De markt ‘verwacht’ een verrassend lage CO2-prijs van circa 55 euro in 2030 (prijspeil 2023). Deze prijs volgt uit de futureprijzen voor CO2-rechten. Dat kun je interpreteren als goed nieuws voor de kosten van de energietransitie.
Ongeveer drie op de tien hypotheekbezitters die verduurzaming wel hebben overwogen, maar niet hebben gedaan, gaven aan dat verduurzaming te duur was vanwege de kosten voor bouwmaterialen of duurzame producten, zoals een warmtepomp.
Tussen 2010 en 2022 is in vier sectoren het aandeel in de totale werkgelegenheid bijzonder sterk gestegen: energievoorziening, horeca, ICT, en verhuur en overige zakelijke diensten (met name bestaande uit de uitzendsector).
Personen tot de AOW-leeftijd, wonend in Nederland, hadden in 2022 een gemiddeld opbouwpercentage van AOW-rechten van 90,5 procent. Eind 2020 was dit percentage nog 91,8 procent. Daarmee is de gemiddelde opbouw van AOW-rechten licht afgenomen.
In 2022 moesten 335.000 huishoudens oftewel 4,4 procent van de huishoudens in Nederland rondkomen van een bedrag onder de lage-inkomensgrens, waarmee ze een risico liepen op armoede. Dat is fors minder dan de 6,3 procent in 2021.
Het aantal WW-uitkeringen bereikte halverwege vorig decennium het hoogste niveau sinds het begin van de financiële crisis in 2008. Sindsdien is het aantal fors afgenomen; diverse ontwikkelingen hebben daaraan bijgedragen.
Er zijn twaalf EU-lidstaten die op basis van hun verwachte EMU-saldo van 2023 de tekortnorm overschrijden. De Europese Commissie heeft aangekondigd in het voorjaar van 2024 de Raad van de Europese Unie te adviseren om buitensporigtekortprocedures te openen.
Het onderwijs kampt met aanzienlijke personeelstekorten, maar tegelijkertijd kent de sector een aanzienlijke stille reserve. Het tekort kan volledig worden opgelost als circa een vijfde van de stille reserve weer voltijds in het onderwijs aan de slag gaat.
De afgelopen jaren was er sprake van een toename van handelsmaatregelen die als schadelijk worden beschouwd. De relatie tussen handelsmaatregelen en geopolitieke spanningen is echter niet eenduidig: in 2023 nam het aantal maatregelen namelijk weer af.
Het Nationaal Programma Onderwijs bood scholen subsidie om opgelopen achterstanden bij leerlingen tijdens de coronaperiode in te halen. Dat heeft echter niet geleid tot meer vraag naar aanvullend onderwijs ten opzichte van vóór de pandemie. De deelname aan aanvullend onderwijs waarvoor ouders betalen is zelfs afgenomen.
Van het vierde kwartaal van 2022 tot en met het derde kwartaal van 2023 leverden de loonkosten de grootste bijdrage aan de stijging van de bbp-deflator, een maatstaf voor de ‘binnenlands gecreëerde’ inflatie.