Jrg. 6, editie 275

6 APRIL 191

A UTEURSBECHT VOORBEHOUDEN.

Ec
–
onomisch~St
‘
atistische

Beri*chten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

6
JAARGANG

WOENSDAG 6 APRIL 1921

No. 275

INHOUD

Biz.
WERKLOOSHEID
door
Ir.
R.
A.
Verweij

…………….
299
Het Ontwerp-Procesrecht 1920 en de,wraking van Scheids-
rechters II door
Mr. A. J. Verstegen…………….
301
De Dividend- en Tantièmebelasting en de Uitdeeling van
agio op Aandeelen door
J. P. Croin

…………….
304 AANTEEKENING
De Assurantiemarkt in 1920

…………………..
307
INGEZONDEN STUKKEN:
Ontginning van Aardolievelden in Nederlandsch-Indië
III door
Dr.
J. Rueb

……………………..
308
MAANDCIJFERS:
Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam

…………
308
Handelsbeweging over de maand Februari 1921 ……
309

Geldkoersen.
Effectenbeurzen.
STATISTIEKEN
EN
OVERZICHTEN
……. ………..
310-317

Wisselkoersen.

1

Goederenhandel.
Bankstaten.
Verkeerswezen.

INSTITUUT

VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

Algemeen Secretaris: Mr.
G. W.
J. Bruins.
A88istent-RedaCteur voor het weekbLad: D. J. Wansink.

Secretariaat: Pieter de Hooghweg 12, Rotterdam.
Aangeteekende stukiien: Bijkantoor Ruige Plaatweg 37.
Telef. Nr. 3000. Tele gr.adres: Econômisch Instituut.
Postcheque en girorekening Rotterdam No. 8408.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland f
20,—.
Buitenland en Koloniün f 2,50
per jaar. Losse nummers 50 cents.

Leden en donateurs van het Instituut ontvangen
het weekblad gratis.

De verdere publicatiès van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonn.é’s, leden en donateurs kosteloos,
voor zoover daaromtrent niet anders wordt beslist.

Advertentiën f 0.50 per regel. Plaatsing
bij
abonne-
ment volgens tarief. Administratie van abon’n.ementen
en advertenties: Nijgh & van Ditmar’s Uit gevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam,
‘S-
Gravenhage.

4 APRIL 1921..

In verband
niet
de maandawtisselinig ging ‘de licbte

ontspanning van de geldimar!kt der vorige benicibjts-

week wieder spoedig verloren. De meeste dagen was

particulier disconto niet of siedhrts rear moeilijk te

plaatsen en prolonigatiegeld noteerde heijhaaldelijk

weder 5 pOt. Ook van caligeld was er slechts gering

aanbod, noedat de niaandswiiisseling weder alleszins

moeilijk was, zonideir dait ‘cle geldvraag echter steeg

toVde hoogte van den Maart-termijn.

*

* *

De wi sselmai’kt was ook na de feestdagen weder
vrij stijl. In de koersen kwamen slechts weinig ver-

anderinigan; er was ecihrte,r een verdealinig in twee

groepen op te merken. Aan de eene zijde stonden

de wissels op het vaistieland van Europa, diie eerder

vast gestemd waren, aan de andere zij cl Amerika,

Engeland, Indië
ets.,
die alle, waarschijnlijk iii ver-

band met de gouideudiingen van de Nederlandsche
Bank naar New York, meer of minider sterk waren

aangeboden. Vooral Baitavia was zeer flauw, 96% en

lager verkrijgbaar. Opmerkelijk was, dat tevens een

eind kwam aan de g’astadige rijzing van Stockholm,
welke koers, aangezien in de laatste weken van daar

eveneens veel gond naar Amerika was verzonden, was

opge,loo.pen tot ca. 68,—.

LONDEN, 2 APRIL 1921.

Bijzondere krapheid belieerachtte de galcimarkt in

de afgeloopen week en op Zaterdag en Dinsdag j.l.

wenden zeer balang’rijke bedragen door de Bank van

Engeland uitgeleend. Door ‘de groots inschrijvingen

op de nieue schatkiatwissels van dan kan,t van de

banken werd de toestainid geaccentueerd, doch tegen

het einde van ide week itr
,
adYeël verbetering in, wegens

de ‘betaling ‘van plus m.inus dertig xnillioen pond

intrest door de Regeening. De markt is echter nog

niet gemaikkelijk. Hernieuwirtg van daggeild voind

plaats tegan – in ‘doorsnee – 534 p0., terwijl voor

nieuw geld meest van 634 tot 7 pOt. bedongen werd,

alhoewel dit op Vrijdag tot 534 pOt. verlaagd is ge-

worden. Zevendaatgsgeld kostte tussc±en 534 en 6 pOt.

In de ‘discontomanikt viel iets nieer besstegiinig te be-

speuren en prijzen daalden vandaag. Gemiddelde cij-

fers waren: voor twee-maaudspaipiierr 57
,4 pOt., drie-

ën ‘vier-irnaands 634 pOt tot 6/i6 en zes-imaanids 6 pOt.

tot
57,4
pOt.

WERKLOOSHEID.

Niet volledig, niet dan schetsniatig, kunnen in
slechts kort bestek, diagnose en geneesmiddelen van
de huidige werkloosheid worden aangeduid.

In de meeste plaatsen, in de meeste bedrijven, ver-
toont de mate van weridoosheid een op en nader golvend beeld. Het is normaal, dat de golven het
hoogst zijn in den winter, die steeds de bedrijvigheid
in ‘huizenbouw, landbouw, tuinbouw, veenbedrijf, bin-
nenscheepvaart, ‘visscherij remt.

Het in’dexcijfer ‘van de werkloosheid (de verhou-
ding in percenten tusschen het werkelijk aantal dagen
werkloosheid per week en het totaal aantal dagen
gedurende welke alle personen, van wie de werkloos-
heid is nagegaan, ten hoogste in een week werkloos
hadden kunnen zijn) was

in

Januari

Juli
1913

7.5

3.6
1914

10.4

7.4
1915

20.3

11.1
1916

8.4

4.1
1917

7.1

5.0

300

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 April 1921

in

Januari

Juli
1918

9.7

8.3

1919

12.2

6.1

1920

8.7

4.2
1
)

(Reeds deze cijfers schijnen voldoende ‘om aan het
wankelen te brengen de voor overtuiging v.atbaren,

zoowel onder !die brave burgers die meenen, dat werk-

loosheid als regel aan eigen schuld te wijten is, als
onder die enthousiaste Neo-Marxiste.n, die ‘het kapita-

listische productiestelsel mede van werkloosheid we

gens ‘vorst de oorzaak achten).

En in deze wintermaanden waarin ‘de natuur al tot

betrekkelijk groote werkloosheid doemt, werkten thans

verschillende economische, meeren’deels sterk en on-
gunstig door ‘den oorlog beïnvloede ‘oorzaken samen

om ide golven op te stuwen tot ‘angstwekkende hogte.
Een hoogte echter, die ‘eerder wel ‘overtroffen werd.

Ofschoon liet indexcijfer ‘over Janu’ari 1921 nog niet

bekend is, is reed’s wel heken’d dat in Januari 1919

meer werkzoelen’dep
bij ‘de arbeidsbeurzen w
d aren in-

geschreven an in Januari’ 1921.
2)
Ook voor Fe-

bruari 1921 en 1919 gold dit. Toch waren op 28

Februpri.1921 alleen ‘mde gemeenten met meer dan
10.000 inwoners en alleen van personen boven 18 jaar
meer ‘dan 50.000 werkzoekenden ingeschreven.

De langdurige mobilisatie oefende op de geschoold-heid van onze ‘arbei’ders ,een ongunstigen invloed uit.
Mede hierdoor wordt verklaarbaar hoe b.v. in het

bouwbedrijf (dat om arbeidskrachten, roept, dat meer

geschoolde metselaars, stucadoors en timmerlieden

noodig heeft dan onder de Nederlanders beschikbaar

zijn)
o&K
buiten het winterseizoen nog vrij omvang-

rijke werkloosheid. heersciit. Tot de werkloosheid’

onder grondwerkers ‘draagt ‘de moderne verwerktui-
gelijking van groots grondwerken bij.

Ernstiger is de algemeene verarming van de we-
reld, die haar invloed ‘het ,duid’elij kat in de diamant-
industrie doet gevoelen. Het indexc&jfer is hier thans

tot boven 80 gestegen.

Dee’s om dezelfde reden lijdt ook de sigwrenin-
du’strie sinds .geruimen tijd aan overniatige werk-

loosheid.
Een derde, belangrijke, oorzaak is gelegen in de

desorganisatie van vele valuta’s, in het bijzonder van
de Duitsche. Een ‘van de eerste gevolgen. ‘van de
waardedaling van de mark was, idat de in deze munt-

eenheid üitbetaalde loonen aan de vele langs’ onze
oostgrens in Nederland ‘wonende, in Duitsc’hland wer-
kende arbeiders vpor een bestaan ‘in Nederland ntoe-
reikend werden, dus geen prikkel tot werken meer
vormden. Waar ‘tewerkstelling in Nederland niet mo-

gelijk bleek, ‘vormde de ,,markenbijslag” op de bonen

het p’alliatief.
Algemeener is de n’aid’ecliige invloed van die valuta-
daling in vele landen op onze capaciteit tot concur-

rentie, niet slechts op de wereldmarkt, maar ook in
eigen land. Een invloed, die versterkt werd door de
omstandigheid, dat het levenspeil in de landen met
gedeprecieerde valuta in het :algemen ‘laag is.. Ter-

wijl hier de vergâediingen van arbeiders, tusschenhan-
laren ‘(voor eenzelfde sigarensoort steeg ‘de wiiike-

liersvergoeding van
f
9 tot
f
32 per duizend) en on-

derniemers rveelal sterk zijn toegenqmen.
Vooral in ‘de ‘laatste maanden is van een en ander
werkloosheid het gevolg. Niet ‘aanstonds waren de
bttiten.lanidsche fabrikanten in taat volledig gebruik
uit hun voordeel te trekken; ‘aanvankelijk ook ‘had
men hier meer werk aan loopende bestellingen, aan

het maken van voorraden. In den laatsten tijd is er als oorzaak ‘van werkloos-
heid de onzekerheid van ‘de prijzen bijgekomen; de
on
d
ern
emers, aan wie ‘de, grondslagen van calculatie

ontvielen, vreesden te ondernemen.

Deze en sommige der verdere gegevens zijn, geput uit
het Maandschrift van het. Centraal Bureau voor de Sta-
tistiek. Rede van Ivlinister Aalberse in de Tweede Kamer op
15
Februari
1921.

De lioege prijs van industriekolen (in liet nieuwe
jaar sterk gedaald), de concurrentie van d& huisin-

dustrie, de invoering van de nieuwe Arbeidswet (die
soms toe- soms ‘afneming van werkloosheid veroor-aakte), de kosten van de invaliditeitsverzekering en
andere sociale iiaatregelen, de neiging van sommige
werkgevers om door een soort uitsluiting de arbei-

dersloonen te druk’ken, ,dramping worden verder ge-

noemd als oorzaken van de crisis.

In de textielnijverheid wies de vloed’ in November

nien’deroogen. Geheele werkloosheid’ kwam hiei n’o

weinig vobr; ‘meestal lieten ‘de fabrieken slechts ge

durende’ een deel van de week werken.

Met de textiielnijverheid vertoonden de schoen- en
lederinidustrie en de confectiefabrâca,ge gelijkenis.
Van ‘de fabriekmatige bedrijven, waarin ide toe-

stanid betrekkelijk ‘slecht is, noem ik hier noge

meeste glasfabrieken, ‘de papierfabrieken, stroocar-
tonfaibrieken, car’tonnagefabrieken, vlasserjen, zink-
en riin,kwitfabriekei, zeepfabr,ieken, ‘kaarsenfabrieken,

fabrieken voor massa-productie van meubels, edelme-

taalfabr,ieken, rijstpellerjen, sommige cacao- en cho-

coladefabriieken.
Door de slapte in de fabriok’mati’ge ‘bedrijven, en

in sommige plaatsen door het verleggen van handels-

wegen, werd het transportbedrijf ongunstig beïn-

vloed.
De werkloosheid in de ‘visscherij, ‘vooral de Zui’der-

zeevisseherij is zeer groot.
In vele takken van land- en tuinbq,uw is reeds lang
slapte ingeitreclen; voor ontginiiingesi ‘zijn particu-

lieren in het algemeen beducht.
Door oorlogsoms’tand igheden opgeschroef’de indu-

.strieën, zooais de bruinkool-exploitatie en het ‘veen-

bedrijf, vallen tot lager peil terug.
T.z.it. zal het interessant zijn, voor deze bedrijven

de werkloo,sheidsstatistiak en de failiissemeuitsstatis-
tdek te vergelijken.

Thins iets over de therapie.
De oude, maar niet altijd geëerde moeder van alle
soeiale maatregelen: de arme,ilzorg verdient aller-

eerst vermelding. De’haar door haar kinderen gela-
ten taak is in hoofdzaak ‘die ‘van mnd,ividueele behan-
deling van indj,viidueele, zij het van vele, gevallen.
En de objecten van steun vinden in dien steun veel-

al vernedering. D,e besten onder ‘hen vreezen hem.
is het wonder, ‘dat arbeiders in. door werkloosheid

bedreigde bedrijven, zich door verzekering in massa

poo
i
gden te vrij
i
waren voor het vervallen tot armoede
en .arm.enzoiig? Die ‘verzekering, in ons land nageosg
zestig jaren oud, wordt sinds het uitbreken van desi
oorlog uit ‘s Rijks schatkist gesubsidieerd. Wie zich

zelf hielp wordt geholpen. Sedert
1917
op den grond-

slag ‘van het Werklooshe,i’dsbesluit. Er zijn thans

400.000
verzekerden, ongeveer zesmaal zooveel als

i
n
1914.
Hun autonome vereénigingen stellen onder
goedkeuring van dein Minister van Arbeid de regle-

menten ‘van haar werkboo’zenkassen vast, en beheeren

– onder toezicht allereerst van de gemeenten, verder
van het Rijk – die kassen. Op de bijdragen van de
leden wordt subsidie, in het algemeen ten bedrage
van 100 pOt., verleend door het Rijk en die gemeen-ten, welke zioh tot medewerking bereid verklaarden.

De meeste ‘kassen ‘hebben ‘niet lang genoeg gefunc-
tioneerd om zoo’d’aniige reserves te vormen, ‘dat zij in
staat zijn aan de huidige ‘crisis ‘het hoofd ‘te bieden.

Op crisiswerklooshed’d konden trouwens als regel be-
zwaarlijk de bijdragen berekend worden. In
1920
ge-

raakten reeds spoedig ‘de kassen ‘van ‘diamant- en
tabaksbewerkers uitgeput. In December
1920
en Jan.

1921
kwamen o.m. de kassen van textiel en fabrieks-
arbeiders, meubelmakers, houtbewerkers, lederbewer-
kers en borstelmakers ook in dien toestand. Het insti-tuut der ‘werkloosheidsverzekering dreigde ten onder

te gaan. De Regee ring greep in. De ten gevolge ‘van de
crisis uitgeputte kassen worden door haar ‘gedurende
1921 dii staat ‘gesteld aan de reglementair rechthebben-

6 April 1921

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

301

de, onvrij illigwerklooze-leden uitkeerhg te verettek-
ken, onder voorwaarde o.m. dat de uitkeerangen, naar

gelang van de woonplaats,
f 3, f 2,70
en
f 2,40
niet

zullen overtreffen, en voorts dat de uitkeeriingen

aan uit- en, iniwonenide niiet-giezinshoofden onder-,
soheidenlijk met
20
en
40
pOt. worden verminiderd.

Wie zichzelf hielp, blijft gehôlpen. De dira.gers der

verzekering blijven staan, al is de verzekering geen
zuivere verzekering meer. De verzekerde werker

blijft een waarborg, houden tegen oioigunisrüiige wissel-

valligheden van zijn bedrijf, en -, gelijk de directeur
van het I
nj
t
er
m
na
ti
onaa
il Arbeidsbureau’ betoogde
1)

naar aanleiding van het besprokene in de financieele
conferentie te Brussel – voor heit bereiken van een

manimumproduatje is die’ waarborg voor den werker
een veraischte.

De reglementen van de werkloozenikassen kennen
den leden bij onsvrijwillige werkloosheid eleedits ge-
d
uren
d
e
een beperkt aantal dagen per jaar uitkee-
ring toe. Dienrtengevolge zag
1920
in
de:
dool crisis
geteisterde ;bdrijven tal ‘van ,,u&tgetrokkendxi”. Voer.
uitgetrokken sigarenmakers en ,diamantbeweiikers en
– in bepaalde plaatsen – voor uitgetrokken trans-

portaribeiders ‘verleende ‘de Regeering aan’p1aatselijke
steuncomaiiissties, diie zich hui lot aatnitrokken, szibsi-

die. Niet het Regeeringsiinstrunaenrt voor de werkloos-
heidszorg, de onder het Departement van Arbeid res-

sorteerenide Dienst der Werkloosheidsverzekerinig en
Arbeidsbemiddeling, naar de Afdeeling Armenzorg
van het kLixiisterie van Binneni. Zaken deed hier het
Regeeriiingswerk. Ofschoon het hier geen armeuzorg
in den tegenwooidigen zin van het woord betreft,
wordt een van de gronidbeiginiselen dier zorg: oruder’
zoek naar de gezinsdnkomsten, en bepaling van, het
steuruhedraig in verband met de totalé inkomsten

van het gezin, bij deze steunregeting steeds toegepast.
Ook over
1921
wordt op overeenkonistiige wijze voor
uiitgetrokikenen gezorgd.

Bij deze middelen is de ‘.recihtstreeksche medewerï kiinig van die werkgevers geen noodzakelijk element.
Anders bij de wacihtreigeilingen. Hier keert bij tijde-
lijke. stagniaftie
in
het bedrijf ide werkgever een, deel van degederfd&loonen als”wachtgeld. uit. Het dienst’ -‘ verband tusschén werkgever en werknemer blijft be-
staan. Door subsidies trachten
Rijk
en gemeenten
de toepassing van dezen vorm van weriklooeheuidszorig
aan te moedigen. –

Louter therapeutisch is wat,’hierboven werd om-
sc’hreven. Prophylactiscii tevens wordt de werkloos-
heidszorg, wanneer
zij
het karakter van werkgelegen-‘
heidazorg erlangt. Arbeidsbemiddeling (ook voor onze

ikoloniën) en emigratie, voorlichting bij beroeps-
keuze, steun bij verplaatsing van arbeidskrachten, op-
leiding vn arbeiders uit vakken met groote werk-
loosheid in’ bedrijven met ‘meer kans op nuttig werk,
regularisatie en verruiming van werkgelegenheid ver-
dienen vermelding.

De arbeidsbemiddeling, schreef ik vroeger,
2)
is
niet alleen, zelfs niet in de ‘voornaamste plaats, van
belang ter bestrijding vn absolute werkloosheid; haar
taak gaat verder, dieper. Zij behoort naar vermogen
de relatiev werkloosheid te bestrijden,,het nieit met
zo’o groiot mogelijk inuittig effect ten bate ‘van ‘de ge-

meensehap gebruiken van de menscheljke krachten.
Die bestrijding ‘an relatieve werkloosheid is mede
doel van ‘den steun bij verplaatsing van arbeidskrach-‘
ten, emigratie, de bemoeii’ngen van den Werkloos-
heidsdienst met vakopleiding -en ‘voorlichting. bij be-
roepskeuze.

Van de reeds ter hand genomen organisatie van de,
voorlichting bij beroepskeuze, zich ontwikkelende
naast en met de psych’otechniek, worden groots ver-
wachtingen gekoesterd. Op het ontstaan van’ epide-
mieën van werkloosheid zal zij weinig invloed ver-

Bureau international du’ travail, ‘Bu’lletii d’informa-
tion.
10 Nev. 1920. P. 15-20.

Sociale Voorzorg. April’
1920.
Blz.
1
273-21.

‘mogen’ uit te ‘oefeflen. ‘Het, weerstandsvermogen, van
individuen,
hopelijk,
van vele individuen,, soms van’
beiaaide groepen, ‘zal zij kunnen vergrootei.. Laten
echter de voorlichters bedenken, dat ‘de .beroerndste

redenaar van de oudheid aan een spraakgebrek leed,
en dat de beroemdste zeeheld van ‘de grootste zeemo-
gendheid een zwak mannetje was met één’ ‘blind oog
en maar één arm, ‘dat zijn leven lang heel gauw last

van zeeziekte had. Kan de .psychotechniek de kracht van den wil meten?

Den omvang van ‘dergelijke epi’deinieën kunnen de
regularisatiè en de verruinring van wer’kgeleeiihei’d
beperken. ‘

Een voorbeeld van deze regula’ris’atlie bieden de door’
den ‘Minister
van-
Arbeid en den Pienst zooveel mo-
gelijk gesteunde pogingén van werkgevers en werk-
emors in het schilderbedrijf om het publiek, om

de bbuwheern er ‘tpe te brengen hit schilderwerk
zooveel ‘doenlijk over ‘het ge,heele jaar te verdeelen.
De winterwerkl’oosheid ‘in dit vak zal daardoor aan-
merkelijk beperkt kunnen worden.

De verruiming van werkgelegenheid werd tijdens de oorlogsjaren zoo krachtig mogelijk d’oor het l(o-
ninklijk Nationaal Siteuncoiinité ) ‘bevorderd. Sedert
nam het Departement van Arbeid”deie taak over. Dit
,,streeft er. idaar de daarvoor in ‘aanmerking komende
lichamen, in ‘het bijzonder de gemeentebesturen, door
het verleenen
van
financieelen steun van Rijkswege
eh’n te moedigen en in staat te stellen, werken uit te
voeren, clie tot belangrijke verruiming van ‘werkge..
legenihei’d dienen.”
2)
Van 1 November
1919-28
Februari
1921
werd voor deze werkverruimiegen
1% millioen uit ‘s Rijks schatkist betaald. –
Meestal
liggen
‘de werken slechts op he’t gebiéd’ van
den civiel, bouwkundig of landbouwkundig ingenieur.
In den laatsten
‘tijd
‘is het doen werken van werk-
lo’ozen ‘in ‘eigen
bedrijf
gelukt
‘bij
de Scheveningsch’e
visschersvloot,’ waar ‘thans’
52
loggers ‘met overheids-
steun ‘de trawhrissch’erj ‘beoefenen.,
Laten wij hopen, dat ‘dergelijke ‘ten ‘deele prophy-.
lactische middelen meer en meer zullen worden toe-
gepast. – / ‘
De iouere prohylaxis: :bedrjfsorganisatie, pad-
fisme, hervorming van ‘mesch en’ m’aatschappij. valt
buiten het bestek van ‘dit artikeltje.
R. A. VERWEIJ.
Maart
1921.

