Voor de definitie van de werkloosheid volgt het CBS de richtlijnen van de internationale arbeidsorganisatie (ILO). Volgens die richtlijnen is een werkloze een persoon zonder baan die in de afgelopen vier weken naar werk heeft gezocht en direct beschikbaar is.
De begrippen ‘werkloosheid’ en ‘WW’ worden vaak door elkaar gebruikt. Werkloosheid en het ontvangen van een werkloosheidsuitkering vallen echter niet noodzakelijkerwijs samen: in 2014 hadden twee op de drie werklozen geen WW-uitkering.
Voorbeelden van werklozen die geen WW-uitkering ontvangen zijn jongeren die tijdens of na hun opleiding op zoek gaan naar werk en andere werkzoekenden die nog niet eerder werkten om voldoende WW-rechten te hebben opgebouwd. Een andere mogelijkheid is dat iemand werkloos is terwijl de WW-uitkering is verlopen doordat de maximale WW-duur is bereikt. Daarnaast hebben personen die werkzaam waren als zelfstandige of als freelancer, of werknemers die verwijtbaar ontslag kregen of op eigen initiatief ontslag hebben genomen geen recht op een WW-uitkering.
In 2014 hadden van de 660.000 werklozen er 438.000 geen WW-uitkering. Onder hen zijn naar verhouding veel jongeren van 15 tot 25 jaar. Van de totale hoeveelheid werklozen is 27 procent jongere, maar van de werklozen zonder WW is dat 40 procent. Voor de twee hoogste leeftijdsgroepen draait het beeld. Het aandeel 45- tot 55-jarigen en 55-plussers onder alle werklozen (19 respectievelijk 18 procent) is groter dan onder de werklozen zonder WW-uitkering (15 respectievelijk 12 procent).
Werklozen zonder WW-uitkering kunnen overigens wel nog een andere uitkering ontvangen. Bijna 100.000 personen hadden wel een bijstandsuitkering en 30.000 een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Wat rest zijn bijna 300.000 werklozen die helemaal geen uitkering ontvangen.
Auteur
Categorieën