Ga direct naar de content

Eindhoven als centrum voor internationale hulpverlening

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: juni 10 1993

Eindhoven als centrum voor
Internationale hulpverlening
In de regio Eindhoven bevindt zich een geweldig potentieel op bet

gebied van logistiek management. Gezocht zou moeten warden naar
mogelijkheden om ditpotentieel te benutten.

De regio Eindhoven bezat al vanouds een belangrijke vervoerseconomische rol. De regio ligt op het kruispunt van de belangrijke handelswegen tussen de bisdommen Utrecht en
Luik, en tussen de rijke Hollandse gewesten en het Middenduitse gebied.
Na een stormachtige ontwikkeling,
die met name door de elektrotechnische en automobielindustrie aan de
stad is geschonken, staan deze traditionele dragers van de regionale
groei nu bloot aan de koude wind
van de wereldmarkt. Daardoor is behoefte ontstaan aan bezinning op de
toekomst en aan initiatieven die de
regio nieuwe impulsen kunnen geven. De innovatieve traditie van Eindhoven staat er borg voor dat dergelijke initiatieven van de grond kunnen
komen.
Om nieuwe mogelijkheden te creeren en benutten zijn kwaliteiten vereist. Die kwaliteiten, of het nu gaat
om beschikbare kennis, technologic,
hoogwaardige arbeid of risicokapitaal, lijken in het Eindhovense bijna
altijd voor handen.
Welke mogelijkheden zijn er in dit
gebied voor vervoerseconomische
initatieven? In dit artikel wil ik wijzen
op de kansen die de regio Eindhoven heeft op het gebied van logistiek
management ofwel goederenstroommanagement. Het is bekend, dat
meerdere regie’s zich op deze markt
willen profileren. Maar de regio Eindhoven heeft enkele unieke kenmerken, die elders niet in die mate voorkomen.

Stuwende infrastructuur
De vervoerseconomische potenties
van een regio kunnen op verschillende manieren worden bekeken. Men
kan zich richten op de vraag naar logistieke dienstverlening van het verla-

dende bedrijfsleven dat in de regio
en de onmiddellijke nabijheid is gevestigd. Uit de vraag naar logistieke
dienstverlening kan dan worden afgeleid wat de vraag naar vervoersvoorzieningen zal kunnen zijn. Zo is onlangs nog de haalbaarheid van een
railterminal te Acht beoordeeld op
grond van de in de regio in de nabije
toekomst te verwachten vraag naar
gecombineerd vervoer, zowel van civiele als militaire gebruikers. Toen is
vast komen te staan dat een samenwerking tussen militair en civiel gebruik tot de mogelijkheden behoort
en kan leiden tot voldoende draagvlak voor een rendabele exploitatie.
Als die railterminal er eenmaal is,
dan kan die voorziening ook een stuwend karakter gaan krijgen. Er kunnen dan nieuwe initiatieven ontstaan
juist omdat de railterminal er is. De
railterminal bedient dan niet alleen
maar de regio Eindhoven, maar een
veel groter gebied. Hetzelfde geldt
voor de luchthaven Eindhoven die
natuurlijk nu al een groter achterland
kent. Infrastructurele voorzieningen
kunnen aldus – en vaak binnen betrekkelijk korte tijd – een belangrijke
impuls geven aan nieuwe initiatieven
in de regio.
Een andere benadering is om niet
zozeer te kijken welke potenties aan
de ontwikkeling van de omvang van
de goederenstroom naar, door en uit
de regio verbonden zijn (de vraagkant), maar welke aanwending kan
worden gevonden voor de overschotten aan beschikbare kennis op het
gebied van het logistieke management (de aanbodkant). In een regio
waar allerlei negatieve verhalen klinken over de ontwikkeling van de
vraag naar logistieke dienstverlening,
is die laatste benadering veel interessanter. Het vinden van nieuwe aanwendingsmogelijkheden voor de be-

staande potenties kan de economische structuur van de regio wellicht
op belangwekkende wijze verbeteren. Het kan wellicht nieuwe perspectieven openen waar ook andere
bedrijfstakken in de regio van kunnen profiteren (diversificatie).