HET ON.TWERP-PROCESRECHT 190 EN DE

WRAKING VA1. SCHEIDSRECHTERS.

II.

Het nteest urgente d’esideratum, ‘door de ervaring der laatste jaren op den voorgrond.gdrongen, is we]
dit: dat door een ‘arbitrale wraking geen oponthoud
wor’de veroorzaakt en ook
‘bij
wraking een oingestoorde,
vlotte afwerking der ‘arbitrale procedure in de wet
worde verzekerd.
Op dit ‘allerbelangrijkste punt evenwel blijkt h’t
ontwerp letterlijk niet ‘de minste verbetering “te ‘bren-gen: het handihaa,ft zoiider meer, zonder eenige m.iti.
gatie, den eisc’h, dat ‘de wraking van een arbiter door den rechter ‘worçlt ‘beslist (art.
12
lid 3 Titel VIII.
Boek VI ‘van, het Ontwerp:
,,Over de wraJcing be-
slist de rechter”).
Dit bestendigt dus ‘heel ‘dan huidigen toestand,
waflks bezwaren in ‘de ‘practijk zoo herhaaldelijk en
ernstig zijn gevoeld. Hoe en of ‘de handelsarbitrage
die bezwaren kan overwinnen, wordt wederom ge-
heel iaan ‘de
practijk
overgelaten; terwijl toch zoo
eenvoudig en doelmatig ware een regeling ‘als deze:
het scheid.sgercht word’e bevoegd verklaard om
zelf
,,in eersten aanleg ide wrakinig ‘te ‘beslissen, nadat de
gewraakte arbiter ‘door een ander is vervangen; wordt
de wraking door het scheidsgerecbt ‘ongegrond ge-
oordeeld, ‘dan zette dit de ‘behandeling der zaak Khet

1)Zie
de bundels ‘van ‘het
K. N. S.

–
2)
Antwoorden van den Minist’er van Arbeid, ‘d.d.
8
Fe-
bruari
1921
op de vragen van het Kamerlid Haazevoet.

302

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 April 1921

eigenlijke geschil) voort; de wrakendo partij verkrijge

het recht om
nd
het •arbitrale eindvonnis – eerder

niet – bij den rechter gedurende een korten teralijn

(b.v. veertien dagen) van de afgewezen wraking in

appèl te komen.

Bij deze regeling zou de arbitrage niet idoor des

rechters beoordeeling der wraking worden onderbro-
ken, weJilee on’datibreicing juist zoo groot inooiweuidn.t

vormt het
posterieure
beroep op den rechter komt
cerst, nadat de arbitrale procedure geheel is
afge-

ioopen. Was de opgeworpen en dooi arbiters dgewe-
zen wraking een onredelijke, ide rwirakende partij zou

zich nog wel eens bedenken, alvorens hij -‘op zuilk een
zwakken, immers chicanenzen wrakingsgrond de kos-
ten ging maken vopr een, in iditgeval kansloos, wra-

kingsappèl bij çlën rechter ;trouwens reecjs de weten-

schap, dat’dp
o
r wraking de arbitrale procedure toch

niet zou worden geschorst, zou yan chicaneuze wra-

kingen – en dezulke zijn uit ‘den aard de meest ge-
vreesde – wéerhouden: het huidige lagdurige op.

onthoud toch is daarvoor thans idze groote aantrekke-
lijkheid. Een regeling als hier verdedigd, verzekert

eenerzijds het toezicht van den magistraat – als rech-
ter in beroep – op dé belangeloosheid der scheids-

gei.eeJzten, terwijl toch amiderzij’ds de arbitrage in

haar – loffelijk – streven naar viugge afhandeling
van geschillen door geen schorsing of tusschenkoen

,rechtsgeding wrdt. ‘belemmerd.

• D:at liet ontwerp het toezicht van iden rechter hand-
haaft, acht ik op zich zelve juist. Door .dat toezicht

toch is de betrouwbaarheid, de onpartijdigheid der
arbitrale rechtspraak het zekerst gewaarborgd. Het

wrakiagsinstrument -is de eenige waarborg voor arbi-
tr:ale onbevangeuh’eid, terwijl bijvoorbeeld de onpartij-

digheid zelfs onzer rechterlijke macht, behalve door het ook tegen haar geoo.rloof’de wrakingsrecht, nog
door meerdere gewichtige garanties is beveiligd. Het 1
is derhalve zaak over dien eenigen waarborg voor

arbitrale belangeloosheid: het wrakingsrecht, het toe-

zicht te verzekeren van den erkend-onkreukbaren
magistraat; daarbij zijn èn een goede rechtsbodeeling
ghaat èn • evenzeei – de scheidsgerechten zelve,
wier roep van betrouwbaarheid da’adoor slechts kan

winnen.
Doch Idit behoeft geenszins ,aied’e te brengen, dat dc
rechter terstond – reeds in eersten aanleg, zodals
de geldende wet .voorschrijft en de staatscommissie
besten’digt – erin moet worden gemengd: zoo de toe-
gang ‘tot hm eerst in appèl en na ‘het arbitrale eind-vonnis openstaat, is de waarborg ‘tegen rechtspraak

door partijdigen niettemiiin sb’lid:e verzielceid.

Van idfiit punt moge ik thans afstappen na nog deze
opmirkiiig te hebbezi geanaekt: het is mij opgevallen,

dat de taatscommissie, die hij ‘de wraikinig
niet
het

ssteem ,
ainjviaaa
d
s
t, dat eerst arbiiters zelf, daarna

(oveutueal) de, recbtea zullen oondeolen, dat ‘diezeide

commissie dit ste]sed
wel
volgt, wanneer de bevoegd-

heid van ih’et as-bitraal college çboor ee der gdingvoe-
reniclen wordt betwist: ,,Indien ide beroegdheid van
‘het scheidsgerec’lxt, het hestaan of de rechtsgeldigheid

van ‘de schei’dsredhterlijke overeanko’mst of de toepas-
sing daarivan op de aan1hangiige zaak ‘wordt bestreden,
beslist het sche.id:sgerecht zelf daarover”, aldus arti-
kel23 van het ontwerp, hetwelk wordt aanevuld door
artikel 36, welk laatste aitikel een vordering bij

den rechter tot vernietiging een
–
er arbirtraile uitspraak

toewijsbaar verklaart, indien ‘het vonnis gewezen is
door daartoe onhevoegde scheidsrechters. Deze rege-
ling is nauw verwant laan idie, welke hierboven voor de wrakingis bepleit, immers voorkomt dat ‘de aj-bi-
rale procedure wordt ‘geschorst, ingeal de ‘bevoegd-heid dor arbiters wordt betwist; in pJiaats dat alludan
terstond de rechter over ‘dit opgeworpen. reehtspunt ,beslist, bepaalt ‘de commissie, dat eerst het scheids-
gereciht zelf zijn bevoegdheid aal ,beoordeelen, daarna
eventueel de rechter: de arbitrale rechtsgang wordt

dus niet onderbroken. • –
Waarom ‘zon, ‘wat let ontwerp bij ,beitwijsite bevoegd-

held geuit, nipt ‘worden ,aainvuaid ook bij beitw’isite

onibevangen±heid (wraking); is ‘dirt in het ontwerp
wiel goed -doordacht?

• Dat liet ontwerp bijzijn liandhavinig van den rech-
ter geheel -den tegeniwooridiigen toestand ‘besrtenrdiigt,

is iinrtjnssclien ritiet geheel juist; – in ‘het ontwerp is
namelijk weggelaten, dat de rechter de wrarking
,,suminîierlijk” (zooais de wet thans voorschrijft) zat

beslissen; een verandering, cli e geen verbetering

schijnt. Dit simpele woordje toch zou bij een goede
haniteerring nog wel eens ‘v-err’astende diensten kun–

non bewijzen., om het oponthoud en ‘die onderbreking

aan de wraikinig verbonden, tot een mioimuim terug
te brengen. Men denke aan de vlotte, wijze, waarop

de beslissing geschiedt bij faiUissernensts-aanvrageo,

voor welke eveneens een suinimrierre behandeling is
voo.r’gesch.revein; vlug onderzoek, waairbij geen uit-

voeiige
schriftelijke couclusinn voorkomen, evenmin

herhaald. uitstel, geen ‘ter-mijuheit,aling voor latere
pleidooien; niets -van alles wat de gewone procedure
zoo – weliswaar grondig, tdoch tevens — omsiachtig –

en tij’droovnnid maakt; op ééne of hoogstens twee zit-
tingn is dlles afgel.00pen waarna terstond of over
acht dagen liet rvonnris is geveld. Op zulk een vlotte

afdoening der zaken ‘disidt in het geldende avrak.ings-

artikel het
,
.roorsalarift -van summiere behandeling..

Een aas
–
‘ voorbeeld van wai. een summiere be-
handeling v&mag, levert op een vonnis der Rotter

danische Rechhaaik van 15 November 1905, W.
8325.

-heeft ejen conaerwntoir beslag gelid, B. acht zink

daardoor benwaair,d en -dagviaardit. zijn tegenpartij voor
de ‘rechrbbaak, teneinde opheffing van het beslag te
verkrijgen. Op den dionenden dag wordt de zaak ter

terehtzittiing afgeroepen en vraagt A. het gewone

uirtisitel van ,,’eeertien ‘dagen” om in ‘die ,,veeritrien da-
gen’.’ (of misschien wel in een tweeiden of der’clén
herniieuwden uitste]itermijn van ,,veeritien dagen”)

zijkn conclusie van antwoord voor te bereiden en
daarin neer ‘te leggen ‘de redenen, waarom het beslag,

niet ibeliooiride te worden opgeheven. B. ervenwel ver-

as-t dcli tegen de
,
verrz.o-dbte ,,-conrtiuuatie” van veertien

da.en onder ‘beroep op art. 310 W.
‘v.
B. R., hetwelk

p het geval toepasselijk was en daarvoor summiere

behandeling voor-schrijft. En inderdaad, de recht-
bank. weigrcie het gevraagde uiitisteil!; op dezelfde
zitting ‘werd •eiseh en ‘tegenspraak monideliintg toege-

licht; zes dagen later was liet ‘vonnis reeds gewezen
en de. gieiuieele prcodnra fliet bepaald on-Nederiand-

schen spoed ibeëi.ndágd.

Op deze wijze zou ‘de arbitrage door het wrakings-
geding voor ‘den rechter slechts
enkele weken
onder-

boken worden, indien althans liet voorschrift van het
wrakingsartikel dooi de jurisprudentie. evenzoo zou
worden toegepast – en waarom zou dit niet? -. als

in artt. OF. W en 310 V. v. B. R.
Of ditzeLfde resultaat zou worden Ibereild bij de
wijrze ivan berechting, die het ‘ontwerp verder re
g
el-t,

valt, zachtst uitgedrukt, te betwijfelen.
Evenwel, de schorsing moge ‘tot geringer tijds-

d
–
uur worden teruggehracht, ‘de. onderbreking zelve
bhjf-t o-ngewenscht en een beslissing der wrak.ing
in

eersten aanleg door het schei’dsgerecht zelf verkieslij-

ker,minder kostbaar en -snellet. –

*

,,Een scheidsrechter kan worden. gewraakt on

dezelf de sedenen als een rechter”,
aldus liet ontwerp

in ‘het eerste lid van zijn wrakingsartt,i-kel.
,,De redenen van wra’king zijn dezelfde als voor
de regters”, aldus ‘de geldende wet (art. 626 W. v.
R.). Het bestaande systeem, hetwelk voor rech-

teis een elftal nauwkeurig omschreven wrakingsre-
denen opsomt en d-aarmedç dan. in art. 626 de wra-
kingsredenen voor arbiters ‘gelijk-stelt,, is verkeerd ge-
bleken. In de tij-den, toen sc,heidsrechtspraaik slechts

bij hooge -uitzondering
–
werd bedongen, moge deze

6 April
1921

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN ‘

303
0

regeling niet .o’n’bevrei’gend zijn geweest, ‘thans is zij
dit in hoege ‘mate. Het systeem ionzer wet lioti’dt geen
rekening ermede, dat de positie vai kien rechtspre.

kendên koopman of industrieel tegenover de in’zij n

branche te •berechten geschillen in vele ‘gevallen een

volrna’akt andere is dan de zec,b.ter ‘tegenover die ge-
schillen inneemt. Deze neemt aan het zakenleven;

waaruit die geschillen voortspruiten, geen actief dee1;
gene daarentegen zit daar midden in en uit zijn per-
soonlijk ‘deelnemen aan dien strijd van belangen,
vloeien vaak verwikkelingen, banden, relaties voort,

die aan- rzijn’onbeva’ngen oordeel ver een hangehd ge.
schil afbreuk ‘kunnen doen, zender dat er evenwel

‘en der bepaalde wraldngsgronden, zooa’ls, die bij ‘de
wet t.a. van i.echters staan ‘omschreven, ‘is aan to

voeren; ‘do factorn, die in zulke gevallen de zeker

heid van ‘onbevan’gen’h’eid ‘bij deil ‘arbiter vermipide.
ren, kunnen ‘met het hangende geschil of huet ‘de strij-dende partijen wo weinig of verwijderd.. ‘verband hou.
den, dat ‘daaruit geen ‘bij de wat omsehre’en wra’kings.
grond is te costrueeren.

Dergelijke samenloop of ‘overeenstemming van be-
langen met de gedingvoerenden ‘bestaat hij den rech-
ter uit den a’ard niet; bestond vroeger bij de excep-
tioneele arbitrages ook vrijwel niet. Thans echter, nu
bijna elke groothaa’delsbranche haar eigen arbiters

kiest, wier zakenbelangen dikwijls zijn ‘dooreengewe.
ven met die ‘der strijdenden, ‘of daarmede verhônden
of gelijksoortig is de kans op mogelijke .
evangen
h
e
i
j
d

deswege aanzienlijk vermeerderd, ‘dermate zelfs, d’at
bij onze voornaamste scheid’s’gerechten ‘herhaaldelijk
blijkt ‘voor ‘te’ ‘komen, dat een ‘arbiter zich ‘vrijwillig
terugtrekt, wijl ‘hij zelve zich niet on’bevangen acht.

Wat men bij onze beste scheidsgereohten aldus door
den betrokken arbiter vrijwillig ziet doen, – ‘behoort’
een
waarborg
in de
w’et ‘te
vinden zoodanig; dat recht.
zQeken’den in belaugengevallen a’ls hier bedoeld, niet
slechts zijn aangewezen ‘op het vrijwillig heen.ga’an ‘des
betrokken. arbiter. De mogelijkheid om ‘arbiters te
wraken w’orde verruimd en niet beperkt tot eenigo
met name vermelde gevallen.
Ofschoon nu de hierboven aangeh’aalae bepaling uit
het ontwerp ‘dan bestaanden toestand en gelijkstel-
ling schijnt te ‘bestendigen, is dit -inderdaad geens-
zins het geval. Wel ‘wordt voor ‘de a’rbitr.ale wrnkings.
redenen verwezen naar de rechterlijke, doch deze
laatste zijn veel ruimer gr’edi.geerd dan ‘thans:

een reckter kan ‘door en procespartij worden
ge.
wraaict ,,indien er een gegronde reden best’aat zijn
onpartijdigheid in twijfel te trekken..” Deze breedeen
algemeene redi’geering, die ‘ook ‘voor ‘de soheidsr,echt.
spraak geldt, verschaft aan ‘de ai’bitraie wraking de
verruiming, ‘die ik boven bepleitte. De vraking is
niet meer gebonden aan enkele ‘met ‘ name omschre-
ven redenen; ‘het algemeene voorschrift maakt het
mogelijk om wat t.a. van een rechter wellicht ‘geen’
,,gegronde reden” zou zijn, ,,om zijn onpartijdighei’d
in twijfel te trekken”, t.a. van arbiters wei als zoo-‘
danig aan te merken. De ‘bepaling is soepel genoeg
om rekening te houden met de tailooze ‘belangen-
schakeerinigen van ‘het zakenleven, ‘die men niet alle
van te voren ‘onder met’ name omschreven wr’akin’gs-
‘gronden kan vangen.’

Tot zoovor dus niets dan lof over de ontworpen
bepaling;, één aanvulling zou ik ten deze evenwel
willen aangebracht zien. Wenschelijk zou ‘het zijn,
zbo ‘de arbitrage-reglementen de be’voegdhei’d ‘hadden

om – naast het algemeen ‘geredigeerde wetsartikel,
waarvan ide toepassing aan ‘de practijk .i’s ‘overgelaten
– enkele wrakingsredenen in ‘hun conditiën m e t
n a m e te vermelden en daarbij te ‘bepalen, dat een
beroep op die redenen in e 1 k geval en ‘onder alle
omstandigheden tot wraking raoet leiden. Ër zijn
redenen denkbaar, die naar de, opvatting der betrok-
‘kenen in een of andere h’an]delsbranche onder alk
omstandigheden iemand tot arbitreeren in een voor-
liggend geval ‘ongeschikt maken; elke ‘han’del’sgroep
kan voor zich zelve het ‘best bpa’len, welke ornstan

digheden zij voor haar leden als zulke wrakin’gsgro’a. den p’ar excellence -wetischt te beschouwen en in het
reglement vast ‘te leggen.

Men denke aan ‘het zijn’van bl’oedverwant of mede-

firmant of’ van commissaris in een iarbitreerende
naamlooze ‘vennootschap; of aan de omstandigheid,

dat een arbiter een ‘gelijksoortige zaak ‘heeft gedaan
als ‘die waarvoor ‘de ‘arbitrage lo’opt.

In zulke ‘gevallen moet zoo’n ‘betrokkene – al ware

het ‘alleen om’ den schijn ‘te vermijden – niet rechter

zijn en is liet niieit gewensc’ht, dat degene, diie over de gegroncihei’d der wraking ‘zal
‘krijgen
te ‘oordeelen, zich
nog moet gaan afv’r,aigen of voor pantijdighesi’d hier
wel dind,e.rda’ad g e g r o ‘ad e vrees ‘bestaat. Het arbi-

ter.sclia,p voor ‘dergelijke betrokkenen moet eens en
vooral in het ragleirnent Jcunnin v;er’hoden worden,

hetzij onvoorwaardelijk en oafhainikelj’k van ‘den wil
der’ aaib’i’breerende paritij,n ‘dan wel zood.ra een der
partijen dit ‘door wrakinig hlijkt’tie verlangen.
Of het bestaande ontwerp aan de sohei’dsreglemn.
ten een aanvullende regeling in dezon geest toestaat,
is twijfelachtig ‘die aanvullende bevoegdheid worde dus alsnog uitdrukkelijk verleend.

* *

,,Een partij’ kan een scheidsrechter, dien zij heeft

benoemd, niet wraken dan om redenen na de benoe-
ming tot haar kennis gekomen.”,
(ontwerp). Terecht.
De .bepaihinig spreekt voor, ziek zelve, zoo niet van
zelf. loo aan ‘de’ partij, toen zij den arbi’ber benoemde,

een toen reeds bestaande wrakiiirsgsgronid bekend was,
geeft zij ‘door dien persoon tèeh te benoemen blijk
van dein bekenden wrakii’ng’sgrond ‘afstand te doeii,
immers te berusten. Onjuist is ‘evenwel, dat de corn-
missie – in navolging der ‘bes’tnanide wet – h’ier
slech’Üs
één geval
van b.erustirg regelt in plaats van
een
algemeen voorschrift’
‘te geven. Immers ook een.
na

de benoeming onitstaine of beikenid geworden reden
tot wralcinig ‘kan op tal van wijzen door berusting
komen te vervallen,’ ook al zeggen wet en wetsont-

werp dit niet: b.’v. door tot dein beav’usrtein arbiter
een ‘brief of xn’eledeeli.nig te ridbi’ban, waarbij men, hein
in weur’wil van diie wTaleingsreden uitdrukkelijk of
iinplicite als arbiter aanvaardt.

Van berusting in virakings.redenen tegen een at’-
biiter, ‘diie door de weclerp’ar,ti,j of door dein reclatieir of
door twee arbiters’ samen is benoemd, zegt heit ont-
werp .in het geheel niets. En ook dhhr is berusting
mogelijk.

Zoowol de geldende vetbelijke ails de voorgestelde
regeling waren heel wat juister vervangen door een
allgemeQn voorc’hr,jft up ‘dozen geest, ‘dat een schei’ds-
i’eohiter niet meer kan worden geiwraakt om redenen,
in elker bestaan men heeft berust. Dit is duidelijk
en algemeen, verliest zich niet in iaisuïstiek en
omvat daarom alle gevallen. Zoo zal men kraohtens
zoo’dan,i,g ‘vonir,sch,riift, door ibij cie ‘behandeling van het

arhiti-aal geding de wr.akinig niet voor te dragen, het
recht verliezen om daarna nog van een toen reeds
bekenden wraikingisgrond gebruik te maken; evenmin
zal men hij een tweede arbitra’le zitting nog kunnen
wrak-en op een grond, die reeds bij ‘de eerste zitting
bekend was, ‘doch toeii ongebruikt is golatep. In beide
gevallen is in ‘liet ‘bestaan ‘van dien wrakingagrond
berust.

,,De wrakin.g çjeschieclt alvorens het scheidsge-
‘,’echt de behandeling der zaak heeft ‘aa.n.gsvan gen.”
(‘ontwerp), daar anders – ‘aldus de ‘kennelijke rechts-
grond ‘van dit v’oorscihrift – in het bestaan der wra-‘
kingsredien is bes-nat.
Deze ‘bepaling, die men ook in vele arbitrage-
reglementen aantreft; is in ‘de “wet een splinternieuwe
invoeging, welke ‘weinig toejuielain’g verdient. Het is
immeis zeer goed mo!gelijk, dat eerst uh de eerste
aiibd.’tira.lé rzittiing een der a’r’b’iters belang lrijgt – of
dat een der partijen eerst bp of n’a’ diie zitting te we-

304.

ECONOMISCH-STATISTISH.E .BÉRICHTEN

6 April 1921

ten komt, dat een der scheidsrechter’s belang heeft
– bij het door hem te beslissen igesehil. Het spreekt
vanzelf, dat tin . zulke gevallen een beroep op dien
lateren wrukingsgrond moet zijn toegelaten. De corn-

nzisse heeft ditdan ook zelve gevoeld; zij schrijft in

haar M’etmortie van To’ichting:
,,De regel is, dat de wraikin[g niet meer kan plaats

hebben,- als het scheidsigerredbit reht ide ‘behandeling

der zaak is begonnen. Mocht de reden van wraik±njg.

eerst daarna [bekend wo.iiden, ‘dan is echter ‘ûngevoige

art, 10, Titel II, Boek 1 de wraikiin,g nog mogelijk..

