Ga direct naar de content

De Verklaring van Rio

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 27 1992

De Verklaring van Rio
Volgende week zullen duizenden regeringsfunctionarissen en vertegenwoordigers van ontwikkelingsen milieuorganisaties van over de hele wereld op
het vliegtuig stappen om de VN-conferentie over milieu en ontwikkeling in Rio de Janeiro bij te wonen;
dat is slecht voor de ozonlaag. Zij zullen zich daar
door metersdikke stapels rapporten, resoluties, achtergrondpapers en verklaringen heenwerken, wat
niet zo best is voor het tropische bos. Laten zij zich
de moeite sparen en wezenlijk bijdragen aan het bereiken van een oplossing voor het vraagstuk van milieu en ontwikkeling door onderstaande ‘Verklaring
van Rio’ te ondertekenen en ten uitvoer te brengen.
1. Stop defixatie op degroei van het bruto nationaalprodukt als indicator voor economisch succes.
Ontwikkeling en welvaart zijn niet gediend met alleen maar het voortbrengen van een zo groot mogelijke hoeveelheid goederen en diensten. De beschikbaarheid en kwaliteit van het milieu, de mogelijkheid om in basisbehoeften te voorzien, de verdeling
van inkomens en kansen, de garantie van fundamentele mensenrechten en het uitzicht op een veilige
toekomst zijn net zo belangrijk voor menselijke welvaart.
2. Voerprijzen in om de schaarste aan milieugoederen ofde hasten van milieuherstel in economische
beslissingen tot uitdrukking te brengen.
Het veelal ontbreken van prijzen voor schaarse milieugoederen leidt tot ongeremd gebruik en snelle
uitputting. Het gebruik van marktprijzen waar dat
mogelijk is bevordert spaarzaam omgaan met het
milieu, moedigt investeringen in schone technologieen aan en bevordert substitutie door milieuvriendelijker produktiemethoden.
3. Introduceer en garandeer eigendomsrechten voor
natuurlijke hulpbronnen.
Het ontbreken van eigendomsrechten voor bouwland, bos, grasland, viswater of bodemgebruik leidt
tot overexploitatie en snelle uitputting. Omdat niemand persoonlijk of als groep de volledige kosten
van degradatie draagt, is er geen prikkel tot efficient
gebruik en beheer. Nationalisatie van bronnen is
geen alternatief, want lokt vaak nieuwe vormen van
inefficient gebruik en misbruik uit.
4. Als markten ontbreken, stel dan duidelijke doelen, maar laat betrokkenen vrij in de wijze waarop
zij die willen bereiken.
Een vrije keuze voor betrokkenen in de wijze waarop zij milieunormen willen implementeren kan de
uitvoerings- en controlekosten van milieubeleid aanzienlijk verlagen. Dit bevordert de zelfregulering en
de mogelijkheid om rekening te houden met plaatselijke verschillen en omstandigheden. Milieuconvenanten en verhandelbare emissierechten zijn in dit
verband nuttige instrumenten.
5. Stop bet subsidieren van schadelijke activiteiten.
Overheidssubsidies om de prijzen van bepaalde goederen te verlagen kunnen grote schade aan het milieu en de economische ontwikkeling berokkenen.
Subsidies op energie, bij voorbeeld, kosten ontwik-

ESB 27-5-1992

kelingslanden meer dan $ 230 mrd. per jaar, het viervoudige van de officiele ontwikkelingshulp. Zij dragen bovendien bij tot een overmatige uitstoot van
vervuilende stoffen.
6. Laat de vervuiler betalen.
Het principe ‘de vervuiler betaalt’, dat in 1972 door
de OESO is aanvaard, is in de praktijk een nuttige
leidraad gebleken om de kosten van de milieuverontreiniging daar te leggen waar zij worden veroorzaakt.
7. Bevorder vrijhandel voor milieu en ontwikkeling.
Het gebruik van handelsrestricties om milieuproblemen in andere landen te bestrijden is niet efficient
en gewoonlijk ook niet effectief. Vrije handel en een
vrij kapitaalverkeer dragen bij tot het bereiken van
een hogere produktiviteit, een snellere aanpassing
van economieen aan milieu-eisen en een snellere
verspreiding van schone technologieen.
8. Investeer in onderwijs, gezondheidszorg, voedselvoorziening en gezinsplanning.
De snelle bevolkingsgroei in veel ontwikkelingslanden vormt een rechtstreekse bedreiging voor milieu
en ontwikkeling. Gebleken is dat verbetering van
het onderwijs en de economische positie van met
name vrouwen een belangrijke bijdrage levert aan
het dalen van het geboortecijfer. Dat het effect van
dit beleid pas op lange termijn merkbaar is een reden te meer het met voortvarendheid ter hand te nemen.
9. Scbakel de plaatselijke bevolking in bij de uitvoering van milieu- en ontwikkelingsprojecten.
De opvatting dat de plaatselijke kermis slechts beperkt bruikbaar is voor milieu- en ontwikkelingsdoelstellingen, blijkt steeds meer achterhaald. Bewoners van de tropische regenwouden in de Amazone
en Zuidoost-Azie beschikken over een diepgaand
begrip van de plaatselijke ecosystemen. Afrikaanse
herders blijken in staat haast onvruchtbare savannes
te exploiteren. Het gebruik maken van de lokale
kennis en betrokkenheid vergroot de kans op succes van ontwikkelingsprojecten in aanzienlijke mate.
10. Beschouw de zorg voor bet milieu als een kans en
probeer daarin een comparatief voordeel te halen.
De snelle industrialisatie en naoorlogse groei veroorzaakten in de jaren zestig in Japan ernstige milieuproblemen. Het omvangrijke programma dat de Japanse regering startle om de zware lucht- en waterverontreiniging te bestrijden werpt nu zijn vruchten
af. Dit voorbeeld toont aan dat vooroplopen wel degelijk lonend kan zijn. Niets doen met het oog op
behoud van de concurrentiepositie zal uiteindelijk
de concurrentiepositie alleen maar schaden.
L. van der Geest

Auteur