Ga direct naar de content

Jrg. 20, editie 1015

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juni 12 1935

12 JUNI 1935

AUTEUI8RECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch~Sta

tistische

Beri.
C

hten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL; NIJ VERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

20E JAARGANG

WOENSDAG 12 JUNI
1935

No.
1015

COMMISSIE VAN
REDACTIE:

P.
Liettinck; N. J. Polak, J. Tinbergen; F. de Vries en

H. M. H. A. van der Valk (Redacteur-Secretaris).

Redactie-adres: Pieter de floochweg 122, Rotterdam.

Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement

volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-

tenties: Nijgh & van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,

A.msterdam, ‘s-Gravenhage. Postchèque- en giro-rekening No.

145192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco P. P. in

Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per

jaar. Losse nummers 50 cent. Economisch-Statistisch

Kwartaalbericht f 1.—. Leden en donateurs ontvangen

het weekblad en het Kwartaalbericht gratis en een reductie

op de verdere publicaties.

INHOUD.

Blz.

GEDWONGEN IIUIFENLANDSCHE KAPITAALINVESTEERIN-

GEN TENGEVOLGE VAN TRA NSFERMOEILIJKHEOEN
door

Dr. J. Rubinfeld …………………………..508

Onvoorziene gevolgen van contingenteering door
Ing.

S.
L. Wijnbergen …………………………..508

])ebevolkingsrubbr en het uitvoerrecht door
J. F. llaccoû 510

Eenige gegevens betreffende de koopgewoonten van

huisvrouwen dobr C.
A. A.
van Lvttervelt ………. 511

BUITENLANDSOT-TE MEDEWERKING:

Het Deensche bedrijfsleven in het teeken der indus-

trialisatie en werkverruiming door
Dr. R. Aschen-

bren
ner ………………………………..514

AANTEEKENINGEN:

Hervorming van liet Amerikaansche en Duitsche

bankwezen…………………………….
515

De handel van het Britsche Imperium …………517

Suikerindustrie in Britsch-Indië …………….
518

De zichtbare suikervoorraden in de wereld ……..
519

ONTVANGENBOEKEN …………………………..
519

MAANDCIJFERS:

Productie der Steenkolen-, Bruinkolen- en Zout-

mijnen ………………………………..
519

S
TATISTIEKEN …………………………
519-522
Geidkoersen.
-. Wisselkoersen. – Bankstaten.

10 JUNI
1935.

Deze week is het op de geidmarkt rustig gebleven,

hoewel er toch een •onprettige stemming heerschte.

Er valt nog steeds een zekere terughouding waar te
nemen en men speculeert als •het ware op e en ver-

ruiming van de markt; men noemt lagere disconto-

koersen, maar handelt er sledhts op indien liet hoog

noodîg is.

Hollanclsche ‘bankaccepten noteeren
4Ys-1%’
pOt.,

schatkistpa’pier
41%
pOt.; in de langer loopende ter-

mijnen waren de omzetten gering. Cali bleef gezocht

op 41% â pOt., wat ook niet op ruim geld vijt.

Prolongatie 4-3i4–4 pot.
*
*

• De eerste dagen van deze week was er op de wissel- i

markt nog eenige onrust wa.r te nemen, tengevolge

waarvan de wisselkoersen aantrokken; late
r
werd: het

klrner en viel er een algemeene teruggang te con-

stateeren. Gisterenmiddag na ‘beurs was er weer plot-

seling groo’te vraag naar Ponden, die tenslotte op

7.301% gedaan werden. De laagste koers van deze

wek was
7.26,
•de hoogste 7.34. Dollars gingen eenige

malen tusshen de 1.47/s en 1.48 heen en weer,

slot 1.47’7/i6. Uit ‘het verloop van .den Ponden- en

Dollarkoers blijkt wel, ‘dat er ondanks de rustige stem-

ming, maar weinig noodiig is, om de koersen van

onze ‘hoofddeviezen te beïnvloeden. De $/f ‘koers no-

teerde 4.92 4-4.94%-4.9l 1%4.93 1%. Fransche

Pranes openden -de week op 9.781%., liepen terug tot

9.74 en sloten op 9.76. De vraag naar biii’tenlandsche

valuta’s ‘in Frankrijk is thans veel minder geworden;

Pon-den en Dollars zijn er aanzienlijk teruggeloopen.

Aangeoden waren Belga’s, die •van 25.15 op 25.05

kwamen. Zwitsersnhe Francs bleven gezodht, 48.221%.

Li
res
12.26. De Markenkoers vertoont eenigen- terug-

:g,K
flg
, 59.70; de -versdh’illen’de soorten Sperr-marken
vèran-deren bijna niet. Kabel Batavia 1.00 34′. Oana-

deesdhe Dollars ongeveer gelijk aan den Amerikaan-

schen Dollar.

Op de
termijnmarkt
is vooral de lawtste ‘dagen het

agi-o voor Pon-den en Dollars sterk teruggeloopen;

maands P-onden noteerden ‘tenslotte 334 c., drie,maau-ds

131% c. ovei kassa, terwijl ‘deze marges voor Dollars

resp.
1%
en 3 c. zijn.

De goudprijzen zijn eveneens sterk teruggegaan;

baren deden gisteren
f
1.655, Eagles 2.54, Sovereigns

12.50 en Gouden. Tientjes 10.43. In Engeland en

Frankrijk worden thans ook maatregelen getroffen

om den termijnhandel in goud zoveel mogelijk te..

beperken. Marken bankpapier 49.50.

508

.

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juni 1935

GEDWONGEN BUITENLANDSCHE KAPITAALINVES-

TEERINGEN TENGEVOLGE VAN TRANSFER.

MOEILIJKHEDEN.

In •de ‘hedendaagsehe wetenschappelijke literatuur

wordt mi. ‘geen voldoende aandacht geschonken aan

het feit, dat één der ‘belangrijke oorzaken van duur-

zame kapitaalverschuivingen sehuilt in de Ibezwaren
van het transfereeren van normale opbrengsten naai’

‘het buitenland. Wij kunnen ook uit den jongsten tijd

vele typeerende staaltjes van gedwongen uitbreidin-

gen s’ignCleeren. Zoo moest onlangs de
Unilever

door ‘bemiddeling van haar Berlijnsche verkoopeen-

tra’le Jur.gens-Van den Berh Margarine-Verkaufs-
Union, welke haar werkzaamheden in verhouding tot

de uitgebreide capaciteiten van ‘de Dui’tscihe Unilever-

groep’ gèvoeiig moet inkrimpen tengevolge van de

beperkende ‘bepalingen van de Reichsnkhrstand en

ook de ‘vrije winst- en rentebetalingen niet naar het

‘buitenland kan overmaken, beleggingen op verwant
terrein ‘gaan zoeken. De geschiedenis schijnt zich te

herhalen.
In het noodiottige tijdpèrk der Duitsuhe na-

oorl’ogsdhe inflatie he’bben de, toentertijd nog af-
zon’derlijk opereerende, Van den Bergh Margarine

A.G. ‘te Berlijn en ‘de Deutsche Jurgens-Werke A.G.
te Hamburg, ‘met behulp van cle ‘door ‘de wettelijke
deviezenhepalingen niet trausfereeibare bedragen, dd

‘best georganiseerde en meest presteeren’de Duit’sehe
zaa’d’oliemolens, welke tot de grootste ter wereld uit-
groeiden, ‘alsmede zeepfa’brieken enz. noodgedwongen

moeten verwerven. Daardoor kwamen ‘later indirect

‘ook een heele’ reeks concurreerende margarinefabrie-
ken, zoowel ‘klanten als credietnemers, welhaast van-
2elf binnen ‘het concern van de Unilever.

Zooals bekend, heeft dze meestal onvrijwillige uit-
hreid’ing, waaraan ‘de DuitsChe margarine- en vet-

wetgeving sedert eenige jaren stellig niet vreemd’

was, n’a’deihajd tot steeds Jier;baalde aanvallen op

‘het ,,Nederian;dsch-Engelsche concern” van de zijde
der ‘talrijke ,,vrije” margarinefirma’s in Duitschland

aanleiding gegeven. Het is zeker opmerkelijk, dat

de Unilever ondanks deze moeilijkheden nu nog een
stap verder ‘gaat en gelden ‘moet ‘beleggen in een
1

reeks kaasfa’brieken, b.v. in de Tilsator Kiisefabrik

G.m.b.H. te Elibing, Kellram Kiiserei G.m.b.H. te’

Ha’m’bur.g, Sdhadhtelkësefa’brik Fr. Zwickau G’in.’h.H.
te Neu-Ulm, W., Keppenihöfer G’.m.’b.H. te U’lm, enz.,’
en thet lijdt wel geen twijfel of zulke beleggingen zullen
andere ‘beleggingen op’ verwant gebied (in ‘de ver-
pakkingsindustrie o.m.) naar zich toetrekken. Ook de

AKU in Duitschiand is genoodzaakt, haar niet trans-‘

fereerbare gelden in nieuwe Duitsche bedrijven te be-
4

leggen, welke zonder twijfel tot verdere vrriging’i
van Nederlandsche kunstzijde, zoowel op de Duitsche
1

als odk op internationale afzetmarkten, zullen hij-”

dragen. In zekeren zin is zelfs stapelvezel, wat in de’
toekomst door cle met genoemde gelden opgerichte’
Spinnfaser A.G. te Kassel geproduceerd zal worden,’
een concurrentie-artikel voor cle Nederlan,’dsdhe ,k
uns
t*

‘zijde.
Andere voorbeelden van ‘gedwongen beleggingen”

tengevolge van moeilijkheden in ‘het transfereere

van. ‘gelden,
zijn
de groote scheeps:hestellingen der
Koninklijke Shell
(R’henania-Ossag A.G.) en andere petroleummijen ‘in Duitschlan’d, Roemenië en elders.
Ook “de pogin’gen van de Svenska Handeishanken om
‘zekere ‘trausfer-tegoeden in Duitsehland voor de
stidhtin’g van een eerste Duitsehe wa’hischreederij
,,l’iquide” te maken, kunnen hier worden genoemd.

Wij zouden ‘deze reeks van allerjongste gedwon:
gen’ ‘beleggingen met talrijke andere ‘gebeurtenissen
van ‘dezen aard gemakkelijk kunnen aanvullen. Noch-
tans zullen wij ons hier wegens gebrek aan ruimte

tot ‘de voor deze ‘beschouwing ‘belangrijke opmerking
bepalen, ‘dat’ ‘zelfs landen, welke nadeel van dev.iezen-
moeilijkhedén on’dérvinden, kapitaal moeten investee
ren voor de ui’Ubrei’ding en oprichting van nieuwe

concurreerendé bedrijfstakken in ‘ddbiteurl’an’den. Dit
geschiedt op zeer ‘groote schaal in Roemenië, door vele
financieel zwakke crediteurlanden en in Joego-Slavfë,
door ‘de Dresdner’ Bank met ‘behulp van Dui’tsdhe

tegoeden uit ‘de Servische leening. Wij durven ver-

onderstellen, dat deze evolutie, waardoor op den
keper beschouwd een om2etting van bevroren ere-
d’ieten tot schijnbaar rendabele ‘kapi’taal’belegg’ingen

in het ‘ddbiteurland wordt ‘bewerkstelligd, een verdere

industrialiseering der wereld ‘in cle hand werkt.
Hierin schuilt een ‘zeker gevaar wat de toe-

komstige handelsbetrekkingen ‘betreft. Waar ‘de ge-

dwongen beleggingen meestal in fabrieksgebouwen
en machines plaats vinden, spreekt vaak de verwach-

tin’g een woordje mee, .dat de ‘debiteurlanden zich

ver’der ‘tegenover het crediteur’land verplicht zullen

voelen orders te
blijven
plaatsen, bijv. voor onder-

‘doelen, enz. De praktijk heeft echter aangetoond, dat

de jonge
bedrijven
gemakkelijk aan de ‘desbetreffende

voogdij ‘der crediteuren kunnen ontkomen, al zijn
‘daarmee ook octrooien en internationaal erken’de

exploi’bat’ierech’ten gemoeid.
Het is voldoende ‘bekend, dat ‘de in vele jren

door DuirtsChe ingenieurs opgebouwde Russische
zware industrie zich om politieke redenen in ‘kor-

ten tijd van ‘de z.g. onontbeerlijke ‘nabes’tell’ingen

van onderdeelen en aanvullende werktuigen ‘los heeft
weten te maken. Want ‘tengevolge van c’e normal’i-

seering ‘der industrieele productie ‘levert de voorzie-

ning van onderdeelen ed. elders geenszins onover-
komelijke bezwaren op. Het gaa’t evenwel in het ge-
val,van landen met cleviezengebrek ook niet om ‘dure
en zeldzame installaties en allernieuwste procédés of

toestellen, doch veeleer om bekende niaterialen, werk-
tuigen of machines, welke ook vaa andere zijde kun-

nen worden geleverd.
Deze algemeene tendens tot industri’aliseering en

zeifvoorziening ‘onder ‘de vaak vereenvoudigde indus-
trieele verhoudingen van ‘heden ‘wordt ‘dus, ‘door de

versterkte heleggingsnoodzakelijkheid, zonder meer in
de hand ‘gewerkt. Tevens wordt hierdoor de ,,natuur-

lijke” arbeidsverdeeling tussohen’ de ‘afzonderlijke lan-
den, ‘al’s ook de ,,wet” van vraag en aanibod uitge-
schakeld. Het is een voor cle hand liggend verschijn-
sel, dat h.v. de Unilever in Du’itschlan’cl, tengevolge

van :haar ‘belangstelling in de Duitscihe kaas-produc-
tie, ‘in de toekomst min of meer tegen Nederlandschen
kaasuitvoer. naar Duitscihland gekant moet

:hlijven.

Eenige jaren geleden, toen de Berljnsche Van ‘den

Bergh haar expansie op ‘de vermelde gedwongen ma-
nier achter ‘dec’ rug ‘had, ‘was deze firma om ‘dezelfde
reden tegen ,,oveiimatigen” ‘boter-invoer uit Neder-land. Alleen dit kleine voorbeeld topit’ reeds aan, in
welke mate ‘gedwongen belegging ‘vervreemdi’ng ver-
oorzaakt. Het is de sohatting, die de crediteur tegen-
woordig aan ‘den débiteur moet ‘brengen.
J. RuBI NEELD.

ONVOORZIENE GEVOLGEN VAN CONTINGEN

TEERING.

Nu hahclel en induttrie ‘reeds geruimen ‘tijd dn in-
vloed van de regeerings-crisisrnaatregele.n ondergaan,
geeft de ontwikkeling van den eciimischen toestand’
in ons land aanleiding, tot bezinning te komen over

de doeltreffendheid der getroffen maatregelen. Thans
wordt beschikt over eenige jaren practische ervaring
en ‘mag ‘het redelijk worden ‘geacht de theoretische
overwegingen, die den stoot tot de invoering van de
getroffen ‘maatregelen hebben gegeven, te toetsen aan

de uitkomsten van de practijk.
Hiertoe bestéat te meer aanleiding, omdat ondanks
cle dagelijks aangroeiende hoeveelheid van diep in het

economisch levén ingrijpende maatregelen, cle toe–
stand, vrijwel in alle ‘opzichten ongunstiger is.gewor-‘den, waardoor het gevaar ‘dreigt, ‘dat degenen, die de

Regeering tot het inslaan van den thans gevo1den
weg geraden hebben; zich gedrongen voelen te advi-

seeren, aan het thans’reeas bijna onontwarhare en al-

12 Juni 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

509

thans ‘in zijn consequenties vrijw1 oncontroleerbare
complex van maatregelen nog verder uitbreiding te
verleenen.

Hiervan moeten twee gevolgen worden gevreesd:
le. Verdere achteruitgang van het economisch

leven in zijn geheel.

2e. Verdere intering van ons maatschappelijk ver-

mogen, cle reserves, waarop thans nog onze betrek-
kelijke welvaart steunt en die in de toekomst de on-

misbare factoren zouden moeten vormen om tot weder-
opbouw te geraken.

Ter adstructie van het bovenstaande en ter weer-legging van de verdediging van het thans gevolgde

systeem moge de cementcontingenteering worden ge-
noemd. Door deze wijze van critiek aan de hand van

een voorbeeld uit de practijk wordt dan tevens be-
reikt, dat de direct aanwijsbare nadeelen in tastbaren
vorm voorgesteld worden, terwijl bij toepassing van

deze analyse op andere gelijksoortige gevallen het
mogelijk zal zijn de grootte van de offers, ‘die uit
‘deze maatregelen ‘voortvloeien, in haar realiteit bloot
te leggen.

Algemeen bekend is, dat Portlandcement in ons
land alleen wordt vervaardigd ‘door ‘de Enci faibriek

te Maastricht, een moderne onderneming, waarbij
practisdh alleen ‘buitenlandsdh kapitaal is geïnteres-
seerd. Imlien de personeelhezetting van’deze onderne-IlTin’g op 300 man wordt gesteld, is ‘dit zeker niet on-
derschat. Naast deze fabriek is ontstaan de Oemy te Ijmuiden, die met behulp van grondstoffen, af

komstig van de Enci fabrieken en nevenproducten
van ‘het hoogovenbedrijf, 1hoogovencement vervaardigt.

in het hiervolgende betoog meen ik de Oemy verder buiten beschouwing te mogen laten, omdat deze on-

derneming, indien zij onafhankelijk van de Enci zou
staan, haar behoefte aan Portian’dklinker tegen zulk
een lagen prijs zou kunnen dekken, dat de Neder-
landsche gemeenschap in haar geheel daardoor slechts
zou worden ‘hevoordeeld.

