Vandaag is een economische analyse van mij en Lans Bovenberg in de ESB verschenen over het wandelgangenakkoord. Zie hier. De coalitie van partijen van VVD-CDA-D66-GroenLinks-ChristenUnie neemt het niet altijd even nauw met de economische logica. Daarnaast worden sommige zaken wat te mooi voorgesteld. Hieronder de meest pikante voorbeelden. Dit staat overigens los van een aantal goede voorstellen, bijvoorbeeld in de arbeidsmarkt.
Dubbeltellingen
Als eerste, het begint een beetje de gewoonte te worden van de Minister van Financiën om de boekhouding toch wat mooier voor te stellen dan die in werkelijkheid is. Eerst kwam hij met zogenaamd 18 miljard aan bezuinigingen. Dat waren er maar 9, zie hieronder. Nu worden allerlei bedragen dubbel geteld: de AOW-leeftijdverhoging, de besparing op de pensioensubsidies en de koppeling aan de levensverwachting. Die posten zaten al in het pensioenakkoord. Daarmee is maar liefst 3,7 miljard euro gemoeid en die besparing wordt nog een keer in de boeken geschreven.
Driekwart lastenverzwaring, een kwart bezuinigen
De structurele verbetering van het begrotingssaldo bedraagt 10½ miljard euro. Daarvan is naar onze inschatting maar liefst 8 miljard euro lastenverzwaring. Oftewel, meer dan driekwart van de structurele verbetering van het begrotingssaldo wordt bereikt met lastenverzwaringen. Dat is een saillante uitkomst gezien de deelname van VVD, CDA en D66 aan het akkoord. Al die partijen zeiden in de afgelopen verkiezingscampagne dat de lasten niet verhoogd moesten worden. Deze partijen zijn ‘gedraaid’, zoals dat inmiddels in Haags jargon heet. En, ze zijn doof gebleken voor waarschuwingen van het CPB en het IMF dat fors hogere belastingen in een recessie bepaald niet zo’n verstandig idee zijn.
Meer lastenverzwaring dan bezuinigingen onder Rutte
Rutte sprak bij het aantreden van zijn inmiddels demissionair geworden regering van een ‘lastenverlichtend kabinet’, ook al verzwaarde het kabinet de lasten met 6 miljard euro, naast zo’n 9 miljard aan bezuinigingen. 3 miljard sprokkelden ze vervolgens van de Balkenende-IV mee, om zo op die infameuze 18 miljard uit te komen. Aan het einde van de rit zal Rutte de belastingen meer hebben verzwaard dan dat hij heeft bezuinigd. Mijn inschatting van de eindstand in 2015: circa 14 miljard lastenverzwaringen tegenover ongeveer 11 miljard euro bezuinigingen.
Vrijwel alle belangrijke bezuinigingen nog niet ingevuld
Daarnaast worden de schamele 2½ miljard aan structurele bezuinigingen bereikt met zaken waarover eigenlijk nog geen duidelijkheid bestaat: bezuinigingen van circa 2½ miljard op de zorg en het overheidsapparaat. Daarover wordt nu nog onderhandeld. De wel ingevulde bezuinigingen (circa 1 miljard) slaan min of meer uit tegen het terugdraaien van diverse bezuinigingen van regering Rutte.
Verschuiving belasting van arbeid naar consumptie trukendoos
De verhoging van de btw en de verlaging van de inkomstenbelasting is eigenlijk een trukendoos om eenmalig de belastingen te verhogen, met name in 2013. Zo kan binnen de lijntjes van 3 procent begrotingstekort worden gekleurd. De btw-verhoging wordt geleidelijk teruggegeven in een lagere inkomstenbelasting. Maco-economisch bezien is dit allemaal onverstandig: maximale economische schade op korte termijn, minimaal structureel budgettair resultaat.
Vergroening?
De belastingoperatie met de btw wordt ons door sommigen zelfs verkocht als een milieumaatregel, bijvoorbeeld bij GroenLinks hebben ze daar een handje van. Maar het is incorrect te denken dat de belastingverschuiving van arbeid naar consumptie leidt tot een beter milieu. De belastingen worden alleen maar ‘groener’ als vervuilende goederen relatief zwaarder worden belast (of minder vervuilende goederen lichter). Dat gebeurt overigens wel met het verhogen van de accijnzen op milieubelastende goederen met zo’n 890 miljoen (rode diesel, kolen, gas, leidingwater, etc). Maar dat gebeurt niet met de inkomstenbelasting-btw-verschuiving. De relatieve prijzen van vervuilende goederen (in termen van schone) veranderen dan niet aangezien noch de btw, noch de inkomstenbelasting afhangen van de consumptie van vervuilende goederen.
Arbeid aantrekkelijker?
Tot slot, het is een illusie om de belastingverschuiving van de inkomstenbelasting naar de btw te verkopen als een maatregel om de arbeidsmarkt beter te laten werken zolang de inkomensverschillen tussen werkenden en niet-werkenden niet toenemen. De uitkeringsgerechtigden en de gepensioneerden profiteren niet (of in mindere mate) van de lagere inkomstenbelasting, maar gaan wel meer btw betalen. Ongetwijfeld zijn er partijen in de coalitie die geen Catshuisscenario willen: de koopkracht van uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden op drie à vier procent in de min door de btw-verhoging. Die inkomenseffecten zullen worden gerepareerd met een potje van 1 à 1½ miljard dat nog ergens schijnt te staan. Het is ook goed denkbaar dat dit potje er niet is en dat de grens van 3 procent begrotingstekort alsnog zal worden overschreden. Hoe dan ook, als de inactieven er evenveel op achteruit gaan als de werkenden, wordt het verschil tussen werken en niet-werken niet groter. De hele belastingverschuiving maakt dan werken niet aantrekkelijker en de winst in de arbeidsmarkt is dan nul. Als er wel winst is in de arbeidsmarkt, dan komt alleen omdat de inactieven meer en de actieven minder belasting betalen. Het is dan voorspelbaar hoe SP, PVV en PvdA hierop zullen reageren.
Auteur
Categorieën