Ga direct naar de content

Ruim een vijfde van EU-burgers loopt kans op armoede of uitsluiting

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 29 2023

Armoedeproblematiek gaat niet alleen om inkomen, maar ook om sociale uitsluiting en lage werkintensiteit. Voor de armoede­bestrijdingsdoelen voor 2030 heeft de Europese Unie (EU) daarom besloten een maatstaf te gebruiken die deze aspecten combineert.

Het  EU-criterium op basis van inkomen spreekt van risico op armoede wanneer het inkomen lager is dan zestig procent van het mediane besteedbare inkomen in het land. De bredere indicator omvat niet alleen dit inkomenscriterium, maar gaat ook uit van een risico op armoede of sociale uitsluiting wanneer sprake is van ernstige financiële of sociale beperkingen of een lage werkintensiteit. Financiële beperkingen zijn bijvoorbeeld het zich niet kunnen veroorloven van internet, een warme maaltijd om de dag, een jaarlijkse vakantieweek of het hebben van betalingsachterstanden. Van sociale beperkingen is er sprake als er bijvoorbeeld onvoldoende geld is om regelmatig iets buiten de deur te kunnen ondernemen. Beide beperkingen worden via enquêtes gemeten. Er is sprake van een lage werkintensiteit wanneer het huishouden minder dan twintig procent werkt van het aantal voltijdsuren dat de leden van het huishouden gezamenlijk kunnen werken (exclusief studenten en gepensioneerden).

In 2021 liep 21,7 procent van de inwoners in de EU risico op armoede of sociale uitsluiting op basis van de nieuwe indicator (figuur). Dat is aanzienlijk hoger dan de 16,8 procent waar men op uitkomt op basis van het inkomenscriterium alleen. In Nederland ligt het risico met 16,6 procent ook hoger dan de oude maatstaf toont (14,4 procent).

De verschillen in levensstandaard tussen EU-landen zijn ook goed zichtbaar. Het aandeel inwoners dat kampt met een risico op financiële of sociale beperkingen varieert van 1,1 procent in Finland tot 23,1 procent in Roemenië. In Nederland zag 2,1 procent van de bevolking zich ermee geconfronteerd. Nederland scoort gemiddeld op de werkintensiteit. Bijna 9 procent van de Nederlandse bevolking behoort tot een huishouden met een lage werkintensiteit. Ierland, Griekenland, België en Spanje lieten in 2021 de grootste percentages zien (rond 12 procent).

Auteur

Categorieën

Plaats een reactie