Si MEI 139
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
E
Be
*
richten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT
24
JAARGANG
WOENSDAG 31 MEI 1939
No.
1222
COMMISSIE VAN REDACTIE:
1′.
L-ieftinck; N. J. Polak; J. Tinbergen; F. de Vries en
S. M.
H. A. van der Va1/C (Redacteur-Secretaris).
M. F. J. Cool – Adjunct-secretaris.
Redactie-adres: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam-West.
Aa.ngeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.
Advertenties voorpagina f 0,50 per regel. Andere pagi-
na’s f 0,40 per regel. Plaatsing bij abonnement volgens
tarief. Administratie van abonnementen en advertenties:
Nijgh
d
van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam, Am-
sterdam, ‘s-Gravenhage. Postchèque- en giro-rekening
No. 145192.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 16,—. Abonnements prijs Economisch-S tatis-
tisch Maandbericht f 5,— per jaar. Beide organen samen
f 20,— per jaar. Buitenland en Koloniën resp. f 18,—.
f 6,—
en
f 23,— per jaar. Losse nummers 50 cent. Dona-
teurs en leden van het Nederlandsch Economisch Instituut
ontvangen het weekblad en het Maendbertcnt gratis en
genieten een rednctie op de verdere publicaties.
INHOUD:
Financiering op midclelmatigen en langen termijn van kleine en middeigroote industrieën door
Mr. It. van
Hasselt………………………………….440
Conj unctuurdiagnose en conj unctuurpolitiek in het
laatste jaarverslag van de B.I.B. door
Prof. Mr. Dr.
G. M. Verrijn Stuart ……………………….441
De vergrooting van liet uitvoerpercentage voor rubber
door
J. F. Raccoû ………………………….. 444
Suike.rschaarschte? door
Â. W. Volz …………….445
De Rijksmiddelen over April ……………………..
416
AANTEEKENINGEN:
–
Verschuivingen op de wereldmarkt van kantoormachines
447
BOEKBESPREKINGEN:
Vij t-en-twintig jaren
gemeentelijke
financieele ad-
ministratie en haar contrôle.
1914_1939,
besproken door
J. H.
Textor
………………………..
447
Dr. Ir. L. G. Versteege: Eenige bedrijfseconomische beschouwingen over de poetsmiddelenindustrie in Nederland, besproken door
L. C. Vervooren
….
448
ONTVANGEN BONEEN
EN
BROCHURES
…………….
449
MAANDCIJFERS:
Gecombineerde
Maandstaat van de Nedérlandsche
en Nederlancisch-Indiscite Grootbanken
……..
449
De zichtbare suikervoorraden in de wereld ……..
449
Overzicht van den stand der Rijksmiddelen ……..
450
Statistieken:
–
Groothandelsartikelen
……………………………..
452-453
Geldkoersen-Wisselkoersen-Bankstaien ……………..
451,
454
GELD-. KAPITAAL- EN WISSELMARKT.
De wisselmarkt was in de verslagperiode uitermate
stil. De omzetten bleven beperkt tot de zuiver corn-
mercieele transacties en van bijzondere features was
geen sprake. In het begin van de week was de Gulden
eerder iets aangeboden mede wellicht in verband met
het aftreden van Minister De Wilde. De markt had
echter spoedig den invloed van dezen factor overwon-
nen, temeer omdat de internationale politieke toe-
stand wat gunstiger kon worden ingezien. Nadat Dol-
lars een noteering van 1.86% hadden bereikt en Pon-
den van 8.73, trad dan ook een reactie in. In de twee-
de helft van de week was de Gulden tijdelijk nogal
vast gestemd in verband met de aflossing van Fran-
sche schatkistwissels voor houders, die niet tot omzet-
ting van hun bezit in het nieuwe papier wilden over
–
gaan. Dit keer werd niet voor het papier, dat een
goudclausule heeft, tot betaling in effectief goud
overgegaan, maar den houders werd de gelegenheid
geboden de goudpremie in geld te ontvangen door een
aflossingskoers in Guldens, welke deze premie invol-
veert. De meeste houders hebben daarvan gebruik ge-
maakt. Aldus moest de Fransche Staat zich tegen het
einde der maand Guldens verschaffen, welke geleide-
–
lijk werden ingedekt, en wel door Ponden op de Am-
sterdamsche markt te verkoopen. Aldus werd het
Pond te onzent gedrukt, hetgeen echter slechts korten
tijd duurde. Na een inzinking tot 8.70l trad al spoe-
dig een herstel in tot 8.71Y-.
De andere valuta’s vertoonden weinig noemens-
waarde veranderingen, behalve de Zwitsersche Franc,
die opmerkelijk vast gestemd was.
Op de geldmarkt was de – jongste – toewijzing op
schatkistpapier min of meer een verrassing. Het drie-
maandspapier werd op % pOt. toegewezen, terwijl in
de markt een noteering van
Y2
pOt. gold. Ook het
langere papier haalde loonende koersen voor de geld-
gevers; zesmaandspapier werd op
‘Vis
pOt, toegewe-
zen, en achtmaands op
7/
pOt.
Voor het nieuwe Fransche papier is de animo nog
steeds niet bijster groot, het, is nog op het aanvanke-
lijke niveau van 4 pOt. te krijgen.
De heleggingsmarkt vertoonde in de verslag-week den
invloed van het aftreden van Minister Dè Wilde, of
juister: van de politieke controversen, waarvan dit
aftreden het gevolg is. Terwijl elders de vermindering
van de politieke spanning op internationaal gebied
over het algemeen een vastere stemming op de obliga-
tiemarkt veroorzaakte, was hier de tendens omgekeerd
in verband met overwegingen van inheemsch-finan-
cieel-politieken aard. De daling, bleef echter binnen
zeer enge grenzen.
440
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 Mei 1939
FINANCIERING OP MIDDELMATIGEN EN
LANGEN TERMIJN VAN KLEINE EN
MIDDELGROOTE INDUSTRIEËN.
Het komt mij voor, dat het misschien de moeite
waard is na te gaan, waarom op het punt van indus-
triefinanciering betrekkelijk nog zoo weinig gedaan
is kunnen worden, liet zal daartoe noodig zijn een
paar vragen onder het oog te zien en wel:
le. welk risico wordt met financiering van indus-
trieën geloopen?
2o. welke goede en kwade kansen biedt dit risico?, en
3o. indien wij dit risico willen loopen, welke moet
dan de remuneratie zijn?
De vraag, welke risico’s geloopen worden, is afdoen-
de beantwoord door Mr. K. P. van der Mandele in
het jnbileumnummer der Dagelijksche Beurscourant
van 2 Februari 1939: zoodra wij met credietgeven
verder gaan dan het financieren van grondstoffen,
bonen en debiteuren, dragen wij een grooter of klei-
ner gedeelte van het ondernemersrisico. Dit brengt
m.i. onherroepelijk mede, dat wij, verder gaande, in
het algemeen onszelf voor den gek houden, als wij
meenen crediteuren te zijn. Juridisch is dit natuur-
lijk waar, in feite is het slechts een gevaarlijke illusie.
Natuurlijk zijn er verhoudingen denkbaar, waarbij het
risico meer of minder beperkt is, doch wil het
crediet voor den industrieel werkelijk van belang
zijn, dan doen deze verhoudingen zich meestal niet
voor.
De conclusie trekkende, dat wij in feite onderne-
mers zijn geworden, kom ik tot de tweede vraag: mag
d.it risisco geloopen worden? Groote bezwaren behoe-
ven er mi. niet te bestaan, mits wij de goede en
kwade kansen met open oogen aanvaarden en wij over-
tuigd zijn, dat vij te zijner tijd ondernemingen fail-
liet zullen zien gaan en andere tot grooten bloei
zullen zien komen. De geschiedenis leert ons, dat te-
leurstellingeh vaak niet zijn.. uitgebleven, doch aan
den anderen kant holding companies van industrieele
aandeelenpaketten dikwijls zeer mooie objecten zijn
gebleken.
Maar, en nu kom ik vanzelf tot de beantwoording
van de derde vraag: Wij moeten dit risico niet loo-
pen, tenzij wij er in slagen de premie te incasseeren,
die er mee in overeenstemming is. Een vaste beloo-
ning. van 5 pOt., in den vorm van rente of preferente
aarvdeelen, is als premie naar mijn meaning positief
te laag.
Daar komt nog bij, dat, indien b.v. crediet ge-
geven wordt om een nieuwe fabriek te bouwen, ge-durende de eerste jaren de te betalen rente vaak niet
verdiend zal kunnen worden, en, wordt deze toch
betaald, de geldgever niets anders doet dan aan zich-
zelf een gedeelte van de hoofdsom terugbetalen, ten
onrechte meeneade, zijn geld rendabel te maken.
Men zal begrijpen, dat de conclusie slechts kan zijn,
dat industriefinanciering op middelmatigen of langen termijn naar mijn meening slechts mag geschieden in
den vorm van gewone aandeelen, dragende de volle
risico’s, doch op zijn tijd ook incasseerende het volle
profijt. Iedere andere methode leidt m.i. 5f tot em-
stige teleurstellingen, doordat uit de rente alléén (nog
afgezien van iedere kans
01)
dividend) geen behoor-
lijke reserves gekweekt kunnen worden, groot genoeg
om de stroppen op te vangen, die onvermijdelijk
komen zullen, 5f tot niets, of althans zeer weinig
doen.
Van dit laatste is de Maatschappij voor Industrie-
financiering wel een zeer sprekend voorbeeld. Doordat
zij geen groote risico’s wil en mag loopen, is zij
er niet in geslaâgd haar functie behoorlijk uit te
oefenen.
Opgericht om speciaal de kleine en middelgroote
bedrijven van dienst te zijn, heeft zij per 1 Januari
1.939 bereikt, dat in totaal voor e:igen rekening (de
credieten voor den scheepsbouw buiten beschouwing
latende) slechts ongeveer 1 4 millioen ter betehikking
was gesteld, waarvan ruim
f
000.000.— was opge-
nomen. Verder was voor
f
450.000.— met preferente
aandeelen in bedrijven deelgenomen. Van de tijdens
haar bestaan in totaal beschikbaar gestelde
f 7
mil-
lioen was ruiny
,f
5 millioen bestemd voor de finan-
cieri.ng van 10 industrieën. Thans bedraagt het ge-
middelde der credieten id.m.
f 100.000.—.
Dat met
dit instituut de klêine en middelgroote industrie ge-
cliend is, kan nauwelijks worden gezegd.
Dit is niet als verw’ijt bedoeld. Indien wij de door deze Maatschappij zelf uitgegeven grondslagen van
credietverleening nalezen, vinden wij steeds weer, dat
risico’s zooveel mogelijk vermeden moeten worden, ja,
als noodgedwongen met aandeelen gefinancierd moet
worden, moeten het uitsluitend preferente aandee-
lan zijn.
Dat deze laatste vorm van den kant van den geld-
gever de minst aantrekkelijke is bij inciustrieele on-
dernemingen, is nauwelijks voor
bestrijding
vatbaar.
Gemiddeld zal niet meer dan 5 pOt. rente gemaakt
kunnen worden. Hiervan moeten de onkosten dan nog
af. Het zal een ieder duidelijk zijn, dat met het over-
blijvende als premie nooit eenig risico van belang geloopen mag worden. Hoe het aandeelenkapitaal
dezer maatschappij ooit rendabel kan worden, ont-
gaat mij geheel.
Het is mijn stellige overtuiging, dat een instituut,
opgericht om, met eigen geld en de volle kansen loo-
peude, deel te nemen in het gewone aandeelenkapitaal
van industrieën, nuttig werk kan doen en vermoede-
lijk in the long run zeer behoorlijke rendementen zal
kunnen afwerpen. Dan, en ook dan alléén, zal er
kans zijn, kleine en middelgroote industrieën op de
juiste wijze aan de middelen te helpen voor oprich-ting of uitbreiding van haar bedrijven.
Het behoeft geen betoog, dat er juist bij deze soort
industrieën in het algemeen bez’.vareu kunnen be-staan, die aan eredietverleening in den w’eg staan.
Dikwijls is het een one man’s business en is de zaak
ook werkelijk niet groot genoeg om tw’ee leiders te
kunnen salarieeren, vaak ook is de administratie van
dien aard, dat een behoorlijk overzicht moeilijk te
verkrijgen is, maar daarnaast zijn er toch talbooze on
mier behoorlijke leiding staande goed geadministreer-
de bedrijven, waard gesteund te worden hij expansie-
pogingen.
Ik hen van meaning, dat de in vele provin-
cies bestaande Economisch-Technologische Institu-
ten in deze een zeer belangrijke functie zullen
kunnen verrichten. Hoe grooter toch het risico is,
dat geldgevers zullen willen loopen, des te meer zal
er behoefte bestaan aan oeconomisch-technische voor-lichting.
Wie het geld voor dit instituut zullen moeten bij-
eenbrengen? Allen, die op
behoorlijke
ri sicoverdeeliug
bedacht zijn en uit dezen hoofde hun geld ook gedeel-
telijk willen beleggen in een groot aantal kleinere
industrieën, teneinde op die
wijze
een remuneratie
te verkrijgen, overeenkomende met die van het ge-middelde bedrijfsleven van ons land. Meer kan een
gemiddeld belegger niet verlangen. Tot deze laatste
reken ik ook beleggingsmaatschappijen en misschien
zelfs levensverzekeringbedrijv en.
Ook in deze is alle begin moeilijk, en het bijeen-
brengen van het eerste millioen zal niet eenvoudig
zijn. Ik gelobf echter, dat het de eenige weg zal zijn
om de oprichting en uitbreiding van kleine en mid-
delgroote industrieën met succes te bevorderen.
Mr. R.
VAN HASSELT.
31 Mei 1939
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
441
CONJUNCTUURDIAGNOSE EN CONJUNC-
TUURPOLITIEK IN HET LAATSTE JAAR-
VERSLAG VAN DE B. 1. B.
Het negende jaarverslag van de B.I.B., waaraan
wij in het nummer van 17 Mei jI. reeds enkele be-
schouwingen hebben gewijd, bevat evenals zijn voor
–
gangers wederom zeer belangrijke uiteenzettingen
over den economischen toestand. Dat het oordeel van
den President der B.I.B. niet onverdeeld gunstig is,
laat zich in de gegeven omstandigheden begrijpen.
Wel is de inzinking, cliê zich in da tweede helft van
1937 heeft voorgedaan, overeenkomstig de in het vo-
rige jaarverslag uitgesproken verwachting beperkt
van omvang gebleven;. zoo bewoog zich, om slechts
dit voorbeeld te nöemen, de internationale handel in quantitatief opzicht in het laatste kwartaal van 1938
op een peil, dat nauwelijks 6 pOt. lager was dan dat
van de overeenkomstige periode van’ 1937; en het. in
1938 bereikte jaarquantum was per saldo toch altijd
nog 15 pCt. grooter dan dat van eenig jaar vddr 1914.
Men moet derhalve de zaken niet al te somber in-
zien, want de economische activiteit is nog steeds
zeer groot. Maar toch, gezond is de toestand niet:
,,The state of the world is feverish rather than healthy;,
and whatever recovery may be seen is a.nything
hut steadfast, sihce it is dependent on the use of
stimulants on the one hand and interrupted by grave
disturhances on the other”, zoo schrijft Mr. Beyen
op blz. 7 v.v. van zijn verslag.
Deze koortstoestand hangt uiteraard voor een groot
deel samen met de internationale politieke tegenstel-
lingen, die wel haar beste uitdrukking vinden in den omvang der bewapeningen. Wij treffen daaromtrent
in het ‘verslag een grafiek aan, die beter dan woor-
den tot uitdrukking brengt, op welk een w’aanz.inni-
gen weg zich de verschillende staten in hun onder-
lingen bewapeningswedijver hebben begeven en welke
reëele verarming daarvan het gevolg moet zijn.
Trend of National
Defence Expenditures
of the World.
jMM
1858
1883
1908
1913
1928
1932 1933 1934 1935 1936 1931 1938
In een zoo bewogen wereld kan zich uiteraard ook het internationale credietverkeer niet behoorlijk ont-
wikkelen en nog steeds kan men waarnemen, dat
groote bedragen, die onder normale en rustige om-
standigheden rentegevend en hevruchtend in het be-
drifs1even zouden zijn aangewend, als opgejaagd wild
van de eene geldmarkt naar de andere vliegen. In het
afgeloopen jaar trekt in dit verband de overbrenging.
van aanzienlijke bedragen van Europa naar Amerika de aandacht.
Dit komt ook naar voren in de goudheweging, waar-
over het verslag belangrijke beschouwingen behelst.
De omvang van de goudproductie is wederom grooter
geweest dan in 1937, en wel 5.6 pOt., waardoor het
quantum steeg tot bijna 37 millioen ons fijn en de
waarde is gestegen tot
$1.290
millioen
‘).
De staat
bovenaan de volgende kolom geeft van een en ander
een beeld.
Merkvaardig zijn de verschuivingen tusschen de
verschillende landen onderling. . Produceerde Zuid-
Afrika in 1930 nog meer dan de helft van ‘al het ter
‘wereld voortgebrachte goud, thans is dit aandeel ge-
claaid tot minider dan . Door een politiek van ex-
‘) Dit icijin gedev’adueerde :1o11a.rs van dc huidige goud-
wa ai-cle.
Zuid-
1
Rus-
Ver. ‘Canada Andere
Wereld-
Jaa
Afrika land’)
I
Staten
1
1 lande’, 1
productie
‘
In duizenden ons fijn goud
In
milI.
1
dollars
1930
10.716 1.501 2.286 2.102 4.318 20.923
732
1931
10.878 1.656 2.396 2.694 4.702 22.326 781
1932 ……11.559 1.938 2.449 3.044 5.264 24.254
849
1933
11.014 2.700 2.537 2.949 6.326 25.526 893
1934 10.480 3.858 2.916 2.972
1
6.950 27.176 951
1935 …. 10.774 4.500 3.619 3.285 7.376 29.554 1.034 1936 …. 11.336 5.280 4.296 3.748 8.338 32.998 1.155
1937 . … 11.735 5.000 4.753 4.096 9.304 34.888 1.221
1938 …. 12.161 5.000 5.008 4.716 9.969 36.854 1.290
‘) Ten cleele geschatte cijfers.
2)
I.ncl. P’hil’i’p’pijnen.
ploitatie van erts van gering gehalte, hetgeen bij dan tegenwoordigen goudprijs in verband met de hoogte
der kosten nog loonend is, wordt de vooruitgang van,
de Zuid-Afrikaansche productie opzettelijk beperkt
gehouden, teneinde clan levensduur van de mijnen te
verlengen.
,,Dishoarding” van goud ‘door het Oosten speelde
in het afgeloopen jaar een zeer geringe rol, gelijk
uit onderstaande cijfers blijkt:
(La milijioen Dollars, huidige goudwaarde).
Goud
uit liet
Oosten
Br.-Indie
China
Hongkong Totaal
1931
208
18
20
246
1932
320
39
19
378
1933
202
24
33
259
1934
‘
220
18
22
260
1935
150
14
11
175
1936
109
12
10
131
1937
50
17
1
68
1938
43
1
0
2)
14
‘
57
Totaal…
1.302
,
–
142
1
130
1
1.574
) AJlean uit pareicuiier bezit.
2)
1938
4rnportsaldo $
4
niiJl’ioan.
Het in 1938 ter beschikking gekomen goud heeft
zich op zeer ongelijkmatige wijze over de verschil-lende landen verdeeld. Aan een uitgebreiden cijfer
–
staat betreffende toe- en afneming van goudreserves van centrale banken en van Regeeringen, waarbij de
landen verdeeld zijn in drie groepen, t.w. de win-
naars, degenen, wier goudvoorraad gelijk bleef,’ en de
verliezers; ontleenen wij de volgende gegevens.
(In rnill’io’eneii $, huidige goudwaarde.)
–
Goud reserves
van centr.
n
-r-
,,..
.,
c)
banken en
regeeringen
•5
a
.–
.E
u-
.2.E
>
.
3
Groep 1:
Ver. Staten
…
11.258
12.760
+
1.502
14.512
+1.752
240
244
+
4
321
+
77
NederlanJ
490.