Behalve de premie, die het Nederlandsehe volk
wenscht te betalen voor het bezit van een fabriek als
cle Enci; kan, gezien vanuit het standpunt van alge-

meen belang, cle werkgelegenheid voor het in het he-‘drijf tewerkgestelde personeel, ‘het brengen. van ver-
dere offers rechtvaardigen. De omstandigheid, dat
door den steun aan deze industrie, op andere plaatsen

gelijktijdig werkgelegenheid wordt afgebroken, zoo-
dat een gedeelte van hot te offere:n bedrag slechts
werkverplaatsing te voorschijn roept, wordt hierbij

clan op het oogenblik maar over het hoofd gezien, of-
khoon het verschijnsel van de toeneming van cle

werkloosheid h.v. te Rotterciani, éôn der havens, waar
vroeger niet onbelangrijke hoeveelheden cement wer-
den overgeslagen, van 20.000 werkloozen in 1031 tot
52.000 werkloozcn in 1.935, een diepergaand onder-
zoek zou rechtvaardigen.

Het eerste ingrijpen der Regeering in de cement-

voorziening bestond in een zeer sterke bevordering
van ‘het igebniik van Enci-cement ‘door de over-
lieidsverbruikers.
Ondanks
het feit, dat het verbruik
vitn cement in Nederland in 1.932 een vermindering
aanwijst van 24 pOt. tegenover 1931, – leest men in
‘het jaarverslag over 1932 van •de Enci -, heeft de

Enci in 1932 34 pOt. van het verbruik in Nederland
geleverd tegenover 18 pOt. ‘in 1931. G-ezien’het boven-
genoem’de ingrijpen komt ‘dit feit niet zoo merk-

waardig ‘voor als het ‘verslag tracht te su’ggereeren.
In 1933 stijgt dit percentage tot 41 pOt.

Na deze voorbereiding volgt de contingeuteering.
De vraag naar contingenteering, die tegenover een
extra invoerhelasting van .de artikelen, vooral werd
gesteun’d ‘door ‘den kring van belan’gffiebbenden, werd
‘daarom sterk naar voren.gehracht, omdat ‘de vrije
prijswerki.ng zou blijven bestaan.

Thans hoort men door de verdedigers van de con-
tingenteering verkondigen, dat deze onherroepelijk
moet worden gevolgd ‘door een ivarktregeling. Hier-

van is automatische prijsregeling, cl.w.z. prijsverhoo-
ging, het gevolg.

liet, verschil tusschen een extra belasting bij den
invoer en de contingenteering is dan ook slechts, dat

de prijsverhooging in het eerste geval ‘door ‘de Regee-
ring of het Parlement wordt ‘gefixeerd en in ‘haar
‘geheel aan de gemeenschap ten ‘goede komt, terwijl
in het tweede geval de belanghebbenden grooten in-
vloed
01)
de verhooging hebben en er bovendien de be-
schikking over krijgen. De werking van de contingen-
teering is, dat de kosten van levensonderhoud er door
worden verhoogd, terwijl hij toepassing van extra be-
lasting ‘bij den invoer, voor zoover ‘noodzakelijk inge-

steld ter instandhouding van bepaalde werkgelegen-
‘hei’d, ‘de strkking daarvan ‘zou zijn, dat de extra op-

brengst ten bate van ‘het totale complex van belas-
tingen zou komen, zoo’dat de door ‘de Regeerin,g ge-
wenschte ‘verlaging van ‘het kostenpeil erdoor ‘zou
worden ‘bevorderd.

Het gevolg van de cementcontingenteering is een
prijsstijging, ‘die ‘hij fixatie op
f
3 per ton niet over-
schat is. De devaluatie, in België, waardoor de
cement aldaar van 95 Ers. =
f
6.65 op 100 Frs. =

f
5 is gekomen, heeft op de Nederlandsche prijzen
geen invloed. De prijs in Nederland wordt den Neder-
landschen verbruikers eenvoudig gedecreteerd. Het

buitenland krijgt bepaalde contingenten toegewezen

en heeft daardoor hij lage verkoopsprijzen geen belang
meer. Van het totaalverbruik, geschat in 1935
0])
800.000 ton, wordt thans België 25 pOt., Duitschland
ruim 21 pOt., en Engeland 20.000 ‘ton toegedeeld. Be-

halve nog enkele kleine postjes aan andere landen
krijgt Nederland de rest.

In 1.934 kwam, naar verluidt, Duitschland 20.000

ton te kort op het toegewezen kwantum. Hoe het op
het oogenblik staat, moge hieruit blijken, dat afne-
mers, die Neclerlandsch cement bestellen, een gedeelte
in Duitsch cement geleverd krijgen. Boetebetaling hij het niet-afnemen van ‘de, aan het buitenland ‘gegaran-
leerde, quota sdhijnt ‘hieraan niet vreemd te zijn.

Volgens een dezer dagen gepubliceerd bericht zou
cle af name van cement van de Enci zoodanig terug-
ioopen, dat de Directie zich verplicht zag,
mede in
verband inet de aanzienlijke toeneming van de
VOO?’-
raden,
één der vier ovens stil te leggen. Het onaan-
•gename ‘dodh onvermijdelijke gevolg hiervan was, ‘dat

een aantal werklieden moest worden ontslagen, ter-
wijl een gereduceerde arbeidsduur werd ingesteld

voor de overigen. Het courantenbericht vermeldde
niet, h
oeve
dl werklieden waren ontslagen. Ook werd
niet vermeld, hoe het staat met de grootte van het

Duitsche quotum en de garantievoorwaarden voor af-
name hiervan, indien aan Duitschiand garantiebe-
dragen moeten worden ‘betaald hij niet voldoende af-
name, ‘door wien en welke bedragen moeten er dan
worden ‘betaald? Houdt ‘cle stopzetting van den vier-
den oven verband met de aan het buitenland toege-
wezen hoeveelheden en de niet voorriene af’neming
van het verbruik?
Een afspraak tusshen belanghebbende fabrikanten,
handelaren en de Regeering heeft ertoe geleid, dat
ten behoeve van werken, welke door of voor rekening
van den Rijkswaterstaat, Genie, of Rijksgebouwen-

‘dienst worden uitgevoerd, ‘lagere prijzen kunnen wor-
den vastgesteld, ‘dan voor an’dere verbruikers ‘gel’den.

Het complex van deze maatregelen noemt men dan
hedrijfsordening en men verwondert er zich over, dat
i)ij dergelijk ingrijpen liet in ons land economisch nog

steeds bergafwaarts gaat, zij het ook, dat door belang-
‘haibhenclen thans wordt verkon’digd, ‘dat (nu ‘deze
toestand béreikt is) tot stabilisatie gekomen moet
worden om tot betere toestanden te geraken. Over de
gevolgen van deze maatregelen voor de verbruikers
hoort ‘men weinig. Desalniettemin zou wel eens kun-
nen blijken, ‘dat ‘de kern van ‘het vraagstuk daar ge-

zocht moet worden. Dat verhoogde prijzen het ver-
bruik en de exportmogelijkheden nog verder naar

510

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juni 1935

beneden drukken, schijnt nog niet overal doorgedron-

gen te zijn.

Nagegaan ‘dient thans te worden, wat ‘door ‘cle’ ge-
meensdhap wordt betaald tengevolge van de, in •het

‘belang van de ‘industrie en ‘de daarin tewerkgesteiclen,

tot stand gekomen mâatregelen voor de cementcontin-
genteerin’g. Dit ‘bedrag is niet onbelangrijk. Naar

den maatstaf van de 400.000 ton in 1934 geïmpor-

teer’de ceient, zou het Nederlaiidsche volk
f
1.200.000

moer betalen clan noodig geweest zou zijn bij een vrije

markt.’ Neemt men aan, dat van dit meerdere

,f
200.000 aan ‘den Neder1and’shen ‘handel ten goede

komt, dun worden door dezen continigenteeringsmaat-

regel 1.000.000 ‘goede Nederlan’dsobe ‘guldens naar

‘het buitenland geordend. Dit bedrag ‘gaat van onze

reserves af, reserves, die zoo broodnoodig zijn ter in-

standhouding van de resten van onze volkswelvaart

en ‘die moeten dienen voor ‘den noo’dzakelijken weder-

opbouw.

Intusshen is ‘dit niet de eeni’ge extra-uitgave, die
voor ‘de cementvoorzienin’g van ‘het Neclerlandsche
volk wordt gevraa’gd. Voor ‘de overige 300.000

400.000 ton, ‘die door ‘de Nederlan’dsche faibrieken in
1934 werden geleverd, werd ook
f
1.000.000 meer be-
taald ‘dan hij een vrije makt noodiig zon zijn. Van
dit laatste ‘bedrag ‘zou kunnen ‘worden nagegaan of

het opweegt tegen ‘de voordeelen van ‘de werkgelegen-

heicl, welke ‘door ‘de getroffen maatregelen wordt be-
‘houden. Indien het noodzakelijk is ‘steun ‘te ver-‘

leenen ter bereikin’g van ‘het beoogde ‘doel, -. het

behoud van ‘deze werkgelegenheid -, zou zulks

beter kuni’ien geschieden door middel van directen
steun, waarvan de grootte wordt vastgesteld in ver-

houdi’n& tot de grootte van het personeel, dat er hij
betrokken is. Deze steun moet van tij’delijken aard’
zijn, omdat geen maatregelen van blijvenden aard er
op mogen worden gebouwd. Bovendien krj’gt ‘daar-

door de Regeering een middel in handen om, nadat

de crisisschokken
zijn
opgevangen, door verlaging

van de tarieven, op de door haar gewenschte verla-
ging van het koste:npeil lei’denden invloed uit te oefe-

nen.

De vraag, of naast de arbeidsgebegenheid de in-,
standhouding van het in dit bedrijf gestoken buiten-
ladsche kapitaal, nu zoovel andere Nederlandsch&

bedrijfskap’italen ‘te grohde ‘dreigen te gaan, te ‘duur
wordt betaald, ‘zou een afzonderlijk onderzoek recht-

vaardigen.

Er zijn contingenteeringen van andere goederen,
waarbij het bovenuiteengezette euvel zidh ook voor-,
doet. De cont’in’genteering, ‘die ‘den. concurrentiestrij’d
uitschalcelt, drijft belanghebbenden naar het uitkoo-
pen van bedrijven, alsmede naar prijs-, afzet- en an-

dere afspraken. De afnemers worden ,,heschernid”,
d,w,z. de leverancier doet geen zaken meer met afne-
mers van zijn méde-handelaren. De bescherming wordt

d.öor de afnemers duur betaald. De bedrijven worden
gesloten. De maatregelen worden yoor de lan.dsfinan-
ciën nod’d’lo’ttig, indien •ze leiden tot aftappin.g naar’
het buitenland van ‘groote sommen, ‘die het ‘bloed en
nerg van ons econornisdh 1liestaan vomen.

Indien het gewenscht wordt eenig bedrijf op kosten
van het Nederlandsche volk te handhaven, dan dient
nauwkeurig te worden nagegaan, wat ‘dit kost en wat
er ‘door ‘wordt bereikt. De ‘benoodi’gde ‘gelden zou’den
kunnen worden verkregen ‘door opcenten op de om-

zetbelasting. Men voorkomt dan, dat door beïnfluen
ceering van de zijde der belanghebbenden tot maat-
regelen wordt overgegaan, waarvan, ‘dooi’ de onover-

zichteljkheid van de gevolgen, niet is na te gaan, ‘of
zij aan de gemeenschap in zijn geheel ten goede

komen.

Het ligt voor ‘de hand, ‘dat, indien de Regeerin’g

‘dooi’ haar maatregelen zwaarderen ‘druk pp het Ne-
derlandsôhe volk legt, zij ook het recht moet hebben
tot in details te controleeren, op welke wijze het be-
heer ‘in ‘de betrokken ‘bedrijven wordt ‘gevoerd, ter-

wijl zij tevens invloed moet kunnen uitoefenen. Het

is dan toch ‘haar plicht tevoorkomen,’datdehelasting-
‘gel’den.iiebruikt zouden worden om ‘daaruit te hoege

onkosten, ‘bonen, salarissen, cumulaties ‘binnen cie be-
‘drijven, enz. te
bestrijden.
Een en ander zal ‘dienen

te gesdhieden naar den maatstaf, ‘dien ‘de Regeerin’g

alsdan zal aanleggen. Dat men’ zich door de over-

heidsmaatregelen economisch op een zeer gevaar-
lijken weg heeft ‘begeven, staat wel vast.

Het is mogelijk op de hiervoor aangegeven wijze

voor de verschillende gecontingenteerde artikelen

vast te stellen, hoe duur de gevolgen van deze maat-

regelen worden betaald.
Moge een on’derzoek, in ‘den geest als ‘hier ‘bedoeld,

spoedig worden ingesteld. Het is te hopen, dat ‘het

resultaat ni.et zal zijn, dat de geleverde proeve van

ordening de achteruitgang ‘van het Nederlan’dsche eco-

nomisch leven ‘zoover heeft doen voortsdhrj’den, dat

onherstelbare schade reeds is toegebracht. De ondanks
de vele ‘getroffen maatregelen voor werkversohaffing,
‘enz., achteruiloopen’de welvaart en de toenemende
‘werkloosheid ‘doen het ergste vreezen.
S.’
L. WIJNBERGEN.

DE BEVOLKINGSRUBBER EN HET UITVOERRECHT.

De hernieuwde verhoogin’g van het .uitvoerrecht op

bev’olkin’gsru’hher uit gebieden, waar nog geen mdi-
vidueele beperking is ingevoerd, vesti’gt opnieuw en

web scherp ‘de aan’dacht op het vraagstuk der collec-

tieve restrictie.
Binnen één maand wordt het rec’ht van 8 op 10 cts.

per : lcg droge rm.tbber gebracht; of met niet minder

‘clan 25 pOt. verhoogd. Het is thans wederom even
hoog a’ls het ‘basis-recht van liet vorige jaar, ‘doch het
prijsniveau is inmiddels gedaald en blankets noteeren

in Singapore thans ongeveer 17 cts.
Dit komt ‘du’s hierop neer, .dat ‘het ‘bev’olkin’gspro-

duct aan den tapper slechts’ een zeer klein provenu
laat en dat er langs dezen weg een selectie kan plaats
hebben, waardoor het aanbod wordt verminderd.
n door de verhooging van het restrictie-percen-

ta’ge voor het tweede halfjaar tot 35 pOt. van de
stan’daardpro’ductie, ‘hetgeen vo’or Indië nog ver-
‘hoogd wordt ‘doordat van ‘het tweede kwartaal 5 pCt.

moet worden ingehaald en de uitvoeren in het eerste
kwartaal te groot zijn geweest, èn door de verbeterde
bereidingswijze van ‘het ‘bevolkin’gsproduct, ‘is ‘deze ver-

hooging van het uitvoerrecht wel zeer verklaarbaar,

doch daarom niet minder sprekend..
Scherp wordt hier geaccentueerd, ,waartoe kunst-

matig ingrijpen in de voortbrenging op een dergelijke
grove wijze leidt; men zou er nog vrede mede kun-
tien ‘hebben, indien ‘dit een tijdelijk verschijnsel ware,
in het voorliggend geval staat echter wel vast, dat de
collectieve restrictie voor groote gebieden blijvend zal.
zijn totdat ‘de restrictie zelf verdwijnt ‘of een ‘beter

systeem wordt gevonden.
Reed’s ‘hij herhaling ‘hebben wij in ‘deze kolommen
gewezen op ‘de onjuistheid dezer wijze ‘van beperking;,
wij willen thans niet vervallen ‘in een ‘herhaling van
de toen ge’bezi’gde argumenten, wélke, helaas, ‘bleken
maar al te waar te zijn, doch aan ‘d’en anderen kant
‘doet ‘het vreemd aan, ‘dat het B. B. z’oo optimistisch
is ten aanzien van ‘de gevolgen voor ‘de betreffende
bevolking, terwijl hier toch eigenlijk een onteigening
van waarde op ‘groote schaal plaats ‘heeft.
Een uiterst ‘merkwaardige sarnenloop van omstan-
digheden: terwijl een gedwongen productiebeperking
ten ‘doel ‘heeft juist alle producenten het ‘leven te
laten ‘behouden, wordt hier via dit u’itvoerreht op
.groo’te sdhaal aan producenten ‘de voortbrenging be-

let. Wel zal men antwoorden: geef dan een beter
‘systeem, ‘dodh aan den voorav.on’d van de’ on’derhan-
delin.gen werd steeds ‘door de Regeering verklaard,
‘dat eerst een behoorlijk systeem voor ‘de bevolkings-
rubber ‘diende te worden gevonden, aleer men tot

12 Juni 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

511

invoering eener gedwongen regeling kon overgaan.
En thans? Meer dan 50 pOt. van de marktwaarde
van het product vloeit de Overheid toe, •de mi’llioenen

stapelen zich
01),
zonder dat men er een productieve

bestemming voor heeft en zonder dat dit saldo ge-

bruikt wordt om het gat in cle begrooting van het

Gemeenebest te stoppen.
Bij de individueele beperking in een 5-tal bevol-

kingsrubber-gebieden zijn ook, naar het ons voorkomt,

onjuistheden begaan, zooals wij hebben uiteengezet
in E.-S. B. van 24 April ji., doch deze is thans dan

toch nog wel verre te verkiezen, en zeker met •de

rioodige correcties, boven de regionale regeling. Prac-
tisdh is voor de in’divi’dueele regeling het plan-Poort-

man ‘verfijnd gevolgd, doch zoo ‘langzamerhand nadert
toch wel de phase, waarin wij ons afvragen of het
niet beter is in de andere •gewesten dat plan ook

maar, en dan
ongewijzigd,
over te nemen.

