Ga direct naar de content

Conjunctuurbericht oktober 1990

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: oktober 17 1990

oktober 1990

Conjunctuurbericht
Centraal bureau voor de statistiek

Samengesteld door de hoofdafdeling Nationals rekeningen

Met volume van de industriele produktie was, gemiddeld over de vakantiemaanden juli en augustusen
gecorrigeerd voor seizoeninvloeden, nagenoeg even groot als het gemiddelde over het eerste halfjaar
van 1990. In de eerste acht maanden vanditjaarnam het produktievolume in de Industrie met ruim 4%
toe ten opzichte van het overeenkomstige tijdvak van 1989. Volgens de uitkomsten van de Conjunctuurtest is het indexcijfer van de orderpositie in de Industrie tussen juli en augustus licht gedaald. Het
volume van de invoer van goederen was in juni 3% groter dan in dezelfde maand een jaar eerder; de
uitvoer van goederen groeide met 8%. De consumptie door gezinnen was, voor prijsveranderingen
gecorrigeerd, in augustus 4% groter dan in augustus vorig jaar, met name de consumptie van voedings- en genotmiddelen nam sterk toe. Het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie steeg tussen
midden augustus en midden September met 0,9%; vergeleken met September 1989 lagen de
prijzen 2,7% hoger: het hoogste inf latiepercentage sinds jaren. Het prijspeil van de in- en uitvoer van
goederen (unit value) lag in juni duidelijk onder dat van een jaar eerder. Ultimo juni was het aantal
waargenomen banen van werknemers 110 duizend groter dan een jaar eerder. Eind juni stonden 125
duizend vacatures open, 30 duizend meer dan op hetzelfde moment in 1989. Het aantal geregistreerde werklozen bedroeg in de periode juli-september gemiddeld 343 duizend. In de eerste zes
maanden van dit jaar is de bevolking met 51 duizend toegenomen, de sterkste bevolkingsgroei na
1980.
Dit blijkt uit gegevens de medio oktober beschikbaar worden. In de Focus wordt ingegaan op de ontwikkelingen in de buitenlandse goederenhandel in de eerste helft van 1990.

Produktie
Het volume van de industriele produktie was gemiddeld
over juli en augustus, voor seizoeninvloeden gecorrigeerd,
vrijwel even groot als het gemiddelde over het eerste halfjaar van 1990. Vergeleken met juli en augustus 1989 was
het volume van de gemiddelde dagproduktie in deze periode van twee maanden bijna 4% groter. Het volume van de
produktie in de industrie was in de eerste acht maanden van
1990 ruim 4% groter dan in de overeenkomstige periode
van 1989. De elektrotechnische industrie, de rubber- en
kunststofverwerkende industrie en de metaalindustrie kenden in deze periode de hoogste groeicijfers. De volumetoename in de papier- en grafische industrie was geringer,
maar lag nog boven dat van de industrie als geheel. De toename van de bedrijvigheid in de basisnetaalindustrie, in de
voedings- en genotmiddelenindustrie, in de textiel-, kle-

ding- en lederindustrie en in de chemische industrie bleef
achter bij het industriele gemiddelde. Het niveau van de
produktie in de hout- en bouwmaterialenindustrie lag in de
eerste acht maanden van dit jaar iets onder het niveau van
dezelfde periode van 1989. Volgens de uitkomsten van de
Conjunctuurtest is het indexcijfer van de orderpositie in de
industrie tussen juli en augustus licht gedaald (van 123 naar
122; 1984=100). De ontwikkeling van dit indexcijfer, dat
een beeld geeft van het aantal maanden werk in portefeuille, wordt bevestigd door de wijziging in de beoordeling door
de ondernemers van hun orderpositie. Het saldo van positieve en negatieve antwoorden daalde van -1% in juli naar 4% in augustus. Het aantal woningen met de bouwwaarvan
in het tweede kwartaal van 1990 werd begonnen, bedroeg
ruim 21 duizend, dit is 12% minder dan in het tweede kwartaal van 1989.

