Sfeer en traditie
Kerstmis is een feest van sfeer en traditie. En dat zijn
zaken waar economen weinig verstand van hebben.
Terwijl mensen zich voorbereiden op een vrolijk, gezegend of intiem kerstfeest, zit de econoom met de
handen in het haar. Wie zaagt er nu midden in de
winter een boom af om de afgeknotte stomp in zijn
huiskamer te zetten tot alle naalden eraf gevallen
zijn?Wie trekt er nu midden in de nacht, in de koudste periode van het jaar, op uit om liederen te zingen
die de rest van het jaar nooit worden gezongen? Wie
gaat er nu uren aan tafel zitten, terwijl hij weet dat
dat een regelrechte aanslag op zijn spijsvertering is?
Dat kan toch niet corresponderen met het hoogst
bereikbare individuele nut, na zorgvuldige afweging
van alle gedragsalternatieven!
Wat iedereen weet, maar waar economen niet
aan willen, is dat menselijk gedrag meestal niet
strookt met individuele nutsmaximalisatie onder randvoorwaarden. Meer dan dertig jaar geleden al heeft
Simon uiteengezet dat ons bevattingsvermogen daarvoor tekort schiet. De rekencapaciteit van het menselijke brein is eenvoudigweg niet toereikend om de
miljoenen gedragsalternatieven te ordenen en tegen
elkaar af te wegen. Het idee alleen alom een rationele keuze te moeten maken uit die duizenden kerstballen die in de etalage liggen te glimmen! Gelukkig
hoeven we niet telkens opnieuw alles af te wegen.
Simon heeft laten zien dat we vuistregels gebruiken
om beslissingen te nemen, vaak zonder ons zelfs van
die regels bewust te zijn1. Het meeste dat we doen,
gebeurt eigenlijk zonder dat we erbij nadenken. We
handelen uit gewoonte.
Behalve dat we onze voorkeuren niet zo netjes
ordenen, jagen we ook niet uitsluitend ons eigenbelang na alsof de rest van de wereld niet bestaat. Veel
van onze beslissingen raken anderen en hun beslissingen raken ons. Als we aanzitten aan het kerstdiner, moeten we rekening houden met onze tafelgenoten. Die hebben misschien bepaald dat het
diner aanvangt, als we net over onze honger heen
zijn. De kerstsfeer zou snel weg zijn als iedereen aanviel op het tijdstip dat hem het beste schikte. We
moeten schipperen. Daarbij bevinden we ons in een
situatie van onzekerheid. Wat schaft de pot? Zijn er
misschien vegetariërs onder het gezelschap? En wat
staat ons te wachten als we ons niet aan de spelregels houden, bij voorbeeld door onaangekondigd
van het kerstdiner weg te blijven? Het analyseren van
dergelijke keuzesituaties onder onzekerheid waarbij
individuen van elkaar afuankelijk zijn, is bij uitstek
het terrein van de speltheorie. Die heeft ons geleerd
dat het rationeel is om rekening te houden met de reacties van anderen. Maar uit experimenten blijkt ook
dat individuele beslissingen in spelsituaties vaak niet
stroken met wat men op grond van nutsmaximalisatie zou verwachten.
Er is echter nog een fundamentelere kritiek op
het idee van de onafuankelijke, rationele keuze.
ESB 21/28-12-1994
Onze beslissingen voltrekken zich niet in een vacuum. Door allerlei formele en informele regels, door
wetten, tradities en gedragscodes, worden onze keuzemogelijkheden behoorlijk ingeperkt. We hoeven
het hart niet te hebben om met kerstmis te gaan vissen. We moeten erop uit om ‘s nachts te gaan zingen.
En in sommige kringen mag er ook geen televisie
worden gekeken. Deze formele en informele gedragsrestricties en de manier waarop de naleving ervan
wordt afgedwongen (beloning of dwang) vormen de
‘incentive structure’ van de samenleving. Het onderzoek naar de manier waarop deze instituties het functioneren van samenlevingen en in het bijzonder de
economische prestaties beïnvloeden, is nog maar net
begonnen. Volgens Douglas C. North, de winnaar
van de Nobelprijs voor de economie dit jaar, vormen
de maatschappelijke instituties de neerslag van een
permanent leerproces dat elke beschaving doormaakt. Instituties die hun waarde hebben bewezen,
blijven bestaan en worden van generatie op generatie doorgegeven tot ze nutteloos worden geacht. Zij
bepalen hoe samenlevingen op veranderende omstandigheden reageren, ja zelfs of beschavingen uiteindelijk overleven. De geschiedenis laat duidelijk
zien hoe bepaalde ideologieën, dogma’s, mythen en
vooroordelen de loop der gebeurtenissen hebben bepaald. Maar ook in onze eigen, moderne maatschappij bepalen gemeenschappelijke normen en waarden
hoe wij handelen, hoe de samenleving functioneert
en op nieuwe uitdagingen reageert2.
Het lijkt een grote stap van de cultuur van een
samenleving naar de besloten kring waarin het kerstfeest meestal wordt gevierd. Maar ook in die kleine
kring wordt de gang van zaken in hoge mate bepaald door gewoonten, familietradities en ongeschreven regels die standhouden zolang ze zinvol worden
geacht. Zij bepalen mede de sfeer die rond het kerstfeest hangt. Ook al weten we niet precies wat de
functie van al die symbolen is, ze verminderen onze
onzekerheid en geven ons een vertrouwd gevoel.
Zolang we daar waardering voor kunnen hebben,
is het zinvol ze te handhaven.
Misschien is ons gedrag met Kerstmis toch niet zo
irrationeel als het lijkt. Dat moet voor economen een
geruststellende gedachte zijn. Prettige dagen!
L van der Geest
1. H.A. Simon, Models of man, John Wiley & Sons, New
York,1957.
2. D.e. North, Economie performance through time, American Economie Review, jg. 84, nr. 3, juni 1984.