
voorschot aan het Rijk steeg niet nagenoeg
f1
mii-
lioen.

De metaalvoorraad dor Bank bleef vrijwel op de-

zelfde hoogte. De Post papier op het buitenland en

de diverse rekeningen op de actiefzijde der balans
daalden respectievelijk met
f
7,4 millioen en
f
5
millioen.

De biljetteneireulatie vertoont een teruggang van

f
23,4 niillioen. De rekening-courant-saldi namenmet

f
3,9 millioen toe. Het beschikbaar metaaisaldo
klom met
f 7,7
millioen. ITet dekkingspercentage he-
draagt 55.
•1

.

*-*

-De wisselmarkt had ook (leze week een verrassend
verloop. Door de verhooging van het bankdisconto

met een vol procent steeg de Sterlingkoers, die reeds
de geheele week een opwaartsehe beweging had, Don-
derdag met bijna 2i cent tot 12,13. hiermede was
èchter blijkbaar te hoog gegrepen, want daarna trad
Zaterdag een reactie
in
en gisteren werd weder voor
12,11 afgedaan. De overige wissels verdeelden zich
.in twee groepen. Enkele, zooals Marken en Fransche
Francs, sloten zich aan bij den Dollarkoers, die wel-iswaar vast bleef, maar geen verdere
stijging
onder-
kging. De andere groep, zooals Belga’s en de Skandi.-
rïa.visehe valuta’s, sloten zich aan hij het Pond Ster-ling en volgden vrij gctrouw de schommelingen van

4
Iezen koers. Madrid was weder zeer onzeker.

LONDEN,
11
FEBRUARI
1929.

Zoowel de geidmarkt als de discontomarkt werden
‘erlcden week beheerscht door het besluit van het
bestuur van de Bank Yan Engeland om het officieel
minimum disconto tot 5. pOt. te verhoogen.

Ofschoon de loop der omstandigheden reeds eeni-
gen tijd duidelijk in clie richting had gewezen, was
.dle, markt, door het feit, dat het. besluit reeds zoo lang op zich had doen wachten, van meening, dat deze toe-

stand van afwachten nög wel eenige wekeii zonde
doorgaan.

Bovendien is de noodzakelijkheid tot deze verhoo-
ging ook geenszins geboden door interne oorzaken,
maar spruit zij geheel voort, uit de toestanden op de
New Yorksche markten. Door de bij voortduring groo-
te activiteit van de New Yorksche effectenbeurs en de
daaruit voortvloeiende stijgende tendens voor geld
op
korten termij ii aldaar, werd een belangrijk bedrag
aan vlottenci geld uit Europa in New York belegd.
J)i entengevolge werden :DoiLu•s oeral
(111
ur, en moest
Londen goud afstaan.

lIet is nu de groote vraag of de verhooging van het
disconto bi er voldoenden invloed
.
zal
kunnen iii toefe-
nen in New York, hetgeen nu in cle eerstvolgende
dagen
011
weken zal moeten blijken.
De opinies hier over het verder verloop van geld
en disconto zijn natuurlijk nog zeer verdeeld, zoodat de markten nog een weifelende houding aannemen.
Driemaands bankaccepten noteeren heden
5I16
pOt.
iitet vaste tendens.

148

ECONOMISCH-STATIST-ISCHE BERICHTEN

13 Februari 1929

HET KOELIECONTRACT

IN BIJITENLANDSCHE KOLONIËN.

I.

Vooral in den laatsten tijd is de literatuur over het
veelomstreden instituut der Poenale Sanctie in onze

Buitengewesten weer niet een aantal belangrijke ver-

handelingen over dit onderwerp vermeerderd. De

heeren R. Oolijn in zijn recent boek over ,,Koloniale
Vraagstukken van heden en morgen”, P. A. Oolijn

in liet maandblad ,,Anti-Revolutionaire Staatkunde”,
Prof. Mr. F. J. H. Cowan in artikelen in de ,,Econ.-

Stat. Ber.” *) en het Haagsch Maandblad, en voorts de

heeren Mr. J. Kalma en W. Middendorp in afzonder.
lijk

verschenen xnonografieën, om van de schrijvers

der talrijke dagbiadartikelen uit den laatsten tijd no

niet te spreken, zij allen hebben de kwestie der pu-
I)liekrechtelijke sanctie op het verbreken van een

koeliecontract nog weer eens, ieder uit eigen gezichts-
hoek, belicht.

Er zou dan ook geen aanleiding zijn om opnieuw
de publieke belangstelling voor dit onderwerp te
vragen, ware het niet, dat het vermoeden gewettigd
is, dat bij den oningewijden lezer dier beschouvigen

en ook door uitingen elders, van meer of ficieele zijde

gedaan, de indruk moet hebben post gevat, alsof wij

in Ned.-Iudië – liet moge dan zijn terecht of ten
onrechte, noodig of niet – nog een systeem huldi-
gen, dat volstrekt uit den
tijd
is en dat dan ook over-
al elders ter wereld reeds lang heeft afgedaan. Deze
indruk wordt eensdeels
Qnwillelceurig
gewekt door
het feit, dat aan onze Buitengewesten in dit verband
wat al te uitsluitend aandacht werd
gewijd
en nage-
laten werd een vergelijking te treffen met- wat buiten-

landsche koloniale gebieden, die in soortgelijke om-
standigheden verkeeren, op dit punt te zien geven,
anderdeels
bewust
door de uitingen van hen, die, uit
moreele of politieke overwegingen, tegenstanders van

dit arbeidssysteern zijn en die het doen voorkomen,

alsof de Ned.-Ïndische arbeidswetgeving inderdaad ii
een verregaand achterlijk stadium verkeert. Deze in-

druk is intusschen ten eenenmale onjuist. De strek-
king van deze
bijdrage
is om dit misverstand, waar
het bestaat, uit den weg te ruimen.
voorop sta, dat het nietvoldoende zou zijn daartoe
te wijzen op hier en daar een enkele kolonie in de

binnenlanden van Azië en Afrika, waar nog een met
onze poenale sanctie gelijkenis vertoonende regeling
mocht worden aangetroffen. Uit de hier volgende
gegevens zal integendeel blijken, dat alle – koloniale
mogendheden thans nog onverminderd de strafrechte-
lijke sancties als een onmisbaar middel beschouwen om hare schaars bevoikte overzeesche gewesten be-
hoorlijk tot ontwikkeling te brengen. Deze gegevens
zullen duidelijk aantoonen, dat uitingen als boven

bedoeld van den werkelijken toestand geen juist beeld –
geven; dat bijv. het Volksraadslid Middendorp, assis-
tent-resident bij het B. B., in zijn brochure
1)
ten
onrechte herhaaldelijk gewaagt van veroordeelingei,
,,voor overtredingen, die vrijwel nergens ter wereld
meer overtredingen zijn”; dat de heer Albert Thomas,

Directeur van het Bureau International du Travail,
in zijn rapport voor de ilde Zitting van de Interna?

tionale Arbeidsconferentie, van eenzijdigheid blijk
geef t waar hij
uitsluitend
hij de bespreking van dE
arheidswetgeving in
Ned.-Indië
deze sancties ,,veati:-ges de travail servile”
2)
noemt; dat dan ook een Neder-
landsch dagblad zich ten onrechte• herhaaldelijk
0
1)
deze uitspraak beroept in artikelen
8),
waarin gecon-
stateerd wordt, dat Nederland aldus voor het oog der
menschheid ,,openljk gebrandmerkt moest worden

*) Zie E.-S. B. van 19 eii
25
Jan. en
1
Febr.
1928, Nos.
629/31.


i) ,,Twee achterlijke arbeidssystemen voor inboorlingeii
in Neci. O.-I.”

– –
le deel, blz.
247.


Het Volk van 15 Juni
1928,
van
12 Nov. ’28,
van
11 Jan.
1
29,
enz.

door cle internationale instelling, die door de staten

der wereld geschapen is om voor behoorlijke sociale

wetgeving in alle zich beschaafd achtende landen zorg
te dragen” en ,,publiekelijk aan den schandpaal”

moest worden gelagen ,,wegens handhaving van een
rest van slavernij”; en dat ook de Regeeringsgernach-

tigde voor gouvernementsbedrjven, toen hij in No-

vember ji. in den Volksraad verzekerde
4),
dat de
poenale sanctie ,,een figuur is, die niet past in de

wereld, waarin wij leven”, in strijd kwam met dezoo
veelvuldig elders bestaande practijk, waarin ze klaar-

blijkelijk wèl past en, zooals ik hoop aan te toonen,
als een vanzelf sprekend en onmisbaar element wordt
beschouwd. –

In het licht van dergelijke uitlatingen kan het dan

ook nut hebben een kort overzicht te geven van

de momenteel geldende arbeidsregelingen in buiten-
landsche koloniale gebieden.

* *
*

Bezien wij om te beginnen den toestand in een aan-
tal- der- koloniën, protectoraten en mandaatgebieden
van het Britsche.imperium. Daarbij dient eerst een

ten gevolge van woordverwarring veel voorkomend

misverstand te worden rechtgezet: ten onrechte wordt
nl. veelal ten aanzien van die Britsche koloniën, waar
men een systeem van ,,free labour” aantreft, deze term

gelijkgesteld met ,,vrjen arbeid” te onzent. Bij ons
toch spreekt men van vrijen arbeid in tegenstelling met ,,contract-arbeid”; bij den laatste kan de arbei-

der middels de strafwet (poenale sanctie) gedwongen
worden zijn verplichtingen na te komen, terwijl bij

vrijen arbeid een dergelijke dwangmaatregel ont-
breekt. De Engelschen echter spreken van ,,free
labour” in tegenstelling tot ,,indentured labour”; met

dezen laatsten term wordt bedoeld het systeem, dat-
de arbeider zich schriftelijk, al dan niet met een
schuld wegens genoten voorschot beladen, voor lan-

ereu duur aan een werkgever verbindt, terwijl onder

,,free labour” wordt verstaan, dat de koelie een
arbeidscontract mondeling aangaat en vrij is telkens

na een maand dienst van werkgever te veranderen.

Qeheel afgescheiden van deze contractvormen staat
(te poenale sanctie; en evengoed als ,,indenture” is
het begrip ,,free labour contract” in de
practijk
zeer
wel vereenigbaar met een op de verbreking ervan ge-
stelde gevangenisstraf of boete (vgl. o.a. de hieronder
vermelde- regeling voor Somaliland). –

In verreweg de meeste Britsche koloniën worden
tegenwoordig nog p. s.-hepalingen aangetroffen; uiter-

aard vooral daar, waar de arbeidskrachten – schaarsch
zijn, hetzij dat cle inheemsche bevolking zelve dan wel
de werkwilligen onder haar zoo dun gezaaid zijn.
Slechts in enkele dichtbevolkte streken is men tot
afschaffing der p. s. overgegaan.
In B r i t s c h-I n d i ë bestaat deze dan ook sedert een aantal jaren officieel niet meer. Practisch schijnt
zij er echter nog niet geheel verdwenen te zijn. Im-
mers, de heer Giri, de Indische arbeidersafgevaar-
digde ter Arbeidsconferentie van Mei 1921, zeide
daaromtrent:

,,I do hot wish to make a long statement on the subject
of contract labour; T
will
merely refer to the fact that
the Internatiohal Labour Offiee has been investigating this
matter also. T a.m glad to state that the Government of
India bas repealed the lav relating to penalties for breach
of contract, but T am sony to say that, under certain
Provincial Goveruments, such as the Government of
Madras, the Planters’ Act stil! exists.
1 hope that the Government of India
will
seeure the
abolition of these measures and that at the next Conferen-
ce we shail be able to teIl you that penalties for breach of
contract no longer exist.”
5)

Op het schiereiland Malakka zijn, voorzoover de
Straits Settlements en de Federated
– M a 1 a y S t a t e s betreft, in 1923 de p. s.-bepalin-

) Hand. Zitting
1928-1929,
blz.
1945.
5)
Stenogr. Verslag, blz.
334
(Madras is een provincie
met, in
1921, 43.000.000
inwoners),

13.
Februari.I 929

EC0NOMISCH-STATJSTISCHE..BERICHTEN

149

gen, welke v66r dien voor op lancibouwondernemingen

werkende immigranten. golden, vervallen. 1)e regee-

ringen der S.S. en P.M.S. zijn hiertoe echter niet
eigener beweging overgegaan, doch onder pressie van
de Britch-Indische regeering, die in 1921 bij de be-
handeling eener nieuwe Emigration Act, de emigratie
dei’ tamils naar IV[alakka had stopgezet en weigerde

haar opnieuw toe te staan, zoolang de p. s. daar niet

was afgeschaft. Dat deze maatregelen niet zijn geno-
men onder den invloed van hoogere motieven, vodrt-
spruitend uit den wensch oni met deze ,,moderne

slavernij”, zooals stemmingmakers de p. s. tegenwoor-
dig bij voorkeur betitelen, te breken, blijkt ten duide-

lijkste uit het feit, dat de ,Tavaansche koelies, .te wier

behoeve geen druk op de. regeeringen der Straits en der Malay States was uitgeoefend, thans nog steeds
onder poenale sanctie arbeiden, krachtens de ,,Nether-
lands Indian Lahourers Protection Ordinance 1908″.

Er schijnt eenige tegenstrijdigheid te liggen in

deze ,,Protection” ordonnantie en de daarin gesanc-

tionneerde srafbepa1ingen. Toch is dit slechts schijn,
en zal het hij nadere overweging duidelijk zijn, dat
de
bescherming
van immigranten door de overhei.d
veel effectiever kan zijn, daar waar zij eenerzijds

waarborgen schept voor de handhaving der gesloten

contracten, zoodat zij anderzijds ook een aanzienlijk
intensievere bemoeiing met de regeling der arbeids-
tijden, huisvesting, voeding, hygiëne, geneeskun-
dige behandeling
6),
enz. enz. ten behoeve van den
arbeider kan hebben, dan daar waar werkgever en

koelie in zuiver civielrechtelijke verhouding tegen-
over elkaar komen te staan.

Zij, die zich bij de bestrijding van het systeem der
strafsancties steeds weer beroepen op het civielrech-
telijke karakter dezer verhouding
7),
verliezen daarbij
maar al te zeer uit het oog, dat deze sancties geëqui-
valeerd worden door een uitgebreid stel
evenzeer
publiekrechteljke
voorschriften van socialen aard,
waarvan, bij afschaffing van het stelsel, de handha-
ving niet meer mogelijk zon blijken en die dus slechts
weer zouden kunnen worden geldend gemaakt door
het moeizaam, geleidelijk in werking stellen van het

geheele daarvoor benoodigdë systeem van sociale
wetgeving; hetwelk altijd (fit nadeel aankleeft, dat
het, aangezien het in algemeeneren zin werkt en dus
belangrijk grootere groepen bestrijkt, zijn normen ook
veer lager moet stellen. –

Deze voordeelen der tegenover de p. s. gestelde
,,Protection” worden zelfs erkend door den heer
W. Benson, ambtenaar aan de ,,Native Labour Sec-
tion”. van het Internationaal Arbeidsbureau, die ifi
een van de jongste nummers van ,,The Asiatic
Reviev”
8)
ook eenige pijlen op de p. s. afschiet, maar
die, daar hij de handhaving van dit gewraakte systeem voor de
Javanen
in Malaya, tracht te verklaen en
te verzachten, dan ook moet con stateereri:

,,The Javanesc immigrants i Malaya benefit by detaileci protective measures. The existence of indentures for them
in a country where in all other cases free labour exists
may appear anomalous. Bul so long as the indenture
system is applied to Javanese workers in Sumatra thev
are explicable.
9)
Moreover, the legislation governing
Netherlands Indian labourers was.only adopted after con-
sultation of the Netherlancis Indian Government, vhich at
that time favoured the indenture system as giving an
aiministration more powers of control and protection.”

Behalve de Javanen is er nbg een categorie arbei-ders voor welke de p. s. in Malakka is gehandhaafd,
ni. die der huisbedienden. Dit wekt temeer verwon-

0)
Vgl. bijv. het sterftecijfer voor ondernemings-koelies,
i4

dat over 1927 in de Straits nagenoeg 3maal zoo hoog was als iii 1925 ter Suni. Oostkust: 17.48
0/
(Colonial Report
1927) tegen 5.1
0/
(,,ITospitaalrapport 1.919-1925″ van
1)r.
I3aerman n).
O.a. Mr. J. Kalma in ,,De P. S.; kan zij afgeschaft
worden?”
Asiatic Review, Jau. 1929, blz.
31.
0)
Waarom?

..

.

deririg, dar n:ieri haar voor dergelijke arbeiders juist

itit: zou. hebben verwacht ; immers hier ontbreekt

geheel de ratio eener publiekrechtelijke regeling, het
izlgemeen belang,
dat hij (Ie openlegging van schaars
bevolkte, braakliggende gebieden en het déhouché
;
dat
daarmede tevens ‘ aan andere overhevoikte streken
wordt geboden, betrokken is.
10)
In Ned.-1.ndië is dan

oolc van een p. s. voor hnisbedienden nimmer sprake
geweest. Niettemin, in de S.S. en F.M.S. bestaat
,thans nog een straf van 25 dollars boete of 1 maand
gevangenis of tuchthuis
11)
voor den huisbediende,
.,,die zonder redelijk motief zijn dienst zonder macht-neming van den opzeggingstermijn in den steek laat”,

turwijl dit in de S.S. wordt uitgebreid tot hem, ,,die

•zich schuldig maakt aan plichtsverzuim, onachtzaam-

heid in den zorg voor den eigendom van zijn werk-
gever, ongehoorzaamheid, brutaliteit of ander
:
wari-
edrag tegenover zijn werkgever”.
12)

Wat de Unfederated Malay States be-

treft, de heer Mr. A. Q. Vreede, Hoofd van het Ran-
‘toor van Arbeid in Ned.-Iodië, deelt te dien aanzien
in zijn onlangs ‘verschenen Rapport
13)
mede, dat de
lStaten Johore, Kedah. en Kelantan een vrijwel geheel
met die van de S.S. en F.M.S. overeenkomende wet-

geving bezitten. ,,Met (den staat) Trengariu is dit
)pog niet het geval”, voegt de heer Vreede er zonder
aeer aan toe. A contrario zou men hieruit kunnen
‘afleiden, dat in Trenganu en ook in de niet genoem-

de, nog tot de Unfed. M. S. hehoorende staten. Perlis
Brunei. (Borneo), behalve voor de huishedienden, ook voor de ondernemingskoelies nog een stelsel van

findentured laböur met p. s. bestaat; maar het is niet
-gemakkelijk dit aan de hand van officieele gegevens

-vast te stellen; want ook de jaarlijksche regeerings-.1-apporten over dergelijke protectoraten, waar men
z.ich op dit punt niet geheel zuiver op de graat voelt,
iroeren het precaire onderwerp der indentnre gemaks-
halve maar in liet geheel-niet aan. Zoo staat er in het

,Oolonial Report betreffende de Unfederated Malay
States over 1927
14),
voor wat Labour in Trenganu
.aangaat, al zeer weinig bepaalds, en zou slechts uit
.de sobere mededeeling: ,,There is no Labour Depart-
ment. Immigration is uncontrolled. . . .” zijn af te
leiden, dat de staat Trenganu inderdaad nog niet
ioorer is als de F.M.S.
L
s
Hoe staat het nu met de overige onder de Britsche
‘Administratie ressorteerende gebieden in Azië,
Australië en Afrika?
Nagenoeg overal
wordt daar de
p. s. nog in, dikwijls zeei- gedetailleerde regelingen
‘aangetroffen. Niet slechts in Afrika, waar met negers

‘en kaffers gewerkt moet worden, van wie maar al te
‘zeer bekend is met hoeveel moeite zij aan den arbeid
-te krijgen en te houden zijn, maar zelfs in ettelijke,
door den Volkenhond ingestelde, en onder diens
auspiciën beheerd wordende mandaatgebiedei in Azië

en Australië! In dit licht bezien, doet de verontwaar-
.diging van het instituut van dien- Volkenbond, het ‘Int. Arb. Bureau, die in het
bijzonder
door de Ned.-
,Indische koelie-regeli.ng
schijnt te worden ‘gewekt,
kwel eeiiigszins vreemd aan. Uit deze nog steeds
alge-
meen
toegepaste arheidsstelsels mèt p. s. ‘blijkt im.-
,mers maar al te zeer, dat overal, waar rijkelijke voort-
brengselen eener tropische natuur de geringe ‘behoef-
>ten eener nog in primitieven staat verkeerende bevol-
king in voldoende mate kunnen bevredigen, een in-

10)
Mr. Kalma doet het belangrijke vraagstuk dan ook al’
‘eer weinig recht wedervaren, waar hij op blz. 40 van zijn
b.a. brochure op de door hem zelf gestelde vraag:
,,Wclk
Landsbelang is (bij de handhaving der p. s.) betrokken?”
‘niet anders weet te antwoorden, dan met de wedervraag:
ullet belang van de schatkist?”.
-) Tenzij het tegendeel uitdrukkelijk blijkt, gèven de
hier en- verder vermelde stralmaten
nvaxjma
aan.
S.S. Labour Ordinance nr. 14 van 1923, art. 95;
F.M.S. Labour Code 1923, art. 100.
,,Rapport omtrent de arbeidstoestanden in- en de
werving van arbeidskrachten voor (IeS.S., de F.M.S. en
Ceylon”, blz. 18.
‘) 11 M. Stationa.ry 0ff. Nr. 58-1415.

150

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Februari 1929

grijpen van den staat
regel is,
teneinde de medeweri
king van den inboorling te
erzekeren aan de verdere

ontwikkeling van het land door het aanleggen van

wegen, bruggen, spoor- en waterwerken, alsmede door

de particuliere exploitatie der oerwouden. Terwijl

daar, waar men – tot dusver bij vijze van uitzonde-ring – met dezen regel gebroken heeft, meestal bij-,

zonciere omstandigheden dit hebben mogelijk gemaakt.
Zoo client men bij de heoordeeling van de hierboven
besproken vrije arbeidsregeling voor Malakka wel in

het oog te houden, dat deze alleen mogelijk was ten

gevolge van de onnienschelijke toestanden, welke in
Bri’tsch-Indië voor de millioenen omvattende klasse

der pariah’s (untouchables) bestaan, alsmede door de

verregaande armoede der landelijke bevolking, speciaal

in Maciras, waar bovendien het groot-grondbezit locale

arbeidstoestanden heeft.geschapen van zulk een aard,

dat, zooals Mr. Vreede in zijn b.a. Rapport schrijft,

arbeid op een onderneming daarbij vergeleken een
paradijs op aarde is”.

Dat niettemin een inlander, clie vrij is om te komen

en te. gaan, om te werken of niet, zelfs een aardsch
paradijs nog niet altijd weet te waardeeren, toonen

zoowel de cijfers omtrent het ,,verloop” als die om-
trent het ,,uitkomen” der koelies aan. Wat het eerste

betreft
blijkt
uit het Ool. Report voor de Straits over

1927, dat
60 pOt.
van het aantal de in dat jaar aan-

gekomenen het land weer verlieten (waaronder welis-
waar (Ie verlofgangers zijn begrepen, doch welk per-

centage anderzijds geen beeld geeft van het aantal
deserteurs, dat in de Straits zelve weer elders werk

vindt); omtrent het ,,uitkomen” laat zich uit het
Rapport Vreede (bijl. 111) globaal becijferen, dat, de

gunstige en ongunstige streken dooreengenomen,

gemiddeld 20 dagen per maand gewerkt wordt, m.a.w.
dat de economische opzet van een bedrijf
01)
het

Maleische schiereiland zoodanig moet zijn, dat iedere

arbeider, na twee dagen te. hebben gewerkt, vier en

twintig uur kan uitrusten.

Met dergelijke resultaten voor de Britsch-Indische

pariah’s voor oogen, behoeft het ijiet te verwonderen,
dat elders de p. s. nog onverkort wordt aangtroffen.
In het Britsche
mandaatgebed
N i e u w G u. i n e a

bevat de koelie-regeling
15)
de ,,indenture” nog in

een zeer strengen vorm. Terwijl in .Ned.-Ïndië de

rnaxsmumî-d
uur voor een immigratie-contract op drie

jaren en voor een her-contract op 13 maanden is

gesteld, mag in
Ww.
G. de wettige duur van een eerste
contract niet meer,
doch ook niet minder
dan drie

jaren bedragen en is het maximum voor de hercon-

tracten eveneens op drie jaar vastgesteld. Voor arbêi-
ders in dienst van het Gouvernement bedraagt het
maximum der indenture 5 jaren Het minimum-
maandloon
bedraagt 5 shillings,
het. maximum
10 sh.

Op het veronachtzamen van zijn taak staat voor
den contractant een boete van 15 dagen loon of 15
dagen gevangenis. De coritractant, dieP verzuimt in
dienst te treden bij dengeen, tegenover wien hij zich
verbonden heeft, of die zijn dienst in den steek laat,
]crijgt drie maanden gevangenisstraf, – niet als
maximum,cloch als vaste sanctie, op de overtreding

gesteld.
Zoo ‘indt men ook in het aaigrenzende B r i t s c
li-

G
u i n e a (Papoe-asiö) ccii dergelijken ,,contractar-
beici op langen termijn”.
16)

Voorts is het eiland N a u r u (Br. mandaatgebied)
een voorbeeld van indentured labour in het Verre
Oosten; daar gelden de p. s-bepalingen evenzeer voor

de inheemschen als voor de immigranten. The Chinese
and Wative Lahour Ordinance 1922 bepaalt
17)
een

straf van £ 20 boete of hij gebreke vaii betaling van
3 mnd. gevangenis voor den koelie, die verzuimt het

wcrk teverrichten, waartoe hij krachtens zijn con-
tÎact verplicht is, en £ 5 boete of 6 mnd. gevangenis

) OrdonnaiLtie valÏ
24 Maart 1922.
1(1
)
Zie Informations Sociales, daL
23
Jan. ’28.
17)
CL Report oii the Administration of Nauru during
the year
1924.

.

voor Ohineezen en inheemschen, duif ondanks hun

schriftelijk contract in den regel niet op hun werk

verschijnen, zich daarvan verwijderen of het geheel
in den steek laten, of die een ziekte voorwenden om
aan hun arbeid te ontkomen.

Nog wat Oostelijker ligt de Britsche kolonie, die
gevormd wordt door de Gil bert en E 11 i c e
E ii a n d e n-groep. Typeerend voor de huwelijksver-

houdingen aldaar is de bepaling in liet Reglement

van 1915 op den inlandschen arbeid betreffende den
duur dier hercontracten,. dlie maximaal 18 maanden
bedraagt, behalve voor getrouwde manneu, die geen
hercontracten voor langer dan 12 maanden mogen

sluiten, en dan nog slechts met de toestemming van

hun vrouw. Intusschen, ook dddr straf op verzuim,

op veronachtzaming van het werk en op dienstwei-

gering (een boete van het loon van 2 uren voor ieder
verzuimd uur)
18)

in de A f r i k a a n s c h e, onder Britsche adminis-
tratie staande gebieden, zijn de arbeidsregelingen met
p. s. vrijwel algemeen.

Bnitsch Somaliland, aan den Golf van
Aclen, is een voorbeeld van cle bovenbedoelde mogelijk

heid van het samengaan van een free lahour-contract
met de op het verbreken daarvan gestelde strafbepa-lingen. De arbeids-ordonnantie
19)
erkent nl., naast
een schriftelijk contract van ten hoogste 2 jaar, de

mondelinge arbeidsovereenkomst voor een maximum
van 6en jaar. Zij bepaalt voorts straffen wegens con-

tracthreuk voor meesters en arbeiders beiden tot
500 roepjes boete en 1 maand gevangenis.
Zoowel in het voormalige Duitsch Oost-Afrika, dat
thans onder den naam T a n g a n y i k a onder liet

mandaat van Engeland is gesteld, als in liet onder Britsch protectoraat staande eiland Z a ii z i b a r,
hevattén de lcoelie-ordonnanties
20)
een uitgebreid stel
strafbepalingen op dienstweigering, afwezigheid,
dronkenschap, enz. (boete van een halve maand loon;
in Zanzibar: subsidiair een maand gevangenis of

tuchthuis), op desertie (100 sh. of 1 maand gevan-
genis, welke laatstgenoemde straf tot 6 maanden kan
bedragen, indien de deserteur een ontvangen voor-
schot nog niet heeft terugbetaald of inverdiend).
Voor jongens onder 16 jaar kan de rehtbank de straf

van boete of gevangenis veranderen in een kastijding
met zweepslagen.

