Redactioneel
Frank Lindner
Redacteur ESB
f.lindner@sdu.nl
Oranjebitter
K
oninginnedag is net achter de rug. Het
blijft ieder jaar een opmerkelijk fenomeen. Het lijkt alsof het hele land voor
een dag deint op een kolkende oranje zee
van feestvreugde. Naast de oud-Hollandse spelletjes en de rommel van zolder die wordt uitgestald
bekwamen de verhandelende partijen zich tijdens
deze dag ook ieder jaar weer in de verkoop van bier.
Het gerstenat is welhaast te bezien als een van
de belangrijkste brandstoffen voor het uitbundige
feestgedruis. En er is een aardig zakcentje mee te
verdienen, ook al zijn de spelregels voor particulieren
recentelijk wel strenger geworden.
Een aantal jaar geleden lagen de straatprijzen van een
blikje bier tijdens Koninginnedag in de Nederlandse
binnensteden grofweg tussen de twee euro en twee
euro vijftig. De handelaren die inkopen doen bij groothandel of supermarkt zijn ongeveer tussen de 25 en
vijftig eurocent per blik kwijt. De winst per verkocht
blikje is met deze bedragen minimaal 1,50 euro en
maximaal 2,25 euro. Met een minimale inspanning
(wellicht wat benzinekosten en spierkracht) wordt er
een flinke toegevoegde waarde gecreëerd.
Geen enkele verkoper biedt zijn waar boven de dat
jaar geldende maximumprijs aan; zijn marktaandeel
zou dan immers nihil of zelfs nul zijn. De consument
die zich even op een zeer omvangrijke en laagdrempelige markt voor bier waant, loopt zonder veel
moeite door naar een volgende aanbieder waar de
blikjes binnen de prijsmarge liggen. De wetenschap
dat de overige aanbieders hun prijs zullen zetten
tussen de eerder gegeven bandbreedte zal nieuwe
toetreders waarschijnlijk niet weten te verleiden om
onder die prijs aan te bieden. Hun prijs zou kortstondig veel feestvierders aantrekken, de voorraad kan
snel verkocht raken, maar de winst per blikje bier
is lager dan bij de overige aanbieders. Bovendien
weten de nieuwe aanbieders wat de consument bereid is te betalen en zouden prijsverlagingen tot een
prijsoorlog of zelfs een race to the bottom kunnen
leiden. Daar zit geen enkele aanbieder op te wach
ten. Worden er dan ieder jaar voor deze speciale dag
nota bene zelfs door particulieren kartelafspraken
gemaakt?
Want waar bier is in Nederland, daar zijn kartelafspraken, zo leek het een paar weken geleden.
Europees Commissaris voor het mededingingsbeleid
Neelie Kroes legde de Nederlandse bierbrouwers
Heineken, Grolsch en Bavaria boetes op wegens
kartelafspraken van in totaal 274 miljoen euro. De
brouwers werden gestraft voor onderlinge afspraken
en het kunstmatig hooghouden van de bierprijs in
Nederland. Het eerder ook bij het kartel gewaande
Belgische InBev ontliep haar boete van 84 miljoen
euro omdat deze brouwer zo goed had geholpen
tijdens het onderzoek. Het onderzoek spitste zich
toe op bijenkomsten van hoge functionarissen die
gepaard gingen met codenamen en illegale afspraken in de periode 1996 tot 1999. Wat in het vat zit
verzuurt niet, moet de toezichthouder op Europees
concurrentiegebied dus gedacht hebben. Achteraf
gezien kan men zelfs spreken van een Nederlands
kartel dat niet grensoverschrijdend is geweest. Er
gaan zelfs stemmen op in Den Haag dat het daarom
een zaak is voor de NMa in plaats van de Europese
mededingingsautoriteit. In dat geval moeten de
boetegelden niet aan Brussel betaald worden, maar
vallen ze toe aan de Nederlandse overheid.
Met het opleggen van de boetes en de eis van de
Consumentenbond om de bierprijzen onmiddellijk te
verlagen om zo consumenten te compenseren voor de
geleden schade is de kous nog niet af. Heineken treft
een voorziening en deelde mee dat het bedrijfsresultaat door de boete niet beïnvloed zal worden. Voor de
kleinere brouwerijen Grolsch en Bavaria kan de sanctie harder aankomen, daar kunnen innovaties en andere activiteiten op de lange baan geschoven worden,
omdat het geld daarvoor nu ineens ontbreekt. Hoe het
ook zij, de boete moet betaald worden. Hoofddocent
retail management bij het Erasmus Food Management
Instituut in Rotterdam, Leo Kivits, verwacht dat de
bierbrouwers de boetes zullen doorberekenen aan de
consumenten. Dus in plaats van het kunstmatig hoog
houden van de bierprijs via kartelafspraken krijgt
de consument binnenkort waarschijnlijk opnieuw te
maken met hogere prijzen vanwege het toekennen
van de straffen door de Europese toezichthouder. Als
de door de brouwers voorgenomen nieuwe prijsverhogingen werkelijkheid worden, dan is het bedenkelijk
of het doel niet voorbij wordt gestreefd. In plaats van
lagere prijzen en hogere welvaart voor de consument
doet zich door het ingrijpen het tegenovergestelde
voor. En het is bitter dat de Nederlandse consument,
zoals de zaken er nu voorliggen, extra meefinanciert
aan de begroting van de EU. Het is maar goed dat de
Europese autoriteiten zich nog niet op de bierhandel
tijdens Koninginnedag hebben gestort, een grote en
vooral gezellige vrije markt, die zichzelf kan reguleren.
ESB
4 mei 2007
259