De restrictie moet – dit is een internationale ver-plichting – gehandhaafd worden; de ‘bedoeling der

restrictie is allen te laten leven, wat daar overigens
ook economisch op valt ‘aan te merken; welnu, zoo-
al’s het thans gaat, komt het neer op een aanzienlijke
vernietiging van de meest-economische productie-
capaciteit. Daarom oo’k vragen wij opnieuw de aan-
dac’ht voor een oud plan, dat toen niet aan de ei’sohen
sdheen te.vo’id’oen, doch ‘thans zeker beter is dan het
bestaande regionale beperkin’gssysteem.
In het Politiek-Economisch Weekblad van 5 Maart
1930 wees deze B.B.-amb’tenaar op de mogelijkheid
om via de kohieren der inkomstenbelasting te weten
te komen, ‘h’oevee’l rubberboomen ‘iedere tuinbezit’ter

nominaal de
zijne
kan noemen. Het is ons bekend,
dat deze cijfers aanzienlijk ‘beneden de werkelijkheid blijven, hetgeen uit proeftellingen is gchleken, en ‘dat
de ‘methode dus wel zeer globaal zou zijn en onJbil-
lijkheden veroorzaken, ‘doch in i’eder geval wordt dan
de generale onhillijkhe’id door een individueele ver-
vangen, welke laatste ‘bovendien zeker ‘ten ,’deele door
eigen gebrek aan goede trouw wordt veroorzaakt.

Door afgifte van licenties op basis van de gegevens
der ‘belastingadrnin’istra’tie en reserveening van een
zeker kwantum uit te voeren ruhber ten ‘behoeve van
‘hen, die aanto’onen, ‘dat hun bezit te goeder ‘trouw te
laag ‘stond opgegeven, kan het uitv’oerredht aanzien-
lijk ‘gereduceerd worden; gereduceerd en niet opge-
heven, ‘want bij invoering van ‘deze regeling dient de
contrôle (smokkelen, enz.) te worden verscherpt en
het ‘is o.i. niet ‘onlbi’lljk, dat ‘zij, d’ie de ‘baten krijgen,
ook ‘de lasten dragen.
De verstrekking ‘der licenties zou dan ‘gekoppeld
kunnen worden aan ‘de betaling ‘der ‘belasting, waar-
van teven’s een nuttige opvoedende kracht ‘zou uit-
aan. Doch bovendien, nu men ‘de licenties voor on-
dernemingsru’hber eenmaal overdraagbaar heeft ge-
maakt, zou zulks o.i. ook voor ‘deze hevolkingslicentïes
niet onmogelijk worden, waardoor voor ‘de bevolkinigs-
rubber als totaal vermoedelijk ook een meer rationeele
productie wordt verkregen.
Of deze gedaohten uitvoerbaar zijn, weten wij niet,
d’odh de naam Poortman staat er ons ‘borg voor, ‘da’t
het geen ‘pure fantasie is; onze critiek op ‘de iudivi-
dueele ‘beperking van de Ibevolkingsrubber blijft on-
verminderd van kracht, doch van twee kwa’den moet
men toch het minst erge zoeken en juist in een dalen-‘de markt
bij
toenemende restrictie i’s de hooge hef-
fing wel een zeer merkwaardig versdhijnsel.
Wij vermoeden, dat in Indische Regeeringskringen
‘deze plannen ook wel ‘overwogen zijn, doch welke be-
zwaren ‘daartegen bestonden is ons uiteraard onbe-
kend; wellicht alleen de ‘onnauwkeurigheid ‘der cij-
fers in de helastin’ga’dmini’stratie; ‘doch is deze, ‘ge-
zien de veel grootere bezwaren van het relatief zeer
hooge uitvoerrecht, niet van kleinere proportie dan
het thans gevolgde systeem?
Wij zijn er ons van ‘bewu’st, dat individueele beper-
king, naar onze meening althans, niet past bij de oor-
zaak, waardoor een deel der ‘bev’olkin’gsrubber wordt

voortigebrach’t, ‘doch ‘het komt ons voor, ‘dat zij, juist

in’dien de aan den tapper komende marge kleiner
wordt, hoe klein dan ook volgens de indivi’dueele

berekening ieders aan’deel per eenheid zou worden,
toch nog
‘altijd
de voorkeur verdient ‘boven ‘de andere
methode en speciaal ‘overdraaghaarheid ‘der licenties
– waardoor een markt (in econom isc’hen ‘zin) ‘den

prijs voor een complex rubberboomen zou bepalen –

zou juist ‘hier de plaats ‘der voort’brengin’g zooveel
mogelijk aan de behoeften en aan ‘de motieven der

rubberwinning kunnen doen aanpassen.
Boven’dien – en wellicht wordt dit gedemonstreerd

door ‘de snelle ‘opvolging van verh’oogingen van het

uitvoerrecht – komt er een stadium, waarop cle pro-
ductie door een kleiner provenu niet beperkt, ‘doch

integendeel gestimuleerd wordt; een ‘hernieuwde ver-
hooging zou ‘hier correctie moeten brengen, ‘doch het
recht tevens boven het economisch op ti’mum voeren,
wat latere correcties wederom noodzakelijk zou maken.

Sociaal gezien heeft de verhoogin’g van het recht
in dezen tij’d ‘een voordeel, ni. ‘dat de ‘lagere prijs,
‘dien de tapper in ‘handen krijgt, opnieuw ‘zijn aan-
‘dacht ‘op risico-verdeeling vestigt; te eerder zal hij

er onder deze ‘omstandigheden toe komen ook aan den
aanplant van voedselgewassen, waartoe de laclangs
in het derde kwartaal ‘gereed ‘gemaakt moeten wor-
‘den, aandacht te schenken. Sociaal gezien ongetwij-
fel’d een voordeel, want het uitsluitend drijven op
één bron van inkomsten – ‘de afgeloopen jaren ‘heb-
‘hen dit iii de ru’bbergewesten getoond – kan tot
moeilijkheden en verarming leiden.
Bij ‘de ‘beoordeeling van deze recente verh’oogingen
van het u’itv’oerrech’t mag ook niet uit ‘het oog wor-
den verloren, .dat de beteekenis daarvan minder groot
is dan in’dien ‘dit b.v. in het (begin van het jaar ge-
schiedt. De rj’stoogst is of wordt thans binnengehaald
en ‘de prijzen daarvan hebben dan de tendens ‘door
den tij’deljken overvloed van ‘het product ‘lager te
zijn, waardoor in reëel inkomen ‘de vermindering na-
tuurlijk minder ‘groot is.

Doch aan den anderen kant zou in dezen tijd ook

cle drang tot productie kleiner worden en uit cle ver-hooging van het recht spreekt de verwachting, dat dit

niet zal plaats hebben; dit zou er dus op kunnen
wijzen, -dat van Regeeringszijde wordt aangenomen,
dat de bevolkingsrubber nog voor een groot deel als
winstbedrijf en daarnaast als middel tot levensonder-
houd (waarop de herhaalde verhooging wijst) wordt

beoefend. Des te meer echter moet dan gewaarschuwd
worden ‘tegen de gevaren van een intensiveering ‘der
voortbrenging, indien het provenu per eenheid pro

‘duet daalt. J. F. H.

EENIGE GEGEVENS BETREFFENDE DE KOOP.
GEWOONTEN VAN HUISVROUWEN.

1. Schrijvende ‘over ‘de ,,mortaliteit” en ,,na’ta’li’teit”
in de krui’deniersbrandhe
1)
‘had ik ‘de gelegenheid er
‘de aandacht op te vestigen, ‘dat ‘de win’keldichVheid
in een bepaalde stwdswij’k zonder meer geen maatstaf
is van het ‘daar te ‘verwadh’ten dbiet en wel omdat
men, naas’t de grootte van de in de wij’k aanwezige
‘bevolking, ‘geïnformeerd ‘dient te zijn over ‘haar koop-
gewoonten. Wordt er in de
wijk
zelf gekocht of ‘koopt men voornamelijk in uitgesproken winkelwijken? Zie-
da’ar’ ‘de vragen, die zi’ch opdringen. Niet alleen van
de zijde van de verkoopers h’oort men ‘dus ‘het pro-
b’leem te bezien, maar ook vanuit ‘het standpunt ‘der
k’oopers. ‘Naast de typograf’ie van de ‘detaillisten
2)

dient men ‘dus ‘de e’igenaai’di’gheden van de consumen-
ten aan een onderzoek ‘te onderwerpen.
In aansluiting ‘op tivee artikelen van mijn hand

Drs.
C. A. A.
van Luttervelt – Het Kruideniersbe-
drijf
te Schiedam; Den Haag 1934, pag.
17.
Vgl. ook de beschouwingen dianaangaande in de num.
mars 2 en 6 van ,,Theorie en Techniek van het Midden-
stands’bed
rijf”.

512

ECONOMISCH-STATfSTISCHE BERICHTEN

12 Juni 1935

van besoh’buwen’den ‘aard, vercihenen in de Nieuwe

Rotterdam’she Courant (,,Oonsunenten-Econo’rnie”,
25 en 26 Au’gu’s’tu.s 1934), volgen ‘hieronder than

eenige meer statistisdh georiën’teerde uiteenzettingen.
Zij ‘zijn het resultaat van een op ruime schaal te
Sehiedam ingestelde enquête. Hierbij moest een groo’tè

moeilijkheid ‘overwonnen worden, samen te vatten iii
de vraag: ‘hoe aan voldoende, betrouwbare gegevens
•te komen. De oplossing werd hierin
gezoc
ht
,
‘dat aan
huisgezinnen, die zigh daartoe bereid verklaarden;
een enquête-formulier werd verstrekt, waarop eeni’ge

vragen werden gesteld, resp. met ‘betrekking tot den
kruidenier, den ‘bakker, den slager en den melkfboer.
Aangezien eenige pogingen, deze formulieren collec-
tief te doen uitreiken, •d.w.z. via een ‘daartoe in aan-

merking komende vereen’i’giizg en eenige ‘scholen, vrij-

wel mislukten, moest er naar worden gestreefd eige-

ner ge’legenlheid zooveel mogelijk ‘gezinnen te bewer-
ken, die èn bruikbare gegevens zouden verstrekken èn

gezamenlijk een ‘voidoen’de gevarieerd beeld ‘boden,

waarover aa’ns’tonds meer. Het resultaat van deze ‘be-
inoe’iin’gen ‘is geweest, .dat de Ibesohikking
kon
wor’den
verkregen over 140 ‘bruik’baar ingevulde antwoord-
lijsten.

In ‘het belang ‘van het onderzoek zijn ‘deze 140 ‘deel-

nemers in eenige groepen te .verdeelen. In de eerste plaats ‘zijn zij oereenkomsti’g ‘het caehet van de be-
trokken straat te ‘verdee’len in:

Dehl.nmers uit arbeidesgezinnen;

Middenstanders en ‘beter gesitueerden.
Deze ver’deelin’g heeft, gebruik m’akende van de

ter beschikking staande gegevens van eeni’ge vorige

onderzoekingen te Sdh’iedam, met zorg plaats ‘gehad.

Ook met ‘het afwijkende karakter van een bepaald
gezin in de betrokken straat werd zoo noodi’g reke-
•ning gehouden. Gemakkelijk was de ondersdheiding in
Leden van verbruikscoöperaties;
Niet-coöperatoren.

Beschouwt men de genoemde 140 gezinnen als eens
representatief monster van ‘de totale Sohiedamsche
bevolking, ‘dan is het interessant het volgende over-
zicht -na te gaan:

N’iet-coöperatoren Coöperatoren

Tezamen
Groep
A

50 = 46 pOt. 25 = 81
pOt.
75 = 54
pCt.,
Groep
B

. 59 = 54 ,,

6 = 19

65 = 46
Totaal …..
109 = 100 ,,

31 = 100

1.40 = 100
(78 pOt.)

(22 pCt.)

(100
pOt.)

2. In ‘de eerste plaats lhans eenige opmerkingen
over ‘deze
cijfers.
De hier tot uitdrukking komende
verhouding ‘tusschen de groepen A en B der bevol-
king, hoewel uiteraard eenigszins arbitrair, klopt
bevredigend met uit ‘andere hoofde •besdhi’kbare cij-
fers, ‘mits ‘de mi’d’den’stan’d.sgroep vrij ruim wordt ge-
nomen.

Beiangwekkend is de verhouding coöperatoren ‘tot
niet-coöperatoren. Op ‘het eerste ‘gezicht zou mis-
shien het ‘hier aangegeven percentage der coöperato-
ren, t.w. 22 pOt., ‘de indruk kunne
n
maken ‘te hoog
te zijn. De volgende (globale!) calcuiatie toont even-
wel aan, dat dit ‘geenszins ‘)het geval behoeft te zijn.
‘Op het tijdstip van ‘de enquête ‘telde ‘de ‘plaatselijke
coöperatieve ‘verbruiksvereeni’gin.g 2.480 leden. De ge-

middelde gezin’s’groo’tte ‘op 4.28 stellen’de (resultaten
van de Xle VolksteHing voor Sehiedam) ibeteekent
dit, “dat ca. 10.600 consumenten ‘of ca. 19 pOt. der
‘totale stadsbevo’lking tot ‘de afnemers van verbruiks-
coöperaties behoort.

Vervolgens treft ‘het in’arquante versehil tusschen
het percentage coöperatoren, resp. ‘bij’ ‘de A- en ‘bij de

B-groep, te weten 25 v’an de 75 of 33 pOt. en 6 van
‘de 65 of. 9 pOt. van ‘het ‘totaal. Hierbij ‘dient te wor-
den ‘opgemerkt, dat ‘de’ vraag a’l-of-ni’et-coöpera’tor be-

‘trekking ‘had ‘op den leverancier van kruideniers-
waren.

In mijn studie ‘over ‘het Kruideniersbedrijf te
‘Schiedam sprak ik ‘het vermoeden uit, ‘dat in vele ge-
vallen de ‘hoofdle’verancjer van ‘kruidenierswaren een

verbruikscoöperatie of een filiaal van een groôt-win-
kelbedrijf zal zijn, ‘terwijl de ‘spoedboo’dsohappen ‘dan

‘bij een ‘kleiner ,,fill-in” winkeltje worden gedaan. Bij
‘liet ‘ônderhavi.’ge ‘Onderzoek i’s ‘getracht ‘de waarheid
van deze ‘hypothese nader ‘te ‘onderzoeken.

Daartoe werden ‘de decineemsters ongeveer ‘de vol-
-gende vragen ter ‘beantwoording voorgelegd:
Naam van ‘de invulster.
A’dres.
Wie is uw hoofd’l
everan
j

van’ kruideniers-
waren?

Koopt u behalve ‘bij uw ‘h’oof’dleverancjer uw
‘kruidenierswaren
oo1
wel eens in een andere zaak?
Zoo j’a, ‘bij w.ien?

Eeni’ge ‘der ‘gestelde vragen waren van eeft korte

toelichting vergezeld, ‘terwijl ruimte was uitgesp’aard

om bij ‘de ‘bewerking ‘der formulieren alsnog eeni’ge
gegevens te kunnen’ invullen, voornamelijk met be-

.trekking tot het ‘karakter ‘van ‘de ‘straat waar ‘de in-
vulster woont, de ‘stadswijk, den ‘bedrijfsvorm van
den leverancier e.’d. D’aarbij’ werd gebruik gemaakt
van ‘de sy’s’tem’a’tiek, toegepast ‘bij mijn vorige onder-

zoekingen te Schiedam (wijkver-deelin’g, cartot’heek
van ‘de ‘detaillisten, enz.) Het onderzoek leverde de
volgende resultaten op.

In ‘de eerste plaats kwam, zooals trouwens ‘te voor-
zien was, to

t uiting, dat de wijk van den leverancier

vaak niet samen valt met ‘de woonwijk van ‘de consu-

menten. Het ‘is evenwel ‘begrijpelijk, ‘dat ‘d’it ver-

schijnsel zih ‘lastig in cijfers laat uitdrukken. Ook
met een stelselmati’ge ‘ver’deelin’g van ‘de ‘stad -in wij-
ken komt men er niet, ‘daar ‘b.v. ‘grensgeval’len ,d
en
k

baar zijn, als bijv., ‘dat een ‘gezin, ‘dat recht tegenover

een kruidenier woont, qua systematiek in ‘een an’dere
wijk ‘zou ‘behooren.’