Het ontwerp zelve haast zich ‘derhalve om datgene,

wat als reiel war dit voororpgesteld, trstoid teri te

iieunen, zood’ra zich een latere redéa opdoet; een
methode van wetgeving, die zeker weinig elegant is

te noemen.
Trouwens, naast liet hierhoven aanbevolen alge-
meen berustingsvoioxschirtift :zou dé geheele, .hie.rbe-

streden, regel met zijn uitzonidening gevoeglijk kun-

nien ‘gemist worden. Waneer de wet envouJdtiig ,be-
paailde, dat niet ‘meer haai woilden gewraaict om ‘een

reden tin welker bestaan berust
is, dan zou de wim-

isonide pastij toch ‘verplicht zijn’ ‘do w.r.aking terstond
bij ‘de behandeling voor, arbiters op te ,werpen, wijl

anders een later beroep op een toen reeds bekenden
grond – alweder door berusting – zon izijn afge-

sneden.’
De ‘hier bestreden bepaling vai het entwerp. ver-

toont hetzelfde eu’e,l als ‘de voorgaande: in plaats van
een algemeenen regel gesteld, wordt’ ier slechts een

geval
van berusting geregeld, waaedb’or de bepa-‘

liug noodzakelijkerwijze onvolledig is. Z’oo kan wel

degelijk – lk reeds
voor
de behandeling aanvangt

– een ‘wrakingsrecht •op vele wijzen door’ berusting

zijn vervallen (‘b.v. door een brief of mededeelin’als
hierboven bedoeld), terwijl de ‘bestrdden ‘bepaling ten’
,onrechte ‘den indruk van het tegendeel, immers dan
schijn wekt, alsof voor ‘de ‘ontvnkelijkheid eener
wralcing enkel beslissend zou zijn de ‘vraag, of zij al
dan niet bij den laanvang der arbitrale ‘zitting ‘is

opgeworpen.,
‘
‘
Een elgemeen berustingsv.00rschrifrt in de wet op

te nemen, blijft ‘dus dringend gewenscht; wil men
daarnaast dan nog de twee door het ontwerp geregel-
d’e ‘gevallen van ‘berusting “met name vermelden, dan
doe de woordénkeuze duidelijk uitkomen, ‘dat het

slechts voorbeelden zijn, die geen aanspraak. er
op

tiaaken alle gevallen van ‘berusting te ‘6av,atten.’ –

*

_*
*

Dit zijn izoo de voornaamste cr,i’tische opmei.ldin[gemi,
die het ontwerp mij op het gebied’ der arbitrale wra-
kin.g in de pen gaf, en ‘die ik -. gezien de ‘enorme’ vlucht, welke de han’delsarbitrage ‘de laatste jaren heeft genomen;’ gezien ‘de groote belangen, die er
derhalve voor ‘handel en bedrijf
zijn
verbonden aan

een behoorlijke regeling van –
vooral
– het wra-

kingsrecht: immers ht dreigende gevaar vboe’ een
geregel’den ‘vlotten arbitralen rechtsgang – die ik
dltirom gemeend heb niet te mogen ach’terhoizden.
Erkennend het vele goede, dat het ontwerp ons, ook’
op ander terrein, ‘brengen wil, is mijn conclusie: dank-
baar doch – ‘voorzoove’r het besproken ‘on’derwe’rp be-
treft – gbenszins voldaan.
Moe’lit hierin alsnog te
bevoegder platse op de aangegeven ‘wijze’ worden

voornien.
– . rvr.
A. J.
VERSTEGEN.

DE DIVIDEND- EN TANTIEMEBELA STING EN

DE UITDEÊ’LING VAN AGIO OP AANDEEMN.

In zijn arvest van 16 Tunii
1920
heeft de Hooge
Raad etn beslissing ge’n,omen, die ‘in het kort neer-komt op het volgende: .
‘dat een uitdeeling eer hiinnbn liet Rijk gevestig.-
de N. V. enz., om belastbaar ‘te zijn ‘volgeps de wet
op ‘de dividend- en tantièmebelastdng, moet zijn een
winstuitdeeing., onverschillig of het, een u.itdeeling
is vallende onder de artikelen
2, 5
of 6 dier, wet;’

‘dat agiio op aanideelen niet is winst, doch gestort
‘kapitaal;

dat derhalve ‘de ujitdeeling van agio op aandeclen
niet’ is een belastbare uitdeeling ‘in den zin ‘der wet

op de dividend- en tautièmebelantirug.
Waar in liet ‘door den H’oogein Raa,d ‘besliste geval

heit agid geheel aan aandeelhouders wead uitgekeerd
(in.l. in iden vorm van aandeelen), leverde de beslis-

sing ill ‘dat gvd’ geen practische ‘moeilijkiheden op

de uirtideelii.ng was geheel ibelastángvrij. –

Moeilijker echter wordt de kwestie, indien het agio
f reeds direct an het eind van, het jaar van uit-

gifte der aandeel.en,, waarop liet ‘bedongen is, ôf na

eerst eeniige jaren (soms tot de liquidatie toe) op een
rekening .,,’agioreserve” te zijn geboekt gebleven, in

het credit der ‘verlies- en “wiinsîtrekeruin’g terecht komt

en ‘tezamen met de in dat jaar behaalde winst ‘wardit

verdeeld onder atndeelhau’drers ‘tan’tiièmisiton en sta-
tutauire reserve. Ten einde de rverschiillende mogelijk-

heden ander liet oog te’ zien; welke ‘zich ‘hierbij voor-
doen, stellen we de voigeitnie ver.lies en winstreke-
nimg:

Onkosten ‘…………../
50.000
Goederen..
f
150.000
5
0
/0
over
1 miii.
f
50.0001 .
,
Agio
…..,
100.000
.Dividend
70
0
/0
,,105.000

1
Tantieme
10
0
(0 ,,
15.000
Reserve 20
0/

30.000
200.000′

f
250.000

f
250.000

Gemakshalve veronderstellen we, ‘dat er geen’winst-

saldo van, het vorig jaar op deze rekehing overging,

dat de fiscus geen deelgerechtigde in de winst is
(oorlogswinstbelasting), dat de dividend- en tantiènae-

belasting uit de onkostenrekening van ‘het volgend

jaar bestreden wordt’ en dat artt. 3,
8, 27, 28
en
29
‘der wet géen toepassing vinden. Verder wordt onder-
steld,, dat de aangegeven ,,winst”verdeeling de sta-‘
tutaire is.

.De in te nemen standpunten zijn nu de ‘volgende:
Het agio komt geheel in mindering van de uit-

deeling aan aandeelhouders, dus belastbaar is:

volgens art •lOa
f 155.000—f 100.000 = f 55.000
volgens art. lOb
f 15.000
De reservedotatie is geheel winstreseive en wordt
bij,latere uitdeeling ten -volle belast.

Het agio komt ten goede aan aandeelhouders,
tantièmisten en reserve in de verhouding, waarin de
overwinst verdeeld’, wordt,’ dus
70: 10: 20,
dus is belastbaar:
70
volgens ar.t. 10 a
f 155000 –

f 100.000 = f 85:000.

volgens arti lOb
f 1’5.000.’
20
De reservedotatie is voor
j0X
f 100.000′ f20.000
,,

uit agio gevormd; de inspecteur ‘teekent dus in den legger aan, dat in de. statutaire reserve
f 20.000
ge-
‘stort kapitaal is begrépen, ,hetgeen bij latere uitdee
ling niet belast mag worden.,,’
Het agio komt ten goede aan aandeelhouders,
tantièmisten en reservé in de verhouding, waarin de
geheele winst védeeldis, diis
155: 15:30,’
dus is belastbaar:

volgens art. lOa
f155.000 —x f100.000 = f77.500

volgens art. lOb
f15.000.
30
De reservedotatie is voor

x
fl00000 = f 15:000
200
uit agio gevormd; de inspecteur teekerit dus in den
legger aan, dat in de statutaire reserve
f 15.000
ge-
tort kapitaal is begrepen, hetgeen
bij’ latere üitdee-

ling niet belast mag worden.
, Bruto-goederenwinst en agio worden te zamen

gebruikt tot dekking’ der onkosten en tot vorming,
200
van een netto-saldo. Van dit laatste is dus ‘- u i t

agio ontstaan, dul i’s4er
f 80.000
agio in begrepen.

6 April .1921

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

305

Deze
f
80.600 zijn weer verdeeld onder, d rechtheb-

benden in verhouding 155: 15: 30, dus is belastbaar

155
volgens art. lOs f155.O00—x f80.000
= f93.000
200
volgens art. lOb
f
15.000.

30
• De reservedotatie is voor

x
f
80.000
= f
12.000

uit agio gevormd; de inspecteur teekent dus in den

legger aan, dat in de statutaire reserve
f
1.2.000 ge-
stort kapitaal is begrepen, hetgeen bij latere uitdee-
]ing niet belast mg worden.

Voor die regeling
sub 1
pleit,
dat
het door de aan-
deelhouders gestorte agio, geacht moet worden aller-
eerst aan ide aaoideelhoudar.s te zijn tea’uigbetaald. Dit

is echter in fiagran-ten strijd met het feit, dat hier
het agio in de wdmstverde~ is ineeges’leurd. Was
høt agio
voorzf aan
de aandeelhouders toegekend en
daarna op het overblijvende (hetgeen dan juist de
werkelijke winst ‘voorstelde) de gewone winatveridee-

]iug toegepast, dan zou genoemde bewering steun
vinden in 4e werkelijke feiten.
1)
Maar dan zon ook de geheele aigiio-uisdeeling ‘buiten de verlies- en winst-
rekening om geschied kunnen zijn. Thans echter
wordt de hewenin.g, dat het agio geheel aan aadeel-

houders zou zijn uitgekeerd, door de feiten weerspro-
ken. En hiermede komt meteen het onnuivere aan het
licht van de handelwijze ze]ve om het ag’io in de winst
te werpen; het onizuivere namelijk, dnit door de aan-
deethouders in den vorm ivan agio gestort kapitaal,
aan anderen dan aan henzelven woedt uiirtgiakeerd.
Niettemin, ideze
haindelwjie
komt voor en ko,mt vaak
voor; zij moet dijs onder het oog gezien worden.

De
sub 2
g’egeven reden’eeiritnig steunt,, evenals die
sub 3,
op de veronderstelling, dat eer-st en vooral ‘door
de bruto-winst de onkosten gdekt moeten w&rden en

dat hetgeen daarna als netto-winst oiverblijft, te za-
men met het .agio tot verdeeling komt. De verdeelfag
sttb 2 geeEt aan ‘de aandeelhouders allereerst de sta-
tujtair vastgelegde 5 pOt. uit die winst, w,aarop zij recht hadden, ook al was er geen ajgio bij de wiiist
gebracht; het agio vérgroot idan sleOl],ts de oversvinst.
Aan -de verdeeliing sub 3 Ligt eehter de gedachte ten
grondslag, dat ook zelfs tot de uitkeeri,nig van het

primaire dividend het ajgio hee±t modegerwèikt., Dit
is in ons geval niet direct ziicihtbaar, dodh blijkt
scherp, ‘indien buy. de g&ederenwtinsit
f
75.000, het
agio
f
175.000 was geweest. Dan was de bewering,
dat het primaire dividend uitsluitend uit die winst
voortkwam, onhouidbaar, daar de netto-winst dan

f
25.000, het primaire idiimildenid
f 50.000
bedroeg.
Bij de gevallen 2, 3 en 4 zal men misschien met
verwondering opmerken, dat van het ‘tantième geen bedrag bela,stingvrij is beschouwd, als zijnde nitge-
deeld agsio. Immers, zal men i-edenieeren, de Hooge
Raad stelt ‘un genoemd arrest niet den eisch, deit het
gestorte kapitaal sorde terugbetaald aan dezelfde
personen, die het gestort hebben, zooda,t uitbetaling
aan tantjè.minten viajn door de aanjdealhouders gestort
kapitaal onbelast ‘moet zijn. Men vergeet hierbij dein
echter, dat in de wet op de di’vi’dend- en taiutième-
belasting nog iets anders ‘is belastbaar gesteld dan
alleen winstuitdeelingen, namelijk salarissen van corn-
niissa.risseja, directeuren en leden van het personeel

en dat onder salaris wordt verstaan
iedere belooniug
niet vallende onder art.
2
(art. 7, 2e lid). Van deze
beloosiinigen wordt niet alleen niet geëischt, dajt zij

uit de winst ‘wor,den ‘voldaan, zij
lunnen
zelfs niet
uit de wint komen, daar tse anders onder art. 2 zou-
den vallen en dus door de ,definiirbievan art. 7, 2é lid,
‘zouden buitengesloiten worden. Vandaar ‘dat salaris-
sen, boven ‘den in aast. 7,
le
lid, aangegeven grens,

0
Dit is b.v.
het geval indien bij
de uitgifte van nieuwe
aandeelen bepaald is, dat een’ deel van het .gestdrte agio
dienen zal, om hieruit op die aandeelen het volle dividend
over het loopende boekjaar uit te keeren. In dat geval spreekt
dit echter ook duidelijk uit de winstverdeeling.

steeds
belast zijn, ook zélft indien in eenigjar door

de uitkeening dier sailarisse,a een verliessaldo gecre-eend of vergroot wordt en dus diie salarissen feitelijk
uit het gestorte kapitaal worden betaal’d.

Daar dus het tantièrne, uit agio aan de tallLtièmiisten
betaalicij een belooning vormt, diie geen wjinstuitdee-

ling ijs, dus niet valt onder art., 2, is het salaris en

als zoodanig belast (art. 8 sclhakeliden. we uit). Split-
sinig van
liet
tantièmein ,,wîinstaandeel” en ,,salanis”

• heeft alleen zin voor commissarissen en, ingeval art.
10, laatste lid, ‘van toepassing ijs, bovendien ook voor

directeuren en leden van het. personeeb

In de
sub 4
gegeven berekeniiig .wordt uitgegaan

‘van de veronderstelling, dat lier agio, te zamen met

de andere voondeelen, welke de N.V. onder hare

winsten opneemt, één geheel vormt, dat allereerst

dient tot bestrijding van de onkosten, waarna een
tot verdeelinig hstemd bedrag overblijft. Deze rede-
neering vindt hierin steuji, dat, indien er geen goe-

dereinwmnst was, de onkosten geheel uit agio moesten

bestreden worden, ja, ‘indien er een verlies op goe-
deren was geleden, dit zelfs
1og
eerst door het agio
moest worden goedgernaakt. Het is dus ougerjnid, te
ontkennen, dat liet agio bij het bestrijden der on-
kosten een rol speelt.

Ook met dit standpunt kan ik mij, evenmin als
met
het
eerste, vereeniiigen. Ik ineen, dat van geen
netto-winst sprake is; voor en ‘aleer alle -onkosten door
de bruto-winsten gedekt
‘zijn.
Ik acht dus den post.
onkosten niet gedekt door goederenwins,t en agio
te
zanien,
doch acht de goederenwtinist allereerst aange-
wezen om de onkosten gôed. te maken. Hoe rjm ik daar dan mee het geval, dat er een te kleine goede-

renwinst is om ‘de onkosten te dekken, geen goederen-
winst of zelfs een go’ederenrv’e,r’lies, zoodat kennelijk de onkosten ten deele of geheel door het agsio worden
gedekt? Wel, in al deze gevallen bestaat een zuiver
verlies’ over het jaar ‘in kwestie, welk verlies men
blijkbaar dekt uit het in tden vorm van agio gestorte
kapitaal. Dat deel van het ajgio, wat tot verdeeling
komt, wensch ik ‘te beschouwen op ‘de wijze sub 2 of 3
vermeld, doch het deel, .dat tot dekking van het ver-
lie.ssaljdo diiaiit, ijs niet tot uiiiideeling gekomen. Het
is eenvoudig een deel van het kapitaal, dat door ver-

liezen afgeschreven is, oök al behoefde deze afschrij-
ving niet op le ‘aandeei]ibewijzen te worden aangetee-

kenid, evenmin aus het gestorte agio er op bijgeschre-
Ven werd.

De vraag, hoe met zuik a.fgesohrevea kapitaal te
handelen, brengt ons dus rtot de behandeling van de
algemeene vraag) ‘hoe staat de fiscus tegenover kapi-
taal, dat doot verliezen is afgeschreven? Het anitwoord
hierop is slechts van belang
bij
de liquidatie, wanneer
belast wordt liet batig saldo boven het nog niet terug-
betaald’ kapitaal. De ‘vraag is nu, of onder nog niet

terugbetaald kapitaal moet worden verstaan het ge-
storte kapitaalbedrag, dat op het oogen.blik van liqui-
dailie nog aanwezig ijs, ‘dan wel liet kapitaalbedtag, dat
door aanideel]aouiders
in
iden, loop der jaren is gestort
gewonden, ‘voor zoover daarvan nog geen terugbetaling
heeft plaats gehad. Mij dunkt, dat hij de beanitwoor-
ding dezer vraag cle woorden ,,nog niet terugbetaald”
den weg wijzen. Ware ‘bedoeld te belasten het batig
saldo boven hetgeen op ‘het oogeiiblik van liquidatie
van het gestorte kapitaal nog aanwezig was, ‘dan waren

‘de wodrden ,,nog niet terugbetaald” overbodig ge-
weest, daar immeri het reeds terugbetaalde kapitaal
niet meer aanrwe
z
i
g
is op jhet moment der liquidatie
en air -dus, bij de onderstelde bedoeling, seen mogelijk-
heiid was deze i-eeide terugbetaalde ‘bedragen hij het
kapitaal te -trekken. Integetideel onderstellen de
woorden ,,nog niet terugbetaald”, dat men ter .bereke.

ring van liet keipitaal in liet verledene teruggaat, dat
men dus de som van alle stortingen heeft te nemen,

diie in dein .1oop ‘der jaren ‘door aandeel-houders zijn
verricht, met
–
alleen deze ééne restriiot,ie: ,,voor loo-ver niet terugbetaald”. Naar mijne nieenii.ng moet dit

306

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 April 1921

zelfs glesclh!ieden, indien (‘bij gebrek aan of na op-

teren van ‘het agio) tde kapitaaJsrverminderi,ng niet als

veriiessail.do is
1b113
..en staan, doeh op de . aanideeleri
afgestetinpeld en statutair va,st,geiegd ijs. Lmmers’ door

het agio tot gestort kapitaal ‘te veridaren heft de

Hooige Raad getoond, het op de aanideelen vermelde

en in de statuten vastgelegde nominale kapitaal niet

als oritcriiiun van gestort kapitaal te erkennen en alt
cenig criterium gesteld liet bedrag dr werkelijk

plaats gehad. hebbende sitorti’nig’ein.

Ingeval -dus agio diienit ter âfsclirijving van een ver

liessaido, dient d.e dinnpecteur in den legger aan te

teekenon, dat ee,n acel van het gestorte kapitaal door

verliezen verdwenen’ ‘is, welk kap ita’albedr aig eohter bij

liquidatie als destijds gestort ,in aanmerking moet wor-

den genomen.

Blijven dus nog .ter ‘véredijkin,g de’sub 2 en 3 ge-

geven wijzen
‘ren
her’ekeniinig. Bij ,de uiteenzetting

hiervan bleek reeds, dat ik die sub 3 de meest juiste
v,ind. Welke gevolgen brengt nu deze laatste bereke-

aigswijze .me:e? Vooreerst ide berekening’van’ het deel
van het ago, dat in de divideriduiitkeering begrepen
is en ‘dat een belas£
,
ni.-v-i
–
ijP uiiideeliing vormt. Vervol-

gens de berekerdug van het deel van het a,gio, dat
aan tan,bièmisten is ujitbeitaaJid en’ het karakter draagt
van salaris, wat uit het gestorte kapitaal betaald is, wat

dus gester t kapitaal
is,’
dat togenovier verliezen is

weggevallen en dat dus door idén inspecteur in den
‘logger moet worden aangeteeken.d als wel destijds ge-

stort, maar door verliezen verdwenen.’)

Daarna moet ‘van ide dortatie aan de statutaire reiser-
ve worden uitgerekend, welk deel eivan uit a4glio ge-

rorand is. Dit m:oieit in dein legger worden aangetee-

k’enid. G.aa;t er ten slotte een onverdeeld wi.insttaldo
over naar het volgend jaar, dat .beivinidt zich ook

hierin een gedeelte van het agio, zoodait hetgeen het
‘volgend jaar tot v:eirideeling komt, ook weer ten dccie
uit agio’ ‘bestaat, zooda’t dan het lieve le,ven opnie’u.w

begint.
In ‘dein legiger moeten dus t
1
weeëriieii no’tii,tiiën wor-

den gemaakt: vooreerst die omtrent het gestorte,
maar, anders dan door ‘ternigbetatli-ng, verdwenen ka-

pitaal, vervolgens diie omtrent liet’ gestorte kapitaal,

dat ziçh iin elk ‘dier reserves, beivindt. Een notitie van

de .laatste soort .geschiedt ook, indien het agio; in
plaats van direct verdeeld of op een afzonderlijke

agioreserve, geplaatst te wonden, wordt toegevoegd
aan de statutaire of eenjige andere, niet uiitshsiten’d

uit agio bestaande r,eserive. Indien te eeniiger tijd een

zoodaniige reserve tot gedeeltelijke ve
r
deeli’ng kozt’

doet ‘zich ‘de ‘uiaag voor, of heit verdelde gedeelte ge-

heel, evenredig, of in liet geheel niet uit a,giö be-
staat. Naar mijne me,niing moet de inspecteur, zich

hi’erbij houden aan de, we aioodiig ‘te
,
vragen, mede-

idoelinig ‘van den belastingplichtige, aaingeri.en deze

zelf kan ‘bepalen, welk deel der reserve hij weinschit
uit te deelen. Natuurlijk ‘moet ‘de opgave niet met

de werkelijkheid tin strijd rijn: ‘van een reserve be-
staande uit
f
100.000 agtio en
f 200.000
opgelegde

winst kan een uitgedeeld bedrag van
f 120.000
niet

‘enkel a,g!io zijn. Wordt eeth’ter ide reserve niet gehrnikt

tot uji’ttdeeliri,g, doch ‘tot’ d:elçking van een verliessaldo,
‘dan zal geacht moeten wor,den, dat hiertoe allereerst

de winstreservè wordt gebruikt en eerst daarna het

als
agio gestort kapitaal. Moet dit laatste geschie-
den, dan verhuist het aildnis gebruikte a’giobedirag

naar de rubriek ‘van gestort, doch door verliezen

verdwenen kapitaal.

