Kiezen uit twee kwaden
Aute ur(s ):
Meijdam, A.C. (auteur)
Vakgroep Algemene Economie, Katholieke Universiteit Brabant.
Ve rs che ne n in:
ESB, 83e jaargang, nr. 4170, pagina D8, 8 oktober 1998 (datum)
Rubrie k :
Reactie
Tre fw oord(e n):
publiek, private, samenw erking
Dit artikel is een reactie n.a.v.: E.J. Bartelsman e.a., Economie van publiek private samenwerking, ESB-dossier, 8 oktober
1998, blz. D5-D9.
De grote belangstelling voor pps waarvan in de inleiding van het artikel van Bartelsman cs. sprake is, is niet nieuw1. Het is ook niet
de eerste keer dat pps tot de regeringsverklaring doordringt. Die primeur komt het tweede kabinet Lubbers (1986) toe. Er is sinds die
tijd echter wel het een en ander veranderd in het denken over pps. Men is zich er nu beter van bewust dat pps geen wondermiddel is om
de overheidsbegroting te ontlasten. De vraag is dan natuurlijk waarom en wanneer pps dan nuttig is. Dit is precies de vraag die de
auteurs proberen te beantwoorden.
Het voorbeeld aan de hand waarvan dit gebeurt is niet in alle opzichten gelukkig. Door het toe te spitsen op de vraag of de overheid, de
particuliere sector of beide samen de brug moeten betalen komt de nadruk sterk op de financiering te liggen. Dit doet geen recht aan de
grote verscheidenheid in vormen van pps. Ook als de overheid de brug aanlegt in overleg met de ondernemers die het recreatiepark
ontwikkelen is er sprake van pps.
Waar het in het voorbeeld om gaat is een maatschappelijk rendabel project dat niet door de markt uitgevoerd wordt. De primaire reden
dat de markt faalt is de aanwezigheid van positieve externe effecten. Volgens de theorie zouden die geïnternaliseerd kunnen worden via
een subsidie. Deze oplossing versterkt echter de tweede reden dat de markt faalt: de aanwezigheid van politieke risico’s. Dus moet
gezocht worden naar andere oplossingen.
Een eerste mogelijkheid is dat de overheid het hele project, dus aanleg en exploitatie van infrastructuur en recreatiepark, zelf uitvoert. Het
politieke risico komt dan terecht bij de partij die het kan beheersen, de overheid. Toch is dit geen optimale oplossing omdat ook de
overheid kan falen: met name de aanleg en de exploitatie van het recreatiepark kan efficiënter door de particuliere sector ter hand
genomen worden.
Een tweede alternatief is dat beide partijen ieder een deel van het project gaan uitvoeren. Vanzelfsprekend is het het beste als dit vanaf
het begin in onderling overleg gebeurt, dus als pps-project. Een groot voordeel van pps is dat de overheid niet zomaar begint met het
aanleggen van infrastructuur in de hoop dat de particuliere sector vervolgens een mooi recreatiepark neerlegt, maar dat er in goed
overleg gezamenlijk een totaal-plan gemaakt wordt.
Doordat de partijen die samen het project uitvoeren sterk van elkaar afhankelijk zijn, ontstaat een ‘hold up’-probleem. Het is daarom van
groot belang hoe de pps vormgegeven wordt. Het gaat er om een manier te vinden om zo goed mogelijk met dit probleem om te gaan. De
transactiekostentheorie kan daarbij van nut zijn. Als het om een overzichtelijk project met weinig onzekerheden gaat, kan alles
contractueel geregeld worden en verdwijnt het ‘hold up’-probleem. In het algemeen gaat het echter om dermate complexe projecten dat
het ‘hold up’-probleem niet helemaal en zeker niet kostenloos is op te lossen. Ook dit tweede alternatief is daarom niet optimaal.
Uit het voorgaande is een belangrijke conclusies te trekken. Als de markt faalt heeft de overheid de keuze uit twee niet-optimale
alternatieven: zelf doen (en zelf falen) of samen met de private sector doen (en een ‘hold up’-probleem creëren). Kiezen uit twee kwaden
dus.
ESB-dossier: Publiek private samenwerking
Inleiding
J.W. Oosterwijk, Meer waarde door samenwerken
E.J. Bartelsman, M. Canoy, C. van Ewijk en B.A. Vollaard, Economie van publiek private samenwerking
L. Meijdam, Kiezen uit twee kwaden
Verenigd Koninkrijk
M. Spackman en Th. Van Dijk, Ervaringen met publiek private samenwerking in het Verenigd Koninkrijk
A.M.J. Kreukels en J.R. Hakfoort, Het leerproces bij pps
Japan
A. Bongenaar, ‘Window dressing’ in Japan
J.H.J. Zegering en N.E.M. de Jager, Japan kan beter leren van Nederland
Samenwerk en
G.R. Teisman, Procesmanagement: de basis voor partnerschap
W. Lemstra, Een proces met uitzicht
Afwegen
W. Korving en J.G. in ‘t Veld, Selectie van pps-projecten
P. Treumann, Een simpele vergelijking?
Aanbesteden
B.A. Vollaard en W. Witteveen, Private kennis voor publieke behoeften
J.R. Hakfoort, Overheid en markt
J.H.M. van Bussel, H. van Engelenburg en G.J. van ‘t Land, De Rietvelden, een vernieuwd bedrijventerrein met pps
Epiloog
H.A. Keuzenkamp, De moraal
1 Zie bijvoorbeeld W. Lemstra, Public-private partnerships, ESB, 27 mei 1987, J. van der Knaap, Public-private partnership geen garantie
voor succes, ESB, 10 augustus 1988 en verschillende artikelen in Tijdschrift voor Openbaar Bestuur, nr. 13, 1989
Copyright © 1998 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)