Hetzelfde ‘kan ‘gezegd worden met betrekking ‘tot ‘de vra’ag, wie eventueel als aanvullende leverancier

optreedt. Overeenkomstig ‘de ‘boven uitgesproken ver-
wachting blee.k inderdaad de combinatie: filiaal’be-
drijf als hoofdl’e’verancier en een kleinere ze’lfstan-
‘di’ge winkel voor ‘aanvullende inkoop’en, ‘zeer fre-
quent te zijn. Deze ‘correlatie bleek ‘zelfs ‘in niet min-
der ‘dan de ‘helft ‘der ‘gevallen, waarvan dat kon w’or-
‘den nagegaan, te ‘gelden!

Een volgende kwestie, ‘die een nadere beschou-
wing zeker waard ‘is, zou men ‘kunnen weergeven als
,,’de trouw aan den ‘leverancier”. Deze wérd afzon-
‘derlijk nagegaan met betrekking tot ‘den kruidenier,

‘den bakker, ‘den slager en ‘den melkboer. Bepalen wij
‘ons eerst tot ‘den eerstgenoemde en wel ‘door de ant-

woorden na te gaan op de ‘boven reeds weergegeven
vraag: ,,Koopt u ‘behalve bij uw hoofdleveranciei- uw
kruidenierswaren
ooli
wel eens in een andere zaak?”
(In te vullen ,,ja” of ,,neeu” en ‘te vermelden in
welke gevallen, ib.v. ,,in geval van spoed’boo’d’sohap-
pen” of een ‘andere reden.)

Van de 140 ‘deelneemsters ‘beantw’oordden er 76
deze vraag ‘bevestigend en 45 ontkennend, terwijl
19 n’iets invulden. Van ‘meer beteekenis dan deze
to’taalcijfers zijn -echter weer ‘de ‘overeen’kom’sti’ge ge-
geven’s, afzonderlijk nagegaan voor coöperatoren en
niet-coöpera’toren: van -de eerste categorie beaut-
woord’de er 29 pOt. de vraa’g ‘bevestigend tege’h 62
pOt. ‘der laatstgen’oem’den! Dezelfde cijfers, nagegaan
voor de bevolkingsgroepen A en B (te weten 51 pOt.
en 49 pOt.) blijken ‘daarentegen elkaar niet voldoen-
de ‘te on’tloopen ‘om er conclusies ‘aan ‘te verbinden.
Voor een juist inzicht in ‘de ‘structuur van ‘den
kle-inhan’del zou ‘het ongetwijfeld van ‘beteekenis zijn

over nadere ‘gegevens te besdh’i’kken ‘betreffende de
oorzaken van ‘de door de consumenten
2
tegenover hun
leverancier ‘aan ‘den dag gelegde ,,on.trouw”. Onge-
twijfeld spelen ‘hierbij vele factoren een rol, ‘die zich
nooit ‘voor een ‘statistisch ‘onderzoek ‘zullen leenen.
T’oh heeft ‘het zijn nut hierbij’ even ‘stil te staan.
Vandaar, dat ‘bij’ ‘de ‘gestelde vraag ‘de toelichting
werd ‘gegeven: te vermelden ,,ja” of ,,neen” en in
wèlke gevallen.

12 Juni 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

513

Het is uiteraard onmogelijk om met eenige kans
op nauwkeurigheid een volledig overzicht te geven

van Mle factoren, die op dit terrein meewerken. Dit
wel in de eerste plaats om’dat de geheele kleirihan-
delssfeer nog steeds gekenmerkt is door een typisch-

tra’ditioneele ‘gemoedelij’kheid en sterk ‘bdheersht
wordt door invloeden van ‘persoonlijken aard. (Men

vgl. hiervoor bovengenoemde artikelen over ,,Oonsu-
menten-Economie”). Hier komt ‘bij, dat feiten van
invloed ‘geweest kunnen zijn, die niet licht aan de

openbaarheid zuilen worden prijsgegeven.

Zoo zal bi.jv. den aanvu’llenden kruidenier niet zei-
‘den ‘gdbruikt worden voor de inkoopen op credi’et en

de h’oofd’leverancier voor de (vaak ‘goed’koopere!) ‘aan-
koopen á contant. Een ‘dergelijke verhouding, ‘die èn
bedrijfsecon’omisch èn sociaal van de grootste ‘betee-
kenis ‘is, ‘zal bij de ‘beantwoording van ‘de gestelde
vraag nooit tot uitdrukking komen.
1)

Aan de vraag waren eenige vooilbeelden toegevoegd.

Bij •voorbaat moet worden toegegeven, dat dit een
min ‘of meer tsuggestieven invloed zal ‘heibben ghwd.
Anderzijds evenwel was dit, ‘gezien ‘de kring, waar-
over ‘de enquête zich ui’t’stre’kte, een noodzakelijkheid,

•die door iedereen, die op
dergelijk
terrein is werk-

zaam ‘geweest, zal worden ingezien. Men vergelijke
hijv. ‘de resultaten verkregen ‘bij ‘de periodieke Volks-tellingen!
Bezien wij thans ‘de ‘binnengekomen antwoorden.
Ongetwijfeld on’d’er invloed van ‘het feit, ‘dat dit voor-
beeld op ‘het formulier ston’d aangegeven, ‘gaven vele
‘huisvrouwen ‘als reden voor liet ook wel eens ‘bij een
tweeden leverancier ‘koopen op: in geval ‘van spoed-
bocdsdhappen. Daarnaast kwamen evenwel vele af-
wijkende antwoorden linnen, waarvan er hier eeni’ge
volgen, ‘die voldoende voor zichzelf spreken:

bij de buurtbewoners ga ik ook wel, omdat je je buren
niet altijd voorbij
kan
‘loopen;
indien bepaalde artikelen elders goedkooper te krijgen
Zijn;
geeft 10 pOt. korting;
bij slecht weer bij’ Y om ‘den hoek;
uIt verplichting, omdat ik zelf een zaak heb;
alleen somtijds bij het winkelen; in gevallen, dat mijn hooîdleveranciei’ ‘minder goed ge-
sorteerd is;
soms bij ‘mijn vroegeren leverancier op grond van de
oude relatie;
voor speciale reclame-artikelen;
omdat de coöperatie mij wil dwingen Haka-artikelen te
koopen, nu ga ik maar veranderen.

Werkelijk ‘bijzonder belan’gwekken’d was ‘het ant-
woord van een li’d van een veiibrui;kerscoöperatie:

,,ja, van tijd tot tij’d, om te kunnen beoordeelen of
onze ‘leverancier met prijzen en kwaliteit g’oed blijft”.
De besdhikbare plaatsruimte laat niet toe ‘aan deze
opsomming eenig commentaar toe te voegen.
6. In aansluiting ‘op ‘bovenstaan’de onderzoekingen
naar de ,,trouw” aan ‘de ‘detaillisten, werd vervolgens
geïnformeerd naar de reden van verandering. Vraag
le luidde: ,,Waarom Iben’t u van uw vori’gen kruide-

nier weggegaan?” Onder hetzelfde v’ooibciuou’d als
het ‘boven sub 5 ‘bhandelde, volgen hier een’ige der
op deze vraa’g binnengekomen antwoorden:

omdat mij gebleken is, dat de waarde der cadeaux op
de prijs der waren verhaald wordt;
ik ben in principe ‘tegen het cadeaustelsel;
was te duur en ‘te ,,rood”;

1)
Schrijvende over de verhouding ‘tusschen verbruiks-
coöperatie.s en den zelfstandigen detailhandel merkt Prof.
Hirsch op ,,Das kleine Geschii.f t bleib’t dann als eine Art
Ergilnzung zum Konsumverei.n In kle’inerem Zahl für
Waren Ubrig, die der Vere’in nicht fii’hrt, für Borgver-
kliufe. …. aueh erzieh’t es in seinen Lehrlingen den Ver-
cinen v’ielf ach die kaufmilnnischen A.ngestellten; das kleine Geschii.ft bleibt stets ei,ne w’irksame Kon’trolle dafiir, dass die Organe des Konsumsverein nicht l’issig
werden in Au’sgestaltung des Warenkreises, der Bedie-
nung, der Arbeitsausnützu’ng. (Der moderne Handel, Til-
‘bingen
1925;
pag.
278.)

de reclame ‘trekt. Dan blijkt het aanvankelijk
voordeel
in den vorm van lagere prijzen en extra’s (als cadeaux).
Vervolgens het gemak met één ‘telefoon vleesch, groenten
en kruidenierswaren op ‘te kunnen geven. Dan vers’lapt
de contrôle op prijzen en wordt uit sleur besteld;
X geeft 10 pOt. en cadeaux; ‘mijn vonige was niet zoo
royaal;
er kwam een nieuwe £irmiun’t; aan den vorigen ver-
plichtingen; aan dezen niet;
omdat in plaats van cadeaux geld meer gewenecht
werd;
hij was voordeeliger en gaf cadeaux;
wegens faillissement;
hij schreef met dubbel krij,tje;
de tegenwoordige is familie;
gaf minder dividend;
geen bijzondere reden; ik ga waar ‘het beste lijkt; ‘is
de een weer duurder dan maar ‘bij een ander;
om een persoonlijke kwestie;
omdat ik in de coöperatieve verbruiksvereenigi’ug een
medezeggenschap vind;
omdat wij aan ‘het coöperatieve systeem de voorkeur
geven;
gewicht te klein en prijs te groot.

7. Een laatste ‘hulpmiddel om een nader inzicht te

verkrijgen in de tusschen de detaillisten en ‘hun af-
nemers bestaande verhouding werd ‘gevonden door te
vragen naar het ‘aantal jaren, dat ‘de invulster reeds

klant was. Hoewel ‘deze vraag op ‘zichzelf natuurlijk
voor een duidelijke beantwoording vatbaar i’s, leve-
ren deze cijfers ‘bij verdere ‘bewerking liet bezwaar
op, ‘dat zij aan ‘het ‘geheel wel een min of meer ab-stract kara’kter verleenen. Toch ‘kwamen ei eeniige

vol’doen’d duidelijke ten’denzen aan het lioht om een
vermelding te dezer plaatse te wetti’gen.
De hier besproken vragen luidden: ,,Hoe lang bent
u reeds klant van hem?” (t’o.v. ‘den ‘kruidenier),
,,Hoe lang •bent u klant van uw bakker?” en vervol-

gens hetzelfde •met betrekking tot den melkboer en
den ‘slager. Met ‘behulp van ‘de ‘hierop ontvangen ant-
woordn werd voor de gezamenlijke ‘deelnemers een
gemiddelde ‘berekend, waaromtrent ‘h’ieronder eeni’ge
mededeelingen volgen. Vooraf moge er evenwel nog
de aandacht ‘op worden gevestigd, dat de aldus ver-
kregen in’dices in zo’o’verre niet geheel juist ‘zijn, dat

‘de ,,trouw” van een jong eclitipaar (tegenover hun
kruidenier in ‘dit ‘geval!), ‘dat ‘nog ‘slechts ‘kort een
eigen gezin ‘vormt, noodzakelijk minder wordt aan-
geslagen ‘dan ‘bij een vele jaren bestaande familie,
‘hoe ‘dikwijls deze misschien ook van leverancier ver-
anderd moge zijn. Dit ‘bezwaar, en eventueel nog
eenige andere, moet echter mede w’or’den geaccep-
teerd; ‘bovendien zuilen de fouten in alle groepee-
ringen een gelijken invloed hebben en
elkaar
zoo
min of meer compenseeren.
Na ‘dit voorbehoud mogen thans ‘de bereken’de cij-
fers worden weergegeven; het zijn de rekenkun’dige
gemi’d’del’den van het aanta’l jaren, dat ‘de ‘deelne-
mende ‘huisvrouwen ‘klant waren resp. van ‘hun krui-
denier, ‘bakker, slager en melkboer.
Het totaalgemi’ddel’de voor deze vier ‘groepen ‘blijkt
el’kaar niet vold’oen’de te ontloopen om er beschou-
wingen aan va’st ‘te knoopen, te weten:

kruidenier

…………………
10.2

ja’ar
bakker …………………….io.6
slager

…………………….
8.5 melkboer

…………………..
8.3

Van meer belang
zijn
echter ook ‘hier dezelfde ge-
gevens, thans afzonderlijk nagegaan voor coöperato-
ren en niet-coöpera’toren en voor de groepen A en B.
Dit onderzoek leidt tet de volgende resultaten:

Kruidenjier Bakker Slager Melkboer
Niet-Coöperatoren

9.6

9.9

8.4

8.4
oöperatoren …..

11.9

13.0

8.9

7.8

Wat kruidenier en ‘bakker betreft ‘blijken ‘deze cij-
fers met ‘betrekking tot coöperatoren dus opvallend
hooger te zijn. Aan ‘deze conclusie moge worden ‘toe-gevoegd, ‘dat te Sch’iedam ‘geen coöperatieve slagerij
bestaat, terwijl ‘de ‘bestaande verbruiksvereen’i’gin’g
eerst ‘korten tijd een m’elkslijterj exploiteert.

514

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juni 1935

Minder sprekend zijn ‘de cijfers voor de A- en de

B-groep afzonderlijk, te weten:

A ………..
9,0

11.5

6.8

8.0
B ………
1L4

9.7

9.7

8.6

Vervolgens kan men nog een algemeen cijfer ibere-

kenen voor alle vier de leveranciers tezamen, •het- ¶

geen de ‘volgende uitkomsten oplevert:

A

………….
8,6
B

………….
9,7
Niet-Coöperatoren ……….
8,9
1)

Coöperatoren

…………..
10,5
1)
Laat men de groep B buiten beschouwing dan;
wordt het gesignaleerde verschil nog grooter: A niet-
coöperatoren
7.5; A
coöperatoren
10.8.

Wil men deze totaalgemi’ddeideu aanvaarden als

een index van de aan de diverse leveranciers betoon-

de trouw, dan kan men de volgende regels opstellen:
middenstanders en ‘beter gesi’tueerden verande-

ren minder vaak van leveranciers d’an arlbeidersge-

zinnen;
leden van verhrui’kscöperaties zijn ‘in ‘den regel.

meer gchecht aan
hun
respectieve leveranciers dan

niet-coöperatoren.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

HET DEENSCHE BEDRIJFSLEVEN IN HET TEEKEN

DER INDUSTRIALISATIE EN WERKVERRUIMING.

Dr. R. Ashen’brenner te Kopenhagen
schrijft
ons:

De ‘geheele ‘ontwikkeling van het Deesche bedrijfs-

leven werd •tot voor kort door de afzetmogelijkheden

en ‘het prijsniveau van ‘de lan’dibouw.producten be-
paald. Van den Deensdhen uitvoer ‘bestaat 80 pOt.
uit landbouwproducten (vee, boter, eieren, ‘spek, enz.).
Door het, uit dezen export voortspruitende, zeer aan-

zienlijke overschot aan deviezen is het land in staat,

zich de ‘noodzakelijke grondstoffen, fabri’katen, voe-

d’iu’gs- en genotmiddelen te verschaffen, welke uit
het buitenland worden ingevoerd.

Invoer ‘,’an Denemarken ‘in
1934
………Kr.
1.353
miii.
Uitvoer

,,

,,

,,

..

………

1.233
Uitvoer van landbouwproducten …………,

907
Invoer van grondstoffen voor den landbouw
,,

171
Uitvoeroverschot uit hoofde v. d. landbouw-
productie …………………………,,

736

In den loop van ‘den tijd zijn thans ‘andere ‘proble-
men op den voorgrond getreden, welke weliswaar het

landbouwvraaig’stuk geenszins Ihebben verdrongen, doch
toch in velerlei opzicht van meer actueele beteekenis
zijn:
indvstrialisatie – gebrek aan vreemde valuta-
werlcverruiming.
Vërleden jaar zette in Denemarken, evenals in vele

andere landen, een ‘gunstige conjunctuur in. Ondanks
enor’e productievermeerdering en ;grootere bedrij –
vigheid is ‘het aantal werkloozen evenwel hoog te.
noemen.

Aantal werkloozen:
Begtn Jan.

1933 …………………………. 173.000
Mrt.

1933
(hoogtepunt)……………….
193.000
]ilinde Sept.
1933
(dieptepunt) ……………….
84.000
Begin Jan.

1934
(hoogtepunt) ……………….
140.000
Aug.

1934
(dieptepunt) ……………….
72.000
Jan.

1935. …………………………

116.000′
Mrt.

1935………………………….125.000
Half Apr.

1935………………………….95.000

11

Febr.
1935
(hoogtepunt) ……………….
138.000

Phans zijn ongeveer 20 pOt. van ‘de onder de ver-
zekering vallende personen werkloos.
De economische ontwikkeling zelf toont een zekere
gelijkjnatiighe’i’d:
Sept.
Jan. Jan.
Jan.
1931
1933
1934
1935
Groothandeleindex
(1913= 100)

109 117
130
135
‘Index invoerart.
,,’

106
122
138 141
11

u’itvoerart.
,,

94
82
103
121
‘Kosten v. levensonderh.
(1914= 100) 154
155
162 169
Bankbiljettencir.


(in mill. Kr.)
.336,6
331,6
374,6 386,2

De besten’digheid van ‘de kosten van ‘levensonder-

houd en van den omvang van ‘de ‘bankbi’ljettenoircula-‘
tie is ‘des te opmerkelijker, omdat ‘de Deensohe Kroon

na het vei1aten van den gouden standaard in Sept.
1931 een sterke ‘ddliug vertoonde en thans met on-

geveer 47 pOt. ‘van haa’r ‘vroegere gou’dwaarde 20 pOt.

‘beneden de ihuiidiige waarde van het Engelscihe Pond
ligt.