De vraag ‘is, of het niet mogelijk wu zijn, de hier

gegeven, omslachtige “herekeniinigawijze’ (die nog tal

1)
Ik wijs er met nadruk
op,
dat. door de scherpe onder-
scheiding van gestort kapitaal en uit winst gevormd kapi-
taal, het goedmaken van verliezen uit gestort kapitaal voor
kan komen, ook al
,
is daarnaast nog aanwezig uit winst
gevormd kapitaal, dat feitelijk het eerst behoorde bestemd
te worden, om verliezen te dekken.

moeilijkheden oplevert en tot tal an vragen

aanleiding geeft, indien de artt. 10 laatste lid,
27,

28
en
29
van toepassing zijn) te ondervangen door

een moer eenvoudige ±oge.liing in’ de wet vast te lig-
gen. Daarbij trekken dan twee oplossingen de aarri

dacht:

‘a. Alle gestort kapitaal worde als zoodanig in.
den logger aange,teekein’d cia eerst bij liquidatii

‘wonde dit geiheiel’e bedrag van belasting vrijgesteld.
Van tusscibentijdsche uitdeeilingen wordt niet meer

gevraagd, of zij misschiie,n bedoeld zijn ‘als ‘uitd’eeing
van atgio; zij worden eenvoudig als wtmn.stui’tideel.in-

ge,n beschouwd.

Een practtisch bezwaar is, dat bij liquidatie wel
eens zou kunnen b,ljken, dat .heit geheele gestorte ka-

pitaal dan niet meer aanwezig is, zoodat uitdeelin-

gen, diie in rvuoegeir jaren aus winistuitdeeling zijn

aangemerkt en belast, inderdaad ‘kap’i’taadsuitd.eelin-‘

gen iblijken te zijn geweest. Isa dit geval lijdt belas-

tingpliicixtiige schaide.

b.
De wet rtreffe een regeling als in art. 3 (maar
dan zonider eenii,ge ‘ver,deeliing als in qrt. 10, laatste.
lid) door na liet behalen ‘van agio, van de eetrstvoi-

gende divuirden’duitdeelinigen zootueel vrij te stellen,
tot ‘het geh.eeie augi’o:bedrag ‘bereikt is.

Nu is echter een heziwiaatr, ‘dart, na dit vrijlaten vah

werkelijke winstuuirbdeeli’nigen, welke tegen het a,giio
pitaal dan niet meer aan’iweviiug is, ‘zoo’d’a,t uitdeeuin-

lingen meer konden volgen en liet dein nog reatee-rond .agiio, ‘dat reeds bij voorbaat als uitgekeerd is

beschouwd en uvrij’geuatcn, heeleniaal niet uitgekeerd,
maar opgeteerid wordt. In dit geval lijdt de fiscus

schade.

Bovendien zou ‘in beide gevallen dQ werikeljkhetiud

ernstig geweld worden aangedaan. In het eerste ge-

val zou’den werkelijike uuitdieeliiin’gen van agio, welke

v66r ‘de liquidatie geschieden, belast worden, in het
tweede geval werkelijke winsbuuitdeeliinigen onibelast

blijven. In ‘de iwot zou dus nieit ‘alleen een dor boven-
genoemde jberekengswij’zen moeten woedeil voorge-

schreven, maar bovendien zouden daarnaast niet te
behotitden zijn de bepalingen, dat wuinjstu,itdeeli.n,gen

belast ‘en teriigbetaliingen van kapitaal osabelast zijn,

daar dee in ljsarecliten ‘atrijid met de nieuw op te
nemen regelingen zouden zij4. Maar daarmede zou dan de grondslag ‘ran de. gelseele wet’ worden aan-

getast.
Zou nu echter de sub 1 aa.ngeigov’og ‘ber.eJkenuings-

wijze, ofsdh9on theoretisch onjuist, nieit als eenivou-
diige oplossing kuinnen ‘dienst doen? Men ibehooft
zich echter slechts even voqr te stellen, hoe deze be-
rekeninig er uit gaat ‘zien, als bijv. cle goeder.enwins.t

f 50.000
en ‘het .aigiio
f
200.000 ijs, om in te zien’ dat
men dan ook onherroepelijk vastloopt. Want ôf men

ateemt ‘de ,weuikeilijklieid, ‘dat nil. het agio geheel is uitgedeeld en dan krijgt men naast de ‘volledige vrij-

stelling ‘van ‘het dii’vi’dentd atd
fl55.000
weer ‘d,e theo-

retische vertdeeliing van ‘d.e overige. ujitgedeelde

f 45.000
over ,tan.t,ièmisten, reserve en eventueel on-
verdeeld s’ald6, met ‘de bijbeuhoorende aajnteeken.ingen

in den legger. Of wel men moet het restant atgio ad

f 45.000 bewaren tot een vdlgende diisv,idenjduiitdeeling
(die misschien nooit meer komt) en komt daardoor
weer met de werkelijkheid in betsinig, door een in-
derdaad uitgedeeld argio als niet uitgedeeld te be-

schouwen.

Er is maar é&i geneesmiddel, maar dat is dan ook
radicaal en dient nog voor diverse andere kwalen:
de belasting der, naaimlooze veaznootsohapeu niet
naar de uitgedeelde, doch naar de behaalde winst.
Dan geen verdeelig meer van een in de winst ge-‘
ni
werpen agio over de verschillende bestanjddeeilen,
waarin idé winst uui’teen’valt, imaar enivoudiig een af-

trekken “van de geheele winst.
J. P. CROIN.
–

6 April 1921

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

307

LONDENSCIIE CORRESPONDENTIE.

To’t
ons
leedwezen
kwam
de
wekelijksnhe brief vazi
onzen medewerker niet tijdiig
in ons
heziit. – Red.

AANTEEKENING.

De Assurantiemarici in
190.’
– Aan

het
‘verslag over 1920 d:er KaLnier van
Koopthandel

en Fabrieken
te
Rottendam
is
thet vodgeude ontileend:

Algemeen overzicht.
Het assurn.ntiebed.rjf is voortge-
gaan zich geleidelijk weer aan te passen aan normale
vredestoestanden. Toch werkte in menig opzicht de oor-
logstijd nog duidelijk na. De markt hieef den invloed
ondervinden ‘van het groote aantal verzekeringsmaat-
schappijen, die hun ‘reden van bestaan in de molestverze-
kering hadden gevonden en die nu op andere terreinen
van het bedrijf een aandeel in de zaken tot zich trokken.
Dit beteekende een voortgaande scherpe concurrentie, lage
premiën en ook kier en daar zwa.k’te van maatschappijen.
De uitkomsten van het bedrijf ‘in 1920 schijnen in Ne-
derlanzi, alles dooreengenomen, niet
500
onbevredigend te
zijn geweest (in Rotterdam gaf de zeeverzekering betere
uitkomsten dan de brandverzekering) en de fi.nancieele toe-
stand yan de markt is redelijk goed gebleven, maar vrij
van geldelijke zorgen is toch ook de assurantiemarkt hier
te lande niet geweest en de dikwijls op groote schaal ge-
sloten herverzekeringscontracten doen de Nederlandscbe
assuradeuren soms meer dan ‘hun ‘lief is deelen in tegensla-
gen in het buitenland. Ook de buitenlandsohe beleggingen
(effecten en vorderingen) doen hun ‘nadeeligen inv1oed.
gelden en •met name het levensverzekeringbedrijf heeft .in
een enkel geval daarvan er.nsti.ge
gevolgen ondervondin. Bijzondere aandacht heeft ook ‘dit jaar het diefstalrisico
getrokken. De verwachting, dat met het einde ‘van den
oorlog ook het euvel van den diefstal zou verdwijnen is tot
nu toe niet bewaarheid. Het is niet te ontkennen, dat het
plegen van dit misdrijf door de omstandigheden ‘wel eens
zeer begunstigd wordt. Het toezicht gedurende het ver-
voer schijnt soms veel ‘te wenschen over te laten, wat wel-
licht toegeschreven zou kunnen worden aan de – steeds
meer beperkte aansprakelijkheid van vervoerders, terwijl
ook de emballage in vle gevallen minder solide is, het-
geen het stelen gemakkelijker maakt. Bovendien liggen
goederen, die over zee gaan, dikwijls maanden lang in
lichters, pakhuizen of op den ‘wal opgeslagen, waarhij het
voorgekomen is, dat colli geheel ‘leeg geplunderd werden.
Het molest-risico ‘woidt nog Vrij algemeen in de trans-
portverzekering ingesloten. Een paar maal hebben losse
mijnen aan ‘het voortbestaan ‘van dit risico herinnerd.
De staatsmolestverzekering, op 1 Januari 1920 buiten
werking gesteld, is nu bijna geliquideerd. . Volgens mede-
deeling van den Minister van Landbouw, (Nijverheid en
Handel
(Nederlancische iStaatscourant
van 10 Maart 1920,
no. 53), wijzen de uitkomsten van dit bedrijf ‘voorloopig
een winsteijfer aan van
f
5.342.640,60, het verschil tus-schen een premie-inkomen van
f
18.052.712,54 en uitkee-
ring van
f
12.710.071,94.
Wat de ‘door Nederlandsehe belanghebbenden gedurende
en door den oorlog geleden verliezen betreft is ‘het yan
regeeringswege opgerichte Bureau voor Zee’oorlogschade
nog steeds bezig in overleg met assuradeuren te Arnsterdam
en te Rotterdam de noodige gegevens bijeen te verzamelen
om de rekening op te maken. . »
Op administratief gebied sijn de assuradeuren en ma-
kelaars in ‘hun onderling verkeer, nog niet in het rechte
spoor teruggekeerd. De kwartaalafrekeniugen worden nog
altijd meer vertraagd dan wenscheljk is.
De zaken met buitenlandsche assurantiemaatschappijen
zijn na deh oorlog weer belangrijk toegenomen. De Duitsche
maatschappijen bleven daarbij onder den druk ‘van de
financieele positie van hun land.
De ondnrlinge verzekering heeft dit jaar inzonderheid
bij de brandassurantie van zich laten spreken.
Zee-verzekering.
In de groote vaart hebben zich slechts
zeer weinig belangrijke schaden voorgedaan, en voo’rloopig
krijgt men den indruk, dat 1920 ‘hier ter beurze voor het
transportverzekeringbedrijf gunstige uitkomsten heeft
geleverd. Wel kivamen er eenige’ totaal-verliezen van klei
nere schepen voor, die op mijnen ‘waren geloopen.
Eenige pijnlijke ervaringen werden opgedaan bij de ver-
zekering van loggers en trei’lers. In meer dan édn geval
is er aan het licht gekomen, dat de belanghebbenden, ver-
leid door de hooge verzekeringssom en waarschijnlijk be-
zorgd door de slechte uitkomst van hetbedrjf, zich niet
hebben .ontzien het leven van de opvarenden aan gevaar
bloot te stellen en te trachten zich, te kwader trouw te
verrijken. In assurantiekringen heeft dit geen goed gedaan

aan den goeden naam van de visscherjverzekering. Intus-
schen hoede men zich voor generaliseering.
Dat de scheepvaart ‘weer in oude banen is teruggekeerd,
is ‘ten genoegen van assuradeurdn. Reeds in 1919 konden de
schepen ter zee weer de gewone routes volgen en de sche-
pen van bijzondere constructie, met name de houten en be-
tonnen – stoomschepen, verdwijnen meer en meer uit de
vaart. In de verzekering van motorichoeners is de ‘Rotter-
damsche markt zeer terughoudend geworden; ‘vele reederijen
zien zich gedwongen deze schepen elders onder te brengen.

De handel vertoont ‘meer en meer ‘het verlangen naar
ruime dekking, zij het ook ‘tegen een hoogere premie.
‘Daartegenover yertoont de assurantiemarkt soms de nei-
ging om zich h’arer.zijds van bepaalde risico’s te onthou-
den. Ten aanzien van het diefstal-risico heeft men in Lon-
den de regeling getroffen, dat daarbij de verzekerde niltijd
voor
.
25 pCt. elgen risico moet loopen. Pogingen van assu-
radeuren om een dergelijke regeling ook hier ‘bot stand
te .brengen zijn tot ‘nu toe gefaald.
Enkele belangrijke rechterlijke beslissingen ‘inzake
mb-
lestverzekering stelden vast, dat .ingeval van rtijdingloos-
‘heid een schade ‘ben laste van den assuradeur valt, wan-
neer dit ‘uit de omstandigheden, waaronder een schip is
weggebleven, iiet groote waarschijnlijkheid kan ‘worden
afgeleid.
In dé laatste dagen ‘van ‘het jaar iseen nieuwe bepaling
onder de beursconditiën opgenomen: indien de draende
waarde van het verzekerde voorwerp in de ‘dispache ‘hoo-
ger ‘is dan de verzekerde waarde, ‘zal de ‘verzekeraar ,de
ten laste van het voorwerp gekomen bedragen in avarij.
grosse slechts vergoeden in evenredigheid van de door hem
verzekerde som tot die dragende waarde, onverschillig of.
de verzekering gesloten is op een getaxeerde of niet-ge-
taxeerde polis; in geval van op het verzekerde voorwerp
drukkende a’varij-particuiier moet voor bovenbedoelde bere-
kbning de verzekerde som met het bedrag dier avarij-par-
ticulier, voorzoover de verzekeraar daarvoor aansprakelijk
is, worden verminderd. Hiermede is een punt, cwa.r om-
trent verschil van opvatting bestond, voor ‘het vervolg
vastgelegd.

e inbeslagnemingen van goederen door de ‘Engelsche
autoriteiten zijn nog niet geheel afgewikkeld, maar men
mag toch hopen, dat het nu binnen afzienbare» tijd ge-
schieden zal. In de meeste gevallen heeft de procurator-
general, in plaats van de zaak ‘in rechten te laten be-
slissen, met de belanghebbenden een schikking getroffen, waardoor ‘tegen behoud van een zeker percentage de goe
deren of, het provenu werden vrijgegeven. Het Engelsche
prijzenhof ‘heeft in de gevallen van de stoomschepen ,,Elvè”
en ,,Bernisse”, die tijdens ‘hun opbrenging door ‘Engelsche. oorlogsschepen, door Duitsohe onderzeeërs werden getor-
pedeerd, de reednrs ‘tegenover de Engelsohe regeering. in
het gelijk gesteld. .

“Vermelding ‘verdient de toeneming van. ‘verzekering voor
Duitsehe rekening, waarvan de oorzaak wel voornamelijk
daarin gezocht zal moeten worden, dat de buitenlandsche
koopers ‘bij hun c.i.f.-koopen dikwijls als voorwaarde stel-len, d’at zij polissen van geallieerde of, neutrale maatschap-pijen zullen ontvangen.

Brandverzekering.
Het afgeloopen jaar was voor assura
deuren ongetwijfeld niet gunstig. Er kwamen vele bran-
den voor, waaronder verscheidene van aanzienlijke» om-
vang.

‘”»De verzekerde waarden, die sedert den aanvang van den’
oorlog voortdurend verhoogd moesten ‘worden, bleven in het,
jaar 1920 vrijwel stationnair – zelfs kwam de neiging
naar voren verzekerde bedragen iag’er te stellen.
/ In het vorig verslag werd ‘melding gemaakt van den
opslag van katoen. De opslag heeft niet dien omvang aan-genomen, dien men er zich aanvankelijk van had voorge- »
stéld. Volledigheidshalve ‘moge nog vermeld worden, dat het
verbod van opslag van katoen in pakhuizen, niet uitslui-
tend voor katoenopslag bestemd, in zooverre gewijzigd
werd, dat daaronder niet vielen monsters van ruwe katoen
tot een gewicht van 2.000 K.G.
De lang voorbereide beursbrandpolis kwam in dit jaar
tt stan’d. Op den 20sten December werden dé voorwaar-
den gedeponeerd ‘ter griffie. Het zou ‘te ver voeren in bij-
zonderheden in te gaan op de verschillen tusschen de
odde en de nieuwe polis. Slechts zij hier aangestipt, dat de
schaderegeling aan een geheele herziening werd onderwDr-
pen, waarbij echter de tegenwoordige practijk, hoewel niet
in de oudepolis omschreven, in menig opzicht in overeen
stemming met de desbetreffende bepalingen der nieuwe
polis is. Voor de vaststelling van het schadecijfer wordt als
algemeene norm aangenomen de vergelijking van.de
waarde
vSSr den brand met die
ná
den brand. De ‘herstellingskos.
ten; die volgens de oude Rotterdamsche polis voor opstallen

308

ECONOMISCH-STATISTISCHEBERICHTEN

6
April
1921

en. gereedschappen uitsluitend’ de basis van schadevergoe-
ding vormden, ;moeten na tegelijk met het resultaat der ver-
gelijking tussehen waarde v’r en na den brand worden
opgegeven en assuradeuren staat het vtij de eerste te ver-
goeclen dan wel het verschil, waartoe de tweede vergelijking
voert.
Een belanrjk evenément in de brandassurantiewereld
was het verder opduiken van de onderlinge verzekering,
georganiseerd ‘door Centraal Beheer te Amsterdam. Deze
heeft met verschillende vormen van onderlinge verzeke
ringen, in het bijzonder met de risico-overneming ingevolge
de ongevallenwet
1901,
veel succes gehad. Gedurende den
oorlog heeft zij haar Organisatie uitgebreid tot de onder
linge molestverzekering, welk risico, aanvankeljk in de beurspolis gedekt, kort na het uitbreken van den oorlog
niet meer door de brandassuradeuren dan tegen: extra
premie gedekt gehouden werd. Daar deze molestverzekering
zich grondde op de hrandverzekering had de Centrale
Werkgevers-Risicobank. langzamerhand een uitgebreid ma-
teriaal in handen gekregen. Assuradeuren en assurantiebe-
zorgers hebben tegen dezen vorm van verzekering front
gemaakt eensdeels omdat hun eigen bestaan er mede ge-
moeid wks, enderdeels omdat zij van onderlinge hraud-
verzekering van industrieele belangen allerminst heil .ver-
wachtten. Zij letten daarbij op de .cijfers, waartoe de staats-
commissie kwam na onderzoek van de uitkomsten van de
in Nederlanil werkende verzekeringsmaatschappijen, welke
commissie was ingesteld ingevolge het bekende plan-Treab
tot monopolisatie van de brand’verzekering en maakten
liiéruit de gevolgtrekking, dat de winsten in dit bedrijf be-
haald (ruim een half millioen gulden door meer dan 170
rnaatchappijen, gemiddeld, per jaar in de jaren
1903-1913; de gezamenlijke buitenlandche maatschappijen werkten
zelfs in die jaren met verlies) niet van dien aard zijn, dat
dooronderlin.ge verzekering in eenigszins ibelangr’ljke mate
bespaard kan worden.
Brandrisiôo en de beurs bleven Vrij scherp tegenover
elkander staan: eenerzijds verbood Brandrisico (behoudens
ontheffing) eau ieder, •die zich bij haar aansloot, een deel
van zijn eigendommen elders te verzekeren; anderzijds heb-
ben de assurautiebezorgers, ‘door Branclrisieo aangezocht
om op te treden als haar tusschenpersonen, deze bemidde
ling geweigerd en zich zelfs tot .een boycot tegen haar

vereenigd.

ONTVANGEN:

FiiaiUuieel Jaarboek voor
1921
uitgave ‘van De Neder-

landsche Pinancier, Dagelijksche ‘Beurscourant,

Amstenclam.

Aimuaire iiniternaitonail de S’batistique, publié par
1’Offiee Penimanent de 1’Institut Ln-ternatioaal

de Statiiatique,
V
Etat et mouveinent de la popu-

lation (Afrique, Asie, Oceanie).
La Haye, 1921.

Fnancial and Com,mercial Beview
1920,
samen-

gesteld door de Swciss Bank OorpoTation te Lon-

den.

–

INGEZONDEN STUKKEN.

• ONTGINNING VAN AARD OLIE VELDEN. IN

NEDERLANDSCH-INDIE. III.

Naar kanleiding van het ixteizoxden sitixk – ,Het
Djaunbi-Oiitwerp” in No. 270 zij nog een enkele op-

merkinig vergunid.
In No. 264’iss door mij met opgave dier plaats, uit
de Handelingen ‘van den VoUosraad geciteerd, ‘dat de
detail petroleump;ijs in Indië eind vorig jaar bedroeg

f
5,40 ‘per
blik,
bij een productieprjs ‘van 95 cent,
naar aanleiding waarvasn van een sc.handelijke over-

winst
gesprôken wordt.
De heer ,,Men’ schrijft on&’ deelt
in
No. 270 mede,

dat de ‘verkoopaprijs nit
f
5,40 per,(blik, ‘doch
f
5,40

per kist van 2 biikken’bedroeg en spreekt in verband

daarmede van’ schancieljke lichtainnigheid tin het antasteu vësa den goeden naam an een ‘handels-
ôn.de.rneming, waaiop Nederland rtirotsôh, mag zijn.

Al treft dit verwijt meer den VolksTaad, dan onder-
geteekedde en al meen ik, dat mijne beschouwingen

‘)
Zievoor, 1-en
Ii
Nos. 258 en 264. –

-.

voldoende aan.toonen dat het mij allerminst ontbreekt

aan eerbied vdor idie praestatiie.s er – Koninklijke, wil

ik nocihtans
Jzerhalerb
ditm’i. de Koninklijke in zake

prijszettsing in Indië niet er heeft gedaan, dan

wat haar recht en tegenover aandeelhouders haar
m
plicht was. Blaa is misplaatsit.

Ofschoon men mag’ aannemen dat de heer ,,Men

schrijft ons” volkomen op de hoogte is van de pe-
troleumprijsbeweging in Indië, kwam mij een detail-

prijs van
f
.2.70 per blik niet waarschijnlijk voor.

In de sindsdien, ontvangen Volksraadhandelin –

gen vond ik dau ook, dat van Regeeriugszij de toege-

geven is, dat de genoemde prijs van
f
5,4Q per blik

ongeveer gold voor Amerikaansdbe pestroleusm, die
fractioneel duurder is dan Indische, doek dat die

Dondjtsc.he op de kuistplaartsen (welke?) aan consu-

menten (alle?) leverde tegen
f
3,10 h
f
3,15 per blik,

hoewel het yoorkomt dat specuiasfsie de prijzen locaaJ

opzet. –

Van tweeën een:

bf deze speculatie geschiedt voor rekening dier Ko-
ninklijke en dan is deze verantwoordelijk voor den

hoogeren, ‘van Regeeringzijde
niet
genoesnclen prijs,

bf de Koninklijke besheersaht de petiroleiam’
niet

,,vain den’purt tot de pit” en dan is zulks ook
niet
noô-

dig ivoor ‘het bireiken van schiit1terensde resultaten,
waarmee weer een hoeksteen van het wetsontwerp

valt. ,

Pour acquiit ide oonisciience seisnde uk aan een bekend

Indisch Hoofclaenb,teniaar: ,,G-eef detailprijs petro-
leum Oc.toher per blik”. Het ‘zoo juist ontvangen ant-

woord luidt: Vijf gulden.