Prijzen: gezinsconsumptie, afzet en verbruik industrie

Produktie industrie (volume – seizoengecorrigeerd)

Procentuele maandmutaties t.o.v. voorgaand jaar
Indexcijfers I9B5-100

cbs2

• gezinsconsunptie

110-

(A) – voortschrijdend 3-iaandsgenidflelcJe

• a f z e t industrie
• verbruik Industrie

100-

(B) = naandcijfers

90-

80-

1 1 1

1

1

1

1

1

1

1

1

I

1

1

1

1

1

1

1

!

1

1

1

J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S
19B8

ESB 24-10-1990

1989

1990

1005

Tabel 1. Kerngegevens recente ontwikkelingen in Nederland
Procentuele mutaties t.o.v. dezelfde periode het jaar daarvoor, tenzij anders aangegeven
1983/’87 1988
gemidd.

1989

1989
e

3 kw.

1990
e

4 kw.

Trend 2 ‘

1990
e

1 e kw.

2 kw.

2
-2
4
3
3

1
-11
5

uni

lull

aug.

sept.

VOLUMEGEGEVENS
Produktie in de nijverheid
Nijverheid (excl. bouwnijverheid)
DeKstoffenwinning
Industrie
Voedings- en genotmiddelenindustrie
Textiel-, kleding- en lederindustrie
Papier- en grafische Industrie
Chemische Industrie
Rubber- en kunststofverw. Industrie
Hout- en bouwmaterialenindustrie
Basismetaalindustrie
Elektrotechnische Industrie
Rest metaal- en overige Industrie
Openbare nutsbedrijven
Bouwnijverheid: begonnen woningen
Buitenlandse handel Igoederen)
Invoer, totaal
Grondstoffen en halffabrikaten
Consumptiegoederen
Investeringsgoederen
Algemene goederen
Totaal, excl. energie

3
3
3
1
-1
2
8
7
3
3
3
1
2
-2

0
-11
S
2
2
6
4
4
8
8
4

5
-1
20

5
7
4

3
2

3
4
8
3
4
5

4
-1
5
3
5
5
4
9
1
0

6

7

7

6
-10

5
-10
1

6
6
6
11
1
7

7

5

8
9
-9
8
9

2
14
6
5

1
1
0
2

3
3
5
3

4
5
-2

10
11
2

4
5
2

2,1
2,1
2,1

Uitvoer, totaal
Onbewerkte agrarische produkten
Delfstoffen
Fabnkaten
Totaal, excl. energie

7
7
5
5
11

2,8
2,6
3,4

3,5
4,2
3,2

3,3
3,7

-1,3
-3,9

1.3
0,8
1

4,7
7,3

-2

_2

0

8
6
6
6
1,1
1,4
1,7
1,9
7

8
1
5
0
1,2
1,6
1,7
2,0
3

13

4
-1

6
6

Consumptieve bestedingen van gezinnen
Binnenlandse consumptie, totaal
Voedings- en genotmiddelen
Duurzame consumptiegoederen
Overige goederen en diensten
tnvesteringen in vaste activa
Bruto investeringen, totaal
Bedrijven
Overheid
Kwartaalrekeningen
Bruto Binnenlands Produkt
Bruto Nationaal Produkt
Bruto Nationaal Inkomen