Indien in deze omstandigheden het landbouw-

vraagstuk meer op den achtergrond is ‘geraakt, zonder
daarbij evenwel aan ‘beteekenis te verliezen, ‘dan komt

dit in hoofdzaak, ‘doordat de prijzen van landbouw-

producten in het ‘laatste jaar zijn ‘gestegen en ‘daar-

‘door een ver,h.00g’ing van ide rentabiliteit van den

landbouw, ondanks een ‘dalende productie, kon wor-

den verkregen. De kapitaa’lren’te in ‘den 1
,
a.4
,
dbouw,
welke in 1933 slechts 2,9
TOt.
bedroeg, steeg in 1934
tot 3,5 pOt. Op ‘het oogenblik echter, ‘dat de )lan’dbouw

in mindere mate zorg begon te geven, kwamen nieu-

we, tot ‘dusverre onbekende, problemen naar ‘voren.

Als ‘gevolg van ‘de afslu’i’tingsm’aatregelen van het
buitenland zijn in het ‘kader van de tendens naar
aut’arki’e nieuwe industrieën ‘ontsta, terwijl reeds

bestaa.n’de sterk werden uitgebreid. De toeneming van

de ‘productie ‘hield in ‘de laatste jaren ‘geen ge’lij’ken
tred met ‘den ‘groei van de ‘bedrijvigheid.

Bedrijvigheid in ‘de ‘industrie.
Productie-index

Aantal werkuren’per werkdag
van de industrie

(in 1000)
1931 …………100

962
1932 …………91

881
1933 …………105

985
1934 …………111

1.061

Als gevolg van ‘de in’dustrial’isatie moest ‘de invoer
automatisch een verandering ondergaan, zooa’ls uit
het volgende ‘overzicht ‘blijkt. De ‘sterke toeneming
van ‘grondstoffen voor ‘de industrie en van ha’lff a-

brikaten ‘springt ‘daarbij evenzeer in het oog •als de

enorme adhteruitgan’g in den invoer van ‘grondstoffen
voor den landbouw, een verschijnsel, ‘dat ook in
overeenstemming is met den achteruitgang van ‘den
uitvoer van l’a
n
.d
ouw
pro
‘d
uc
t
en:

Invoer van:
1934
1933
1932
1931
(un pOt.)
Grondstoffen v. d. landbouw
11,8
14,2
18,6 16,0
Voediiigs- en genotmiddelen

. . .
12,8 14,6
16,4
15,1
Grondstoffen v. d. industrie
15,6
14,4
12,7
11,7
Halffabrikaîten

…………….
24,0
21,9
17,9
19,5
Indu,str.

fabrikaten

………..
23,9
23,2
22,6
28,3
Verwarmings- en verl’ichtiugsmat
11,9 11,7 11,8
9,4

100,0 100,0 100,0 100,0

Als verder gevolg van ‘de ‘in’dustrialiseering is de
stijging van ‘den uitvoer van industrieele producten

te noemen, welke in 1934 21 pOt. van ‘den tota’len
uitv’oer bedroeg (in 1933 18 pOt.).

Uitvoer van industrieele producten (in miii. Kr.).
1934

1933

1932
252

213

196

Zoowel naar waarde, als •naar omvang gemeten is
de uitvoer toegenomen, in sommige gevallen ‘zelfs zeer
belangrijk.

1934

1933
Cement ……………………
323.940 234.443
ton Metaalbewerkingmachines

199

139
Machiines voor de bewerking van

steen, leem en kalk ………..
7.322

3.075

Koelinstallaties ……………..
632

395

Schepen …………………..
38.876

10.342
B.R.T.

Automobielen ………………
6.236

2.784
stuks

De verhooging van ‘den uitvoer van i’n’dus’trieele
producten kon evenwel in ‘geenen deele den, voor de
uitgebreide in’dustrialisatie noodzakelijk geworden,
grooteren invoer compenseeren.

Werd aanvankelijk de industrialisatie gunstig ont-
vangen, .zoove1 met ‘het oog op het in eigen ‘behoeften
voorzien a,ls met het oog op ‘de verkverschaffing,
spoedi’g bleek ‘dat de ,,’onafhankelijkheid ‘van ‘het bui-
tenland” ‘daardoor in verhouding ‘slechts in’ ‘beperkte

12 Juni 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

515

mate te bereiken was en .dat Denemarken als grond-
stofarm land voor een groot deel der, voor de in’dus-trieele productie noodzakelijke, grondstoffen op ‘in- i
voer ‘is aangewezen.

De invoer van ‘deze ‘grondstoffen is ‘in hooge mate
afhankelijk van ‘den stand van ‘de handels- en beta- 1

lingsbalans. De Deensche handelsbalans toont, met

name in 1934 met een invoeroversoh’ot van Kr. 120
mill’ioen, een weinig gunstig beeld:

jaar
invoer
uitvoer

invoeroverschot
(in rniIl’ioenen Kronen.)
1931………….
1465 1333

132
1932
…………1142
1136

6
1933
…………1265
1213

52
1934
…………1353
1233

120

In de eerste drie maanden van 1935 jbeliep het in-
voeroversch’ot reeds Kr. 35 miljoen.
Terwijl ‘in 1933 ‘het invoeroversgho’t nog bij een in

evenwicht zijnde betalingsbalans kon worden gedekt,
wijst de betalingsbalans voor 1934 een passief saldo
van ‘ongeveer Kr. 30 milli’oen aan.

De stand van ‘de ‘deviezen ‘is in verband hiermede
sterk achteruitgegaan.

(in millioenen Kronen.)
31 Dec. 31 Juli 31 Juli 31 Juli
1934

1934

1933 1932
Vorderingen op, resp. ver-
plichtingen to. het bui-
tenl’and:
v. d Deensohe Nationale Bank –
68.5 – 64.9 +
8.3
+ 9.9
van de particuliere’bainken . +
8.5
+
24.0
+ 21.8 – 4.2

Nution. Bank + part. ‘banken –
60.0 – 30.9 +
30.1
+ 5.7

De ‘gou’dvoorraa’d van ‘de Nationale Bank wordt de
laatste jaren tamelijk ‘onveranderd met 133 mi:l’l’ioen
Kronen aangegeven.

Neemt men nu in ‘overweging ‘da’t de vesigrooting
van den uitvoer, als middel ‘tot ‘het verkrijgen van deviezen, ‘door ‘de afsluitingen van het buitenland
‘begrensd is, ‘dan is ‘het ‘duidelijk, dat regeling van ‘de
betalingsbalans sledhts door invoerbeperkin’g kan
plaats ‘hebben.

De Deeushe regeerin’g iheeft ‘d’oor middel van het
voor ‘dit doel opgerichte ‘valutabureau de contrôle en
regeling van ‘den invoer geheel •in de ‘han’d. Het wei-
geren van ‘invoervergunningen voor grondstoffen en
machines is reeds ‘begonnen met de industriali’satie te
beïnvloeden. Het huidig ‘gebrek aan valuta’s ‘bemoei-
lijkt een verdere expansie van ‘de industrie. Ander-

zijds ‘konden zelfs •oo’k door vermeerderden export
verkregen valutaontvanigsten n’iet zonder meer voor
de uitbreiding van industrieele ‘bedrijven worden be-
nut, ‘omdat met de han’delspolitiek rekening moest
worden gehouden. Een verdere expansie op indus-trieel ‘gebied zou allicht ‘den u’itvoer van Deenshe
land’bouwpro’ducten naar die ‘landen, waaruit Dene-
marken in’dustrieele fabrikaten ‘betrekt, kunnen bena-
deelen.
Deze belemmeringen, welke de in’dustrieele expan-
sie hier ontmoet, ‘zijn van te meer invloed ‘op het
ge’heele bedrijfsleven, ‘doordat juist ‘de indu’strialisa-
tie een vrij groot aantal werkzoekenden werk zou
kunnen verschaffen. Ondanks zijn zeer groote betee-kenis voor het geheele bedrijfsleven, ‘geeft ‘de Land-
bouw slechts werk aan ongeveer 30 pOt. van ‘de Deen-
sche bevolking, terwijl ‘de rest over industrie, ‘handel
en ambacht i’s verdeeld. De ‘lan’darbeidersbe’volkinig is
op zichzelf vergeleken
‘bij
vroeger – ook ‘zon’der reke-
nin’g te houden met ‘de ‘teruggaan’de productie –
sterk verminderd. Structureele veranderingen, zoowel
als rnehanisatie, spelen hierbij een groote rol. Ter-
wijl een ,vei4woging van ‘de lan’d’bouwproductie eohter
zonder overeen’konistige veiigroot’in’g van ‘het aantal

landarbeiders kan plaats hebben, ‘heeft ‘de in’dustrieele
expansie in geheel an’dere mate ontlasting van ‘de
a tbei’dsmarkt tengevolge.
Naast de ‘in’dustrialisatie was verleden jaar nog de
‘bouwbedrjviigheid (woningbouw) ‘van ‘grooten invloed
op ‘de werkgelegenheid. Deze moest echter in ‘den

jongsten tijd worden ‘beperkt, •omdat de voorziening
van het ben’oo’d’igcle ‘materiaal (ijzer, staal, glas, enz.)

slechts door middel van ‘invoer mogelijk was en zich

hierbij ‘dezelfde moeilijkheden voordeden ‘als ‘bij ‘de
uitbreidinrg van ‘de industrie.

Het feit, ‘dat ‘deze mogelijkheden zich n’iet binnen
afzien’baren tijd zullen voordoen, alsmede ‘de weten-
schap, ‘dat
‘bij
‘den nauwen ‘ban’d tusschen Denemarken
en ‘de werel’dhuirhouding slechts een aanzienlijke

(thans tevens onwaarschijnlijke) toeneming van ‘den

‘bu’itenlan’dschen ‘handel ‘de gewenschte ontlasting zou
kunnen teweegbren’gen, maakt ‘het inslaan van andere
wegen noodzakelijk.

V66r ‘den oorlog rekende men reeds met ongeveer

30.000 werkloozen, welke normaal niet in ‘het pro-
ductieproces ‘konden worden ‘ingeschakeld. Hun aan-
tal wordt ‘heden ‘ten ‘dage ‘op 60.000-70.000 ‘geschat

en moet in ieder geval tot een voor ‘de Dee’nsehe
vol’ks’huiehou’ding ‘dra’gelijk aantal worden teruigge-
bracht. Tot ‘dit doel ‘heeft de Deensohe regeering kort
geleden een werkp ro’gramna ‘opgesteld, waardoor 25.000-30.000 werkloozen te werk kunnen worden

gesteld. Het betreft hier den, aanleg van wegen, het
aanleggen en uitbreiden ‘van ‘havenwerken, ‘de ont-
ginning ‘van, ‘hei’degronden, bru’ggenbouw e.d. Al ‘deze

werken kunnen zonder noemenswaardigen invoer van
‘hulpmiddelen worden uitgevoerd en vereisdhen der-
halve – ‘in tegenstelling met den woningbouw –
geen noemenswaardige valutabedragen. De kosten
zullen door ‘den staat en ‘de gemeenten worden gedra-
gen. Voor ‘deze aciditioneele werkzaamheden zullen
slechts weikloozen in aanmerking komen, ‘die reeds
lan’geren tijd werkloos zijn en weinig kans hebben binnen af’zienbaren tijd op normale wijze weder in
‘het productieproces te worden opgenomen. Hoewel
‘aan een volledige (6 ‘daagsehe) tewerkstellin’g nog
n’iet kan worden ‘gedacht en er vooreerst slechts een
‘beperkte werktijd (‘halve dagen ‘of •een werkweek van
‘drie
t
vier dagen) w’ordt ‘overwogen – men wil een zoo groot mogelijk aantal werkloozen werk kunnen
geven – houdt men er toch rekening mede, dat reeds
door ‘de bedoelde regeling een additioneele koopkracht
wordt geschapen, welke zich in de eerste plaats op de
markt voor levensmiddelen zal doen gelden (levens-

middelen zijn in overvloedige mate in Denemarken aanwezig). Dit ‘kan ook als indirecte ‘steun van den
landbouw worden ‘beschouwd, welke immers ‘daardoor
ten ‘deele een compensatie ‘krijgt voor het wegvallen
van ‘de uitvoermarkten.

Op ‘deze wijze zal worden getracht, ‘de’ zich sedert korten ‘tijd ‘voordoen’de stoornissen in ‘de conjunctu-
reele ontwikkeling door middel van werkversohaffing
uit ‘den weg te ruimen, resp. tot een minimum te be-
perken en ‘den tot dusverre ‘betrekkelijk gunstigen
econoinischen toestand te bestendigen.

AANTEEKENINGEN.
Hervorming van het Amerikaansche en Duitsche
bankwezen.

De gebeurtenissen, ‘die in ‘de laatste jaren op het
gebied van ‘het ‘bankwezen hebben plaats gevonden,
‘hebben in ‘verschillende landen ‘geleid tot een min of ‘meer streng toezicht op het eredietwezen. In ‘de
Vereeni’gde Staten is reeds in 1933 de ‘z.g. Banking
Act tot stand gekomen, terwijl thans een nieuw wets-
ontwerp, ‘de z.g. Banking Act 1935, in ‘behandeling
is. In Duitsch’land, ‘dat eveneens •sterk door een bank-
crisis (1931) is ‘getroffen, is in December van het
vorige jaar een, nieuwe ‘hankwet ingevoerd. Ook in
Zwitserland is mede als gevolg van ‘den steun, dlie de
Staat aan enkele ‘banken ‘heeft verleend, een ‘bank-
wet tot stand gekomen, terwijl in België ‘het ‘bank-wezen eveneens onder contrôle van de Overheid is
gekomen. In ,,Die Bank” van 1 en 8 Mei ji. heeft

Dr. V. Wrede een vergelijkend onderzoek gepubli-
ceerd inzake cle nieuwe bank’wetten in de Vereenigde

516

ECONOMISCH-STATfSTISCHE BERICHTEN

12 Juni 1935

Staten en in Duitsh1an’d, waarvan wij ‘het voornaam-

ste hieronder laten volgen.

Effecte’n
,
crediet en Industriecrediet.

Sedert ‘de cri&is, van 1921 was in de Ver. Staten

bij de industrie een ‘zekere vrees voor
a
:
n
k
s
h
u
ld
ei
j

blijven bestaan. De financiering van de ,,’boom”-perio
;

de véér 1929 vond niet plaats door middel van ‘be-

drijf s- en ivesteerin’gscredieten; ‘integendeel,, de

groote ondernemingen behoorden in 1928 en 1929 tot
de ‘gi-ootste deposanten van de ‘banken. De f’inancie-

ring vond plaats met eigen kapitaal, met kapitaal,

verkregen• door het plaatsen van effecten bij het
groote publiek, met ‘hy’potheca’ir crediet, ‘verder dooi

belegging van een ‘deel van ‘de middelen van de ban-

ken ‘in effecten en ‘tenslotte •door middel van beurs-

credieten, ‘die hoofdzakelijk voortvloeiden uit mid’de-
1

len, ‘die niet op de ‘bankbalansen verschenen.

Op ‘deze wijze was het mogelijk om vele emissies

te ‘doen ‘slagen, ‘hoewel haar basis wankel was en de’

rentabiliteit gering. Slechts door aanwakkerin’g van
de speculatie was het mogelijk, omvangrijke investee-

ringen ‘te financieren met ‘deposito’s op korten ter-
mijn. Zôô groot was het optimisme,’ dat men voor;

het effectencredie’t veel meer ‘betaalde ‘dan men aan
‘dividend verkreeg. Tegen het einde van de hausse

vonden zelfs em’issies plaats met ‘het doel om mid-.
delen aan te ‘trekken voor ‘het verleenen van beurs-t
éredieten. Dit ‘kunstmatig opgetrokken kaartenhuis

moest wel bij ‘den eersten stoot in elkaar vallen.

Met ‘het oog op ‘den aard van de Amerikaansche
credietcr.isis ‘is het ‘begrijpelijk, dat bij de ban’kher-

vorming aan ‘de regeling van ‘het effectencrediet

groote aandacht werd ‘besteed. Door de Bank’i’ng Act,
de Securit’ies Act en ‘de Securities Exdhanige Act
(Ibeurswet), allen van 1933, wordt ‘aan ‘den Federal
Reserve Board de contrôle over ‘het effectencrediet
opgedragen. De macht van ‘den Boa’rd ‘bestaat nu o.a.

ook uit:

1. ‘het vaststellen van de maximale verhouding tus-
sehen ‘de verstrekte effectencred’ieten en ‘het eigen
kapitaal bij ‘de ,,meiniber ‘ba’nks”; 2. ‘het recht om ‘d’ie
grens voor iedere ‘bank afzonderlijk lager te stellen.

Tegenstri’bbelende banken verliezen ‘het recht tot dis-
conteering; 3. het ‘recht tot vaststellen van een maxi-
mum percenta’ge van den koers, waartegen effecten
beleen’d mogen worden. Iedere persoonlijke of finan-
cieele ‘band met instellingen, ‘die ‘geheel op het ver-
leenen van effectencrediet ‘gericht zijn, is verboden.