Ik zal mij van eounmesnitaar onthouden.

De absolute hoogte van desi ‘verkoopsprijs ‘is ten

slotte bijzaak. Waar het om gait’ is, idait
tea gevolge
van het productie-monopolie
debevolking van -Indië, blank en bruin voor het product van eigen bodem een
prijs betaalt, die aan ‘de 11oniiliklijke,« vergeleken met

andere consumenten ven hetzelfde product een méér
winst laat, gelijk-..aan de aaswoervracdist op het gecon-

sumeerde quantum. Dit feit is in ide uitvoerige ge-
dachtenwuisselinsg , niet weersproken, omdat.’ het niet

koor tegenspraak vatbaar. is. Evenmin is betoogd –
laat staan aangetoond – dat uit het aanhangige
Wetsontwerp meetviere basten zullen voortvloeien
voor

den Staat,
dan usit Staatsexploitatiie en nog veel min-der natuurlijk, dat deze meeTlde,re baten tegen de na-
,
deeleii. van het voortbestaan van ht Monopolie zullen
opwegen. Verbreking van dit monopolie door stioh-

ting van een Staatsbedrijf blijft mij daarom, waar
het gaat om ‘vele millioenen ‘s jaars een eerste plicht
der Wetgeveade Macht to;eschijneu, temeer waar cle
Mijnwetswijziguing 1918, die zich op het besef van

‘dezen plicht baséert,
ten bate’ der Konin.lcl’ijke
‘verbre-

king van het monopolie op iedere andere manier uit-.

sluit.
T. RUEB.

t

MAANDcIJFERS;

GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM.

Februari 1921

ij

Februari 1920

Posten

. Bedrag

1
Posten
1

Bedrag

Ontvangenen
betaald:
in contanten.
46419
f

15.371.132 96568
f

10.811.728
door over-.schrijving

•).
60784
,,
58.159.291
46980,
,,

54.077.593
Particuliere
rekeningboud.
10383
2
)
,, 19.055.334
7199′)
,,

16710.690

part, rek. u°..
Saldo te goed

–
,,

5.254.596
–
–
5.8n3.095
1)

Inciusieve
verrekenin’gen

tusscen

gemeentediensten,

zijnde
t
10.815.319,59

in
de maand Januari 1921, in de maand Januari 1920
f11.292.854,31.

2)
Aantal..

S

EI

6-April 1921

ECÔNOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

309

HANDELSBEWEGIG OVER DE MAAND FEBRUARI 1921.

(volgens de groepen der naamlijst van goederen, opgesteld door ‘het Centraal Bureau voor de Statistiek.)
–

roepen
Invoer Uitvoer
Saldo Invoer Saldo Uitvoer
Gewicht
Waarde
Gewicht
Waarde
Gewicht
Waarde
Gewicht
Waarde

K.G.
Gulden
K.G.
Gulden
K.G.
Gulden
K.G.
Gulden
–
1 Dieren en dierljke
producten

……
–

8.641.505 7.554.398 45.438.573
3.6.812.322
– –
36.797.068 29.257.924
II Plantaard.

voort-
–
99.253.069
28.586.373
101.605.119 18.697.668
–
11.888.705 2.352.050
–
.111 Mineralen,metalen

en niet in andere
groepen

opgeno-
men fabrïk. daarv.

656.127.658 37.429.466
118.053.757 13.567.876
538.073.901
23.861.590
–
–
1V Meel en meelfabri–
.
.

..

9.734.313
2.’723.317
28.024.891
6.302.978
–
.

–
18.290.57 3.579.861
V Chemische produc-
/
ten,

geneesmidde
len, verfwaren en
.
kleurstoffen

..
14.136:756 3.516.312
3.686.674
2.743.089
10.450.082 773.223
–
–
VI Olie, hars, was, pek,

teer en distillatie-
productenvanteer;
fabrikaten van deze

stoffen, n. a. g.
43.175.753
16.452.952
17.134.413
fl.290.768
26.041.340
8.162.184

VII Hout en fabrikaten

van hout en derge-
lijke stoffen; meu-

brengselen

……..

65.676.944
8.968.458 3.721.032
1.060.754
61.955.912 7.907.704
.
–
–
Viii Huiden, vellen, le-
‘
der, lederwerk en

katen

…………

1.983.015
.
3.826.996 1.236.664 1.743.574 748.351
2.083.422
– –
IX Garens, touw

en
touwwerk, weefsels
en stoffen, kleede-
.
-.
–

ren en modewaren
3.295.506
15.974:515 2.746.051 11.525.938
549.455
4.448.577
–

–
-.

belen,
v.a.s
………

X Aardewerk, porse-

1cm,

pottenbak-
kerswerk,

gebak-

schoenwerk ………

ken steen en andere
kunststeen

……..
76.163.903 2.443.974
a066.920
731.040
73.096.983
1.712.925
–

–
–
XI Glas …………..
2.468.286
1.086.583
2.021.783
784.722 446.503
301.861
–
–
XII Papier ……….
5.255.421
3.202.905
1L577.394
3.651.637
–
–
6.321.973
448.732
XIII Voedings- en ge-
notmiddelen,

niet,
.
S

genoemdindegroe-
.
.
pen 1,11, IV en VI
18.686.185 11.294.608 17.298.792
10.948.539
L389.393
‘
–
‘348:069
–
–
XIV Rijtuigen, voertui- gen, vaartuigen en

luchtvaartuigen
4.686.943 6.354.829
1.391.435
1.771.749 3.195.508
4.583.080
– –
–
XV Andere

goederen
dan gebracht onder

de groepen

1 tot
–
en met XIV

..
17.804.365 21.105.303 7.390.569 9.923.612 10.413.796
11.24,1.691

1.026.989.622
170.580.989
364:392.067
126.556.275 662:597.655
44.024.714
–
–
WaarvanGouden Zilver,

Totaal ……..

al

f niet gemunt (op-
genomen ingroep III)
374
88.719
18.899
6.599.773
–
–
18,525
5:580.874

OVERZICHT
van
de waarde
van den
In- en Uitvoer
voor
elke naand van het
loopende jaar
en de
drie daaraan
voorafgaande
jaren, met
uitzondering
van
Munt en Muntmateriaal,
in guldens.
)

Maanden
Invoer
Uitvoer
1918
1919 1920
1921 1918 1919
1920
1921

Januari ……………
68.009.520
.
75:073.388
256.207.615
.214.136.278 51.437:578
41.321.453
135.932.785 115.985.810
–
45.903.517
106.229.028
233.591.043
.170.49427d
54.372.261
44.543.205
113.309.645 .120.956.498
‘Februari

…………..
Maart..

…………..
48.897.456

..

148.758.852
187.916.1381.
–
47.372.422 52.660.723 68.210.466
April ……………..
.
35.302.563
189.665.086
.203.592.812
–
30.70.241
50.827.142
99.448.337 .
Mei

………..

……

.
35.055,767 257.009.336 298.514.162
–
35.843.354
98168.708
170.393.137
–

Juni

…………….
30.330.163 258.183.821 345.402.373 23.040,469 126.270.353
179.478.445
–
–
47.764.858 274.264.390 314.861.366
–
35.046.826
133.623.129 177.114.162
–
Augustus

…………
40567746
313.403.619 267.956.122
–
25.501.391
Ï63.771.619
130.018.883
September

………..
67.610.188
298.107.886
317.368.670
–
27.641.’96
162.131.110
‘166.965.669
–

Juli

………………

October …………..
67.702.922

..

319.833.079
337.338.332
12.704.155
214.577.467 148.140.438
–

57.929.799

..
..

296.351.809
270.811.334
–
15.278.909
171.171.804
156.713.011
–
-.
–
November ……. …….
‘
December …………
63.282.114

..

288.58.920
298.567.123
–
22.268.327 154.241.692 156.731.343
–

Totaal …….
808.356613 2.825.739.214
3332.127.090
384.630:548 381.209.729
1.411.308.405
1.701,455.221
236.941.808
)
In de
Statistiek over December
1919 zijn
de bedragen
vermeld
,net
inbegrip
van gouden
en zilveren
iiiunt
en’mtintmateriaal.
–

/

310

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 ApriI 1921

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B.

‘ beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

BANKDISÇON TO’S.

Ned (Disc. Wissels. 44
1Juli ’15
Zweeds.R.ksbk 74
l6Bpt. ’20
Bel.Binn.Eff. 54
190ct.
’20
Bk.v.Noorw.6-64
18Dec.
’19
Bk
lVrsch. inR.C. 64
19Oct. ’20
Zwits. Nat. Bk. 5
21Aug.’19
Bk. vanEngeland 7
16Apr.’20
Belg. Nat. Bk. 54
28Apr.’20
Duitsche Rijksbk. .5
23Dec. ’14
Bank v. Spanje 6,
4Nov.’20

Bk. van
Frankrijk 6
8Apr.’20
Bank v. Italië. 6
20Mei ’20
Oostenr. Hong. Bk. 5
12Apr.’15
F.Res.Bk.NY. 6-74
Juni’20
Nat. Bk. v. Denein. 7
19Apr.’20 Javasche Bank 34
1 Aug.’09

OPEN MARKT.

Data
Amsterdam
Londen
Pa,t.
Berlijn
Pa,!.
Parijs
Part.
.N. York
Cai1.
Pa,!.
Prolon.
disconto
galie
disconto disconto
disc:
mone1

.2 Apr.
‘2114118
4t/
611
8

4-
tIa
6’/,-7
1)

29 M:.-2A.21
1
4
t
/
1
/,
4
t/._5

.
6’18-
1
14
4-11
–
6-7

21-26 M.’21
4
1
1
1
12
45
6
1
14
4819
–

14-19

,,

’21
4
8
18
1
I2
4-6
6
1
/
4-
‘/a
–
6-7

29M.1A.’203’I4
4
1
1,
5’18
4-118
–
9-12

31 M.-SA.’l 9 4
1
/4_als
4
1
1t-V
2
S
°
/je
4-‘/s
–
35/e58/e

20-24Juli’1413
11sh!10
21/4 – 514
2
1/_ ‘/g
2
1
19

/s
21
18142 ’12
1)
Noteering ven 1April 1921.

WISSELKOERSEN.

WISSELMAÏtKT.

In de wisselkoersen kwam ok deze w!eek niet veel ver-
andering. Londen was aanvankelijk iets vaster, maar liep
daarna spoedig ‘terug, voor een gedeelte door arbitrage via
New York, daar de dollars hier, regelmatig iets önder pan-
teit ntecrden. Ook Buenos Aires en Java was sterk aange-
boden; 97 en 96% latend. Daarentegen was Parijs prijs-
houdend ca. 20.25 en België eerder iets vaster, vooral in
‘het midden der week, toen tot 21.25 betaald werd. Marken
zonder ‘veel . handel eerder vast, meestal 4.62% hiedend. Weenen daarentegen iets lager ca. 75.-. Van Skandinavië
was Kopenhagen zeer vast, van 50.60 opioôpend tot 53.10; Stockholm prijshoudend, maar later iets lager aangeboden,
terwijl Christiania, dat aanvankelijk door Kopenhagen
medegetrokken werd, ‘later weder belangrijk terugliep.
Zwitserland en Spninje stationinair.

KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
.
Londen
t)
Parijs
t)
Berlijn
1

•
Weenen
•)
Brü,sel
,)
New.
York”)

29

,,

.1921. .
11.37
20.074
4.97/, 0.75
21.-
2.90
1
/
30

1921..
11.39
20.2/,
4.624 0.79
21.124
2.89’1
31

,,

1921..
11.374
20.25
. 4.624
0.77
21.15
2.89
3
/
1 Aprir1921.
11.37
20.25 4.62k 0.77
21.15
2.89
1
1,
2

,,

1921..
11.36k
20.25
4.65
0.74
–
–
Laagste d.w. ‘)
11.354
20.-
‘

4.55
0.724
20.90
2.88’/
Hoogste
,,

1) 11.394 20.374
4.65
0:80
21.30
2.90’/i
24 Mrt. 1921..
11.37
20.124
4.624 0.75 21.05
2.90
1
/,

19

,,

1921..
11.364
20.174
4.65
0.82ò
2
21.15
2.90k’
Muntpariteit..
12.104
48.-
59.26
50.41
48.-
2.48
11

‘) Noteering teAmeterdem.

)
Noteeflng te Kotterdem.
1)
Particuliere opgave.
2)
Noteering van 18Maart.

Data
Stock.
holm’)
Kopen-
hagen’)
Chris-
t

tianla

)
Zwitzer.
land
)
Spanje
1)
Bataoia
1)
telegraJi,ch

28 Mrt.
1921
– –
– –
–
–
29

,,

1921
67.35
50.80
46.75
50.05
40.66 98’/4
30

1921
68.-
51.90
47.10 50.25
40.65
98
31

1921
68.-
52.75
47.-
50.30
40.60
98
1 Apr. 1921
67.75
53.-
4R.75
50.35
40.50
97
3
/
2

,,

1921
67.75
53.20
47.-
50.30
40.60
–
L’,te •d. w.’)
66.80 50.20
46.50
49.80 40.40
97
1
/.
H’ste

,

,,

‘)
68.25 53.25
47.25
51.25
40.65
98
24 Mrt.
1921
67.10 50.45
46.50
50.16
40.60
97’1,
19

,, .

1921
66.25 50.25
46.70.
60.30
40.70
974
–
98’/e
Muntpariteit
66.87
66.67
66.67
48.-
48.-
100

) Noteering te Amsterdam. ‘) rarticulsere opgave.

KOERSEN TE NEW YORK..

Data

1
Cable’Lond.
1
,
Zicht Parijs
1
Zicht Berlijn Zicht Am,terd.
(in per £) I(in ci,. per
S)I(in
ci. p. 4Rm.)l(in cts. p. pia.)

2

April

1921 3.92.25
7.01
oom.

‘

Laagste d. week
3.92.25
6:96
nom.
Hoogste,,’

,,
3.94.12
7.01
nom.
26
Maart 1921
3.92.-
6.92
nom.
19

,,

1921
3.91.87
6.95
oom.
Muntpariteit.. .
4.88.67
5.1 á lid
95’h
40°!,,

KOËRSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDEN

Pla.s’lsen en
Landen
Noieerings.
eenheden
19
Mrt.
1921
26
Mri.
1921
26
M,t12 Apr.
2I
Laagste
1
Hoogste

2
April
1921

Alexandri..
Piast.p.€
977/,,
977/
97
1
1
.
is
97/,,
97e/t,
5
B.
Aires’)..
d. p. $
4611.
4781
46
1
12
47
1
!,
46
5
18
Calcutta . . . .
£ p. rup.
113
15
‘,2
113
17182
113
8
1e
113
7
18
1/”110
Hongkong ..
id. p. $
2f4/s
214
7
1,
214
1
1,
21611
214
7
18

Lissabon….
d. per Mil.
.

5
1
14
5
412
5I1
.51/
4

Madrid

….
Peset. p.0
28.02
28.07 28.00 28.15
28.09
•Montevideo’
d. per
$
.

45
45
43
1
1
Montreal….
$ per £
4.46
1
12
4.45
4.41
1
1
4.46
441112

•R.d.Janeiro.
d. per Mii.
6
1
18
9
1
1jo
1
)
9
971
9
Lires p. £ 95″/,
98.33
64
98.25
95’/,o
Shanghai

. .
£ p. tael
3101
311014

311
312
1
1,
3,
1
118
Rome

……..

Singapore ..
id. p. $
213
7
/8
213
7
1s
2/3
3
1
213
71
!,2
213!!,
•Valparaiso..
d.’p. peso
8
7
!8
8′!,
8
5
182
8″f,,
8
1
182
Yokohama ..
£ per yen1
2
1
6*
18
2/5°/Il
25’/,o
2151/,

215
1
12
• Koersen der voorafgaande dagen.
1)
TelegraG.ch treneferi.
8) Noteoring van 24 Maart 1921.

NOTEERING VAN ZILVER

No!eering
to
Londen
te New York
2
April
1921
…..
….
2’/,
66
8
18
24 Mrt.

1921
……..
32
571/4

19

,,

.

1921.,
…….
33
1
/2
57
3
14
12

1921
……..
32’/
1

April

1920
….
…..
72′!,

,

‘
128V,
5 April

1919
……..
48’/s 101′!,
20 Juli

1914
……..
24″!,.
54
1
18

NEDERLANDSCHE BANK.

Verkorte Balans op 4 April 1921.
Activa.
Sinnenl.Wis-{ H.-bk. f136.252.432,65V,
sels, Prom., B.-bk.

13.134.402,46
enz.in disc. Ag.sch;
,,
68.814.176,24
1
l,
( 218.201.011,36
Papier o. h. Buitenl. in disconto

–
Idem eigen portef.. t 16.533.089,-
Af: Verkochtmaar voor
de bk. nog niet afgel. ,,

–
16.533.089, –
Beleenijigen { H.-bk.

83.137.439,54
mcl. vrsch.
in
rek.-crt. B.-bk.
,,
18.973.681,25
-. op onderp. Ag.sch. ,,117.609.382,23’13

f219.720.503,02’/i

Op Effecten …… f202.675.42,63
OpGoederenenSpec.,, 17.045.082,39112
,,
219.720.903,02
1
11 1
Voorschotten a. h. Rijk ……………..
,
11.987.902,42
1
1,
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……t 56.219.785,-
Muntmat., Goud .. ,,ö64.813.716,18

f621.033.50l.18
Munt, Zilver, enz. •

16.010.719,41°/s
Muntmat., Zilver ..

-_
637.044.220,59’15
Effecten
Bel.v. h. Res.fonds.. – 4.653.858,87’15
Id. van
1/i,•
h. kapit.
,,
3.873.652,8711a

8.527.51 1,75
Geb.enMeub. der Bank ………………
,,

3.594.000,-
Diverse rekeningen ………………
,,

40.792.571,71

f1.156.400.809,86′!,

Paseiva.
kapitaal

……………………..
t

20.000.000,-
R
eservefonds

………………….
,,

.
5.000.000,-
Bankbiljetten in omloop …………..
,,
1.054.069 510,- Bankassignatiën
in
omloop… …….
2.442.312,38
1
!,
Rek.-Cour.j Het Rijk (

–
saldo’s,

J Anderen
,,

48.605.027,15 48.605.027,15
Diverse rekeningen …………………..
,,

26.2P3.960,35

fl.156.400:809,86′!,

/
0

6 April’ 1921

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTBN

311

NED. BANK 4 April 1921
(vervolg).

Beschikbaar metaalsaldo ………….. ( 415.255.996,7.7111
Op
de ba8i8 van ‘/. tnetaaldekking
…. ,,
194.232.626,87
1
12
Minder bedrag aan bankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is
.. ,, 2M76.279.980,-

Verschillen met den vorigen weekstaat
Meer
Minder
Disconto’s …………….

25.501.646,26
Buitenlandsche wissels
1.174.649,-
Beleeningen

…………..
4.083.753,97
Goud

………………..
Zilver ………………..
676.691,85
1
/,

Bankbiljetten

…………

17.253.365,-
Part. Rek.-Crt. saldo’s

….
7.035.476,89
1
/i
Voornaamste posten in duizenden guldens.

•
Bank-
Andere
Data
Goud
Zilver
olijelten
opeischbare
3cnutaen

4 April 1921 ……
621.034
16.011
1.054.070
51.047
621.034
1′.687
1.036.816
44.069
836.119
17.831
1.025.268
.45.475
29 Mrt.

1921
…….

636.119
18.525 1.037.984
53.801
636.119
19.414
1.045.825
41.432

21

,,

1921 …….
14

,,._ 1921 …….
3 April 1920 ……
634.415
10.605
1.054.980 87.177

7

,,

1921 …….

667.947 8,733 1.019.207
81.820
5 April 1919 …….

25 Juli

1914 …….
162.114 8.228
310.437 6.198

Data
Totaal
bedrag
disconto’s

Schatkist.
promessen
rechtstreeks

2dec-
nin gen
–
Metaal.
saldo
percen-
lage

4 April 1921
218.201
53.000
219.721
415.256
58
29 Mrt.

1921
192 699 53.000
215.637
420.779
59
21

1921
190 858
50.000
207.828
439.009
.
61
14

.

1921
203.395
53060
210.838
435.495
60
7

1921
202.087
.
53.000 223.410 436.007
60

3 April 1920
216.902
141.000
204.639
416.073
56
5 April 1919
137.031
99.000 194.270 456.077
61

25 Juli

19141
87.947
14.300
61.686
43.521

1

)
75

‘) Op
de basis
van
’16
metaaldekking.

Uit de bekendmaking van den Mi n i s t e r vat’ F i na n-
ci ë n blijkt, dat uitst&nden op:

29 Maart 1921

1
4
April 1921

Aan schatkistprömessen.. f
460.410.000,-
f 478.380.000,-
waar van rechtstreeks hij
de Ned. Bank geplaatst

53.000.000,- ,, S3.000.000,-
Aan schatkistbiljetten .

54.292.000,- ,, 64744.000,-
Aan zilverbons . ……..,, 46.935.618,
7
– ,,
47.352.228,-

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.De samengetrokken
cijfers der laatste weken zijn telegraphisch ontvangen.

Bank

1

Andere
–

Data

Goud

Zilver
1
biljettn

opeischb.
schulden

467.000
468000
474.000

10.617

341.583 .135.012
10.470

844.600 126.060
10.238

344.426 120.433
10013

352.804 111.032

4.378

314.315

92.050
10.748

20776 126.038

31.907

110.172
1
12.634

Wissels.

Beschik-

Dek-

Dis.

buiten

Belee-

Diverse

baar

kings.
ata

•

ree-

conto

.- n .

ningen

metaal- perccn-

betaalbaar

ntngcn t)

3aldo

lage

26Mrt.1921

223.000

‘

143.750
*
00

19 ,, 1921

225.000

••

143.250

‘

12

1921

228.000

000
142.250

19 Feb. 1921 iOl 30.754 122.01i 34.963 140.414

49
12

1921 34.551 25.414 119.444 43.221 141.622

50
5

1921 34.629 24.642 122.657 44.682 142.636

51
29 Jan. 1921 34.240 25.894 125.567 44.123 142.671

51

27Mrt. 1920 16.098 16.055 149.582 40.349 96.945

46
29Mrt.1919 9.398 22.069 80.700 10.254 71.342

41

25Juli 19141 7.2591 6.3951 47.934

2.228

.4.842
2
. 44
1)
Sluitpoat der activa
8)
Op
de basia van
1/,
metaaldekking.