K e n y a, een Noordelijker gelegen Britsche kolo-
nie en protectoraat, heeft een regeling
21),
waarvan
de strafbepalingen vrijwel gelijkluidend zijn aan die
voor Tanganyika, met dien verstande, dat dê sancties
zelve belangrijk zwaarder zijn, bijv. 1 maand tuchthuis
in plaats van boete, zes maanden gevangenis of tucht-
huis, event. cumulatief niet boete, i.p.v. boete of
1 maand gevangenis, enz. Voorts bevat de ,,Residents
Native Lahourers’ Ordinance 1925″ soortgelijke straf-
bepalingen voor inlanders, die op ,,farms” werken.
Betreffende Br. Z u i d-W e s t-A f r i k a vermeldt
de Directeu.r van het I.A.B. in zijn Rapport aan de

ilde Arheidsconferentie
22),
,,dat liet jaar 1927 zich
heef t gekenmerkt door groeiende moeilijkheden om
de noodige gesalarieerde arbeidskrachten voor onder-
nemingen, die aan blanken toebehooren, te verkrijgen.
De toestand in de landbouwstreken is ernstig. De
inlanders houden zich slecht aan hun contractueele
verplichtingen en met het oog daarop heeft men
enkele straffen op contracthreuk, waarin door de

wetgeving
OP
de l)etrekkngen tusschen meesters en

inlanders wordt voorzien,
moeten verzwaren”
23).

Behalve het genoemde Reglement voor inheemschen,
geldt er ccii soortgelijke Eniployees’ Control Ordinance van
1923
voor de Chineesehe contractanten.
dcl,.
17 Aug.
1
27
(aie I,nf. Soc. van
23
Apr.
’28).
Tanganyika: Orclonna.ntie van
23
Nov.
1923;
Zan-
zibar: Besluit No.
14
van
1925.

Orclonn. ur.
4,
van
1910,
ettelijke ]deeren gewijzigd,
liet laatst
iii 1925
tir.
4.
27)
le deel,
hlz. 236.
t?)
Besluit nu.
10
van
1927.

13 .Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

151

Tot zelfs in de K a a p k o 1 o ii i e wordt de p. s.

nog als volkomen in overeenstemming met de heer-
schende rechtsopvattirigen beschouwd. 1-let te Johan-

nesbuig -verschijnende dagblad ,,The Star” bevatte op
12 October 1028 een bericht omtrent de veroordee-

ling, op grond van The Masters’ en Servants’ Act, van
72 inlanders, clie in een veeartsenijkundig laborato-
rium van het Goavernehient werken, tot ieder 10 sh.
boete w’egens ,,Iiet onwettig hun arbeid in den steek
laten”. Karakteristiek zijn de overwegingen van den

rechter in zijn vonnis: ,,dat een arbeider geen vrij

man is; dat, wanneer hij een contract sluit, hij aan

zijn meester gebonden is overeenkômstig de bepalin-

gen vlin dat contract; da’t,wanneer hij een daad van ongehoorzaamheid begaat of zijn werk in den steek

laat, hij geacht moet worden zich schuldig te maken

aan een misdrijf, evenals een werkgever ziôh aan een
vervolging zou blootstellen, indien hij tekort schoot

in de vervulling der verplichtingen, welke voor hem

uit liet contract vooytvloeien”. ,,Blijkbaar heeft de

rechter”, voegt The Star hieraan toe, ,,bij het formu-
leeren dezer overwegingen meer het oog gehad
0
1
)

den aard van den inlandschen arbeid in den landbouw

dan van dien in gouvernementsdienst”
24):
In de
Zuid-Afrikaansche Unie zijn de begrippen omtrent
het karakter der verplichtingen van den inlandschen
contractant klaarblijkelijk evenzeer conform de over-
al elders gangbare.

(Slot volgt).

Mr. H.
COHEN DID BoEn.

DE HERZIENING DER RIJKSTELEFOONTARIEVEN.

Het locale tarief.

Uit liet artikel van Mr. Knibbe in het numiner vui
dit Weekblad van 30 Januari jl.1) blijkt, dat ook de
theoretische zijde van hot vraagstuk der telefoonta-
neven allengs meer de aandacht gaat trekken. Dit
is een zeer verheugend teeken. J-let vernemen van de
stemmen der onderscheidene belanghebbenden is voor
de Rijkstelefoonadministi’atje – natuurlijk . van het
grootste belang. Maar juist omdat zij onpartijdig moet
zijn, moet zij haar standpunt kiezen hoven de belan-

gen der verschillende gebruikersgroepen en daarvoor
is theoretische bezinning onontbeerlijk.
De heer Knibbe vangt zijn artikel, aan met (Ie op-
merking, dat het noodig is de vraag te stellen ,,of
(1c theoretische motiveering der P.T.T. wei juist is”.
ik acht liet voor een goede beoordeeling van zijne.bc-
zwaren gewenscht, allereerst de door hem opgewor-
pen vraag aan de orde te stellen en in meer algernec-non betoogenden trant een ,.proeve” van theoretische
motiveering te geven.

01) clie vijze wordt dan tevens een mogelijkheid tot
beoorcleeling en weeriegging viii de bezwaren van den
heer Enibbe geschapen.)
*
*

‘Vaflfleci uien zcli bezint over den grondslag van
het locale ‘tciefoon.tarief, dan blijkt men te staan voor
cle vraag, of en iii welke mate en verhouding zelf-

kosten, bedrijfshelang en gebruikersbelang bij de op-
stelling van dit tarief moeten betrokken zijn. Wat
moet het antwoord op die vraag zijn?

Bij de overweging van nagenoeg elk tariefvraag-
stuk van liet PTT-bedrijf, treedt het dubbel wezen
van dezen dienst aan den dag: liet is een tak van
openbaren dienst en het is een bedrijf. Naiist de ver-
zorging van liet maatschappelijk belang, waaronder
ik begrijp de gebruikersbelangen, zoowel colleëtief als
individueel gezien. staat voor den dienst als plicht
de zorg voor liet eigen bedrijfsbelang. Veelal worden deze beide belangen gezien als te-
gengestelde grootheden. Inderdaad gaan ze niet steeds
samen. En toch, men. ka
‘t
van geen enkel ta.niefvraag-

24)
lul. Soc. 1928 No. IE.
Puig. 102 cv.
Ik moet mij daarbij bepa.len tot dc voornaamste. Een.
liespicking vali alle onclerdeelen van het zeer ,anregende”
opstel,
‘z011
een reeks vaut a.rtikelci’ eisëhen.

. stuk de bevredigende oplossing verwachten, indien
t
men hij de overweging niet deze beide belangen,’ in
1
voortdurend onderling’ verband, betrekt. Sterker nog,

bij bestudeering van tariefvragen zal men telkens
.

zien, dat liet karakter van elk’ dezer belangen eerst
ten volle aan den dag treedt door het tegenspel van
het andere. Men kan het ook nog anders zeggen: de
verhouding dezer belangen is die van
pool
en
tegen-

‘POOl.
De juiste werking van de eene als kracht in liet
‘gebied der tarifieering wordt bepaald door de tegen-
werking
van de andere.
Zij samen beheerschen het
‘ tarief vraagstuk.

Welke zouden de gevolgen zijn, indien men het be-

dlrijfsbelang een uitsluitenden invloed
01)
het tarief s-1 jeil’ zonde toekennén? Toch wel dit, dat de tarieven
1
zouden worden ingesteld op een’ zoo groot mogelijke
exploitatiewhist. Dt daarmede geen afdoende waar-
borg zoude zijn gegeven ”oor behartigiog der gebrui-
kersbela’.nge’n spreekt wel vanzelf.

Een eenvoudige gedachtengang’ vo:ert verder tot

‘liet inzicht, diit het gehruikersbelan ‘evenmin in
‘zichzelf een beslissende factor’ in tariefvragen vermag
1
t,; zijn. Liet men dit belang vrije speelruimte, dan
zou het dringen, in de richting van eénzoo laag mo
gelijk tariefspei.i. is’ het zeker, dat daarmede het
economisch belang der samenleving gediend wördt?
Geenszins, naar liet mij voorkomt. Een uitermate laag
tarief, zou liet verkeer zoo kunnen doen tobndmeu,
dat db goede afwikkeling daarvan, tot sëha.de van alle
1
gebruikers, vrijwel onmogelijk zoude worden. ik be-
hoef maar te herinneren aan hetgeen in Rusland ge-
beurde, toen het gebruik der Spoorwegen door het

€Sovjetbe’,vind werd vrij gesteld. Een algeheele vër-
1keersontreddering was daarvan het gevolg.
Zoo erg behoeft het nu wel niet dadelijk te worden.
Men kan zich ook voorstellen, dat het
mogelijk
zal
(blijken, door uitbreiding der verkeersinstallaties aan
!de’toeneming van het verkeer het hoofd te bieden. De
mogelij]cheid is dan evenwel groot, dat de kapitaal-
(goecleen, die daarvoor vereischt zijn, uit een alge-
meen-econornisch oogpunt beter ter bevrediging van
andere doeleinden hadden ktinnen worden aangewend.

Een Staatsbedrijf moet, juist omdat het zoo be-
‘trekkeljk gemakkelijk over kapitaalgoederen beschikt,
ter tea strengste voor waken, dat het door zijn tarief-
-politiek niet een oneconomisch verbruik van kapi-
taalgoederen in de hand werkt. En daartegen geeft
rook het belang der gebruikers alleen geen voldoenden
vaarborg.

– De beoordeeling van de belangen der gebruikers
-is ten slotte altijd een daad van
waardesc:hatting
en
a1s zoodanig in zichzelf van
subjectief karakter.
Voor
‘tariefvraagstukken wordt deze waardeschatting pas lirtiikbaar, als zij zich op een objectieven grondslag
kan voltrekken. Die objectieve grondslag biedt de
P-.T.T.-dienst door zijn
bedrijfskarakter.
Aan het P.T.T.-bedrijf is de eisch eener ,sluitende
bxploitatierekening gesteld. Het bedrijfsbelang eener sluitende rekening doet zich als objectieve grondslag

bij de overweging van tariefvraagstukken in eer-
Sten aanleg kennen als liet belang, dat
elk tarief sbe-
cirag
zal vertegenwoordigen de ‘zeifkosten van de ver-
richting, waarvoor dat bedrag de prijs is.

Het zelfkostenbeginsel heeft in zijne werking be-
paalde eigenaardigheden. Het dringt tot voortdurend
verdere differentiatie van prijzen. Liet men het dus
vrije speelruimte, dan zou het een opstellen van ta-
neven als
algemeene
prijzen voor bepaalde diensten,
onmogelijk maken. Men zal zich dus, tot zekere hoog-te, altijd met het berekenen val) gemiddelde kostprijs-
bedragen moeten vergenoegen.

De noodzakelijke eenheid in het tariefssysteem stelt dus een grens aan de doorwerking van het zeifkosten-
beginsel.
1
) Een andere grens wordt aan die doorwer-
king gesteld door de onmogelijkheid sommige onder-

1)
Een voorbeeld van deze begrenzing is in de aan-
liaugige tariefsplannen, de gelijkheid van groodbedrag voor alle aa.ngesletenen in hetzelfde net,

152

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Februari 1929

deelen der zeifkosten juist te berekenen. ‘) Een derde
grens is het belang der gebruikers.
2)

Ik zeide, dat het bedrijfsbelang
in eersten aanleg

de toepasing van het zeifkostenbeginsel medebrengt.
Het is evenwel mogelijk, dat het uit een oogpunt van
bedrijfsbelang ter prikkeling van de vraag gewenscht
zal blijken, met handhaving der sluitende exploita-
tierekening, het tarief zoo op te bouwen, dat sommige tariefsbedragen beneden het zelfkostenniveau worden
vastgesteld door daarin buy, naast de proportioneele
kosten de vaste kosten niet of slechts ten deele op te
nemen. Uiteraard zullen dan andere tariefsbedragen

boven het evengenoemde niveau moeten stijgen.
Men. stelle nu tegenover deze bedrijfsbelangen als
tegenspelers de beide gebruikersbelangen: het mdi-

vidueele en het collectieve, om zoodoende den geko-
zen grondslag – het zeifkostenheginsel – op Zijne

maatschappelijke juistheid te toetsen.
Dan kan men allereerst, geloof ik, vaststellen, dat
(Ie toepasing van het zelfkostenbeginsel met de col.
lectieve en individueele gebruikersbelangen zeer ver

samengaat. Dat ieder betaalt naarmate d.e hem be-
wezen dienst kost is, zoowel in het belang van de ge-
bruikers als geheelheid, als in dat van ieder afzonder-

lijk te aanvaarden. Men heeft juist deze zuivere toe-
passi,ng van het zelfkostenheginsel meermalen – met
name op het gebied der spoorwegtarieven – gezien

als de beste waarborg voor de behartiging van de be-
langen,der gebruikers en afwijkingen daarvan als een

mogelijke en bedenkelijke inbreuk op die belangen
gevreesd. Men was dan nl. beducht, dat zulke afwij-
kingen ‘alleen aan het financieel belang van het be-drijf, bij een zoo groot mogelijke winst, zouden ten

goede komen en hoogstens bepaalde groepen van ge-
bruikers zouden bevoordeelen boven andere.
Zulke afwijkingen van het zelfkostenbeginsel kun-
nen, hoezeer in het hedrijfebelang te verdedigen., in-
derdaad bepaalde gebruikersbelangen overmatig be-

voordeelen en dus in het algemeen belang onverde-
digbaar zijn. Deze strijd tussehen bedrijfs- en gèbrui
kersbelang is evenwel aan deze differentiatie niet
inhaerent. Men moet bij de beschouwing van de wen-
schelijkhei.d van afwijking van het zelfkostenprin-

cipe steeds in het oog houden, dat de
gezondheid
van

een bedrijf, dat ten algemeenen nutte werkt, vooral

van een Staatsbedrijf, zelf een maatschappelijk belang

van eerste orde is.
En toch kan men, dunkt mij, dit punt hiermede
niet al,s ‘voldoende overwogen aanmerken. Elk tariefs-
bedrag is niet alleen een bijdrage tot een sluitende

exploitatierekening van het bedrijf. Het bedrijf ver-
schijnt met dat bedrag op de verkeersmarkt. Het gaat
er dus niet alleen om, dat het tariefsbedrag een, uit
bedrijfsoogpunt gezien, juiste bijdrage vormt, het
moet tevens een, naar de positie van de markt en de
draagkracht der gebruikers, juiste
prijs
voor den ge-

boden dienst zijn. J’uist een monopolistisch bedrijf,
dat zijn prijzen ‘tot zekere hoogte dicteeren kun, moet
in het belang der gebruikers, dit tteeds voor oogen
houden. De beantwoording van de vraag, of de prijs
de juiste is, is eèn van de moeilijkste onderdeelen der
tariefpolitiek; En het monopolistisch karakter van

het bedrijf vergroot deze moeilijkheid belangrijk. Ter
beantwoording van die vraag zullen, kunnen dieaen
vergeijkingen met de prijzen van andere overeen-

komstige verkeersmogelijkheden, met de prijzen.. op

andere ‘tijdstippen en in andere landen. Welke is nu de uitwerking der beide tegenspelers
op de vaststeling der tarieven? Gaat men voor de be-
antwoording van deze vraag weer uit -vai het zelf-
kostenbeginsel., dan is d.rn. de uitwerking deze, dat
zij de overtuiging weten te vestigen, dat het soms

1)
Een voorbeeld is de weglating van den
duur
der local

gesprekken als factor van tarifieering.
)LE.en v6be1d is bet ‘beperken van bet aat4 kringen,
waarbinnen een verminderd interlocaal tarief zal gelden,
tot twee.
iViaakte men er meer, dan zou-de noodwenclig het
tarief voor het verkeer over de langste afetan-den moeten
stijgen.

noch in het belang van den individueelen gebruiker,
noch in dat der coliectiviteit van gebruikers is, dat

kostprijs en tariefsbedrag elkaar zouden dekken. De
prijs, waarvoor het
bedrijf
werkt, zal voor ‘sommige diensten moeten bepaald worden beneden, zal
,
voor

andere diensten kunnen bepaald worden boven den

kostprijs.
Evenmin dus als, in het belang van het bedrijf
zelve, de lijn der kostprijzen en die der tariefsbedra-

gen zich steeds zullen kunnen dekken, evenmin zal

dit het geval zijn, wanneer men het tweeledige ge-
bruikersbelang in het oog vat. Het belang van eiken
gebruiker als zoodanig kan eisehen, dat hem diensten

beneden’ den
kostprijs
worden bewezen, het belang

der gebruikers-collectiviteit kan het noodzakelijk ma-
ken, dat door een werken gedeeltelijk beneden kost-
prijs een bedrijfsonderdeel ten bate der samenleving
tot een verhoogde capaciteit wordt benut. Ook zal
blijken, dat het gebruikersbelang als zoodanig een

brengen van liet ta’rief
boven
. het zeifkostenniveau

ka.n eischen. Een voorbeeld hiervan is het tarief voor

dringende gesprekken
bij
de telefoon.
Is dit alles dan een opgeven van het gekozen uit-
gangspunt: het zelfkostenbeginsel? Geenszins, naar

het
mij
voorkomt. Integendeel, moèht het
bij
de op-

stelling der nieuwe telefoontarieven noodzakelijk blij-
ken met het algemeen maatschappelijk belang of met

bepaalde gebruikersbelangen (bijv. van hen, die zeer
weinig of hen, die zeer veel telefoneeren) in dien zin
rekening te houden, dat de toegang tot het gebruik
dér telefoon aan nieuwe gebruikeregroepen wordt

ontsloten of dat ten dienste van bepaalde belangen in de tarieven een afwijking van de zeifkostenlijn wordt

aangebracht, dan is de eenige vaste grondslag daar-

voor het zich stellen op de basis der zuivere zelfkos-
tenberekening. Alleen op dien grondslag- is het moge-
lijk vast te stellen, hoever de eisch eener sluitende

exploitatie een rekeninghouden met bepaalde gebrui-
kersbelangen toelaat. Elke afwijking moet zijn een af-
wijking op een- bepaald punt van de zeifkostenlijn,

die men. evenwel als algemeenen leidraad vasthoudt.
Op die wije alleen bestaat verder de waarborg voor
een tariefssysteem, dat een, uit algemeen maatschap-
pelijk oogpunt, juisten omvang en grootste rendement

van het telefonisch verkeersmiddel verzekert.

* *’
*

Ziehier een theoretische motiveering, als Mr.
Knibbe wenscht. De heer Knibbe wijdt een groot deel
van zijn artikel aan een bespreking van de vraag, wat
het Hoofdbestuur der P. en T. in het nieuw op te
stellen locale tarief wil vergolden zien, de waarde
van de te verleenen diensten voor den gebruiker of
de zelfkosten. Hij twijfelt bij de beantwoording, maar
meent tenslotte, ten aanzien van het Hoofdbestuur,
tot de eerste door hem onjuist geachte mogelijkheid,
te kunnen beslissen. Hij is evenwel van oordeel, dat
de gedachtengang van’ het Hoofdbestuur niet steeds
consequent is en dat dit zich aan ,,dooreenmenging
van begrippen” schuldig maakt. Ik hoop, dat de bo-

venstaande uiteenzetting voldoende is, om de uit-
spraak te rechtvaardigen, dat hier van een ondoor-
dachte dooreenmenging geen sprake is, maar dat in-
tegendeel de tariefsvoorstellen de vrucht zij.n van een
zoo zuiver mogelijke afweging, op den zakeljken
grondslag van het zelfkostenbeginsel, van de onder-
scheidene in het geding komende belangen. De vraag is nu echter, of men met het resultaat /an

deze bewuste handelwijze, kan instemmen. Wat moet
een goed telefoontarief beoogen? ik kan ter beant-
woording van deze vraag een uitspraak van Mr.
[(nibbe citeeren:- .,,Noodzakelijk is, de telefoontarie-
ven zoo te maken, dat de maatschappelijke en econo-
mische functie van de telefoon zoo goed mogelijk tot
haar recht kome”. Men kan het, dunkt mij, niet beter
uitdrukken. Nu meent Mr. Knibbe, dat men om dit
doel te bereiken allereerst moet streven naar een zoo
groot mogelijk aantal gesprekken – en, als ik het

wel begrijp, bedoelt
hij
een zoo groot mogelijk aantal

13 Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

153

gesprekken
door de thans aanjesloten.en
– en niet

naar een zoo groot mogelijk aantal aansluitingen,
hetgeen de Rijksadministratie, z1 ten onrechte, zou
nastreven. her gaan ria onze meeningen uiteen. De
te]cfoon wordt door vele aangeslotenen
0
1), uit een

bedrijfs

en maatschappelijk oogpunt, zeer onecono-inisihe wijze gebruikt. Daartegenover hebben velen
geen telefoon, clie haar, algemeen-maatschappelijk

geoordeeld, nooclig hebben. Men denke slechts aan
(ie teIeotiisatie van het platteland.’) Deze beide bver-
wegingeii toonen mi. de onjuistheid van Mr. Knibbe’s
meening aan. Opvoering van het gesprekkenaantal

zonder meer mag, evenmin als opvoering van het
aantal aangeslotenen zonder meer, het doel zijn. Wat
men moet nastreven is, dat een zoo groot mogelijk
aantal aangeslotenen van hun aansluiting een zoo
juist mogelijk (niet zon druk mogelijk) gebruik maakt. Ik
zeg,
zoo
juist mogelijk.
Wie een telefoon neemt,

schaft zich daarmede niet een op zichzelf staand ap-
paraat aan, dat hij zonder daarmede de belangen van

anderen te raken naar believen Ican gebruiken .Inte-
gendeel;
hij treedt in een economische en technische

belangen gemeenschap
eis deze gemeenschap, als zoo-
dan:ig, heeft ten aanzien van het gebruik van zijn
aansluiting zekere verlangens. Wie bijv. vaker en
langer tolefoneert dan noodig is, zal door een derde,
die hem wenscht op te bellen, meer in gesprek wor-

dcii gevonden dan behoeft. Hij belemmert daarmede
‘oor dien derde het gebruik van d:iens aansluiting en
sc]aacl t cle maatschappelijke functie van liet telef o-
nisch verkeersmicldel. Mr. Knibbe ziet als wenschelijk
einddoel ,,voo.r een zoo groot mogelijke groep het pro-
fijt van de l;elefoon zoo groot mogelijk te maken”. Ik
ben liet met deze formuleering eens, mits men onder
profijt verstaat: collectief en niet individueel pro-
fijt. En wanneer men vraagt hoe ik (lit het beste ver-
zelccrcl acht, dan is het antwoord:
door een zoo groot
mogelijk aantal aangeslotenen, d.w.z. door een zoo groot mogelijk aantal spreekmogelijkheden, welker
grootst mogelijk rendement door een verschuldigde
betaling naar de mate van het gebruik verzekerd en
bepaald wordt.
Mr. Knibbe meent evenwel het doel van verdere
popuiari.seering der telefoon (wanneer dit al noodig
is) te kunnen bereiken, door verlaging van het be-
staande abonnementstarief. Ik ben dat niet met hem
eens; ik zie integendeel als eenigen weg
clifferentia-
tie in tarifieering.
2)
Mr. Knibbe is blijkbaar een te-
genstander van zulk een differentiatie. Hij is van
oordeel, dat een grootgebruiker aan het
bedrijf
niet

noemenswaard nieer kost, dan een kleingebruiker.
Om dit aannemelijic te maken volgt hij een eenigs-
zins eigenaardige redeneering ni. deze, dat ook de
klei ngebruikers de mogelijkheid moeten hebben om veel te telefoneeren. Ik geloof, dat men hier met iets
als ccii woordspel te doen heeft. Deze mogelijkheid
voor de Icleingebruikers is eene imaginaire en onnoo-
dige, die voor de grootgebruikers een zeer reëele en
noodige. ,,Mogelijlcheid” beteekent voor de eersten
iets heel anders, dan voor de tweeden. Daarop een
eenheidstarief te hasceren is d.m. onjuist. De groot-
gebruilcer eiseht meer capaciteit voor zich op dan cle
Icleingebruiker en moet niitsdien meer betalen.
Wanneer ilc nog even op de bovenstaande algeniec-
ne uiteenzetting mag wijzen, dan Ican men daaruh
zien, dat alle factoren, die de tarifieering moeten
bepalen: zeifkostenheginsel, hedrijfsbe]ang en gehrui –
kersbelang i.n zijn dubbele beteekeiiis, dringen naar
differentieele tarifieering. in mijn artilcel in dit
blad van 21. November jl. toonde ik aan, dat de elkaar
his ton sch opvolgende telefoontari even zich dan ook kenmerken door een a.11engs voortschrijdende diffe-
rentiatie. Waarom zonde men deze differentiatie, die
in liet wezen der zaaic ligt en nagenoeg in alle landen

– 11
Het is wel zeer teekenend, dat van clie zijde de aan
(Ie orde zijnde plannen zeer uitdrukkelijke instemming
vinden.
2)
De ervaring ii ogenoeg alle landen bevestigt d.m. d
juistheid van mijn beweriijg.

meer of minder ver, met heilzame gevolgen, is toege-
past, ten onzent onbenut laten? Ik vermag het niet
in to zien.

Om de gevolgen voor den gebruiker, zal Mr. Knibbe
vermoedelijk antwoorden. De vraag is, welke zijn deze
gevolgen? l)e Rijksadministratie heef t zich van de
vermoedelijke financieele gevolgen van liet nieuwe

tarief voor den gebruiker vergewist.

Hieronder volgen de resultaten van haar onder-
zoek (gegrond op een opname van het verkeer in zijn
teganwoordige
intensiteit) ten aanzien van 4 wille-
keurig gekozen netten.

Percentage der hooI daansluitingen,

Net Net
ll
Net
Net
Verschuldigd:

Breda Haarlem
‘s-erto.
Wage-
genbosch
ningen

minder dan thans
46,5
01
8 7, 4
0
/0
45,2
0
/0
48,4
0
/0
meert.hoogstef
12
15,7

,,
4,-
15,8

,,
21,8
24
18,5

,,
2,4
11,4

,,
12,8 30
2,5

,,
1,3
4,9

,,
4,-
36
3,1

,,
1,2
1,1

,,
3,-

1
,42
2,8 ,,
0,9

,,
3,-
2,5
,, 48
2,-
0,3 3,6

,,
2,4
,,

,,

,,

,, 54
1,8

,,
0,2
1,9
1,-
,,

,,

,,

,, 60
1,-

,,
0,2

,,
2,1

,,
1,1

11
meer dan

,,
60
6.1

,,
2,1

,,
11,-

,,
3,- ,,

100

0/,
100

0
10
100

0
10
100

0/
0

Wanneer men nu bedenkt, dat het gesprekkentarief
zonder twijfel een beperking van het gesprekkenaan-
tal zal ten gevolge hebben, dan kan men gerust aan-
nemen, dat bij invoering van het nieuwe tarief, de
uitkomst voor de aangeslotenen nog vrij veel gunsti-
ger zal zijn.
Neemt men dan, zooals de beer 1(nibhe doet, het-
geen de normale gebruiker (d.w.z. de middelmatig
drukke spreker, de middengroep), verschuldigd is, als
criterium voor de juistheid van liet tarief, dan blijkt,
dat deze naar de voorgestelde regeling waarschijnlijk
iets minder, misschien hetzelfde en zeer onwaar-
schijnlijk – en dan nog een gering bedrag – meer
zal betalen dan thans. Bedenkt men dan vervolgens,
dat er toch eigenlijk geen enkele redelijke grond is
oni den kleingebruiker, die zonder twijfel thans meer
betaalt, dan de voor hem bestede kosten wettigen, ten
bate van den grootgebruiker onevenredig te belasten,
dan zal men zich d.m. de mogelijkheid hebben ge-
schapen voor een instemmender beoordeeling der aan-
hangige plannen, dan Mr. Knihbe in zijn artikel

geeft.
DIJKMANS VAN GUNST.