In
Duitschiand
‘heef’t ‘het ‘beurscrediet bij de bank-

crisis ‘in ‘het ‘geheel ‘geen rol gespeeld. In 1927 was
‘door maatregelen van ‘de ‘Reichsibank, een mogelijke
uibbrei’din’g van ‘het speculatiecrediet onderdrukt. Men
werkte voornamelijk met Ibedrijfscrndieten, •die feite-

lijk investeeringseredieten waren. Door den gespan-
nen ‘toestand op de binnen’lan’dsc.he kapitaalmarkt
konden ‘deze credieten niet door middel van emissies
geconsol’i’deerd worden.
De •oorzaak van de Duitsehe ‘bankerisis lag in de
i’lliquidjite’it van de in’dustrieele ‘bedrjfscredieten en
bij de pu’bl’iekredhteljke banken, vooral in ‘de credie-
ten aan gemeenten.
De nieuwe ‘bankwet verplicht ‘de ‘banken om ere-
d:ieten van meer ‘dan R.M. 1 m’i’llioen aan te ‘geven,
terwijl v66r ‘het verstrekken van meer ‘dan R.M. 5000
hlancocred’iet ‘de positie vail ‘den ‘dehiteur nauwkeurig
on’derz’oht moet worden. Het ,,Aufsichtsamt” is ge-
maeh’ti’gd een maximum te stellen voor ‘de crediet-
verleenin’g aan één ‘deibiteur.
1)

Bepalingen omtrent beperking van ‘de credietver-
leening op effecten ‘zijn in ‘de Du’itsche ‘ban’kwet van
1931 niet te vinden.
Depositobanken – Effectenbanken – Algemeene

banken.

Tot ‘de crisis van 1921 ‘bestond in Amerika nog een

1)
Zie
verder
ook
de artikelen van Prof. Dr. K. ‘Mellero-
wicz in E.-S. B. van 30 Jan. en 6 Febr. 1935.

scheiding ‘tusscjhen ‘de eigenlijke credietbanken en de

emissiebanken, d.w.z. ‘dat er in ‘dit ‘opaieih’t een ar-

“beidsverdeeling ‘in :het ‘bankwezen ‘beston’d. Het was
denNational Ban’ks, die regionaal werkten, wettelijk
verboden, het emissiebedrijf uit te oefenen. Na 1921

drongen ‘de Nat’iona’l Ban’k’s ‘langs een omweg, door

aankoppelin’g van effecten’maatschappijen, ‘de vign.

,,Securi’ties Aff’iliates”, ‘steed’s meer het emissiebe-
drij’f ‘binnen. Tengevolge van deze relaties leden

de credietban’ken enorme verliezen. De Banking

Act 1933 gebiedt ‘dan ook absolute scheiding tus-

schen ‘de ,,mem’ber ‘ban’ks” en ‘bovengenoemde ‘insti-
tuten. De wet verbood verder ‘iedere personeele ver-

‘binding tu’sseihen credietbanken en effectenbanken;

‘de particuliere ‘banken ‘moeten na reorganisatie ‘het
karakter dragen van èf ‘zuivere deposito- èf zuivere

emissie’bank. S’ledhts ‘staats- en ‘gemeenteleenin’gen

mogen ‘door de credietbanken met medewerking van
‘de em’i’ssichuizen ‘worden ,geëm’itteerd.
Ook in
Duitschland
‘heeft ‘de vraag: ‘depos’iteibanken
of em’issieban’ken (Spekulat’ion’sbanken), naar aanlei-
d’ing van ‘de “bank-enquête een rol gespeeld. Deze en-

quête kwam tot de conclusie, ‘dat niet ‘het systeem,

‘maar een te zozigelooze toepassin’g ervan, oorzaak van
de hevige ‘dé’bacle was geweest. Met Ihet oog ‘op de

toekomst meent men het ‘gemengde bank’stelsel te
moeten ‘handhaven. Immers, zou men nu eeh schei-

‘ding voltrekken tusschen ‘depos’ito – en emissiebanken,
‘dan zouden zeker ‘de eerste ‘het meeste kapitaal ‘tot
zich trekken. Op ‘het moment, dat het bedrijfsleven
weer behoefte ‘zou
‘krijgen
‘aan inves’teeringscredieten,
‘zouden de zuivere emissiefbanken de benoodi’gde nijd-
‘delen wel niet kunnen verstreikken.

Vers plint en ng en concentratie in het bankwezen.

Het
Amerikaan.sche
‘bankwezen werd ‘gekenmerkt
door een ‘groote mate van ‘decentralisatie. De provin-

ciale banken moesten hierdoor èf haar middelen ‘bij
de New-Yorksdhe groobban’ken plaatsen ôf – en hier-
in school een groot gevaar – in haar ei’gen gebied

‘beleggen, wat ‘vaak leidde tot ‘het verstrekken van
min ‘of meer onbetrouwbaar ‘hypothecair-crediet. On-
danks het feit, ‘dat d’it gebrek in ‘de ‘bankorganisatie
na 1929 sterk naar voren ‘kwam, geeft ‘de Banking
Act 1933 ‘geen regeling voor ‘het filiaalbedrijf.
Duitschla.nd
‘bezat ‘daarentegen enkele ‘grootbanken
met een wij;dvertakt f’il’iaa’lnet. Da’t ook ‘bij ‘dit sys-
teem het contact tussohen provincie en centrum wel
iets te wen’schen overlaat, is een gevolg van ‘bureau-
cratie. Dit bezwaar weegt evenwel niet op tegen het
groote voordeel, ‘dat aan ‘het fFliaalsysteem is verbon-
‘den, nl. ‘het voordeel van risicoverdeelin’g en ‘gemak-
kelijke verplaatsba’arhei’d van ‘kapitalen.

Bescherming van de deposanten.

De ‘verliezen van de
Amerikaansche
‘banken troffen
tevens ‘de ‘spaarders, omdat slechts een ‘deel van het
publiek gabruikt maakt van ‘de spaarbanken. De
tijdelijke banks’luitiing ‘bracht een “groote ‘stoornis in
‘het chèqueverkeer ‘mee. De nieuwe wet is er ‘op ‘ge-
richt ‘het ‘groote publiek voor ‘herhaling van dergelijke
rampen te vrjwaren door oprichting van de Federal
Bank Deposit Insurance Oorporation, een verzeke-
rin’gsinstellinjg, die alle deposito’s van de aangesloten
banken tot $ 5000 garandeert; ‘daarboven slechts ge-
deeltelijk. Voorts ‘zijn nog vele ‘bepalin’gen tot be-
‘scherming van de depositdhou’ders uitgevaardigd. Z’oo
is ‘het veiboden om aandeelen te ‘bezitten; deze ‘be-
paling is i’n het ontwerp van ‘de nieuwe hankwet iets
verlicht. De
kapitaalba.sis
van ‘de ‘ba’ilken werd ver-
‘groot door ‘den verkoop van preferente ‘bankaandeelen en ,,cap’ita’l notes” aan ‘de Refico.
In
Duitschiand
is men van meenin’g, dat’ bij een
instelling als de Fed. Bank Dep. Insuiance Corp. de
kans groot is, ‘dat ‘het verantwoor’delijkhei’d’sgevoel van
de ‘bankiers zal verslappen. De Dui’tsdhe wet beperkt
zich tot het nemen van preventieve ‘maatregelen als:
‘het vastleg’gen van een maximale verhouding tusschen

12 Juni 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

517

e’gen kapitaal en ‘totale ‘verplidhtingen het bepalen van een maximum voor het bezit aan aandeelen en
hypoVheken; ‘bijzondere bepalingen voor het beleggen

van spaargelden; de mogelijkheid om aan minder
solide credietin’stellingen het recht te ontzeggen om

een bedrijf uit te oefenen. Het ,,Aufsi’cihtsamt” is ‘ge-machtigd, indien n.00di’g, zelf maatregelen te treffen.

Liquicliteit.

In ‘de
Ver. Staten
‘bestond een differentiatie in de
dekkiin’gspercentaiges van zieht- en tijddepo:sito’s (nl.

7-13 pOt. tegenover 3 pOt.); de credietbe’hoefte had

er echter toe geleid, dat zichtdeposito’s als termijn-
dep’osito”s werden ‘geboekt. Zelfs met de centrale kas-

reserve van Ihet Fed. Res. System verkreeg men dus
geen zuiver l’iquiditeitsoverzi’cht. In de Banking Act
is die scheiding scherper getrokken. Voor zichbdepo-
s’i’to’s wordt ‘geen rente meer vergoed. Omtrent de

secundaire liqu.iditeit (de direct liquid’eerbare activa)
zijn geen bepalingen opgenomen.
In
Duitschiand
is door ‘de nieuwe bankwet ook een
minimum kasreserve vastgesteld en tevens een laagste

grens ‘voor de secon’daire ‘l’iqui’diteit. Ook ‘hier wordt

het cred’ietvolumen dus gecontroleerd. Om een beter
overzicht te krijgen is ook een sc’herpere boekhou’d-

kun’di’ge sdhei’ding van termijn- en zichtdeposi’to”s

doorgevoerd. Wel blijft de rentevergoeding voor zicht-
deposito’s bestaan, daar men anders het terugtrekken
van vele gelden vreest en de banken een dergelijk
verlies niet zouden kunnen dragen.

De handel van het Britsche Imperium.

In de tegenwoordi’ge depressie ziet men overal ‘het
verschijnsel, dat de regeeringen der verschillende
landen maar al te zeer geneigd zijn een deel van het
‘bereikte welvaartspeil op ‘te offeren om zich onaf-
ban’kelijk te maken van het ‘buitenland. Een tegen-
stelling hiermee vormt de ‘door Engeland en zijn
Dominions gevoerde politiek, waarbij men op zuiver

economische gronden tot uitbreiding der ‘handelsbe-
trekkingen tracht te ‘komen, rekening hou’dende met
wed’erzjjdsche belangen. Deze politiek, die haar begin
vindt in het in 1932 te Ottawa gesloten verdrag,
wordt behandeld in ‘het M’aartnummer van de Month-
ly Review van Lloyds Bank d’oor H. V. Hodson.
Bij een beoordeelirig der Ottawapolitiek dient men

rekening ‘te ‘houden met het feit, ‘dat, alhoewel ‘de
handel ‘tusschen ‘het moederlan’d en ‘de Dominions
grootendeels neerkomt op een ruil van ‘in’dustrieele
eindproducten tegen grondstoffen, vooral na den oor-
log ook de Dominion’s een in’dus’trieele ontwikkeling
hebben doorgemaakt. Alhoewel deze ontwikkeling
zich in alle ‘deelen ‘der Commonwealth ‘heeft voorge-
daan, is ‘bij een ibeoordeeling ‘der Ottawapol’i’tiek een
afzonderlijke beschouwing van ieder D’ominion, ge-
wensoht in verband met ‘de productie van verschil-
lenide grondstoffen en verschillen in ‘de intensiteit
van in’dustrieele ontwikkeling.

Canada.

Het economisch leven in ‘dit land is nauw verbon-
‘den met ‘dat ‘der Vereen’i’gde Staten. Door groote af-
‘hankelijkhei’d van den graanexport en ‘haar buiten-landsche schulden is Canada echter gevoeliger voor
conj unetureele schommelingen ‘dan ‘de Vereeni’gde
Staten. Een compensatie hiervoor vindt ‘het echter
in ‘de groo’te mate van stabiliteit van haar ‘bankwezen
en van ha’ar ‘overzeesche markten. Een niet onIbelang
rijk voordeel verkreeg Canada in 1933 d’oor den val
van ‘den Dollar, waardoor zij de rente en aflossing
op haar D’ollarleeninjgen in gedeprecieerde valuta kon
voldoen. Een an’der voordeel ‘kreeg het ‘land in ‘den
zomer en het najaar van 1934, toen de .graanprjzen
‘tengevolge van de droogte ‘in Amerika erg ‘opliepen.
Alhoewel ‘ook Canada niet ‘d’oor de ‘droogte werd ge-
spaard, wist zij t’odh belangrijke ‘hoeveelheden graan
van een ‘iets mindere kwaliteit ‘op ‘de markt te bren-

gen. Het inkomen ‘der ‘lan’d’houwen’de bevolking ‘steeg
hierdoor aanzienlijk (in het ‘derde kwartaal van 1934

12 pOt. meer ‘dan in dezelfde perio’de van 1933), een

stijging ‘die uiteraard ‘ook ‘de industrie en het verkeer
ten goede is gekomen. Z’oo zijn de bruto-inkomsten
der ‘twee ‘groote spoor’vegmaatschappijen ‘hooger ‘dan

in 3 jaren het geval was. Ook de minerale productie is

aanzienlijk verbeterd, nl. met 27 pC’t., vergeleken met
1933. Alhoewel ‘d’oor ‘deze oorzaken de toestand in
Canada in 1934 veel is verbeterd, is ‘de grootste op-
bloei toch gekomen door de toeneming van den’ bui-
tenlan’dschen ‘handel als ‘gevol’g van ‘het Ottawa-ver-
drag. De export bedroeg in 1934 met een bedrag
van $ 653 m’i’ll. zelfs $ 121 ‘mili. meer dan in ‘het

voorgaande jaar. De correspon’deerende ‘inv’oercijfers
waren resp. $513 mill. en $ 102 miii.

Australië.

Austral’ië ‘heeft in de afgeloopen jaren ‘groote
bedragen van het ‘buitenland geleend, en haar

voornaamste economische probleem is, bij ‘het eindi-
gen hiervan, bepaald ‘door twee factoren: de handels-
balans en ‘de overheidsfinanciën. In ‘de ‘depressie werd

zij ‘op beide punten ‘zwaar getroffen: eenerzijds een
sterk’e ‘vermindering van den ‘buitenlandsohen ‘handel,
anderzijds vermindering van ‘de inkomsten der Over-
heid. De oplossing scheen te liggen in ‘scherpe defla-
tie, doch ‘door ‘de ‘devaluatie ‘heeft Australië naast
deflationistische maatregelen (bezuiniging op de
overheidsuitgaven) maatregelen van reflatie kunnen
toepassen. Zij heeft o. a. ‘haar staatsshuld met succes
kunnen converteeren. Hiermede waren ‘alle ‘moeilijk-
heden natuurlijk nog niet ‘opgelost. Vooral de lage
prijzen voor ‘het belangrijkste exportartikel – ‘de wol

– vormen nog groote moeilijkheden, terwij’l de graan-exporteurs moeilijkheden ondervinden ‘bij den invoer
in Engeland, tengevolge van de ‘door ‘het moederland
ingestelde agrarische bescherming. In verband me’t
‘dit laatste zou voor Australië pro’ductiebeperking ‘ge-
wensdht zijn. Dat ‘de graanverbouwers ‘hiertoe even-
wel niet anders ‘dan in het u’iterste geval willen
overgaan is begrijpelijk. Liever ‘tracht men in Austra-

lië ‘daarom te ‘komen tot vergrooting van den afzet, door het ‘sluiten van han’delsverdra’gen met buiten-
la-n’dsche m’ogen’dheden, ‘hoezeer dit ‘streven ‘ook in-
gaat ‘tegen ‘de pol’itiek van Ottawa.

Evenals Australië ‘heeft ook Nieuw-Zeeland veel
geleend ‘van het buitenland ‘voor de financiering van

openbare werken, in ‘het ‘bijzon’der voor den aanleg
van spoorwegen. Door ‘het ophouden ‘der kapitaalim-
port moesten ‘deze werken wor’den gestaakt, waar-
door een groote werkloosheid ‘on’tston’d, ‘die thans nog

voor dit land een ‘der ‘grootste problemen vormt. Tot
Januari 1933 deed het Nieuw-Zeelandsche Pond
10 pOt. a’gio boven het Pond Sterling, ‘waardoor cle
betalingsbalans voldoende, middelen verschafte voor

rente en aflossing ‘op Sterlingleeningen. De depre-
ciatie der mun’teen’heid tot 80 pOt, van ‘het Pond
Sterling moet ‘dan ook wel ‘geheel hebben plaats ge-
vonden ‘als onderdeel van de ,,internal. reconstruc-
ti’on”. In ‘dit kader pa’st ook ‘de oprichting van ‘de
Bank of New Z’ealan’d. Door ‘deze ‘maatregelen is een
goed gevoerde reflat’iepoli’tiek mogelijk ‘geworden.

Tengevolge van de in het Ottawa-verdrag opge-
nomen ,,equal opportunities clause” heeft een verla-
ging ‘der invoerrechten op Britsche ‘goederen plaats
gevonden. D’oor de ‘monetaire en ‘de Ottawa-politiek
is een grootere import mogelijk geworden, ‘die voor-
al voor ‘de En’gelsche exporteurs v’oordeelïg zal zijn.

Zuid-Afrika.

De gestegen goudprjs, ‘die ‘in Nieuw-Zeeland leidde
tot het weer in gebruik nemen van reed’s verlaten
mijnen, is ook Australië, maar ‘het meest aan de

Unie van Zuid-Afrika ten goede gekomen. Alhoewel
in 1934 de productie van ‘gou’d ‘geringer was dan in

518

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juni
1935

het voorgaande jaar, was ‘toch ‘de totale winst groo-

ter. Een belangrijk symptoom van dezen gunstige
toestand is wel de opleving in’ den ‘diamanhandel.
Ondanks het feit, dat Zuid-Afrika ‘te Ottawa niet

tot het ‘tusshen Engeland, Australië, Canada en
Nieuw-Zeeland gesloten verdrag •is toegetreden,

vormde dit ‘land toch door de ‘hieiboven gesolietste
ontwikkeling van haar economisch leven een goede

markt voor cle En’gelsche ‘producten. In 1932 ‘beliepen

•de Engelsche uitvoeren naar Zuid-Afrika £ 18 nijl-
lioen; dit bedrag was ‘in 1934 tot ruim £ 30 millioen

‘gestegen.