DE SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

1 Andere 1

Div. reke.
Data

Metaal Circulatte t opeischb.
1
Disconto’s
1 1
schulden
1

ningen’)

26 Febr. 1921

..
1.133
2221
804
2.025
320
19

1921

– –
1.231
2.172
830
2.011
163
12

1921

..
1.232
2.243
1.012
2.158
192
5

1921

..
1.232
2.259
915
2.175
‘

74
29 Jan.

1921 ..
1.233
2.215 1.133
2.176
197
22

,,

1921

..
1.233
2.226
1.064
2.175
260

28 Febr. 1920 ..
1.050
1.639
968
1.749 278
1 Mrt. 1919..
948
1.692
8
1
47
1.303
115

25 Juli

1914 …
645
1.100
560
1

735 896

t
) Sluitpoat der
activL

BUITENLANDSCHE
BANKSTATEN.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder
bijvoeging der Currency Notes,
in duizenden
pond
sterling.

Currencg Note.
Data
Metaal
Circulatie
Bedrag
1

Goudd.
Gov. Sec

30 Mrt. 1921
128.348
129.905
343.826 28.500
311.334
23

1921
128.327
129.535
342.312
28.500 311.281
16

1921
128.325
128.106
338.086
28.5(0
3u5.397
9

,,.

1921
128.324
128 475 337.883
28.500
305.294

31 Mrt. 190
112.172
105.271
340.700
28.500
321.180
2 April1919
84.928
75.167
332.123
28.500
315.077

22 Juli

1914
40.164 29.317
–
–
– –

Data
Gov.

Other
Public
Other
Re-
Dek-
kings-
SCC.
.)CC.
L/ePO,1.
LJepOs
seroe
,,,,

30 Mrt. ’21 26.004 102.909 23.047 114.634 16.894 12,27
23 ,, ’21 24.000 101.022 22.983 101.169 17.241 13,90 16 ,, ’21 23.524 102.077 18.910 107.259 18.669 14,80
9 ,, ’21 39.154 93.718 17.881 115.196 18.800 13,75

31.,Mrt. ’20 20.412 109.524 36.248 100.922 25.351 18,49
2Apr.’19 67.114 78.870 32.790 123.302 28.215 18,07

22 Juli ’14 11.005 33.633 13.735 42.185 29.297 52
8
1,
t)
Verhouding tuaachen Reserve en
Deposita.

DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Darle.hens- kassenscheine, in duizenden Mark.

Data
Metaal
Daarvan
Kassen-
Circu-
Dek-
king,-
Goud
scheine
latie
perc.

)

23 Mrt. ’21
1.100.621
1.091.606
23.366.173 67.647.934
86
15

’21
1.100.491
1.091.609
22.947.26
1
1
67.44.7554
86
7

,,

’21
1.100.048
1.091.613
22.732.952 67.907.828
35
28 Febr. ’21
1.099.590
1.091.818
21.982.303 67.426.959
34

22 Mrt. ’20
1,128.187.
1.077363
13.611.450
43.347.112
84
22 ,Mrt.

’19
2209.070
2.188.305 6.108.966
24502.095
84

23 Juli

’14
1.691.398
1.356.857
65.479
1.890.895
93
t)
Dekking
der circulatie
doör metaal
en Kaasenscheine.

Darlehenskassenscheine
Data
Wissels
Rek. C,t.
jtaal
In kas bij de
uitgegeven Reichs bonk

23 Mrt. 1921 53.851.178 16095982 33.624.000 23.311.400
15 ,,.

1921 53398423 20.967.890 33.404.400 22.890.200
7 ,,

1921 55.228.423 15.873.047 33454.30(1 22.678 600
28 Febr. 1921 56.451.339 17.357.088 32.80650u 22.579.100

22 Mrt. 1920 40.’60.938 14.528.865 26.845.200 13.572.600
22 Mrt. 1919 27.584.093 11.967.850 16.855.600 6.099.800

23 Juli
.
19141

750892

943.964
1

•-

–

OOSTENRIJKSCH-HONGAARSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden Kronen.

1 Metaal. en I

1 Bijz. schuld 1

Bank-

1
Rek. Cr1.
Data

1
huttenl.

Disc, en

Oostenrijk
1 1
go,jdwissels
1
bdeenn gen
1
en Hongarije
1
biljetten

saldi

15Nov.’20 t)325.730 37.782.521 32.954.000 74.121.378 9.497.833
31Oct.’20 321.121 36.474.610 32.954.000 72.902.605 9.930.245 7Feb.’20 290.428 19.251.400 32.954.000 56.994.022 6.057.646
31Jan.’20 291.083 19.182.543 32.954.000 56.772802 6220.536
15Nov.’19 32507 14,742.052 32.954.000 50.582.595 7.235.850

23Juli’14 1.589.267 954.356 – 2.159.759 291.270
1)
waarvan 222.669
goud,
46.598
buitenlandsche goudwissela en
56.463
munt ei, muntmateriaal zilver.
26 Mrt. 1921 ……

000

19

1921
……
12

,,

1921 ……

19 Febr. 1921 …… .224.897
12

,,

1921 ……225.053
5

,,. 1921 …… 225.127
29 Jan. 1921 ……22&233

27 Mrt. 1920 …… 173.675
29 Mrt. .1919 …….127.706

25 Juli 1914…….f2.057

312

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 April 1921

BANK VAN FRANKRIJK.

Voornaamste posten in duizenden Îrancs.

Data
Goud Waarøan
in het
Buitenland
Zilver
1

Te goed
in het
1
Buitenland

Butt.gew.
voorsch.
a/a’. Staat

31 SIrt’21
5.604.213
1.948.367
287.320 643.509
26.200.000
24

’21
5.503.910
1.948 367
265.408
643.174
25.900.000
17

.’21
5.503.743
1.948.367
264.930
646.482 25,800.000
10

’21
5.503.549
1.948.367
266.242 658.312 26.100.000

1 Apr.’20
5.584.884
1.978.278
245.409
588.534 25.700.000
3 Apr.’19
5.544.372
1.978.308
312.269 766.536
26.050.000

23 Juli ‘,14
4.104.390
–
639.620
–

tl

Wissels
Uitge.
1

stelde
Wissels

Belee.
ntng
Bankbil. jetten

Rek. Crt.
Porti.
culieren

Rek.
Crt.
Staat

3.051.904
-266.663
2.177.038
38.435.0783.066.121
37.074
2.859.119
275.861
2.198.565
38.132.816 3.103.963
39.663
2.863.943 300 679 2.209.240
38.245.394 3.087.596
64.268
cr
2.927.496
307.680 2.224.780
38.366.247
3.324.202
38.351
0
2
574.991 1.758.502 37.334.354
3.336.651
930.004 1.006.971
940.124
1.207.203
33.736.477
2.867.082
94.098

1.541.080
–
769.400
5.911.9101
942.570140.590
BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.

Voornaamste posten in diizenden france.

I
Metaal
Bv/een.
1
Beleen. Binn.
Rek.
Data
1

mcl.
von
1

van
1

wlisels Circu.
Crt.
1
buiten! prom. d.
en
buy .
Partic.
saldi
vorder.
1
provinc.
heleen.

31 Mrt. ’21
330.620
84.653
480.0001869.461
6.104.823
515.692
23

’21
328.238
84.653
480 0001879.696
6.022.096 602.385
17

’21
329.963
84.653
480.0001857.648 6.033.654
535.788
10

,,

’21
326.105
84.653 480.000I877.190
6.058.305
503.557

1 Apr.’20
358.167 84.955
480.0001698.597
5.055.661 1.275.774

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.

Voornaamste posten in duizenden dollars.

Goudvoorrood

1

1

I’.tÇ.
_____
__
1
Zilver 1 Notes in
Data

Totaal

1 Dekking
1
In het

etc.

1
circu.
1

bedraa

1
F. R. Notes
1
buitenl.
1

1

latie

4 Mrt.’ 21
2.183.090
1.402.238
–
212.673
3.042.6t1
25 Febr. ’21
2.140.313
1.392.874
–
216.686
3.051.708
18

,,

’21
2.132.652
1.409.923
–
220.338
3.037.444

11

,,

’21
2.121.978
1.436.513
–
220.220 3.050.416

S Mrt. ’20
1937.077
1.254.761
112.822 117.553
3.030.010
7 Mrt. ’19
2.139.479
1.281.353
1

5.829
65.983
2.488.537

Algem.
Percent.

alG
isie
Totaal
Gestort
Dek.
Goud.
Deposito’s
Kapitaal
kings.
dekking perc.
1)
circul.
2)

4 Mrt. ’21
2.505.509 2.269.918
100.885
50,8
59,3
28 Febr. ’21
2.566.757
2.279.019
100.790
49,9
58,1
18

,,
.

’21 2.531 282
2.286 779 100.740
50,3
58,5
11

,,

’21
2.581.389
2.238.131
100.557
49,8
57,6

5 Mrt. ’20
2.927.618 2.616.036
90.871
–
7 Mrt. ’19
2.161.290 2.401.287
81.490
–
–
t)
Verhouding tusochon: den totalen goudvoorraad.
zilver
etc., en de
opeiechbare achulden:

F

R.

Notes en netto deposito’s.

t)
Na aftrek
van
35
pCt. der totale

dekkingsmiddelen
als
dekking
voor
de netto
depositos.

PARTICULIERE BANKEN ÂANGESLOTEN BIJ HET
FED
BES. STELSEL.

Voornaamste posten in duizenden dollars.

Data
1
Aantal
Totaal
uitgezette
Reserve
de
Totaal
1

Waarvan
time
banken
gelden en
‘
F. R. banks
.deposito’s
1

deposits
beleggingen

25 Feb. ’21
826
16.107.849
1.296.808 13.524.730
2.908.663
18

’21
826 16.097.444
1.293.847
13.602.290
2.907.210
11

’21
832
16.118.01
1.308.755
13.619 536
2.917.771
4

,,

’21
828
16.265.818
1.320.414 13.675.205
2.923.673

27 Feb. ’20
805
15.727.448
1.408.357 14.019.430
2.523.754
28 Feb. ‘191
771
14.154.4881
1.253.166
l2.O9.801
1.641.232

Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

EFFECTENBEURZEN.

. AMSTERDAM, 4 APRIL 1921.

De gebeurtenissen, die ‘ zich na het Paasch.reces lebben afgespeeld, hebben de aandacht in de eerste plaats naar de
beurs-centra ten Oosten van onze grenzen getrokken. In
deit 1aanvang der berichtsperiode was iiet, nog de nawer-
king der communistische oproeren in Duitschland, welke
eehter •Loi’n ree1s het aanzien hadden volkomen op een
mislukking te zullen uitloopen. Weliswaar is thans de rust nog niet geheel en sI teruggekeerd, doch wat nu nog is op
te merken, zijn niet anders dan de nagalmen van een
cacophonisch samenspel, zoo goed als ontdaan van ieder
gevaarlijk element. In dit verband is het dan ook rvolko-men verklaarbaar, dat de beurs te Berlijn een zeer rustig
voorkomen ‘heeft gehad, al is dan ook de omvang van zaken
sterk afgenomen. Van eenige nervositeit is gedurende het
geheele verloop van het communistisch oproer geen sprake
geweest, zelfs niet, toen onder den invloed hiervan, van de
nog steeds niet opgehelçler.de positie ten aanzien van Opper-
Sileziil en van de strafheffing door de Entente van de
Duitsche expor.ten, de buitenlandsche va.luta-zloteeringen
een stijgende tendens gingen nantoonen. Inmiddels be-
hoort ook deze weder tot •het verleden; integendeel is er
thans een verbetering van het peil der Duitsche Reichs-mark in ‘het buitenland op te merken. Merkwaardig ge-
noeg werd deze in verband gebracht met de reis van Minis-
ter Simons naar Lugano; men wilde weten, dat deze niet
sleehLs om gezondheidsredenen, maar ook voor ‘het houden
van een officieuze conferentie naar het Zuiden van Zwit-
serland was vertrokken. En hoewel deze opvatting onmid-dellijk werd gedementeerd, schijnt zij toch reeds zoodanig
post te hebben gevat in sommige optimistische geesten, dat
er ter beurze voor een groot deel nog aan wordt vast ge-
houden. De tendens kon op deze wijze vrij vast ‘blijven, al
gaf ht publiek er dan ‘ook de voorkeur aan een afwach-
tende houding aan te nemen. Vooral ‘is dit het geval ge-
weest, toen het ‘avontuur van ex-koning Karel van Hon-
garije de gemoederen in heftige beroering heeft gebracht.
Doch waar ‘het schijnt, dat ook dit voorval weder spoor-
loos zal verdwijnen in de rij der minder belangrijke his-
torische gebeurtenissen, is de kalme houding van de beurs
te Berlijn op dezelfde
1
wijze gehandhaafd.
Dit is natuurlijk niet het geval geweest in de landen,
die in nauwer aanrakir1g met de voormalige Habsburgsche
Monarchie staan. In de eerste plaats niet voor Hongarije
zelf. Ter ‘beurze van Budapest was reeds een zeer sterke
reactie ingetreden in verband met de finaucieele hervor-
mingsvoorstellen van den Minister van Financiën, Roland
Hegedüs. Deze voorstellen zijn belangrijk genoeg, om hier
de quintessence er van weer te geven. Volgens het ontwerp
en de toelichting van genoemdèn Minister bedroeg deechul-
denlast van de landen der Honga.arsche Kroon bij ‘het uit-
breken van den porlog, goudwaarde en buitenlandsehe
valuta’s tot de muntpariteit omgerekend, Kr. 8.33 milliard.
Deze schuldenlast werd tijdens den oorlog, sedert ‘het uit-
breken van ‘den krijg tot 31 October 1918, vermeerderd met Kr. 30.89 milliard, 1.44 milliard Mark, 15.75 miflioen Hol-landsche Guldens, 1.52 millioen Zweedsche Kronen en 7.82
millioen Deensche Kronen. Van deze leeningén zijn de
Zweedsche en Deensche reeds geheel afgelost, terwijl met de
terugbetalin.g van de Hollandsche schulden een aanvang is
gemaakt. Van 31 October 1918 tot einde December 1920
werden nieuwe Hongaarsche staataschulden gecreëerd, ten
bedrage van 22.79 ‘milliard Kronen, 2 millioen dollar en 200.000 ‘pond sterling. De rente nu van de schulden van
vÔSr 31 October 1918 wordt teruggebracht tot 3 pCt. ‘s jaars,
van 1 Juli 1921 af tot einde 1925; van dien datum af
treedt de oorspronkelijke rentevoet weder in werking. Wat
betreft de Hongaarscbe schulden van vSSr 28 Juli 1914 kan
een overeenkomst wor.den getroffen met ‘de Commission des
Rparations, voor zoover de stukken zich in handen van
Entente-houders bevinden.
Ten geleide van dit ontwerp ging een toelichting, waarin
de Minister mededeelde, dat de bankbiljetten-circulatie zou
worden ingeperkt en ‘dat hiermede reeds in de eerstvol-
gende dagen zou worden begonnen; als verder bewijs voor
den financieelen vooruitgang van Hongarije werd mede-
gedeeld, ‘dat in Februari de uitgaven van den Staat reeds
geheel werden gedekt door ‘de inkomsten.
Als gevolg hiervan werd in Hongarije een inperking der
inflatie verwacht, die zich dodelijk uitsprak in een daling
ter beurze van Budapest en een stijging in de waarde van
‘den Hongaarschen Kroon. Weliswaar werd door de Banken
getracht ‘door interventie-aankoopen het koerspeil tte steu-
nen, doch na enkele dagen reeds bleek, dat tegen ‘den stroom
niet viel op te roeien. Het intermezzo van ex-koning Karl
heeft hierin in zooverre ‘wijziging gebracht, dat de Ron-
gaarsohe Kroon in het buitenland daalde, doch dat tegelij-

1
6 April .1921

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

313

kertijd. de onrust in het binnenland steeg, ‘waardoor aan
de daling toch geen eipde werd gemaakt. Inmiddels is de
nerveuze stemming thans tot een einde gekomen en hebben.
de koersen van de verschillende foiidsen ‘zich eenigszins
kunnen herstellen.

Te W e e n eii heeft de hausse-pe.riode nog geen einde
genomen. De ‘hulp van de En’tente tot ‘het aanschaffen van
de noodige buitenlandsche valuta’s is nog niet zoo ruim,
dat men, te Weenen er van kan afzien verschillende objec-
ten .te verkoopen. In financieele kringen is men dan ook
bevreesd binnen enkele jaren het geheele vermogen der Oos-
tenrjksche Republiek te zien verdwijnen; het spreekt van
zelf, dat dit somber vooruitzicht, uitgesproken in verschil-
lende tijdschriften, een ongeëvenaarde hausse op de beurs
heeft doen ontstaan, ‘alleen eenigszins geremd door de
stroefheid vân de geldmarkt. De baisse-beweging is overi-
gens nooit zoo heel uitgebreid geweest. Zeer vast waren
aandeelen Alpine-Montan in verband met ‘den verkoop der
onderneming 4an ide. Stinnes-groep, hoewel de koers te Wee-
nen nog iets (blijft onder den prijs, waarvoor de aandeelen
zijn verkocht. Vports waren Hongaarsohe haiak-aandeelen
sterk gevraagd, terwijl overigens de geheele Weensche beurs
slechts in geringe mate ‘werd geaffecteerd door ‘het verblijf
van den voormaligen koning te Steinamauger. Blijkbaar
was men in officieele Weensohe kringen voldoende op de
hoogte om het verloop ‘der gebeurtenissen met de .ndodige
rust tegemoet te’ kunnen,zien.

Te L o n d en is de beurs uiterst vist gebleven, vooral,
indien men ‘de tijdsomstandigheden in aanmerking neemt.
De mijnwerkers-staking ‘is reeds een feit geworden, ‘terwijl
een staking van spoorweg- en transport-arbeiders zeer
waarschijnlijk is. En toch heeft dit vooruitzicht geen in-
vloed van ‘beteekenis gehad op het koerspeil aan de Loo-
densche beurs. Vermoedelijk ‘is men van meening, dat het
succes der arbeiders zeer twijfelachtig is, in ‘de eerste plaats
door ‘het. jaargetijde, waarin de staking plaats vindt, i’n de
tweede plaats door de argumentatie van werkgevers en
Regeering, waardoor ‘de laatsten ei
–
vrijwel van verzekerd
zijn, de sympathie van het publiek gehel aan ‘hun kant te
hebben. Vrijwel iedere ‘andere overweging van £in’ancieelen
of van economischen aard is bij ‘de beursbeschouwingen te
Londen weggevallen, )zood’at ‘alles zich ooncentreert op het
verloop van het tegenwoordig conflict. Een bespreking is
derhalve in het tegenwoordig. stadium niet goed mdgelijk.
Ook te ‘Pa r ij s heeft men in een periode van rust vol-
hard. Van, variaties van beteekenis is feitelijk geen sprake.
Aan den ‘anderen kant echter geven de officieele koers-
lijsten hieromtrent ‘slechts zeer summiere informatie. Dit
wordt te sterker geïllustreerd, indien men weet, dat b.v.
Fransche rente vrijwel niet ‘aan de beurs wordt verhan-
deld, ondanks het iederen (lag voorkomen van de desbe-
treffende noteeringen; de handel beweegt zich in niet-
officieele banen en de opbrengst van Fransche rente hier
is lediiidend minder dan men volgens de koersljsten zou
mogen verwachten. »
Te N e w Y o r k heeft zich een eenigazins betere tendens ontwikkeld. Dit ‘hangt ten nauwste samen met de ‘berichten
omtrent een iets betere stemming in de kringen van handel
en industrie. Vooral de automobielbranohe heeft blijken van
opleving gegeven eii waar dit de eerste tak van belrjf was,
waarin de malaise, haar intrede heeft gedaan, gelooven
vele, idat cle goede ‘aanwijzingen op hun beurt ook de
gaasche ‘industrie zullen penetreeren. Aan ‘den anderen kant echter zijn er ‘nog te veel ‘teekenen, idie op stilstand wijzen,
‘dat ‘de beurs niet bepaald willig kon worden gestemd. Voor-
bijgaand was er iets meer animo te constateeren voor
spoorwegwaar.den, ‘doch ‘reeds spoedig traden ‘deze in hun
lethargische houding terug.
T e on z e n t is de beurs gedurende de laatste dagen
uitermate ongeanimeerd geweest. Dit gold iliet zoozeer voor
Nederlandsohe staatsfondsen, hoewel ook deze onder de
tijclsomstandigheden ‘te lijden ‘hebben gehad. Over het alge-
meen ‘zij’n’ onze i’nheemsche staatsschulden lager genoteerd,
hetgeen echter in ‘de eerste plaats toegeschreven moet wor-
den aan realisaties van verschillende posities, waarin ook
deze ‘waarden voorkwamen. In de geldmarkt toch is geaner-
lei wijziging gekomen; eerder ‘toonde ‘de koers voor dag-geld en voor prolongatie een lichte neiging tot monteeren.
Buitenlandsche soorten werden bijna niet verhandeld.
Russische waar,den hebben ‘hun belangstelling weder geheel
moeten inboeten. San Paulo-waarden ‘bleven ‘na een tus-
schentijdsch ‘herstel ‘weder eenigszin»s ‘aangeboden.

29Mrt. 1Apr. 4Apr.
RizigoI

5
O
l
o
Ned. W. Sch.

1918
87
1
I9

87I4

871I1,
– 11,6
434
0
/0
,,

,,

,,

1916
88

88’/4

86
1
I,
– 1
4
0/
t
, ,,

,,

,,

1916 79’1,

78

7711,
—2
334
0
10 ,, , »

,,

•..

,
69
1
/

8915/a,
691I

– 114

29Mrt. 1Apr. 4Apr.
Rilzing of
daling.
3

0/

,,

,,

,,

. . . .

59
31

59
5
I1

58
T/8 -‘ /8
234
°/
o
Cert.
N. W. S
…..5O’/,

50114

4915/ –
5 01 Oost-Indië 1915 . . . – 90
1
1
4

91
5
I8

91

+ ‘/
6

0/o

,.

1919 ……95

908

94/10 –
4
0
1
Oostenr. Kronenrente

3
13
11,
318/

311/te

5

0
/Rusland 1906 ……8’/,

781
4

701
4
– 81
4

4
0/,,
Rusi. bij Hope & Co.