Logistieke kennis
In dit verband is van belang dat Eindhoven beschikt over een kennispotentieel op het gebied van mondiaal
logistiek management dat uniek genoemd mag worden in Europa. Die
overmaat aan logistieke kennis is onder andere te danken aan de jarenlange inspanningen van de logsitieke
opleiders van Philips. Zij hebben al
in de tijd dat in Nederland nog nauwelijks iemand sprak over logistiek
per jaar vele tientallen cursisten opgeleid in de beginselen van het logistiek management.
Ook aan de TU-Eindhoven zijn de
opleidingsmogelijkheden op dit terrein groot . De kansen om daarvan
gebruik te maken in organisaties, zoals Philips en DAF, zijn echter aan
het afnemen. Daarnaast zijn die internationaal werkende organisaties om
allerlei redenen het logistieke talent
langzamerhand aan het terugroepen
naar de thuisbasis. Internationale logistieke kennis is derhalve in het
Eindhovense ruim aanwezig. En bovendien blijkt dat deze kennis ook
onderhouden wordt.
Toen in de jaren zestig de discussie in het Rotterdamse ging over de
toelating van nieuwe bedrijven in het
Rijnmondgebied, zocht men eveneens aansluiting bij de mogelijkheden van de arbeidsmarkt. De discussie was toen echter juist omgekeerd.
Er was krapte op de arbeidsmarkt en
men zocht een criterium om die activiteiten te selecteren die een vraag
naar arbeid zouden uitlokken, welke
kwantitatief en kwalitatief aansloot
bij datgene wat beschikbaar was. In
Eindhoven en omgeving bevindt zich
wellicht al op dit moment een overmaat aan ongebruikte logistieke kennis. Door de verminderde vraag van
logistiek gezien internationaal georienteerde bedrijven ligt die kennis
voor het oprapen.
1. Naar verluidt zal die kennisvoorsprong
nog vender worden uitgebouwd door middel van het nemen van initiatieven tot het
stichten van een logistieke onderzoekschool aan de Technische Universiteit.

het leven noodzakelijke middelen.
Hulp ‘brengen’ is een belangrijke logistieke opgave.

kunnen in dit verband genoemd wor-

Logistieke opgave

Slot

zich wereldwijd bezighoudt met de

Wat staat mij nu precies voor ogen?
Indian wordt gedacht aan een witte
vloot dan is het duidelijk, dat er spra-

Het mag duidelijk zijn, dat er voor de
realisatie van het bovengenoemde logistieke initiatief nog vele stappen gezet dienen te worden. Stuwende initiatieven voorstellen is nog iets anders
dan ze verwezenlijken. Het belang-

Witte vloot
Het zou een idee kunnen zijn om
eens na te denken over de vestiging
van het logistieke commando voor
een Europese ‘witte vloot’ in Eindhoven2. Een ‘witte vloot’ behoort tot de
uitrusting van een organisatie die

inzet van logistieke hulp in gebieden

ke is van een organisatie die bestaat

die door rampen van natuurlijke aard

uit operationele hulpbiedende eenhe-

of oorlogsgeweld zijn getroffen.
Waarom is Eindhoven daarvoor een
geschikte plaats? In de eerste plaats
gaat het hierbij om de aanwezigheid
van logistieke kennis en het onderhoud daarvan. In de tweede plaats
kan de aanwezige luchtvaartinfra-

den, voer-, vaar- en vliegtuigen en
mobiele voorraden en hospitalen.
Daarenboven is er een commando-

structuur hierin een belangrijke rol
spelen. In de derde plaats lijkt ook
van de zijde van de Nederlandse

Defensie-organisatie de humanitaire
hulpverleningstaak in de wereld een
officiele status te verkrijgen.
De tijd lijkt bovendien ook vanuit
politick oogpunt rijp om op Europees niveau aandacht te vragen voor
het oprichten van een commandostructuur en een ‘witte vloot’ die logistieke hulp kunnen bieden bij humanitaire acties in gebieden die
worden getroffen door oorlogen of
natuurrampen. De tijd dat Europa

structuur die met name berekend is
op het organiseren van logistieke
diensten en eerste levensbehoeften

te zamen (lifelines) ten behoeve van
die gebieden die op de een of andere wijze zijn verstoken van een normale logistiek . Dat betekent, dat ik
denk aan een soort ‘disaster relief organisation’ onder gouvernementele
of Navo-vlag, die op verzoek van regeringen of de desbetreffende orga-

nen van de Verenigde Naties kan

tieke wereldtoneel, is voorbij. Bovendien dienen we er rekening mee te
houden dat de vraag om hulp in de
vorm van medische ondersteuning of

opereren op in principe elke plaats
in de wereld.
Een ‘witte vloot’ zelf bestaat uit
schepen en vliegtuigen die in staat
zijn om de ‘relief-taak op zich te nemen daar waar de noden geconstateerd zijn en waar de politick hulp
noodzakelijk acht. De hulp kan betrekking hebben op de behoefte aan
veiligheid (low-intensity conflict),
eerste levensbehoeften (voedsel, tijdelijk onderdak) en medische nood-

voedselhulp in de toekomst zal toe-

hulp in het betrokken gebied.

