Er zijn steeds meer zelfstandigen zonder personeel met een korte werkweek van minder dan 12 uur. Tussen 2004 en 2015 is hun aantal gegroeid van 76.000 naar 112.000 (54.000 mannen en 58.000 vrouwen). Ook het aantal zzp’ers die 12 uur of meer werken, is fors toegenomen. In 2015 waren 113.000 mannen en 153.000 vrouwen 12 tot 35 uur werkzaam als zzp’er, en 388.000 mannen en 107.000 vrouwen als voltijd-zzp’er (35 uur of meer). Het gaat in alle gevallen om zzp’ers van 15 tot 75 jaar die geen onderwijs volgen en die er geen baan als werknemer bij hebben. Kleine zzp’ers zijn gemiddeld ouder dan deeltijd- en voltijd-zzp’ers (55 jaar versus 49 en 46 jaar). Onder kleine zzp’ers zijn de mannen ouder dan de vrouwen (59 versus 52 jaar). Bij de andere twee groepen is het leeftijdsverschil kleiner.
In 2014 bedroeg het mediane bruto-inkomen uit de eigen onderneming van kleine zzp’ers voor zowel mannen als vrouwen bijna 3.000 euro. Van de zzp’ers die 12 tot 35 uur per week werkten, verdiende de helft 13.000 euro of meer met de onderneming, bij voltijders was dat 30.000 euro.
Worden andere inkomstenbronnen meegeteld, dan komt het totale persoonlijke bruto-inkomen van voltijd-zzp’ers uit op 32.000 euro.
Kleine zzp’ers hebben met 20.000 euro evenveel inkomen als deeltijd-zzp’ers, maar het verschil tussen mannen en vrouwen is groot. Dit komt doordat mannelijke kleine zzp’ers naar verhouding veel meer aanvullende inkomsten hebben, meestal uit een (vervroegd) pensioen. Voor maar een kwart is de eigen onderneming de belangrijkste bron van inkomen, terwijl 55 procent zijn inkomen vooral uit pensioen haalt. Bij vrouwelijke kleine zzp’ers is dat met 22 procent een stuk minder. Voor hen speelt de eigen onderneming bij de meerderheid de hoofdrol in het eigen inkomen. Meestal hebben zij een partner die mee kan voorzien in het huishoudensinkomen.
Auteurs
Categorieën