8

7’I8

7118 –
8
/8
434°/
o
China Goud 1898

60
1
/d
60
1
14

6018 – 118
4
0/,,
Japan 1899 ……..53
3
/
4

54

54

+ ’14
4
0/,,
Argentinië Buitenl

538/
4

5381
4

5331
4

5

°
/o Brazilië 1895 … …. 45’/2′ 48

50

+ 4
1
12
7

0/
Staatsspoor …….103’/, 103″/i, 103’/, +
‘Is
7
0/,
Amsterdam ……..100’/o 10014 100114 + 1/8

De
aandeetenmarkt
‘heeft ‘deze week ook de beleggings-
markt ‘volkomen medegesleèpt. Eenige uitzondering was hier
niet te bespeuren, zoodat een afzonderlijke bespreking der
verschillende marktgebieden feitelijk wel achterwege zou
kunnen blijven. Niettemin waren er voor iedere rubriek wel
eenigermate verschillende factoren, hoewel deze alle in een-
zelfde resultante, samenkomen.

Een bizondere ‘aanleiding tot de hef tige daling van de
laatste «dagen is niet aan te töonen. Voor
Suikerwaarden
heette het, ‘dat het uitblijven van, ‘afdoenings-berichten uit
Indië ‘den stoot ‘heeft gegeven tot het realiseeren van d’e
betreffende waarden, doch de ontstentenis van dergelijke
berichten ‘dateert ‘reeds van eenige weken geleden. Het
nieuwabureau, ‘dat de beurs van Indische mededeelingen
langs telegrafischen weg voorziet, heeft dan ook reeds zeer
lang dezelfde stereotiepe ‘zinswendingen om het uitblijven
van affaires ‘te ‘karakteriseeren, zoodat in ‘het opnieuw ge-
brui’ken ‘van deze uitdrukkingen en in ‘het wederom-medê-
deelen, dat van handel in producten nog geen sprake is,
niet ‘de oorzaak voor de reactie kan worden gezocht. Eerder
moet in de richting van een uiterste matheid van het
publiek de reden worden gevonden, hetgeen de markt over
het algemeen en ‘niet ‘de suikermarkt in ‘het ‘bijzonder,
buitengewoon gevoelig heeft gemaakt voor ieder ongunstig
bericht en voor i-ederen aanval van de contramine-partij.
Deze laatste heeft zich dan ook duchti’g geweerd; tegenover
de voortgezette ‘verkoopen van deze zijde ‘bestond geen
vraag van eenige beteeken’is. Hierbij kwam, naar het
schijnt, de . maatregel van sommige banken en bankiers,
voornamelijk in de provincie, dat sommige waarden, niet
of mipder courant, ‘niet meer met het gebru’ikeljke onder-
pand in .b’eleening of in’ prolongatie werden genomeii, zoo-
dat de bezitters, bij dé onmogelijkheid .tot verkoop van
d e ze waarden op d i t oogenblik, wel hun toevlucht moes-
ten nemen tot realisatie van meer courante fondsen. Boven-dien verluidde, dat er gedwongen liquiclaties voor ‘rekening
van een pro’vinciaalsche firma plaats vonden, ‘doch hierbij’
waren in de eerste plaats ‘scheepvaartwaarclen gemnteres-
seerd. Hoe het zij, de gansche, markt stond onder den ge-
weldigen druk van verkoopen, niet eens van zoo heel ‘groo-
ten omvang, doch die ‘in de tegenwoordige omstandigheden
toch slechts geëffectueerd kondeis worden met ‘opoffering
van ‘groote prijsverschillen. Aandeelen Handeisvereeniging ,,Amsterdam” reageerden ‘tot vrijwel den laagsten prijs van
de laatste jaren; aandeelen Cultuur-Maatschappij der Vor-
stenlmsden, Koloniale Bank, Ned. Indische Handelsbank,
enz. volgden dezelfde lijn.

29Mrt. 1 »Apr. 4Apr.
Rijzing ol
daling.
Amsterdamsehe Bank

– .
-.
176
167
3
14
174
‘
—2
Koloniale Bank

………..
197 187
192
–
5

‘
»
Ned.Handel-Mij. cert».v.aand.
18311,
175
175
–
8’12
Rotterd. Bankvereeuiging.
.
123112
‘
1221,
122
1
1,
–
1
Amst. Superfosfaatfabriek..
llO’/4
112
112
+
1’1
Van Berkel’s Patent ……
90
»

86’/4
82′!,
– 7112
Insulinde’ Oliefabriek

. .
-.
5981
t

521/
4

54814
–
5
Jurgens’ Ver. Fabr. pr.aand.
83 83
82
–
1
ifollandia Melkproducten ..
205
51
194
5
14
201’14
411

»
Philips’ Gloeilampenfabriek
285
257’/,
255
–
30
R. S.
Stokvis
&
Zonen …..
580 580 580
Vereenigde Blikfabrieken.
.
100
31
101
1
11
101′!,
-_
‘/
Compania MercantilArgent.
151
149’/
149’/4
–
1
11
4

Cultuur-Mij. d. Vorstenland.
215
1
1
200 200
–
15’12
Handelsver. Amsterdam ..
514
457’12
460’/
-‘
53’/2
Holl. Transatl. Handeisver.
45
1
12
4581
4

45814
+
114
-.
Linde Teves
&
Stokvis
. .
-.
115
115
110
—5
VanNierop&Co’sflandel-Mij.
68

»
64
1
1,
62
–
6

–
Tels
&
Co’s Handel-Mij ….
68
1
!,
,
65
62
-r-
Gecons. Roll. Petroleum-Mij.
212
1
1,
210
198
1
/8
–
13
7
1,
Kon. Petroleum-Mij. ……
549’/
629’1 519
–
30’1»
Orion Petroleum Mij.
»

Afgest. Aand.’
52
–
50
49

‘
–
3

314

ECONOMISCH-STATISTISCHE. BERICHTEN

6 Aprii 1921

29
1

Rijzing of

r

A
pr.

4
pr.
dBbng.

SteanaRomana Petroleum
•

Mij. .. Afgest. Aand 54

50

57

+ 3
Amsterdam-Rubber-Mij. …. 971/
3

9431
4

94314
– 214
Nederl.-Rubber-Mij. …….
62
1
/2

55

50

—
Oost-Java-Rubber-Mij. …. 175

159

155

– 2
,
0

Deli-Batavia ………….453

453

. 453
Deli-Maatschappij ……..483/2 470

46

27
1
12
Medan-Tabak-Maatschappij.
3471/
3
34711
3
34711
3

Senembah-Maatschappij …. 605

605

6.05

Hand aan hand met :deze beweging in su5ikerwaarden
ontwikkelde zich de tendens in aaindeeien
Koninklijke
Petroleum.
Ondanks het feit, dat de buitenlandsche beur-
zen voor dit fonds bij voortduring vast gestemd waren ont
stond hier aanbod, waartegen de aandeelan niet bestand
waren. Toch is bier zeer goed naar voren gekomen de weer-
stand, die de aandeelen hebben uit hoOfde van hun inter-
nationale markt. Wel zijn de verliezen ook hier vrij groot,
doch zij hebben toch niet den ômvang van de zuiver locale
fondsen aangenomen..
Van de overige rubrieken is het .meeat markant geweest
de beeging in
Scheepvaartwaarden.
Hier werd op sommige
dagen ,;rücksichtslos” verkocht, in verband met hetgeen
reeds hierboven werd medegedeeld omtrent enkele gedwon-
gen liquidaties. Inmiddels kan worden geconstateerd,. .dat
op den laatsten dag der berichtsperode over de geheele
linie een vrij krachtig herstel kon plaats vinden, zoodat de
nadeelige verschillen per saldo veel geringer zijn geworden.
Ook voor dit herstel was geen bijzondere reden aan te
wijzen; over het algemeèn moet de oorzaak. van het redres
worden gevonden in dekkingen van de contramine-partij
en in ‘hef ophouden van de realisaties,op groote schaal.

29 Mrt. 1 Apr. 4 Apr.
Ri.igl

Holland-Amerika-Lijn …. 239
1
1s 23t14 231
1
14 –

gern.eig 228

217

210

—18
Holland-Gulf-Stoomv.-Mij.

120

120

120
Hollandsche Stoomboot-Mij. 99’12

96

.. 96

3’12
Java.China-Japan-Lijn

148

141

135

13
Kon. flollandsche Lloyd

84 –

78/

7612 – 7112
Kon. Ned. Stoornb.-Mij.
.. 120
1
1

114

11613
– 4 –
Koninkl.-PaketVaart Mij.- . 127

123
1
1

117/2 – 9112
Maatschappij Zeevaart … . 1131 ‘113

113

–
Necleri. Scheepvaart-Unie.. 14 7 sh 141814 137113 •
Nievelt Goudriaan ……. 2l6

210

201

– 15
Rotterdamsche Lloyd……151

146

145

6
St
oom
v..Mij.,,Hitlegersberg” 115

115

115

,,

,, ,,NedeHand” . . 174

164

164

– 10

,,Noordzee” . . 34
1
12

30’/

31

– 3
1
1a

,,Oostzee” . . . – 112

111

112

De
Amerikaansche markt
daalde in verband met de aan-
wijzingen. van Walistreet en als gevolg van den lageren dol-
larkoers.

29Mrt.
1
Apr.
–
4
Apr.
Rgo

American
.
Car & Foundry. 145

145. 146′, + 1
1
1
Anaconda Copper ……..-83′!i, l0118 ,8011

– 3’/16
Un. States Steel Corp…..94
15
/16 93318

93314 –
1/1e –
Atcbison Topeka – ……..91
1
1,

9118

91

.1
12
Southern Pacific ……..90’/s

90
1
1

89

– 1′!,
Union Pacifio …………
137I4
.138’12 136’18

–
Int. Mérc. Marine orig. Corn. 1671, .1511
4

15’1

–

prefs. 591/

59l1

58

-. j1/
4

De
geldrn’arkt
toonde eerder eenige neiging tot aantrek-
ken; prolongatie 5 pCt. na 4Y pCt.
voordeel van importeerende landen en zoolang vooral uit
Noord-Amerika de oogstberichten zoo gunstig ‘blijven als nu
‘het geval • is, bestaan er voor prijsverhooging zeer weinig
aanwijzingen. In de itweede helftder afgeloopen week begon
voor tarwe eene sterke prijsdaling, die haar aanvang nam
in de Vereenigd’e Staten en later ook de Argentijn.sche
markten- aantastte. Van 29 Maart tot 1 April daalde de Mei-
termijn te Chicago 8Y4 dollarcen’ts per 60 lbs. Gedurende die dagen trad Duitschland weder tot’steed.s lagere prijzen
Vrij sterk alskooper òp. In ‘den aanvang werd vooral veel
April/Mei No. 2 hard en/of rad winter gekocht voor
f
19/
tot
flS7/
per 100 Kgr. c.i.f. Rotterdam en Hamburg, later
‘nok Juni/Juli voor
f
17.— en Juli/Augustus voor
f
16
en
f
16% naar Hamburg en Emden. Daarmee is dus een
begin gemaakt met inkoopen uit den nog te velde s’taanden
nieuwen Nooi-d-Amerikaanschen oogst. Heden echter toont
de Duitsche regeering nauwelijks eenigen ‘kooplust.vDe,
Amerikaansche prijzen zijn ‘namelijk weder vrij belangrijk
verhoogd. Dit is slechts ten deele ‘het gevolg van de wegens
herleefde Europeesche vraag op 2 April ‘weder eenigszins
verhoogde prijzen aan de markt te, Chicago. De voornaamste
reden is eene zeer belangrijke verhoogiig der door de
reedei-s gevraagde, vrachten van Atlantische havens naar Europa. Het is de vraag, of deze poging tot vrachtverhoo-ging succes ‘zal hebben, ‘nu de belangrijkste Europeesche
imporblande1 zoowel in broodgraain als in’ voedergraan
– groote voorraden hebben, doch, geheel onmogelijk is dat
niet ‘in verband met de Engel.sohe kolenstaking, d’ie op
1 April een ‘aanvang heeft genomen. ‘Ook op de vrachten
van Argentinië ‘heeft die ‘reed’s haar invlbed ‘doen gelden.
Eene ‘ zoo.sterke vrachtverhooging als de Noord-Amerikaan-
sche, waar zij meer dan 50 pOt. bedrAagt, valt ‘daar echter
niet te constateeren. Daardoor komt sedert geruimen tijd
Argentijnsche ‘tarwe na niet meer, vbor Eu’ropa veel duurdôr
uit dan Noord-Amerikaansohe. Eene prijsdaling van 85
centavos per 100 Kgr. te Rosario en 1 peso te Buenos
Aires voor den Mei-termijn van 30 Maar-t ‘tot 2 April ‘bra&nt
eindelijk Plata tarwe weder op pen prijsniveau, dat niet,
zooals langen tijd het geval is geweest, ver uitsteekt boven
den’prijs van Noord-Amerikaansche ta’rwe.
– Ondanks de belangrijke prijsverlagingen van tarwe zijn de zaken naar ‘de meeste Europeesche landen niet van be-teekenis uitgebreid. Slechts Duitschiand kocht flinke hoe-
veelheden in Noord-Amerika
3
doch aaar Engeland waren
de zaken van geringer ‘beteekeis dan een’igen tijd geleden.
Daar is in de vorige ‘week de maalmndüstrie vrij gege
–
i’en.
Zij accepteerde ‘hot aanbod der regeering, die aanbood, haar
11% millioen .pond ‘sterling uit te betalen voor de vrijheid,
haar bemoeiingen met het bedrijf op 31 Maart te staken.
De regeerin’g zal nu geleidelijk ‘haar voorraad liquideeren,
waarmee zij einde Augustus gereed ‘hoopt te izijn. Die, koor
–
rand, inclusief ide stoomeude en nog te verschepen hoeveel-
heid, bedraagt on.geveer 1.1 millioen ton, over’eenkomende
met de behoefte van het Vereenigid Koninkrijk voor 3.’maan-
den. De handel in vrije tarwe was in Engeland dan ook
minder levendig dan in de week tevoren, ofschoon geregeld
weder Canadeesche tarwe werd gekocht. In andere soorten
was ‘de handel niet van grooten omvang. Eene lading zeer
spoedig verwachte Plata tarwe werd naar Ruil verkocht,
voor ongeveer
f
20.50, terwijl eene lading Maart voor dek’
king van een vroegeren verkoop naar Du.itschland een
kooper vond voor ruim
f
20.—. Italië koch.t 2 s’toomen’de
• ladingen Plata tarwe en eene lading April/Mei van ‘de
Arnerikaansche Westkust. Heden was ‘trwe in Engeland
flauw met zeer weinig vraag. Ook ‘in Nederland worden, belfalve naar Duitschiand, zeer weinig zaken gedaan.. Er
bestaat eeenige dekkingsvraag naar I4aartafiading van
Argentinië, waarvoor heden
f
191% werd ‘betaald, zeer
veel lager ‘dus dan de E’ngeische prijzen van ‘de vorige week.
In rogge ‘blijven de zaken van gèr
ingen omvang. Duitsch-
landdeed weder eenige’ inkoopen ‘en kocht Juni/Juli van
de Vereenigde’€ta’ten voor
f
17V2. In spoedigepositic ver-
namen wij geene zaken ‘van beteekenis.
MaIs was in.Noord-Amerika weder zeer flauw. Het aan-
bod uit het binnenland ‘bleef groot en houders van voor-
raden in de kustp’laatsen doen nog steeds hun best om.hun
bezit aan, maïs te liquideeren. Hun vrees voor de kwaliteit
in dozen tijd van het jaar is daarvan een der vhornaamste
gronden. Het oogeublik is echter voor die liquidatie zeer
ongutstig, omdat eenige Europeesche landen zich danig
overkocht ‘hebben en de exportvraag in de Vereenigde Staten
daardoor izeer gering is. Slechts tot sterk dalende prijzen’
konden zaken tot stand komen ‘in stoomende en spoedig te
verladen .partijen. Vooral geldt idit voor Nederland,’ dat
den laatsten tijd een der grootste koopers van Noord-
Amerikaansche mais is geweest, doch ook naar Duitsch-
land bestaat niet. de geringste ‘kans op zaken, zoolang ‘de
markt daar geheel o,ntredderd is dobr de bekende distribu-tie-maatregelen der 1-egeering en zoolaug deze laatste niet

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.
4
APRIL 1921.

Nog ,steëds ‘ontbreken klachten over de te velde staande.
oogsten. In Europa heeft de regen, die in de. vorige week gevallen is, veel goed gedaan en in de Vereenigde Staten
is de tarwe nu ver genoeg ontwikkeld om bestand te zijn
tegen aanvallen van insecten. Wel heeft in Argentinië in
het begin der week regen wederom den maïsoogst verder ver-
traagd, doch over de kwaliteit hoort en nog steeds niets
dan goeds. .
In de eerste dagen der’ week waren zoowel in Noord- als
in Zuid-Amerika de ‘tarw&markten vast met eenige verhoo-
ging te Chicago en flinke prijsstijging ‘in Argentinië. Het
schijnt, ‘dat in dit laatste land de boeren hun tarwe slechts
langzaam ter markt brengen, in de hoop later betere prij.
ZOU
te zullen ‘krijgen. Voorloopig ziet ‘het daarnaar echter
nog niet uit. Nog steeds is de statiitische positie in het

kl

6 April 1921

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

315

Noteeringen.

(
–
hicago

Buenos Ayres

Data

Tarwe

Mars

Ha

Tarwe

Mars Lijnzaad
Maart

Mei

Mei
ver

Mei
1
1
M0
1
Mei

2 Apr.’21
147
1
/
59
7
1,
37
16,40
8,-
13,85
26 Mrt’21
153
81
63
7
/
4I
8
1
17,15
8
)
8,25
3
)
14,80
8
)
2Apr.’20
226
161
89′!
–
–
–
2Apr.’19
226
157
1
Ig
67
1
1,
10,90
5,30
19,80
2Apr.’18
220
12514
87′,
12,90
6,35
24,85
20Juli’14
82

‘)
56
1
1
1
)
36
1
!,
‘)
9,40
1
)
5,38
2
)
13,70
2
)

Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.

Soorten
4 Mei
1921
29 Maart
1921
4 Ap,il
1920

Tarwe

…………..
‘)
–

20.-
20,-
–
Rogge (No. 2 Western)
1) 21.50
20,50
55,-
Mais (La Plata)

……’)
270,-
280,-
355.-
Gerst (48 ib. feeding)
..’)
275,-
278,-
450,-
Haver (38 ib. white cl.)
. .’)
16,50
14,-
22,-
Lij okoeken (Noord-Ameri-
ka van La Plata-zaad)’)
180,-
185,-
230,-
Lijnzaad (La Plata) ….
4)
365,-
395,-
880,-
1)
per Dec.
‘)
per Sept. ‘) per 23 Mrt.

1)
p. 100 K.G. ‘) p. 2000 K.G. ‘) p. 1000 K.G. ‘) per
1960 K.G. *) Hard/Red Winter Wheat nr. 2.
AANVOE1IEN in tons van 1000 K.G.

Rotterdam

Amsterdam

Totaal

Artikelen.
128
Mr112 Apr.
1

Sedert

1
Overeen4.
II
28 Mr112 Apr.
1

Sedert

1
Overeenk.
1

1921

1
1
Jan. 1921
1
tijdvak 1920
II

1921

1
1
Jan. 1921
1
tijdvak 1920
1921

t

1920

,Tarwe ………………33.968

212 774

89.861
Rogge ……………….2.356

29.039

–
Boekweit ……………..-

1.090

2.500
Mais ………………24.620

240.044

88.395
Gerst ……………….2.179

67.407

3.374
Haver ………………..100

1.425

12.744
Lijozaad …………….10.506

37 353

5.918
Lijnkoek …………….5.810

42.020

20.758
Tarwemeel …………..316

4.675

5.779
Andere meelsoorten

552

10.301

3.198

in sterkere mate, dan tot nog ‘toe ‘het geval is, ‘haar voor
raden moet aanvullen. Ook in E.ngeland bestaat slechts
weinig vraag naar mais en bovendien breekt nu spoedig de
tijd van het jaar aan, waarin wegens het kwaliteitsgevaar
voorraden van Noor,d-Amcrikaansche mais geeü aa.nge-
.p.am
bezit zijn. Van 28 Maart tot 1 April daalde de fei-
termijn te Chicago 4% dollarcent per 56 lbs., om zich Zater-
dag % cent te ‘herstellen.
Ook in Argentinië, waar in het begin dor week mais
wegens regen vast was, daalde later met beter ‘weder de
prijs vrij belangrijk. Zaken in maIs van den nieuwen oogst
naar Europa had dat echter, wat het Continent betreft,
nauwelijks tengevolge. Slechts worden in België dagelijks
zaken gedaan, die geen Argentijnsche exportzaken tot basis
hebben en alleen in Engeland werden door Argentijnsehe
ver.schepers zaken van eenige beteekenis gedaan. ‘In Plata-
,naïs van den ouden oogst komen naar België en Engeland
nu en desi zaken tot stand. In Duitschiand is de prijs nog
steeds ver beneden pariteit, in Scandinavië koopt msn de
zoo voel goedkoopere Noorcl-Amerikaansch e mals, terwijl
men ook in Nederland zich bijna geheel ‘tot die soort be-
paalt. België betaalde in de laatste .dagèn nu en dan onge-
veer
‘f
13 per, 100 KG. voor pas .gestoomde phrtijen en tot
f13,75 voor spoediger posities, terwijl in Engeland dezer
dagen ‘eene stoomende ‘lading gekocht werd voor iets be-
neden dien prijs. De Donau verscheept voortdurend flinke
hoeveelheden, ‘doch de laatste dagen ‘was ook daarvoor de
vraag in de meeste landen zeer gering.
E4veozeer als voor mais is met de komst van de lente ook voor haver en gerst de vraag niet verbeterd, en ook lijnzaacl
vond moeilijk ‘koopers. In Argentinië vond voor ‘het laatste
artikel eene belangrijke prijsdaling plaats, maar zaken naar
Europa waren i3iet van groeten omvang, hoewel tot steeds
lagere prijzen te koop was. Duitschiand ‘toont nog steeds
belangstelling, doch ofschoon vooral naar Hambur.g nu en dan zaken gedaan,werden, zijn die omzetten niet groot.
N e ‘de r la n d. In de afgeloopen week beleefden •de
zaken in brood.graan naar Duitsehland, clie langen tijd van
weinig beteeken’is waren geweest, eene herleving. In Noord-
Ameri’kaansche tarwe kwamen belangrijke zaken tot stand
voor de ‘hierboven reeds aangegeven prijzen. Door Neder-
landsche molenaars werd echter weinig gekocht en eenige
der naar Nederlancl.sche ‘havens stoomende partijen vonden
naar andere landen plaatsing.
Maïs kwam in zeer groote hoeveelheden aan van Noord-
Amerika, terwijl tevens nog groote aanvoeren kunnen wôr-
den verwacht. Nog steeds zijn die aanvoeren te groot voor
het verbruik in Nederland en slechts tot steeds dalende
prijzen was verkoop mogelijk, gedoeltelijk beneden Amen-
kaansche paniteit. Eenige partijen werden heden zelfs tot
iets beneden
f
9.- per 100 Kgr. opgeruimd, doch daarna
herstelde de markt zich eenigszins, soodat stoomende Mixed
mais later
f
9.30 opbracht. Gelukkig voor de ‘houders blij–
ken eenige andere Europeesche laniden ‘zich niet ‘als Neder-
land te ‘hebben overkocht, zoodat daarheen verkoopen tot

–

6.613

20.717

233.487

110.578
–

–

–

26.039

–
–

500

–

1.590

2.500′
–

19.242

18.465

259.286

108.860
250

1.987

120

.