Britsch-Ind’ië.

Door ‘stijging van den invoe.r in dit land nam het ui’tvoeroversdh•ot, dat Britsh-Indië had, ten zeerste

af, waardoor tenslotte niet meer voldoende middelen

aanwezig waren voor de aflossing en rentebeta’ling

op buitenlandsdhe leeningen. Aan d’it bezwaar is men

eeni’germate tegemoet kunnen komen door uitvoer

van ‘het •opgep’otte goud, wat door de stijging der
gou’dprijzen met groote winst mogelijk was. Verder

heeft men ook den uitvoer weer toe doen nemen

door het In’clo-J’apansohe verdrag en het Lees-Mody
pact. Uitbreiding ‘der export van ruwe katoen naar
Lancathire zal nog in belangrijke mate bevorderd

kunnen worden, te meer daar vooral voor Britscl-Indië het behoud van een goede afzetmarkt in En-

geland van zooveel belang is.

Wanneer men ‘de gevolgen van de Ottawa-politiek
over het algemeen beziet, dan blijkt, dat cie voordee-

len daarvan meer ten goede zijn gekomen aan de Do-
millions dan aan het moederiand. In ‘de eerste negen

maanden van 1934 waren de Britsche invoeren uit
de Dominions en Britsch-Indië £ 17 mullioen hooger
dan in dezelfde periode van
1932,
maar de uitvoer

was ‘sledht’s met £ 9.6 millioen gestegen en dit terwijl

de overige uitvoer met £ 8.3 miî.liioen steeg. Hierbij
dient edh’ter •in aanmerking te worden genomen, dat de prijzen ‘van vele grondstoffen belangrijk gestegen

zijn, hetzij tengevolge van restrictie, hetzij ‘tengevolge
van zuiver economische oorzaken. Een dergelijke

prijsstijging viel daarentegen niet ten deel aan de
industrieele producten, waarui’t de uitvoer van het
moederland voornamelijk bestaat. Ook dient men niet
te vergeten, dat, wat Australië, Canada en Nieuw-
Zeeland ‘betreft, hun tariefsverlagingen belangrjk
geringer waren dan zij te Ottawa hadden toegezegd.
Desondanks bewegen de tarieven van de verschillende
deden van de Commonwealth zich in een dalende lijn,
een beweging, die uiteindelijk missdhien ‘zal leiden
tot een aanzienlijk vrijeren handel in het Imperium
dan 4hans nog het geval ‘is. In welke mate de ve-
sdhillende landen van de tariefsverlagingen geprofi-
teerd hebben is niet met zekerheid ‘te zeggen, wel
staat echter vast, dat hun econom’ische positie thans
bete is dan voor twee en een half jaar.
Dat er desondanks nog veel overblijft, dat voor.

,vetheteriïig vatbaar ‘is, staat wel vast. In dit verban’d
is ook belangrijk een voorstel, ‘dat ‘door een corres-
pondent van ‘cle ,,Times” ‘in de editie van 17 Mei ji.

wordt gedaan. Het is
namelijk
zeer moeilijk oi èen

juiste, voor •de praktijk direct bruikbare uitleggin’g

te geven van de dlausule ‘in het Ottawa-verdrag, die

betrekking heeft op ,,tJhose industries
wihih
are

r.easonably assured of sound opportunities of success

at rates not exceeding such a level as ‘wiiil give

United Kingdom producers full opportunity of
reasoa
i
e
competition on the basis of t/he relative

cost of economical and effi’cient produetion.” De

,,Timds”-correspondent vraagt nu ‘de instelling van
een commissie, diie na zal ‘hebben te gaan, ‘welke .dee-

len van de Oommonwealth’ voor een bepaalde produc-

tie het meest geschikt zijn. 0p ‘deze wijze wil hij
‘binnen het kader van ‘de Cornmonwea’lth komen tot

een interna’tiori ale arbeiclsverdeeling, ‘gebaseerd op
zuiver economische factoren. Het ‘komt ons voor, dat dit voorstel in ‘ieder ‘opzicht de aandacht verdient.
K.

Suikerindustrie in Britsch-Indië.

C. Czarnikow Ltd., Londen, schrijven in hun markt-

bericht van 30 Mei:

Het jaar 193311934 was
bijzonder
ongunstig voor de

Our Refining industry, wat duidelijk blijkt uit het

verslag van 8 Mei jl. van de Sugar Technologist of

Cawnp’ore. De
prijzen
van Our waren •hooger en de

prijzen van witte suiker lager dan in het vorige sei-

zoen. in dat jaar bewerkten slechts 16 fabrieken Our,

vergeleken met 27 fabrieken in 193211933, maar de

gemiddelde productie per fabriek vertoonde een:ige

vermeerdering. Totaal werden 61.094 ton witte suiker
uit Our gemaakt, tegen 80.106 ton in 193211933; cle

respectievelijke hoeveelheden bewerkte Our bedroegen

107.263 en 1.51.269 ton.
Het gemiddelde percentage suiker, gefabriceerd uit

Our gedurende de laatste 5 jaren is het volgende:

1930

1931

1932

1933

1.934
56.5

55.1

55.1.

52.95

56.96

Een kleie verbetering valt op te. merken in de op-
brengst van witte suiker gemaakt uit Our.

De volgende tabel geeft de totale productie van
witte suiker in de ‘laatste productiejaren, zoowel direct
gefabriceerd uit riet, als geraffineerd uit Our, waar-

aan de schatting voor 193411935 is toegevoegd.
De productie van witte suiker uit Our op omstreeks
40.000 ton nemende, wordt voor het loopende jaar een
totaal.van 620.000 ton bereikt, wat, vergeleken bij het

vorige jaar een vermeerdering van 105.000 ton en
vergeleken ‘bij 193211933 van 250.000 ton beteekent.

Fabrieken
Suiker

Ruwe
Productie van witte suiker (tons)

direct uit suiker

direct uit

geraif. uit

Totaal

riet pro- uit Our
riet

Our

duceerend raffin.
1929/30

89.768

21.150

11.0.918

27

11
1930/31

1,19.859

31.791

151.650

29

10
1931 32

158.581

69.539

228.120

32

17
1932133

290.177

80.106

370.283

57

27
193313 t

453.965

61.094

515.059

112

16

1934135
1)
580.000

40.000

620.000

142

.
1)
Schatting.

AANVOEREN in tong van 1000 KG.

Rotterdam
Amsterdam
Totaal

Artikelen
2
8Juni
Sedert
Overeenk.
. –
2
18 Juni
Sedert
Overeenk.
1935 1934 1935
1Jan. 1935
,
tijdvak 1934
1935
1Jan. 1935
tijdvak 1934

9.740
426.102
606.262

5.437
20.409 431.539 626.671
1.9
22

112.964
224.204
, –
281
15.257
113.245

239.461
Tarwe

………………
Rogge

……………….
10.118 10.421



10.118
10.421 Boekweit
……………326
Mais ……………….

14.727
334.432
433.905
980
57.708 99.878
392.140
533.783

146.056
176.931

17.889
26.979
163945
203.910

Haver

…………….
..
.57.888
70.311

1.460 2:006


59.348
72.317

Lijnzaad

…………..
66.783
117.237
1.301
211.680
119.266
278.463
236503

Gerst

……………..325
.1.222

1.440 14.415
44.148


25
14.415
44.173
Lijnkoek ……………
3
..563

453
8.184 8.906
66
2.883
1.338
11.067 10.244
Tarwemeel

………….
Andere meelsoorten
496
13.156
27.078

1.339
2.962
14.495
.30.040

12
Juni
1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

519

De zichtbare suikervoorraden in de wereld.

De zichtbare voorraden per 1 Mei zijn volgens Czarnikow:

1935 1934
1933
tons
tons
tons
Duitschiand …………..
970.000 856.000
925.000

Tsjecho-Slowakije

……..
317.000
283.000 376.000

Frankrijk…………….
662.000
472.000
506.000

Nederland

…………..
258.000
307.000 232.000
België

………………
134.000
139.000 156.000
Hongarije …………….
71.000 80.000
76.000
Polen………………..
263.000 271.000
336.000
U.K. Geïmp. suiker

…….
233.000 346.000 374.000
Binnen!.

,.
……
141.000 106.000
71.000

Europa……..
3.049.000 2.860.000
3.052.000
V.S. Alle havens

……..
636.000
584.000 465.000

Cubaansche havens

……
708.000 756.000
1.036.000
Cuba binnenland……….
1.700.000
1.635.000
1.825.000
Java ………………..
1.509.000
2.397.000
2.412.000

Totaal. .. .. . 7.602.000 8.232.000 8.790.000

ONTVANGEN BOEKEN.

Handboek voor het Nederlandsche handels

en fail-

hsse?n,entsrecht door Mr. M. Polak, Raadsheer in

den Roogen Raad der Nederlanden. Derde deel,

eerste stuk, eerste aflevering, algemeen gedeelte
Wisseif- en ehèqueredht door Mr. F. G. Sdhel’tema,
hoogieeraar aan
cle
Universiteit van Amsterdam.

Derde ‘druk. (Groningen-Ba’tavia 1935; J. B.
Wolters. Prijs
f
3.50).
Deze derde
druk
was noodzakelijk geworden door de
verflieUw’illg van ons
wissel- en ohèquereeht als gevolg
van de
in
1930 en 1931
te Genève gesloten verdragen
in-
zake eenvormige vetten
voor wissels, ordei;briefjcs en
cheques.

Het accreditief •door Dr. E. M. Oahn. (Amsterdam

1935; H. J. Paris.
Prijs
f
3.25).

Achtereenvolgens worden hierin behandeld de geschie-
denis, de vormen
en de rechtsnatuur van
het accreditief.
Hoofdstuk IV behandelt de reglementen en bijzondere
bed
iugen
en
de laatste hoofdstukken der vragen van Ne-
derlaudsch in’trn ationaal p rivaatrecht en incidenten
bij
de afwikkeling
van een
accreditief.

De oorzaaic der spoorwegtekorten en wij, Chineezen aan de Noordzee door S. A. Reitrma. (Den Haag

1935; Moorman’s Periodieke Pers
NV.).
O’erdruk
uit
Spoor- en Tramwegen.
MAANDCIJFERS.

PRODUCTIE DER STEENKOLEN-, BRD IN.
KOLEN- EN ZOUTMIJ’NEN

(Gegevens verstrekt
door den Hoofdingenieur der mijnen.,

1. Gezamenlijke Steenkolenmijnen.

Apr.
Jan./Apr.

1

Jan./Apr.
1935 1935 1934

Prod. Steenkolen in tonnen
984.318
3.877.543 4.072.959
Aantal normalewerkdagen
.
23
1
)1
91
104

Bruinkolenmijn ,,Carisborg”.

Netto.productie in tonnen..

29.929

54.810
Aantal normale werkdagen

25

64

74

Zoutmijnen. (Kon. Ned. Zoutindustrie te Boekelo.)

Afgeleverd:
Geraff

zout …….. (ton))
Industriezout

……

5.356 22.491

}
}

5.9882)
Afvalzout ……….(
Aantal normale werkdagen
25
101
262)

Gezamenl.
Bruin-
Aantal arbeiders.
Steenkolen-
olenmijn
haristiorg”
~
_

Zoutmijnen
mijnen
_______

5
10.1498)4)

k’
93575
)
77
276
1

?,’lei

1935

…………….

1

Mei

1934

……………
/
10.5573)0)

21.133
5)

79

‘)Wilhelmina, Emma en Maurits; 22
Hendrik;
21
Domaniale mijn en Julia; 20 Laura en Willem-Sophia;
19
Oranje-Nassaumijn III; 18 Oranje-
Nassaumijnen 1, II en IV.
2)
Alleen Januari.
3)
Bovengronds.
4)
IncI.
1.931
arbeiders in de nevenbedrijven.
1)
Ondergronds.
6)
mcl. 2.001 arbei-
ders in de nevenbedrijven.

STATISTIEKEN.
BANKDISCONTO’S.

N&d
(Disc Wissels.
5

1 Juni’35
Lissabon

•…
5

13Dec.’34

Bk
Bel. Binn. Eif.
’35
541
Jieni
Londen ……
2
30Juni’32
Vrsch. in R.C.
541 Juni’35
Madrid ……

54 6
Nov.’34
Athene ……….
7

140ct.’38
N.-YorkF.R.B. 1,4
1 Feb.’34
Batavia ……….

443
Juni
’35
Oslo

……..

34
22Mei’33
Belgrado

……..
5
1 Febr. ’35
Parijs

……
6
28Mei ’35
Berlijn

……….
4
22 Sept.’32
Praag

……
3425 Jan.’38
Boekarest ……..

44
15Dec.’34
Pretoria

….
3415 Mei’33
‘Brussel ……….
2

16Mei’35
Rome ……..

34
25Mrt.’35
Budapest ……..
44
17 Oct.’32
Stockholm
..
24
1Dec.’33
Calcutta

……..
34
16Feb.’38
Tokio

. …
3.65

2 Juli’33
Dantzig

……..
8

1Mei
’35
Weenen ……

423Febr.’SS
Helsingfors ……
4

3 Dec.’34
Warschau….
5
26 Oct. ’33
Kopenhagen
….
24
1Dec.’33
Zwits.Nat.Bk. 24
3 Mei’35

OPEN MARKT.

1935

8
‘uni

3
1
8

27Mei!

2025


Juni

1Juni

Mei

1934

4/9
Juni
~
61

933

10
uni

1914

20)24
Juli

Amsterdam
Partic.disc.

71
31.5
2112-3118
31
1
3
14-2
3
1
/
s

8
/
le

Prolong.

381
4
.4
231
4
_311
4

2-314
1
2
2’14-’14
Londen
Dageld..
.
1
1..1
1
12_1
1
11’1
1
12-1
3
1-1
1
/4_1
I81

2
Part,c.disc.
9
116-
6
!8
°116

18
81_518
I,s-Is
Is”Iie
I16-
1
I3
4
1
14
8
14
Berlijn
Daggeld…

231
4
311
2

3_314 2
1
12-3
318

51I4
48’_551

MaandeId

2
3
14_3
1
18
234-3
2314-3
314-5I2

4
1
12-6

Part, disc.

3
3
3
314
3/8
2
1
18
112
Warenw.
..

4.61
4.1/
4

411
41/2
4.11
3


New York
Dageld
1)
l/
114
114
114
1 1 1
8
14-2
1
I,
Part,c.disc.
31
1
,
1

3
116-51,6
i16
‘/8

/16
!i6I4
518

t)
Koers
van 7 Juni en daaraan voorafgaande weken t/m. Vr dag.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York)
S)
S)
S)
S)
1)

4 Juni 1935
1.47′!
7.253
59.75
9.774 25.07
100(
5

,,

1935 1.48
7.32y
59.95
9.754
25.15
l00
6

,,

1935
1.481/
16

7.34
59.90
9.75
25.174
100k
7

,,

1935
1.47
5
/,
7.28k
59.85
9.764 25.074
100
8

,,

1935
1.471
7.25k
59.85
9.77
25.08
100h
10,,

1935-


– –

Laagste d.w
1
)
1.47h
7.25
59.65
9.734 25.05
99/8
Hoogste d.wl)
1.48j
7.36
60.-
9.784
25.35
100K
Muntpariteit
2.4878
12.1071
59.263
9.747
34.592
100

Data
srd
1
Weenen
Praag
Bo:ka-
Milaan
Madrid

4 Juni 1935
48.24

6.19
1.48
12.22
20.224
5

,,

1935
48.20

6.18
1.48
12.224
20.224
6

,,

1935
48.25

6.18
1.48
12.214
20.224
7

,,

1935
48.22

6.18
1.48
12.25
20.224
8

1935
48.25

6.18
1.48


10

1935-





Laagste d.wl)
48.12)
28.-
6.14
1.45
12.15
20.15
Hoogste d.w’)
48.30
28.10
6.21 1.50
12.274 20.30
Muntpariteit
1 48.003
35.007
7.3711.488
13.094
48.52

a a
D
t
St ock-
Kopen-
SO /
o
t
1-fel-
Buenos-
Mon- holm
S)

hagen5)
jO!i
Aires’)
treal’)

4
Juni 1935
37.45
32.424
36.50
TY
39
1.47
5
1
8

5

,,

1935
37.75
32.70
36.80
3.24
39 y
4

1.48
6

,,

1935
37.90 32.80 36.90 3.24
,
38;
1.48
7

,,

1935
37.55
32.524
36.60
3.23
39 y
4

1.48
• 8

1935
37.45
32.45
36.50
3.21
39
1.47h
10

1935





– –
Laagste d.w’)
37.20
32.15
36.20
3.174
38
1.47
Hoogste d.wl)
38.10
33.-
37.10
3.26
1

3934
1.48k
Muntpariteit
66.671
66.671
66.671
6.266
9584
2.4878
*
1
Noteerina te
Amsteraam.
*5)

Not, te
Rotterdam.
1) Part.
opeave.
‘In ‘t lsïe of 2de No. van’ iedere maand komt een oveizicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen
wisselkoersen.