DE NIEUWE VERDRAGEN MET CHINA.

Strikt genomen is het nog te vroeg om over de
nieuwe verdragen met China te spreken v66r dat Ja-pan een soortgelijke overeenkomst heeft afgesloten,
want daar de andere landen in hun respectievelijke
verdragen een meestbegunsti gi rigsclausule hebben
doen opnemen, zou elk mecrder voordeel dat nog door
Japan bedongen mocht worden, een automatische ver-
schuiving vaii alle verdragen in dezelfde richting te-
weegl)rengeii.
Evenwel, de jongste berichten schijnen er
0])
te
wijzen, dat een Sino-Japansche overeenkomst nu vrij-
wel beklonken is, en schijnt er daarbij niet aan de
nieuwe tarief-autonomie van China getornd te zijn.
Zeer vermoedelijk heeft het eilandennijk Icans gezien om de voor zijn handel op Chi.na betrekkelijk ongun-
stige algemeene tariefverhooging te doen neutrali-
seeren. door bijzondere politielce of financieele con-
cessies, die toch niet onder de meest-begunstigings-
clausule betrolcicen zouden kunnen worden, en kunnen
wij daarom nu wel overgaan tot een analytisch over-
zicht van de gezamenlijke nieuwe verdragen,
zij
het
oolc slechts met het oog op de historische beteekenis,
die binnen enkele jaren toch wel de eenige zal zijn
om deze verdragen te blijven kenmerlcen.
Bij een beschouwing van de nieswe verdragen is

154

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Februari 1929

het in de eerstplaats nuttig om de divérse landen
te groepeeren als volgt:
In de eerste categorie plaatsen wij die staten, w.o. Duitschiand, Oostenrijk, Rusland, enkele kleine lar-

den en die welke te Versailles geboren zijn, – die
sinds een tiental jaren geen bijzondere rechten van
welken aard ook in China bezaten, en die dus zonde

eenige opoffering over konden gaan tot het sluiten van algemeene handels- en vriendschapsverdragen
met China op voet van volkomen gelijkheid, zoowel wat handeisvoorwaarden als jurisdictie over de .per-

soon betreft.
in de tweede plaats komen de landen, ni. België,
Italië, Denemarken, Portugal, Spanje, – wier ver-

dragen op grond van het verstrijken van een d

tienjarige
termijnen
door China waren opgezegd, en

die dus genoodzaakt waren om zoo spoedig mogelijk

eenige provisioneele regeling omtrent de cxterri.to-

rialiteitsrechten hunner onderdanen te treffen, ten
eindè dezen niet automatisch onder Chineesche ju-
risdictie te laten vervallen. Deze landen hebben ge-
bruik kunnen maken van de voor hen gelukkige om-

standigheid, dat het toekennen van tarief-autonomie onder korte noodverdragen aan de orde van den dag
was, en dat, deels op juï’idische gronden, maar hoof d-
zakelijk wegens het betere aanzien der zaak, hun’
prompte toetreding tot deze regeling voor de Chi-

neesche regeering niet van waarde ontbloot was. Zij

konden dus de erkenning van tarief-autonomie nog
1

als ,,valeur” laten gelden en verder volstaan met de
toevoeging# van een korte belofte omtrent de over-gave van hun exterritorialiteitsrechten onder zekere

tijdsbepalingen en condities. Deze zijn in hoofdzaak,
dat het nieuwe regime zal ingaan op 1 Januari 1930,

mits men v66r dien tijd tot een gedetailleerde over-
eenkomst daaromtrent is kunnen komen. Zoo niet,
dan gaat de nieuwe toestand in, wanneer de andere
landen (voor België slechts het
meerendeel)
welke tot’

de conferentie van Washington toegetreden zijn, h
un
i

exterritorialiteitsrechten hebben laten varen. Deze
landen hebben tevens een knuppel in het hoederhok’

geworpen door

te stipuleeren, dat tegelijkertijd hun

onderdanen het recht zouden verkrijgen van verblijf’
en landbezitin het binnenland – een groot schrik-s
beeld voor de volgers van Soen Jat-sen, die het
ge
t

heele wee van China aan de economische penetratie’

van het buitenland weet!
In de derde categorie staan de Vereenigde Staten,
Noorwegen,
Nederland,
Engeland, Zweden en Frartk-rijk, in chronologische orde genoemd. Schoon nog
mi

het bezit van geld.ige verdragen, hebben deze landen’
geheel vrjwilig (afgezien van den sterken drang der
omstandigheden) afstand gedaan van alle bepalingen{
in de bestaande verdragen, Waarin de door China te’
heffen in- en uitvoerrechten, transitorechten en ton-
nengelden worden vastgelegd of beperkt. Zij kennen’
voortaan aan China volkomen autonomie op dat ge-J
bied toe, -op conditie echter van meest-begunstiging zooals hieronder verder toegelicht. 1-let verdrag van de Vereenigde Staten staat in deze categorie eenigs-
zins op zichzelf vanwege den zooveel vroegeren
da-

tum,
ni.
25
Juli, tegenover resp. 12, 19, 20, 20
en
22

December, voor het Noorsche, Nederlandsche, Engel-
sche, Zweedsche en Fransche verdrag. )
Waar nu over het algemeen de bovenstaande ver- 4

dragen
op
een uniform schema werden opgesteld, zijnen

er toch diverse kleine verschillen in op te merkenl
clie een verdere bespreking waard zijn. Wij zullen
daarom twee der verdragen onder cle laatste categorie

aan een. korte beschouwing onderwerpe.n ni. het Ne-
clerlandscho en het Britsche, dat, evenals in het ver-‘
dragen-complex van omstreeks 1860 het geval was,
gekenmerkt wordt door meerdere volledigheid en
een naowkeiiriger omschrijving der punten d.n deL
meeste andere. Het Neclerlandsche verdrag staat nu
echter volstrekt niet ten achter bij het Britsche in
goede doordachtlieid en draagwijdte. –
In het Nederlandsche verdrag, dat op 19 December
jl. te Nanking geteekend werd door onzen gezant

W.
J. Oudendijk voor de Nederlandsche, en Ohenting
T. Wang, minister van buitenlandsche zaken van de
regeering te Nankmng, voor de Chineesche zijde, sti-
puleert Art 1., dat alle in vroegere verdragen voor-

komende regelingen, welke betrekking hebben op in-

en uitvoerrechten en dezelver restitutie (zgn. ,,draw

backs”), doorvoerrechten en tonnengelden in China,

zullen worden opgeheven en buiten werking gesteld,

en dat het principe van complete tarief-autonomie
zal worden toegepast, onder conditie echter, dat elk
• der contracteerende
partijen
in het gebied, de bezit-
tingen en kolonies van de andere, in verband niet
bovengenoemde of aanverwante zaken, recht zal heb
ben op een behandeling, welke in geenen dooie achter

zal staan bij clie aan eeni.g ander land gegund.
1
)

Overgaancie van de contracteerende
partijen
op
hun respectievelijke onderdanen, stipuleert het tweedé
lid van Art. 1 (in een andere publicatie ook Art. 2

genoemd) dat dezen onder geen omstandigheden ver-
plicht zullen zijn om binnen het gebied, bezittingen
en lcoloni.és van het andere land, hoogere of andere
in- e.ii uitvoer of binnenlandsche rechten of andere

heffingen op hun goederen te betalen dan de oruderda-
nema varu het land zelf of van eenig ander land.
Het tweede (of derde) en laatste artikel behelst een
bepaling omtrent een geschil van interpretatie, in
welk geval een derde lezing, die in het Engelsch is

opgesteld, den dooslag zal geven. Verder de gebrui-
Icelijke bepalingen omtrent de ratificatie en den da-
tum (terstond bij ratificatie-aankondiging) van het

in werking treden van het verdrag.
Zooals men ziet, is het verdrag op zichzelf zeer

kort gehouden. Eenige belangrijke punten vindt men
echter nog in afzonderlijke nota’s en verklaringen be-
handeld, waaraan
gelijke
Icracht als die van het ver-

drag zelf wordt toegekend.
Het eerste aanhangsel is een uitwisseling van vrij-
wel geljkluidende brieven tusschen de twee gevol-
machtigden, waarin bepaald wordt, dat de meestbe-
gunstigingsclausul.e, als boven vermeld, ook van toe-

passing is op de
goederen
(producten) van ieder der

contracteerende partijen bij invoer in, of uitvoer

naar, het gebied, de bezittingen of de kolonies van
cle andere partij. De basis van vergelijking omvat
hier echter slechts de goederen van ,,andere landen”
en dus niet de prod’icten van het land zelf, welke
dus – in tegenstelling met de ohderdanen van liet
eigen land – begunstigd mogen worden.
liet tweede aanhangsel is een door beide gevol-
machtigden onderteekende verklaring, waarin bepaald
wordt, iste: dat de beide partijen zullen nalaten om

in hun respectieveljke tarieven een zoodanig minu-
tieus gespecificeerde classificatie van goederen in te
vodren, dat daardoor feitelijk de kracht van Art. 1
van het verdrag te niet zou worden gedaan, en, de:
dat in geval aan zekere landen zekere voorrechten
mochten worden gegund tegenover het nakomen van zekere verplichtingen onder de termen van een inter-
nationale conventie aangegaan, de regeeringen van
Nederland en China respective1jk slechts dn ge-
houden zullen • zijn om elkaar deze voorrechten te
gunnen, indien beide landen tot de bedoelde inter-nationale conventie zijn toegetreden. Men zal zich

herinneren, dat deze ouaestie in algemeene strekking
op diverse economische conferenties te Genève is ter
sprake gebracht en ook in bovenbedoelden zin beslist.
Voorts bevestigt de Chineesche gevolmachtigde
schriftelijk een door den Nederlandschen gezant mon-
deling voorgestelde regeling, nl. dat de invoerrechten
op de na te noemen artikelen de maximale bedragen
voorstellen, die op deze goederen geheven zullen wor-
den, en dat zij één jaar van kracht zullen blijven, te relcenen vanaf het in werking treden van het tarief.
In een verder schrijven specifi.ceerde onze gezant de
door hem op het mondelinge onderhoud genoemde ge deren- a1 volgt:

1)
Deze bewoordingen
zijn
otitleenci aan de Engelsche
1eziu van liet verdag, die toch in geval van redactioneel
verschil als bindend is aangewezen. •

13 Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

155

Molassen,
7Y2 pOt. ad
valorem;
Bruine suiker
(No.

ii. Neci. Standaard of lager) en ,,groene suiker’.’, 124′
pOt.;
Basterd suiker
(No.
10 of hooger) en geraffi-
neer,d, 124′ pOt.;
Witte suiker,
klontjes-,, brood- en
kandijsuiker, 173 pOt.;
Petroleum,
Haikwan Taels
0,877 per kist van 10 Am. gallons;
Petroleumin bulk,
Hk. Tis. 0,847 per 10 gallons;
Benzine
en
Naphta,
Tis. 1,057 per kist van 10 Am. gallons; hetzelfde
in
bulk, Tis.
1,012 per 10 gallons;
Smeerolie,
124 pOt.
ad
valorem;
Kunstzijde Garens,
10 pOt.;
Gecon,den-
seerde melk,
124 pOt.;
Wollen goederen
en niengsels
(garens niet ‘inbegrepen), 12 en 15 pOt.;
Bewerkt
papier
onder diverse specificaties 12Y2
1
pOt.;
Papier
niet aldus gespecificeerd, 7a pOt.;
Cacao,
174i pOt.
* *
*

Het Britschc verdrag, dat op den dag na het Ne-
derlancische geteekend werd, omvat in principe de-
zelfde bepalingen, doch de inkleeding is geheel an-
ders. De behandeling der contracteerende partijen zelf
in verband met het principe der meestbegunstiging,
wordt in dit verdrag niet aangeroerd, maar daaren-

tegen het principe van non-discriminatie in de te
heffen rechten op de goederen van Britsche (Ohinee-
sche)
onderdanen,
en de tonnengelden op Britsche
(Ohineesche)
schepen
in twee afzonderlijke artikels
gesplitst. Daarmede is het verdrag belichaamd.
Het eerste en belangrijkste aanhangsel
1)
van het
Britsche verdrag :is de uitbreiding van het principe
van meestbegunstiging om ook te omvatten de
goe-
deren
in ieder der contracteerende landen geprodu-
ceerd. Als basis van vergelijking gelden ook hier (dus evenals in het Nederlandsche verdrag) slechts de goe-

deren van andere landen. Discriniinatie ten gunste
van de producten van het eigen land mag bestaan.
In het tweede aanhangsel bevestigt de Britsche ge-
volmachtigde hetzelfde, principe ten opzichte vin de
producten van – en de behandeling van Ohineesche
producten in – Oanhda, Australië, Nieuw-Zeeland,
Zuid-Afrika, de lersche Vrijstaat, Britsch-Indië, en
alle Britsche dominions, kolonies en protecoraten. De hoofdstrekking van het derde aanhangsel is cle
vaststelling va:ii het nieuwe tarief van China voor
den tijd van
ten minste
één jaar (de hier gecursiveer-
de woorden schijnen in het Nederlandsch verdrag
niet voor te komen) en de belofte van China om zoo
spoedig mogelijk alle binnenlandsche rechten, lilcin, transito en lcustvaartrèchten op goederen sf te schaf

f en. Welke waarde deze belofte heeft – of met eeriige
mogelijkheid
kan
hebben – is maar al te goed bekend,
maar het schijnt onmogelijk te zijn om de Westersche

regeeringon ooit van deze illusie af te brengen. Hope
spr.ings eternal in the foreign likin-abolisher’s breast!
In het vierde en laatste aanhangsel doet China aan
Engeland kond van zijn voornemen, om het nieuwe
tarief uniformelijk, zoowel op zijn landgrenzen als op
de zeekust in te voeren. Dit is een acFiteriiitzetting
van Rusland, Frankrijk en Japan, die: respectievelijk
op de grenzen van Siher.ië, Tonking eh Korea geclu-
rende vele jaren het zoo veel lagere landgrenzentar,ief
genoten hebben.

Te denken geven de nieuwe verdragen zeer veel.
Men zou zelfs kunnen vreezen, dat de complicaties,
die zich in de uitvoering ervan zullen voordoen, tot
groote moeilijkheden en verwarring in de practijk
moeten leiden, indien het niet vrijwel vast stond, dat
deze verdragen slechts dls overgangsmaat.regelen met
zeer korten levensduur te beschouwen zijn. Goed-
schilcs hebben reeds de meeste landen beloofd om de
tusschen hen en China bestaande oude verdragen in
hun geheel aan een grondige herziening te onder-
werpen, en van Ohineeschen kant windt men er ook

) Men vraagt zich af, waarom zooveel belangrijke bepa-
lingen in
aanhangsels worden behandeld. Het blijkt nu, dat
de meeste Chineesche bladen de verdragen
zonder
de aan-
hangsels publiceereni Dit moge toeval zijn, maar zeker is
het, dat zonder de aanhangsels de verdragen er voor het
Chineesche volk beter uitzien en der regeering meer pres-
tige bijbrengen.

‘en doekjes om, dat de thans bevochten tarief-auto-
nomie slechts de eerste stap voorstelt in China’s poli-

tiek program tegenover het buitenland. Niet alleen
dat ettelijke .Ohineesche publicisten – op eigen ver-antwoording of geïnspireerd – dit voornemen in alle
toonsoorten bezingen, maar ook strookt het volkomen
met het programma van de ,,Drie Volksbeginselen”

van Seen Jat-sen, dat in volksgemoed en. regeerings-actie wordt ingeplant en ingestampt op een wijze, die

slechts in de meest fanatieke uitingen van het bols-
jewisme of fascisme haar weerga kan vi.nden.

Zoo heeft men het reeds zoo ver gekregen, dat de
nieuw benoemde inspecteur-generaal der douane on-

der buitenlandsche administratie een eed van trouw
aan de ,,Drie Beginselen” en de Kwomintang heeft
moeten afleggen.
1
) De
tijd
kan derhalve niet ver
meer zijn, dat elken buitenlander in Ohineeschen
dienst den dergelijken eed wordt opgelegd. En slechts
zij die weten wat de inhoud, strekking en
geest
vooral,
van de ,,Drie Volksbeginselen” zijn, kunrte beseffen,

wat zoon eed voor een buitenlander moet beteekenen.
Dit is slechts een voorbeeld van den snellen voort-
gang, dien de nationalistische regeering van China

maakt in de richting van de algeheele herwinning van

hare rechten. Dit moge ons zeer redelijk en plausibel
voorkomen, maar helaas is er maar al te veel om te

doen concludeeren, dat dit liroces in den geest van de
Kwomintang iets heel anders voorstelt dan in den
onzen, .en dat in het verloop er van luttel of niet te
bouwen valt op overeenkomsten en verdragen.

Tiios.
T. H.
FERGUSON.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE RIJKSBANK IN
1928.

Dr. F. H. Repélius te Berlijn schrijft ons: Het op 4 Februari jl. verschenen jaarverslag van
de Rijksbank begint, zoohls gebruikelijk, met alge-

meene beschouwifigen omtrent den economischen toe-
stand van Duitschland; hieraan moge het volgende
worden ontleend.

De stilstand, die tegen het einde van 1927 in dc
opwaarts gerichte beweging der conjunctuur was in-

getreden, heeft zich aanvankelijk voortgezet, om daar-
na voor een zich in gematigd tempo voltrekkende
daling plaats te maken. Het absorptievermogen van
cle binnenlandsche markt had te lijden onder de prijs-
stijgingen, die in een aantal takken van de industrie
niet in de laatste plaats om de prijzen der export-
producten laag te kunnen houden – werden doorge-

voerd. Ondanks deze en andere maatregelen tot ver-
grooting inn den uitvoer mocht het, als gevolg van
het protectionisnie van het buitenland, niet gelukken

om de passiviteit van de handelsbalans te doen ver-
dwijneii en een met het oog op de herstelverplichtjn-

gen zoo belangrijke stijging van den export te berei-
ken. . Arbeidsmoeiljkheden waren aan de orde van
den dag; zij culmineerden in de uitsluiting in de

ijzerindustrie van N.-W. Duitschland, die ten slotte
door bemiddeling van de zijde der regeering werd
opgeheven.

De teruggang ‘der conjunctuur kwam eerst na ver-
loop van eenigen tijd op de geldmarkt tot uiting: in
Octuber werd hier pas verruiming merkbaar. Op de
Icapitaalmarict bleef de toestand gespannen. De emis-

sievoorwaarden werden ongunstiger, zoodat eerste klasse geldnemers thans netto 9 pOt. voor hun lee-

1)
De opzienbai-ende eed welke de heer F. W. Maze, een
Eagel’sohinan, bij zijn benoeming tot •in.speoteurgeneraal
van de Customs dienst heeft afgelegd, ‘luidt als volgt: .1k
zweer hierbij plechtig om den laatsten wil en de stellingen
van. den president (d.w.z. wijlen Soen Jat-sen) te gehooria-
men en: de beginselen van de Kwomintang te aanvaarden,
de wetten van het land te. gehoorzamen; mijn plichten op
een getrouwe en ernstige wijze te vervullen; daarin op eer-
lijke en conscientieuze wijze te werk te gaan, en niet in
baatzucht te handelen. Mooist ik dezen eed breken, dan zal
ik onderwerpen aan de strengste straffen die de Kwo-
mintang zou willen opieggen.” .

156

ECONOMISCH-STATISTISCHE -BERICHTEN

13 Februari 1929

niugen moeten betalen. Zelfs op dergelijke voorwaar-

den konden van tijd tot tijd prima emissies slechts

voor een gedeelte geplaatst worden. Alleen voor pand-
brieven bleef vrij groote belangstelling bestaan.
De hooge rentestand blijft een zware last voor het

economisch leven; met name de moeilijke positie van

den landbouw moet hieraan grootencieels worden toe-

geschreven, terwijl ook de toeneming van het aantal
faillissementen en w.isselprotesten hierin een van

haar oorzaken vindt.

Wanneer het bedrijfsleven in zijn geheel tot dus-

verrè een opmerkelijke mate van weerstand heeft ge-

boden, is dit hoofdzakelijk toe te schrijven aan den
invloed der buitenlandsche credieten, die nog immer
op groote schaal, zoowel voor kôrten als voor langen

termijn, blijven toevloeien.)
De beschouwingen, gewijd aan het, met beide laatst-

genoemde problemen ten nauwste samenhangende,

hersteivraagstuk, verdienen in verband met de bespre-
kingen, die thanste Parijs worden gehouden, bijzon-

dere aandacht.

Op 31 Augustus 1928 eindigde het laatste der vier overgangsjaren. De Generaal-Agent voor Herstelbe-

talingen heeft in elk zijner rapporten gewezen op de

punetueele en loyale uitvoering van het Plan der

Experts door Duitschiand. De Rijksbank, die volgens
het Protocol van Londen een speciale rol in deze te

vervullen heeft, kan er aanspraak op maken gedu-

rende deze periode harerzijds alles te hebben verricht
om het Plan ionder stoornis te doen functionneeren.
Het Duitsche disconto was voortdurend hooger dan

dat van andere landen. De behoeften aan valuta van
den Generaal-Agent werden steeds op zoodanige wijze

bevredigd, dat de deviezenmarkt daarvan geenèrlei

storing öndervond. Wat de financieele politiek be-
treft,. heeft de Rijksbank, voor zoover zulks binnen
haar bereik was, op bezuiniging aangedrongen. Zij is

met alle kracht opgekomen voor een zoo productief

mogelijke besteding van de in het buitenland geleende
gelden. ,,Het zou onnatuurlijk zijn”, aldus de directie

der Rijksbank, ,,wanneer een zoo groote kunstmatige
bevruchting met kapitaal zich niet zou hebben uitge-
drukt in een vergrooting van het productie-apparaat

en van de consumptie en in een stijging van de loo-
nen en van de deposito’s bij banken, spaarbanken, enz.”

Deze toenemingen loopen des te meer in het oog,
wanneer men ze slechts met de jaren der grootste in-
flatie-ellende, doch niet met de normale vredesjaren
vergelijkt. Van grooter en dringender belang is het
na te gaan, of deze schuld aan het buitenland in liet
heden en in de toekomst er toe bijdraagt om voldoen-

de uitvoeroverschotten te kweeken, zoodat daaruit
niet slechts de reeds thans op ongeveer één milliard
R.M. te schatten rente der bestaande schulden, maar
bovendien ook de herstel-annuïteiten betaald kunnen

worden. Duitschiand heeft alle aanleiding om liet
buiteiiland dankbaar te zijn voor den in den vorm

van credieten verleenden steun. Wij mogen hieraan
toevoegen, dat de verleende credieten, algemeen eco-
nomisch gezien, volkomen zeker zijn. Een volkshuis-
houding als cle Duitsche zal steeds in staat zijn om,

desnoods door den verkoop van realiseerhare activa,
een bedrag gelijk aan dat der opgenomen credieten

liquide te maken. Zoolang de transferbescherming in-
gevolge het Plan der Experts blijft bestaan, is zulks
een reden te meer, waarom geen gevaar voor de
paiS-

ticuliere credieten te duchten is. De overmaking der
annaïteiten was intusschen tot dusverre slechts mo-
gelijk met behulp van cle in het buitenland opgenomen
credi.eten. Nu de vier proefjaren voorbij zijn, moet de

1

Sed&rt cle stabilisatie werden op langen termijn

EM. 7
milliard aangetrokken. De door de banken opge-
nomen korte credieten zijn op
R.M. 6
milliard te schatten,

(laarliaast hebben
ook
andere takken van het bedrijfsleven

op’
korten termijn in het buitenland geleend. Ten slotte
werd een zeer belangrijk bedrag aan Duitsche aandeelen,
obligaties en andere effecten in den
loop
dezer periode
door buitenlanders gekocht.

vraag, of deze stand van zaken – met het oog
01)
de

veronderstelling van liet Plan der Experts’ volgens

welke transfereering op den. duur slechts uit over-

schotten der betalingsbalans kan plaats vinden
een verdere transfereering uit geleend geld toelaat,

ernstig ondeizocht worden.
De voornaamste oorzaak van den voortdurenclen

toevloed van buitenlandsche gelden is gelegen in het

ui.t wanverhouding •tusschen kapitaaivorming en ka-

pitaalbehoef te resulteerende hooge renteniveau.
Duitschland heeft in dè inflatieperiode zijn liquide

kapitaal verloren en moest, teneinde zijn productie..
apparaat aan het werk te houden en zijn herstelver-

plichtingen na te komen, zoowel in binnen- als in

buitenland in snel tempo leenen. Dit dreef de belas-
ting met onkosten, rente en aflossing tot een hoogte

op, die op den duur niet te dragen is. Reeds thans

heeft deze last aan groote gebieden van het econo-
misch leven elke mogelijkheid tot kapitaalvorming

ntnomen en zij kon in het algemeen slechts gedragen

worden doordat, mede als gevolg van de stijging der
prijzen, het steeds toevloeiende huitenlandsche kapi-

taal aflossing van bestaande verplichtingen uit nieu-we credieten veroorloofde. ,,Zoolang het niet gelukt
de prductiecapaciteit zoodanig te versterken en tege-

lijkertijd de productiekosten van elken aard en de

prijzen zoodanig te doen dalen, dat Duitschland –
nadat de zwaarste tariefhindernissen uit den weg ge-

ruimd zijn – een herstellast, die
zijn
draagkracht niet

te boven gaat, door vermeerderden uitvoer en ver-
minderden invoer kan betalen, bestaat het gevaar,
dat de kapitaalrente in Duitschland nog verder zal

stijgen en op den duur een hoogte zal bereiken, ge-

legen boven de gemiddelde rentabiliteit van het b-

drijfsieven.”

Onderstaande cijfers geven, een beeld van de ont-
wikkeling der voornaamste poiten van balansen en
verliès- en winstrekeningen der Rijksbank sedert de

stabilisatie.

Bedragen per
31
Dec.
in millioenen EM.
1924′
1925
1926
1927
1928

Bankbiljetten inomloop
1.941
2.960 3.736
4.564
4.930
Rekening-courant saldi
821
697
648
779 816
..
1.208
1.831
1.865
2.729

Saldi in valuta ……
1.133
477 537
36
156

Buitenl. wiss. en cheques 170
544
425
155 371

Goud
………………760

Binnenl.,,,,,,
1.882

..

1.353
1.413
2.987
2.323
Beleeningen
………..17
10
84
78 176

Wettelijke reserve
. . .
25
34
39
44
49

Pensioenfonds ……….
80
80 80 80
80

Reserve ‘voor den druk

van bankbiljetten
10 15
15
25
35

Reserve voor gebouwen
10

.

23

15
15
25
35

Dividend reserve

33
43
45
45

Reserve voor dubieuze

50 50
,

65 75
debiteuren
……….27
Onkosten

…………..87
86
83
75
88

Netto-winst ………..
43 23
26
25

Bij de beoordeehing van de cijfers nopens de cir-
culatie mag niet uit het oog worden verloren, dat,
naarmate de biljetten der Rentenbank als gevolg van
de geleidelijke liquidatie van dit instituut aan het

vericeer worden onttrokken, biljetten van de Rijks-
bank voor een gedeelte de plaats daarvan innemen
(de Rentenbankbiljetten van R.M. 5 worden vervan-

gen door de in het afgeloopen jaar op groote schaal
in het verkeer gebrachte zilverstukken van gelijke

nominale waarde).

