Ga direct naar de content

Uit de oude doos: Hoe effectief is ons corporategovernance-systeem?

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 15 2017

“Is het gedwongen vertrek van een bestuurder goed nieuws en is er hierdoor sprake van waardecreatie? Of is het een slecht teken dat een bestuurder het veld ruimt en daalt de aandelenkoers? Die vraag is een lakmoesproef voor een goed corporate governancesysteem. (…) Aan de hand van koers- en volumereacties van aandelen op het vertrek van bestuursleden trachten we inzicht te krijgen in de effectiviteit van het Nederlandse corporate governancesysteem. (…)

Corporate governance gaat over de organisatie van (goed) ondernemingsbestuur. Hoe kunnen de beste prikkels worden georganiseerd om het topmanagement de onderneming ‘zo goed mogelijk’ te laten besturen? (…) Zeer specifiek voor het Nederlandse systeem van corporate governance zijn het structuurregime en een reeks van krachtige beschermingsconstructies, waardoor de raad van commissarissen een unieke positie heeft. (…) De raad van commissarissen heeft de wettelijke plicht erop toe te zien dat het topmanagement de onderneming bestuurt in het belang van alle belanghebbenden. Omdat bovendien de leden worden benoemd en ontslagen via het systeem van coöptatie is de raad van commissarissen een toezichthoudend orgaan dat met een grote mate van onafhankelijkheid kan opereren. Deze onafhankelijkheid wordt gecombineerd met enkele zeer belangrijke bevoegdheden, waaronder het recht om bestuurders te benoemen en te ontslaan (…)

In de literatuur [zijn] drie categorieën empirisch economisch onderzoek ontwikkeld die de relatie bestuderen tussen het ontslag van topmanagers en ondernemingsresultaten. De eerste categorie onderzoekt of het ontslag van bestuurders gerelateerd is aan de winstontwikkeling dan wel het verloop van de aandelenkoers in de voorgaande periode. (…) Een tweede categorie onderzoekt de relatie tussen het gedwongen vertrek van topmanagers en de lange termijn winstontwikkeling (…)

Onze studie valt in de derde categorie studies die de effectiviteit van corporate governancesystemen onderzoekt. Deze studies meten het effect op de aandelenkoers van de aankondiging van het (gedwongen) ontslag van topmanagers en meestal betreft dat de bestuursvoorzitter. (…) Warner, Watts en Wruck hebben gesuggereerd dat (…) er twee koerseffecten mogelijk zijn op een ontslagaankondiging (…). Beide ­effecten genereren tegengestelde koersreacties: een positief reëel effect en een negatief informatie-effect. Van een positief reëel effect is sprake wanneer het (onverwachte) ontslag in het belang van de onderneming en de aandeelhouders is, omdat een slecht functionerende manager wordt vervangen door een –naar verwachting – betere. Het negatieve informatie-effect houdt in dat de ontslagaankondiging aangeeft dat het slechter gaat met de onderneming dan tot dan toe werd aangenomen door de markt. Dit leidt tot een neerwaartse bijstelling van de verwachtingen en dus tot een koers­daling. Per geval kan het positieve reële of het negatieve informatie-effect sterker of zwakker zijn. (…)

De tegengestelde reële en informatie-effecten kunnen per saldo een niet significant koerseffect opleveren, maar beide type reacties leveren wel hogere aandelenomzetten op. Deze (…) hogere omzetten worden veroorzaakt door twee verschillende groepen beleggers. De ene groep apprecieert met name het reële effect, wat duidt op effectieve corporate governance. De andere groep reageert vooral op het informatie-effect. We hebben daarom een internationaal niet eerder uitgevoerde studie gedaan naar zowel de koersreacties als de effecten op de ­handelsvolumes bij de aankondiging van het (gedwongen) ontslag van topmanagers in Nederland. (…)

[Er] kan vastgesteld worden dat [sinds 2000] het – door commissaris­sen – afgedwongen ontslag van topmanagers doorgaans een juiste ­beslissing is.”

Cools, K. en C.M. van Praag (2003) Hoe effectief is ons corporate ­gover­nancesysteem? ESB, 88(4403), 220-223.

Auteur

Categorieën