2
1

3
2

4
4

2
8

2
-2
1

4
5

0

5

2
10
10

5

6
8
5
5
0
5
3
8
0
3
7
9
7

-13
5
2
5
11
8
9

4
5
5

4
5
4

2

1+
1
1+
1+
1+
II++
11+

3
3
3

-1

2

5
1

2

6

7
-1
-1
10

0
8
7

2

H+-t-

14
3

y
1+
1++
I++
I
— II

4
11

7
-2
10

-6

-6

-12

-28

9
2

3
8
8
-13
-4

6

3

9

7

8

6

7
14
15
10

8

t+
11+
1+
II++
11+
11+
1+
I++

8

5
5
1

7

4
6
11
4
9

6

5
15
-6
4
5

4

4

3

4

4

3

2

3

7

7

3

2
6
3

3

3

4
6
3

4

3

4

3
4

9
9
4

3,0

3,6
4,0
2,8

3,2
3,9
4,9

4,1
6,1

2,6
4,3

-0,8
-2,1

-2

3

7
1

1,7
1,7
2,3
2

-2
-2
1
0
2,3
2,2
3,2
2,9
-9

15
28
-2

13
24
-7

14
10
-6

86
124
0
3

86
124
-2
4
2
7
1
1
4
2
12
365
5,1
8

2

5

3

5

22

15

M1+
1+

7

8
4
1
8
3

4
7
5
3

1+
1+
i++
1+

II++
II++
11+
+
1+
1+

PRIJZEN
Producentenprijzen Industrie, tot. afzet
Producentenprijzen Industrie, verbruik
Ruilvoet, unit value (goederen)
Invoerprijzen, unit value
Invoerprijzen, excl. energie, unit value
Uitvoerprijzen, unit value
Uitvoerprijzen, excl. energie, unit value
Prijzen gezinsconsumptie (werknemers)
Regelingslonen particulier bedrijf
Regelingslonen overheid
Regelingslonen geprem. en gesub. sector
Dollarkoers, contante notering

0
-4
-1
-4
-1
1.5
1,2
-0,8
-0,3
-5

0.7
0,8
0,3
1,0
-2

Consumentenvertrouwen1′
(in %)
Koersindex voor aandelen, algemeen
Uitgesproken faillissementen

23
-15

2
-9
2

Con/unctuurtest Industrie
Bezettingsgraad
(in %)
Orderpositie
(1984=100)
Beoordeling orderpositie”
(in %}
Beoordeling voorr. eindprodukten1′ (in %}

-14
8

2
1

2

5
-1

1,3

-2,9
-7,4
2
-6
-4
-4
-4

-3,1
-8,0

-1,7
-6,5

+

-7

-5
-4
-3
2,3
2,7
3,8
3,7
-15

4
-5

7
2
-13

9
1
7

86
123
-3
4

86
123
-2
2

123
-2
2

3
2
1
3
3
14
370

2
-1
1
1
4
2
7
340

335

343

6,0
9
15
5
27
7,0
8,5
8,8

6,5
3
13
6
20
7,0
8,1
9.0

6,8
0
12
8
16
7,0
8,0
9,0

7,0
13
10
6
14
7,0
7,8
8,8

2,2
2,7
3,8

3,9
-13

-0,1
-1,7

2
+
2,3

2,4

3,1
3,8
4,3

3,1
3,8
4,3

-14

2,7

-18

+
+
+
-20

OVERIGE INDICATOREN

83

85

101

107
-6
2

Arbeidsmarkt
Aantal banen van werknemers, totaal
Landbouw en visserij
Nijverheid (excl. bouwnijverheid)
Bouwnijverheid
Handel, horeca en vervoer
Overige dienstverlening
Aantal uren uitzendkrachten
Geregistreerde werklozen3′
(x 1 000)
Geld en krediet
Spaartegoeden
Verstrekt consumptief krediet
Binnenlandse liquiditeitenmassa
Geldhoeveelheid
Secundaire liquiditeiten
Officieel wisseldisconto
Daggeldmarktrente
Rendement op staatsobligaties

(in %)
(in %)
(in %)

26
-4
86
122
-1

3

4

4

3
8
433

2
12
390

2
5
1
0
3
2
12
394

1,3
6
9
7
11
3,7
4,4
6,1

4,7
6
13
6
23
5,8
7,0
7,2

5,0
6
13
6
22
6,0
7,1
7,1

3

5
1
3

3,5
5
7
8
6
4,7
5,7
7,2

2
5
1
1

14

7
23
7,0
8,2
7,8

3

9

1006

7

0
-14
0

I++
— 1
I
I++

122
-4
5

1+
1+
B
I
1+
U+
I++

^ Saldo van positieve en negatieve antwoorden in procenten van het totaal.
Trend: procentuele jaarmutatie van het meest recente voortschrijdend 12-maands (4-kwartaals) gemiddelde.
— II: kleiner dan -5%; -I: tussen -5% en -2%; H: tussen -2% en 2%; «+: tussen 2% en 5%; U++: groter dan 5%.
3′ Driemaandsgemiddelden opgenomen onder de middelste maand. De gegevens zijn niet voor het seizoen gecorrigeerd.
•= gegevens zijn (nog) niet beschikbaar.
2)