De goudvoorraad nam gedurende 1928 met

R.M. 864,7 millioen toe; op 31 December 1928 be-
vonden zich R.M. 85,6 millioen in depôt bij buiten-
landsche centrale banken ter vrije beschikking van de

Rijksbank.
Geven de weekstaten slechts de bedragen van dek-
ki ngsdeviezen, Rijksschatkistwissels en ,,overi ge wis-
sels en cheques”, de jarljksche balansen maken het
mogelijk een inzicht te verkrijgen in de verhouding
tussch’en liet totaal derdeviezen en dat der binnen-

13 Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

157

landsche wissels. Van liet eerste was op 31 December
1928
een bedrag van R.M.
155,3
millioen voor dek-
king der circulatie gebruikt, in het laatste was op

dien datum een bedrag van R.M.
51,1
millioen aan
Rijksschatkistwissels, die de Bank sedert de wetswij-
ziging van
8 Juli 1926
mag disconteeren, begrepen.
Van de netto-winst over
1928.
werd in de eerste
plaats
20 pOL,
zijndö R.M. 5,1 millioen, naar de
wettelijke reserve overgebracht, vervolgens kwamen

8
pOt. over een kapittal van R.M.
122,8
millioen ter
beschikking van de aandeelhouders,
terwijl
de rest.
gelijicelijk verdeeld werd tusschen het Rijk (dat dus

R.M.
5,3
millioen ontving) en de aandeelhouders, die
hierdoor in totaal
12
pOt. dividend toucheerden.

DE BUITENLANDSCHE HANDEL VAN ALGIERS:

Omvang en Aard van het Handeisver/ceer.

Dr.
G. H.
Bousquet te Algiers schrijft ons:

Ten einde den lezers van dit weekblad een kort over-
zicht van den buitenlandschen handel van Algiers te
geven, stellen wij ons voor eerst den aard en de be-

teekenis van het handelsverkeer van dit land te schet-
sen, vervolgens de voornaamste havens van dit gebied

te bespreken om ten slotte met de door Frankrijk ten
opzichte van deze Noord-Afrikaansche kolonie gevolg-
de tariefpolitiek te eindigen.
De
cijfers
van den buitenlandschen handel van
Algiers
zijn
een zeer goed kenteeken voor de toene-
mende welvaart van het land. Zij toonen tevens aan,
hoe Algiers sedert een eeuw Fransche bezetting
(Juli 1830),
in staat was een steeds grootere plaats
in het wereldverkeer in te nemen.
Uit de volgende tabel blijkt deze ontwikkelings-
gang:

Invoer

Uitvoer
(in millioenen

(in niillioenen
goud-francs)

goud-francs)
1836…………..
[9

3
1860…………..
170

66
1880…………..
235

178
1910…………..
511

513
1927…………..
986

704

Indien wij cle handelsbeweging van naderbij be-
schouwen, valt ons allereerstop, dat in tdgenstelling
met de door Engeland en Nederland bestuurde kolo-
niën de doorvoerhandel van Algiers slechts een onder-

geschikte rol speelt ten opzichte van den invoer tot
verbruik en den uitvoer van binnenlandsche produc-
ten. Door zijn ligging – in het Zuiden wordt Al-
giers begrensd door de Sahara en in het Oosten en
Westen door Tunis en Marokko – leent Algiers zich
niet voor het
tijdelijk
opslaan van goederen noch
voor trans:itoverkeer. Tunis en Marokko staan door
hun eigen havens in directe verbinding met het bui-
tenland. Het verkeer van Oostelijk-Marokko vindt
gedeeltelijk plaats via de havens van Oranic, een land-
streek ten Westen van Algiers. Evenwel komen vaak
vreemde schepen in de havens van Algiers bunkeren.
Van belang is het verder op te merken, dat Algiers,
wat zijn economisch karakter betreft, een land-
bouwstaat is, die bovendien aanzienlijke rijkdommen

aan delfstoffen bezit. De invoer bestaat dan ook uit
fabrikaten en de uitvoer uit landbouwproducten en
ertsen.
i)e volgende cijfers geven een overzicht van den
geheelen invoer tot verbruik en den uitvoer van eigen
producten van Algiers gedurende de laatste jaren:

Invoer
(in

millioenen papier-francs)

1927
1926

totaal

1925

totaal totaal
aar

Frankr.

Vee en veeteeltproducten
269
155
189 196
Plantaardigevoortbrengselen
1.269
524
912
678
.
171
385
271
Delfstoffen

……………….461
Fabrikaten

…………….
2.838 2.685
2.633
2.379

Totaal…..
…4.8351
3.535
1
4.1191 3.524
Toeneming in 1927 ten opzichte
van
1928

……..
716

Uitvoer
1927

1926
1925

(in

millioenen

papier.francs)
totaal
Wa.arv.
totaal totaal
Frankr.

Vee en veeteeltproducten
412
326
579 392
Plantaardigevoortbrengselen
2.492
1.967
2.823
1.688
374
90
262 255
Delfstoffen

………………
56
350
183
Fabrikaten

……………..243

Totaal ……
.3.521
1
2.439
1
4.014 2.518

Afneming in 1927 ten opzichte van 1926………..
493

Jan.ISept. 1928
Jan.! Jan.!
Invoer
.
Sept.
Sept.
(in

millioenen

papler-francs)
totaal
waar-
van uit
Frankr.
totaal
totaal
r
Vee en veeteeltproducten …
199
110
180
139
Plantaardigevoortbrengselen
741
410
823 640 359
169
348
294
Delfstoffen

………………
2.190
2.033
1.831
1.972
Fabrikaten

………………

Totaal ……
.
3.489
1
2.722
1
3.182
1
3.045

Toeneming in 1928 ten opzichte van de overeenkomstige
periode in

1927

…………………………..
307

Jan.!Sept.l928Jan.!

Jan.!
Uitvoer

Sept. Sept.
waarv. 1

26
(in millioenen papier-francs) totaal naar
‘Frankr. totaal totaal
Vee en veeteeltproducten ….

330268

317

499
Plantaardige voortbrengselen

2.010 1.494 1.632 2.162
Delfstoffen ………………213

42

263

202
Fabrikatcn ………………168

54

166

274

Totaal …….2.721 1.858
1
2.378 13.137

– Deze cijfers geven aanleiding tot de volgende op-
merkingen:

In de eerste plaats is de uitvoer van Algiers aan
aanzienlijke schommelingen onderworpen. Immers,

het grootste deel van den uitvoer bestaat uit voort-
hrengseIen van den landbouw, welks productie sterk

-van klimatologische omstandigheden afhankelijk is.
Daarentegen dragen de veranderingen bij den invoer
een regelmatiger karakter.
Vervolgens dient in dit verband te worden opge-merkt, dat de grootste helft van de in Algiers inge-voerde goederen uit Frankrijk afkomstig is, terwijl

de grootste helft der door Algiers uitgevoerde artike-
len voor Frankrijk is bestemd.

Een veigeljking van de voornaamste posten leidt
:.tot de volgende nauwkeurige gegevens:

1927

Invoer

1926 1925 (in inillioenen papier.francs) totaal


totaal totaal

‘T.
Vee en veeteeltproducten.
‘Geconserveerde visch
19
18
15
17
39 18
32
41
Kaas

…………………….
16
15
20
19
.Schapenvleesch, schapen
28

. 56

22
22
26
II. Pfaivtaardige

voort breng-
seten.
Suiker

………………….
7
.133
99
107
86 120
76

‘Hui.den

………………….

140
140
120
95
126
46
86
75
111. Delfstoffen.
F
Olie (uit mineralen), benzine
132 132
111
85

Hout

……………………

Steenkool
.
………………
117 115
89
67

Koffie

…………………..
Olie

uit

zaden……………..

IJ
‘zer

en staal …………..
74
1
72 64
IV. Fabrikaten.
..

..
..

517
10
575
523
Weefsels

(katoenen,

wollen,
Pakkisten …. …………..

660
11
515
435 213
4
179
254
haren,

zijden)

…………..
Automobielen …………….
Machines en installaties
178
34
154
125
,Onderdeelen van machines
71
6
78
68
Andere fabrikaten uit metaal
210
1
199
204

158

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Februari 1929

1927
Tjjtyoer
r

1926
1925

(in

millioenen

papier-francs)
totaal totaal
totaal

T.
Vee en veeteeltprodiucten.
Schapen en schapenvleesch
112
1
223
165
135
19
142
85

II .
Plan taardige

voort breng-

..

8elen.
Wijnen

………………..
1.315
34
1.359
547

Wol

…………………….

119
13
231
176
125
79 158
97
Tabak

…………………
Olijfolie ………………..
59
26
123
82

Kaas

…………………..

Alcohol

uit wijn ………….
..
0
102
.
101
Alfagras

……………….80

.

.38
72 63
48
Grutten en griesmeel
62
0,5
75
33
3
47
41

.

3
60
.
37
Aardappelen

…………….35

Sinaasappelen en mandarijnen.
15
0,1
35 18
Dadels

…………………54

Delfstoffen.
Ij zererts

……………….
.41
135 68
99
65
42 65 45
53
23
38
30
Zinkerta

……………….
Looderts

……………….
Phoaphaten

………………
65
40 46
52

Fabrikaten.
28
41
22
Lederartikelan (schoenen enz.)
14
.
11
441)
16
Katoenen weefsels
………..28

Machines en installaties
– . .
24
23
20
12
Pakkisten ……………….
.28
9
34
24

1) Er moet in deze statistiek een fout zijn geslopen, daar
zij voor
1925
en
1927
een uitvoer van resp.
69.000
en

61.000
paar schoenen aanwijst en voor
1926
van
366.000

paar!

Wat den invoer betreft, zal men in de eerste plaats
opmerken, dat het. buitenland een vrij aanzienlijke

rol speelt bij de drie eerste groepen voortbrengselen,

die echter slechts een klein deel van den Algerijn-

schen invoer vertegenwoordigen (in 1927 slechts %”
of 1.999 millioen op een totalen invoer van Frs. 4.835

millioeri). Meer dan de helft of Frs. 1.049 millioen
van deze Frs. 1.999 millioen zijn afkomstig uit het

buitenlapd of de Fransche koloniën. Bij den invoer

van hout en koffie neemt Frankrijk slechts een onbe-

langrijke plaats in, terwijl het van deze groep plant-
aardige voortbrengselen in hoofdzaak aardappelen,
chocolade, alcohol, enz. en vooral suiker en olie uit
zaden importeert. In 1927 bestond twee derde of
Frs. 323 millioen van de Frs. 461 millioen van den
invoer van mineralen uit ijzer en staal (afkomstig uit
Frankrijk) en minerale oliën, benzine en steenkolen

(afkomstig uit het buitenland).
Het voornaamste deel van den invoer bestaat even-
wel uit fabrikaten, die bijna geheel uit Frankrijk af-
komstig zijn. Deze groep omvat de meest verschillen-de producten, waaronder weefsels, automobielen, ma-
chines en metalen fabrikaten domiûeeren.
Wat den uitvoer (nog steeds over 1927) betreft, zal
men ten opzichte van de eerste groep opmerken, dat deuitvoer naar Frankrijk van schapenvleesch en wol
een overheerschende rol speelt (Frs. 227 millioen op
de Frs. 412 millioen), daar de uitvoer van de overi-
ge posten van deze groep veel minder bedraagt.
Bij den uitvoer van plantaardige voortbrengselen

neèmt wijn, die in hoofdzaak voor Frankrijk is be&
stemd, de voornaamste plaats in met Frs. 1.315 mil-
lioen op een totaal van Frs. 2.492 millioen of één der-
de van den geheelen Algerijnschen uitvoer. Voorts
zijn de voornaamste uitvoerproducten kaas, tabak,

olijfolie, alcohol uit wijn en alfagras.
In tegenstelling met de plantaardige voortbreng-
selen, waarvan het meerendeel naar Frankrijk wordt
uitgevoerd, zijn de delfstoffen voor een groot deel

voor het buitenland. bestemd, namelijk Frs. 284 mil-
lioen van de Frs. 374 millioen. De uitvoer van deze
groep bestaat voor 9/10 uit ijzer-, zink- en looderts en

phosphaten. . .

Fabrikateri namen in 1927 slechts 7 pOt. van den

totaleh uitvoer uit Algiers in beslag. Deze groep om-
vat de meest verschillende voorwerpen, waarvan het

grootste deel naar het buitenland gaat.

Indien nien de economische resultaten van de Fran-
sche kolonisatie in Algiers nader beschouwt, kan men,

dank zij de gegevens der handQlsstatistieken, cle vol-
gende conclusies trekken:

lo. De economische structuur van dit land is totaal
veranderd; de gesloten huishouding heeft plaats ge-

maakt voor een vereldhuishoudi.ng.

2o. Tegelijkertijd is de omvang van de productie

sterk gestegen.

3o; Het merkwaardigste is evenwel, dat de produc-

tiewijze geheel :is veranderd. De voortbrengselen van

dit, gebied zijn, in vergelijking met een eeuw geleden,
van geheel anderen aard. De producten, die toen ka-
rakteristiek voor Algiers waren, zijn thans voor den

buitenlandschen handel nog slechts van gering be-

teekenis. De volgende
cijfers
toonen dit aan:

Uitvoer in
1927
(in millioenen papier.francs)
Dadels

…………
54
tegen alcohol ……….
39
en katoen ……..
34
Sinaasapp. en mandar.
20

,,
mach. en toestellen

24
Olijfolie ………….
60

,,

aardappelen

34
en katoenen weefsels

21
Kaas en gerst ……
214

,,

wijn…………..
1.315
Schapenvleeach en wol
247

,,’
ertsenenphoaphaten
321

De linkerhelft van deze tabel geeft de vroegere
voortbrengselen -van Algiers, de rechterhelft de pro-.

ducten, die ingevolge de Europeesche beschaving

aldaar thans worden voortgebracht. Deze tegenstel-

ling geeft inderdaad te denken!

AANTEEKENINGEN.
Indexcijfers van groothandeisprijzen.

,,The Economist” schrijft: Gedurende de afgeloo-

pen maand, trad een verdere kleine daling van het
algemeen prijsniveau van de groothandelsprijzen in,
waardoor ons indexcijfer, zooals uit onderstaande

tabel
blijkt,
met ruim 0,3 pOt. afnam. Het georne-
trisch gemiddelde was einde Januari bijna 3,8 pOt.

lager clan een jaar geleden:

Gemiddelde
1927 = 100

Jan.
1928
Oct.
1928
Nov.

1

1928
Dec.
1928
Jan.

1

1929

Granen en Vleesch..
. –
100.3
98.2
97.4 97.6
96.7
Andere voedings en ge-
notmiddelen ……..
96.6
91.5
90.4
902
89.4
Weefstoffeé
102.4
100.6. 102.3
101.7 101.3
Delfstoffen ……………
92.5
92.9′
93.8
94.1
94.8
Diversen ………….
.99.9
93.1
92.4
91.4
91.2

Totaal …………….
98.5 95.3
j

95.3 95.0
94.7

Een stijging van de groep Delftoffen werd over-
troffen door lagere gemiddelden voor de groepen

Voedingsmiddelen, Weefstoff en en Diversen. De
tweede tabel ‘toont de prijsverauderingen van de ver-
schillende gbederen in vergelijking met December
1928 en Januari 1928.
Graan steeg in prijs, terwijl rijst, aardappelen,

Engelsch scha-peuvleesch en varkensvleesch in prijs
daalden. Thee was duurder, doch suiker, kaas en

boter goedkooper. De
prijzen
voor hennep en jute
stegen, terwijl clie voor katoen, Australische wol en
vlas daalden. De groep Delfstoffen kenmerkte zich

door een sterke opwaartsche beweging voor lood en
koperprijzen tegenover lagere prijzen voor tin en on-

gezuiverd zink.
De ‘derde tabel toont onze indexcijfers, herleid tot

het gemiddelde van 1913.
Ons indexcijfer voor einde Januari, herleid tot het
gemiddeldè voor 1924; bedraagt 81,8.
Voorts volgt hier nog een overzicht van het prijs-
verloop in -een aantal belangrijke landen.

.
De volgende opmerkingen zijn ontleend aan de des-

13 Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

159

lndexcijfer
lndexcijfer
lndexcijfer
Toe- (+) of afneming(-)
Toe- (4

) ofafneming(-)
Toe-(-j-)ofafneming(-)
in perc. vergeleken met in perc. vergeleken niet
in perc.
vergeleken met
vor. maand 1 vorig jaar 11

vpr. maand 1 vorig jaar
vor. maandi vorig jaar

Tarve (buiteni.)
+
3,5
-11,8
-2,1
+

4,3
Hout (Eng.) …….
+
1,8

11,7
Katoen (Am.) …….
,,

(Egypt.)..
-5,4
.4-
10,2
,,

(Zweedsch)
.
+
2,8

9,9
Garen
4-

,6
.

.

13,0
±
0,8

8,8
Laken …………
-1,8
..

9,1
-24,5
+
5,6

5,3
Wol
(Eng.)

3,5

9,6
-25,4

Gerst ……………

Maïs

………….
+

,9
+

9,1
,,

(AUBtr.)

2,3
-10,4
Benzine No. 1
..
+
32,6

Haver …………..

Rijst

………….
-5,5

10,3
+
2,2
-11,3

Cement …………..

Petroleum ……..

(Eng.)
……..
Meel

……………

Aardappelen ……..
-8,3

..


8,3
Zijde

…………..
+

7,1
..

6,9
Rundvleesch (Eng.).

..

..
.4-.

6,6

,,

(tops) ……….

-1,1 -11,8

Huiden ………….
Leder …………..

+
+ 4,4
(Arg.).
..

7,3
Hennep

……….
.4-
4,2

..


6,8

2,6
..-.

5,6
Schapenvi. (Eng.)

9,6
-11,7
Jute ………….
+
3,1
+
11,3

Stookolie ………..
Lijnolie

…………

Rubber ………..
+
25,1
-37,9
11

(N. Z.) ..
Varkensvl.(Deensch)
..
-7,1
+

7,1

+
10,3
Weefstoffen

Talk ……………

Amm. Sulphaat
..
-0
4


11

CiranenenVieesch

Vlas ……………

-1-

1,5

Soda ……………


8,0

..

-34,2
-0,9

3,6
Thee

…………..
IJzeren sta;en:
::

..
..

+
Diversen ……..
+
2,9
+

9,1

0,2

8,8

Koffie

…………
…+
0,9

13,9
Tin (platen)…….

Creosoot

………..

.

Cacao

…………
..+
0,8

14,7
Kolen (Weisch)….

.

.
+
2,0

1,0
-22,0
(Dur. Gas.)
.

.

1,7
-5,4
-21,4
,,

(huisbrand)
‘..
+
10,5
Rietsuiker

………

Kaas (dien.) …….

..

-1,0
+

3,0
5,6
+

1,1

Bietsuiker

………

Boter (Deensche)
..
.
-5,0
+

7,3
Tin

……………

2,5

11,0
Kokosolie ……….
..

8,2 +
5,3
+
23,1
Tabak …………..
..
..

Lood ……………+

Ongez. Zink ……
-2,1

..

+
0,9
Andere voedings. en

Koper…………..
..

Genotmiddelen
-0,9

7,5
Delfstoffen

……..
+
0,7
+
2,5

.2

Data
.
.
.,.,
.

1913
100
100
100 100
100
100
Gemiddelde

1924..
168.5
215.8
214.7
149.3 122.6 166.2
1925..
168.4
204.2
194.6 139.8 128.2
160.9
1926..
151.7 195.3
152.6 149.8 120.7
149,4
1927..
147.6
202.2
157.0
125.1
116.1
143.7
1928..
152.9 189.7
165.0 115.2
111.2
140.9
Eind

Jan.

1928..
148.0
195,3 160.7
115.7
116.0 141.5
Dec.

,,

. .
144.0
182.4
159.6
117.7 1106.1
136.5
Jan.

1929..
142.7
180.8
159.0
118.6
1105,9

136.1

0

N N
Z

1913
1004
100
6

100 100
1007
100
100
100
Novemb.
1918
..
35$ 438
..
..
367 392 214
oogs e
t

..
591
679
..
325 366
297
322
..
(Apr.) (Apr.)
Uan.)
Uuni)
Uuli)
(Mrt.)
Decemb.
1923
101
5

458
577
..
183
160
154
211
Decemb.
1924
98
5

189 553
1375

162
156
206
Decemb.
1925 1035
555
§46
1425

161
155
202
Decemb.
1926
1005
703
654
134
145
149
145
179
Novemb.
1927
97
594 484
140
147
148
151
168
December,,
97
604 483
140
146
148
151
168

O
nuari

1928
96
607 490
139
145
148 153 169
ebruari
96
609
489
138
144
147
150
169
Maart
96
623
491
139
145
149
152
169
April
97
624 493
140
146
151
153
170
Mei
99
632 496
141
145
152
152
171
Juni
98
626 493
141
145
151
153
169
Juli
98
624
488
142
144
150
148
169
Augustus
99
617
486
142
144
149
144
170
September,
100
620 488
140
144
146
145
174
October
98
617
492
140
145
145
146
174
November,
97
626
495
140
145
145
148
173
•1

un

uuur. •.i niat. relcnsame. ) neaert ilfL genaseera op
48
artikelen.
4
)
1926
= 100.
5)
Jaargemiddelde.
6)
Sedert October
1923:
Juli
1914=100.
7)
Midden
1914=100.

betreffende maandpublicatie van het Oentraal Bu-
reau voo de Statistiek en hebben betrekking op de
Nedenlandsche indexcijfers met basis 1913 – 100.
Bij beschouwing der cijfers over December 1928,
i.n vergelijking met die over de maand November

1928, blijkt, dat het algemeen indexeijfer geen veran-
dering heeft ondergaan; dat der voedingsmiddelen
evenwel ging met één punt omlaag.
Wat het algemeen indexcijfer betreft, staat tegen-
over een prijsstijging van 12 artikelen met in totaal
68 punten, een prijsdaling van 16 artikelen met even-
eens .68 punten.

Met’lO of meer punten stegen de artikelen vlas

(13 punten) en runderhuiden (11 punten), daaren-
tegen daalde met 10 punten of meer alleen het artikel
eieren (24 punten).

Bij vergelijking der cijfers van 1928 met die van
1927 blijkt het algemeen indexcijfer met één punt, dat
der voedingsmiddelen ed. met 4 punten gestegeh te
zijn.
Tegenover een
prijsstijging
van 19 artikelen, be-
grepen in het algemeen indexcijfer, met in totaal 318
punten, staat een prijsdaling van 27 artikelen met
258 punten.

Met 10 of meer punten stegen de artikelen: hooi
(15), haver (13), koffie (24), peper (55), kaas (15),

melk (14), mais (36), zemelen (22), katoen (21),
ijzer (14), runderhuiden (35) en ieder (23 punten);
met 10 of meer punten daalden daarentegen de arti-
kelen: tarwe (18), rogge (11), rijst (14), macaroni
(13), suiker (10), thee (17), alcohol (11), heiinep
(15), tin (33), hout (10), papier (18), lijnolie (10),
hars (15) en terpentijn (met 15 punten).

BOEKAANKONDIGING.

Sub-Commissie uit de Commissie voor
de Economische Politiek. Onderzoek
naar den stand, der werkloosheid. I.
(Te
verkrijgen bij de Afdeeling Handel en
Nijverheid van het Departement van
Arbeid, Handel en Nijverheid).

Allen, die belang stellen in den rijkdom van ons volk, in bevolkings-, productie- en werklooshèids-
vraagstukken, zullen met profijt kennis kunnen ne-
men van deze eerste vrucht van den arbeid van de
Sub-Commissie uit de Commissie voor de Economi-
sche Politiek, welke de Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid in 1926 instelde ten behoeve van een
onderzoek naar de omstandigheden, welke verschil-
lende takken van ons volksbestaan ongunstig beïnvloe-
den, en naar de mate waarin deze de bestaande werk-
gelegenheid aantasten of uitbreiding daarvan tegen
houden. De Minister zelf werd voorzitter, de Chef der

Afdeeling Handel en Nijverheid secretaris, vooraan-
staande mannen op onderscheiden gebieden leden van
cle Sub-Commissie.

Dit eerste deel van haar verslag heeft betrekking
op aard en omvang van het verschijnsel der werkloos-
heid, zooals dat zich nu in vergelijking met den toe-
stand van v66r den oorlog laat aanzien, in land- en
tuinbouw en in de visseherij. Overeenkomstige onder-

160

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13 Februari 1929

zoekingen met betrekking tot de overige takken van

volksbestaan, waaronder in de eerste plaats de nij-
verheid, zullen na eenigen tijd tot verdeie publicaties

voeren.
Van de 2.722.407 personen, die blijkens de jongste
beroepstelling in Nederland in 1920 een beroep uit-
oefenden, behoorden er 622.514 of 22.8 pOt. tot de

landbouwbedrijven en 19.597 of 0.7 pCt. tot visscherij

en jacht. Het wel en wee van bijna een vierde van
onze bevolking wordt dus in dit eerste deel be-

schreven.
Vergelijking van de beroepstelling van 1920 met die

van 1909
1)
doet zien, dat in alle bedrijfsklassen een

toeneming van het aantal beoefenaren viel te con-

stateeren; behalve bij visseherij en jacht, waar dit

aantal met 17.8 pat. afnam. Blijkens het verslag zet

dit verschijnsel zich voort. ,,De oorzaak schuilt, voo
zoover de Noordzee-haringvisscherij en de oesterteelt
betreft, in een minder gunstigen toestand van de

markt voor de producten, ten aanzien van de mossel

teelt iii een sterkere mechanisatie van het bedrijf,
voor de Noordzee-haringvisscherj in den achteruit-
gang der vangsten en voor de Zuiderzeevisscherij in

dé ongunstige vooruitzichten in verband met dé
drooglegging. De achteruitgang van het bedrijf heeft
niet tot noemenswaardige werkloosheid in de betref-
fende visseherij of aanverwante bedrijven aanleiding

gegeven. Hij is ni. gepaard gegaan met, of vrij spoe-
dig gevolgd door een overgang van de overbodig ge-

worden werknemers naar een ander beroep”. Gevreesd

wordt, dat de drooglegging der Zuiderzee in de toe-
komst wel werkloosheid onder de visschers en in aan-

verwante bedrijven zal doen ontstaan; verwacht wordt
dat de invloed van de uitvoering der droogleggings-

werken zich binnen afzienbaren tijd en dan Vrij plot-
seling zal doen gevoelen. Tijdige overgang naar an-
dere beroepen is hier dus wijs beleid; de Generale
Commissie, bedoeld in de Zuiderzee-steunwet, en de

organen van de openbare arbeidsbemiddeling kunnen
hierbij hulp bieden.
De Sub-Commissie komt tot de conclusie, dat de

neiging om tot andere beroepen over te gaan voor een
groot aantal werknemers bij de visscherij, met name

bij de Noordzee-haringvisschers, werd bevorderd door
de omstandigheid, dat hun bonen niet in die mate
zijn gestegen als de waarde van het geld gedaald is.

