Ga direct naar de content

Nederland loopt uit de pas

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: augustus 22 2003

Nederland loopt uit de pas
Aute ur(s ):
(auteur)
Deze rub riek wordt maandelijks samengesteld door Ronald Bosman, Rob ert-Paul Berb en, Maarten van Rooij en Ad Stokman van De
Nederlandsche Bank. R.A.J.Bosman@dnb.nl
Ve rs che ne n in:
ESB, 88e jaargang, nr. 4411, pagina 403, 22 augustus 2003 (datum)
Rubrie k :
DNB-indicator
Tre fw oord(e n):
conjuctuur

In vergelijking met het eurogebied presteert de Nederlandse economie maar matig, mede als gevolg van de relatief ongunstige
ontwikkeling van lonen en arbeidsproductiviteit.
De DNB-conjunctuurindicator laat een aarzelend herstel zien (zie figuur 1). Opvallend is dat de indicator en de realisatie nu gedurende
een aantal maanden uiteenlopen. Omdat de conjunctuurindicator een sterke Europese dimensie kent, komt het voorzichtige herstel van
de internationale conjunctuur hierin tot uitdrukking. De binnenlandse bestedingen en in mindere mate de export trekken echter niet aan.
Nederland loopt daarmee uit de pas in vergelijking met het eurogebied.

Figuur 1. DNB-conjunctuurindicator
Lonen en productiviteit
Als we kijken naar de ontwikkeling van de lonen en arbeidsproductiviteit – belangrijke ingrediënten voor het concurrentievermogen – dan
blijkt dat Nederland al geruime tijd ongunstig afsteekt tegen het eurogebied (zie figuur 2). Sinds 1997 is de loonsom per werknemer in
Nederland veel sterker gestegen dan in het eurogebied. De arbeidsproductiviteitsgroei daarentegen is in Nederland met name vanaf 2001
veel sneller gedaald. De consequentie hiervan is dat het Nederlandse concurrentievermogen binnen het eurogebied aanzienlijk is
verslechterd. Dit komt bijvoorbeeld ook tot uitdrukking in de relatieve loonkosten per eenheid product. In de periode 1991-1996 deed
Nederland het beter dan het eurogebied: de gemiddelde groei van de loonkosten per eenheid product lag met 1,7 procent ruiméén
procentpunt onder die van het eurogemiddelde. In de periode 1997-2002 daarentegen bedroeg de gemiddelde groei voor het eurogebied
slechts één procent, tegen ruim het drievoudige (3,1 procent) voor Nederland. Overigens moet worden opgemerkt dat ondanks de
recente daling van de arbeidsproductiviteitsgroei, Nederland wereldwijd nog altijd tot de koplopers behoort in termen van het niveau van
de productiviteit per gewerkt uur.

Figuur 2. Loonkosten per werknemer en arbeidsproductiviteit in de marktsector, procentuele jaarmutaties
Oorzak en
De sterke groei van de lonen is het gevolg van de hoogconjunctuur en de daarmee gepaard gaande arbeidsmarktkrapte die begon in de
tweede helft van de jaren negentig. In deze periode groeide de Nederlandse economie gemiddeld met 3,7 procent per jaar, ruim één
procentpunt boven het gemiddelde van het eurogebied. Ook hebben stijgende pensioenpremies bijgedragen aan de loonsomgroei.
Opvallend is dat de lonen pas heel laat gereageerd hebben op de economische neergang. Dit zou te maken kunnen hebben met het feit
dat veel CAO-onderhandelingen plaatsvonden ten tijde van een lage werkloosheid. Werkgevers hebben namelijk uitzonderlijk lang
gewacht met het inkrimpen van het personeelsbestand, waardoor de werkloosheid lange tijd laag is gebleven. Het afgelopen jaar is de
werkloosheid in procenten van de beroepsbevolking echter aanzienlijk gestegen: van 3,9 procent naar 5,4 procent.
Vooruitblik
Gezien het beloop van de conjunctuurindicator en de realisatie lijkt het herstel onzeker. De groei van de loonsom per werknemer zal in
2003 naar verwachting verder afvlakken, ook in verhouding tot het eurogebied. Zo hebben de sociale partners afgesproken om de
contractlonen in 2003 niet meer dan tweeënhalf procent te laten stijgen. Dit jaar zal de contractloonstijging per saldo uitkomen rond de
2,75 procent en in 2004 mogelijk beneden de twee procent. Wel moet in ogenschouw worden genomen dat stijgende pensioenpremies
tijdelijk een opwaartse druk blijven uitoefenen op de sociale lasten voor werkgevers en daarmee op de loonkosten per eenheid product.
De arbeidsproductiviteit zal dit jaar in Nederland waarschijnlijk sneller toenemen dan in het eurogebied, voornamelijk door de uitstoot
van arbeid. Al met al lijkt het erop dat de ontwikkeling van de Nederlandse lonen en arbeidsproductiviteit wat meer in de pas gaat lopen
met die van de andere landen in het eurogebied en daarmee mogelijk ook de Nederlandse conjunctuur.

Copyright © 2003 – 2004 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)