De rente stijgt snel, de inflatie is hoog, en een recessie is niet ondenkbaar. Toch wijst de VIX, soms omschreven als ‘Wall Streets angstgraadmeter’, niet op stress in de financiële markt. Hoe kan dat?
De VIX-index meet de verwachte volatiliteit van de Amerikaanse aandelenmarkt gedurende de komende dertig dagen op basis van optieprijzen. In tijden van dalende markten, wanneer de vraag naar het afdekken van risico’s toeneemt, stijgt in principe de VIX. Een stijgende VIX wordt daardoor gezien als een indicator van een aankomende stress in de markt en een potentieel economische recessie.
De VIX staat op dit moment rond het langjarige gemiddelde (figuur), terwijl er zowel in de aandelenmarkt als in de obligatiemarkt de afgelopen periode sprake was van dramatische uitverkopen. Financiële nieuws-outlets schrijven het lage niveau van de VIX toe aan een mogelijke afname in het gebruik van dertigdaagse opties als risicoafdekking, die de basis vormen voor de VIX. Er lijkt een verschuiving plaats te vinden naar kortlopende/dagelijkse vervalopties. Een toename van de vraag naar deze kortlopende risicoafdekking pikt de VIX niet op.
Het kan natuurlijk ook zijn dat de huidige stress in de markt geen indicator is voor aankomende stress, wat gemeten wordt met de VIX. Andere indicatoren wijzen echter wel op een economische recessie. Zo is de rente op tienjaarse Amerikaanse staatsobligaties lager dan die op tweejaarsobligaties. Deze negatieve spread wijst erop dat men verwacht dat de centrale bank de rentes in de nabije toekomst gaat verlagen, mogelijk als reactie op een recessie. Ook de financiële crisis werd voorafgegaan door een negatieve spread qua staatsobligaties.
De MOVE-index, die de volatiliteit van Amerikaanse kortetermijnobligaties meet op basis van optieprijzen, onderschrijft de spread-indicator. Een verhoogde MOVE-index toont namelijk een verhoogde vraag naar risicobescherming. Hoewel dalende, staat deze index nog boven het lang-jaarlijkse gemiddelde.
Het is duidelijk dat de VIX een ander beeld geeft dan de rentecurve en de MOVE-index. Er lijkt daarom voorzichtigheid mee geboden, maar welke indicators gelijk blijken te hebben, kunnen we altijd pas achteraf meten, als de stress zich eenmaal voorgedaan heeft.
Auteur
Categorieën