930
+
440
995
+
65
Zwitserland
655 648
–
7
699
+
51
Zweden ………..
Gr. Britt ……..
2.584
2.6893)
+
105
2.6902)
+
‘
1
Totaal (mcl. andere
..
winnaars) ……..
16.166 18.184
+
2.024
20.236
+2.052
Groei) 2:
Totaal ………….
610
623
+
13
623
0
Groep
3:
2 995
2.564
–
431
2.435
–
129
463 261
–
202
164
‘-
97
Frankrijk ……….
Argentinië
501
469
–
32
431
–
38
Japan …………
Totaal (mci. andere
verliezers)
…….
5.080
4.375
–
705
.4.056
–
319
Generaal Totaal
2)..
21
.9001
23.250j
+
1
.3
5
01
25.0001
+
1.75
‘) ‘J.’Cn d’eaIe geschat. ) Ten deele geschat en zonder
Rus-]an.d en Spanje.
‘3)
Zonder Ega.lïsatiefonds,
weiks
stand
01) 30
Sept.
1937 $ 1.395
inillioen
‘CO
op 30
September
1938
$759
in’illioe’n beliep.
442
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 Mei 1939
• De Vereenigde Staten zijn de grootste winnaars ge-
weest; de verandering in de goudpositie in haar ge-
heel ziet er in dat land als volgt, uit:
(In millioenen $).
Goudbeweging en verandering in goudvoorraad
der Ver. Staten in
1938
Netto invoer
1.974
Toeneming van
monetai ren
goudvoorraad
1.752
Binneni. prod
148
Netto toeneming
,,earmarking”
voor
buitenl.
rekening ….
333
Totaal
……….
2.122
1
Totaal ……….
2.085
Meer dan de geheele goudproductie van 1938 is dus
naar de andere zijde van den Oceaan verhuisd. Na
een terugtocht van kapitaal uit de Vereenigde Staten in de tweede helft van 1937 en in de eerste helft van
1938, nam de stroom van geld naar dat land in het
laatst van 1938 weder zeer in omvang en hevigheid
toe, waarbij in aanmerking dient te worden genomen,
dat het belangrijke exportsaldo der Ver. Staten, in
1938 niet minder dan $1.134 millioen beloopende,
niet door een dienovereenkomstigen kapitaalexport
wordt gedekt en dus den goudtoevloed naar dat land
stimuleert.
Van de netto-kapitaalbeweging naar de Ver. Staten
in den vorm van bank-saldi en door den vreemde ver-
worven effecten geeft onderstaande grafiek, welke wij
aan het verslag ontieenen, een beeld:
4000
ei.
e,
1
0
ei
141
LM;
Zagen de Ver. Staten zich in 1938 geld toevloeien, ten deele in den vorm van goud, zoo waren de groote
verliezers Frankrijk, Japan, en – als men met den
omvang van het Egalisatiefonds rekehing houdt –
vooral ook Engeland.
Zoo toont dus de wereld een zeer bewogen beeld,
dat er in 1939 niet minder op ‘geworden is. Integen-
deel, de geldstroom naar de Vereenigde Staten heeft
met kracht aangehouden, zooals wij ook hier te lande
hebben bespeurd.
Het gevolg zal zijn, dat in het thans loopen.d jaar,
naar het. zich voorshands laat aanzien, Nederland met
vele andere landen van de groep der goudwinnaars
naar de verliezers zal verhuizen.
Het is in deze verwarde wereld, waarin de hea-
pening alle vroegere berekeningen gaat doorkruisen,
uiteraard zeer moeilijk om de juiste richtlijnen der
economische politiek in het oog te blijven houden.
Over deze politiek behelst het verslag van Mr. Beyert
ditmaal beschouwingen, die wij met meer genoegen
hebben gelezen, dan de desbetreffende uiteenzettingen
van zijn voorganger Mr. Trip en dan het ietwat kleur-
boze betoog, dat in het verslag over 1937 werd aan-
getroffen.
* *
*
Het op peil houden van de economische activiteit
en het uitschakelen van de werkloosheid zonder den
grondslag voor nieuwe eveuwichtsstoringen te leggen is het hoo:fdprohleerh, waarmede men in de conjunc-
tuurpolitiek te maken heeft en ten aanzien waarvan
tal van experimenten zijn verricht. Deze hebben
slechts dan tot een afdoend resultaat met betrekking
tot de werkloosheid geleid, wanneer ôf de Staat de
leiding van het geheele economische leven op zich
heeft genomen (Mr. Beyn heeft hier kennelijk het
oog op Duitschland) ôf de eenig noodzakelijke voor-
waarde voor ruime tewerkstelling van arbeidskrachten
is vervuld, bestaande in het tot stand brengen van
een juiste verhouding tusschen opbrengst en
kosten.
Zeer terecht wijst Mr. Beyen op het groote gevaar
van ontijdige loonsverhooging in hausseperioden, een
factor, welke bijv. de Amerikaansche conjunctuur in
1937 zeer ongunstig heeft beïnvloed. Wil men een op
expansie gerichte economische politiek volgen, en
daarbij door de uitvoering van openbare werken sti-
muleerend
01)
het economisch leven inwerken, zoo kan
daarvan, aldus de President, een gunstige werking uit-
gaan, mits echter worde vermeden, dat juist door de
openbare werken een opwaartsche druk op de kosten
in het bouwbedrijf wordt veroorzaakt, waardoor de
ontplooiing van de particuliere bedrijvigheid in den
kiem gesmoord wordt. Het is te hopen, dat de kritiek
aan het adres van de Amerikaansche con.junctuurpo-
litici, die in deze woorden implicite ligt opgesloten, te hevoegder plaatse de aandacht zal krijgen, welke
zij verdient.
Als voorbeeld van een geslaagde expansiepolitiek wordt in het verslag op Zweden gewezen. Wij halen
deze passage in extenso aan:
,,Much attention ha.s been devoted to the Swedish pu-
bLic-w’orks poliicy in the years
1932-35
when, in order to
stimalate business and give some temporary ivork to the
u nemployed, fairly substantial provisions were made in
the budget for increased spending of public money, the
charges beiisg niet .by a temporary increase of the nation-
al delyt. It is of seine initerest to note that, notwitjh.taud-
ing the iïnauguration of this policy (and the depreciatiion
of the Swedish crow’n in
1931),
the w9ages of Swedih work-
ers, including those in the buiidiag trade, were reduced
by 4
to 10 per cent in the peniod
1931-34. A
Swedish
Royal Commission reporcting in
1938
on conditions in the
building industry ascribed the intense developmenit of bu.ild-
ing ,in Stockholm during the years
1934-37
largely to
the reduction in building costs and to the low initeresit
rates at wihich nioney had ‘been readily available for home
finnnoing. With the irnproveinenit in Swediish business
from
1934 rto 1937,
not oniy was the n.st in waiges which
‘had been conceded d nring thc depression fully restored bul
additioniaj increases were obtaiined in most brandhes of
industry. TIto policy thus pursued, •whiah has led to a
reinarkable reduction in the number of unemployed, bas
been as much in the interests of laibour as of the employers.
,,Equiliibrium in the Swedish oost and price structure
was ‘tthu re-establalhed, on the one ‘hand, by a reduction
of oosts (decrease in vage rattes, etc.) and, on the other,
by a series of expansionist measures incinding the in-
auguration of a pnbiicworks policy and the gradual atppl-
icajbion of cheaper inoney rajtes, wiiich in a measure also
served ito redncc the cost of productiou. II Swedish exper.
ience be compaired rwtith that of other counliries, it may
be eonaluded that one-sided reliance on expansiontist measu-
res is a daingerous line of policy; neither cheap moncy
31 Mei 1939
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
443
for the spreadiag of purohasing power through the bud-
get or by ineroases of rages has anywhcre brought about
a
sustai.ned rviv’a1 of business so Jong as the re-eatablish-
ieiit of a reaj equiJibriurn wii’nh.iin the coat and Ies
struot.iire has been inipeded by internal or exteruad causes.”
De hier en elders in het verslag ontwikkelde ge-
dachtengang komt geheel overeen met het door schrij-
ver dezes sinds jaren verdedigde standpunt, dat in
tijden van ernstige depressie een politiek van reflatie,
zoo noodig gebaseerd op versnelde uitvoering van over-
heidswerken en financiering daarvan, door mobilisatie
van opgepot geld en, zoo noodig, door geldcreatie ,,ad
hoc”, slechts dan succes kan hebben, wanneer zij ge-
paard gaat met verlaging van de productiekosten, in-
zonderheid van de bonen en van de rente. Het is,
dunkt ons, zeer verheugend, dat ditzelfde standpunt
met grooten nadruk in het verslag van de B.I.B. naar
voren komt.
Dat bij zulk een expansiepolitiek het streven naar
,,cheap monny” een zekere rol zal spelen, laat zich
hoeren.
Maar het stemt al weder tot voldoening, dat
de President van de B.I.B., •dien wij ook in dit op-
zicht als geestverwant ontmoeten, waarschuwt tegen het groote gevaar om van ,,cheap money” een perpe-
tueel instituut te maken. Onder verwijzing naar de
desbetreffende beschouwingen in het Macmillau-rap-port van 1931, dat in dit opzicht nog alleszins lezens-
waard is, bepleit de President een niet op stabiliteit,
iii nar op variatie gerichte discontopolitiek, waarbij
uiteraard noodelooze discontoveranderiugen vermeden
moeten worden, maar waarin het wèl past om in tij-
den van toenemende hausse door middel van disconto-
verhooging een waarschuwingssein te geven:
,,Looking back on developmonts in recent years, there
cnn be littie do.ubt thnt if in the late autumn of 1036 a warning had been givein by en in,crease in ‘bank raite
business peopie would have become more hesitant and as
a result avoicled the unduly lamge purchases of tocks, the raising of prices and the su’bsta.iiibial inereases in wages.
By this hesirtation a more bedaneed positien would have
been maintained and a great
d
e
cline in industry and
cmploymorit would have been avoided.”
* *
*
Slechts op één punt meenen wij, dat de President
der B.I.B. heeft nagelaten een juisten kijk op de ont-
wikkeling der conjunctuur en der te dien opzichte
gevolgde politjc te geveu. Wij bedoelen het vraag-
stuk der devaluatie.
Tegenover dit probleem staat de Bankpresident nog
steeds ietwat onwennig, al is hij lang niet zulk een
goucldogmaticus als zijn voorganger. Maar’ het trekt
toch wel de aandacht, dat als voorwaarde voor het
welslagen van de Zweedsche economische politiek niet
wordt genoemd de devaluatie van de Kroon in over-
eensteinmi:ng met het Engelsche Pond. Zweden had
nimmer zoo gunstige resultaten kunnen bereiken als
het gedaan heeft, ware het niet, dat het zich met
betrekking tot het buitenland had weten te onttrek-
ken aan de geweldige defimitie, die sinds 1929 aan, den
gang was en die zich in 1931 in versneld tempo vol-
trok.
* *
t
Onder verwijzing naar de periode 1925-1930, in
welk tijdvak de internationale handel aanzienlijk is
toegenomen hij stabiele wisselkoersen, wordt in het verslag (bis. 14) betoogd, dat de ervaring, opgedaan
met ‘de toenmaals vrijwel algemeene toepassing van
den gouden standaard, veeleer ten gunste dan ten nadeele van dezen standaard mag worden aange-
haald.
1-lieraan wordt dan toegevoegd de opmerking, dat,
als een land een relatief te hoog kostenniveau heeft,
rechtstreeksche kostenverlaging meer uitzicht op
cluurzaamheid van het economisch herstel biedt dan devaluatie, daar deze laatste licht tot verstoringen in den internationalen handel aanleiding kan geven.
Dit nu lijkt ons een terugval in een gedachtengang,
die tegenover de rest van het verslag teleurstellend
aandoet.
Ongetwijfeld, de handel heeft zich in de door
den President genoemde periode sterk ontwikkeld,
maar men zal toch niet kunnen beweren, dat bij de
destijds heerschende credietoverspanning de wereld
op een evenwichtige wijze was opgebouwd. Veeleer
hebben de stabiele wisselkoersen en de mede daardoor
gestimuleerde internationale credietverleening een
soort van ,,calmans” gevormd voor een patiënt, wiens kvalen daardoor tijdelijk onvoelbaar gemaakt werden
om later met te grooter heftigheid aan den dag te
treden. En hoe bij volkomen gebrek aan internationale
coördinatie in de geldpolitiek in de groote depressie na 1929 de oplossing gevonden had kunnen worden zonder een verbreking van de banden tusschen geld
en goud en zonder de uitschakeling daardoor van de
internationale cleflatietendenzen, valt met den besten
wil niet in te zien.
Laat ons hopen, dat ook dit restant van misplaatste
goudvereering in het in 1940 uit te brengen 10e jaar-
verslag van de B.I.B. zal blijken te zijn verdwenen.
In het negende verslag vormt het een kleine dis-
sonant.
Niemand zal voor zijn rekening willen nemen, dat er
maar in het wilde weg met de wisselkoersen gemani-
puleerd moet worden; in een maatschappij, waarin
een goede geidpolitiek heerscht, zooals ook Mr. Beyen
deze na streeft, zal meestal stabiliteit van wisselkoer-
sen te handhaven zijn. Maar als men – gelijk in 1929
en volgende jaren – te maken krijgt met een tijd,
waarin zich een geweldige deflatie voltrekt, die’ harer-
zijds een reactie is op te ver gegane credietexpansie
in de voorafgaande periode, zoo is het dwaasheid om
zich in een dergelijk deflatieproces te laten meesleepen
en zich te begeven op den weg eener hopelooze recht-
streeksche verlaging van het kostenniveau bij hand-
having van de valuta; en omgekeerd dient er even-
zeer voor te worden gewaakt, dat men zich niet via
een gemeenschappelijkeui standaard laat meesleepen in
een van andere landen uitgaande ongeweschte in-
flatie.
De waarschuwing van het verleden, moge ook be-
hoeden voor een ontijdig herstel van den gouden stan-
daard zonder waarborgen tegen herhaling van de vroe-
ger begane fouten. Het is ook om deze reden, dat wij
de bovenbedoelde uitlating van Mr. Beyen minder ge-
lukkig achten.
* *
*
Dit moge intusschen den eindindruk van het 9e
verslag der B.I.B. niet bederven: deze indruk kan,
naar het ons voorkomt, niet anders clan uiterst gun-stig zijn. De President heeft gestreefd naar het aan-
geven van richtlijnen voor de economische politiek,
welke ons, op de enkele hierboven weergegeven uit-
zondering na, voorkomen gezond te zijn en aanbeve-
ling te verdienen.
Alleen. . . . het is jammer, dat in de huidige om-
standigheden de economische wijsheden als gevolg der
bewapening maar in zeer beperkte mate in toepassing
worden gebracht. Voorloopig zal men er wel mi jet al te
veel oor naar hebben. Maar, al moet al deze wijsheid
dan ook een tijdlang in de koelkast worden bewaard
om op een gunstiger oogenblik te worden toegediend,
dit mag nimmer verhinderen, dat men telkens en tel-
kens weer de aandacht vestigt op de juiste economi-
sche beginselen en op de voordeelen, die het mensch-
dom van hét nuttigen van dn inhoud van genoemde
koelkast kan deelachtig worden. Dit te hebben gedaan,
schijnt ons de verdienste van den President der B.I.B.
G. M. V. S.
444
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 t[ei 1939
DE VERGROOTING VAN HET UITVOER-
PERCENTAGE VOOR RUBBER.
Toestand.
De beslissing van het internationale rubbercomité
inzake het uitvoerpercentage moet steeds worden be-
schouwd in het kader van de op het oogenhlik van
het besluit heerschende omstandigheden, omdat cle statistische verhoudingen en de prijsbeweging geen
volkomen onderling afhankelijke factoren
zijn.
Welis-
waar zullen de statistische verhoudingen op den duur,
doch dan in het kader van andere factoren – voor-
uitzichten der algemeene conjunctuur, algemeene
prijsbeweging op de goederen- en effectenmarkten,
politieke situatie – het prijsverloop beïnvloeden
doch aan den invloed op den duur heeft het comité
weinig, indien de dadelijke reactie dermate ongunstig
zou zijn, dat de verbetering op den duur ten opzichte
van het oogenblik vlak voor de beslissing geen ver-
betering heteekent. Op het oogenhlik van het besluit
– 16 Mei – was de politieke situatie, hoewel gepro-
nonceerder, nog verre van fraai, terwijl de markt
reeds weken lang een volkomen oninteressant beeld vertoonde, tot uiting komende in het handhaven van
den prijs van rubber te Londen op
715/ia
d.; voorbij-
gaand was de prijs nu eens 8, dan weer
77/s
d., doch
hij kwam steeds op
7I5/j
terug, iets ongekenids bij een
artikel, als rubber. Symi.ngton & Wilson, de bekende
rubbermakelaars, hebben erop gewezen, dat de
speculatie op de markt, die overigens goed is voor
het houden van een voorraad van ongeveer 150.000
ton, geheel ontbrak. De verwachting op de markt
was, dat de quota verhoogd zouden worden. On-
der deze omstandigheden moest het comité beslui-
ten over het restrictie-percentage voor het derde
kwartaal en het heeft het uitvoerquotum met 5 pOt.
vergroot, dus de restrictie met eenzelfde percentage
verlicht. In het milieu van de markt kan men dit
in
zekeren zin optimistisch noemen, ten opzichte van
de statistische verhoudingen kan men het besluit met
evenveel recht als pessimistisch betitelen. Dit merk-
waardig dualisme vindt zijn oorzaak in de tweevou-
dige taak der rubberrestrictie, het brengen van den
prijs op een redelijk niveau en het aanpassen van
vraag en aanbod.
Redelijke prijs.
Vraag-t men den ruhber]producent, of hij] den heer-
schenden rnarktprij’s redelijk acht, dan zal men in den
regel een ontkennend antwoord krijgen, omdât de
winstmarge nog zeer onvoldoende wordt geacht. Aan-
genomen mag echter worden, dat de prijs van. onge-
veer 8 d. voor de groote meerderheid der producen-
ten winst laat en de vraag is alleen maar, of deze
winst voldoende is om aan den productiefactor kapi-
taal een redelijke vergoeding te geven. Dit is een
vraagstuk van waardeering, waarbij men maar al te
graag uit het oog verliest, dat een deel van het in
de rubber geïnvesteerde vermogen van maatschappe-
lijk standpunt verloren is, al blijft de investatie van
individueel standpunt noodzakelijk, een. tegenstrijdig-
heid, welke voortspruit uit de interne regeling der
restrictie. De vraag, of de prijs een redelijk niveau
heeft bereikt, is er dus een van appreciatie en daar-
over valt niet met argumenten te twisten, zoolang
men iemand niet kan overtuigen. De prijs ligt thans
zoowat
0
1) het gemiddelde van 1936 en, behoudens het
jaar 1937, hoven het gemiddelde der overige restric-
tiejaren.
Op het besluit van het comité was het antwoord
van de markt dadeljk gunstig, de prijs kwam, echter
met zeer geringe affaire, dadeljk boven de 8 d.; wel
een bewijs, dat de psychologie der markt juist was
aangevoeld, hoewel, naar onze meaning weinig reke-
ning was – en ook
kon
worden – gehouden met de
statistische verhoudingen.
Deze vallen in twee groe-
PCfl
uiteen,
t.w.
de voorraden als bestaande gegeven en
de verhouding verbruik-uitvoer.
Bij cle
voorraadpositie
kan men de laatste maanden
eeti voortdurend kleiner worden vaststellen. Wij den-
ken hierbij dan uiteraard aan de voorraden buiten de rcstrictiegehieden, omdat die, welke erhinnen liggen
opgeslagen slechts een indiiecten – en dan prijs-
drukkenden – invloed kunnen uitoe:fenen. Aan de
overzichten van het internationale rubbercomité ont-
leeueii wij het volgende overzicht:
Voorra- Voorra- Voorra- Voorra-
den in
den in
den bij den ei-
Tijdstip afscheep- Amerika Eng. ders op- Stoo-
Totaal
havens
fabrik. geslagen mend
Uit. Sept.
1938 36.985
t.
269.937
t.
26.332
t.