69.394

3.494
–

430

: –

1.855

12.744
–

25.459

2.293

62.812

8.211
-.

8.875

1.408

50.895

22.164
–

1.070

–

5.745

5.779
–

449

100

10.750

3.298

stand kwamen, die misschien hier eenig herstel zullen mo-
gelijk maken. Voor ‘eene kleine hoeveelheid stoomcnde Plata mais werd heden
f
12.75 naar Rotterdam ‘betaald. In Doaau
ger.st kwamen enkele zaken tot stand in aangekomen par-
tijen en ook Platagerst werd gekocht, doch de ‘hoeveelheden
beteekenen weinig tegenover ‘de zeer groote kwantitsi’ten
Noord-Amerikaansche mais. Voor rogge bestaat eenige
belangstelling en in No. 2 Western was eenige omzet.
Lijnzaad trekt nog steeds weinig belangstelling en on-
danks de sterk dalende prijzen wareil koopers zeer terug-
houdend.

SUIKER.

Op ‘de Europeesche suikermarkten bleef de kooplust
voor d.isponib.ele suiker gehandhaafd, doch was koloniale
suiker op afladi’n’g geheel verwaarloosd.
Te N e w Y o r k werden na de feestdagen nog 10.000 tous
Cubasuiker uit den ouden oogst tot 5 cents en 000 tons
uit den. n’ieuwen’ oogst tot
5)/,
cents c. & 1. New York afge-
–
daan, waarop de vraag ophield en de Cabaansche Commissie
haren vraagprijs voor ‘nieuven oogst suiker tot 5 cents
d. & 1.
verlaagde. Eenige transacties werden nog afgesloten
in Porto Rico en ‘andere koloniale suiker, doch heersohte daarna in de tweede helft der week eene lustelooze stem-‘ ming, die zioh uitte
in
een achteruitgang der noteeningen
op cle termijnmarkt tot 4.73 voor April, 5.03 voor Mei, 5.15
voor Juli en 5.17 voor Septemberverschepin.g. De notee-
ring voor spot eentrifugals bleef onveranderd 6.25.
Villet & ‘Gray ramen den door hen oorspronkelijk met
4 millioen tons ‘aangenomen C u b a-oogst thans op 3.735.000
tons. Vergelijkt men de tegenwoordige productiecijfers met
die op ‘hetzelfde tijdstip verleden jaar, dan schijnt deze
ramiug echter te hoog gegrepen te zijn. Uit andere bron
werd de oogst onlngs op 3 tot 3.2 millioen tons geraamd en zal de vermoedelijke opbrengst ‘allicht tusschen deze bêide
ramingen In gezocht moeten worden.
De laatste statistiek fl.jidt:

1921

1920

1919

Weekontvangst tot26Mrt. 143.000 163.688 175.108 tons
Tot.ontv.sed.1 Dec.-26 Mrt.1.430.000 1.883.866 1.657.361

Werkende fabrieken

191

188

195
Weekexport tot 26 Maart. 78.000 129.124 119.689
Tot.exp.sed. 1Jan.-26Mrt. 685.000 1.273.453 927.044
Totale voorraad 26Maart.. 807.000 580.122 728.075

Op J a v a wordt tengevolge van het uitblijven van bui-
teniandsche koopor’ders langzamerhand eene meer gespan-
nen stemming op de suikermarkt merkbaar. De vormden
uit den ouden oogst zijn weliswaar betrekkelijk klein, ‘doch
is van het door de Producenten Vereeniging verkochte
kwantum slechts een gedeelte naar de’ consumptielanden
geplaatst. Men verwacht dit jaar een vroeg ‘begin van den
oogst en het zal dus spoedig blijken, of de eigenaars van
nog onverkookte partijen krachtig genoeg zullen zijn, om

316

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6
April
1921

bij eene eventueele langerè terughoudendheid van koopers
voldoenden weerstand te kunnen bieden. De prjzetr op
Java bleven ‘onveranderd, verdere transacties werden niet
gemeld.
Op de mrkt hier t e 1 a n d &’sverd voor Javasuiker wei-
nig belangstelling getoond, waardoor de noteer’ing tot

f
41
1
4
terugiLiep. In Hollandsche Kristalsuiker werden op
basis
f
45.— belangrijke transacties afgeslote.

NOTEERINGEN.

Am,ter-
dom

Londen
White Jaea
Amer. Gra.
New York
96 pCi.
Data
Ioopcnde
T
aie.,
Cubes
f.o.6. per nulaled
C.
U.
Ceniri.
maand
No.!
Juli/Aug.
April/Mei
fugal

Sh.I
Sh.
Sh.
$ ets. 30 Mrt. ’21
f

–
72161
301-
4013
6,27
23

,,

’21
,, ‘-
72161
301-
4013
6,27
30 Mrt. ’20
,,

–
841-1
68/-
8316
t 13,04
30 Mrt. ’19 ,,

–
64191
3119
–
1

‘.7,28

–
11 Juli ’14 J1151z.,
–
1
–
–
1

3,26

KATOEN.

Marktbericht’van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,

Manchester, d.d. 30 Maart 1921.

Sedert ons laatste bericht is de markt slechts eenige
dagen open geweest. Verleden Dônderdag waren prijzen
van Amerikaansche katoen vrij Velangrijk hooger, welke
stijging echter gisteren weer verloren ging door aanbie-
dingen uit het Zuiden. Egyptische katoen is eveneens
flauwer •en san de stijging schijnt voorloopig een einde te
‘zijn gekomen.
Ameri’ka.ansche garens zijn ‘duurder en er schijnen nog
al zaken gedaan te zijn, waardoor het aanbod minder
dringend is geworden. Men wil de hoogere vraagprijzen nog
niet betalen en biedingen zijn over het algemeen niet hoo-
ger dan een week geleden. Calcutta jzendt wel aanvragen voor 40er mule, maar ‘de biedingen zijn in de meeste gé-
vallen nog ‘te laag. Egyptisehe garens zijn wat vester in
verband met ‘de stijging van de ruwe ‘katoen, doch ook daar’
in gaat slechts weinig om.

De stemming op de doekmarkt is over het algemeen opti-
mistisch. Door ‘de Pâasohvacantie zijn er slechts weinig
marktdagen geweest, doch er is
.
nog ‘al wat belangstelling.
van verschillende ‘overzeesche markten, speciaal van Cal-
cutta, terwijl ook Karachi ‘aanvragen zendt. Prijzen van
dhooties en licht gebleekte goederen zijn dan ook bepaald
vester. Het is nog te vroeg om ‘te zeggen, of deze ‘betere
stemming zal voortduren, doch over liet algemeen schijnen
de vooruitzichten wel gunstig.
23 Mrt. 30 Mrt. Oost. koersen.

23 Mrt. 30 Mrt.

Liverpoolnoteeringefl.

,

T.T. op Indië.. .. 113
8
18 113
8
14,

F.G.F.Sakellaridis 17,00 17,50 T.T. op Hongkong 215

214
1
12
G.F. No. 1 Oomra 4,35 4,60 T.T. op Shanghai 311

311

Noteering voor Loco-Katoen.

(Middling Uplands).

4Apr.’21
28 M:t. 2I
121 Mrt. ’21
5Apr.’20
4Apr.’19

New York voor
t

Middling,

-.
11,65 c
12,45e
.11,65e
42,— c
28,70e
New Orleans
voor Middling
11,— e
11,50e
11,— c
41,25e
25,75e
Liverpool voor
Fy Middling
–
d
-,- d
8,05 d
29,24 d
1
)
17,24 d

1)
7 April1919.-
Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.

(In duizendtallen balen).

1
Aug.
tot
1April 21

1
,
Ovcreenkomatlge periode,;
t”
1919.1920

1

1918.1919

Ontvangsten Gulf’Havens..
3822 3670
2825 ‘t

19

Atlant.Havens
‘

1115
2568
1719
Uitvoer naar Gr. Brittannië
1237
.
2623 1626
‘t Vasteland.
,,

,,
Japan etc… }
2490′
2521
1756

Voorraden in
duizendtallen

1

1 April 21
2 Apr11’20
4 April 19

Amerik. h,vens ……….
1390
1221
1267
Binnenland………….
‘

1574
..
1158
1447
New York

…………….
121
44
.

96′
New Orleans ………..’
404
369
415 Liver,pool

…………….
1007.
1113
.

49.5

JAVA THEE.

–

(Opgave Pakhuismeesteren van de Thee.)

(Herleid tot 111 Kisten.) -‘

Voorraad 28 Februari 1921 …………236963

Sedert aangevoerd ‘ ………………..23351

– ‘ 26031-4
Sedert afgeleverd ………………….18565

Voorraad heden ………
……………241749

Waarvan in de eerste hand . ,………..165773

31 Maart 1921.

KOFFIE,

(Mededeeling van de Makelaars G. Duuring & Zoon, Kolf 1

& Witkamp en Leonard Jacobson & Zonen).

Noteeringen en voorraden.

–

Ria ..’ ‘

Saab,
Dato

I

1

1
Wi,,dkoers
Voorraad

P1iJ8
1
Voo ,,aad
No.7
1

1
No.4
1

2April 191
501.000
8.495
2.840.000
10.000
91/1e

26 Mrt. 1921
1)

“)
1)
,

1) 1)

19

,,

‘
1921
,
42.000
6.670
2.926.000 9.000
9
9
/
2 April 120
1) 1)
1)
1)
8)

–

Ontvangsten.

Rio

‘
Santo, Dato
Afgeloo pen Sedert A,fgeloopen Sedert
week
1Juli
week
‘

1
Juli

2 Apr. 1921 ….
86.000
2.299.000 137.000
8.477.000
2Apr. 1920 ….
30.000
1.919.000
21.000
3.681.000
‘)

Feestdag.

‘

–
KAPOK.

(Opgave van de Makelaars Gebrs. van der Vies, Amsterdam.)

Kapokstatistiek op’ 31 Maart
1921.

Voorr.

Aanir.
Verk.
Voorr.
Importeurs:

1 Jan.

tot
tot

.
op
1921

31 Mrt.
31 Mrt.
31Mrt.
H. G. Th. Crone ………507

2071
1819
759
Edg;ar
&
Co…….

.’
..

–

557 557
–
Van Eeghen
&
Co

……334

8614
7650
1298
Haud.’Ven. Maintz
&
Co

–

2226 2226
–
–
Hoving
&
Beer ……….

200′
200
–
Internationale Prod. Cie

1058

–
–
1058
Landb. Mij. ,,Geboegan”

–

120
80 40
Mendes De Jong
&
Co

–

636
636
—
Mirandolle Voûte & Co

2253

6343
5961
2635
Ned. Mij.
v. Overzeehandel

500

–
500
–
S. L.
van Nierop
& Co. ..

933

-.
.

379
554
Voûte & Co………….
–

1200
1200
–
Weise&Co… ……….

270

4188 4328
.130
Order ……………….-

240
112
128

6055

26195
25648′
6602

HUIDEN.

Berieht, van de firma Grisar & Co.

E x o t i s clie th u i den. De toestand is onveranderd.
Men bericht ons, dat de V. S. in La Plata ca. 75.000
Frigorificos tegen een prijs van 35 Argen’tijnsclie Goud-
pesos hebben opgekocht; alhoewel de laatste verkoopen OP’,
36 goud’pesos gedaan zijn, kan men hier toch niet zeggen,
‘lat er een daling is. Overigens zijn er talrijke aanbiedi’ngen,
die de vraag ver te hoven gaan.
Inlandsclie huide’n. Voof het i’nlandsche artikel
is meer interesse en ‘men is ‘algemeen van meening, dat de
laagste prijzen bereikt zijn. Zw’are hui’den zijn meer ge-
zocht. De Parijsohe veiling gaf een ‘daling ‘van ca. 8 pCt.
voor lichte ‘huiden en voor zware ‘huiden een rijzin,g ,van
3 ‘i 4 pCt.
K a .1 f s ve 11 en gaven ‘behalve ‘voor de lichte een rij zing
van 5
ii.
10 pCt. Hier te lande zijn de ‘zware kalfsvelien
kalm, •d nuchtere stationnair. De Amster.damsche Hul-denelub ruimde haar productie nuchtere kalfsvellen van
April 1920 tot’ April 1921′ ‘tot geheimen ‘prijs. Amerika
blijft voor dit artikel zeer laag gestemd.
L o o i s .t of f en. Quebraoho is afgedaan op £ 24/25.
Rotterdam, 2 April 1921.

RUBBER.

De rubberrearkt was gedurende, de afgeloopen week zeer kalm en, er werden weinig zaken gedaan. De’prijzen gingen
wederom iets achteruit en luiden:

6
April
1921

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

317

Op het eind der week:

einde voorafgaande week:
Prima Crpe loco ……….62

c………..62

C.
Mei/Juni ……63

,,

AprilfJuni 62

91

Juli/Sept ……. 66 i/ ,………..67 ‘h
Smoked Sheets loco ……..54

,………..54
Mei/Juni …. 55

,,

April/Juni 5’J,
Juli/Sept… .. 60

»………..
4 April 41921.

–

COPRA.

Tengevolge van dringender aanbod van Straits en Ceylon
Copra daalden de prjzén hier gevoelig.
De markt sluit prijshoudend.
De noteeringen zijn:
Ned.-Ind. Str. f.m.s. loco ………………..
f
32,-
Januari/Maart ……….,, 30,50
Februari/April ……….,, 29,50
IV[aart!Mei …………… ,,
April/Juni ………….. ., 28
1
1s
4 April 1921.

BANKA-TIN,

In Nederlandsch-Indië is in Februari geen Gouvernemeuts-
Bankatin verkocht.

(St.ct.)
METALEN.

Loco-Noteeringen te Londen:

Data
Ijzer
Cleo.
No.3

Koper
dard Stan
Tin
1

L.od
Zink

4

Apr. 1921..
now.
68.216 154.216
19.7/6
24.-/-

29
Mrt 1921..
now
69.151-
161.101-
20.216
25.51-

6 Apr. 1920..
nom.
105.1216
3S0.51-
40.-/–
48.101-

7 Apr. 1919..
now.
79.51-
227.-!–
25.-!-
37.-!-
20 Juli

1914..
5114
61.-!-
145.151-
19.-!-
21.101-

VERKEERSWEZ EN.

INKLARINGEN.

DELFZIJL.

Maart 1921
Maart 1920
Landen van
herkomst
Aantal

N. R. T.
schepen
Aantal

N. R. T.
schepen

Binnenl. havens
2
3.205
4
391
Groot-Brittani
1
240
2
479
Duitschland
10
2.609
38
7.218
Zweden ……..
–
–
14
1.797
Finland ……..
–
–
1
148
Vereen. Staten
1
3.058
–
–
1
2.266
.1
3.172
Chili …………

Totaal
.
15

.. ..

11.378
13.205

Nationaliteit.

Nederlandsche
2
387
3.404
Britsche

[
60
0

3.172
Duitsche
11
4.416
6.298
Vereen. Staten
2
6.575
–
Andere
331

Totaal ….
15
11.378
13.205
(A. van Dijk.)
AD VE R

RIJN VAART.

Week van 28 Maart tot 4 April 1921.

Gedurende 41e laatste 2 weken was het vrachtvervoer van
Rotterdam naar den Rijn zeer gering. Bij voldoend aanbod
van schepen en weinig navraag wa.s de stemming zeer
flauw.
De waterstand op den Rijn werd steeds ongunstiger en
heeft heden bijna het laagste peil, dat sedert jaren niet is
voorgekomen, bereikt. Dientengevolge is de scheepvaart van
de Ruhr naar Manuheim wederom gestremd.
Van Rotterdam naar de Ruhr werd hoofdzakelijk erts
bevracht. De prijzen varieerden tusschen
f
1.25 en
f
1.50
per 1000 K.G. inclusief sleeploon.
Het sleeploon varieerde tusschen 40 en 65 cents per last.
Enkele schepen werden in daghuur aangenomen tegen ca.
4 cents per ton.
Voor vrachten van Fransche kolen van de Ruhr naar
Rotterdam werd 45160 cents per ton betaald met vrij sleepen
en van het Rhein-Herne-Kannal naar Rotterdam 80 cents
per ton met vrij sleepen.
Voor de enkele schepen, die rvan de Ruhr naar Mannheim
vertrokken, werd 60140 pf. per ton per dag scheepshuur
betaald en Mk. 40/45.— per ton sleeploon.

SCHEEPVAART.

GRAAN.

–
Data
Petro-
grad
Londen!
R’dam

Odessa
Rotte,.
dam

Au.
Kust
Ver. Staten
San Lorenzo

Rotte,.
1
&tstol
Rotte,.
1
Enge..
dam
Kanaal
dam
land

28 M.-2Apr. 1921
–
–
–
511011,
3716
3716
21/26 Maart 1921
—
–
–
5110′!,
3613 3613
29 M.-3 Apr. 1920
–
–
–
‘)
816
–
1)11216
31 M.-5 Apr. 1919
–
–
f21.—
2)
816
f
140.-
2
)
6216
Juli

1914
11 d.
713
1/11
1
1
1J11’/
.
121-
121-

KOLEN.

Data

Ca,duff
Oostk.Engdand

Bor.
deaux
Genua

1

Port
Said
La
Plato

Rotte,.
dam
1Golhen-
burg
Rioler
28 M..2 Apr.’21
81-
1816
1713
–
–
–
21126 Maart ’21
91-
1816
1713
211-
71-
619
29M.-3 Apr. ’20
451-
–
751-
–
–
–
31M..5Apr.’19
281-
4718
4716
501-
f
10.- Kr. 50
Juli

1914
Ir.
7,—
71-
713
1416
312
41-

DIVERSEN.

Data
West 1

1
West 1 stoel
1
West
1
Europa
1
Europa

l4cst

Europa
t
(d. w.)
1
(rijst)

1
Europa (salpeter)

28 Mrt-2 Apr. 1921….
22/6

–
–
3716
21/26 Maart

1921.. ..
2216

– –
35/-
29 Mrt-3 Apr. 1920….
1101-

–
–
–
31
Mrt-5 Apr. 1919….
751-
5
)

751-
2
)
–
–
Juli

1914..
. .
1416

1613
251-
2213

1)
Î’er ton stukgoed.
2)
Voor Britsche schepen.

Graan Petrograd pe, quarter van 496 ll,s. zwaar. Odessa per untt. Ver. Staten
pe, qua,te, van 480 ll,s. zwaar.
Overige
noteeringen
pe, ton aan 1015 K.G.

rENTIËN

De N.V. Nederlandsche Huistelefoon-Maatschappij

ROTTERDAM

‘s-GRAVENHAGE

GRONINGEN

Telefoon 3600

Telefoon H 280, 300

Telefoon 1555

AMSTERDAM

LEEUWARDEN
S

ARNHEM

Telefoon N 5580

Telefoon 2723

levert uit voorraad
TELEFOON-, SCHEL-, ELECTR. KLOK-INSTALLATIES,
etc.

in huur en
koop.

Herstelt en onderhoudt onder garantie ook alle niet door haar uitgevoerde installaties.

PROSPECTUS GRATIS.

L A.:I 1Ö11

Groeneveld, van der Poll & Co.

Electrotechnische Fabriek

Telefoon
Telegramadres

,,GROEPIPOL”

AMSTERDAM

N 2078 N 9078

de Ruyterkade 41-42

N 9482

Complete installatiën voor

Electrische verlichting en Krachtoverbrenging

ALLF.ENVERTEGENWOORDIGERS DER

ffi
EA

ALLMANNA SVENSKA ELEKTRISKA Akt. Bol.

te VÂSTERAS (Zweden)

Generatoren, Dynamo’s en Motoren voor gelijk-, wissel- en draaistroom

Transtormatoren en toestellen

KONINKLIJKE

HOLLANDSCHE

LLOYD

AMSTERDAM

PASSAGIERS-, VRACHT- EN

POSTDIENSTEN

NAAR

ZUID-AMERIKA

CUBA EN
MEXICO

– EN

NOORD-AME1IKA

ONTVANG-
EN
BETAALKAS

NIEUWE DOELENSTRAAT
20-22
AMSTERDAM

DEPOSITO’S VOOR
i
JAAR FIXE
á
41/2
PCT.

GELDEN, OP DEZEN TERMIJN GESTORT, ZIJN NA AFLOOP

VAN HET JAAR ZONDER OPZEGGING BESCHIKBAAR.

NIET OPGEVORDERD ZIJNDE, WORDT DE POST STIL-

ZWIJGEND VOOR GELIJKEN TERMIJN VERLENGD.

DE RENTE KAN NAAR VERKIEZING PER KWARTAAL, PER

HALF JAAR OF PER JAAR ONTVANGEN WORDEI4.

Nederlandsche 0ist-

en Spiritusfabriek

DELFT

ARTIKELEN!

Gist
Brandspi ritus

Zuivere spiritus

Foezelolie

Amyl-alcohol

Aether Sulfuricus

Narcose ether

Kurken en
Gedroogde Spoeling

NEDERLANDSCH INDISCHE HANDELSBANK

AMSTERDAM

BATAVIA

‘s-GRAVENHAGE

AMPENAN, BANDOENG, BOMBAY, CALCUTTA, CHERIBON, GORONTALO,
HONGKONG, KOBE, MAKASSAR, MEDAN, MENADO, PALEMBANG, PEKALON-
GAN, PROBOLINGGO, SEMARANG, SHANGHAI, SINGAPORE, SOERABAYA,
TEGAL, TJILATJAP, WELTEVREDEN.

Kapitaal t 55.000.000,-

Reierven
/
43.000.000,-