Ga direct naar de content

Met nationale economiedebat

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juni 12 1991

Met nationale economiedebat
“…. the ideas of economists and political philosophers, both when they are right and when they are
wrong, are more powerful than is commonly understood. Indeed the world is ruled by little else. (…)
I am sure that the power of vested interests is vastly
exaggerated compared with the gradual encroachment of ideas. Not, indeed, immediately but after a
certain interval; for in the field of economic and political philosophy there are not many who are influenced by new theories after they are twenty-five or
thirty years of age, so that the ideas which civil servants and politicians and even agitators apply to current events are not likely to be the newest. But,
soon or late, it is ideas, not vested interests, which
are dangerous for good or evil”1.
Er lijkt niet veel veranderd sinds J.M. Keynes de slotzinnen van zijn General theory schreef (1936). Velen
hebben het gevoel dat ons politieke en economische bestel is blijven steken in verouderde denkpatronen, terwijl de wereld om ons heen in hoog
tempo verandert. De internationale politieke verschuivingen, de technologische ontwikkeling, de internationalisering van de economic, de organisatie
van het arbeidsbestel, de zorg voor het milieu en andere actuele maatschappelijke ontwikkelingen stellen ons voor uitdagingen die nieuwe manieren van
denken vereisen.
Neem de internationalisering van de economic. Terwijl de economische betrekkingen de landsgrenzen
allang zijn overstegen, is de politieke besluitvorming nog altijd in hoge mate nationaal georienteerd
en georganiseerd. Twaalf Europese landen hebben
zich weliswaar verenigd tot een Europese Gemeenschap die grote economische en politieke voordelen
belooft, maar omdat de burgers en politic! in de
deelnemende lidstaten nog sterk nationaal zijn blijven denken, worden de politieke verantwoordelijkheden in onvoldoende mate naar Gemeenschapsniveau overgeheveld. De beoogde voordelen worden
daardoor maar zeer ten dele bereikt. Waar wel verantwoordelijkheden zijn overgeheveld, ontbreekt
een effectieve democratische controle omdat het politieke integratieproces de economische ontwikkeling niet heeft kunnen bijhouden.
De technologische ontwikkeling biedt andere voorbeelden. Huppes beschrijft in deze ESB hoe de unieke mogelijkheden voor produkt- en procesinnovatie
die dank zij de vooruitgang van de informatietechnologie binnen bereik zijn gekomen, vaak onvoldoende worden benut omdat men aan verouderde
organisatieconcepten vasthoudt. De technologische
innovatie is in veel gevallen niet gepaard gegaan
met het afzweren van het traditionele bureaucratische organisatiemodel, waardoor de geweldige informatievoordelen die de nieuwe techniek biedt,
niet tot hun recht komen. Ook allerlei maatschappelijke toepassingen van telematica, bij voorbeeld om
knelpunten op het gebied van het verkeer en vervoer, het milieu, de veiligheid e.d. weg te nemen,
komen niet of moeizaam van de grond, omdat het
menselijke organisatievermogen het tempo van de
technische ontwikkeling niet bijhoudt.

ESB 12-6-1991

Zie ook de inrichting van het arbeidsbestel. Waarom
lukt het niet om oplossingen te vinden voor het probleem van de hardnekkige werkloosheid en de lage
arbeidsparticipatiegraad, terwijl er een enorme maatschappelijke behoefte aan laaggeschoolde arbeid is?
Talloze voorstellen voor arbeidsdeling, arbeidsloos
inkomen e.d. zijn geopperd en vervolgens naar de
prullebak verwezen. Vanuit de gangbare opvattingen over arbeid, financiering en beloning misschien
terecht, maar daarmee is het maatschappelijke probleem niet opgelost.
Ook onze economische en politieke instituties vormen de weerslag van een voorbij tijdperk. Het tripartiete overlegmodel zoals dat in Nederland functioneert weerspiegelt nog altijd de corporatistische
opzet die in de jaren vijftig en zestig effectief was.
Maar inmiddels zijn de maatschappelijke verhoudingen en omstandigheden veranderd. De individualisering en ontideologisering hebben, aldus Van Mierlo
in deze ESB, de verzuilde structuur tot een leeg karkas gemaakt. Wellicht is de tijd rijp voor een fundamentele vernieuwing van de economische en politieke instituties die met elkaar de overlegeconomie
vormgeven.
Ook op het terrein van het milieu is een nieuw denken nodig. De inrichting van de economic als een
stelsel van markten die in onderlinge samenhang de
economische allocatie bepalen, heeft op milieugebied tot zeer schadelijke en zelfs onhoudbare situaties geleid. Toen milieugoederen, zoals schoon water, frisse lucht, onvervuilde bodem en stilte, nog in
overvloed aanwezig waren, was het feit dat er voor
deze goederen geen markt en geen prijs was niet bezwaarlijk. Maar helaas ligt die tijd achter ons. Voor
het incorporeren van de ‘ongeprijsde schaarste’ in
het economische afwegingsproces zijn echter nog altijd geen toereikende oplossingen gevonden.
Zo zijn er tal van maatschappelijke ontwikkelingen
die het noodzakelijk maken de traditionele, orthodoxe benaderingen los te laten en het economische en
politieke denken op een nieuwe leest te schoeien.
Daarvoor is een mentale ommezwaai nodig. En die
komt alleen tot stand komen als er een fundamentele bereidheid bestaat om de oude, vertrouwde discussiekaders te doorbreken en nieuwe ideeen een
kans te geven. Het nationale economiedebat is een
initiatief om nieuwe ideeen uit te lokken en ze een
serieuze bespreking te geven. Om de gedachtenvorming te stimuleren vindt u in deze ESB alvast wat
prikkelende bijdragen. Het nationale economiedebat wordt voorafgegaan door een enquete die u in
deze ESB (en in andere media) aantreft. Zij is bedoeld als een eerste inventarisatie van wat men als
de belangrijkste knelpunten van de Nederlandse
economic ervaart. Als de resultaten bekend zijn,
moet de discussie loskomen. Inzet is de economische vernieuwing van Nederland.
L. van der Geest
l.J.M. Keynes, The general theory of employment, interest
and money, Londen, 1936, editie 1973, biz. 383-384.

585 ‘ 1

Auteur