123
-1
6

7
-9

343

II++
N++

II++
II++
7,0
8,3
9,1

7,0
8,1
9,2

I++
I++

II++
II++

Buitenlandse goederenhandel

prijsdalingen voor. Als gevolg van de ontwikkelingen voor

Met volume van de invoer van goederen was in juni 3% groter dan in juni 1989. Dit relatief lage stijgingspercentage
werd met name veroorzaakt door de sterk gedaalde import
van investeringsgoederen. De invoer van deze categorie lag

de in- en uitvoerprijzen verbeterde de ruilvoet in de maand
juni met 2%.

in juni 13% onder het niveau van juni vorig jaar. De voor
prijsveranderingen gecorrigeerde uitvoer van goederen
nam in juni met 8% toe ten opzichte van juni verleden jaar.
Opmerkelijk was het accres van de uitvoer van onbewerkte
agrarische produkten (22%) en van delfstoffen (15%).

Consumptie
Het volume van de binnenlandse consumptie door gezinnen
was in augustus 4% groter dan in de overeenkomstige

maand van 1989. De relatief hoge groei van de consumptie,
die zich vanaf het tweede kwartaal van 1989 aftekent,
wordt met het meest recente cijfer bevestigd. Van de onderscheiden consumptiecategorieen kenden in augustus de
voor prijsveranderingen gecorrigeerde uitgaven aan voedings- en genotmiddelen de hoogste groei (7%). De stijging
deed zich vooral voor bij de goederengroepen kruidenierswaren, zuivelprodukten en dranken. De bestedingen aan
duurzame goederen namen met 5% toe. Dit accres blijft
iets achter bij de eerder dit jaar gerealiseerde groeicijfers.
Hogere groeicijfers werden geregistreerd bij de goederengroepen sport- en speelgoederen, tweedehands auto’s,
juweliers- en huishoudelijke artikelen. De uitgaven aan overige goederen en diensten namen in volume met 3% toe. De

Arbeidsmarkt
Op 30 juni was het aantal banen van werknemers 110 duizend (ofwel 2,2%) groter dan een jaar eerder. Dezetoename
ligt in dezelfde orde van grootte als die in de laatste jaren
werd gemeten. Aan deze stijging hebben vooral de bedrijfstakken bank- en verzekeringswezen, zakelijke dienstverlening (36 duizend) en de handel, horeca (34 duizend)
bijgedragen. Ook in de overige (voornamelijk kwartaire)
dienstverlening (20 duizend) en in de transportbedrijven
(10 duizend) deden zich forse stijgingen voor. In de Industrie nam het aantal banen met 8 duizend toe. In de land-

bouw en bij de openbare nutsbedrijven werd een geringe
daling van het aantal banen gemeten.

De werkgelegenheid bestaat naast het aantal banen uit de
openstaande vacatures. Bind juni waren er bij bedrijven en
instellingen (exclusief de overheid, het onderwijs, de socia-

le werkplaatsen en de uitzend- en uitleenbedrijven) 125
duizend vacatures. Dat zijn er 30 duizend meer dan een jaar
eerder maar 9 duizend minder dan ultimo maart1990. Inde

Industrie stonden 30 duizend vacatures open (8 duizend
meer dan eind juni 1989), in de handel en horeca was dit

uitgaven aan drogisterij-artikelen en bij de horeca gaven

aantal 32 duizend (11 duizend meer). Het bank- en verzekeringswezen kende 16 duizend vacatures (2 duizend meer
dan eind juni 1989). Ook in de bouwnijverheid werden 16
duizend vacatures geregistreerd, hier betekende dit een

hier de hoogste groeicijfers te zien.

toename van 4 duizend. Het aantal geregistreerde werklo-

zen bedroeg in de periode juli-september 1990 gemiddeld
Prijzen

343 duizend. De recente gegevens brengen geen wijziging

Het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie nam tussen

in het beeld van een onverminderd dalende tendens op wat

midden augustus en midden September toe met 0,9%. Ten

langere termijn.