Tevens heeft
zij
echter opgemerkt, dat de niechani-
satie van de Noordzee-haringvisscherij in verschillen-
de opzichten een gunstigen invloed op den toestand

van de visschers heeft.
De andere door de Sub-Commissie beschouwde be-
drijfsklasse, die van de landbouwbedrijven, vertoont

van alle groepen, welke tussehen de twee beroepstel-
lingen toeneming aanwezen, de geringste – te weten
0.7 pCt., terwijl de bevolking in hetzelfde tijdperk
met 17.2 pOt. toenam. De gedurende langen tijd nog
te verwachten toeneming van de bevolking zal in de
toekomst echter wellicht niet in de laatste plaats toe-
neming van de werkers in land- en tuinbouw met zich
brengen. Afgezien van de véle landbouwers en land-
arbeiders, die in de komende Zuiderzee-polders een
broodwinning zullen vinden (welke broodwinning met
de polders een rechtvaardiging vindt in het verloop
van de demographische lijnen) zullen velen in den
tuinbouw een bestaan moeten zoeken reeds wegens de
noodzakelijkheid om een toenemende hoeveelheid
voedsel van dezelfde oppervlakte te verkrijgen.
Hoezeer de uitbreiding van den tuinbouw en de
ontwikkeling in intensieve richting de werkloosheid
helpt bestrijden, toont het terslag duidelijk aan. Per
H.A. wordt bij vollegronds groententeelt ongeveer
twaalf maal zooveel loon betaald als bij het gewone

gemengde landbouwbedrijf. Bij het intensieve glasbe-
cirjf is het loonbedrag per H.A. zelfs ongeveer dertig
maal zoo groot als bij den landbouw. Hier komt bij,
dat in het intensieve bedrijf de arbeid regelmatiger
over het jaar is verdeeld.

i) Statistisch
Za.kboek 1928, Blz. 13.

In den akkerbouw is seizoenwerkloosheid haast on-

vermijdelijk. Op weidegrond komt deze weinig voor,

doch het aantal arbeiders is er klein; het trekken

en de werkgelegenheid
tijdens
het hooien worden door
het toenemend gebruik van machines voor de hooibe-
werking beperkt.

Van de machines doen
waarschijnlijk
de dorsch-

machines het meeste kwaad aan de werkloosheid, daar

zij den dorscharheid, die vroeger in den winter viel,
verplaatsen naar den nazomer en den herfst.

Oorzaken van toeneming van werkloosheid zijn
nog o.a.:

in verschillende streken, speciaal in de drie noor-
delijke provinciën, het ophouden van den tijdelijken

trek naar Duitschiand (de pogingen gedurende de

laatste jaren door den
Rijksdienst
der Werkloosheids-

verzekering en Arbeidsbemiddeling ende Nederland-

sche Arbeidsbeurs te Oberhausen om in dezen toestand
verbetering te brengen, zijn niet geheel vruchteloos

gebleven);
de neiging van sommige landbouwers om zooveel

mogelijk op arbeidsloon te bezuinigen door minder
productief werk achterwege te laten; en
in Friesland en de Hoeksche Waard vermindering
van arbeidsgelegenheid bij de vlasbewerking.
Naast het voorkomen van werkloosheid en de toe-
of afneming daarvan sedert 1914, onderzoekt het

verslag:
de verhouding tusschen het aantal losse en dat der

vaste landarbeiders;
den arbeid der, gehuwde vrouw (welke, voor zoover

locmarbeid betreft, sedert 1914 is -afgenomen);

den trek naar elders (waarbij omtrent overzeesche
emigratie geen gegevens worden verstrekt, evenmin
als omtrent den trek naar Frankrijk);
den voor- of achteruitgang van de welvaart der
landarbeiders (welke in het algemeen sedert 1914 is

toegenomen; een van de berichtgevers
wijst
hierbij op

de vermindering van drankgebruik en de toegenomen

degelijkheid van de huisvrouw);
‘de werkzaamheden in slappe perioden (welke vaak moeilijk te vinden zijn, zoodat de verkverschaffingen
van belang
blijven;
nuttig schijnt de wenk van den Rijkslandbouwconsulent voor Drenthe, die op de
groote beteekenis wijst, welke de kippenhouderj
vooral ook voor de landarbeiders heeft gekregen);

de transportgelegenheid (waarover land- en tuin-
bouw in het algemeen niet te klagen hebben); en
bijzondere punten (zooals een krachtige uitvoering
van de Lan darbeiderswet, en verhoogi.ng van het peil
der ontwikkeling van groote zoowel als van kleine

landbouwers).
Mogen deze grepen uit het door het verslag gebo-
clene volstaan om het belangwekken cie er van aan te

toonen.
E. A.
VERWnIJ.

Die Kredietmar7c iv Suidafrika, deur
Dr. C. G. W. Schumann.
De Wester

Boekhandel, Rotterdam. 1928.

Dit proefschrift is eefi verdienstelijke poging tot
beschrijving en critisch onderzoek van het Zuid-Afri-

kaansche credietwezen. De benaming
credietwezen

ware m.i. juister geweest, omdat van een eigenlijke
credietmarkf in Zuid-Afrika – bij welhaast volkomen
gemis van haar componeerende deelen: geidmarkt,
kapitaalmarkt, wisselmarkt, effectenmarkt enz. –
nauwelijks kan worden gesproken. Zelfs Johannesburg

met zijn effectenbeurs – de eenige in Zuid-Afrika – kent geen open geidmarkt in de Europeesche he-

teekenis van het woord.
De door den schrijver gekozen titel blijkt echter
meer te zijn dan een ,,misnomer”, wanneer hij de’ stel-
ling poneert, dat ,,die aanbod van krediet kom groten-
deels uit besparing” (bi.’ 60) en dat ,,die jaarlikse
kredietaanhod ongeveer ooreenkom met die deel van
die jaarlikse besparing wat aan derdes oorgedra word”
(bi. 257), en daarbij alleen binnenlandsche besparing

13 Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

op het oog schijnt te hebben. Aan de belangrijke rol

die het buitenlandsche en met name het Engelsche,
kapitaal direct of indirect speelt in het geheele Z.-A.
credietstelsel, wordt vee’ te weinig aandacht besteed.
T
e
l
wordt gesproken van het in Z.-A. ,,belegde” bui-

tenlandsche kapitaal, maar het verband, dat toch on-

tegenzeggelijk bestaat tusschen deze 1capitaalvershaf-firig (onverschillig in welken vorm of voor welk doel)
en de hinneniandsche credietverleening wordt nergens
in het licht gesteld. Onverkiaard blijft zoodoende ook
de buitengewoon sterke positie der Engelsche banken
en mijnmaatschappijen, alsook die van den Engelsehen

handel, om van den politieken invloed van het Engel-
sche financieeringskapitaal geheel te zwijgen. Aan
dezen invloed te ontkomen is het duidelijke streven

der huidige nationale regeering in Zuid-Afrika, en
ook Dr. Schumann denkt vermoedelijk in die richting,
wanneer hij (bi. 141) de fusie der Nationale Bank
met Barclays Bank betreurt wegens ,,die gevaar, dat

die belange van die land nie tot so’n mate in aanmer-

king sai geneem word as in die geval van ‘n Suid-
afrikaanse instelling”. Juist echter het geval van de
Nationale Bank bew’ijst, hoe onmisbaar de steun van
het buitenlandsche kapitaal en van de Londensche
geldmarkt nog is voor de verdere ontwikkeling van

het
Z.-A.
crediètwezen. Eigenaardig is dan ook de

door den schrijver gemaakte opmerking (bl. 312), dat

bij de banken een sterke neiging blijkt te bestaan om
een deel van de in Z.-A. ontvangen deposito’s in het
buitenland uit te zetten – alsof niet buitenlandseh
kapitaal in
Z.-A.
doch Zuid-Afrikaansch kapitaal in
het buitenland uitstaat. Tegen de waarschijnlijkheid

daarvan pleit reeds de hoogere rentestandaard in
Z.-A., maar een voorzichtig bankbeleid brengt nu een-
maal mede, dat ruime reserves, zij het ook tegen lage
rente, worden gehouden ter plaatse, waar zij ten allen tijde gemakkelijk te mobiliseeren zijn. Het gemis van
een zelfstandige Z.-A. geidmarkt, en vooral van de
gelegenheid tot uitzetting
01)
korten termijn, doet zich hier sterk gevoelen. Sinds 1926 wordt hieraan eenigs-
zins tegemoet gekomen door cle uitgifte van 3-maands
schatkistwissels, disconteerbaar bij de Reservebank.

Belangwekkend is het overzicht, dat de schrijver
geeft van de ontwikkeling van het credietwezen in
verband met de ,,conjunctaurgeschiedenis” van Zuid-
Afrika, en van den overgang van de primitieve ,,Na-
turalwirtsehaf t” der diep in het binnenland wegge-
trokken Boeren naar het moderne kapitalisme, dat zijn intrede deed met de ontdekking en ontginning
der diamant- en goucivelden. De komst der Engelsche
(,,Imperiale”) banken stond hiermede in recht-
streekseh verl)and, en ook de geleidelijke verdwijning
– door liquidatie of amalgamatie met de Engelsche
banken – van cle talrijke z.g. Districtbanken in de
Kaapkolonie moet ongetwijfeld in de eerste plaats
worden toegeschreven aan dien plotselingen ommekeer
in de economische samenleving, waartegen zij niet
opgewassen waren.

De door de staatkundige unificatie bevorderde,
buitengewone concentratie van het bankwezen in en-
kele instituten, waarvan twee (de Standard en de
National) 97 püt. van alle deposito’s controleeren, is
vel de alles overheerschende factor geworden in de eredietsitnatie van een land, waar ieder, die niet een
absolute pauper is, een bankrekening houdt. Wat
daarnaast bestaat aan andere credietinstellingen is
van geheel secundaire beteekenis. Opmerking verdie-
nen echter de (ten getale van 89) over heël Zuid-
Afrika verspreide z.g. Executeurskamers en Trust-
maatschappijen, die Dr. Schumann, op grond van
een intressante, doch helaas slechts ten deele geslaag-
de enquête, ,,naas die handelsbanke miskien die be-
langrikste instellinge in die Suidafrikaanse krediet-
stelsel” noemt. Het wil mij voorkomen, dat deze typi-
sehe Zuid-Af
..r ikaansehe instellingen, die inderdaad
een aanzienlijk deel van het in Z.-A. ter belegging beschikbare kapitaal administrecren, meer zouden
kunnen betcekenen, indien zij niet zoo versnipperd
waren en zich meer toelegden op algemeene finan-
cieeringen. Zij zouden dan ook meer in aanmerking
komen voor deelneming in plannen zooals Dr. Schu-

mann ontwikkelt voor de oprichting van een indus-
trieele bank.

Of de door sommigën in Zuid-Afrika bepleite ,,in-

dustrialisatie” nu wel economisch gerechtvaardigd is,
is een andere vraag, maar er is ongetwijfeld •veel

waars in schrijvers betoog, dat het in Z.-A. bestaande
bankstelsel niet berekend is op kapitaalverschaffing

voor de industrieele ontwikkeling van een jong, kapi-

taal-arm land. Zijn conclusie dat, als de groote En-
gelsche banken niet willen medewerken, de Regeering

dan maar zoo’n bank moet oprichten met staatsmid-delen, naar het model van de Landbank, getuigt niet
van veel vertrouwen in de aantrekkelijkheid van het
plan voor den belegger.
Overigens blij:ft de critiek, die op de gestie der ban-
ken geoefend wordt binnen redelijke perken en ge-

tuigen de beschouwingen over de voor- en nadeelen

van de concentratie, de rentabiliteit van het bedrijf

ete. van degelijke studie. Goed geteekend is ook de be-
langrijke rol, door de handelsbanken en het handels-
kapitaal gespeeld bij de verschaffing van bedrijfscre-diet aan den landbouw, in verband met het gemis (tot
dusver) van eoöperatief crediet. Tegenover de thans
in gang zijnde pogingen om dit laatste te organisee-
ren ,,van boven af” (nl. door de Landbank) staat de
schrijver blijkbaar sceptisch, en naar ik meen terecht.
Verdienstelijk, maar m.i. iets te beknopt in ver-
houding tot het belang der zaak, is het hoofdstuk
handelende over Handelscrediet, en meer speciaal

de uiteenzetting van het open-rekening stelsel. De
schrijver stelt zich blijkbaar op het standpunt, dat
zijn geschrift niet zoozeer voor Nederlandsche als voor

Zuid-Afrikaansche lezers bestemd is. ,,Die euwels
van die ope-rekening stelsel is in die laaste jare
soveel in Suidafrika bespreek, dat dit haas onnodig
is om dit hier te behandel.” (bi. 249). Dat wij hier

te doen hebben met een eredietsysteem, dat ook in
andere jonge landen wel bekend is, maar in Zuid-

Afrika door allerlei bijkomende omstandigheden een
bijzonder bedenkelijk karakter aangenomen heeft,
wordt niet voldoende duidelijk gemaakt.

Wat Dr. Schumanri schrijft over de Reservebank,
haar verhouding tot de andere banken en haar moge-
lijke beteekenis voor de verdere ontwikkeling van het
Z.-A. credietwezen, blijft wat te veel aan de opper-
vlakte, maar een grondiger behandeling zou uiteraard
eenige practische ervaring van het Z.-A. bankbedrijf
vereischen. Dat het den schrijver daaraan ontbreekt
blijkt op meer dan één plaats, maar dit neemt niet

weg, dat
zijn
proefschrift, alles bij elkaar genomen,
een waardevolle
bijdrage
tot onze, helaas niet al te
rijke economische literatuur over Zuid-Afrika mag
worden genoemd..
J. if.
COHEN STUART.

MAANDCIJFERS.

GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM.

November
1928
November 1927

Giro’s
(eenzijdige ver-
melding)

In
millioeneni
1
Aantal
1fl
‘nillioeneni
______

1
Aantal
Girobetalingen aan
gemeenteinstellingen
f
11.2
27.961
f
12.7
24.188
Girobetalingen aan particulieren
,,
18.9
83.185
,,16.6
69.802

(Jeidomzet.
,,

4.8
6.837
,,

5.—
6.858
,,

6.7
33.410
,,

6.8
30.450
Part.rekeninghouders
,,
19.4
1

34.007
2

,, 18.6′
31.420
2

Ontvangsten

………

Waarvan

rekeningh.

Betalingen

……….

welke gelden voor
1
jaar

vast

hebben
-,
gedeponeerd …….
,,
10.1
3.899
2

,,

9.2
3.441
2

1) Gemiddeld saldo te goed.
2)
Einde der maand.

162

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

.

S
13 Februari 1929

‘EMISSIES IN JANUARI 1929.

:
Nederla?2d8Chjfldie

.
Obligatiën
Prov. en Gemeentelijke Leeningen
. .
f 25.791.070,—
Cultuur-Mij. ,,Ardiredjo”
zijnde :
:
.

:
f
300.000 6
°Io
eerste-hyp.
Nederland
.

obi.

á

99
0/………..
f

297.000
Gem.Amsterd.f 9.848.000′)
Cult.-Mij. ,,Pasir Randoe”
434
0
/0
46j.

ann. obi. â
f270000

7 ol
o
in aand.
99
0
18

0
/0 …………..
f
9.811.070
conv. obi. A 100
010….
f

270.000
Gemeente

‘s.Gravenhage
Diversen ………………..

2.4.65.000,-
f

12.000.000 4
1
<
0
/o
obi.
.
zijnde:
k

9971,

0/.

……….
fl1.985.000
Nederland
Gem.Haarlem
f
4.000.0002) Obligatiën
4%
0
/0
obi. á
991

01

. .
f
3.995.000
Noord-bil.

Exploit..Mij

Hypotheekbanken …………….

..
575ooQ
740.000
6o/0obl.1OOo/5
f

‘740.000
zijnde:


Duitschland
Nederland
Obligatiën
Aandeelen
o
Ruhrwohnungsbau

A. G.
Amst. Scheepsverb. ‘Bank
$750.000 6

0
/0
Eerste

f500.0008)
aand.b.1150/04)
f

‘575.000
hyp. Sinking Fund obl.

Industrieele Ondernemingen
– …..,,
8.791.250,—
k 92
0/…………..
.
fl.725.000___________________
zijnde
Totaal .

f
144.956.460,-
Nederland
)
Conversie.
.A.ancleelen
Simplex Mach.- en Rijwiel-
Waarvan
f
1.071.000 voor conversie.

fabriek
f 750.000 aand.
Waarop 10
0
/0
te storten.

lO2

0/………….
f

768.750

4)
Koers voor aandeelh.; voor vrije inschrijvers

135
0
/0.

Obligatiën
5

Uitsluitend.voor aandeelhouders.

Maaotrichtsche

Zinkwit-
Voorts werd in

de afgeloopen maand hier te lande de

Mij.
f
2.000.000 5
0/

obi.
inschrijving opengesteld op een beperkt liedrag:

97y
,
0/.

…………
fl.955.000

8

0/

obi.

Deutsche

Kommunal

Goldanleiche

á

94

o

Simplex Macht. en Rijwiel
.
(introductie.)

fabriekf375.00060/0obl.
6
o/

obi.

Duitsche

Grootboek p. 31 Mrt. 1933 â 863
1
8
0/

99 oj.

…………..
f

371.250
(introductie.)

België
6
0/

obi. Duitsche Grootboek p. 31 Mrt.

1948

á 76%

o/

Obligatiën
(introductie.)

Soc. Au. des ‘Usines Gilson
8
o/

obl.

Vrijstaat

Meckienburg

Schwerin

á

94,40

01

f2.000.000
6
0
/0
obl.â93o/0
f
L860.000
(introductie.)

Frankrijk
8
o/

obi. Bochum A 93
0
/0
(introductie.)

Aandeelen


8
0
/0
obl. Kassel á 93 oj
0
(introductie.)

Comp. Nat. de matières
5
0/

obi. Antwerpen á
947,
8
0
/0
(introductie.)

colorantes ét manuf. de
oi
o
oh!.

Deutsche

Hypothekenbank,

Berlijn

a

96%

0/

produits chimiques

du
(introductie.)

Nord Réunis ,,Etablisse-
8 o
lo
obl.

Deutsche Hypothekenbank,

Berlijn

A

97%

O/

mentsKuhlmann”Fr.fr


(introductie.)

.

7i18milj.aand.t495°/0=
8
0/

oh!.

Deutsche Hypothekenbank,

Berlijn

It

94%

0/o

fl23,75 p. aand …….
f
3.836.250
(introductie.)
Aand. v. frs. 500 Soc. Gen. Metallurgique de Hoboken It
Mijnbouw-Ondernemingen ……..
,,
1.725.000,

$
535 per aand. voor aandeelhouders.
zijnde
Aand. U. S. Rubber Company It fra 35 p. aand. voor aan-
Nederland
deelh.
Aandeelen
Aand.

Westinghouse

Electric

and

Manufacturing

Co.
AlgemeeneExploratie-Mij.

.

New York It
$
105 p.

aand.

voor

aaudeelh.
f1.24.000aand.It1170/
0
f1.410.000

Aand.

v.

frs.

500

Tréfileries

& Laminoirs du HItvre It
AlgemeeneExploratie-Mij.

.
.
frs. 2000 p. aand. voor aandeelh.
f
200.000 aand. It
15701
f

315.000

Gew.

aand. Americsn Glanzstoff Corp. It
$
60 per aand.

Petroleum-Ondernemingen ……..
,,
75000.600,—
v. aandeelh.

zijnde:
S
Aand. British Enka Corporation

It 26 ah. p. aand. voor

Amerika
.
aandeelh.

Aandeelen
Gew. aand. A National Cash Register Cy. It
$
80 per aand.

Shell Union Oil Corpora-
.

.
voor aandh.
tion

3.00i’.000

aand. z.
Gew. aand. Soc. Hydro-Electrique de la lère It frs. 425 per

nom

w. It
$

10 ……
J
75.000.000
.

.
frs. 250 voor aandeeih.

Scheepvaart-Maatschappijen’ ……
,,
19.900.000,—
/
Gew.

aand.

z.

nom.

w.

Republic Brass Corp. It
$
43%

zijnde:
.
(introductie.)

Nederland
.
Aand. Belg.-Nederl. Cult. Mij.

It

±

111

010

(introductie:)

Aarodeelen
.

.
.Aand. Shell. Transport and Trading Co. It 100o1

(introd.)

Nedo-ri.

$chepvaart-Unie
Aand. Mid.-Contiuent Petroleum Corp. It
$
33018
p. aand.

f

10.000.000
5
)

aand.

á
199
0
/.

….
.
….
..

….
7l9.900.0’0O’
.-..-


(introductie.)
4%

o,.obl. Canadian National Railway Comp. It 97%

0/

(introductie).
.
Siiikeröndê’rnëmingen

…..
. …….
,;
9702;0001
,

Aand. Brazilian Traction voor aandeelh.
zijude:
en.op de volgende obligatieleeningen:
Nederland

.

. .
.L
Rente- Emissie-
Obligattën
1
o1
Guldens

voet

koers

Handelovereeniging ,,Am-
Genootschap

.der

Barmhartige

sterdam”

f

9.800.000
Broeders van Trier………….250.000 7

0/o

99

O/

4

ol
.

obl.

It 99
0
/0

– – -.
f
9.702.000
.
Concregatie der Eerw. Zusters van
Onze Lieve Vrouw…………..200.000

7

ol
o

99 o
s
‘,
Diverse Oultuurondernemingen.
..
.
,,
1.007.140,—
RK.
Kerkbestuur der

Par. van
zijnde:
den H. Joannes den Dooper

….

150.000 4
~ olo

96o1
Nederland
Congregatie der ,Zusters van Baron-
Aandeelen
hartigheid (Neusser Augustine-
West-Java Kina-Cult.mij.
rinnen) ……………………300.000

7

0/

98

0/
f2(iO.I005) aand.It 14001

f

280.140
Klooster van den Goeden Herder.. 200.000 8

0/

99
0/
Obligatsën

..
Orde der
É. E Z. Z.
Augustinessen 500.000 7

0/

97
0
/
Cultuur-fvlaatsch.

,,Gazi”
R.K. Parochiale Jongensscbolen te
f
I0.000 7
O/ç

in aand.
;.
Alkmaar ……………………290.000

q
o,

97o/,
conv.

10-j. obi. It lOO
o/

f
.
-160.000
De Kliniek van het H. Hart,- Ostende 175.000 7

0
/0

99
.0,i,

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen Noteerings-
eenheden
26
Jan.
1029
2
Febr.
1929
4/9
Febr.
’29
LaagstelHoogstej
9
Febr.
1929

ÂIxanarië. .Piast.
p.
97%
9734
97’1
979/,
9734
Athene

.. ..
Dr.
p. £
375.
375
3743/
4

375%
375
Bangkok

Sh.p.ticai
ljlO%
1110w
1/10%
1110
1110%
Budapest
. .. Pen.
p. £
27.824 27.82
27.80 27.88
27.854
B. Aires

. ..
d.
p. $
4729
64
4734
47818
47171 47181
Calcutta
.. ..
8h.
p.
rup.
1811
1j6
1
1
39

1!5
68
1
116
1
64

1;6
Constantin..
Piast.
p.0
995 985 975 990 980
Hongkong
..
.
Sh.
p. $
2
/
0
a18
210
1)117/
4

20+
210
1
1
8

Sh.p.yen
l,1O
1110
5
1,
1/10
1/102/
4

1/l04
Lissabon

..
Escu.p.c
.109%
109%
10911
3

110
‘109% Mexico’)


$
per
£
10
.10
9.75
10.25
10

Kobe

……..

Montevideo
d. per
£
5071
8

50%
50′,,j
51
50%
Montreal

..
$
per
£
4.86.’,
4.86l/
4

4.857/,
4.8671,
4.8621
8

R.d.Janeiro
d. per Mil.
5591
44

5691
44

18
5
69
/
6
4
5
29
)
32

Shanghai

Sh.
p.
tael
2j7t,,,
2/71/
3

2/6%
2,7%
2.6
27
j
35

Singapore.
..
id.
p. $
2/3d
2/3
51
/
44

2/3%
2/327/
34

213
51
1,
Valparaiso
2).
$ p.
39.61 39.59
39.59
39.6
39

60
Warschau
..
Zi.

.
4351,
6

4351,
6

4381,
6

4371.
8

431/..
1) In het vervolg worden de Mex. $ niet meer in

penc. doch in £
genoteerd.

2)
90 dg. –

b-,…..’-

13 Februari 1929

ECONOMISCHSTATfTISCHE BERICHTEN

163

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B. *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

BANKDISCONTO’S.

1Vrsch.

Disc. Wissels.
4413 Oct.’27
Zwits. Nat. Bk. 3422
Oct.’25
Ned.
Belinn.Eff. 5
13Oct:’27
N.Bk.v.Denem.5
23Juni’27
in R.C. 6
13 Oct.’27
ZweedscheRbk
4424 Aug.’28
Javasche Bank…. 4
14 Juli’26
Bank v.Noôrw. 5426
Mrt. ’28
Bank van Engeland 54
7Febr.’29
Bk. v. Tajecho.
Duitsche Rijksbank
6512 Jan.’29
s1owakije.. 5
8Mrt. ’27
Bank v. Frankrijk. 3419 Jan.’28
N.Bk.v.O’rijk. 6416
Juli’28
Belgische Nat.Bnk. 4
30Juni’28
N.Bk.v.Hong. 7
1Oct.’28
Fed. Res. Bank N.Y. 5
12Juli ’28
Bank v. Italië. 6
5 Jan.’29
Bank van Spanje.. 5419
Dec.’23
Z.Afr.Res.bnk 54
9Jan.’28

OPEN MARKT.

1929
1928

11

1927 1914

9F b
e

r.
419
28Jan.!
21126
611
1

7112 20124
Febr.
2 Febr.
Jan. Febr.
Febr.
Juli

Amsterdam

Partic.disc.
4
/16-1
12
4118-I3
421j
4-I16
331
4
431,
3

3514_114
31I8-I16
Prolong. ..
5
4-5
‘I-‘Ia
4
1
12 311
3
4
3
1
14..4
2
1
/4-
3
14
Londen
Daggeld ..
3
1
1..4
1
1
2
1
134
1
13
2-4
2
1
13_4
1
11
2
3
14-5
3-4
1
3
1
4
-2
Partic. disc.
5
1
18_
3
116
4114_5114
411
4
.31
3

4114.314
43
i16_
1
13
4
1
116_
1
J8
211
4
_3/
4

Berlijn
Daggeld ..
4
-6
1
12
4-8
3
1
138
35i1
4
1
138
1
12
3-6

Partic.disc.
30-55 d..
.
55/
4

551
g

511
3
_51
4

511
4
_31
4

611
4

4
1
10

56-90 d..
.
518 518
51/
3
.11
4

59
3
.31
4

6.11
4

41
211311
3

Waren-
wechsel.
6.11
4

6_11
4

6114
6
1
19_
1
14
6
1
14.718
41/
q
_114


‘Iew York
Daggeld

1)
9.114
69
1
14
68
1
1
4

6-11
4.31
4

4114
1814_211
artic. disc.
5114
51
18

’14
5114
51/
4

351
5
_3J
4

331
4


1)
Koers van 8 Febr, en daaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag.

WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAND.