9?.272
t.
99.000
t.
579.238
t.
Uit. Dec.
1938 28.403
245.413 ,, 15.631 ,, 86.853
80.000,, 456.260
tilt. Maart
1939 24.712 ,, 219.843 ,, 19.369 ,, 72.235 ,, 102.000
438.159
Hierbij zijn dus buiten beschouwing gelaten de
voorraden in Japan, Frankrijk en te Amsterdam. Analyseert men de cijfers per ultimo Maart – een
totaal, dat op zichzelf reeds ten opzichte van het ge-
durende het restrictie-tijdvak bereikte, laag is –
dan komt men weliswaar tot de conclusie, dat de
wereldvoorraad buiten de restrictiegebieden een ver-
bruik van ruim 5 maanden van het gemiddelde voor
het eerste kwartaal representeert, doch een nadere
beschouwing leert, 1dat de werkelijke verhoudingen
anders zijn; immers
van den were’idvoo rraad buiten de restni oti egebieden ad
totaal
……………………………..438.159
ton
zijn. in Amerika opgeslagen …..
219.843
ton ‘)
stoomend naar Amerika ……..
56.877
Totaal Amerikaausnh belang ….
276.720
161.439
ton
daarvan in handen van IDimgeisehe fabrikanten (ijzeren stork)
………………………
19.369
zoo4at feitelijk een voorraad resteert van
142.070
ton
‘) 131ijkens nadere bevichte.n bedraagt deze voorraad,
volgens een door ht Departement van Handel ingesteld
onderzoek, slechts
205.900
ton. Hiermede hebben wij itt
ons betoog geen rekening gehouden; liet niaalot de voor-
raadpositie iets gunstiger.
om de behoeften van de invoerlanden behalve de
Vereenigde Staten te hevredigen. Deze invoerlanden
hebben in het eerste kwartaal geabsorheerd 125.747
ton, zoodat deze voorraad feitelijk nog geen 3
1
/i maand
absorptie van deze groep rubberverbruikers represen-
teert. De voorraad der Amerikanen vertegenwoordigt daarentegen ongeveer een half jaar verbruik, en heeft
in zooverre indirecte beteekenis, dat hij dezen in staat
stelt eventueel een tijdlang uit de markt te blijven,
doch het is, zelfs de politieke situatie daargelaten,
zeer de vraag, of men in de Vereenigde Staten naar
een belangrijk verder terugloopen der voorraden zal
streven; die per einde December 1938 waren de laag-
ste van de voorraden op het einde van het jaar sedert
1930.
Onder deze omstandigheden kan men de voorraad-
positie zeker niet ongezond noemen; een voorraad van
ML
maand absorptie, en aangenomen, dat de Ameri-
kanen de thans ter. beschikking staande rubber als
ijzeren stock zullen beschouwen, zelfs een
voorraad
van nog geen twee maanden
ahsorptie der invoerlan-
den kan men niet anders dan klein noemen. Er kan
in elk geval geen enkele goede grond worden aange-voerd om doelbewust naar een verdere verlaging van
dit cijfer te streven, tenzij men den prijs onredelijk
laag zou achten.
Tevens moet worden bedacht, dat de verwachting
op de markt is, dat de totale voorraden buiten de res-
trictiegebieden per ultimno Juni tot ongeveer 400.000
ton zullen zijn gedaald.
In dit verband is het interessant de
verhouding uitvoer-absorptie
na te gaan. Wat den uitvoer betreft,
kan het volgende overzicht worden opgesteld:
uitvoer van de restriotielanden, behalve Fransch ludo-Chi-
na en Siam op een ba.4is van
55
10t. ongeveer
201.000
ton
uitvoer van Fra.nsch Indo-China en
Siam
……………………….,,
28.000
uitvoer der overige produetiegebieden
,,
8.000
totale uitvoeren in het, derde kwartaal ongeveer
237.000
ton
31 Mei 1939
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
445
Bedacht moet worden, dat de restrictielanden in
1938 en het eerste kwartaal van het loopende •jaar
ongeveer 32.000 ton meer dan toegestaan hebben uit-
gevoerd en dat dit vooruitloopen op de toekomst zeker
gedeeltelijk kan worden volgehouden, doch dat aan-
genomen moet worden, dat een deel ervan ten laste
van cle uitvoeren, in den loop van dit jaar zal worden
gebracht. Een rarning van den uitvor op 237.000 ton
zal dus zeker niet ver overschreden worden, tenzij.
de prijs een stimulans zou geven om in deze periode
verder op toekomstige uitvoeren vooruit te loopen,
wat dan later zal moeten worden ingehaald.
Hoe staat deze uitvoer nu tegenover de absorptie?
Deze laatste wordt voor het eerste kwartaal geraamd
voor alle invoerlanden tezamen op 204.511 ton, voor
het derde kwartaal van het ongunstige jaar 1938 op
221.424 ton en voor het jaar April 1938/1
1
&aart 1939
(dus met 9 ‘maanden van 1938) op 905.330 ton of ge-
middeld per kwartaal op 241.000 ton. Vergelijkt men
deze cijfers met dat voor den ge-raa.mden uitvoer van
.237.000 ton, dan ‘meenen wij, dat onze conclusie, dat
‘het besluit in verband met de statistische verhoudin-
gen pessimistisch is, volkomen gemotiveerd wordt.
Nu kan men stellen, dat groots vorming van oorlogs-
voorraden heeft plaats gevonden en dat, indien de
politieke toestand rustiger ‘zou worden, deze zullen
worden verbruikt. Deze oorlogsvoorra.den zijn niet in
do voorraadcijfers opgenomen, voor zoover zij zijn be-
grepen iii de ahsorptiecijfers der landen, voor welke
geen zuivere verb,ruikcijfers beschikbaar zijn, dus
voor alle landen, behalve de Vereenigde Staten, en het
Vereenigd Koninkrijk. Van het aanleggen van zulke
voorraden op groote schaal in die landen is echter
niets gebleken, zood’at daarmede o.i. geen rekening
mag worden gehouden.
Conclusie.
Hoezeer dus, naar onze meerling, het besluit van
het comité de statistische positie heeft onderschat,
meenen wij toch, dat weinig anders kon worden ge-
handeld. Een grooter vrij-geven van uitvoer zou zeer
waarschijnlijk tot een prijsdalin.g hebben geleid, welke
de voordeelen van een vergrooting der productie tseer
dan teniet zou hebben gedaan en hieruit blijkt weer
eens de juistheid van onze meening, dat hier twee
doeleinden aan elkaar gekoppeld zijn geworden, die
door het dynamische karakter van het intermediair,
dat ,,markt” heet, niet gekoppeld kunnen worden, om-
dat h’mr niet ,,op den duur” in eerste instantie be-
slist, doch veelal ,,op het oogeablik”, zooals dit door
een zelfstandige, onafhankelijke groep, het marktpr-
soneol, wordt geïnterpreteerd.
Tenslotte nog een enkel woord over het
Amerikaajn-
sche ruilpian.
1-let groote plan, waarbij meer dan 200.000 ton rub-
ber zijn betrokken, schijnt- te zijn opgegeven voor een
veel bescheidener, dat slechts rekent met 32.000 ton
rubber. Hieraan zouden dan niet de bezwaren kleven,
die wij aan het groote verbonden zagen en tegen in-
williging ervan behoeven rubberproducenten zich in
het algemeen niet te kanten. Volgens berichten uit
de City zou het evenwel een r’uiltransactie tusschen
Amerika en Engeland betreffen en indien hiervo6r
extra quota zouden moeten worden vrijgegeven, kun-
nen hieruit natuurlijk vraagstukken voortspruiten,
welker oplossing ons echter niet om’nogeiijk voorkomt.
Hoewel welhaast moet worden aangenomen, dat dit probleem ook in de vergadering van het internationale
rubbercomité ter sprake is gekomen, werd daarom-
trent in het communiqué mets medegedeeld.
1-let zal thans zeer interessant zijn het verdere ver-
loop op de rubbermarkt te volgen; zou inderdaad een
verdere afneming van voorraden plaats hebben, dan
zou zulks wel eens een prijsstijgende werking kunnen
uitoefenen, welke dan vermoedelijk tot een verdere
verzachting van de restrictie zou leiden. J. F. EI.
SUIKERSCHAARSCHTE?
W’anneer men de cijfers van de zichtbare suiker-
voorraden, zooals die in het huidige nunimer van ‘dit
tijdschrift gepubliceerd worden, beziet, dan lijkt het
paradoxaal om van een suikerschaarschte te spreken.
Immers, de totale zichtbare voorraden in Europa be-
droegen op 1 April 3.618.000 tons tegen 3.901.000 en
3.339.000 tons in de beide voorafgaande jaren en de
totale zichtbare wereldvoorraden 6.547.000 tons tegen
resp. 6.904.000 en 5.775.000 tons. Toch is denotee-
ring voor ruwsuiker spoedige levering in Londen op
het oogenblik Sh. 8/3 c.i.f., tegen Sh. 5/- en Sh. 6/6
c.i.f. op hetzelfde tijdstip in de twee laatste jaren,
terwijl December4evering op de termijnmarkt thans
ruim Sh. 2/- lager genoteerd wordt en in vroegere
jaren latere levering fractioeel hooger gewaardeerd
werd dan vroege.
Deze eigenaardige verhouding is het gevolg van de
bestaande restrictie der suikerexpdrten uit de produc-
tielanden, die dus daarmede haar. doel – verhooging
van den wereldsuikerprijs tot een basis, die de zonder
subsidies werkende producenten weer eeuige winst laat – bereikt heeft. Maar zonder den voor het eerst
sedert vele jaren tegengevallen bietsuikeroogst in
Europa, waardoor verschillende landen het hun toe-
gewezen quotum niet konden exporteeren, en de veel
kleinere productie in Britsch-Indië, hetgeen tot on-
verwacht groote importen in dit land leidde, zoude
dit resultaat nog niet bereikt zijn, terwijl ook het
vormen van speciale voorraden door eenige Regeerin-
gen in Europa hiertoe bij-gedragen heeft. De hierbo-
ven genoemde voorraadcijfers omvatten dus ook de
hoeveelheden, die wegens de restrictiemaatregelen tot
het begin van het derde conventiejaar – 1 Septem-ber a.s. – geblokkeerd zij’n en hetgeen van Regee-
ringswege als dadelijk beschikbare voorraad in geval
van oorlog aangehouden wordt. De op het oogenblik
heerschende schaarschte aan disponihele ruwsuiker is dus zuiver kunstmatig.
Onder deze omstandigheden is het begrijpelijk, dat men tracht aan de voor vele raffinaderijen in verband
daarmede ontsti-ue moeilijkheden tegemoet te komen,
hoe verheugend overigens ook-de hoogere prijzen voor
-die producenten zijn, welke nog de beschikking heb-
ben ovèr een onverkocht gedeelte van hun export-
quotum. –
Hiervoor kivam van 10 tot 12 Mei in Londen de
Internationale Suikerraad bijeen. Geconstateerd werd,
dat voor het tweede conventiejaar (1 September 1938
–31 Augustus 1939) de behoefte van de vrije markt
ongeveer 380000 tons te – laag geraamd was, terwijl
ook de raming van het kwantum, -dat, sommige landen
va:n de hun toegewezen quota niet zouden uitvoeren,
ongeveer 100.000 tons te laag gesteld was. Om hier-
aan tegemoet te komen werd voorgesteld de landen,
die in staat ‘zijn het verleden jaar vrijwillig afgestane
gedeelte van hun quotum alsnog véér 31 Augustus
uit te voeren, daartoe te machtigen, hetgeen een
kwantum van 239.000 tons zonde omvatten, ni. Cuba
72.561 tons, Rusland 65.956 tons, Nederland resp.
Ned.-Indië 62.606 tons, San Domingo 20.707 tons,
Haiti 2170 tons, Australiö 7500 tons en Zuid-Afrika
7500 tons. Dit voorstel werd telegrafisch aan de con-
ventielanden overgebracht, die volgens art. 41 der
overeenkomst binnen 5 dagen hun besluit moesten
mededeelen. Naar verluidt, werden van totaal 95 stem-
men 80 afgegeven, waarvan 76 ton gunste van het
voorstel luidden, zooclat de vereischte meerderheid
van 3/5e ruim gehaald werd. Indien eenige der ge-
noemde landen het hun toegewezen extra-kwantum
niet kunnen of willen exporteeren, waarbij vooral aan
Rusland gedacht wordt, zouden andere producenten
daarvoor aangewezen kunnen word
–
en.
Buitendien maakt Engeland aanspraak op ,,direc-te” verhooging van de quots van de Britsche Domi-
nions en Koloniën met 153.225 to’ns, op welke ver-
hooging Engelând recht had voor het ,,derde” conven-
446
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 Mei 1939
tiejaar voor uitbreiding van het verbruik binnen liet
Britsche Rijk, hetgeen in een begin Juni te houden
vergadering van clan Suikerraad behandeld en zonder
twijfel goed gevonden zal worden.
Al zullen van de overzeesche landen alleen Cuha,
San Domingo en eenige der Engelsche Koloniën voor
spoedie levering in de Europeesche verbruikslanden
in aanmerking komen, zoo kunnen deze maatregelen
toch tot gevolg hebben, dat de daling van de prijzen
voor spoedig leverbare suiker, die ingetreclen is toen
de reèommandaties van den Suikerraad bekend wer-
den, voortgang zal hebben. Maar ook de prijzen voor
latere levering, die overigens niet hoog genoemd kun-
nen worden, zullen zich aan den iivloed dezer daling
niet kunnen onttrekken, tenzij spoedig een besluit
genomen wordt betreffende een behoorlijke restrictie
in het derde conventiejaar. Daarvan zal inderdaad
veel afhangen voor de verdere ontwikkeling der sui-
kerprijzen. A. V.
DE RIJKSMIDDELEN OVER APRIL.
Algemeen beeld.
Blijkens het in dit nummer voorkomende overzicht
van den stand van ‘s Rijks middelen heeft de maand
April een alleszins bevredigende ontvangst voor
‘s Rijks schatkist opgeleverd. De gewone, niet-directe
heffingen brachten ditmaal teztmen
f
38.986.900 op
tegen
f
32.63.200 in dezelfde maand van het vorige
jaar en vertoonden mitsdien een vooruitgang van
f
6.323.100. En voorts werd de gemiddelde maandra-
ming overschreden met een bedrag van
f
2.176.400.
Bij nadere analyse blijkt de
stijging
voornamelijk
te zitten in de invoerrechtcn en in de omzetbelasting,
die gezamenlijk
f
6.134.100 meer dan in April 1938
verschaften. Maar ook de dividend- en tantièmebelas-
ting, het statistiekrecht, de wijnaccijns, de gedistil-leerdaccijns, de bieraccijns, de belasting op gouden
en zilveren werken, de couponbelasting, de regi.s-
tratierechten, de successierechten en de loodsgelden
vertoonden een hooger opbrengstcijfer. Slechts een
viertal accijnzen (die op zout, geslacht, suiker en
tabak) alsmede de zegelrechten bewogen zich in da-
lende richting. Wat de verhouding tot de raming be-
treft, maakt de thans gepubliceerde middelenstaat
een minder goed figuur. Bij tien van de zeventien
middelen bleef de opbrengst hij de maandraming ten
achter. Niettemin mag het eindresultaat niet onbe-
vredigend worden geacht.
Het vrij goede verloop van.de maand April oefen-
de uiteraard een gunstigen invloed uft op het over-
zicht van de reeds verstreken periode. De totale op-
brengst over de eerste vier maanden bedraagt
f
148.546.800 tegen
f
136.697.800 in hetzejfde tijdvak
van 1938 en hij een evenredige raming van
f
147.241.700. De achterstand in de ramiug is hier
mede in een surplus omgezet. In vergelijking met het
vorige jaar droegen tien middelen tot de vermeerde-
ring bij met een gezamenlijk bedrag van
f
14.351.900;
de overige zeven middelen daalden tezamen met
f
2.502.900.
Dividend- en tantiimebelasling.
De dividend- en ta.ntièmehelasting liet ditmaal een
stijging in opbrengst zien van
f
258.700. Nu is cle
loop van dit middel uiterst onberekenbaar en waar
het grootste gedeelte in het midden van het jaar
binnenkomt, zijn de opbrengsten van de eerste maan-
den van het jaar van minder belang. Het stemt ccli-
ter tot tevredenheid, dat tot dusver
f
198.800 méér
kon worden verantwoord dan in dezelfde maanden
van 1938.
Invoerrechten.
De met iflgang van 1 Maart ji. in werking getre-
den verhooging vtn het tarief van invoerrechten doet
haar invlded krachtig gevöelen. Na de record-op-
brengst van de vorige maand, was de ontvangst van
April ji. ook weer hoog, t.w.
f
9.937.100 of
f
2.077.800
meer clan in de vierde maand van 1938. Behalve aan
liet nieuwe tarief moet ook aan het ,,hamsteren” in
binnen- en buitenland worden gedacht. Uit de öp-
brengst van het statistiekrecht (toeneming
f
11.800)
blijkt, dat onze geheele in- en uitvoer door deze vor-
ming van voorraden is toegenomen. Gerekend over
vier maanden vertoonen de invoerrechten een ver-
meerciering van
j
6.344.300, terwijl liet statistiek-
recht met
f
1.1700 is gestegen.
Accijnzen.
Met de accijnzen liep het in de afgeloopen maand
iets minder gunstig, doch, gezien het bevredigende re-
sultaat van het eerste kwartaal, behoeft de tegen-
valler van April niet al te zeer te verontrusten. Het
zout bracht ditmaal
f
84.800 minder op. Dit middel
is den laatsten tijd nogal wisselvallig. De maand
Maart jl. gaf een mooie opbrengst. Over het algemeen
zijn de ontvangsten echter beneden het normale; ge-
relcend over vier maanden, is ee.n achterstand ontstaan
van
f
248.100. Ook de geslachtaccijus gaf en decres
te zien (van
f
45.200). Reeds voor de derde maal kon
de geslachtaccijns de 6 ton niet halen. De inzinking
van den laatsten tijd moet aan een dal:ing van de vee-
prijzen, wellicht ook aan een vermindering van het
rundvleeschverhruik worden toegeschreven. De wijn-
accijns gaf
f
4.700 méér, doch de eerste maand van het
kwartaal is voor deze heffing van weinig beteekenis.
Het gedistilleerd leverde
f
41.400 meer op dan in
April 1938; bovendien wrd de maandraming met
f
44.600 overtroffen. Hetzelfde geldt van den bier-
accijns; hier werd de opbtengst van dezelfde maand
van het vorige jaar met f 91.500 en de maandraming
met f 72.500 overschreden. Gerelcend over vier maan-
den, hebben de beide laatstbesproken middelen resp.
f
418.700 en f 420.400 meer voor de schatkist opge-
leverd. Daarentegen daalde de suikeraccijns ditmaal
met
f
248.500. Toch valt de vergelijking met het vo-
rige jaar, voor wat de reeds verstreken maanden be-
treft, nog in het voordeel van 1939 uit. In het tijd-
vak Januari t/m. April kon nl.
f
309.500 meer wor-
den gebQekt dan in hetzelfde tijdvak van 1938; ccli-
ter werd
f
158.500 minder ontvangen dan waarop
blijkens de ranling was gerekend. Tenslotte de tabaks-accijns, die ditmaal met
f
158.000 terugliep. Wellicht
is hierin een wisselwerking te zien met de vorige
maand, toen de tabaksaccijns zeer goed was. Niette-
min trekt het de aandacht, dat tot dusver
f
11.200
minder is binnengekomen dan in de eerste vier maan-
den van het vorige jaar.
Andere indirecte heffingen.
De belasting op gouden en zilveren werken ging
dloor de toeneming der productie vooruit met f4.600,
waardoor de in de afgeloopen maanden verkregen
voorsprong tot
f
16.800 steeg. De omzetbelasting
kwam niet minder dan f 4.056.300 uit boven de ont-
vangst van April 1938 en overtrof de maandraming
niet
f
2.861.700. Door de gewijzigde betalingsregeling
komen de bedragen, die hij
wijze
van aanslag worden
geïnd, thans in de eerste maand van liet kwartaal
binnen. Dat de jongste wetswijziging ook een zwaar-
dere heffing beteekent, kan. in.tusschen Worden af ge-
leid uit het feit, dat in de eerste vier maanden
f
6.551.300 meet is geheven dan in dezelfde periode
van 1938. Bij wijze van uitzondering wees de coupon-
belasting ditmaal een hooger opbrengstcij•fer aan
(toeneming f 35.500), in de eerste vier maanden is
echter reeds een achterstand ontstaan van
f
146.000.