opzichte van September 1989 waren de prijzen 2,7% hoger. Na december 1984 is, bij deze laatste wijze van vergelijken, geen hoger stijgingspercentage meerwaargenomen.
In September zijn opnieuw de prijzen van autobenzines,

huisbrand- en dieselolie gestegen. Daarnaast werden
dames- en kinderkleding duurder. Verder gaven ook de
prijsindexcijfers van verse groenten een stijging te zien. In
grafiek 2 zijn de jaar-op-jaarmutaties van de prijsindex van
de gezinsconsumptie samen met die van de afzet- en verbruiksprijzen van de Industrie over een wat langere periode
weergegeven. Na prijsdalingen in het eerste kwartaal van
1988 liepen de afzet- en verbruiksprijzen in de loop van
1988 en het eerste kwartaal van 1989 eerst geleidelijk maar
later steeds sneller op. Vanaf april 1989 nam het stijgings-

tempo steeds verder af. In januari 1990 lagen de genoemde
producentenprijzen weer op hetzelfde niveau als een jaar
eerder. Tot juni 1990 daalden de prijzen met oplopende

Geld en Krediet
Op 18 oktober daalde de dollarkoers naar een nieuw histo-

risch dieptepunt (f. 1,69). In de maand September was de
gemiddelde waarde f. 1,77; dit is 20% onder de koers van
September 1989.
De korte termijnrente (daggeldmarktrente) daalde in September met 0,2%-punt, de lange termijnrente (het rende-

ment op staatsobligatie) steeg in deze maand daarentegen
verder, zij het in geringe mate (zie grafiek 4).

Bevolking
In de eerste zes maanden van dit jaar is de bevolking met 51

duizend personen toegenomen tot een aantal van 14,943
miljoen. Deze toename overtreft de groei in het eerste halfjaar van 1989 met 14 duizend. Sinds 1980 is een zo sterke
bevolkingsgroei niet meer voorgekomen. De stijging in de

steeds mindere mate. In vergelijking met de industriele af-

eerste helft van dit jaar is vooral veroorzaakt door de toegenomen aantallen immigranten uit met name Suriname en

zet- en verbruiksprijzen toonde de prijsindex van de gezinsconsumptie een veel stabieler ontwikkelingspatroon.

Turkije. Daarnaast ontstond een grotere toeloop van asielzoekers, ondermeer uit Sri Lanka, Libanon en Afghanistan.

Het prijspeil van de invoer (unit value) was in juni bijna 7%
lager dan een jaar eerder; de uitvoerprijzen (unit value) namen met ruim 4% af. Bij zowel de in- als de uitvoer deden
zich vanaf het begin van dit jaar steeds groter wordende

Mutaties hebben betrekking op de overeenkomstige periode van het voorgaand
jaar, tenzij anders vermeld.

percentages. In de laatste maanden dalen de prijzen in

Rente
In procenten (maandcijfers)

Groei aantal banen per bedrijfstak
(ultimo cijfers tweede kwartoal t.o.v. vorig joar x 1 000)
40 r
=• handel.horeco

———— • wlsseldlsconto
……….. * daggeldmarktrente

,

– – – – – rendeitent op staatsobligaties

…–/'”‘

L
= transport,
overige dienat.

I
0

N

19B8

ESB 24-10-1990

D

J

I
F

M

I

I

I
A

M

J

J

1989

A

I
S

O

I
N

I
D

J

F

M

A

M

J

J

A

S

1990

1007

Tabel 2.

Recente ontwikkelingen in het buitenland

Procentuele mutaties t.o.v. dezelfde periode het jaar daarvoor
1989

1989

1983/87 1988

gemidd.

3e kw.

4e kw.

Trend2′

1990

1990

1 e kw.

2e kw.

aug.

juli

sept.