D a
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel Batavla
York)
)
)
4)
4)
1)

5 Febr. 1929
2.49i1/
12.1081
8

59.26 9.754
34.694
99%
6

,,

1929
2.49l
1
,
12.10+
v
a
59.28
9.754
34.70
993%
7

,,

1929 2.495(
12.1221,
59.234
9 764
34.74
99%
8

,,

1929
2.49’1/
4

12.1271,
59.254
9.76
34.744
99%
9

,,

1929
2.49i1,
12.12
T
8
1
9
59.24
9.754
34.73
99%
11

,,

1929
2.49
11
/
12.11%
59.234
9.75
34.714
99%
Laagsted.w.1)
2.493
12.10l1
59.22
9.74 34.87
99
Hoogste d.w
1
)
2.49V,
12.13
59.29
9.764
34.76
100
4 Febr. 1929
2.4911
4

12.10k 59.24
9.754
34.69
99%
28 Jan. 1929
2.49%
12.095
59,264 9.754
34.67
100
Muntpariteit
2.48%
1
12.10%
1
59.28
1

9.75
34.59
100

Data
Z;vit-
serlan
Weenen
PraaR
Boeka-
Milaan Madrid
rest’)
*5)
•,)

5 Febr. 1929
48.01
35.10
7.384
1.50
13.06
38.80
6

,,

1929
48.03
35.10
7.384
1.50
13.064
39.50
7

,,

1929
48.03% 35.10 7.384
1.50
13.074
39.57
8

,,

1929
48.044
35.10
7.384
1.50
13.07
39.224
9

,,

1929
48.04 35.10
7.38 1.50


11

1929
48.01%
35.07%
7 38
1.50
13.064
39.114
Laagsted.w.3)
48.-
35.-
7.36
1.474 13.04
37.60
Hoogste d.wl)
48.06%
35.10
7.40
1.524
13.08
39.65
4 Febr.1929
48.011,
35.10
7.384
1.50
13.064
38.524
28 Jan. 1929
47.98
35.0734
7.384
1.50
13.06
40.74
Muntpariteit
48.-
35.-
1)
48.-
13.09
48.-

Data
Stock-
Kopen-
Oslo
)
Hel-
Buenos-
Man-
holm )
hagen)
f05l)
Aires’)
treal
1)

5 Febr. 1929
86.724
66.55
66.524
6.274
10551
1
,
2.49
6

,,

1929
66.75
6 6.5 7,k
66.524
6.274
10511
8

2.49I/,
7

,,

1929
66.80
66.62)
66.60
6.274
105k
2.49ij,
8

,,

1929
66.85 66.67 86.674
6.274
105k
2.4921
9

,,

1929
66.80
66.65 66.65
6.274
105%
2.494/
4

11 .,,

1929
68.774 86.60
66.60
6.274
1058/
44

2.4941
4

Laagsted.w.
1
)
66.70 66.50
66.474
6.26
105.
2.4871
5

Hoogste d.wl)
66.85 66.75
66.75
6.29
10511
8

2.495,
4 Febr. 1929
66.72J1
66.55
66.524
6.28
105%
2.49
28 Jan. 1929
66.70
66.55
66.50
6.271
i
10511
4

2.4871
4

Muntpariteit
66.67 66.67
66.67
6.264
10581
4

2.48%
-; i-4oteering te Ameseraam.

) I’4oteering te 34.otterdam.
t) Particuliere opgave.
2) Wettelijk gestabiliteerd tusschen
7.534j5
en 7.21
1
1
3
.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

KOERSEN TE NEW YORK.
(Cable).

D a a
Londen
Parijs
erl(jn
($
P. 100 Mk.)
Amsterdam
($
P. 100 gld.)
($
per £)
($
p.
IOOfr.)

5 Febr.

1929
4,84181
16

3,90%
23,74
1

40,05
6

,,

1929
4,85
6
1
34

3,909/
4

23,74
40,04%
7-

1929
4,8511
3

3,91
23,74%
40,073
3

8

1929
4,85
17
1
34

3,9051
4

23,73%
40,05
9

,,

1929
4,85
11
/
33

3,90%
23,73 40,04%
11

1929
4,85
/l6
3,90%
23,72%
40,05

13 Febr.

1928

– – –
Muntpariteit
. –
4,8667
13,92 23,81%
402/
t
,

ZILVERPRLJS
GOUDPRIJS
5)

Londen
1
)
N.York’) Londen
4 Febr. 1929.
.

2631
16

5631
8

4 Febr. 1929….

84111%
5

,,

1929.

25511
34

56%
5

,,

1929…..

84:11%
6

,,

1929..

26
5681, 6

,,

1929….

84/11%
7

,,

1929..

25ls/,
5681
4

7

,,

1929….

84/11%
8

,,

1929..

2571
4

5681
3

8

,,

1929….

84111%
9

,,

1929..

2571
4

56%
9

,,

1929….

84111%
.11
Febr.1928..

26%
57
ii

Febr.1928..
.

84111%

20
Juli

1914..

24l’1,
59
20,
Juli

1914….
.

84111
1)
in pence
p. os.
stand.
2)
Forelgn sliver in

c.
p.oz.fine.
8)
in ah. p.oz.fine

STAND
VAN ‘s’RIJKS
KAS.

Vorderingen.
1

31jan. 1929
1

7 Febr. 1929

Saldo bij de Nederiandsche Bank
.-

Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
/

203.955,88
/

232.175,90
Voorschot
op uit.
December 1928 aan
de gem.
op
voor haar door de Rijks-
administratie te heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting en opcenten
op
de Rijksinkomsten belasting
37.042.624,35
………..
Voorschotten aan Suriname…………
,,

11.350.776,50
37.042.624,35
,, ,,

11.505.074,39

27.573,38
Kasvord.weg. credletverst.ajh. buitenl,
,,l31.02i.132,90
,
131.839.843,17
1
Daggeldleeningen
tegen onderpand
van Staatsschuldbrieven

……….
14.400.000,-
7.500.000,-

Id, aan Curaçao
………………………..

Saldô der postrekenlngen van Rijks-

comptabelen

………………….
Vordering
op
het Staatsbedrijf der
P.
,,

16.708.602,36

..

,,

17.644.453,36

T.

en

T.’)………………..
……


Id.
op
andere Staatsbedrijven
4)
7.122.578,42
…….
,,

7.122.578,42
Ve r
p11 c
h t
i
n ge n.

Voorschot door de Nederi. Bank
/

10.377.041,77
/
10.597.679,22

Schatkistpromessen in
67.281.000,-
67.261.000,-

Waarvan direct bij de Ned. Bank
20.610.000,-
,, »

16.320.000,-
Schatkistbiljetten in Omloop’)………..
omloop
……..

i1.252.214,50

,,

11.011.863,50
Schuld aan Ned.-lndlfZ) …………..
36.631.864,99
,,

35.629.991,70
42.721,50

Zilverbona In omloop
……………….

Id. aan het AIg.Burg.Pensioenfondsl)
,,

23.074.911,88
,,

23.727.425,83
Id. aan Curaçao
2)
……………………

Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.
en
T. ‘)

..

,,
53.943.966.27
,,
52.069.276,54
id. aan andere Staatsbedrijven’) ……
,,

1.640.090,-
Id. aan diverse Instellingen
2)


…1.640.000,-
6.637.243,36
,,

6.398.695,68
1)
Waarvan
/
12.056.000 vervallende
op 1
Juli 1929.
‘)
In rekg.-crt. met ‘a Rijks Schatkist.

1 NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.

9 Febr. 1929

Vorderingen:
Saldo bij ‘8 Rijks kas
…… ……….
f36.559.000,-
/34.683.000,-
Saldo bij de Javasche Bank ……….
6.272.000,-
,,

3.403.000,-
Verplichtingen:
Betaalmiddelen in
‘s
Lands Kas

..
….



Waarvan Muntbilietten
…………………
Muntbiljetten in omloop
…………..
Schuld aan het Ned..lnd. Muntfonds..
,,
45.875.000,- 45.857.000,-

Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.
185.000,-
,
,,

584.000,-
185.000,–

621.000,-

164

.

ECONOMISCH-STÂTTSTISCHEBERICHTEN

13 Februari ‘1929

NEDERLANDSCHE BANK.
JAVASCHE BANK.
Verkorte Balans op 11 Februari 1929.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De aamengetrok-
Activa.
ken

cijfers

der

laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Andere IBeschikb.

Binnenl.wis.{Hfdbk. t

49.491.147,36
sels,Prom.,

Bijbnk. ,,

2.922.56fl,85
Data
Ooud
Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal-
enz.in disc.

Ag.sch. ,,

14.414.331,28

66.828.04ö,49
1
schulden
saldo
___________
Papier o. h. Buiteni. in disconto.
..
.
..
.

,,

r
9Feb. 1929
I9.000
303.500
57.100
45.760
Idem eigen portef.
.
f
198.269.073,-

1
2

,,

1929
191.700
300 100
80.200 47.580
Af:Verkochtmaaryoor 26Jan.1929

192.100
300.200
61.400 47.460
de bk. nog niet afgel.

198.269.073,r
12Jan. 1929
311:319
65.803
41A25
169.559
22.45T


Beleeningen
4.

36.300.472,-
mci.
vrech

1
5

1929
169.669
21.977 311.405
69.312
39.350
{Hfdbk.

in rek.-crt.

Bijbnk. ,,

5.208.330,40
29D

c. 1928
160.810 20.557
311.442
63.897
40.231

op

onderp.

Ag.sch. ,,

51.751.70380
22

,,

1928
169 934
19.576
3fl.776
60.342 40.663

t

93.260.506,20
11 Feb. 1928
173.755
18.452
317.445
40.375
121.061
12Feb. 1927
195.479
30.012 314.325 62.123
151.024
op
Effecten.
. .
.. .-.
f

91.653.206,20
Op Goederen en Spec.

1.607.000,-
25 Juli 1914
22.057
31.907
110.172
12.634
4.8422)
93.260.506,20
Wissels,
Dek-
Voorschotten a. h. Rijk

9.375.058,29
Dis-
bulten
Belee-
Diverse
kings-
MuntenMuntmateriaal
Data
conto’s
N.-Ind.
ningen
ningen’)
reke- percen-

Munt, Goud
..
. .
..
f

67.055.840,-

.
betaalb.
fage
.

9 Feb. 1929

**•

53
Muntmat., Goud ..

367.494.87,26

.,

t
434.550.712,26


2

,,

1929

142.800

S..

53
Munt, Zilver, enz.. ,,

22.483.740,04
26Jan. 1929

148.400

***

53
Muntmat., Zilver
. .

457.034.452,30′
12 Jan. 1929

7.937

41.251

92.504

49.085

51
Belegging ‘/

kapitaal, reserves en pen.
5

1929

7.613

41.491

95.730

49.373

50
sioenfonds

…………
.
……….

..24.520.962,09
29 Dc. 1928

7.512

38.502

95.931

47.856

51
Gebouwen en Meub. der Bank
.. ..
. . . .

.

5.000.000,-‘

22

,,

1928

7.625

36.540

94.908

48.359

51
Diverse rekeningen
.. ..
.
;
………..
..

28.738.913,56
11 Feb. 1928

12.775

29.530

94.141

35.112

54

783.027010,93.
12Feb.1927

13.049

20.758

78.501

45.026

60
Pauiva
Kapitaal
…………………..f

20.O00.000,-
25
Juli
1914

74259

6.395

47.934

2.228

44

Reservefonds …….

. .

7570312r
‘)
Slultrrnst
activa.

‘) Basta
li
s
metaaldekking.

Bijzondere reserve …….
…………..8.000.000,-
BANK VAN ENGELAND.
Pensioenfonds

…………………..5.543.993,26
,,
Bankbiljetten in omloop…………… ….

784.540.750,-.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.
2
)

1
Bankbilf.
1 Bankbilf. 1
Other Securities
Bankassignatiën in omloop………..,,

229.012,64″ and Securities
Rek.-Cour.

Het Rijk


5
Data
Metaal
in
in BankingIb7.
1
circulatie
Departm.
Advances

saldo’s:

Anderen,, 42.513.362,28

,,

42.513.362,28
.
Diverse rekeningen
. .
..
.
… ..
.


.
,,

15.O41.989,63′
6 Febr. 1929
149.917
357.519

52.107 8.714

15.528
30 Jan. 1929
152.978
355.644

57.070
9.657

15.946
f

883.027.010,93
23

1929
153.343
355.366

57.737
10.764

15.061
Beschikbaar metaalsaldo ………

. .
f

125.630.003,02
16

1929
154.406
360.683

53.489
13.058

15.540
Miiider bedrag aan bankbiljetten in om-
9

1929
154.479
369.518

44.767
14.686

15.969
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is.

314.075.005,-
2,,

1929
153.330
378.294

34.829 47.745

16.963
1)
Waarvan in het buitenland.

•.
8 Febr.1928
157.565
13270

.
53.197
Voornaamste posten in duizenden guldens.

.
22 Juli

1914
Dek.!

40.164 29.317 33.633

Ooud
1
1
Andere
t Beschikb.
1
1
Oov.
Public Other Deposits
1
Dek-
Data
ICtrculattelopelschb.I
Metaal- Ikings
Munt
1
Muntmat.I
schuldenl
saldo

1
Data
Sec.
Depos.

Bankers
__
Account Other
.Reservel
J
ktngs-
1
perc.
2)
11
Febr. ’29
67.056 367.495
784541
42.742
125.630
55
t
4

,,

’29
67.040 367.495
807.905
38.745
117.897
541
6Febr.’29

55.387

8.351

68.501

37.004

52.398 46
28 Jan. ’29
67.045
367.495
782.471
44.679
126.101
55
30 Jan. ’29

50.502

19.230

58.211

37.863

57.334
21

,,

’29
67.050
367.495 788.718
47.986
121.652
541
23

,,

’29

49.487

16.850

60.842

37.482

57.977 505,
14

,,

’29
67.049
367.495 812.383
50.089
111.083
53
16

,,

’29

55.122

15.148

67.550

36.666

53.724 45
,,

’29
67.052 367.495 833.981 51.264 278.771
514
9

,,

’29

57.737

10.995

67.491

36.813

44.961

38
9
J

13 Febr. ’28
67.748 367.472
774.327
74209
293.425
541
2

,,

’29

62.6371

22.336

84.016

38.030

35.035
247
(82

25 Juli

’14
65.703
96.410
310.437
6.198
43.521
1
)
54
SFebr.’28

35.576
L
15.351

9705

42.045

22 Juli ’14

11.005

13.736

42.185

29.297 52
alil

1
Schatkist-
1
Papier
1veT
Data
Lb
s
`cor
n
a
t
g
o’s

1
promessen
1
Belee-
u,’eni

op het
reke-
1)
Zie voor wijzigingen in de bankstaat de toelichting
op
blz.
1080
rrechtst
reeksl
buiten!.
ningen 2)’
en
1081.

1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.

11
Febr. 1929

66.828

93.361

198 269

15.042
BANK VAN FRANKRIJK.
4

,,

1929

59 426

108.348

205 657
Voornaamste posten in millioenen trance.
28 Jan. 1929

62.376

97.666

203.229

32.044
1
.
1
goed1
Wis-
Waarv.
Belee-
enteloos
21

,,

1929

69.511

99.153

205.484

30.9551
14

,,

1929

80.632

97.406

220227

31.906
Data

1
Ooud’)
1
IZllver
1
7e
in het
1
buitenl.I
sels

bifiteni.
ntngen
oorschol
a.d.Staat
7

,,

1929

95.676

4.000

98.162

219.828

37.911
1Feb.’29 34.004
732
12.436
22.349
18.177
2.3391
3.200
13 Febr. 1928

79.459

113.427

190.553

28.054
25Jan.’29 33.995
732
11.789
23.791 18.738
2.199
1

3.200
25 Juli

1914

87.947

14.300

61.686

20.188

509
18

’29 33.983
732
11.937
22.612
18.722
2.244J
3.200
1) Op
de basis van
‘J&
metaaldekklng.

2)
Sluitpost activa.
11

’29 33.709
732
12.543
22.547 18.540
2.295
1

3.200

SURINAAMSCHE BANK.
2Feb.’28
5.544
343
57
2.081
10
1.686
1

Voornaamste posten_in duizenden guldens.
23 Juli’14
4.104
640

1.541
8

769

Circu
Andere
Div. reke.

IBonsv. d.

D

Rekg. Courant
Data
Metaal
latie

opeischb.
Discont.
nlngenl)1
e2r)
Data

1

zelfst.

Circulatie

1
.Zèlfst.
1

Psrtl-
schulden
amort. k.

1
Stt’WtIanw,.tklcuhleren

12 Jan.

1929-
801
1.495

717
1.051
329
1
Feb.’29

5.930

2.162

63 867

6.238

6.161
6.016
5

,,

1929-
786 1.649
721
1.058
349

t
25Jan.’29

5.930

1.490

62.153

6.612

6.100
7.495
31 Dec.

1928..
800
1.701
643
1.064
355
18

,,

1
29

5.930

1.609

62.443

6.442

5.957
6.671
22

,,

1928-
801
1.464 625
1.089
430
11

’29

5.930

1.520

63.154

6.343

5.765
6.419
15

,,

1928..
800
1.475
668
1.089
489
5
2Feb.’28

27.092

57.765

155


8.491
14 Jan.

1928..
1.100
1.470
570 844
418

‘1
23Juli’14

5.912

401


943
5 Juli

1914-
645
1.100
560
1

735 396
1) Bij
de stabilisatie

is

de goudvoorraad

gewaardeerd volgens
de
1)
Sluitpost der activa.
.
nieuwe waarde van den franc.
2)
Sluitpost activa.

13 Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

165

DIJITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichsmark.

Daarvan
Devlezen
Andere

ata
“oud
bij bui-
als goud-
wissels
Belee-
tenl. circ. dekking
en
ningen
banken
1)

geldende
cheques

7 Feb. 1929
2.729,1
85,6
140,3
1.707,2
44,4

31 Jan. 1929
2.729,2
85,6 152,2 1.774,1
10,9
23

,,

1929
2.729,2
85,6 163,5
1.548,4
40,7
15

1929
2.729,3
85,6
156,2
1.657,2
55,7

7

1929
2.729,3
85,6
157,4
2.101,1
54,2

7 Feb.

1928
1.886,6
83,5
292,9
2.243,6 22,8

30 Juli

1914 1.356,9


750,9
50,2

Da a
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.- Diverse
ten
Activa
2
1
latie
Crt.
Passiva

7 Feb.

1929
93,2
469,4
4.236,1
501,3

140,4
31 Jan. 1929
93,3
480,8
4.453,9
422,9
186,4
23

,,

1929
93,3
440,8
3.809,3
783,1 184,2
15

,,

1929
92,3
561,7
4.080,4
609,8
297,6
7

,,

1929
92,3
562,5
4.484,2
619,3
299,6

7 Feb. 1928
93,1
571,3 4.037,8 509,0 284,0

30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-.
40,0
1)
Onbelast.
2) W.O.
Rentenbankscheine
7
Febr.,
31,
23, 15,
7
Jan. ’29,
7
Feb. ’28, resp.
41;
69; 59;
43; 35; 36
mijl.

NATIONALE BANK VAN BELGIE.
Voornaamste posten in millioenen Belgas..

Data

Goud
.J

.L2
OE
0

Rekg. Çrt.

t;

1929
t;u
.t;
0

7 Febr.
905
532
44
678
38
345
2.391
23
99
31 Jan.
905
537
44
673
47
350
2.419
42
65
24
905
525
44
654
34
350
2.352
34 96
17

,,
905 546
44
649
35
350
2.366
40
95
10
904
569

656
34

2.395
11
104
9Febr.1
743 463
44
548
31
390
2.087
17
85
1)
1928.

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data
betaal-
middel,
Totaal
1
Dekking
1
her-
disc.
P.
d.

open
bedrag
F. R. Notes
Zilver
etc.
member
markt
banks
gekocht

23Jan.’29
2.648,1
1.294,0
165,4 782,1
454,2
16

’29
2.630,6
1.265,4
162,1
821,8
481,2
9

’29
2.631,7
1.292,6
151,4
876,5
477,1
2

’29
2.587,6
1.307,0
130,9
1.151,5
484,4
26Dec.’28
2.584,2
1.254,6
104,6
1,167,6
489,3
19

,,

’28
2.615,0
1.345,1
108,8
946,7
453,1

25 Jan.’28i
2.819,1 1.513,3
189,0
385,2
347,3

Belegd
Totaal

Goud-
Algem.
Data
in U. S.
Gov.Sec.
in circuj
Dep
.,°
Gestort
Kapitaal
Dek-
kings-
Dek-
kings- latie_


perc.l)
perc.’)

23Jan.’29
202,0
1.661,0
2.397,1
148,4 65,3 69,3
18

,,

’29 238,3
1.697,3
2.472,6
147,9 63,1
67,0
9

,,

’29
239,2 1.745,3
2.452,2
146,8
62,7
66,3
2

,,

’29
244,0
1.829,4
2.563,7
147,0
58,9 81,9
26Dec.’28
232,3
1.910,8
2.455,1
146,9 59,2
61,6
19

,,

’28 290,5
1.869,2
2.356,4
146,9
61,9
64,5

25 Jan.’281
440,9
1.585,0
2.401,6
134,2
70,7 75,0
1)
Verhouding totalen goudvourraad tegenover opeischbare bchulden
F. R. Notes en netto deposito.
1)
Verhouding totalen voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. BES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
1
Aantal
1
banken

Dis-
1

conto’s
en
beleen.

Beleg-
1

gingen
1
_________

Reserve
bij de

banks

11.771

Totaal
depo-
sito’s

t Waarvan
1

time deposits

16Jan.’291
598 16.158
1

6.076
20.592
1

6.891
9

‘291
655
1

16.366
1

5.926
11.765
20.615
1

6.896
2

,,

‘291
624
1

16.963
1

6.374
11.859
21.201
1

6.993
26Dec.’281
626 16.395 6.462
11.776
20.464
1

6.942
19

,,

‘281
628
t

16.345
1

6.473
11.709
20.553
1

6.922

18jan.’28
653
15.326
J

6.544
1.804
20.680
6.634
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een oversicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen hankstaten.

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 11. Februari 1929.

. De verhooging van het disconto te L o n d e n heeft daar ter plaatse een onaangenamen indruk op de fondsenmarkt gemaakt. Hoewel men hier en daar wel had verwacht, dat
de Bank of England den rentevoct zou moe,.ten verhoogen,
indien de goudonttrekkingen op dezelfde schaal zouden
blijven plaats vinden, had men tegelijkertijd hoop geves-
tigd op de besprekingen van den heer Montagu Normau
met de financieele autoriteiten te New York. Deze hoop is
niet in vervulling gegaan en hieraan, meer nog dan aan
het feit van de renteverhooging, moet. het worden toege-
schreven, dat de markt sterk heeft gereageerd. In de eerste
plaats hebben ,,gilt-edged” fondsen te lijden gehad ; de no-
teeringen in deze afdeeling begonnen Woensdag reeds –
dus nog vÔOr de officieele mededeeling betreffende de wij-
ziging van het disconto – te reageeren. Daarna hebben
ook cle overige afdeelingen zich hierbij aangesloten, zoodat
ten slotte een vrij ernstige daling is ingetreden.
Te N e w Y o r k heeft de gang van zaken op de geld-
markt te Londen uit deh aard der zaak eveneens een druk-
kenden invloed gehad. Hierbij kwam de ernstige waar-
schuwing van den Federal Reserve Board tegen de verstrek-
king van creclieten voor speculatieve doeleinden. De gan-sche beurs werd door één en ander verontrust, vooral toen
later bekend werd, dat de leiding van de Federal Reserve
Bank te New York Maandag een vergadering zou houden,
waar de toestand onder de oogen zou worden gezien. Het
was nog eerder de genoemde waarschuwing, dan de ver-
hooging van den rentevoet te Londen, welke verdeeldheid
in de markt heeft gebracht, hoewel men van laatstgenoem-
den maatregel wel een verstijving der geldkoersen te New
York tegemoet zag. Animo voor nieuwe affaires bestond
vrijwel fliet, zooclat. het tamelijk omvangrijke aanbod slechts
tot belangrijk lagere noteeringen kon worden geplaatst. De Europeesche beurzen hebben den weerklank van de
vermelde gebeurtenissen ondervonden. In de eerste plaats
was dit het geval te B e r 1 ij n, waar de verwachte discon-
toverlaging door de Rijksbank thans vermoedelijk niet zal
kunnen plaats vinden en waar de mogelijkheid tot goud-export is ontstaan. Weliswaar zijn geen al te groote ver-
schillen voorgekomen, in verband met den kleinen omvang
van den handel, doch de grondtoon was ongeanimeerd.
Te P a r ij s heeft de beurs nog betrekkelijk goeden weer-
stand geboden. Wel was het algemeene niveau wat lager,
doch daar de geidmarkt geen teekenen van verstijving heeft
gegeven en men overigens in Frankrijk in den laatsten tijd
een Vrij onafhankelijk bestaan ter beurze heeft gevoerd,
hebben cle reacties slechts in enkele, meer internationaal
getinte fondsen, eenige beteekenis verkregen.
Te n o n z e n t was de tendens over het algemeën luste-
Icios. De verhooging van de geldkoersen te Londen heeft
de vrees doen ontstaan voor een discontoverhooging door
de Nederlandsche Bank en dit heeft invloed op het koers-peil van de meeste fondsen uitgeoefend. Ook de onzeker-
heid ten aanzien van het verdere verloop te New York
heeft tot vermindering van de belangstelling en tot toe-
neming van verkooporciers bijgedragen. De
beleg gingsef-
deeling
heeft hiervan de gevolgen eveneens ondervonden,
meer echter in een inkrimping van de omzetten, dan in een
scherpe daling van het koerspeil. 6 pCt. Ned. Werk.
Schuld 1922: 1.03
15
1, 104
3
/s; 4% pCt. Ned. Werk. Schuld
1917:
lOO’fin,
100
1
/
4
;
4% pCt. Ned.-Indië 1926: 99
3
/A;
5 pCt. Brazilië 1903 £ 100:
845/s;
5 pCt. Brazilië 1913 £20
-100:
75%;
8 pCt. Sao Paulo 1921: 1071
1
, 107.
Daarentegen stonden sommige andere afdeelingen onder
krachtigen druk. In de eerste plaats client de markt voor
industrieele aandeelen
te worden genoemd, welke over de
gansche linie van een achteruitgang blijk hebben gegeven.
In aancleelen Philips Gloeilampenfabrieken werden om-
vangrijke verkooporders uitgevoerd, ten deele voor reke-ning van de contramine. Ook certificaten Margarine Unie
waren in groote posten aangeboden, naar men ter beurze
beweerde, o.a. voor Engclsche rekening. Hand aan hand
hiermede – doch niet zoo markant – is later, na een
koersstijging, een reactie voor aandeelen Calvé-Delft inge-
treden. De kunstzijde-afdeeling stond op den achtergrond,
met kleine verschillen, doch zonder belangstelling. Ook
buitenlandsche soorten, zooals dOugrée Marihaye, Zweed
sche Lucifer Mij. e.d., waren aangeboden. Calvé-Delft 154.
15
8%; Centrale Suiker Mij.: 79, 79%
;
Internationale Vis-
cose:
90%,
90; Maekubee: 153, 150%; Margarine Unie:
436
1
/2, 411%; Ned. Gist- &. Spiritusfabr.:
443%,
435; Ne-
clerlandsche Kunstzijdefabriek: 401, 394; Philips Gloeilam-
penfabriek: 917, 912; Ougrée Marihaye:
435%,
421%:
Separator: 176%, 171; Zweedsche Lucifer Mij.: 443, 425
5
,g.
Petroleumaandeefen
waren verdeeld en stil. Tegenover