zich afzijdig kon houden van het poli-

nemen . Daar zijn meedere redenen

De commandostructuur ervan le-

den, zoals ‘Arisen zonder grenzen’
en het ‘Rode Kruis’.

rijkste is dat de regionale potenties
eens •worden bekeken vanuit het oogpunt van alternatieve aanwendingsmogelijkheden van hoogwaardige

kennis buiten de organisaties waar
die tot nu toe wordt aangewend.
Dan beschikt Eindhoven over grote
mogelijkheden.
H.B. Roos
De auteur is hoogleraar luchtvaarteconomie aan de Universiteit van Amsterdam en

hoogleraar logistiek management aan de
Erasmus Universiteit. Hij is tevens verbon-

den aan KPMG Klynveld Management Consultants.

2. De kiem daarvoor lijkt al te kunnen
worden gelegd. Een aantal civiele hulporganisaties, die met dat doel over de gehe-

le wereld werken, lijkt interesse te hebben voor vestiging in of nabij Eindhoven.

3. Zie bij voorbeeld G. Borst, Jaarrede
KMA, 1992 en ook H.P.MJaegers, Slag-

kracht en manoevreerbaarheid, Oratie,
KMA, 1992.
4. Zie bij voorbeeld daaromtrent World

development report 1991, World Bank,
Oxford University Press, 1991, biz. 254255. De wereldbevolking zal in 2025 een

voor. In de eerste plaats neemt de

vert ‘logistieke besturing’ en leidt de

wereldbevolking sterk toe en daar-

taken zowel intern alswel extern. Het

mee eveneens de afhankelijkheid

opzetten en onderhouden van lange

van de wereldbevolking van een adequaat handelssysteem dat de verdeling van voedsel voor zijn rekening

logistieke lijnen vereist een specifie-

bankrapport van 1991 (biz. 141): Het aan-

ke kennis, die in het Eindhovense in

tal burgeroorlogen is in de laatste decen-

ruime mate voorhanden is. Het denken in massale stromen goederen is
aan Eindhovense logistici ook niet

nia sinds de tweede wereldoorlog steeds

neemt . In de tweede plaats neemt

omvang hebben van 8,5 miljard mensen
tegen 5,2 miljard in 1989.

5. Zie eveneens het genoemde Wereld-

gestegen tot 29 in de periode 1980-1989.
Het aantal kan verder stijgen in de jaren
negentig (biz. 22): ‘The decline of superpowers leads to regional crises and ethnic
strife within and among countries; arms
races divert economic resources; terrorism, drugs, and poverty undermine internal security”.

het aantal gewapende lokale conflicten toe, dat de oorzaak kan zijn van
een verstoring van de reguliere logistieke voorziening van een regio . Er
is als het ware een toenemend gevaar van incidentele interrupties in
de logistieke voorziening van dichtbevolkte gebieden waar een bijna
permanente armoede heerst. Bij natuurrampen, oorlogshandelingen en

de politieke commandostructuur,
maar over het logistieke commando,
dat goed zou passen in het Eindhovense.
Een dergelijke logistiek centrum
sluit aan bij de kennisinfrastructuur,
management van de aldaar gevestig-

de orde nl. het logistiek management van
de benodigde goederen. Hieronder wordt
verstaan het organiseren van verzameling,
transport en distributie van voor het leven

andere ernstige verstoringen is een

de bedrijven en het sluit aan bij de

noodzakelijke goederen. Voor de hulpbe-

dergelijk arm gebied altijd afhanke-

voorzichtige initiatieven die op dit

lijk van externe hulp. Europa en de

moment al door de krijgsmacht, met
name de Koninklijke Luchtmacht,
worden genomen ten behoeve van

hoevenden gaat het erom dat zij zo snel
mogelijk de hulp krijgen. Bij rampen zonder geweld hangen mensenlevens af van

Verenigde Staten lijken als enigen in
staat om hulp te kunnen organiseren
in het geval er interrupties optreden
in de logistieke voorziening van voor

ESB 9-6-1993

vreemd. Let wel, ik heb het niet over

het sluit aan bij de ervaring van het

haar wereldwijde hulpverleningstaak. Maar ook andere organisaties

6. Daarmee komt een tweede begrip aan

de snelheid van de hulpacties. Bij gewelddadige rampen gaat het zowel om de snelheid als ook om de verzekering dat de
hulp ter plaatse aankomt.

Auteurs