De zegelrechten waren in de afgeloopen maand al heel laag; de ontvangsten bleven nog f219.300 ach-
ter bij de waarlijk niet hooge opbrengst van April
1938 en
f
694.000 hij de gemiddelde maandraming.
De teruggang kan niet worden geweten aan een tra-
ger vloeien van de beursbelasting, daar laatstgenoem-
de heffing juist een weinig (met
f
12.500) vooruit-
31
Mei 1939
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
447
ging. Er is op economisch gebied weinig activiteit.
De registraticrcchten hadden iets minder van de cle-
pressie te lijden; zij vertoonden althans nog een klei-
nen vooruitgang (van
f
20.900), al werd de gemid-
delde maandraming dan ook niet bereikt (tekort
f
135.800). Gerekend over vier maanden, hebben de
zegel- en de registratierechten onderscheidenlijk
f 368.900 en
f
367.600 minder opgeleverd dan in
hetzelfde tijdvak van het vorige jaar.
Voor het eerst in dit jaar kwamen de successie-
rechten boven de maandraming van
f
4 millioen uit
(met
f 112.000);
vergeleken met April .1038 viel een
vooruitgang te constateeren van
f
460.200. Toch kon
dit de ongunstige resultaten van het eerste kwartaal
niet goed maken; een vergelijking over vier maanden
valt in het nadeel van 1939 uit (ontvangst
f
1.256.000
lager). Van den verderen loop van deze heffing is,
gezien het wisselvallig karakter, nog niets te zeggen. Tenslotte moet nog worden gewezen op de stijgende
opbrengsten der loodsgelden; ditmaal bedroeg de ver-
meerdering
f
1.0.200; over vier maanden werd een
hoogere bate van
f
23.500 verkregen.
Directe belastingen.
Zoolang het nieuwe belastingjaar zijn invloed nog
niet doet gevoelen, komt er in den stand van de
directe belastingen weinig wijziging. In den loop van
de maand April jl. steeg het totale kohierhedrag
van alle directe heffingen van
f
46.191.800 tot f46.014.200. Vergeleken met den stand van het over-
eenkomstige dienstjaar op 30 April 1938, is er een
voordeelig verschil te constateeren van niet meer dan
.f
80.600. Overigens vertoonen de onderscheidene mid-
delen een onderling verschillend beeld. De grondbe-
lasting staat f 4.442.000 lager te boek; de achterstand
is een gevolg van te late vaststelling van provinciale
opcenten. De toeneming van het zuiver bedrag der
kohieren bij de inkomstenbelasting ad
f
4.811.300 is
te danken ten deele aan de verhooging der opcenten
en voorts aande verbetering van de conjunctuur in
1.937. De verschillen zijn bij de overige heffingen vrij
gering en kunnen niet nader worden toegelicht.
AANTEEKENINGEN. Verschuivingen op de wereldmarkt van kantoor.
machines.
Na in 1933 een laagtepunt te hebben bereikt, heeft
de wereldhandel in kantoormachines, naar hetgeen
,,Der deutsche Volkswirt” hierover mededee].t, een
voortdurenden vooruitgang getoond, gevolgd door een
geringen terugsiag in 1938. De toenemende mechani-
seering van den kantoorarbeid heeft een groeiend op-
nemingsverinogen van de markt tengevolge gehad.
De laatste jaren is zelfs – wat de hoeveelheid be-
treft – de productie van 1929 overtroffen. Dat de
waarde van den omzet toch niet veel meer dan de
helft van die van 1929 bedraagt, is, behalve aan de
algemeene prijsdaling, te danken aan eenige verschui-
ving in de productie. Zoo bestond vroeger bij de
schrijfmachines het overgroote deel van de productie
uit standaardmodellen, terwijl tegenwoordig het per-
table-type overheerscht. Voor het overige wordt, voor-
al in de landen met hoog ontwikkelde kantoortech-
n.iek, de schrijfmachine relatief van minder beteeke-
nis en de reken- en boekhoud.machine belangrijker.
Amerika heeft nog steeds het grootste aandëel in
cle wereldproductie, al is ook hier eenige verandering
te bespeuren. Vooral de Duitsche schrijfmachine-in-
dustrie toont een gestadigen vooruitgang; de Zwitser-
sche en Canadeesche winnen voortdurend aan betee-
kenis, terwijl de Zweedsche rekenmachines al jaren
met de Amerikaansche concurreeren. Een voordeel van Amerika vormt ide uitgebreide organisatie van
de concerns op dit gebied. Voorts produceert Amerika
grootendeels voor de binnenlandsche markt: onge-
veer 28 pOt. van de productie van schrijfmachines en
16 pCt. van die van andere kantoormachines (boek-
houd-, reken- en hoilerithmachines alsmede kasregis-
ters) worden uitgevoerd. De Arnerikaansche evport
liep – ook naar hoeveelheid – sedert 1929 terug,
mede omdat de Duitsche markt geheel verloren ging.
Van deze exportve.rmiudering is die van de schrijf-
niachines het meest opvallend.
De Duitsche kantoormachine- industrie voorziet te-
genwoordig geheel in de behoeften van de eigen markt,
terwijl zij daarnaast in toenemende mate werkt voor den
uitvoer, welke zoowel naar hoeveelheid als naar waar-
de ver boven het peil van 1929 is gestegen. Welis-
waar daalde de uitvoer in 1938, maar hier kan tegen-
overgesteld worden de sterk vermeerderde afzet in
het voormalige Oostenrijk – en nu ook in het Sude-tenla.nd – die tot nu toe, tengevolge van de scherpe
concurrentie met Amerika, slechts voor ongeveer de
helft door Duitschland werden voorzien.
Het is een merkwaardig feit, dat de Engelsche
industrie, die op andere verwante gebieden (naaima-
chines, fietsen) zoo belangrijk is, zich op dit punt
zoo weinig heeft ontwikkeld. Dit staat waarschijn-
lijk in verband met het in Engeland heerschende
conservatisme op het gebied van den kantoorarbeid.
Werkt de mechanisatie hiervan eenmaal door, dan
zal deze markt in de toelcomnst zeer veel kunnen op-
nemen. Engeland zelf levert voornamelijk vermenig-
vuldigingsapparaten, en ofschoon dit land ook nog
van ee.nig belang is als schrijfmachineproducent,
blijft cle handelsbalans voor kantoormachihes passief.
Amerika was hier van ouds de belangrijkste leveran-
cier, maar sedert de Ottawa-verdragen is de invoer
door de jonge Canadeesche schrijfmachine-industrie
sterk gestegen. In 1938 besloeg Canada reeds ruim
30 pOt. van den totalen schrijfmachine-invoer in
Engeland, terwijl dit in 1935 nog een te v.erwaarloo-
zen percentage was. In het afgeloopen jaar is hij het
Engelsch-Amerikaansche h andelsverrlrag het tarief
voor in Engeland ingevoerde kantoormachines met 25
pCt. verlaagd. Op grond van de meestbeguustigings-
clausule deelt o.a. ook Duitschland in dit voordeel.
Een interessante prestatie geeft Zwitserland te
zien. Door de crisis in de uui-werkindustrie is men daar overgegaan tot het fabriceeren van schrijfma-
chines. Men had dus het voordeel van technisch zeer
bekwame arbeiders. Het bijzondere is, dat Zwitserland
zich een plaats op de wereldmarkt heeft weten te
veroveren, niet om politiek of machtspositie, maar
om een technisch volkomen nieuw type af te leveren.
Dat dit nieuwe, z.g. Baby-type al spoedig buitenge-
woon populair werd, blijkt wel uit het feit, dat de
Zwitsersche uitvoer nu naar hoeveelheid direct volgt
op Amerika en Duitschland,
terwijl
men pas in 1934
met de productie begon. Feitelijk is de heteekenis
van dit Baby-type nog grooter, daar het in enkele
andere landen ook nog in licentie wordt gebouwd.
De populariteit van dit type, en de ontwikkeling
van de Amerikaansche hoekhoudtechniek toonen cle richting, waarin cle wereldmarkt zich in de toekomst
zal ontwikkelen.
BOEKBESPREKINGEN.
T
7
pf -en-twintig jaren gemeentelijke
financieele administratie en haar con-
trôle.
1914-1939.
Gedenkboek, uitgege-
ven door het Centraal Bureau voor Ve-
rificatie en Finaneieele Adviezen der Vereeniging van Nederlandsche Ge-
meenten.
Twee jaren geleden vierde cle Vereeniging van Ne-
derlandsche Gemeenten, wellce op haar gebied een
zoo
belangrijke
plaats inneemt, haar zilveren jubi-
leum. Bij die gelegenheid werd vanwege het Bestuur
een boekwerk uitgegeven, waarin het 25-jarig bestaan
werd herdacht en waarin voorts talrijke artikelen
werden opgenomen, in welke de arbeid der vereeni-
ging en haar instellingen, alsook de ontwikkeling
van het gemeeutewezen op verdiensteljke wijze wer-
den behandeld.
448
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 Mei
1939
Ook aan de organisatie en de werkzaamheden van
het Centraal Bureau voor Verificatie en Financieele
Adviezen werd uit den aard der zaak een groote
plaats ingeruimd. Aan cle ontwikkeling van de ge-
meentelijke financieele administratie en haar con-
trôle werd geen bijzondere aandacht gewijd.
Dachten de samenstellers wellicht reeds aan het
volgende jubileum, dat van het Centraal Bureau, en
bestond reeds het voornemen om bij de viering daar-
van een afzonderlijk gedenkboek het licht te doen
zien?
Hoe het ook zij, het thans verschenen gedenkboek,
dat meer geeft dan alleen een getuigenis van de
werkzaamheden van het bureau, vormt een waardige
aanvulling van het reeds eerder uitgegeven boek. Het
is den laatsten tijd meer en meer gewoonte – en een
goede -, om in dergelijke boeken niet alleen te wij
–
zen op datgene, dat met het te herdenken feit in en-
gen zin verband houdt, doch om daarnaast in ruime
mate aandacht te schenken aan vraagstukken, die
meer in het algemeen het arheidsveld van de juhi-
leereude instelling raken.
Zoo treffen wij in. dit boek, na een waardeet-end
woord van den Minister van Binnenlandsche Zaken,
den heer H. van Boeijeii, en van den fungeerend
Voorzitter der vereeniging, den heer A. Verdijk, een
interessante historische bijdrage aan van Mr. F. Th.
H. Cerutti, ontvanger van de gemeente Breda, over
de ontwikkeling van de financieele administratie van
de algemeene huishouding der gemeente.
Op dit artikel volgt een reeks bijdragen, die door
ambtenaren van het bureau zijn samengesteld, arti-
kelen, welker samenstelling de speciale deskundigheid
der schrijvers verraadt, en die elk een aspect van
de ontwikkeling van de gemeentelijke financieele ad-
ministratie en van haar contrôle in de afgeloopen
jaren behandelen.
Zoo heeft de districts-verificateur J. M. A. Wind
de ontwikkeling van de administ.,i±atie van water-,
gas- en electriciteitshedrijven en de districts-verifi-
cateur A. Elffers Azn., die van de administratie van
de sociale diensten der gemeenten heschrever. Op dit
laatstgenoemde artikel vestigen wij in het bijzonder
de aandacht, omdat de stof, welke hierin is behandeld,
naar onze meening nog niet op deze wijze in het
licht is gesteld. De keuze van deze bijdrage is wel cats
zeer gelukkige.
De verificateur in algemeenen dienst R. W. Wie-
benga beschrijft het financieel beheer dei krachtens de Woningwet met Rijkssteun gebouwde woningen
en de districts-verificateur G. Ch. Geelen de mecha-
niseering in de administraties der gemeentelijke be-
drijven én diensten.
De Directeur van het Centraal Bureau, Mr. D.
Sirnons, behandelt tenslotte de ontwikkeling van de
contrôle der gemeentelijke fin.ancieeie administraties,
welk artikel een logischen overgang vormt naar een
beschrijving van den aard, den omvang en de werk-
zaamheden van het juhileerende bureau.
Terecht merkt de auteur op, dat in het wettelijk
stelsel der contrôle de deskundige contrôle nog een
zeer bescheiden plaats inneemt. Met een zijner con-
clusies, ni., dat in de kringen der particuliere ac-
countants wordt ingezien, dat de voortschrijdende
specialisatie de gemeentelijke a.dministraties in meer-
dere mate buiten het arbeidsveld dier accountants zal
voeren, betreedt hij een terrein, waarop hij naar onze
meening meer tegentanders zal ontmoeten, dan uit
zijn artikel blijkt.
Zij achten op theoretische gronden – hen, die
zich om motieven van materieelen aard verzetten,
schakelen wij natuurlijk uit – vergaande specialisa-
tie verkeerd. Wij delen de meening dier tegenstan-
ders niet; ook wij zijn, van opinie, dat de administra-
tie der Overheid zoo haar eigen bijzondere sfeer heeft
en zooveel bijzondere aspecten biedt (niet in het minst
van juridisch-administratieven aard), dat deskundig-
heid op dit terrein noodzakelijk is. Wel rijst voor
ons do vraag, of deze specialisatie in ambtelijke krin-
gen. niet te vee], op den voorgrond wordt geplaatst
en op ‘de.n (1uur niet tot een zekere eenzijdigheid zal
leiden, een fout, die – en zeker niet altijd ten on-
rechte door ambtelijke instanties den particulieren
accountant wordt verweten. Zoo iemand, dan is de
auteur van het hierboven geroleveerde opstel zoowel
door zijn wetenschappelijke vorming als door zijn
positie als directeur van het centraal bureau in staat
om een dergelijken gang van zaken te voorkomen.
Met instemming vermelden wij hier nog den lof,
die den vorigen directeur van het bureau, den heer
J. Meijer Azn., wordt toegezwaaid. Aan zijn bijzonder
organisatietalent heeft het bureau veel te danken.
Mogen de woorden van zijn opvolger, aan het slot van
het gedenkboek geuit, dat het verificatiebureau wel-gemoed gereed staat den weg voort to zetten en zijn aandeel in den komeuden arbeid te verrichten in het
belang van de Nederlandsche gemeenten en derhalve
in het algemeen belang, een belofte inhouden, die
werkelijkheid zal worden. Wij voegen onzen geluk-
wensch bij de talloos vele, die den directeur en zijn
staf in deze dagen hebben bereikt. J. H. TEXTOR.
Eenige bedrijfseconomische b esc hou-
wingen over de poetsmicldelenindustrie
in Nederland
door Dr. Ir. L. G. Ver
–
steege. (Nijgh & Van Ditinar, Rotter-
dam 1939).
Dit proefschrift ter verkrijging van den graad van
Doctor in de Technische Wetenschap aan de Techni-
sche 1-loogeschool te Delft verdient om meerdere rede-
nen een aandachtige beschouwing.
In tegenstelling met het buitenland zijn hier te
lande weinig economische monografieën over afzon-
derlijke bedrijfstakken verschenen. Toch is een derge-
lijke beschrijving van veel belang, zoodat reeds uit
dien hoofde de verschijning van deze studie moet
worden toegejuicht. De waarde ervan wordt nog ver-
groot, doordat een man uit de industrie zelf aan het
woord is, iemand die blijk geeft zich naast de be-
heersching van de hedrijfsproblemen ook een belang-
rijke kennis eigen gemaakt te hebben van statistische
en inarktanalytische methoden.
Hoewel de. behandelde poetsmiddelenindustrie mo-
gelijk door velen wordt beschouwd als een niet zeer
belangrijke bedrijfstak, leidt het feit (lat de poetsmid-
delen verbruiksartikolen zijn, die in elk huisgezin toe-
passing vinden, toch tot interessante beschouwingen
en berekeningen, die ook .voor andere consumptiegoe-
deren waarde hebben.
T-Jet boek valt eigenlijk uiteen in twee afzonderlijke
deeJen., namelijk een beschrijvend gedeelte en een sta-
tistisch gedeelte. In het beschrijvend gedeelte wordt
de beschrijving van de industrie, waaronder histo-
rische ontwikkeling, behandeld, benevens het afzet-
gebied en do verkoopsprohlemen; het tweede deel van het boek is gewijd aan marktanalyse, seizoengevoelig-
heidi en conjunctuurverloop van don bedrijfstak.
Ik aarzel niet het tweede meer wetenschappelijke
deel van het boek, hoewel het kleinste van omvang,
als verreweg het belangrijkste tè bestempelen. Hier
heeft de schrijver een kortheid en kernachtigheid be-
reikt, die prettig aandoen, terwijl het gemakkelijke
volgen van zijn gedachtengang steeds mogelijk is.
Het beschrij:vende deel laat zich ook aangenaam
lezen en is een goede inleiding voor het volgende. Ook
hier weet de schrijver soms de problemen voortreffe-
lijk te formuleeren, terwijl in de historische ontwik-
keling veel dingen gezegd worden, die, niettegenstaau-
de de groei van de industrie geheel in de twintigste
eeuw ligt, reeds weder vergeten zijn. Ook aan het
merkartikel wordt aandacht besteed in het eerste
hoofdstuk, dat verder een overzicht van de verwerkte
grondstoffen, een schema van de fabricage en een
beschouwing van de eindproducten bevat.
31 Mei 1939
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
449
• In het tweede hoofdstuk worden hot afzetgebied en
de verkoopsproblernen behandeld, doch hier heeft cle
schrijver een zoo omvangrijke materie in kort bestek
willea verwerken, dat het geheel nogal aan de opper-
vlakte blijft. Waalschijnlijk heeft de schrijver het ook
uitsluitend a]s een korte oriënteering bedoeld, doch
eenige meerdere analyse was zeker op zijn plaats ge-
wees t.
In het derde hoofdstuk wordt een interessante
m]1ark tanaly 5e uitgewerkt, gebaseerd op de gegevens
van het Rijksonderzoek naar de besteding van het in-
komen gedurende 1935/36. Op zeer verantwoorde sta-
tistische wijze wordt dit materiaal verwerkt tot een
schatting van het totale verbruik, waarbij
do
schrij-
ver een vernuftig gebruik maakt van de wet van Pa-
reto om tot de bepaling van een laagste gezinsinko-
mensgrens te komen. Het was echter wenschelijk ge-
weest, dat deze methode, die waarschijnlijk tot be-
trouwbare resultaten-leidt, meer op juistheid getoetst was geworden aan de hand van aidere publicaties op
dit terrein.
Het vierde hoofdstuk behandelt de seizoengevoelig-
heid der poetsmiddelenindustrie, uraarbij de schrijver
echter hoofdzakelijk tot negatieve conclusies komt, ni.
dat de optredende seizoenbeweging voor een belangrijk
deel kunstmatig word t versterkt.
In het laatste hoofdstuk wordt een berekening ge-
maakt van het verloop van het verbruik ‘der poets-
middelen en dit verloop vergeleken met diveise in-
dices der Nederlandsche conjunctuur. Voor de ver-
schuiving in het verbruik, zooals deze is geconstateerd
bij de Amsterdamsche hudgetonderzoekingen, geeft de
schrijver een interessante verklaring, di’e, hoe juist
deze ook lijkt, echter moeilijk controleerbaar is.
De verzorgde indruk van de vele verklarende gra-
fieken verraadt den ingenieur.
Als geheel kan gezegd worden, dat het boek een
belangrijke bijdrage is op het gebied der hedrijfstak
mnouografieën. Niet alleen den promovendus doch ook
den promotor, Prof. Dr. Ir. T. G-oudriaan komt hier-
voor eer toe. Moge het veel navolging vinden, waar-
bij men gerust het werk van Dr. Ir. Versteege als
voorbeeld kan nemen. ,
L. C. VER VOORISN.
ONTVANGEN BOEKEN EN BROCHURES.
Boeken.