166

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

13
Februari 1929

een reactie voor aandeelen Koninklijke Petroleum MijP
stond eerst een stijging voor aandeelen Peudawa, welke
later ook voor een koersvçrmindering plaats heeft gemaakt’
Aandeelen Perlak hebben zich iets kunnen herstellin.
Dordtsche Petr. md. Mij.: 365, 362; Gec. Hol!. Petr. :
219%, 219; Kon. Ned. Peti’. Mij.: 382%
379%;
Perlak
Petroleum: 188%, 188; PeudMva: 48,
4915116;
Marland Oil
39.’11o,
38
1
110.
De
rubberinai-kt
was kalm en vrijwel zoiider affaire, met
een neerwaartsche tendens. Amsterdam Rubber: 274%,
272; Deli Batavi: 189%, 188%; ilessa Rubber.: 373%,
370;
Indische Rubber: 316, 307; Java Caoutchosic: 165
1
/2,
166; Kali Telepak: 272, 277; Majanglanden: 295, 293;
Ned.-Ind. Rubber & Koffie: 277,
275%;
R’dam Tapanoeli:
117, 116; Serbadjadi: 230, 223; Sumatra Caoutchonc:
193%, 191%; Sumatra Rubber: 217; Ver. md. Cultiiur
Ond.:
16311
/is,
160%; Intercontinental Rubber: 12, 11h.
Tabaksaandeelen
hebben evenmin blijk gegeven van een
opgeuekte stemming. Een uitzondering vormden gedurendé
een deel van de berichtsweek aandeelen Deli Batavia Tabak,
doch groôt zijn de voordeelige koersverschil!en ook hiex
niet geworden. Tegen het slot van de bériclitsperiode was’
de houding voor vrijwel alle papieren uit deze afdeeliug
bom. Arendsbbrg: 664%, 657%; Besoeki Tabak Mij.:
580, 565; Deli Batavia: 557, 558%; I)eli Mij.: 468, 463;’
Noepit: 379%, 376; Oostkust: 18%, 211; Senembah:
519, 518%.
De
suikerinarkt
heeft bijna geen belangstelling getrok-
ken, met hef gevolg, dat de variaties ook hier gering zijn
gebleven. Den meesten handel hebben nog aandeelen Han
clelsvereen. ,,Amsterdam” getrokken, doch het koerspeil
hef t zich hier evenmin kunnen handhaven. Tijde!ijk waren
aandeelei Javasche Cultiur Mij. gevraagd – in verband
met geruchten ömtrent een emissie van nandeelen – docli
de hoogere noteering kon niet behouden blijven.. Ciiltuui
Mij. der Vbrstenlanden: 159,
158%;
H.V.A.: 679, 666%;
Javache Cultuur Mij.: 395, 391; Maron: 237, 240; Mooi manu: 343%, 346%; Ned.-Ind. Suiker Unie:
254%,
252;
Pagottan : 262, 255; Sindanglaoet: 405, 410; Tjepper: 745
736; Watoetoelis Popp.oh: 755, 750. –
De
scheepvaartafdeeling is
iets opgewekter geweest,
1

vaarbij aandeeleii Nederlandsche Scheepvaart Unie op den
)

voorgrond iebben gestand door ruimen handel en een vaste
1

stemming.. Hierbij hbben zich aangesloten aandeelen Jav/;
China-Japan Lijn, Kon. Paketvaart, enz. Tegen het slot viel;
weliswaar ander den invloed van de geheele beurs een re

actie waar te nemen, doch de grodtoon is desondanks op-;
gewekt gebleven. Holland-Amerika Lijn : 81%, 81; Java-
China-Japan Lijn:
149%,
151%; Kon. Ned. Stoomboot
Mij.: 93%, 93; Necl. Scheepvaart Unie: 217
3
/s, 217% ;’
Stoom’. Mij. Nederland:
205%,
206.
3iijnbouwaandcelen
bewogen zich op den achtergrond
voor aandeclen Algemeene Exploratie Mij. en Boetoii is eed
lichte daling isigetreden. Alg. Exploratie Mij.:
193%,
187; Billiton le Rubriek: 626, 635; J3oeton Mijnbouw Mij.: 301,
293; Müller & Co.’s Mijnbouw Mij.: 100%, 100
5
8
; Oost-
1

Borneo: 101, 1.05; Redjang Lehong: 148,
148%;
Singkep
Tin: 357, 347.
De afdeeling i’oor
bankaandeeleu was verdeeld, doch inee-
reneels vast vooral voor aandcelen Amsterdamsche Bs.nk;
Nedcrla.ndsche I:Ia.ndel Mij. en Ned. md. Handelsbankf Amsterdamsche ‘Bank: 194, 197; HôlI. Bank voor Zuid-‘
Anerika 85%, 84%; Incasso Bank: 125; Javasche Bank:
315%.; Koloniale Bank: 256%, 252%;; Ncd.-Ind. Handels-
bank: l6SYs, 1741% ; Ned. Handel Mij. C.
v.
A.: 183; 186
3
/8;

11’damsche Bankverg.: 110%, 112; Twentsehe Bank: 141.
De Âonerikaansclie afdeeting
was uit den aard der zaak
gedrukt,’ hoewel op sommige dagen – tegen de lagere koer-
sen – toch wel eenige koopinst heeft bestaan. Koperaan-
deden hebben nogal weerstand geboden en tegen het einde
der berichtsweek w’aren aandeelen U.S. Steel gevraagd!.
American Smelting & Refining: 358%, 346%,; Anaconda
Copper: 257, 254; Studebaker: 94%, 89; U. S. Leather: 31, 28%; U. S. Steel Corp.: 184%, 173%; Atehison To-
péca: 2057%, 200; Baltimore’ & Ohio:
1307%,
126%;
Ene:
72%,
6
7%; Missouri Kansas & Texas: 54, 48% ; Southein
Pacific: 135′, 131%; Union Pacific: 229, 221; Wahash
Railway: 77, 72%.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.
12 Februari 1929.

J)e t ar w e-ivarkt is de afgeboopen week in vrij lustebooze
stemming begonnen wegens betere berichten uit de Verec-
nigde Staten omtrent de vooruitzichten der wintertarwe.
Er was daar namelijk sneeuw gevallen in streken, waar
men geklaagd had over te geringe sneeuw’bedekking en ook
was de koude minder hevig. Bovendien was Argentinië
dringend aan de markt en zoowel op het vasteland als in
Engeland bestond slchts zeer weinig belangstelling. In
Engeland is echter spoedig een verbetering ingetreden,
hetgeen . verband hield met hernieuwden kooplust van
Britscli-Indië, den verkoop van eeige’ladingen Platatarwe
naar Frankrijk en voortgaande belangstelling in China en
Japan. Op 5 Februari zijn dan ook in Engeland veel zakeii
in tarwe gedaan, w’aarbij zooals gewoonlijk Manitoba’s we-
der de hoofdrol vei’vulden, doch ook in Australische tarwe werden tot stijgende prijzen vrij wat zaken gedaan. Daarna is de omzet aan de Engelsche markt afgenomen, doch over
het algemeen werden toch deze week in Engel
a
,nd veel meer
zaken gedaan dan iii de vorige, daar de marktstemming
er werd verbeterd wegens de algemeene vraag in zeer uit-
eenloopende gedeelten der wereld naar tarw’e uit Australid,
Argentinië en Canada. Ook vertoonden de Engeliche molens
beteren kooplust dan tevoren en bovendien werd de markt
gesteund door
1111
en dan weder minder goede berichten
uit Noord-Amerika omtrent koude en toch nog weder on-
voldoenden sneeuwval. Ook cle hevige koude in Europa
liet haar invloed gelden. Weliswaar schijnt in Duitschland
over het algemeen liet gewas door voldoende sneeuwbedek-
king te zijn beschermd en ook uit Frankrijk en andere
landen wordt gerapporteerd, dat de oogst er goed voor
staat, doch hier en dani’ wordt toch wel voor de nadeelige
gevolgen der ongekend hevige koude gevreesd. Onder meer
is dat het geval in Nederland, waar sneeuwbedekking ont-
breekt. Herhaaldelijk zijn deze week ladingen Australische
tarwe naar Bi-itsch-Indië verkocht en dat men daar rekent
op het voortduren dci’ invoerbehocfte blijkt uit de omstan-digheid, dat zich daarbij zaken bevonden voor aflading tot
in den Zomer. Speciaal op 8 Februari werden naar Enge-
land weder veel zaken in tarwe gedaan, w’aarbij zich meer
Argentijuschc tarwe bevond dan gewoonlijk het geval is.
Op het vasteland was eveneens in de tweede helft der week
de vraag naar tarwe bier en daar vat beter, doch in
Dnitschband en Nederland bepaalde men zleh uitsluitend
tot Plata-tarwe. i)e verschillende reeds genoemde hausse-
factoren, welke in dc afgeloopeu week aan de markt voor-
kwamen, werden echter vrijwel geheel geneutraliseerd door
lIet sterke aanbod van het Zuidelijk halfrond en de grootc

INDUSTRIEELE
DiscoNTo
MAATSCHAPPIJ

AMSTEFWAM

LONI)EN

BEILI.JlN

PARIJS

IOPEiN H A G EN

MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL / 25.000.000.-

VOLGESTORT GEPLAATST EN RESERVES 112.900000_

Financiering van den afze
van industrieele producten.

13 Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

167

AANVOEREN in tons van 1000
KG.

Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
3J9 Febr.
Sedert
Overeenk.
319 Febr.
Sedert
Overeenk.

1929
1928
1929
1 Jan. 1929
tijdvak 1928
1929
1Jan. 1929
tijdvak 1928

21.829
159.987
182.476
5.240
22.049
3.800
182.036
186.276
1.020
16.028
7.355



16.028 7.355
3.394
4.622



3.394
4.622
Mais ………………
10. 319
102.823
129.208
155
23.456
33.451
126.279
162.659
68.658 38.190

98
2.120
68.756 40.310

Tarwe

……………..
Rogge

……………….

.

0.825
19.104
16.474

911

20.015
16.474

Boekweit ……………..-

Lijuzaad

…………..

.

19.446
22.381
8.255
47.816
28.242 67.262
50.623

Gerst

……………..5.713
Haver

……………..4.971

4.123
14.739
29.375


100
14.739
29.475
Lijnkoek

……………
Tarwemeel

…………

.

1.331
11.521
.

21.636
1.282
0
5.01
.029
6
16.531
27.665
Andere meelsoorten ….
.519_

1.607
2.001



1.607

1
2.001

verschepingen naar Europa, tengevolge waarvan de naar
Europeesche invoerlanden onderweg zijnde hoeveelheid weder
een aanmerkelijke vermeerdering heeft ondergaan. Vooral uit Argen,inië werd weder zeer veel tarwe afgeleden, doch
ook de oord-Amerikaansehe hoeveelheid was veel grooter
dan in de voorafgaande weken en de totale wereidversche-pingen overtroffen de wekeljksehe behoeften vrij aanzien-
lijk. Tot 9 Februari bedroeg de naar Europa zeilende voor-
raad 8.4 millioen quarters, hetgeed zeer veel is, doch nog
altijd minder is dan in .het vorige jaar, toen ook om dezen
tijd zeer veel tarwe ter verscheping kwam en 8.8 millioen
quarters onderweg waren. Groot zijn ook deze week weder
de versehepingen naar niet-Europeesche dëstinaties geweest
en sedert 1 Augustus bedragen deze nu bijna 12 millioen
quirters tegen 6.2 millioen in dezelfde periode van het vo-
rige jaar. I)e hernieuwde vraag uit Britsch-Indië en de be-vrachtingen, welke voor tarwe naar het verre Oosten deze
week weder werden afgesloten, blijven wijzen op de groote
w’aarsehijnljkheid, dat de omvangrijke verladingen naar
niet-Europeesche landen nog geruimen tijd zullen voort.
gaan. Vermelding verdient, dat deze week ook naar Chili een lading Austra.lisehe tarwe is verhandeld. Dat de ver-
schillende zeer uiteenloopende factoren, welke tegenwoordig
de tarwemarkt beheerschen, elkander deze week ongeveer
in evenwicht hielden, blijkt ook uit den prijsloop aan de
overzeesche termjnmarkten waar slechts kleine fluCtua-
ties voorkwamen. Op 11 Februari waren Chicago en Winni-
peg vaster wegens de hevige koude in Europa. In verge-lijking met een week tevoren was op dien datum het slot
onveranderd tot iets hooger. De Argentijasche markten
waren op 11 Februari gesloten, doch van 4 tot 10 Februari
was er zoogoed als geen verandering in de tarweprijzen in-
getreden.

R o g ge is nog altijd zeer stil en uit Noord-Amerika zijn
dan ook deze week slechts 4000 quarters rogge afgeladen.
De totale vei

schepingen van rogge uit Noord-Amerika heb-
ben sedert 1 Juli slechts 1.3 millioen quarters bedragen
tegen 3.2 millioen iu dezelfde periode van het vorige jaar. Op zeer beperkte schaal worden nu en dan nog wel zaken
naar Nederland en Duitschiand gedaan in Plata-rogge, doch
cle 50.000 quarters rogge, welke deze week uit Argentinië
naar Europa zijn afgeladen, betroffen voor verreweg het
grootste gedeelte vroeger afgesloten contracten.
Voor rn a 1 s is de markt deze week niet vast geweest
en afgezien van een enkelen dag met toegenomen omzetten in Engeland blijft de omzet in dc Europeesche invoerlanden
niet bevredigend. Behalve van de nog
altijd
hooge mais-
prijzen, is dat in verschillende landen van Noordwestelijk
Europa gedeeltelijk het gevolg van de hevige koude, welke
de waterwegen door ijs gesloten houdt. Het is daardoor in vele gevallen moeilijk om de partijen, welke in de havens
arriveeren, den verbruiker te doen bereiken en met name
in Nederland is daardoor cle markt voor spoedige mais zeer
gedrukt met slechts weinig kooplust. Ook de verbeterde
vooruitzichten voor den nieuwen maïsoogst van Argentinië
hebben het ontbreken van onderneniingslust in de hand
gewerkt. Er is namelijk in Argentinië deze week van tijd
tot tijd weder regen gevallen, tengevolge waarvan in de
tweede helft der week eenige prijsverlaging voor nieuwe
maïs aan de Argentijnsche tcrmijnmarkten heeft plaats ge-
vonden. Verschepingen uit Argentinië zijn deze week weder
niet groot geweest, doch zij overtreffen eenigszins die van
de vorige week. Bovendien werd ook uit Noord-Amerika
wat meer mais verscheept en de totale verschepingen zijn als zeer voldoende te beschouwen voor de tegenwoordige
beperkte vraag. Ook in Noord-Amerika is maïs deze week
verder eenigszins in prijs gedaald. Een enkelen keer heeft cle prijsdaling tot nieuwe zaken in Noord-Amerikaansche
maïs geleid, speciaal naar Nederland op aflading in
Februari en Maart, doch later, toen nog eenige verdere
prijsverlaging intrad, bestond wegens het vrijwel geheel

ontbreken van kooplust bij den Nederlandschen binnenland-
schen handelaar, niet voldoende ondernemingslus voor het
voortzetten dier zaken. Ook in Platamais van den nieuwen
oogst vinden nog slechts zeer weinig zaken plaats nu bij
de verbetering der Argentijnsche oogstberichten de moge.
lijkheid schijnt te bestaan, dat de prijzen binnenkort en
daling zullen ondergaan. In het begin der week zijn spe-
ciaal naar België eenige zaken in April-af lading tot stand
gekomen, doch de omzetten zijn overal zeer beperkt. Naar
Canada zijn zaken in Argentijnsehe mais op Mei-aflading
afgesloten. Aan de termijnmarkt te Chicago is de maisprijs
in den ioop der week 1 h 1341 dollarcent per 56 lbs. gedaald,
te Buenos Aires en Rosario voor nieuwe mais (Mei-termijn)
10 h 15 ceOtavos per 100 KG.
G e r s t is ook deze week uitermate stil geweest. Zoowel
in ,Duitschland als in Nederland kwamen ondanks ver-
laagde prijzeu, slechts zeer weinig zaken tot stand. Voor
gerst uit de Vereenigde Staten en Canada in spoedige po-
sities bevinden de prijzen op het Europeesche vasteland zich
aanzienlijk beneden Amerikaansche pariteit en verschil-
lende contracten op Februari-aflading zijn in het begin.
der week uit Nederland en Duitschianci naar Amerika te. rugverkocht. Verscherping der prijsdaling voor spoedige
gerst en speciaal voor reeds aangekomen partijen is in Ne-
clerland teweeggebracht door de gesloten scheepvaart en de
bezwaren, welke het ontvangen van graan in de Rotter-
damsche haven met zich brengt. Terwijl cenige dagen ge-
leden Noord-Amerika
f
193.- cif. Rotterdam betaalde voor No. 2 Amer,ikaansche gerst op Februari-aflading, werden
aangekomen partijen van diezelfde soort op 11 Februari
te Rotterdam voor
f
186.- en
f
187.- boordvrij verhan-
deld. Uit Roemenië hebben deze week weder zeer weinig
graanverschepingen plaats gevonden. Zij bestonden uit niet
meer dan 8000 quarters gerst. 42.000 quarters gerst zijn
deze week vcxsckeept… uit Argentinië, welke bijna geheel
bestemd waren voör Nederland, doch ook voor deze soort
is de afzet tegenwoordig in Europa zeer bezwaarlijk. Even.
als op het vasteland was ook in Engeland de vraag naar
voergerst deze week onbevredigend. Aan de termijnmarkt
te Winnipeg heeft de gerstprij zich aanvankelijk in daln.
de richting bewogen, doch later trad een herstel in. Tot
eenige toename in den kooplust voor Noord-Amerikaansche
gerst ter verscheping in den voorzomer, waarjn unlangs
zooveel zaken werden gedaan, heeft dit tot nog toe ‘iiet
geleid. Na het prijsherstel van de laatse dagen sloot Winui-
peg op 11 Februari voor gerst 3/2 1. 1 dollarcent per 48 lbs.
hooger dan een week tevoren.
In h a v e r vinden uit Argentinië belangrijke verschepin-
gen plaats, welke cle laatste weken vrij wat grooter zijn
dan in het vqrige jaar om dezen tijd. De vraag in Europa
voor Plata-haver is echter tegenwoordig slecht en ofschnon
aan de termijnmarkt te Buenos Aires den laatsten tijd
geen prijsverlaging heeft plaats gevonden, is dat in Europa
wegens onvoldoende vraag wel het geval. Van de Argen-
tijnsehe verschepingen is het meerendeel voor het Europee-
sche vasteland bestemd, doch kooplust bestaat daarvoor
slechts in zeer geringe mate, hetgeen wat Duitschland bc-
eft, ten zeerste samenhangt met de moeilijkheden in de
expeditie, welke door het ijs worden veroorzaakt.

SUIKER.
De verschillende suikermarkton waren ook de afgeloo-
pen week bom gestemd, terwijl zaken over, het algemeen tot het uiterste beperkt bleven en prijzen zich niet konden
handhaven. –
In A me r i k a brokkelde de prijs voor prompte ruwsui-
ker af tot 131132 d.c. c. & fr. New York op basis van Cuba.
suiker, het laagste punt sinds 1925, toen 115116 d.c. op
27 October betaald werd. Op de termijnmarkt in New York
waren de slotnoteeringen deze week slechts eenige punten
lager dan bij opening, al. Mrt. 1.98; Mei 2.08; Juli 2.14;

168

ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN

1 3J Fébruari 1929

Sept. 2.16 en October 2.19, terwijl voor Spot Centrifugals

3.77 Werd genoteerd.


De ontvangsten in cle Ati. havens der V.S. bedroegen
(leze week 68.000 tons, de versmeltingen 45.000 tons tegen
49.000 tons in 1928 en cle voorraden 141.000 tons tegen
172.000 tns. –
De laatste C u b a-statistiek. was als volgt:

Nieuwe oogst

192’8129
1927
128. 1926/27 1925/26

Ontvangsten 26 Jan.12 Fbr. 188.144 195.638 183.339 192.274
17 Nov.12 Febr. 697.690 335.9Q7 634.934 924.65],
Afschepingen 26 Jan.12 Fbr. 72.139 52.804 78.787 101.306
17 Nov:12 Febr. 229.914 82.796 231.700 478.100 Oude en Nieuwe oogst
Afschepingen 26 Jan.12 Fbr. 88.257 63.068 82.197 104.881

53

17 Nov.12 Febr. 744.466 603.084 614.022 886,460
Voorraad 2 Febr. N. oogst 457.157 249.981 403.234 446.552

2 Febr. 0. oogst 19.754 56.320 16.187

3.423

In E u ge 1 and was de handel op de termijnmarkt aan-
vankelijk tamelijk leeudig; ten slotte echter kreeg het
aanbod de overhand en prijzen sloten op % d. tot 1
Y
2
d.
lagere noteeringen. Op de ruwsuikermarkt waren de slot.
noteeringen als volgt:

Maart Sh. 819

Aug.

Sh. 9/3%

Mei

8111

Sept.

914%
Dec.

9/5%

‘)

Op J a v a was de markt voor tweedehands-suiker lustc!
loos gestemd en liepen prijzen ongeveer
f %
terug..
Hier te land e was de termijnmarkt eveneens zeer
ongeanimeerd gestemd, terwijl prijzen afbrokkelden wegens
toenemend aanbod. Het slot was kalm op de volgende no-
teeringen: Maart
f
127/8 en Mei
f 13 (beide gedaan);
Aug.
f 13
3
/
8
/%. en Dec.
f 13Ç1
5
/8. De omzet bedroeg deze
week
3000
tons.

KATOEN.

Marktber-icht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons.

Manchester, d.d. 6 Februari 1929.

– De Amerikaansche katoenmarkt blijft kalm met neiging
tot lagere prijzen en ook tot flauwere. basisprjzen. Egyp
tische stapels zijn eveneens aanzienlijk gedaald en het ge-
brek aan vertrouwen in het tegenwoordige prijsniveau i
nog niet geheel -verdwenen. De helft van dit seizoen is
thans voorbij en het is wel vermeldenswaard, dat gistere

de prijs voor de loopende maand voor American.futures in
Liverpool tot 9,99 d. daalde, een cijfer, dat wij sedett begin
November van het vorig jaar nog niet hebben gezien. Mid-
American spot noteerde gisteren 10,24 d. tegen 9,72 cl., het
laagste plint van dit seizoen .op 15 September en 11,12 01)
1 Augustus. F.G.F. Sakel noteerde gisteren 18,15

d. voor
,,spot” tegen 19,55 d., het hoogste punt van dit seizoen op
15 December en 17,05 d. het laagste punt op 19 September.
De loco-vraag was cle vorige week gering; cle verkoopen
bedroegen slechts
30.000
balen.
Van de Amerikaansche garenmarkt valt weinig nieuws
te meiden. Zaken beperken zich voornamelijk tot kleine
hoeveelheden in grove nummers, hoewel voor groote hoe-
veelheden biedingen tegen zeer lage prijzen aan de markt
zijn. Er worden enkele flinke partijen, zoowel voor Neder-
1-and als voor binnenlandsch gebruik,- in medio nummers ge-
noemcl, doch de geaccepteerde prijzen wijzen erop, dat spin-
-ners geen groote vorderingen ma-ken. Er wordt een geringe

handel in getwijncie ga-reus voor de binuenlandsche niark. en en Bombay gerapporteerd, terwijl er ongetwijfeld meer
zaken. zouden zijn afgesloten, indien biedingen, iets gun-
tiger waren geweest.
– Naar Egyptisehe garens bestaat slechts een geringe
‘raag. De meeste spiniers hadden gisteren weinig goeds
te melden; er bestond geen gebrek aan vraag, doch bie-
dingen waren over het algemeen op een te lage basis om
tot zaken te leiden. De tegenwoorclige positie in cle Egyp-
ische spinnerijen is zoodanig, dat het geen groote verras-
sing baart, dat het Uitvoerend Comité van Spinners in het
Bolton-district gisteren hai-e leden geadviseerd heeft hunne
productie gedurende acht weken met een derde te vermin-
deren. Dit werd met een groote meerderheid aangenomen
en men wordt verzocht zoo spoedig mogelijk te antwoorden.
• In de doekmarkt gaat weinig om. De belangstelling van
Indië is teleurstellend en de vraag, die de vorige week gerapporteerd werd, heeft zich niet ontwikkeld, waar-
schijnlijk ten gevolge van cle flauwere stemming van ka-
toen. Daar staat tegenover, dat Rangoon meer belang.
stelling begin.t te toonen en er een geregelde onderstroom
van zaken voor de Straits, Java en de kleinere markten
-bestaat. Producenten doen hun uiterste best hunne prijzen te handhaven en waar hun onmiddellijke behoefte vervuld
is, is het zeer moeilijk concessies te verkrijgen. Doekprij-
zen blijven dan ook vast en schijnbaar onveranderd; in vele
gevallen is de momeuteele katoenpositie de beslissende
factor. –

.

. STATISTISCH OVERZICI


.
.

ar

In er
HdT
No.2loco
Rotterdam!

peT’i’.

ROGOE
AmericanNo.2
2
)
loco

.
Rotterdam per 100 K.O.

MAIS
La Plata
.

loco
R’dam/A’dam
per 2000 KG.


A GERT23
mer.

0.

)
!0c0
Rotterdam

TARWE

LIJNZAAD
La Plata
loco R’dam/A’dam

per 1960 K.G.

STEENKOLEN
Westfaaischej
Hoilandsche
bunkerkolen
ngezeefd
t.o.h.
R’da’a,


PETROLEUM
Mid. Contin.
Crude
33 t/m 3390

perbir’el

cihJ9R d
eve an
Foundry No.3
.

f.o.b.
Middlsbriugh

KOPER
Standaard
Locoprijzen-
Londen
per Eng. ton

f1.


O/
f1.
0
10
01.
°Io
01.

°/o

01.
0
10

01.
0
10
$
01
5

Sh.
01
Jaargemidd. 1925
17,20 100,0
13,07
6

100,0
231,50-
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
10,80
100,0
1.68
100,0
731-
100,0 62.116
100,0
Januari

1926
*16,90

98,3

11,47
87,8-
190,25

82,0
184,25
78,1
370,75
80,2
10,05


93,1
1.51
89,9
701-
95,9
59.31-
95,3
]ebruari

,
‘16,30
11,525
88,1
l74,00
75,2
175,00
74,2

353,00 76,3
10,20
94,4
1.80
107,1
70/6
96,6
59.12/-
96,0
Maart
*15,375
94,8
894
11,475

111,00

87,8 167,75
72.5
174,50
:

73,9

330,00
71,4
9,85
91,2
1.80
107,1
70/6
96,6
58.1516
94,7
April


*16,10
93,6
11,45
87,6
177,50
76,7
194,75
82,5
335,75
72,6
10,00
92,6
1.80
107,1
70/6
96,6
57.7/6
92,4
Mei

,
‘16,32
5

94,9
84,1
168,50
72,8
192,50
81,6
334,50 72,3
13,10 121,3
1.93
114,9
731-
100,0 56.916
91,0
JuCi

*16,125

93,7
11,12
5
85,1
171,00
73,9
198,75
84,2
360,25
77,9
13,85
128,2
2.05
122,0
76/6
104,8
56.1716
91,0
)uli

,,
‘16,20
94,2
12,17
5
93,1
175,25 75,7
200,50
.
85,0 382,50
82,7
16,35
151,4
2.05
122,0
871-
119,2
58.21-
93,0
Augustus

,,
15,35
89,2
11,82
5


90,4
170,50
73,7
190,50
80,7
-376.50
81,4
17,25
159,7
2.05
122,0
9016
124,0
58.1916
95,0
September ,,
14,80
86,0
.

