Ga direct naar de content

Statistiek: Balanstotaal Nederlands bankwezen daalt

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 2 2017

■ Marjo de Jong (DNB)

De verhouding tussen de omvang van het Nederlandse bankwezen – op basis van geconsolideerde gegevens van alle in Nederland gevestigde banken – en het bbp is na een vrijwel constant dalende lijn sinds het begin van de financiële crisis, eind vorig jaar op het laagste punt aangekomen. Het balanstotaal van het Nederlandse bankwezen was eind vorig jaar ruim 360 procent van het bbp; begin 2008 was dit nog bijna 550 procent (figuur). Deze ontwikkeling reflecteert een gestaag stijgend bbp en een fors gedaalde omvang van het bankwezen.

In de eerste paar jaar van de crisis werd deze ontwikkeling vooral veroorzaakt door een snel krimpend Nederlands bankwezen. De balansomvang van het Nederlandse bankwezen bedroeg 3400 miljard euro vóór de crisis en was twee jaar later met bijna een kwart gekrompen naar ruim 2600 miljard euro. In die tijd vonden veel herstructureringen plaats in de vorm van overnames, fusies en afstotingen van buitenlandse bankonderdelen. Het aandeel van banken met een buitenlandse moeder was voor de crisis 13 procent van het balanstotaal van het Nederlands bankwezen, en is sindsdien afgenomen naar 7 procent eind vorig jaar. Over die periode is het aantal banken afgenomen van meer dan 90 toen, naar 80 nu.

De daling van de balansomvang is vergelijkbaar met die van andere banken in het eurogebied, waarbij ook het opdrogen van interbancaire posities tijdens de crisis een rol heeft gespeeld. Pas vanaf 2014 nam de omvang van het Nederlandse bankwezen weer wat toe, mede onder invloed van beleidsmaatregelen van de ECB.

Het bbp toonde in de eerste jaren van de crisis geen structurele toename. Vanaf 2010 werd de ontwikkeling van de omvang van het Nederlandse bankwezen ten opzichte van het bbp vooral bepaald door een stijgend bbp. Dit steeg van 620 miljard euro in 2010 naar bijna 700 miljard euro eind 2016, een stijging over die periode van bijna 13 procent.

Auteur