Essa.ys in the theory of Economie Fluctuafions
door
M. Kalecki. (Londen 1939; George Allen and
Unw’in. Prijs 6/-).
liet Winkelbedrijf, zijn oorsprong en ontwikkeling,
door 0. P. de Smit. (Rotterdam 1939; Nij-gh &
Van Ditmar N.V.).
Security Cnn we retrieve it?
door Sir Arthur Salter.
(Londen 1939: Macmillan & Co.).
Chroniqv.e des Ev énen-dents politiques et écononciques
dans le bassi’n, da-nubien 1918-1936 Rou.manie.
Uitgave van het Institut International de Coopé-
rmtion Inteilectuelle. (Parijs 1938).
.Tiéconomie d& to, gverre totale, zes possibilités, -zes
limites
door Stefan Th. Possony. (Parijs 1939;
Librairie de Médicis). –
The history and mechanisrn of the evchccnge equali-
sation. account.
(Londen 1939; Camhridge Uni-
versity Press. Prij 8/6).
l
7
eertig jaren landbouwcrediet
door Mr. II. van Haas-
tert en Dr. G. W. M. Huysmans. Uitgegeven door
cle Coöperatieve Centrale Raiffeisenbank ter ge-
legenheid van haar 40-jarig bestaan. (Eindhoven
–
1939)
:
The Economie Basis of Class Con,flidt and other
essays in Political Economy
door Lionel- Rob-
bins. (Londen 1939; Macmillau & Co. Ltd. Prijs
6/-).
–
.
Brochures.
Dc verhouding tusschen groot- en kleinbedrijf in den
levensnciddelenha.ndel
door P. van de Linda
(Baarn 1939; Bosch & KeuningN.V. Prijs
f
0.50).
Moreele en geestelijke herbewapening – op sociaal-eco-
• nonzisch gebied
door Ir. A. G. Bosman. (Leiden
•
1930; E. J. Brill. Prijs
.f
0.25).
•
MAANDCIJFERS.
Gecombineerde Maandstaat van de Nederlancische en
Nederlandsch-Indische Grootbanken. •
–
Nederi.
Ned.-Ind.
1
(In millioenen guldens)J Banken
Banken
Totaal
1
31
Mrt.I30Apr.131
Mrt.I3OApr.131
Mrt.I30Apr.
.A.ctiva:
Kas, kassiers en
dag.
129
110
92 90
221
200 Nederi. en Ned.-Indjsch
159
146 114
104
273
-250
288
256
206
194 494
450
Ander
overheidspapiei
35
35
21
22 56
57
geldieeningen
……..
20 44
43
65
63
schatkistpapier ……..
Bankiers in binnen- en
•
58 58 62
137
120
Wissels
…………..21
buitenland
………..79
Prolongaties en voor-
schotten op effecten
.10
107
–
SO
83 190
190
245 220 203
210
1
448
430
Debiteuren …………
272
280
146
140
418
420
ca
Effecten en Synditen
66
65
40
41 106 106
Deeln.(incl.voorschott.)
10
10
29
29
39
39
348 355 215 210 563 565
Gebouwen ………….
..
16
16
14
14
30
30
Diverse rekeningen
(mci.
overl. posten)
–
–
2
–
2
–
Belegde bestemmings-
reserve
………….
2
2
–
–
2
2
Effecten leendepot
.
7 17
– –
17 17
–
•
916 866 640 628 1556 1494
Pass
ive:
Crediteuren ………..
571,
1
525
1
400
394
974
919
Wissels – eigen accept.
13
1
13
1
8
1
7
1
21
1
20
11
— derden
….1
6
6
2
3
8
9
19
19
10
10
29
29
Deposito’s op termijn..
Diverse rekeningen
. .
Bestemmingsreserve ..
Effecten leendepot ….
41
11
2
17
42
9
2
•
17
166
10
–
–
105
5
–
–
147
21
2
17
147
14
•
2
17
664
614
526
514
1190
1128
Werkzaam kapitaal
Aandeelenkapitaal
Reserve ……………
252
170
82
252
170
82
114
87 27
114
–
87 27
366
257
109
366
257
100
252 1 252 1
114
1 114 1 366
1
366
De zichtbare suikervoorraden in de wereld.
De zichtbare voorraden per
1
Apr. zijn volgens C. Czarnikow:
In tons
1939
1938
1937
Duitschiand ……………
1.546.000
1.493.000
1.125.000
Het vroegere Tsj.-Slow. . .. .
270.000
430.000
386.000
Frankrijk …………….
494.000 659.000
562.000
Nederland………….
…
157.000 193.000
220.000
België
………………
140.000
•
164.000
131.000
Hongarije …………….
91.000
•
86.000 98.000
Polen
………………
343.000
361.000
–
297.000 Engeland Geïmp. suiker
.
407.000 372.000 338.000
•
Binnen!.
,,
.
170.000
143.000 182.000
Europa……..
3.618.000 3.901.000
3.339.000
V.S.
Alle havens
……..
237.000 299.000
181.000
Cuba ………………..
2.464.000
2.387.000
1.995.000
Java ………………..
228.000 317.000
260.000
Totaal……
6.547.000 6.004.000 5.775.000
450
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 Mei 1939
OVERZICHT VAN DEN STAND DER RIJKSMIDDELEN.
.
AFDEELING lo
April
1
Sedert
Opereen-
.
uit. April 1939 (in Guldens)
Overige middelen..
1939
1Jan .
,
komsilge
periode
1938
AFDEELINGIa
Kohieren
voor den dienstl939)
5
Benaming der midd
e
l
en
Dir. belastinge?
Bedragen,
–
,-
o_
0
.
Divid.- en tantièmebel.
.
1.097.197
3.927.200
3.728.448
Rechten op den invoer
.
9.937132
36.525.513
30.181.231
.
.
4
:.
g
z
:i
fl
–
Benaming der
geven of
.0
!
o
middelen
Totaal
bedrag
andersdan
Zuiver
bedrag
)
0,
.n
o
Acc
ij
ns op zout …………160.359
625.401
873.470
Accijns op geslacht
. .
.
593.597
2.357.336
2.456.515′
wegens
.-
Accijns op wijn
39,088
647.988
596.781
betaling
op de koh.
@)
•
)
a
‘5
Statistiekrecht
…………200.294
812.081
800.414
afgeschr.
Accijns op gedistili……2.382.081
9.499.706
9.081.032
..
Accijns op bier
………739.154
2.752.880
2.332.511
Acc
ij
ns op suiker
……4.550.523
18.541.451
18.231.978
Grondbelast. a)
5,304.440
5.304.440
9.746.396
Accijns op tabak
…….2.610.619
11.918.437
11.985.627
Bel. op gouden en zilverw.
51.545
195.528
.
178.765
Inkomst.bel. b)
30.374.882
571.657
29.803.225
24.991.923
Vermogensb. c)
7.035.855
51,714
6.984.141
7.024.363
Omzetbelasting
………9.694.993
30.163.613
23.606.337
Couponbelasting
…….291.181
1.868.6641
2.014.623
Verdedig.bel. 13.638.089
33.145
3.604.944
3.868.163
Recht, en boeten v. zegel 11.222.636
2)
8.104.184
8.473.123
Bel.v.d.doodehd.
1.217.407
–
1.217.407
1.202.699
Recht. en boet. v. registr.
1.239.238
5.398.200
5.765.751
Totaal
47.570.6731
656.5161 46.914.157
46.833.544
Recht, en boet. v. succes-
a)
hoofdsom
+
20 opceisten op de hoofd.som der ge-
sie, v. overgang bij over-
bouwde eigendommen.
b) Hoofdsom
+
70-88 opcenten.
lijden
en
v.
schenking
4.112.049
14.925.123
16.181.145
c) E[oofdsom
+
75 opeenten.
Opbrengst d. loodsgelden
65.168
283.532
260.048
‘) Voor de belastingen naar inkomen en vermogen be-
Totalen …..38.986.854
148.546.837
136.697.799
staan de vermelde bedragen uit
%
gedeelte van het met
1)
Hieronder begrepen wegens zegelrecht van nota’s van
1 Mei 1939 aanvangende belastingdienstjaar 1939/1940 en
makelaars
en commissionnairs
in effecten, enz.
f
298.321
gedeelte van het belastingdienstjaar 1938/1939.
)
Voor
(Beursbel.).
2)
Idem
f
1.517.221.
de belastingen naar inkomen en vermogen bestaan de ver-
OVERZICHT VAN DE INKOMSTEN TEN. BATE VAN
melde bedragen uit
%
gedeelte van
het belastingdienst-
HET WERKLOOSHEIDSSUBSIDIEFONDS.
jaar 1938/1939 en
3/
gedeelte van het beFstingdienstjaar
Zuiver bedrag
tot en
1937/1938.
.
Dienst 1939
Bedrag
van
kohieren
raming
met de maand
April_1939
AFDEELING II. DIENSTJAAR 1938.
___
Grondbelasting (veertig ten hon-
derd van de hoofdsom wegens
Zuivere op-
Bedrag van de brengst over het
tijdvak van
1
gebouwde eigendommen en vijf
Benaming der middelen
raming
Jan.
1938
tot en
en twintig ten honderd van de
met de maand
hoofdsom wegens ongebouwde
–
April 1939
Personeele belasting (‘tachtig ten
4.810.184
Grondbelasting.
(Y
4
hoofdsom
+
20 opcenten
honderd van de hoofdsom naar
grondsl
ag
)
…………….. .
op de hoofdsom der gebouw-
den eersten, tweeden en derden
de eigendommen.)
10.600.000
10.482.320 9.000.000 14.273.701
Inkomstenbelasting
75.000.000 84.604.768
Gemeen.tefondsbela sting
(vijf
en
Vermogensbelasting
20.000.000
21.146.706
eigendommen)
……………9.681.000
twintig opeenten op de hoofd-
9.000.000
11.138.966
–
Belasting v. d. doode hand
.
1.800.000 2.116.521
Vermogensbelasting
(twee
en
Divid.- en tantièmebelasting
21.000.000
25.039.288
twintig opoenten op de hoofd-
..
98.000.000
99.152.027
som)
…………………….15.500.000
2.640.000
–
2.459.190
Inkomstenbelasting
(tien opcen-
1.981.017
som)
……………………..
ten op de hoofdsozn)
4.800.000
–
7.424.848
51.621.0001
19.083.885
Acc
ij
ns op wijn
…………2.200.000
2.263.529
Totalen
……
.
Acc
ij
ns op gedistilleerd
28 000.000
28.921.244
INKOMSTEN TEN BATE VAN HET
GEMEENTEFONDS.
Accijns
op
bier
………….7.000.000
8.119.599
1
1
Dienst 1938/1939
Zuiver bedrag der
1 Zuiver bedrag der ko-
hieren voor den dienst
Verdedigingsbel.
1
………..
Accijns
op
suiker
………..
55.000.000
56.853.631
Accijns
op
tabak
………….
35.000.000
36.512.955
1 kohieren
tot en met
1
1937
/
38
tot en met de-
Rechten op den invoer
……..
Statistiekrecht
………….2.500.000
Belast, op gouden en zilverw
.
575.000 577.096
1
de
maand
April 1939
i
zelfde maand van 1938
Gemeente.f.belast..
–
1
65.616.858
1
60.243.048
Acc
ij
ns op zout
………….2.000.000
Acc
ij
ns op geslacht
………7.200.000
Omzetbelasting
…………..
75.000.000
77.132.031
4.996.633
Ope. verm. t. get. v. 50
5.873.522
5.910.208
Rechten en boeten van zegel
26.000.000
21.112.051
Rechten en boeten v. registr.
17.000.000
16.605.610
INKOMSTEN TEN BATE VAN HET VERKEERSFONDS.
Couponbelasting
…………6.000.000
Rechten en boeten v. succes-
___________________
April1939
1939
1938
sie, v. overgang bij overli j
Motorrijtuigenbelasting
1
5.427.8501
9.990.4161
9.888.865
den en v. schenking
46.000.000
50 321.940
Opbrengst der loodsgelden
..
750.000
663.225
Totalen
….
545.625.000 569.625.195
Rijwielbelasting ……….23.740
69.383j
83.015
Totalen ………5.’15l.590j
lO.O59.’199j
9.971.880
AANVOER VAN GRANEN.
(In tons van 1000 kg.)
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
1
21
–
27
Mei
Sedert
Overeenk.
~~Mei 1
Sedert
Overeenk.
1939
1938 1939
1Jan.
1939
tijdvak
1938
1Jan.
1939
tijdvak
1938
35.659
333.694
485.544
–
.
41.289
4.250
374.983
489.794
11.330
99.523
61.621
–
1.500
–
101.023 61.621
795
8.260 6.982
–
–
.
8.260 6.982
Boekweit ……………..
Mais
………………
272.685
497.269
2810
47.828
51.081
320.513
548.350
Gerst
.._ ……
. ……
–
5.042
.
1.979
106.209
152.512
715
9.994
7.017
116.203
.
159.529
Tarwe
………………
Rogge
……………..
85.577
97.159
–
1.860
7.812
87.437
104.971
L
ij
nzaad
…………..
.8.855
65.910
57.235 2.148
165.876
120.801
231.786
178.036
Haver
………………4.595
..
39.590
29.582
–
150
100
39.740 29.682
Lijnkoek …………….300
Tarwemeel …………
.
1.996
25.369
26.401
395
2.815
6.666
28.184
33.067
Andere meelsoorten
.
1.050
10.602
15.403
70
2.500
2.340
13.102
17.743
31 Mei 1939
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
451
STATISTIEKEN.
BANKD1SCONT0’8.
Ned (Disc.Wissels. 2
3Dec.’36
Lissabon
….
4
11Au.’3′
Bkj
Bel.J3inn.Eff. 24
3Dec.’36
Londen ……
2
SOJuni’S’l
Vrsch.inR.C. 24
3Dec.’36
Madrid ……5
15Juli’35
Athene ……….6
4Jan.’37
N.-YorkF.R.B. 1
26Aug.’37
Batavia
……..3
14 Jan.’37
Oslo
……..
34
5Jan.’38
Belgrado ……..5
1
F’ebr.’35
Parijs
……2
3
Jan.’39
Berlijn ……….4
228ept.’32
Praag
……3
1Jan.’36
Boekarest
……34
5Mei’38
Pretoria
…. 34
15Mei’33
Brussel
……..3
10Mei ’39
Rome ……..
44
18Mei’36
Boedapest
……
4 28Aug.’35
Stockholm
.. 24
1Dec.’33
Calcutta ……..3
28Nov.’35
Tokio….
3.46
11 Mrt.’38
Dantzig
……..4
2Jan.’37
Warschau….
44
18 Dec.’37
llelsingfors ……
4
3Dec.’34
Zwits.Nat.Bk.
1425
Nov.’36
Kopenhagen
….
3422
Feb.’39
OPEN MARKT.
1939 1938
1937
1914
27
22/27
15/20
8(13
23/28
24129
20124
Mei Mei Mei Mei
Mei
Mei
Juli
Amaterdam
Partic. disc.
1
12
11_5/
31015
31
4_
1
11
4
1f
331
4
_431
4
Prolong.
–
3
14
3/
4
314
1
/2
1
3..41/
(.onden
Daggeld.
ija-I
1
12_1
1
12_1
1
121
ija-I
1
121 Partic. disc.
51
8
_111
16
5;111
51
5
U1
16
5/
5
_2/
4
17133..9115
17
12_
9
1
116/4
Berlijn
Daggeld
.
–
2
1
/-
7
/
2
1
I8-
5
15
2
1
1
‘5-
1
(2
211
4
-3
2
1
Is-3
18-3
1
1s
%aandeId
–
2
3
/8-
5
/8
2
3
18-
5
/8
2
3
18-
5
18
2
31
4-3
2
5
12-
3
/4
2
1
/-
7
j
Part, disc.
–
2
3
14
2
3
14
221
4
2
7
1p
2
7
18
2
7
18
Warenw.
. .
–
4.1/
3
4_1/
4_11
3
4.1/
4
4_1/4
4.114
‘,Tew
York
Daggeld’)
1
1
1 1
1
t
31
Partic.disc.
1/
2
11
1
12
1
12
l/a
91
1
1)
Koers van 26Mei en daaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.
Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York
)
S)
)
)
S)
1)
23 Mei
1939
1.86%
8.71%
74.70
4.93%
31.69
100%
24
1939 1.86%
8.72%
74.70
4.93%
31.71
100%
25
1939
1.86%
8.718%
74.70
4.93%
31.70
10054′
26
1939
1.86%
8.72
74.70
4.93%
31.71
100
27
1939
1.86%
8.72%
74.70
4.93%
31.71 100%
29
1939-
-.
–
–
–
-.
Laagste d.w’)
1.85%
8.70
7455
4.92%
31.65
100
Hoogsted.w’)
1.86/4 8.72%
74.85
494
31.75
1009,
Muntpariteit
1.469
12.1071
59.263
9.747
24.906
100
Data
5erland
Praat
Boeka-
Milaan
Madrid
23 Mei
1939
41.96
–
–
– –
24
.
1939
41.98
–
–
– –
25
,,
1939
41.92
– –
–
26
1939
41.98
–
–
–
–
27
,,
1939
41.94
–
–
–
–
29
1939
–
–
–
– –
Laagste d.wl)
41.90
–
–
9.80
–
Hoogste d.wl)
42.-
–
1.40
9.85
–
Muntpariteit
48.003
7.371 1.488
–
13.094
48.52
D a a
Stock-
Kopen-
Oslo
)
:
h
:
Buenos-
Mon-
holm) hagen*)
for!’)
Aires’)
treal’)
23 Mei
1939
44,921 38.90
4380
3.85
43% 1.85%
24
1939
44,95
38.924
43.821
3.85 43% 1.85%
25
,,
1939
44.924 38.90
43.80
3.85
43% 1.85%
26
1939
44.95
38.95
43.821
3.85
43
1.85
27
,,
1939
44.90
38.924
43.824
3.85
43% 1.85%
29
1939
–
–
–
–
–
–
Laagste d.w1)
44.80
38
824
43.70 3.824
42%
1.85
Hoogste d.wl)
45.
39.-
43874
3.874
42%
1.86
Muntpariteit
66.671 66.671
66.671
6.26t1
95%
2.1878
S
)
Noteering te Amsterdan,.
*5)
Not, te Rotterdam.
1)
Part. opgave.
In ‘t l8te of Zde No. van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
Da a
Londen
($ per £)
Parijs
($
p.
lOOfr.)
Berlijn
(3
p.
100 Mk.)
Amsterdam
($
p.
100 gid.)
23 Mei
1939
4,68%
2
3
64%
40,12
53,75
24
1939
4,68%
2,641%
40,12
53,70%
25
1939
4,68%
2,64′
40,12
53,73
26
1939
4.683/,
2,64%
40,12
53,72
27
1939
4,68%
2,6419.
40,12%
53,71
29
1939
4,68%
2,65
40,12%
53,72
30Mei
1938
–
–
–
–
Muntpariteit..
1
4,86
3,90%
23,81k
4034
e
KOERSEN ‘1E LON1JN.
Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
13
Mei
1939
20
Mei
1939
22127
Mei
1939
i
LaagstelHoogstel
27
Mei
1939
Alexandrië..
Piast. p.
z
e
97% 97%
97%
97%
9734
Athene
….
Dr.
p.
S,
547%
54734
540
555
54734
Bangkok….
5h. p. tical
1/10
1/10
l/lO’
9
l/lO,
1/10
T8
Budapest
..
Pen. p.
£
23%
24
23%
2434
23%
BuenosAiresi
p. peso p.X,
20.254 20.224
20.15 20.26
20.18
Calcutta ….
Sh. p. rup.
1/5
1
%
1/5%
1/5
27
/
82
1/5%
1/5
57
/
6
,
Hongkong ..
Sh. p. $
1/2%
1/2%
1/2%
1/3%
1/2%
Istanbul
..
Piast. p.
£
580 580 580 580 580
Kobe
…….
Sh. p. yen
1/2
1/2
1,’1%
1/2%
112
Lissabon….
Escu.p. X
110%
11034
110
110% 110%
Montevideo
.
d.pery,
19%
18
17%
1834 18
Montreal
..
$
per
£
4.69%
4.69%
4.69k
4.70 4.69%
Rio
d. Janeiro
d. per Mil.