11,95
91,4
170,00
73,5
204,75
86,8
360,25 77,9
25,50
236,1
2.05
122,0

9416
129,5
58.151-
94,0
October

15,75
91,6
12,325
94,3
175,50
75,8
218,7-5

92,7
367,75 79,5
31,10
288,0
2.Oi
122,0
118/-
161,6
58.716
94,0
November ,,
16,02
5
93,2
12,60
96,4
177,75
76,8
215,00
91,1
382,50
82,7
38,25
353,7
1.81
107,7
12016
165,1
57.616
92,3
December

,,
15,40
89,5
12,20
93,3
173,50
74,9
210,75

89,3


373,75
80,8
19,00
175,9
1.75
104,2
9916
136,3
56.1916
91,1
Januari

1927
15,225
88,5
12,50
95,6
165,00
71,3
222,25 94,2
362,50
78,4
13,35
123,7
1.75
104,2
8516
117,3
55.716
89,1
Februari

,,
15,22
5

88,5
13,05

99,8

167,00
72,1
230,00

97,5 373,75
80,8
12,10
112,0
1.70
101,2
8316
114,4
54.161-
88,3
Maart

,,
15,05
87,5
12,70
97,1
164,50
71,1
219,25
92,9 354,75
76,7
11,25
104,2
1.26
75,0 811-
111,0
55.171-
89,5
April
-14,80
86,0
12,825
98,1
173,00
74,8
237,50
100,6
351,50

76,0
11,00
101,9
1.22
72,6
801-
109,6
55.216
88,1
Mei

,,

15,75
91,6
13,575
103,8
172.75
74,6 258,25
109,4
373,75 80,8
10,95
101,4
1.22
72,6
741-
101,4
54.141-
08,1

Juni
15,60
90,7
13,20
101,0
175,25
75,8
246,00
104,2
372,75

80,6
11,00 101,9 1.22
72,6
701-
95,9
54.216
87,1
)uli

15,10
87,8
12,05
92,2
171,50
74,1
235.75
99,9
367,75 79,5
11,10 102,8
1.22
72,6
70/-
95,9
53.19/-
86,1
Augustus

,,
14,87
5
86,5
11,45
87,6
178,50
77,1
252,50
167,0
368,25 79,6

11,05 102,3
1.22
72,6
691-
94,5
55.516
89.(
September ,,
14,70
85,5
12,15
92,9.
179,50
77,5
233,25

98,8
369,50 79,9
10,90 100,9 1.22
72,6
651-
89,0
54.13/-
88,0
October

»
13,72
5
79,8
11,45
87,6
178,75
77,2
230,50
.
97,7
359,00 77,6
10,90
100,9
1.22
72,6
651-.
89,0
55.51-
89,0
Nvember

,,
13,45
78,2
12,125
92,7
184,75


79,8 233,25
98,8
349,75 75,6
10,65
98,6
1.22
72,6

651-
89,0
59.11-
95,1
December

,,
13,40
77,9
12,57
5

96,2
201,00
86,8
246,25
104,3
348,25
75.3
1060
98,1 1.22
72,6
651-
89,0
60.21-
96,1
Januari

1928 13,50
78,5
12,70
97,1
207,50
89,6
247,75
105,0
361,00
78,0
10,30
95,4
1.22
72,6
651-


89,0
62.-!-
99,1
1ebruari

,,
13,80
802
12,875
98,5 226,50 97,8
243,75
103,3
361,00 78,0
10,00
92,6
1.21
72,0
651-
89,0
61.121-
99,3
Maart

,,
14,60
84,9
14,00
107,1
240,75
104,0
255,75
108,4
350,75 75.8 9,95
92,1 1.19
70,8
65/6
89,7
61.3/6
98,(
April

,,
15,30
88,9
14,97
5

114,5
239,50
103,5
261,00
110,6
358,25
.
77,5
10,05
93,1 1.19
70,8
661-
90,4
61.1416

Mei

,,
15,30
88,9
15,47
5


118,4
238,50
103,0
260,75
110,5
372,00
80,4
1060
98,1
1.19
70,8
661-
90,4
62.151-
101,1
Juni

,,
14,37
5
83,6
‘14,27


109,2
234,00
101,0
252,50
107,0
365,25
79,0
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
63.171-
102,1
Juli

,,
14,25
82,8
13,07
5

100,0
246,75
-106,6
241,00
102,1
359,75 77,8
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
62.181-
101,3
Augustus
12,00
69,8
12,62
96,6
214,75
92,8.
226,75
96,1.
350,75 75,8
10,05
93,1
1.21
72,0
661:
90,4
62.1016

September
,
11,65
67,7
11,57
5

88,5
198,75
85,9
198,25
84,0
350,75
75,8
10,00

92,6
1.21
72,0
661-
90,4
63.81
102,1
October
12,27
5
71,4
12,27


93,8
218,50
94,4
189,50
80,3
366,00
79,1
9,95
92,1
1.19
70,8
661-
90,4 65.121-
105,
November .,
12,325
71,7-
12,07
5
92,4
227,25
98,2
185,50
78,6
386,25 83,5
10,20

94,4
1.18
70,2
661-
90,4
67.181-
109,’
December

,,
12,30
71,5
11,90
91,0
220,25
95,1
180,50
76,5 373,75
80,8
10,10
931
1.18
70,2
661-
90,4 70.31-
113,1
Januari

1929 12,35
71,8
12,20
93,3
231,50
100,0
194,25
82,3
365,00
78,9
10,10

.
93,5
1.16.
69,0
661-
90,4
75.1016
121,’
4 Februari

,,
12,60
73,3
12,55
96,0
233,00
100,6
192,00
81,4

360,00
77,8

1.11
66,1
66!-
90,4
80.1216
129,1
II

»

,

,,
12,75
74,1
12,60
96,4
233,00
100,6.
193,00
81,8 355,00
76,8
12,50 115,7
1.11
66,1
.

661-:
90,4
77.-/-


124,1
1)
Men zie voor de toelichting op dezen staat de nummers van 8en 15 Augustus1928. (No. 658. en 659) pag. 689
1
90 en 709.
5)
Western vOör de invoering v
*
Manitoballo. 3.
f
Zuid-Russische.

-. •

.

.

.

13 Februari 1929

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

169

Livérpoolhoteeringen

. Oost. koersen 29Jan. 5 Febr.

30Jan. 6 Febr. T.T.opBr.-Iudië 116

116.
F.G.F.Sakellaridis 18,40 18,15 T.T.opffongkong 210

210.
G.F. No. 1 Oomra 6,90 6,80 T.T. op Shanghai 2j69, 216w

Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.

(In duizendtallen balen).

1
Aug.
’28
Overeen komstige periode
tot
1
Febr.’29

1927128
1
1926127

7881
6749
10063

1361 745
1722
3241 3246
4126
1053
741


977

Voorraden.
(In duizendtallen balen).

Overeenkomstig
tijdstip
1
Febr.’29


1928

1927

2223
2292
2876 1073
1134
1406
Amerik. havens ……
…..

192
171
Binnenland

………….
New York

……………78
329
512
647
New Orleans ………….
Liverpool

……………
702 549 987

KOFFIE.
De stemming bleef in de afgeloopen week vrijwel onver-
ancierd vast. De kost- en vracht-aanbiedingen van Santos
hancihaafden zich in de meeste gevallen, doch bij enkele aflaclers zijn zij een fractie lager, waartegenover die van
Rio geheel onveranderd bleven. De offertes van de ver-
schil letide Centraal-Amerikaa.nsche soörten ondergingen
voor het grootste gedeelte geen wijziging van eenige betee-
kenis en de enkele noteeringen van Robusta, welke door
Nelerlandsch-i.ndili hierheen werden geseind, bewogen zich
nog steeds op hetzelfde hooge niveau, waarop zij reeds
enkele weken geleden zijn gekomen
Aan de termijnmarkt liepen de noteerinen aanvanke-
lijk ongeveer 1 ct. terug, doch daarna herstelden zij zich
en bij het afsluiten van dit bericht, zijn de prijzen onge-
veer
1/
ct. onder die ‘an een week geleden.
De stemming aan de loco-markt was kalm en in zekeren
zin zelfs lusteloos; de afzet was dan ook niet van groeten

Mededeeling van de Vereeniging. voor den Goederenha adel
– –

. te Rotterdam.)
Noteeringen en voorraden in Brazilië.

te
Rio

te Santos

Wisselkoers
Data

te
Rio
Voorraad Prijs Voorraad Prijs op
Londen
(In
Balen)
1
No.7
1
) (
In Balen)
No.41)

11
Feb. 1929
1
316000 29625 1.08.000 33.500 59
4

l29

303.000 29.550 990.000 33.500 6
28′ Jan. 1929

347.000 29.200 960.000 33.500 6
11 Feb. 1928 . 355.000 25.050 993.000 33.500 611
54

1)
In Reis.

Ontvangsten uit het binnenland van Brazilië in Balen.

te
Rio

.

te Santos

Data

.-

– ___________

Afgeloopen

Sedert Afgeloopen

Sedert
week

1Juli

.
week

1Juli

11 Feb. ‘1929

35.000 1.838 000 241.000 5.310.000
11 Feb. 1928

45000 2.628.000 181.000 6.540000

omvang. Te verwonderen is het niet, dat de lust, tot het
ondernemen van nieuwe zaken bij den handel er niet groo.
ter op wordt, wanneer men weder een paar maanden achter
den rug heeft, waarin Brazilië door zijn streng doorge-
voerde koffiepolitiek de prijzen, die toch zeker niet laag
waren, nog eenige centen heeft opgezet, niettegenstaande
cJe berichten over den volgenden Braziel-oogst, vooral wat
Santos betreft, steeds gunstiger worden.
Berichten uit Haïti vermelden, dat de loopende oogst
ddaar bijna ten einde is en dat de opbrengst zeer is tegen-
gevallen, terwijl van Salvador, dat aan het einde van het
‘orige jaar nog geraamd werd op 750.000 balen, thans een
raming is ontvangen van 500000 balen. Van Venezuela
daarentegen, waarvan de loopende oogst in December I.I.
geraamd werd op 1 millioen balen, zou de opbrengst nog
grooter worden. –
De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos
çp prompte verscheping zijn thans ongeveer 1061- h 1081-
fier cwt. en van dito ,Prime ongeveer 10916 á 1111-, terwijl
zij van Rio type New-York 7 met beschrijving, prompte
verscheping, bedragen 8016 fs 8116.
Van Robusta op aflading van Nederlandsch-Indië zijn de
prijzen in de eerste hand
01)
het oogenblik: Palembang Robusta, Februari/Maart verscheping, 47 ct.;

Ontvangsten Gulf-Havens.
,,

Atlant.Havens
Uitvoer naar Gr.Brittannië
‘t Vasteland etc.
Japan……

.N GROOTHANDELSPRIJZEN
1
)

.

TIN
locoprijzen
Londen per Eng, ton

KATOEN
for Middling
Iocopriizen
New ‘Vork
per Ib.

WOL
gekamde
Australische,-

Merino,
64’s
Av.
loco Bradford.
per Ib.

WOL
gekamde
Australische,

CrossbredColo-
nial Carded, 50’s
Av. loco
Bradford per Ib.

RUBBER4)
Standaard
Ribbed Smoked
Sheets
loco Londen per Ib.

1:
SUIKER
Witte liristal-
suiket loco
R’dam(A’dam.
per 100 K.G.

KOFFIE
Robusta
Locoprijzen
Rotterdam per
1/s
K.O.

THEE
AfI. N.-I. theev. A’dam gem., pr.
Java- en Suma-
trathee p.
‘Ii
KO.

lndexcijfer
v/h. Centr. B.
v.
d. Stat.,
herleid
an
1913= 100 tot
1925
=
100

Indexcijfer
van The
Economist,
herleid
v.190l-5=100
tot
1925=100

Ol
o

$
ets.
Olo


pence
01
pence

0
/0
Sh.
01
f1.
0
10
cts.
0
10
.

cts.
01
(1.17/-
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0 2111,625 100,0 18,75

100,0
61,375
100,0
84,5


100,0
.

.100,0
100,0 13-6/- 108,2
20.75
89,2
48,75 88,6 26,00
88,1
314,25
113,0
16,875
90,0 57,5
93,7
.

103,5
122,5
98,7
93,4
16.31
109,3
20,55
88,4
46,50 84,5 25,00
84,7
217,625
88,8
17,12
5

91,3
58
94,5
103,5 122,5
96,1
92,3
15.14/-
109,1
19,40
83,4
47,50
86,4 25,50
86,4
215,125
81,8
16,37
5
e’
87,3
57,25.
93,3
100,25
118,6
93,5
91,1
2.1916
108,1
19,10
82,1
47,50
86,4
25,00
84,7
2/1,25
70,9
l6,37
5

87,3
54,25
88,4
97,5
115,4
92,3
90,4
8.1416
102,6 18,95
81,2 47,50
86,4
24,25 82,2
1110,5
63,2
16,50 ,-
88,0 55


89,6
102,25
121,0
92,3
89,4
8.1316
102,6 18,45
79,3 47,50
86,4
24,00
81,4 1/8,375
57,5
l6,625
88,7
56


91,2
lOO


118,3
92,9
90,0
13.61-
108,2
18,80
80,9
47,50
86,4
23,75 80,5
1/8,375
‘7,5
16,75
89,3
57

.
92,9.
89,25
105,6
91,0
90,2 4.1016
112,5 18,45
79,3
47,75
86,8
24,50
83,l
1/7,625
55,1
16,37
6
.
87,3
57,75
94,1


89,7
92,2
7.1916
117,6
17,35
74,3 48,75
88,6
25,25
85,6
118,125
56,5
17,25


92,0
57,25
93,3
87,75
103,8
90,3


94,7
4.1416
120,2
13,25
57,0 47,50
86,4
24,75
83,9
118,875
58,6
17,875
95,3 53,5
87,2
89,5
105,9
92,3
94,5
8.116
117,7
12,90
55,5
44,75
81,4
24,00 81,4
1
18
56,1
19,625,
104,7.
51,625.
84,1
85,25
100,9
.

94,8

93,3
17.-16
117,3 12,60
54,2 44,75
81,4
24,50
83,1
116,5
51,9
21,875
116,7
50
81,5
79,25
93,8
94,8


,
88,7
19.1316
114,4 13,45
57,5 45,00
81,8 25,25
85,6
117,375
54,4
22,00

117,3
50
81,5
71
84,0
.

935
87,6
9.816
118,2 14,15
60,6 46,25
84,1
26,00
88,1
117,125
53,7
21,12
112,7
48,75
79,4
71,25
84,3
942

89,5
2.151-
119,4 14,25
61,3
47,75
86,8
26,50
89,8
118,25
56,8
20,62
5

110,0
48
78,2

70

.
:82,8
92,9
87,9
4.11-
116,1
14,75
63,4 47,50
86,4
26,25
89,0
117,875
55,8
20,25

108,0
48
78,2
72,25
85,5
92,3
87,4
5.12/-
112,9 16,15
69,5 47,00 85,5
26,00
88,1 117,75
55,4
20,25
108,0
47
76,6
86,5
102,4
.

.


93,5 88,9
6.16
113,2
16,85.
72,7
47,25 85,9
26,00
88,1
116
50,5
18,3754
98,0
47
76,6
81,25
96,2
96,1
89,3
9.1516
110,7
17,90
77,0
48,50 88,2 26,50
89,8
114,75
47,0
l8,62S,
99,3
47
76,6
84
99,4 97,4 89,2
2-16
111,5 19,70
84,7
48,50

88,2
26,50
89,8
1
1
5
,
25

40,8
18,50
98,7
45,375′
73,9


96,1


.

90,8
17.1216
109,8
22,05
94,4
50,00 90,9
26,50
89,8
1/4,25 45,6
17,875


95,3
44,25
72,1
945
111,8

96,8 90,0
(4.216
100,9
20,65
88,8
50,25
91,4
26,75
90,7
1
1
4
,3
7
5
46,0
16,87
5
,
‘90,0
45,25
73,7
93′
110,1
96,8
89,1
4
.416
100,9
20,25
87,1
52,25
95,0
28,50
96,6
116,5
51,9
17,25
92,0 46

,
74,9
96
113,6
-.

97,4

88,3
6.1316
101,8
19,70
84,7
51,50
93,6
28,75 97,3
1/7,75
55,4
17,87°,-
95,3
46
74,9
89
1
25
105,6
.
97,4
88,0
(5.11-
97,4
19,25
82,8
53,00
96,4
29,75
100,8
117,25
54,0
17,37
5
.
92,7

46
74,9 84,5
100,0
98,7

86,7
13.1016
89,2
18,35
78,9
54,75
99,5
31,75
101,6
113,75
44,2
16,75
89,3
46
74,9 79,5
94,l
96,8
87,4
3.1716
89,3
19,35
83,2 55,00
100,0
33,25
112,5
110,75
35,8
16,87
5
1
90,0 47

.
76,6
79

,
93,5
98,1
88,4
(4.61-
89,5
20,65
88,8 54,50
99,1
33,00
111,9
-19,375
26,3
16,87
5

90,0 47
76,6
74,25
87,9

98,7
90,1
10.131-
88,1
21,55
92,7
54,25
98,6
32,25
109,3
-19
25,3
16,625
88,7
48,25 78,6 78,25
92,6
98,1

90,0
8.816
83,4
21,35
91,8
55,50
100,9
31,75
107,6
-/9,25
26,0
15,75
84,0
49
79,8
73,25
86,7 98,7
88,3
1.19/-
80,9
21,75
93,5
53,00
96,4
31,25
105,9
-(9,25
26,0
15,50 82,7
49,875 81,3 71,25
84,3
95,5
86,8
1.181-
80,9
19,30
83,0
51,75
‘94,1
30,00
101,7
-19,25
26,0
16,00 .c
85.3
51,875
84,5 67,75
80,1
92,9
85,0
4.716
81,9
18,55. 79,8
47,00
85,5
29,00 98,3
-18,5
23,9
15,875
.84,7
52,75 86,0
70,25
,

83,1
93,5
85,1
1.191-
84,8
19,45

83,7
46,25
84,1
27,25
92,4
-18,8
.
24,7 l4,625 78,0 53

86,4
73
86,4
94,2
85,1 (2.1016
88,8
19,90
85,6
47,25
85,9
27,50
93,2
-18,625 24,2
14,00
74,7
53
86,4
75,75
89,6
.

95.5
85,5
2.81-
87,2
20,45
88,0
46,25
84,1
23,00
94,9
-18,5
23,9
13,92
5

74,3
51,75
84,3
76,5
90,5 95,5
2.716
84,9.
20,20
86,9
46,75
85,0
28,75
97,3
-‘9,875
27,9
13,775.
73,5
53,125
86,6 77,25
91,4
‘3.2/6
85,2
20,055
86,2
5

45,00
7

81,87
28,507
96,6
7

-(10,875
30,5
13,625
72,7
54
88,0
4.10/-
85,7
20,056

,
86,2
6

-(II
309
13,375′
71,3
54


88,0
huidige officieele noteeringswijze (jan.
1928).
3
) = Malting vôôr de invoering van dehuidige 011k. noteeringswijze (jan.
1928).
4)
Jaar-en maandgemidds,den afgerond
op
‘Is
pence.
5)
1 Febr.
6)
8
Febr.
7)
7
Febr.

170

ECONOMISCH-STAT1

Palembang Robusta, April verscheping, 47 ct.; Palernbang
Robusta, April/Juni verscheping, 434 ct., alles per 34KG.,
cif, uitgeleverd gewicht, netto contant..
De officieele loco-noteeringen te Rotterdam bleven on-veranderd gehandhaafd op 64 ct. per 34; KG, voor Supe-
rior Santos en 54 ct. voor Robusta.
De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:

Maart
1

Mei

Sept.
1
Dec.

:
11 Feb.

…… .$17,08

$ 16,27

$ 14,61

$ 13,98

4 ,,

,, 16,90

,, 16,20

,, 14,50

,, 13,90

28 Jan.

……
.,, 16,45

15,74

14,22

13,62

21 ,,

16,30

15,60

,, 14,20

,, 13,82

Rotterdam, 12 Febuari 1929.

THEE.
De theemarkt in de afgeloopen week bepaalde zich hier
tot de theeveiling van 7 dezer, waarin ‘ca. 14.500 kn. Ned.-Indische directe aanvoer werden aangeboden.
De veiling had een onzeker en kalm verloop, terwijl de
prijzen met verschillen van 1 tot 3 cts. schommelden om
die der vorige veiling.
t

De veilingmiddenprijs stelde zich op 7434., ets. per halve
KG. in entrepôt, een prijs, die 1 ets. lager was dan die der
vorige veiling.
Er werden aanvankelijk nog al enkele partijen opgehou-
den, waarvan zooals gewoon nog een groot deel verkocht
werd onmiddellijk .na de veiling, zoodat het saldo onver
kochte gedeelte slechts ca. 1500 kn. bedroeg.

COPRA.
Dè markt bleef ‘gedureüde de afgelooen week ongeveer
:prjshoudend. Het aanbod van het Oosten duurt regelmatig
voort, terwijl er met de fabrieken hier groote zaken to
stand kwamen.
De markt sluit met koopers voor:
Nederl.-Indische fms. aflad Jan/Febr…..f2834

,, -.

;,

,, ‘:

,

Febr./Mrt……,,
28
v/s
Mrt./Apr ……. ..29
Apr./Mei

……,29
5
116

•’

«:

STEENKÖLEN.
Wij hadden het in ons vorig overzicht over de neiging,
die de kolenprijzen hadden, tot stijging. Inderdaad hebben
‘alle koluiiarkte in Europa gedurende de laatste veer-
tien dagen een vastheid vertoond, waaraan wij sinds jare4
niet gewend waren,. De prjzn zijn met sprongen omhoog gegaan en de positie is nog vererger’d geworden door cle
aanhoudende barre koude, waardoor eenerzijds een grooed’
vraag naar huisbrandkolen is ontstaan en anderzijds de
waterwegen, die normaliter’ dienen tot afvoer van de kolen;
zijn ‘dichtgevroren met, alle gevolgen daarvan.
De prijzen zijn als volgt:
Northtmiberland Ongezeefde …………. f 10,50
Durham Ongezeefde …………………., 11,-
Cardiff 213 large 113 smalls ………….., 12,90
Sch’otsche Gezeefde (Prime Lothians) . . . . ,, 11,50
Yorkshire gewassehen Doubles ………. ..12,50
Westfaalsche Vetförder ……………..,, 13,75

Vetstukken

……………., 15,25
Smeenootjes

………….. ..14,50
Gasvlamförder ………….. …13,75
Gietcokes …………….. ..17,-
Hollandsche Eierbriketten …………….., 15,50
alles per ton van 1000 KG. franco station Rotterdam/Am-
sterdam.
Ongezeef de bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterdan
f 12,50. Markt zeer

vast.

IJZER.
• In de afgeloopen veertien dagen viel een plotselinge op-
leving op de Belgische ruwijzermarkt te constateeren. Dit
‘zôu voortvloeien uit de vries, dat het verkoopkantoor voor
gieterij-ijzer bij zijn in ‘werking treden op 1 Maart as. de
• prijzen zal verho6gen. De Clevela’nd-markt verbetert
allengs.
De positie van de staalmarkt is nog steeds zeer gunstig.
Vootal naar halffabrikaten bestaat een flinke vraag bij
stijgende prijzen.

VRACHTENMARKT.
Definitieve vraag, naar tonnage was gedurende de af ge-
loopen week op de Noord-Amerikaansche graanvrachten-
markt wederom zeer beperkt, ten gevôlge van de zeer ge-
ringe verkoopen. Van de Nothern Range Werden geen dei-
nitieve zaken naar het Continent of naar cle Middelland-
sche Zee aangeboden en er. werd slechte een prompte boot

;TISCHE BERICHTN

13
Februari
1929

van matigé grootte naar U.K. incltsièf Ierlâ.nd bevracht
tegen 316 per qtr. dén, en 319 twee. loshavens, met de optie
lossen in één langzame lersche haven tegen ‘3/9 ,d. per
prompt.
Van Montreal is er nog geen teeken van eenige ont-
wikkeling van activiteit te bespeuren en de bevrachters
blijven over het algemeen onverschillig. Naar Griekenland
werd een 7400 tonner maximum afgesloten voor begin Mci
laden tegen 41- per qtr. zwaar graan basis ôéii haven en
verdere tonnage zou op deze basis geplaatst kunnen worden.
Er was weder een matige vraag naar tonnage voor sui-ker van West-Indië, de bevrachters toonden echtee

geen
haast te hebben om af te sluiten en in verband met de
algemeene stemming van de Amerikaansche markt zijn de
vrachtprijzeii lager geworden. Van, San Domingo werd eet;
5200 tonner bevracht naar IJ.K./Continent tegen 1916 d.,
Februari, terwijl van Cuba een gedeeltelijke lading van
2000 tons geboekt wead naar Hull voor denzeifden datum
tegen 201-; in beide gevallen betaalden (le reeders de be-
lasting.
Van de North Pacific was er voor het grootste gedeelte
van de week geen groote vraag naar graantonuage. Tegen
het einde van de week is er; echter een ordér in de markt
gekomen voor een handige boot voor Maart laden op basis van Vancouver/U.K./Continent tegen 311- met volle laad-
en losopties.
Van La Plata kwam er een matig aantal zaken tot stand
zonder dat cle graanvrachten hierdoor aanmerkelijk werden
beïnvloed. Voor Februari laden werd er handige tonnage be-
vracht van Uprier naar U.K:/Coiitineiit tgen 2516 en oor
eerste helft Maart tegeti 251-. Van Buenos Aires naar West-
Italië werd bevracht tegen 261- per Februari laden en van
Bahia Blnca w’erd er afgesloten naar Antwerpen of Rot-
terdam tegen 251- voor dezelfde positie en tegen’ 2319 voor
Maart laden, terwijl van Santa Fé of Conception een boot
van 7000 tons, 10 pOt. bevracht ‘werd naar Philadelphia
met lijnzaad tegen $ 7,25, Februari laden.
Op de Salpetervrachtenma.rkt van Chili kwamen er nog
steêdf geen orders voor naar Europa, noch voor volle ladin-
gen, noch voor lijnbootruimte; de bevrachters toonden geen
interesse voor welke positie ook.
De activiteit van Bûrmah is ‘afgenomen. Na. de “bevraeh-
ting van een, 5500 tonner meV20′ ‘Februari cancelling van
Rangoon of Bassein naar Havre/Hamburg Range, tegen
2819 d. en de afsluiting’ van een boot van 700017500 tons,
15125 Februari, van cle volle range Burmah naar,gouand
direct tegen 281-; is de markt zonder definitieve vraag’ naar
tonnage naar het Continent.
Van de Donau gaat er nog steeds niets om.
Van de Zwarte Zee werd er Februari en Maart tonnage
bevracht met graan tegen 1313 Continent, 1319 U.K. en
13/9 Scandinavië met optie veekoeken.
De vrachtea van de Golf van Biskaye zijn wederom lager
en er werd een 3000 tonner bevracht Bilbao/Rotter.dam
tegen 516 d. Verder werd er afgesloten Bilbao/Glasgow 713
en Salta Gaballo/Ardrossan 713 d. Op de Engelsche kolénvraehtenmarkt was er betere vraag
naar tonnage, prompte ,,stems” zijn echter nog, steeds moei-
lijk te verkrijgen. De ,vraehten naar Zuid-Amerika zijn
gestegen, naar de Middellandsche Zee zijn zij. .op hetzelfde
peil gebleven. Van Zuid-Wales werd bevracht: Rouaan
41134, Bordeaux 513, Gibraltar 81-, Algiers 91-, Marsèilles
101-,
West-Italië 919, Port-Said 1119, Alexandrië 1213,
Dakar 91-, Buenos Aires 121- en Fray
.
Bentos 141-. Van
de Oostkust: Haven a,n de Elbe 311034, Rouaan 41434,
Bordeaux 61434, Algier 91- Marseille 919,, West-Italië 919,
Las Palmas 913 en St. Vincent, E. V. 91134 d.

RUN VAART.
Week van 3 t/m. 8 Februari 1929

De aanvoeren van zeezijde, hoofdzakelijk erts, namen
eenigszins toe. De vrachtenstand werd hoofdzakelijk be-
heerscht door het weder. De seheepsruimte nam geleidelijk af, terwijl de vraag constant bleef. De ertsvracht bedroeg in
het b egin der week
f
0,80 tot f 1,10 met
34
lost.ijd, varieer-

cle daarna tussehen
f 1,10
en
f
1,50 met 34 ‘lostijcl. Ter vel–
vanging van
1
/4
en
34
lostijd werd algemeen gecharterd voor
schepen boven de 1000 t. resp. 4 en 8 losda.gen. Naar den
Bovenrijn bleef çle vraag gering. Er wer:L uitsluitend in dag-
huur bevracht op basis van 3 ets. per ton. De wMerstand
bleef vallend. Ingaande 3 Februari werd de vaart naar
boven gesloten, dus vanaf dien datum werden geen sleep-
bonen meer genoteerd. In de Ruhr bleef de vraag naar
ruimte voortduren. Voor zoover beschikbaar, werd nog ge-
charterd. De scheepsruimte nam echter af. De vracht voor
exportkolen liep op van M. 1,10 mcl. sleeploon tot M. 1,60
per ton met recht van bijlading na heropening der vaart.

Auteur