Sterke verhalen
“Don’t go to Detroit”, zei Charly Brown in Ann Arbor, een half uur rijden van Motortown. Charly zei
dat de binnenstad op een oorlogszone leek, verlaten, verloederd, de sporen van oude rassenrellen
nog zichtbaar en levensgevaarlijk voor een bleekscheet-intellectueel “as yourself’ om er te lopen.
Mijn interesse was definitief gewekt.
Een reisbureau bleek een tour te organiseren die
‘Best of Detroit’ heette en drie uur duurde. Die lange duur was te wijten aan de enorme afstanden tussen het handjevol bezienswaardigheden. De chauffeur van het minibusje pikte mensen op van een
vijftal hotels, reed hen door de stad en zette hen
weer af. Als ik mij om twee uur in de lobby van het
hotel waar Madonna normaal verbleef zou melden,
kon ik mee. ‘s Maandags vertelde ik Charly wat ik
had gezien. De villa van lacocca, het Renaissance
Center door de familie Ford aan de stad geschonken, het Ford hospitaal en het hoofdkantoor van General Motors. Op weg naar deze hoogtepunten was
de chauffeur met grote spoed door schijnbaar zwaar
gebombardeerde stadswijken gereden met alleen
dichtgetimmerde huizen en zwartgeblakerde flatgebouwen waartussen mensen schimmig en donker
langs de muren schoven.
Sterker verhaal
Ik vertelde Charly van het Nederlandse woonbeleid,
van echte oorlogsverwoestingen en van een snelgroeiende bevolking achter de dijken, van ingrijpende en gedetailleerde overheidsbemoeienis, van
steeds dezelfde wijken met steeds dezelfde doorzonwoningen. Ik had het over studenten die geen kamers konden vinden en beschreef de gevechten tussen de ME en de krakers die ik op tv had gezien. En
dan was er het groene hart van Holland, met eindeloos weiland waar koeien meer ruimte hebben om
te grazen dan Randstadbewoners in nun flat om te
leven. Overbodige koeien die overbodige melk geven waar we dan boter van maken voor de boterberg.
Charly is econoom en mijn verhalen over de ellendig lange wachtrijen op de gesubsidieerde markt,
over het handig bespelen van het puntensysteem en
de macht van de woningbureaucraten kon hij makkelijk volgen. Hij knikte enthousiast mee want hij
herkende in mijn beschrijving bekende stof uit Economics 100. In economische tekstboeken is de parabel van de goedbedoelende overheid die door in te
grijpen op de woningmarkt een blijvend tekort aan
woonruimte veroorzaakt, het favoriete voorbeeld
van hoe het niet moet.
Charly raakte echter de draad kwijt toen ik hem vertelde dat een Nederlander zich niet altijd vrijelijk in
de gemeente van zijn keuze kan vestigen maar
eerst moet bewijzen dat hij daar ‘economisch gebonden’ is. Het zal wel aan mij gelegen hebben
want ik had niet zo gauw een goede vertaling voor
‘economisch gebonden’ en Charly maakte mij zenuwachtig omdat hij plotseling onzeker werd over
zijn topologische kennis. Nederland ligt toch in
West-Europa vroeg hij hoopvol. Het is natuurlijk
een te sterk verhaal om te vertellen in een land
waar verhuizen onderdeel van de nationale cultuur
ESB 9-10-1991
Sterker nog
De belangstelling voor fietsen neemt
hand over hand toe in de VS. Het
wordt erg serieus genomen en alleen de duurste racefietsen en city
bikes zijn goed genoeg. Alle fietsers
dragen een buitenaardse aerodynamische helm zoals in de Tour de
France alleen door renners van rijke
ploegen in tijdritten wordt opgeschroefd. Automobilisten schrokken
van dit buitenaardse verkeer op hun
weg en waren niet bereid hun monopoliepositie zo maar op te geven.
Wijze gemeentebesturen besloten
dan ook aan weerszijden van de
weg stippellijnen te tekenen en tussen die stippellijnen schreven ze in
niet mis te verstane woorden ‘cycle
J.J.M. Tbeeuwes
path’. Zo ook de gemeente Gainesville in Florida.
Wanneer de gemeente bloklettert dat iets een ‘cycle
path’ is dan is dat niet zomaar een pad om op te fietsen maar voor de legalistisch ingestelde Amerikanen
is dat ook een pad waarvoor de gemeente een garantie heeft afgegeven dat de burger er veilig kan fietsen.
Stippellijnen bieden echter onvoldoende bescherming en nog steeds werden fietser aangereden. Met
hun kapotte fietsen, hun geblutste knieen en hun gemiste fietsgenoegens sleepten de omvergereden fietsers de gemeente Gainesville voor de rechtbank.
In het Amerikaanse juridische systeem zijn speciaal
prikkels ingebouwd om zoveel mogelijk schadevergoeding binnen te halen. Ten eerste ligt de aansprakelijkheid voor welke schade dan ook altijd bij een
ander. Dus elk slachtoffer heeft een ruime keuze
aan instanties om te vervolgen. Ten tweede werkt
het jurysysteem meestal in het voordeel van het
slachtoffer. In een jurysysteem beslissen gewone
mensen hoeveel het grote bedrijf of de machtige
overheid moet betalen aan een ander gewoon
mens. En last but not least: Amerikaanse advocaten
werken voor een percentage van de uitgekeerde
schadevergoeding. Er is berekend dat minder dan
de helft van het bedrag dat toegekend wordt bij het
slachtoffer terechtkomt. Is het dan te verbazen dat
advocaten mensen op straat aanspreken en vragen
of ze niets te vervolgen hebben?
De stad werd door de rechter in het ongelijk gesteld. Sindsdien zijn in Gainesville de woorden ‘cycle path’ ondergeschilderd, alleen maar stippellijnen
zijn gebleven.
Allersterkst
“Charly, did I already tell you about the Dutch Double-U-EE-OO system, the Dutch disability law? We
have almost one million disabled now”
npppic
“The size of the population? Roughly ten million in
the relevant age group.”
“!!!”
“Yeah, that is one out of ten. And we are going for
broke, we ain’t gonna stop before we get ten out of
ten.”
“Are you sure?’
“Cocksure.”
1003