2%
2%
2
26
/
32
225/
33
225/
32
Shanghai
..
d.
p. $
8%
8%
8
8%
8%
Singapore
..
Sh.
p. $
2/3% 2/3%
2/3%
214
2/3%
Valparaiso
8
).
$perg
117
117 117 117
117
Warschau
..
ZI. p. £
25
24%
24%
2534
24%
‘)Offlc. not.
IS
laten, gem. not., welke Imp. hebben te betalen 15Nov.1938
17.13.
2
)90 dg. Vanaf 13 Dec.1937 laatste ,export”
noteering.
ZILVERPRIJS
.
GOUDPRIJS
Londeni)
N.York2)
A’dam
3)
Londen
4
23 Mei
1939.. 20%
42s.
23 Mei
1939.. 2100
148/5k
24
1939.. 20%
42%
24
1939.. 2100
148/5
25
1939..
20 42%
25
1939.. 2100
148/5k
26
1939.. 20
42%
26
1939.. 2100
148/54
27
1939..
19
1
9.
–
27
1939.. 2100
148
.
154
29
1939.. –
42%
29
1939..
–
–
30 Mei
1938..
18/
–
30 Mei
1938.. 2045
140,54
27 Juli
1914.. 24n/
m
159
27 Juli
1914.. 1648
84/11i
)
in pence p. oz. stand.
2)
Foreign silver In
$c.p.oz.
fine.
3)
In
guldens
per Kg.
100011000.
4)
in sh.
p. oz.
fine.
STAND VAN ‘e RIJKS
KAS.
Vorderingen.
–
1
15Mei 1939
J
23 Mei 1939
Saldo van ‘s Rijks Schatkist bij De Ne-
f
51.419.391,70
f
48.447.201,75
Saldo b. d. BankvoorNed.Cjemeenten
•
61.597,38
,,
183.662,18
Voorschotten
op
ultimo April
1939
ajd.
gemeent. verstr. op a. haar uit te
derlandsche Bank
……………….
keeren hoofds. der pers, bel., aand. In
de hoofds. der grondbel. en der gem.
fondsbel., alsmede
opc. op
dle belas- tingen en op de vermogensbelasting
– –
Voorschotten aan Ned.-lndlë
………
42.252.549,09
,,
40.580.378,33
Idem aan Suriname ………………
,
10.201.065,22
Kasvord.weg. credietverst. a/h. bulteni.
•
98.587.774,46
,,
98.375.964,21
Daggeldleeningen tegen onderpand..
Saldo der
postrek.v.Rljkscomptabelen
..13.048.167,50
–
29.039.045,19
..
–
Vord. ophetAlg.Burg.Pensloenf.’)…
,,
14.325610,33
48.730.906,62
•
14.268.829,49
Vord.
op
andere StaatsbedrIjven’)….
,,
13.716.762,89
•
14.635.246,95
Verplichtingen
Voorschot door De Ned. Bank lngev.
art.
16
van haar octrooi verstrekt
– –
Schatkistbiljetten In omloop ………
fl91.733.000,- fl91.733.000.-
25.000.000,-
•
25.000.000,- 1.073.292,-
,,
1.072.905,50
Schuld
op
ultimo
April
1939 gem.
weg. a. h. uit te keeren
hoofds. d.
.
Schatkistpromessen In omloop
………
pers. beL, aand. 1. d. hoofds. d. grondb.
Zilverbons In omloop ………………..
e. d. gem. fondsb. alsm.
opc. op
die
bel. en op de vermogensbelastlng ..
.
8.200.318,56
,.
8.200.318 56
Schuld
het Alg. Burg. Pensloent.’)
aan
,,
2.486.011,84
,,
1.936.011,84
Id. a. h. Staatsbedr. der
P.T.
T.’)
en
…
– –
Schuld aan Curaçao’) ….
………….
189.460.428,07
ii.000.000,-
190.025.507,22
,,
11.500.000,-
Id. aan andere Staatsbedrijven
‘) ….
…..
Id. aan diverse Instelllnen’)
………..
327.172.802,99
•
326.944.542,12
t
)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
20 Mei 1939
1
29 Mei 1939
Vorderingen:’)
–
–
Saldo b. d. Postchèque- en Olrodlenst
f
99.000,-
f
995.000,-
Verplichtingen:
Voorschot’s Rijks kas e.a. RijksInstelI
40.435.000,-
Saldo Javasche Bank
………………
Schatklstpromessen in omloop …….
,,
40.000.000,- 37.148.000,-
,, ,,
40.000.000,-
Schatkistbiljetten in omloop
–
–
Schuld a. d. Indische Pensioenfondsen
,,
20.000.000,-
,,
20.000.000,-
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds
..
,,
2.212.000,-
,,
3.1 14.000,-
Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank
1.492.000,-
771.000,-
Belegde kasmiddelen Zelfbesturen
795.000,-
•
795.000,-
Voorschot van de Javasche Bank
……
R
f.. ‘.
t …A
V.
t
1.678.000,-
fl
00fl rovt
,,
3.383.000,.-.
CURAÇAOSCHE BANK.
Voornaamste oosten in duizenden guldens.
Circu-
Voor-
sotten
Dis-
1
Diverse
Data
Metaal
latie
I
aan de
conto 5
IDi
e
vk
e
rse
r
reke- kolonie
ningenljningenl
1
April
1939
9.792
7.925
328
130
1.586
130
1
Maart
1939
9.801
8.334
269
127
1.203
136
1
Februari
1939
9.797
8.431
228
129
1.212
131
1
Januari
1939
9.168 8.205
35
121
1.362
136
1
April
1938
6.715
7.016
195
63
1.854
110
‘) Sluitp. der activa.
2)
Sluitp. der passiva.
452
GROOTHANDELSPRIJZEN VAN BELANGRIJKE VOEDINGS- EN GENOT-
–
OERST
MAIS
R000E
BURMA RIJST
BOTER per kg.
KAAS
Edamnier
EIEREN
(groole)
6415 kg
La Plata’)
Rotterdam per 2000 kg.
Bahia BIan-
1
Rotterdam per 100 kg.
–
Loonzein
er cwt to b
Alkmaar
Gem. not.
Heffing
.) Zie b1z.281
loco
Termijn-
Amerik.
ca,
OCO
m
Termijn-
80kg Roe-
Ran oon/Bassein
d ee1ar-
Crisis
Fabr.kaas
Eiermiji
san E.-S. B.
,an 5April f1.
Rotterdam
per2000kg.
noteer. op
1 of 2 mnd.
Mixed
No. 2′)
r
0
‘
g.
noteer. op
1 of 2 mnd.
meensche’)
Locoprijs
HerI.Ned.Ct.I
Not.
tecrim’
g
Zuivel-
Centr.
gang exp.
per 50kg.
Roerinond
P. 100 si.
/
%
/
.%
fr7%
/
%
/
%
8h.
/
%
/
f
%
t
%
1927
237,-
110,2
171,50
89,3
176,-
87,1
12,475
102,5 13,82
5
110
1
1
14,75
109,3
6,83
104,5
11(311
4
2,03
98,4
–
43,30 95,0 7,96 99,3
1928
228,50
106,2
208,50
108,6
226,-
111,9 13,15
108,1
12,575
100,1
13,47
5
99,9 6,43 98,4
10/7
3
14
2,11
102,3
–
48,05
105,4
7,99
99,6
1929 179,75
83,6
196,-
102,1
204,-
101,0
10,875
89,4
11,27
5
89,8
12,25
90,8
6,34
97,0
10/6 2,05
99,4
–
45,40
99,6
8,11
101,1
1930
111,75
52,0
118,50
61,7
136,75
67,7
6,225
51,2
8,27
5
65,9 9,67
5
71,7
5,09 77,9
8/5
1,66
80,5
–
38,45
84,4 6,72 83,8
1931
107,25
49,9 78,25
40,8
84,50
41,8
4,55 37,4 4,65
37,0
5,55
41,1
3,09
47,3
516
1,34
64,9
–
31,30 68,7 5,35 66,7
1932
100,75
46,8
72,-
37,5 77,25 38,2
.
4,62
5
38,0
4,70
37,4 5,22
5
38,7
2,59
39,6
5(11
1
/,
0,94
.
45,6
–
22,70 49,8 4,14 51,6
1933
Z
70,-
32,5
60,75
31,6
68,50
33,9 3,55 29,3
3,75 29,9
5,02
5
37,2
1,84
28,2
415’12
0,61
29,6 0,95 20,20 44,3
3,71
46,3
1934
4
75,75 35,2
64,75
33,7 70,75 35,0
3,32
5
27,3
3,25 25,9
3,67
5
27,3
1,74
26,6
4)73)4
0,45 21,8
1,-
18,70
41,0
3,45 43,0
1935
8.1
68,-
31,6
56,-
29,2 61,25 30,3 3,07
5
25,3
3,87
5
30,9
4,12
5
30,6 2,07 31,7
51812
0,49
23,7
0,99
14,85
32,6
3,20
39,9
1936
0
86,-
40,0 74,50
38,8
74,-
36,6
4,27
5
35,1
5,75
45,8 6,27
5
46,5
2,19
33,5
517
1
12
0,58
28,1
0,88
5
17,55
38,5
3,50 43,6
1937
9
137,75
64.0
105,75
55,1
III,-
55.0 8,95
73,6
8,02
5
63,9
8,92
5
66,2
2,70
41,3
6!-
0,78
37,9 0,57
19,75
433
3,96
49,4
1938 103,00
47,9
100,50
52,3
106,50
49,9 5,725
47,1
5,40 43,0 6,20
46,0
2,48
38,0
517
0,80
38,8
0,58
21,27
5
46,7 3,98
49,6
Mei
1938 113,50
52,8
104,50
54,4
111,-
52,1
6,17
5
50,8 6,12
5
48,8 6,95 51,5 2,64 40,4
5/10
1
/
0,89 43,2
0,45
20,–
43,9
3,25
40,5
Juni
,,
iJ
103,75
48,2
100,50
52,3
102,75
48,2
5,625 46,2
5,975
47,6 6,92
5
51,3
2,67
40,9
511 1’/,
0,80 38,8
0,51
19,57
5
42,9
3,39 42,3
uli
,,
103,75
48,2
104,75
54,6
106,75
50,1
5,95 48,9
5,375
42,8 6,77
5
50,2 2,74 42,0
6/111
0,78
37,9
0,50
20,45
44,9
3,71
46,3
Aug.
,,
Z
86,75
40,3
98,25
51,2
102,25
47,9 5,05
41,5 4,70 37,4
5,775
42,8
2,88
44,1
6/51/
4
0,76
36,9
0,55 21,32
5
46,8
4,17
5″,0
Sept.
,,
80,50 37,4
96,25
.50,1
105,25
49,4
4,27
5
35,1
4,15
33,0
4,80
35,6
2,81
43,0
6/3
1
1
0,78
.
37,9
0,57 22,80 50,0
5,-
62,3
Oct.
79,-
36,7
89,25
46,5
96,50
45,3 3,975 32,7 3,52
5
28,1
4,02
5
29,8
2,39
36,6 5(5
1
),
0,74 35,9
0,70 23,45
51,4
5,07 63,2
Nov.
,,
81,-
37,7
84,50
44,0
91,-
42,7 4,30
35,3
3,35
26,7
.
3,65
27,1
2,08
31,9
4193(4
0,76 36,9
0,70 22,32
5
49,0
4,90
61,1
Dec.
,,
91,-
42,3
97,25 50,7
106,75
50,1
4,42
5
36,4 3,52
5
28,1
3,75
27,8
2,05
31,4 419114
0,83
40,3
0,70
20,60
45,2
4,73
59,0
Jan.
1939
88,-
40,9
96,75 50,4
106.25
49,8 4,30
35,3
3,75
29,9
3,85 28,5 2,12
32,5
4)11
1
14
0,84
40,8
0,625 20,07
5
44,0 4,29
53,5
Febr.
,,
84,50
39,3
89,-
46,4
97,75
45,8
4,22
5
34,7
3,50 27,9
3,67
5
27,2
2,27
34,8
512114
0,86
41,7 0,60
19,95
43,8
3,41
42,5
Maart
• 89,75 41,7 89,25
46.5
98,25
46,1
4,22
5
34,7
3,575
28,5 3,62
5
26,9
2,42
37,1
5/531
4
0,80 38,8 0,60
18,15
39,8
3,50 43,6
April
,,
93,-
43,2 90,75 47,3
101,25
47,5
4,25
34,9
3,575
28,5 3,82
5
28,4
2,57 39,4
5/93/4
0,75 36,4
0,55
16,57
5
36,4
3,55 44,3
25 Apr.-2 Mei
93,50
43,5
91,-
47,4
103,50
48,6 4,35 35,8
3,95
31,4 3,90 28,9
2,61
40,0
5111
1
14
0,75 36,4 0,55
16,75
36,7
3,50
43,6
2-9 Mei ’39
94,50
43,9
91,75
47,8
102.50
48,1
4,25
34,9
3,975
31,6
4,-
29,7
2,73
.41,8 6/2
3
/4
0,73 35,4
0,55
17,75
38.9
3,40
42,4
9-16
,,
,,
89,50
41,6
89,50
46,6
102,50
48,1
4,10
33,7
3,975
31,6 3,95
29,3 2,69 41,2
6)21/
4
0,69 33,5
0,55
17,75
38,9
3,40
42,4
6-23
,,
,,
88,-
40,9
86,75 45,2 95,50 44,8
3,90
32,1
3,82
5
30,5 3,95
29,3
2,65 40,6
51_3/4
0,66
32,0 0,55
17,25
37,8
3,40
42,4
3-31
–
–
89.-
41.4
89.751
46.7
1
98.501
46.2
3.90
.32,1
1
3.85
30,7
1
3,95 29,3
2,59
39,7
5111
1
141
0,69 33,5
0,55
17,-
37,3
3,30
41,1
.JUTE
KATOEN
AUSTRALISCHE WOL
JAPAN. ZIJDE
RUBBER
,,Fjrst Marks”
in olie gekamd; loco Bradford per Ib.
131
14
Dernier
.
Stand. Ribbed
Middllng Uphand
Super FineC.P.
Crossbred Colonial
Merino 64s Av.
c.i.f. Londen
loco
Oomra
wit Or. D. te
New York per Ib.
Smoked Sheets
co
Londen p. Ib.
Eng, ton
per
New York per Ib.
Livérpool per lb.
1Herl.Ned.Ct.j
Carded 50’s Av.
Vrl.Ned.Ct.j
Herl.Ned.Ct.
Not.
Herl.Ned.Ct.I
Not.
Not.
Herl.Nd.Ct.
Not.
Herl.Ned.Ct.
Not.
Herl.Ned.Ct.
Not.
Nol.
/
%
£
cts.
%
$cts.
cts.
%
pence
cts.
%
pence
cts.
%
pence
t
%
$
cts.
%
pence
1927
442,38
103,4
36.101-
43,8
93,1
17,60
36,7.
102,1
7,27 133,8
96,8
26,50 244,9
104,8
48,50
13,55
105,8
5,44
93
140,2 18,50
1928
445,89
104,2
36.16/11 49,8
105,8
20,-
37,9
105,5
7,51
153,8
111,2
30,50
259,7
111,1
51,50
12,60
98,4
5,07
54
81,4
10,75
1929
395,49
92,4
32.14/3
47,6
101,1
19,10
33
1
2 92,4
6,59
127,2
92,0
25,25
196,5
84,1
39,-
12,28
95,9
4,93
52
78,4
10,25 1930
257,97
60,3
21.6/9
33,6
71,4
13,50
19,7
54,8
3,92
81,9
59,2
16,25
134,8
57,7
26,75
8,50
66,4
3,42
30
45,2
5,871
1931
192,15
44,û
17.1/7
21,1
44,8
8,50
20,1
55,9
.
4,28
60,9
44,0
109,0
46,6
23,25
5,97
46,6
2,40
15
22,6
3,121
1932
<
146,86
34,3 16.181-
15,9
33,8
6,40
19,5
54,3
5,39
42,5
30,7
11,75
79,7
34,1
22,-
3,87
30,2
1,56
12
18,1
3,371
1933
128,63
30,1
15.12(2
17,4
37,0
8,70
16,8
46,8
4,91
48,9
35,4
14,25
96,9
41,5
28,25
3,21
25,1
1,61
II
16,6
3,25
1934
Z
115,85
27,1
15.9/9
18,3
38,9
12,30
13,6
37,8
4,37
51,4
37,2
16,50
95,8
41,0 30,75
1,92 15,0 1,29
19
28,6 6,25
1935 134,52
31,4
18.1118 17,6
37,4
11,90
17,7
49,3
5,87 42,2 30,5
84,5
36,2
28,-
2,41
18,8
1,63
18
27,1
1936
u
142,61
33,3
18.6/8
19,0
40,4
12,10
18,2
50,7 5,60
54,3
39,3
16,75
108,6
46,5
33,50
2,71
21,2
1,73
25
37.7 7,75
1937
W
183,46
42,9
20.814
20,8
44,2
11,44
20,0
55,7
5,34
89,0
64,4
23,75
132,7
56,8
35,50
3,30
25,8
1,865
36
54,3
9,50
1938 165,24
38,6
18.1513 15,7
33,3 8,64
15,1
42,0
4,08
61,9
44,8
16,75
96,1 41,1
26,-
2,99
23,3
1,64
27
40,7
7,25
Mei
1938
0
158,09
36,9
17.1212 15,3
32,5
8,48
15,2
42,3 4,06
61,7
44,6
16,50
98,9
42,3
26,50 2,82 22,0
1,56
21
31,7
5,62!
Juni
,
1
153,41
35,9
17.216
15,1
32,1
8,37
14,3
39,8
3,85 60,5 43,8
16,25
95,5 40,9 25,50
2,81
21,9
1,55
23
34,7
6,25
Juli
169,20
39,5
18.17/10
16,1
34,2 8,88
15,7
43,7
4,20
60,9 44,0
16,25
97,1
41,5
26,-
3,22
25,1
l,77
28
42,2
7,50
Aug.
174,59
40,8
19.1018 15,3
32,5 8,37
14,7
40,9
3,95
61,4
44,4
16,50
96,8
41,4
26,-
3,11
24,3
1,69
5
29
43,7
7,87!
Sept.
170,11
39,8 19.1(9
14,9
31,6
7,99
14,1
39,2 3,84 62,0
44,9
16,75
94,9
40,6 25,50
3,17 24,7
1,705
30
45,2
8,-
Oct.
z
171,48
40,1
19.1113
15,9
33,8
8,62
14,3
39,8
3,92
62,6
45,3
17,25
94,8
40,6
26,-
3,27 25,5
1,77
31
46,7
8,37!
Nov.
165,33
38,6
19.113
16,7
35,5 9,09
14,6
40,6
4,03 61,4 44,4
17,-
92,2
39,5 25,50
3,19
24,9
1,73
5
29
43,7
8,121
Dec.
,
163,83
38,3
19.116
15,9
33,8
8,62
14,4
40,1
4,03
59,3
42,9
16,50
89,5 38,3
25,-
3,22
25,1 1,75
29
43,7
8,12!
Jan.
1939
178,37
41,7
20.151-
16,5
35,0
8,91
14,8
41,2
4,14
58,5 42,3
16,25
89,2 38,2
25,-
3,37
26,3
1,83.
29
43,7
8,-
Febr.
,,
203,23 47,5
23.518
16,8
35,7
8,99
14,7
40,9 4,05
58,6
42,4
16,-
90,1
38,6
24,75 3,80 29,7
2,03
29
43,7
8,-
Maart
•
Z
208,49
48,7
23.12/6
17,1
36,3
9,06
15,2
42,3 4,13
59,8
43,2
16,25
90,8
38,9
24,75 4,07
31,8 2,16
30
45,2
8,25
April
,,
236,15
55,2
26.16(3
16,7
35,5 8,86
15,2
42,3
4,15
59,9
43,3
15,25
89,2
38,2 24,25
4,38
34,2 2,32
29
43,7
8,-
25 Apr.-2 Mei
r
270,02
63,1
30.15/-
17,3
36,7 9,24
15,4
42,9
4,21
60,4
43,7
16,50
87,8
37,6
24,-
4,60
35,9 2,44
29
43,7
7,87!
