In een sacristie bevindt zich vaak een schrijn met een botje, nagel of haar. Ook de splinters van het heilig kruis leven er vaak voort als relikwie. De kerkhervormer Calvijn stelde dat sacristieën zo veel splinters bevatten dat je er een schip mee kon vullen.
Maar de verering van overblijfselen is zeker geen activiteit die alleen voor gelovigen typerend is. Ook economen, zo bleek in het Tinbergenjaar, lusten er wel pap van.
Het is een feest, natuurlijk, dat iedereen ontdekte dat er een stukje Tinbergen in zijn of haar werk, missie of onderzoeksveld zat. Maar wie al die splinters aan elkaar plakt, komt uit bij het Rotterdamse kunstwerk De Verwoeste Stad van Zadkine. Want ook een optelling van al die Tinbergenreliekjes leidt tot een beeld van oneigenlijke proporties. Wat echter Zadkines kunstwerk vooral tot zo’n rake metafoor voor het Tinbergenjaar maakt, is dat het hart ontbreekt.
Dat hart mist allereerst in Rotterdam. In 1986 ontmoette ik Tinbergens opvolger en leerde ik dat hij nog niet met emeritaat kon gaan, omdat de leerstoel van Tinbergen dan zou worden opgeheven. En, inderdaad, toen hij dat wel deed werd het centrum voor ontwikkelingsplanning afgeschaft. Sic transit gloria mundi.
Het hart ontbreekt óók in de memorabilia die het afgelopen jaar zijn geproduceerd. Het kloppende Tinbergense hart is de voortdurende speurtocht naar een optimale internationale orde en de rationalisering van de mondiale besluitvorming. Tinbergen was namelijk geen micro- of macro-econoom, maar een planetair econoom, met een diepe en actieve betrokkenheid bij mondiale problemen zoals milieu, armoede en internationale veiligheid.
Die betrokkenheid is te zien in De les van dertig jaar (1944), waarin hij de wereldoorlogen duidt vanuit de ongelijkheid tussen en binnen landen, en in Shaping the world economy (1962) dat zich richt op het oplossen van de Koude Oorlog. In 1985 roept hij economen in ESB op om eindelijk eens serieus onderzoek te doen naar oorlog, en in 1990 verschijnt World security and equity.
Onder economen wordt Tinbergens analyse van vredesvraagstukken afgedaan als naïef, esoterisch en wereldvreemd. Maar juist in zijn Nobelprijslezing (1969) spreekt Tinbergen over de noodzaak tot objectivering van doelstellingen (‘maatschappelijke welvaartsfuncties’) met het oog op de toekomst van Oost en West. Dit thema is vandaag de dag weer actueel.
De Nobelprijslezing is de moeite van het herlezen waard. Ik moest breed glimlachen bij zijn waarschuwing tegen het te ver doorschieten van de econometrische mode. En het is verhelderend dat modellen en hun uitkomsten een wezenlijke rol toebedeeld krijgen in de communicatie met beleidmakers.
Het communicatiebelang en het beleid lijken echter het pleit gewonnen te hebben in onze wetenschap – in de natuurwetenschappen is het publiceren van resultaten zonder vermelding van meetfouten of onzekerheid onmogelijk, maar de econoom bekommert zich slechts bij hoge uitzondering om de orde van grootte van de onnauwkeurigheid van de gegevens.
Op het Nobelprijs-banket sprak Tinbergen zijn dank uit voor het feit dat de economie nu als volwassen wetenschap wordt gezien, vooral dankzij de econometristen die het mogelijk maken om de economie te beoefenen op een hoger wetenschappelijk niveau.
Economie heeft zeker de potentie om een volwassen wetenschap te zijn, maar zal die potentie pas realiseren als ze de onnauwkeurigheid van de gegevens transparant gaat rapporteren. en niet als zekerheden presenteert. Vijftig jaar na de toekenning van de eerste Nobelprijs voor economie is dat een ontnuchterende vaststelling.
Als ik dus aan de economische wetenschap denk, zie ik toch vooral dat beeld van Zadkine voor me: het hart ontbreekt.
Literatuur
Tinbergen, J. (1944) De les van dertig jaar. Amsterdam: Elsevier (verkocht vanaf 1946).
Tinbergen, J. (1962) Shaping the world economy. New York: Twentieth Century Fund.
Tinbergen, J. (1969) The use of models: experience and prospects. Lecture to the memory of Alfred Nobel, 12 december. Te vinden op www.nobelprize.org.
Tinbergen, J. (1985) De economie van de oorlog. ESB, 20 februari, 70(3494): 172–175.
Tinbergen, J. (1990) World security and equity. Cheltenham: Edward Elgar.
Auteur
Categorieën