Produktie nijyerheid,

excl. bouwnijv. (volume)
Bondsrepubliek Duitsland
Belgie

2
2

Frankrijk
Verenigd Koninkrijk
Italic

1
3
2

2
0
-2

Verenigde Staten
Japan

5
4

2
7

Europese Gemeenschap
Buitenland (gewogen) T >
Nederland

3
2
3

4

2

Produktie Industrie (volume)
2
2

Bondsrepubliek Duitsland
Belgie
Frankrijk
Verenigd Koninkrijk
Italic

6
7

4

3
1
1

2
2
-1

-2

1

1

2

2

1
3

1

4

3

7

4
4

2
5

5

5
5
4

2

5
4
5
5
4

5
4

6
10

2
6

2

Japan

5

Europese Gemeenschap
Nederland

2
3

5
5

5
4

5
5

4
5

0

3

Verenigde Staten

5
3
3
2
4

3
5

I++
11+
11+
II++
1+

2

1
1
0

6
5
7
7

4

2

1+
I++

1
4

3

I++
11+

Bron voor gegevens buitenland: Eurpstat; OESO.
1
* Het gemiddelde van de 6 belangrijkste exportlanden, gewogen met hun aandeel in de Nederlandse export in 1987.
2
‘ Trend: procentuele jaarmutatie van het meest recente voortschrijdend 12-maands (4-kwartaals| gemiddelde.
— I: kleiner dan -5%; -I: tussen -5% en -2%; I: tussen -2% en 2%; II+: tussen 2% en 5%; II++: groter dan 5%.

•= gegevens zijn (nog) niet beschikbaar.

Focus: Buitenlandse goederenhandel in heteerste
halfjaar van 1990
In het eerste halfjaar van dit jaar was het volume van de invoer van goederen 8% groter dan in de eerste zes maanden
van vorig jaar. De uitvoer steeg in deze periode met 5%. De

van de invoer van personenauto’s. In 1989 nam de invoer
van personenauto’s met 17% toe ten opzichte van 1988; in
de eerste zes maanden van dit jaar bedroeg het accres

groeicijfers over 1989 als geheel waren respectievelijk 4%

slechts 4%. Het verloop van de invoer van consumptie-

en 5%. In grafiek 5 zijn de volume-ontwikkelingen van de
buitenlandse handel weergegeven als de jaarmutaties van
het voortschrijdend vierkwartaalsgemiddelde (waarbij de
groeivoet is geplaatst in het laatste kwartaal van de betref-

goederen is opmerkelijk. In 1989 was het volume van
ge’importeerde consumptiegoederen 2% groter dan in
1988, maar in de eerste helft van 1990 is het groeipercentage opgelopen naar gemiddeld 8%.

fenede vierkwartaalsperiode). Zo bezien toonde de invoer

Het stijgingspercentage van uitgevoerde onbewerkte agra-

vanaf medio 1988 tot medio 1989 dalende groeicijfers; in
de periode daarna steeg de trendmatige groei van de import
de loop van 1989 afnemende groeicijfers waarneembaar; in

rische produkten was in de eerste zes maanden van dit jaar
het dubbele van dat van de totale uitvoer. De export van
delfstoffen (voornamelijk aardgas) lag in de eerste helft van
1990 onder het niveau van de overeenkomstige periode

de eerste helft van dit jaar stabiliseerden de groeicijfers van

van 1989. De uitvoer van fabrikaten volgde globaal de ont-

de uitvoer zich.
Bij een uitsplitsing van de invoer naar goederencategorieen

wikkeling van de totale export; binnen de categoric fabrikaten realiseerden de produktgroepen textiel en kleding en de
overige fabrikaten (onder andere wetenschappelijke en optische instrumenten) de grootste uitvoer-prestaties (onge-

weer. Bijde uitvoer zijn, bij deze wijze van vergelijken, pas in

blijkt dat in de eerste helft van dit jaar de groei van de investeringsgoederen die van het totale importvolume heeft
overtroffen, dit ondanks de sterk teruggevallen groeicijfers

veer 9% stijging).

Uitvoer van fabrikaten (volume)

In— en uitvoer van goederen (volume)

Procentuele mutatie per produktgroep

Procentuele joormutotie van het voortschrijdend 4—kwartaaisgemiddelde
10 ——————————————————————————————————————————————

Voedings-.genotmidd.

Textiel en kleding

1
111

1986

1008

1

rv

1

1
II

1
III

1987

1
IV

1

1
II

1

1
111

1988

IV

1

1
II

1989

( 7%)

O = 1989 t.o.v 1988

1
III

(33%)

Overige fabrikaten

I

(21%)

Metoalprodukten

n

( 6%)

Chemische produkten

( 4%)

Aardolieprodukten

I

(17!!}

1
1

IV

1

» = Jan t/m juni 1990 t.o.v.
Jan t/m juni 1989

II
1990

(

)= oandeel in totale uitvoer

_4

Auteur