2-9 Mei ’39
269,99
63,1
30.151-
17,6
37,4
9,40
15,7
43,7
4,29 62,2 45,0
17,-
87,8
37,6
24,-
4,73
36,9
2,52
29
43,7
8,-
9-16
,
,,
248,73
58.1
28.10/-
17,5
37,2 9,43
15,6
43,4
4,30 61,8
44,7
17,-
87,3
37,4
24,-
4,92
38,4
2,63
29
43,7
8,-
16-23
,,
236,19
55,2
27.2/6
18,1
38,4 9,73
16,0
44,5
4,41
61,7
44,6
17,-
87,1
37,3
24,-
4,83
37,7
2,60
30 45,2
8,12!
23-31
–
–
243.-
56.8
27.17(6
18.2
38,6 9,77
15,7
43,7
433
61,7
44,6
17,-
87,1
37,3
24,-
4,92
38,4
2,64
30
45,2
8,37
7
‘
KOPER
Standaard
Loco Londen
per Eng. ton
LOOD
gem. prompt en
1ev. 3 maanden
Londen per Eng. ton
.
‘ÇIN
,
ocoE onen
per
ng.
0fl
IJZER
Cleveland No. 3 franco Middlesb.
per Eng. ton
GIETERIJ-IJZER
(Lux III) per Eng. ton
f.o.b. Antwerpen
ZINK
gem. prompt en 1ev. 3 maanden
Londen p. Eng, ton
ZILVER
cash Londen
per Standard
.
.
Ounce
HerI.Ned.Ct./
iit
iÏtNed.Ct.l
Not.
iNed.Ct,l
Not.
Herl.Ned.Ct,I
Not.
HerI.Ned.Ct.l
Not.
Herl.Ned.Ct.I
Not.
Herl.Ned.Ct.1
1/Ï
/
%
£
/
%
£
–
f
%
£
7
3
sh.
/
Sh.
/
%
£
cts.
%
pencs
1927
675,10
85,9
55.13/11
295,75
106,5
24.8/1
3503,60
120,6
289.1/5
44,10
104,7
7219
39,10
98,9
6416
345,40
108,8
28.9/11
132
101,5
261116
1928
771,20
98,1
63.14/9
256,15
92,2
21.3/4
2749,50 94,6
227.4/8
39,85
94,6
65110
37,90
95,9
62/8
305,75
96,4
25.5/5
135
103,8
26
3
14
1929
912,55
116,1
75.9/7
281,10
101,2
23.4/11
2465,65 84,8
203.18(10
42,45
100,8
7013
41,55
105,1
68/9
300,80 94,8
24.1718
123
94,6
24
7
(1
1930
1
661,10
84,1
54.13/7
218,70
78,8
18.1/5
1716,20
59,1
141.1911
40,50
96,1
671-
35,95
91,0
59/6
203,55
64,1
16.1619
89 68,5
1711(1
1931
1
431,85
54,9
38.719
146,60
52,8
13.-17
1332,55
45,9
118.911
33,-
78,3
5818
28,90
73,1
5115
140,05
44,1
12.8111
69
53,1
14
5
,8
1932
275,75
35,1
31.1418
104,60
37,7
12.-19
1181,30
40,6
135.18(10 25,40 60,3
5816
22,20
56,2
5111
118,95
37,5
13.13110
64
49,2
17
13
(1
1933
268,40
34,1
32.1114
97,25
35,0
11.16/1
1603,50
55,2
194.11(11
25,55 60,6
62/-
21,-
53,1
511
–
129,80
40,9
15.14111
62
47,7
181(8
1934
226,80
28,8
30.6/5
82,65
29,8
11.1/-
1723,15
59,3
230.7/S
25,-
59,3
66(11
20,25
51,2 54j1
103,05
32,5
13.1516
14.3/6
66 87
50,8 66,9
21
1
1
4
2835I
1935 1936
rn
230,95
298,75
29,4 38,0
31.1811 38.811
103,40 137,15
37,2
49,4
14.5/8
17.1217
1634,25
1592,-
56,2
54,8
225.1415 204.1218
24,70 28,40 58,6 67,4
68/2
731-
20,25 22,40
51,2 56,7
561-
57/7
102,65
116,55
32,3 36,7
14.19/7
65
50,0
20
1
16
1937
1
488,55
62,1
54.813
208,95
75,3
23.5(6
2176,70
74,9
242.7/10
41,30
98
1
0
91(11
47,10
119,2
10511
199.80
63,0
22.414
75
57,7
201/,6
1938
361,40
46,0
40.1318
135,75
48,9
15.516
1684,25
58,0
189.13111
48,45
115,0
1091-
30,30 76,7
6812
125,15
39,4
14.1(10
72
55,4
19
9
16
Mei
1938
”
328,80
41,8
36.12/9
127,85
46,0
14.4(11 1452,30
50,0
161.16/6
48,90
116,1
109/-
29,75
75,3
6614
113,50
35,8
12.1216
70
71
53,8
54,6
18
3
/4
18
15
/i
Juni
,,
317,80
40,4
35.915
125,35
45,1
14.-1-
1599,30
55,0
178.10/-
48,85
115,9
1091-
28,05
71,0
6218
118,40
37,3
13.4/3
Juli
,,
356,45
45,3 39.15(11
133,50
48,1 14.1812
1725,45
59,4
192.1312
48,80
115,8
109/-
27,25 69,0 60/11
127,85
40,3
14.5/6 72
55,4
I93/
Aug.
,.
363,35
46,2
40.12/9
127,20
45,8
14.4(6
1722,60
59,3
192.13
1
–
48,75
115,7
109
1
–
26,80
67,8
60
1
–
124,10
39,1
13.1716 72
55,4
19
318
Sept.
,,
374,70
41,7
42.-(-
136,50
49,2
15.6(-
1727,30
59,4
193.1216
48,60
115,3
1091-
28,30
71,6
6315
126,85
40,0
14.415
72
55,4
195
(1
Oct.
>
399,35
50,8
45.11(-
141,55
51,0
16.2111
1817,05
62,5
207.5/-
47,80
113,5
1091-
30,05
76,0
68/7
132,30 41,7
15.1(9
72
55,4
19116
Nov.
389,70
49,6
44.1915 139,10
50,1
16.111
1855,20
63,8
214.2(6
47,20
112,0
109/-
29,85
75,5
68111
124,25
39,2
14.619
72
55,4
197j5
Dec.
,,
372,90
47,4
43.81-
130,70
47,1
15.412
1842,55
63,4
214.8/6
46,90
111,3
1091-
29,20
73,9
67110
118,05
37,2 13.14/9
72
55,4
20
1
;s
Jan.
1939
1.
U
.
371,15
47,2
42.1918
125,15
45,1
14.9(10
1857,55
63,9
215.216
42,65
101,2
991-
28,90
73,1
6711
118,35
37,3
13.1411
73
56,2
20
1
14
Febr.
..
371,40 47,2
42.911
125,55
45,2
.14.711 1876,25
64,6
214.915
–
43,30
102,8
991-
29,55 74,6
6716
119,95
37,8
13.1413
74
56,9
20
7
(1
Maart
,,
”
379,65 48,3
43.-14
130,35
46,9
14.15(4
1902,50
65,5
215.1113
43,70
103,7
991-
29,80
75,4
67/6
122,05
38,5
13.1617
.75
57,7
20
5
/
1
,
April
.,
370,30
47,1
42,-!-
126,75
45,6
14.7,6
1915,95
65,9
217.6
1
3
43,65
103,6
99
1
–
30,05 76,0
6812
118,70
37,4
13.913
.
73
56,2
20
25 Apr.-2 Mei
.
367,20
46,7
41.1613
128,20
46,2
.14.11(11 1978,25
68,1
225.5/-
43,45
103,1
99
1
–
30,75
77,8
70
1
–
119,95
37,8 13.13
1
2
74
56,9
20/
1
2-9 Mei ’39
366,45 46,6
41.17/6
126,65
45,6
14.9/S 1969,05
67,8
225.-1-
43,30
102,8
991-
31,05
78,6
711
–
120,90
38,1
13.16(3
74
56,9
20
5
)16
9 16
,,
‘-
362,25
46,1
41.12(6
127,80
46,0
14.13/9
1960,25
67,4
225.5/-
.
43,10
102,3
99!-
31,20
78,9
71/9
119,40
37,6
13.14(5
.
73
56,2
201.
8
16-23
,
,,
359,40
45,7
41.3j9
126,-
45,4
14.8/9
1972,15
67,9
226.-!-
43,20
102,5
99
1
–
31,30
79,2
71/9
120,-
37,8
13.15/-
73
56,2
201
s
23-31
,,
,,
368,-
46,8
42.5
1
–
127,70
46,0
14.13/2
1972,95.
67,9
226.10
1
–
43,10
102,3
991-
31,80
60,5
73/-
123,05
38,8
14.216
73
56,2
20
MIDDELEN EN GRONDSTOFFEN.
(Indexcijfers gebaseerd
op 1927
t/m
1929 = 100).
45.1
GE-
SLACHTE GE-
SLACHTE
DEENSCIl
BACON
BEVROREN ARG. RUND-
–
CACAO G.P.
KOFFIE
–
Loco R’dam(A’dam
SUL(R
Wittekrist.-
THEE
N.-Ind.tftee-
RUNDEREN
(versch)
VARKENS
(versch)
middelgew. No. 1
VLEESCH
Accra per 50 kg
c.i.f. Nederland
per
‘I
kg.
suiker loco veiling A’dam
Der 100 kg
ger 100 kg
Londen per cwt.
–
Londen per 8 lbs.
Robusta
Superior
Rotterdam! Amsterdam
Gem.Java- en Sumatrathee
g E
Hen. Ned.Ct.
Not.
Herl.Ned.Ct./
Not.
Herl.Ned.Ct4
Not.
otterdam
t
per 100kg.
per’I2kg.
/
_7_
T
§h.
T
%
sh.
f
%
ih
cts.
%
–
T
f
%
cts.
%
1927
–
–
– –
65,15
97,8
10716
2,73
92,2
416
41,21
119,4
68/-
46,87
5
95,5
54,10 91,4
19,125
119,6
82,75
109,2
101,3
1928
93,-
98,2
77,50
90,4
66,80
100,3
11015
3,03
102,4
51-
34,64
100,4
57/3
49,62
5
101
1
1
63,48
107,3 15,85
99,1
75,25
99,3
102,2
1929
96,40
101,8
93,12
5
109,2 67,81
101,8
11212
3,12
105,4
5(2 27,70
80,2
45110
50,75
103,4
59,90
101,2
13,-
81,3
69,25
91,4
94,7
1930.
108,-
114,0
72,90
85,5
57,19
85,9
94/7
2,97
100,3
4111
21,04
61,0
34/11
32
65,2
38,10
64,4 9,60
60,0
60,75
80,2
72,1
1931
88,-
92,9
48,-
56,3
35,72
53,6
6316
1 2,44 82,4
4/4
13,84
40,1
24(7
25
50,9 27,10
45,8
8,-
50,0
42,50
56,1
53,3
1932
61,-
64,4
37,50
44,0
25,46
38,2
5417
1,70
57,4
3/11 11,77
34,1
2711
24
48,9 30,04
50,8 6,32
5
39,6
28,25
37,3
43,0
1933
52,-
54,9
49,50
58,0
30,74
46,2
74/7
1
1,54
52,0
3/9
9,30
26,9
2217
21,10
43,0
22,83
38,6 5,32
5
34,5
32,75
43,2 37,0
1934
61,50
64,9
46,65
54,7
32,94
49,5
88/1 1,42
48,0
3/9
1
1
8,15 23,6 21/10
16,80
34,2
18,40
31,1
4,07
5
25,5
40
52,8
34,9
1935
48,125
50,8
51,62
5
60,5
32,-
48,1
88/5
/
1,19
40,2
313
1
12
8,15 23,6
2216
14,10
28,7
15,21
25,7 3,85
24,1
34,50 45,5 32,5
1936
53,425 56,4
48,60
57,0
36,37
54,6
9316
1,48
50,0
319
112
12,05
34,9
30/4
13,625
27,8
16,875
28,5
4,025
25,2
40
52,8
39,2
1937
71,27
5
75,3
61,85
72,5
42,27 63,5
9411
1,90
64,2
413
17,35
50,3
38/8
16,625
33,9
22,375
37.8
6,22
5
38,9
53,50
70,6 53,6
1938
67,55
71,3
63,62
5
74,6
44,17 66,3
9915
1,95
65,9
4141/2
10,48
30,4
2318
13,20
26,9
14,91
25,2 5,20 32,5
51,-
67,3 46,6
Mei
1938
71,50
75,5
62,-
72,7
46,22 69,4
103/-
1,92
64,9
4/311
8,64
25,0
19/3 12,50
25,5
14
23,7 4,70
29,4
53,-
70,0
41,1
juni
70,50
74,4
59.95 70,3
43,99
66,1
98/2
1,96
66,2
414
1
1
8,74 25,3
1916
12,50
25,5
13,75
23,2
4,72
5
29,6
49,50
65,3 45,5
Juli
67,20
71,0
62,40
73,1
46,46 59,8
103/9
1,98
66,9
4/5
9,76
28
1
3
21194
12,75
26,0
14
23,7 4,95
31,0
47,75
63,0 46,5
Aug.
67,-
70,7
63,75
74,7
45,32
68,1
10115
1,96
66,2
4/4
1
1
10,04
29,1
22154
13,30
27,1
14,10
23,8
5,–
31,3
49,50
65,3 45,5
Sept.
,,
64,65 68,3
62,45 73,2
43,67
65,6
99/-
1,90
64,2
4/33/4
10,41
30,2
23144
13,50
27,5
14,50
24,5
5,35
33,5
70,0
45,7
Oct.
63,65 67,2
62,50
73,3
43,-
64,6
98/-
1,99
67,2
4/6
1
/4
10,02
29,0
22/104
14,30
29,1
15,50
26,2
5,225
32,7
71,3
44,6
Nov.
62,15
65,6
60,87
5
71,4
39,28
59,0
9017
1,99
67,2
417
9,51
27,5
221114
14
28,5
15,50
26,2
5,45
34,1
50,25
66,3 43,2
Dec.
• 63,35 66,9 59,75
70,0
41,46
62,3
9616
1,89
63,9
414314
9,03
26,2
211-
13,50
27,5
15
25,4
5,125
35,8
46,50
61,4
43,8
Jan.
1939
63,67
5
67,2
56,87
5
66,7
41,93 63,0
9716
1,94
65,5 415514
8,95 25,9
20194
13,20
26,9
15
25,4
5,85
36,6
47,50
62,7 43,4
Febr.
61,85 65,3 55,95 65,6
43,61
65,5
1001-
1,90
64,2
414
9,14
26,5
201104
13
26,5
15
25,4
5,775
36,1
48,75
64,4 41,7
Maart
•
62,47
5
66,0 55,82
5
65,4 44,39 66,7
10017
1,84
62,2
4/2
9,27
26,9
211-
13
26,5
15
25,4 6,275
39,2 50,50
66,7 42,8
April
65,32
5
69.0 56,40
66,1
42,08 63,2
9516
1,75
59,1
3111
3
14
9,05
26,2
20164 13
26,5
15
25,4
7,325
45,8 53,50
70,6
43,0
5 Apr.-2 Mei
69,7
56,50
66,2
41,34
62,1
941-
1,80
60,8
4/1
8,95
25,9
20144
13
26,5
15
25,4 8,75
54,7
52,75
69,6
43,9
2-9 Mei ’39
69,7
56,-
65,6
39,48 59,3
90/-
1,85
62,5
412112
8,79′
25,5
20/14
13
26,5
15
25,4
8,50 53,2 52,75
69,6
43,8
9-16
,,
66,-
69,7
56,25 65,9
39,21
58,9
901-
1,85
62,5
413
8,76
25,4
20114
13
26,5
15
25,4
8,50
53,2
52,50
69,3
43,2
6-23
,,
,,
68,-
71,8
56,-
65,6 39,27
59,0
90/-
1,84
62,2
4
1
2
1
/
8,82 25,6
2013 13
26,5
15
25,4
8,37
5
52,4 52,50
69,3
42,6
3-31
,.
68,-
71,8
55,50
65,1
39,25
58,9 E0)-
1,82
61,5
4/2
8,93 25,9
20/6
13
26,5
15
25,4
1
8,50
53,2
51,75
68,3
42,8
GRENENHOUT
Zweedsch ongesort.
2
1
1′ X
7 pen standaard
ex opslagpl. Londen
VUREN-
HOUT
basis 7″
f.o.b.
Zweden/FInI.
per standaard
van 4.672 M.
kGË:
—
HUIDEN
Gaaf,open kop
57-61 pond
Veiling te
Amsterdam
COPRA
Ned.-Ind.
I. m,s.
per 100 kg
Amsterdam
GRONDNOTEN
Gepelde Conomandel,
per longton
c.i.f. Londen
LIJNZAAD
La Plata
loco
Rotterdam
per 1000 kg.
1)
GOUD
cash Londen
per ounce fine
‘
1
Her1.Ned.Ct.j
Not.
.,
‘
L
.
c
HenI. Ned. Ct.
1
Not,
HenI. Ned. Ct.
Not,
7
X
P
i
T
x
Y
%
T
T
T
x
ah.
– –
1927
230,28
100,1
19.-/-
160,50
105,1
40,43
100,9
32,62
5
106,5
266,03
106,4
21.18/11
185,-
95,0
51,50
100,1
85/-
105,3
104,4
124,1
1928
229,90
100,0
19.-(-
151,50
99,2
47,58
118,7
31,87
5
104,1
254,10
101,6
21.-/-
185,25
95,1
51,45
100,0
85/-
102,0
100,2 94,6
1929 229,71
99,9
19.-/-
146,-
95,6
32,25
80,5
27,37
5
89,4
230,16
92,0
19.-/9
214,-
109,9
51,40
99,9
85/-
92,7
95,4
84,5
1930
218,43
95,0
18.112
141,50
92,7
25,36
63,3 22,625
73,9
175,55
70,2
14.10/4
181,75
93,3
51,40
99,9
85/-
69,6
751
60,0
1931
187,88
81,7
16.141- 110,75
72,5,
18,65
46,5
15,375
50,2
136,69 54,7
12.2/11
95,50
49,0
52,-
101 1
92/5
47,6
546
44,7
1932
136,14
59,2
15.13(4
69,-
45,2
11,15
27,8
13,-
42,4
130,52
52,2
15.-/4
70,-
35,9
51,25
99:6
118/-
35,1
43,0
38,4
1933
136,48
59,3
16.1112
73,50
48,1
13,26
33,1
9,30 30,4
90,39
36,1
10.19/4 75,50
38,8
51,35
99,8
124/7
33,1
39,0
34,5
1934
134,02
58,3
17.1814
76,50
50,1
–
12,07
30,1
6,90
22,5 71,90
28,7
9.12/3
72,75
37,3
51,50
100,1
137/8
31,8 31,3
36,5
1935
127,91
5,6
17.1314
59,50
39,0
12,54
31,3
9,15
29,9
104,26
41,7
14.8/-
67,25
34,5
51,50
100,1
142/2
32,2
37,0
34,8
1936
139,98
60,9
17.19110
78,25
51,3
15,40
38,4
11,90
38,9
113,49
45,4 14.11/9
85,-
43,6
54,60
106,1
140/4
39,0 42,2 40,1
1937
205,35
89,3
22.1712
132,25
86,6
23,35
58,2
15,225
49,7
127,81
51,1
14.4/8
110,50
56,8
63,20
122,8
140/9
53,4
57,8 55,9
1938 189,94
82,6
21.717 109,50
71,7
15,38
38,4
10,075
32,9
92,12
36,8
10.713
99,-
50,9
63,30
123,0
14216
41,1
48,5
44,5
Mei
1938 195,17
84,9 21.151-
105,50
69,1
14,50
36,2
10,425
34,0
91,54
36,6
10.41-
98,50
50,6
62,85
122,2
I40j-j
39,4
47,8 40,0
Juni
,,
190,37
82,8
21.51-
102,50
67,1
14,-
34,9 9,775
31,9
92,40
36,9
10.6/3
96,-
49,3
63,05
122,5
140184
38,9
47,1
40,7
Juli
,,
188,10
81,8
21.-(-
102,50
67,1
14,75
36,8
10,125
33,1
97,26
38,9
10.1712
102,-‘
52,4
63,20
122,8 141/2
41,3
48,2
44,3
Aug.
,,
187,70
81,6
21.-!-
103,-
67,5.
14,75
36,8
9,725
31,8
93,55
37,4
10.913
96,50
49,6
63,60
123,6
14214
40,9
47,6 45,2
Sept.
,,
182,97
79,6
20.15/-
105,-
68,8
15,25
38,0
9,475
30,9
91,44
36,6
10.5/-
96,25
49,4
64,55
125,5
14419
41,0
48,0
46,9
Oct.
•
184,29
80,1
21.-/-
107,-
70,1
15,75
39,3
9,07
5
29,6
‘
88,01
35,2
10.-/9
92,50
47,5
63,90
124,2 145/94
41,3
47,8 47,9
Nov.
•
177,72
77,3
20.10/-
108,50
71,1
15,50
38,7
8,725
28,5
85,14
34,0
9.16/7
90,-
46,2
63,95
124,3
147/74
40,6
46,8
45,9
Dec.
,,
175,-
76,1
20.716
108,50
71,1 14,50
36,2
9,-
29,4
87,2,4
34,9
10.2(10
91,25
46,9
63,95
124,3
148110
40,2
46,6
45,3
Jan.
939
174,17
75,7
20.5/-
108,55
71,1
14,50
36,2
9,07
5
29,6
88,20
35,3
10.419
89,25
45,9
64,20
124,8
148/8
40,7
46,5 45,7
Febr.
•
169,53
73,7
19.819
109,80
71,9
14,50
36,2
9,40
30,7
90,50
36.2
10.6111
90,50
46,5
64,90
126,1
14814
42,1
48,4
46,1
Maart
,,
169,89
73,9
19.51- 116,25
76,1 14,50
36,2
9,65
31,5
91,43
36,6
10.712
96,25
49,4
65,50
127,3
148144
43,5
47,6 47,8
April
,,
170,19
74,0
19.6/3
117,50
76,9
14,50
36,2
9,475
30,9
91,89
36,7
10.8/5 94,50
48,5
65,45
127,2
14816
44,1
47,7
48,8
5 Apr.-2 Mei
171,53
74,6
19.101- 117,50
76,9
14,50
36,2
9,375
30,6
94,41
37,8
10.151-
94,-
48,3
65,20
126,7
148:6
45,3
48,5
50,0
2-9 Mei ’39
173,28
75,4
19.151-
120,-
78,6
14,50
36,2
9,75 31,8
99,55
39,8
11.7/6-
97,-
49,8
65,-
126,3
148/6
46,2
48,8
49,9
9-16
–
•
174,28
75,8
20.-(-
120,-
78,6
14,50
36,2
10,-
32,7
104,43
41,8
I2.-/-
96,-
49,3 64,55
125,5
148144
46,1
48,6
49,9
6-23
,,
178,91,
77,8
20.101-
120,-
78,6
14,50
36,2
10,-
32,7
103,08
41,2 11.16/3
95,-
48,8
64,75
125,9
148154
45,9
48,3 50.5
3-31
,,
183,15
79,6
21.-1-
120,-
78,6
14,50
36,2
10,125
33,1
104,53
41,8
12.-1-
98,-
50,3
64,65
125,7
148154
46,4
48,6
50.5
9NKOLEN
Westf./Holl.
bunkerk. ongez.
f.o.b. R’dam/
A’dam per
1000kg.
PETROLEUM
Mid. Contin, Crude
33 t/m. 33.9
0
B
5.
g.
teN.- Yorkp.barrel
BENZINE Gulf Exp. 64166
0
per
U.S.
gallon
KALK-
SALPETER
franco schip
Ned.perlookg
bruto
ZWAVELZURE
AMMONIAK
franco schip
Ned. per
100
kg
CEMENT
levering bij
Soton franco
voor den wal
Rotterdam
ST E EN EN
________ ________
binnenmuur buitenmuur
P.
1000
stuks
l)
1000
stuks
Rood en Klinkers en
Boeregnauw Handgrauw
.
120
–
0
g’-g
‘WOC
0=0
E
,o’0
.’CC
,
HerI.Ned.Ct./
Not.
Herl.Ned.Ct./
Not,
-7
‘Tfl
T”
‘T”
c
t
s.
“ir”
‘ïs
“T”
“ir”
7
‘r
r
y’
r
%
r
1927
11,25
103,1
3,21
103,6 1,28
37
128,0
14,86 11,48 102,6
–
11,44
102,5
1
18,-
99,0
13,65 104,3
16,50
88,4
‘
105,1
105,2
1928
10,10
92,5
2,99
97,1
1,20
24,85
85,9
9,98
11,48
102,6
11,08
99.3
1
18,-
99,0
13,60 104,0 19,50 104,5
96,5 99,0
1929
11,40 104,4
3,06
99,4
1,23
24,90
86,1
10
10,60
94,8
10,96
98,2
1
18,55 102,0
12,-
91,7
20,-
107,1
98,5 95,9
1930
11,35
104
1
0
2,76
89,6
1,11
2190
75,7
8,81
9,84
88,0
10,55
94,5
1
18,55 102,0
II,-
84,1
19,-
101,8
83,3
77,1
1931
10,05
92,1 1,42 46,1
0,57
1238
42,8
4,98
8,61
77,0
7,73 69,3
16,55
91,0
76,4
15,50
83,0 61,9
55,4
1932
73,3
2,01
65,3
0,81 11,99
41,5
4,83
6,15
55,0
4,20 37,6
12,-
66,0
8,50
65,0
II,-
58,9 49,6
43,0
1933
7,-
64,1
1,14
37,0
0,57
9,24
32,0
4,63 6,18 55,2
4,63
41,5
II,-
60,5 8,75 66,9
10,50
56,2 46,4
40,3
–
1934
6,20
56,8
1,40
45,5 0,94 7,18
24,8
4,84
6,11
54,6 4,70
42,1
11,25
61,9
7,-
53,5 8,50
45,5
44,8
38,8
1935
6,05 55,4
1,39
45,1
0,94 7,65 26,5
5,18 5,89
52,7
4,81 43,1
II,-
60,5
6,75
51,6
8,50
45,5 46,4
39,9
1936
6,60
60,5
1,63
52,9
1,04
8,86 30,6
5,65 5,70 51,0 4,82 43,2
10,50
57,7
6,75
51,6 8,75
46,9
48,5
44,1
1937
8,80
80,6
2,09
67,7
1,15 11,08
38,3
6,10
5,75
51,4
4,97 44,5
11,35
62,4 7,50 57,3 9,50
50,9 66,4 60,5
1938
9,75
89,3
2,03
65,8
1,12
8,84 30,6
4,87 5,95 53,2
5,17
46,3
12,85
70,7
9,-
68,8
11,75
62,9
56,7
48,0
Mei
1938
9,90
90,7
2,10
68,0
1,16
8,92
30,8
4,94
6,25
55,9
5,45
48,8
12,85
70,7
9,-
68,8
12,-
64,3
55,6
48,3
Juni
,,
9,90
90,7
2,10
68
1
0
1,16
8,88
30,7
4,91
6,25 55,9
.5,45
48,8
12,85
70,7
9,-
68,8
12,-
64,3
55,7
48,0
1
uli
9,90 90,7
2,11
68,4
1,16
8,97 31,0
4,94 5,55
49,6
4,80
43,0
12,85
70,7
9,-
68,8
12,-
64,3
55,9
49,3
ug.
9,80
89,8
2,12
68,7
1,16
.
8,89 30,7
4,85 5,65 50,5
4,90
43,9
12,85
70,7
9,50
72,6
12,-
64,3
–
55,7 48,9
Sept.
9
1
60
87,9
2,16
70,0
1,16
8,93 30,9
4,81
5,70 51,0
4,95 44,4
12,85
70,7
9,50 72,6
12,
–
64,3
56,5
49,5
Oct.
9,45
86,6
1,91
61,9
1,04
8,68 30,0
4,72
5,75
51,4
5,-
44,8
12,85
70,7
9,50
72,6
12,-
64,3
56,9
49,8
Nov.
9,35
85,6
1,77
57,3 0,96
8,31
29,0
4,52
5,80
51,8
5,05
45,3
12,85
70,7
9,50 72,6
12,-
64,3
56,1
49,0
Dec.
•
9,50
87,0
1,77
57,3 0,96
8,11
28,0
4,41
5,90
52,7
5,15
46,1
12,85
70,7
9,50
72,6
12,-
64,3
55,5 48,6
Jan.
1939
82,4
1,78
57,7
0,96 8,08 27,9
4,38 6,10
54,5
5,30
47,5
12,35
67,9
9,50
72,6
12,-
64,3
55,1
48,5
Febr.
,,
9,15
83,8
1,79
58,0
0,96 8,18 28,3
4,38
6,10
–
54,5
5,30
47,5
12,35
67,9
9,50
72,6
12,–
64,3
55,5
49,4
Maart
,,
9,65 88,4
1,81
58.6 0,96
8,31
28,7
4,41
6,10
54,5 5,30
47,5
12,35
67
1
9
9,50
72,6
12,-
64,3
56,5 50,6
April
9,65 88,4
1,81
58,6 0,96
8,66
29,9 4,60
6,10
54,5
5,30
47,5
12,35
67,9 9,50
72,6
12,-
64,3
56,3 50.7
5 Apr.-2 M
•
ei
9,60 87,9
1,80
58,3 0,96 8,83 30,5
‘4,69
6,10
54,5
5,30
47,5
12,35
67,9 9,50
72,6
12,-
64,3
56,7
51,0
’39
2-9 Mi
9,60 87,9
1,79
58,0 0,96
8,80
30,4
4,69
6,10
5
4,
5
5,30 47,5
12,35
67,9 9,50 72,6
12,–
64,3
56,7 51,9
9-16
,,
10,25
93,9
1,78
57,7
0,96 8,75
30,3
4,69
6,10 54,5
5,30
47,5
12,35
67,9
9
1
50
72,6
12,-
61,3
57,0 52,0
6
–
23
,,
10,25
93,9
1,79
52,0 0,96
8,72
30,2 4,69 6,10
54,5
5,30 47,5
12,35
67,9 9,50 72,6
12,-
64,3
57,0 51,9
3
–
31
,,
,,
10,25
93,9
1,79
58,0 0,96 8,73 30,2 4,69 6,10
54,5
5,30 47,5
12,35
67,9
9,50
72,6
12,-
–
64,3
57,4
52,4
454
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
31 Mei 1939
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 30 Mei 1939.
–
Activa.
Binlienl.Wis-(Hfdbk.
f
9.908 681,23
sels, Prom., Bijbnk.
,,
468.639,33
enz. in disc. Ag.sch.
,,
1.211.275,29
f
1 1.588.595,85
Papier o. h. Buiteni.
f
2.700.000,-
Af: Verkocht maar voor
de bk.nognietafgel.
Beleeningen [Hfdbk. fl73.87O.6ll,6l’)
ncl. vrsch., Bijbnk.
4.638.474,66
in rek.-crt.1 Ag.sch.
33;517.298,60
op onderp. t.
f
212.026.384,87
Op Effecten enz.
..
f
211.154.887,241)
OpGoederenenCeel.
,,
871.497,63
Voorschotten a. h. Rijk …………….
Munt, Goud ……
f
106.637.555,-
Muntmat., Goud .. ,,1.102.854.577,76
fl.209.492.132,76
Munt, Zilver, enz. ,, 17.435.881,11
Muntmat., Zilver.. – ,, 1.226.928.013,87
11
Belegging van kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds ……………………,,
44.025.052,33
Gebouwen en Meub.
de!:
Bank ……..,,
4.580.000,-
Diverse rekeningen ………………,,
14.506.417,23
Staatd. Nederi. (Wetv.
27/5/32
S. No. 221),,
7.629.955,16
Pasaiva
f
1.523.984.419,31
.
Kapitaal ………………….
……
f
20.000.000,-
Reservefonds ……………………,,
4.860.787,51
Bijzondere reserve ………………,,
7.102.179,67
Pensioenfonds ………………….,,
12.129.238,20
Bankbiljetten in omloop ………….. ,, 1.046.367.335,-
Bankassignatiën in omloop ……….,, 79.193,10
Rek.-Cour. ( Het Rijk
f
30.036.674,76
saldo’s:
I
Anderen,, 397.158.492,20 ,, 427.195.166,96
Diverse rekeningen ………………,,
6.250.518,87
f
1.523.984.419,31
Beschikbaar metaalsaldo …………
f
637.659.240,61
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is ,,. 1.594.148.100,-
Schatkistpapier, rechtstreeks bij de Bank
ondergebracht …………………,,
–
1)
Waarvan aan Nederlandsch-lndit
(Wet van 15 Maart 1933, StaMsbiad No. 99) ……..
f
63.247.800,-
Vornaamete posten in duizenden guldens.
Goud
Andere
Beschikb.
Dek-
Data
.
Circulatte
opetschb.
Metaal-
I
ktngs
Munt
Muntmat.
schulden
saldo
perc.
30 Mei
’39
106638
1.102.855 1046.367
427.274
637.659
83
12
,,
’39
106638
1.102.855
1031.902
441.792 637.919
83
15 Juli
’14
65.703
96.410 310.437
6.198 43.521
54
Totaal
Schatkist-
Belee-
Papier
Diverse
Data
bedrag
promessen
fin en
g
op
het
reke-
dtscon to’s
rechtstreeks
buiten!.
ntngen
1)
iO Mei
1939
11.589
–
212.026
2.700
6.251.
12
,,
1939
11.544
–
211.397
2.700
12.804
15 Juli
1914
67,947
–
61.686
20.188
509
‘Junuer ae acTiva.
JAVASCHE BANK.
Andere
Beschikl
Data
Goud
Zilver
Circulatie
I
opetschb.
metaal-
schulden
saldo
27 Mei’39
2
)
1360
192.420
78.230
27.500
20
,,
‘395)
135.060 193.200
77.690
26.704
29Apr.1939
116.886
1
20.656 192.565 84.487
25.810
22
,,
1939
116.889 1
20.478
193.277
85.597
25.817
25 Juli1914
22.057
31.907 110.172
12.634
4.842
1
Wissels,
1
Diverse
Dek-
Data
1
buiten
1
Dis-
Belee-
1
reke-
kings-
i
N.-Jnd.
1
conto’s
ntngen
1
ningen
t)
percen-
1
betaalb.
1
1
lage
_______________
27 Mei’39
2
)
11.390
760
60.950
50
20
,,
‘398)
12.360
74.730
82.480
50
29Apr.1939
10.173
70.362
49
14T01
1
50,023
22
,,
1939
11.782
14.493
1
49.543 68.155
49
25 Juli 1914
6.395
7.259
75.541
2.228
44
‘
Sluitpost activa.
2)
Cijfers
telegrafisch
ontvangen.
BANK VAN ENGELAND.
1
Bankbilf.
1
Bankbilf.
Other Securities. Data
Metaal
1
tn
un Bankingl
Disc,and
1
circulatie
1
Departm.
1
Advances
Securities
14 Mei
1939
1
226.764
494.5651
31.595
7.097
21.715
17
,,
1939
226.791
493.620
32.540
10.076
21.270
12 Juli
1914
40.164 29.317
33.633
00v.
1
Public
Other Deposits
1 1
Dek-
Data
Sec.
Depos.
Ban kers
Other
Reservel
kings-
Accounts
1
perc.
1)
14 Mei ’39
113.966
1
25.487
1
95.347
1
36.366
32.1991
20,4
17
,,
’39
1113.511
1
16.803
1107.315
36.151
33.1711
20,6
12 Juli ’14
11.005
14.736
42.185
29.297
52
,vltI ,,MUIuig tUO.iJCll flC3CI VC CII IJCpUCILD.
BANK VAN FRANKRIJK.
Data
Goud
Zilverl
1
Te goed
in het
Wts
–
Waarv.
op het
Belee-
Renteloos
voorschot
Ibuitenl.
sels
buitenl.
ntngen Ia.d.Staat
18 Mei’39
92.266
1
6871
13
1
742
3.5141
30.57′!
11
,,
’39
92.266
6791
14
10.530 742
3.496
30577
23Juli’14
4.1041
640
–
1.541
8
769
–
Bonsv.d)
1
Diver-
1 1
Rekg. Courant
1
Data
zelfst.
sen’)
Circulatie
1
Zelfst.
t Parti-
amort. k.
.
Staat
omort,k.l
culieren
18 Mei
‘I
5.470
1
3.069
1
122.132
1
2.273
1
2.026
117.424
11
«
’39
5.470
1
2.772
123.744
1
1.957
2.044
15.998
23Juli ‘1
4
1
–
–
1
5.912 401
1
–
1943
,I aiuitpusi activa.
DUITSCHE RIJKSBANK.
1
ten!. circ.
1
de
banken ‘1
1
Data
Goud
1
bij bui-
1
als
1
gei
23 Mei 1939
70,8
10,6
6,2
7.202,7
29,0
15 ,,
1939
70,8
10,6
6,0
7.302,5
35,0
30 Juli 1914 1.356,9
–
–
750
1
9
50,2
Data
1
Effec-
1
Diverse
1
Circu-
1
Rekg.-
1
Diverse
ten
Activd2)
1
latie
1
Crt.
1
Passiva
23 Mei 1939
821,1
1.535,4
7.799,51.103,4
572,8
15 ,,
1939
755,0
1.582,6
8.006,4
1.059,0
563,9
30 Juli 1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
‘)
Onbelast.
2)
w.o Rentenbankscheine 23, 15 Mei, resp. 24,20 miii.
NATIONALE BANK VAN BELGIË (in Belga’s).
Data
Goud
.
–
Rekg. Crt.
s.-.
‘-1
i939
,-
n
c-
–
1
–
o
Co
53
.a
1
5551
5421
65
r
I5I
201
156
17/5
.13.0881
52
509
573
1100
144
242
•445j
3I
137
FEDERAL RESERVE BANKS.
Goudvoorraad
Wissels
Data
,,Other
1
Goud-
In her-
t
In de
Totaal
certifi-
cash”
2)
disc. v. d.
1 1
open
bedrag
caien’i
meniber
markt
banks
1
gekocht
17 Mei ‘391
13.232,1
113.222,7
1
365,4
3,6
1
0,6
10
,,
’39
13.207,8
113.198,7
1
359,8
4,1
0,6
Belegd
F. R. Notes
1 1
t
Gestort
1
Goud-
1
Dek-
1
Afrem.
1
dek- Data
in u. s.
Gov
,Sec.
1
in circu-I
,
Kapttaall
kings-
1
kings-
________
latie
1
1
perc.8)
1
perc.
4
)
17 Mei ‘391
2.564,0
1
4.463,3 111.474,51
135,0
1
85,3
1
–
10
,,
’39 2.564,0
1
4.459,4 111.446,91
135,0
1
85,3
1
–
‘) L}eze certiticaten weraen aoor cle Schatkist aan cle k
1
34 van
100 op 59.06 cents werd gedevalueerd.
,Other Cash” does not inciude Federal Reserve Notes or a Bank’s
own Federai Reserve
bank
notes.
Verhouding totaien goudvoorraad tegenover opeischbare schul-
den: F. R. Notes en netto deposito.
4)
Verhouding tot
voorraad
muntmateriaal en wettig betaaimiddel tegenover idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET FED. RES. STELSEL.
Dis-
1
Totaal
1
Waarvan
Data
Aantal
contos
Beleg-
II
depo- time
Ileening.
en
beleen.
gingen
1
banks
sito’s
1
deposits
10
Mei ’39
2
1
8.085
113.634 8.337
1
29.815
5.249
3
,,
‘391
1
1
8.071
113.714
8.190
29.798
5.248
uopossen van ue rsaa. Dank, ae .lavascne D8flk en ee DHflK 02
England zijn in duizenden, alle overige posten in millioenen van
de betreffende valuta.
2.700.000,-
212.026.384,87′)
wissels
Belee-
en
ningen
cheques