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

Da
a
Londen
($
per £)
Parijs
(8 p. 100ƒr.)
1
($
Berlijn
p. 100 Mk.)
Amsterdam
(S p. 100 gId.)

4 Juni

1935
4,96k
6,58′
8

40,45 67,60
5

,,

1935
4,95y
4
.
6,58
3
18
40,42w
67,57
6

,,

1935
4,94w
6,60
40,58
67.72
7

1935
4,925
6,62k
40,60
67,90
8

,,

1935
4,923,
‘,623
40,54 67,80
10

,,

1935
4,92’1,
6,66/4
40,56
67,87

11 Juni

1934
5,0611
8

6,62
38,65
68,04
tstuntpariteit..
4,86 3.908/,
23.81/4
408116

STATISTISCH OVERZICH1

GRANEN EN ZADEN
TUINBOTJWARTIKELEN
VLEESCH

TARWE
80 K.G. La
ROGGE
MAIS
GERST
64165 K.G.
LIJNZAAD
(8Ujflfl)
RUND- VLEESCH
VARKENS-
Plata loco
Rotterdam!

74 K.G. Bahia
Blanca loco
La Plata
loco
La Platal
loco Rotter-
La Plata
.
loco
BLOEM-

KASKOM-
.SALADE
(versch)
VLEESCH
(versch) Amsterdam
R’damlA’dam
R’damiA’dam
dam/A’darii
1’damI’dam
KOOL

KOMMERS
le Soort 5)
Ge mv. 3 kw.
per 100 K.G.
per

®
K.G.
per 100 K.G.
per 2000 K.G.
per 2000 K.G.
per 1960 K.G.
le soort

le soort
P. 100 st.
5)’

P.

St. 5)

p. 100 Krop
per
oo
K.G.
Rotterdam
__

Rotterdam

1925
f1.
17,20
°o
100,0
f1.
13,075
0
/s
100,0
II.
231,50
100,0
t.
236,00
100,0
6.
462,50
T
100,0
f
%
7•
010
i7l
7
010
f
.
01,

1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4 360,50
77,9



1927
14,75
85,8
12,475
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4
1928
1929 13,475
12,25
78,3 71,2
13,15 10,875
100,6
83,2 226,00 204,00
97,7
88,1
228,50
179,75
96,8
76,2
363,00
419,25
78,5
90,6
26,47 26,32
100,0
99,4
23,08
100,0
5,83
100,0
1 93,-
100,-

77,50 100,-
1930
9,676
56,3
6,225
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
16,32
61,7
23,83
18,28 103,3
79,2
7,60
3,51
130,3
60,21
96,40
108,-
103,7
116,1
93,125 72,90
120,2 94,1
1931
1932
5,55
5,225
32,3
30,4 4.55
4,625 34,8 35,4
84,50
77,25
36,5
33,4
107,25
100,75
45,4 42,7
187,00 137,00
40,4 29,6
18,49
16,71
69,9
63,1
16,89
73,2
4,33
74,3
88,-
94,6
48,-
61,9
1933
5,02
5

29,2
3,55
27,2
68,50
29,6
70,00
30,0
148.00
‘32,0
14,47
54,7
11,87
9,96 51,4 43,2
3,57
1,86
61,2
31,9
61,-
52,-
65,6 55,9
37,50 49,50
48,4
63,9
1934
3,67
5

21,4
3,325 25,4
70,75 30,6 75,75
32,1
142,50
30,8
11,72
44,3 8,78 38,0
2,52
43,2
61,50
66,1
46,65 60,2
an.

1933
ebr.

,,
4,95
4,775
28,8 27,8
3,75
3,7C
28,7
28,3 73,00
71,00 31,5
30,7
75,25 74,75
31,9
31,7
136,50 130,25
29,5
28,2

———————-

50,50 54,3
44,75
57,7
Maart

,,
5,05
29,4
3,82
5

29,3
73,50
31,7
76,25 32,3
130,50
28,2
49,25 46,50
53,0 50,0

58,1
59,4
April

,,
‘Mei
5,15
5,40
29,9
31,4
3,75
3,775
28,7 28,9
72,75
70,50
31,4
30,5 71,25
73,25
30,2 31,0
129,50 146,75
28,0
31,7
14,62
14,32
55,2
54,1
13,59
58,9

———————

3,27
.

56,1
49,50
53,2
48,25
62,3
Juni

,,
5,25
30,5
3,55
27,2
66,00
28,5
75,75
32,1
163,25

35.3
10,74
5,56
46,5
24,1
1,51
0,81
25,9
13,9
52,25
51,25
56,2
55,1
49,-
48,-
63,2 61,9
uh

Aug.

,,
5,825
5,30
33,9
30,8
3,85
3,55
29,4
27,2 64,25 61,25
27,8 26,5
78,00 67,75
33,1
28,7
176,25
161,50
38,1
34,9 49,25 53,0 48,50
626
Sept.

,,
Oct.
4,95
28,8 3,475
26,6
6100
26,3
65,25
27,6 159,00
34,4
49,-
50,25 52,7 54,0 49,25
54,-
635
69,7
,,
Nov.

,,
4,40
4,55
25,6 26,5
3,-
2,95
22,9
22,6
60,25 74,50
26,0 32,2.
63,50 60,00
27,0
25,4
141,25 147,25
30,5 31,8

——————
——————

56,25
60,5
54,25
70,0
Dec.

,,
4,57
26,6
3,30
25,3
73,50
31,7
59,25
25,1
154,50
33,4
– –

——————-

•-

59,50
60,75
64,0 65,3 54,375
53,50
70,2
69,0
kan.

1934
ebr.,,
4,75
3,40
27,6
19,8
3,10
2,775
23,7
21,2
65,25 65,25 28,2 28,2 58,00 58,50
24,6 24,8
144,25 133,00
31,2 28,8

——————–

62,50
67,2
53,75 69,4
Maart

,,
3,25
18,9
2,72
5

20,8
70,75
30,6
58,75
24,9
132,00
28,5

——————–
———————
——————–

63,-
61,75
67,7
66,4
53,50
50,50
69,0 65,2
April

,,
Mei

,
3,20
3,32
5

18,6 19,2
2,705
2,87 6
20,7
21,9 70,50
62,00
30,5 26,8
56,75 63,00
24,0
26,7
136,50 154,50
29,5 33,4
h7,03
12,77
64,3
48,2
12,20

——————–

52,9
4,61
79,1
63,50
68,3 49,125 63,4

j
Uni

,
3,676
21,4
3,175
24,3
65,00
28,1
74,75
31,7
156,50
33,8
5,35
20,2
11,20
2,93

——————

48,5
12,7
2,09
0,85
35,8
14,6
65,75 63,25
70,7
68,0
47,50
43,75
61,3
56,5
uh

,,
Aug.
3,80
4,375
22,t
25,4
3,30
4,275
25,3
32,7
71,50 83,25
30,9
36,0
78,75 93,50
33,4
39,6
151,25 159,25
32,7 34,4
-.

——————

63,-
.

67,7 44,62
5

57,6
Sept.

,,
Oct.
4,-
3,50
23,3
20,3
4,15 3,70
31,7 28,3
77,25
33,4
93,25 39,5
145,50
31,5
63,95
63,55 68,8 68,3 43,30
42,625
55,9 55,0
,,
Nov.

,,
3,50
20,3
3,45
26,4
69,50
71,25 30,0 30,8
93,50 89,25 39,6
37,8
135,25
127,75
29,2
27,6
60,70
53,75
65,3
57,8
42,125
54,4
Dec.

,,
3,45
20,1
3,55
27,2
76,25 32,9
91,00
38,6
134,00
29,0

——————

53,15
57,2
44,50
44,65
57,4
57,6
Jan.

1935,
Febr.

,,
3,30 3,20
19,2
18,6
3,52
3,375
27,0 25,8
74,25
68,00
32,1
29,4
89,25 71,25
37,8
30,2
137,25
124,25
29,7
26,9

————————
——————

———————– ———————–

53,625
57,7
45,625
58,9
Maart

,,
3,20
18,6
3,076
23,5
67,75
29,3
64,00
27,1
120,50
26,1











—-













—-


51,90 51,40 55,8 55,3
47,55 51,20
61,4
66,1
April

,,
Mei
4,075
4,05
23,7 23,5
2,95
2,90
22,6 22,2
70,75 59,90
30,6 25,9
66,75 67,25
28,0
28,5
125,00 125,50
27,0
27,1
lO,8l
8,98
40,8 33,9
11.21
7,14

———————
———————-
———————-
48,6 3,27
56,1
51,925
55,8 50,25
64,8
3 Juni

,,
1
4,-
23,3
3,-
22,9
57,00
24,6
72,00
30,5
126,00
27,2
5,20
19,6 3,71
30,9
16,1
2,46
1,36
42,2
23,3
50,80
50,_
6

54,6 53,8
48,50
46,-
6
)
62,6
59,4
4,10 23,8
2,95
22,6
59,00
25,5
74,00
31,4
126,00
27,2
3,90
14,7
1,53
6,6
1,-
17,2
l
ji
IvleII
zie
vuur ue
Iuellcnslng op uezen staat ae nos. van S, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No.2. van Jan. 1931 tot
16 Dec. 1929 tot 26 Mei 19307415 K.G. Hongaarsche vanaf 26Mei1930 tot 23 Mei 1932 74 K.G. Zuid-Russische van 23 Mei 1932 tot 2 Oct. 1933 No. 2 Canada.
4)
Tot
Canada. Van 19 Sept.’32 tot24Juli ‘3362/63 K.G. Z.-Russ. S)De jaargemiddelden zijn berekend uit de gemiddelde prijzen van April,Mei en Juni van het betreffende jaar.

Vervolg STATISTISCH OVERZICHT

MINERALEN
:

TEXTIELGOEDEREN


DIVERSEN
STEENKOLEN
Westfaalsche/
PETROLEUM

BENZINE
.
KATOEN
.
WOL
WOL

Hollandsche
bunkerkolen,
Mid. Contin.
Crude
Gulf exp

gekamde
Australische,
gekamde
Australische,
KOE- HUIDEN
KALK-
SALPETER
_________
t
_________

ongezeefd f,o,b.
33 t/m 33.90
Bé g.
g.
64/66e
$cts. per
Middling locoprijzen
F. G. F.
Sakella-
G F. No. 1
Merino, 64’s Av.
loco Bradford
CrossbredColo-
nial Carded,
Gaaf, open
kop
GId. per
100 K.G.
R’dam/A’dam
per 1000 K.G.
per barrel
U.S. gahlon
New-York
j

rides
Oomra Liverpool
per Ib.
50’s Av. loco
57-61 pnd.
netto
per Ib.
Liverpool
Bradfordper Ib.

1925
10,80
100,0
-..-
i

1.68
oiii
100,0
$ets.
14,86
Ç
100,-
$cts.
23,25
1
10
100,0
jie
29,27
100,-
pence
9,35
0
10
100,-
pence
55,00
100,0
pence
29,50
100,0
jj
34,70
100,0
_j_
12,-
100,0 1926
1927
17,90
11,25
165,7 104,2
,

1.89
1.30
112,5
77,4
13,65 14,86
91,9
100,-
17,55
17,50 75,5 75,3
16,24
1678
55,5 57,3 6,30
7,27 67,4 77,8
47,25
85,9
24,75
83,9
28,46
82,0
11,61
96,8
1928
10,10
93,5
,
1.20
71,4
9,98
67,2
2OOO
86,0
l921
65,6
7,51
80,4 48,50 51,50
88,2 93,6
26,50 30,50
89,8
103,4
40,43 47,58
116,5
137,1
11,48 11,48
95,7 95,7
1929
1930 11,40 11,35
105,6
105,1

1.23 1.12
.73,2
66,7
10,-
8,77 67,3 59,0
19,15 13,55
82,4 58,3
17,05
12,-
58,2 6,59
70,5
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
1931
10,05
93,1
0.58 34,5
5,04
33,9
8,60
37,0
7,33
41,0 25,0 3,92 3,08
41,9 33,0 26,75 21,50
48,6
39,1
16,25 12,00
55,1
40,7
25,36
18,65
73,1
‘53,7
9,84
8,61
82,0 71,8
1932
1933
8,00 7,00
74,1
64,8
0.81
0.45
48,2
4,50
30,3
6,45
27,7
5,21
17,8
3,11
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
11,15
32,1
6,15
51,3
1934
6,20
57,4 0.63
26,8
37,5
3,61
2,88 24,3
19,4
6,75
7,35,
29,0 31,6
5,13 5,32
17,5
18,2
2,78
2,68
29,7 28,7
19,25
19,25
35,0
35,0
9,50
10,25
32,2 34,7
13,26 12,07
38,2
34,8
6,18
6,11
51,5 50,9
Jan.

1933
7,05
65,3 0.53
31,5
4,16
28,0
6,15
26,5
5,13
17,5
2,95 31,6
15,75
28,6
8,25 28,0
1150
33,1
6,30
52,6
ebr.,,
Maart

,,
7,20 7,25 66,7
67,1

0.38 0.38
22,6
22,6
3,97
3,87′
26,7
26,1
6,10
6,40
26,2
27,5
4,98
4,97
17,0 17,0
2,78
2,77
29,7
29,6
15,50 15,25
28,2
27,7
8,25 28,0
1038
29,9 6,40
53,3
April
7,25
671
0.37 22,0
3,67 24,7
6,65


28,6
5,18
l77
2,68 28,7
15,75
28,6
7,75 7,75 26,3 26,3
10,75 11,25
31,0
32,4
6,40
6,40 53,3
53,3
Mei
7,15
662
0.235
14,0
2,95
19,9
7,30
31,4
5,60
19
:
1

3,07
32,8
17,00
30,9
8,25
28,0
12,25
35,3
6,40
533
J
uni
uh
7,15
7,05
66,2
65,3
0.255
0.41
15,2
302 333
20,3
7,85
33,8
5,85 20,0
3,25 34,8
18,50
33,6
9,00 30,5
15,75
45,4
6,40 53.3
.,
Aug.

,
6,95
64,4
0.37 24,4
22,0
3,37 22,4
22,7 7,60 6,90
32,7
29,7
5,76 5,39
19,7
18,4
3,20
2,91
34,2
311
20,75 20,75 37,7
37,7
9,75
9,75
33,1
33,1
16,-
46,1
6,40 53,3
Sept.
Oct.
6,85 63,4
0.52 31,0
3,50 23,6
6,60
28,4
470
16,1
2,54
272
21,50
39,1
10,50
35,6
14,75
15,13
42,5
44,1
5,80 5,85 48,3 48,8

Nov.
6,60
6,75
61,1
62,5
0.66
0.66
39,3
39,3 4,04 3,72
27,2 25,0
6,40 6,25
27,5 26,9
455
4,63
15,5 15,8
2,48 2,39
26,5
25,6
20,75
23,75
37,7
43,2
10,75 12,00
36,4
40,7
14,50 13,38
41,8 38,6
5,90 5,95 49,2
49,6
Dec.
6,95
64,4
0.67
39,9
3,75
25,2
6,50
28,0
4,89
16,7
2,38
25,5
25,00 45,5
13,25
44,9
13,50
38,9
6,-
50,0
pn.

1934
br.
6,65 6,30
61,6
0.66
0.64
39,3
3,74
25,2
710
30,5 5,47
187
2,59
27,7
27,00
49,1
14,75
50,0
13,-
37,5
6,15 51,3
Maart
6,25
58,3

57,9
0.63
38,1
37,5 3,25 3,05
21,9 20,5
750
7,40
32,3 31,8
5,64
5,50
193
18,8
2,68
2,76 28,7 29,5
23,75 23,25
43,2 42,3
12,75 11,75
43,2
13,-
37,5
6,20
51,7
April
6,30
58,3
0.62
36,9 2,79
6

18,8
6,95
.
29,9
5,37
18,3
2,50 26,7
23,00
41,8
11,50
39,8 39,0
12,
50

12,-
36,0 34,6
6,25 6,30
52,1
52,6
Mei
6,25
57,9 0.62 36,9 2,88
19,4
6,80
29,2 5,20
17,8
2,48 26,5
21,00
382
10,50
35,6
11,88
34,2
6,30
52,6
juni

,
juli
6.15
6,15
56,9 56,9 0.62 0.62 36,9 36,9 2,83
2,68
19,0 18,0
7,15
7,55
30,8
32,5
5,23
5,22
17,9 17,8
2,77 2,83
29,6 30,3
19,00
17,00
34,5 30,9
9,50 9,00
32,2 30,5
11,50
11,50
33,1 33,1
6,30 6,30
52.6′
52.6
Aug.

,,
Sept.
6,15
56,9
0.62 36,9 2,68
18,0
7,85
34,0
5,32
18,2
2,85 30,5
16,00
29,1
8,50 28,8
11,75
33.9
5,80 48,3
Oct.

,,
6,00
6,00
55,6 55,6
0.62 0.62
36,9 36,9
2,74 2,60
18,4 17,5
7,70 7,40
33,1
31,6
5,06
4,93
17,3
16,8 2,71
2,57
29,0
27,5
15,00 15,00
273
273
8,50
8,50 28,8
28,8
12,-
12,50
34,6 36,0
5,85 48,8
Nov.
Dec.
6,10
56,5
0.62
36,9
2,53
17,0
7,40 31,8
5,42
18,5. 2,67 28,6
15,00
27,3
8,75
29,7
12,-
34;6,
5,90 5,95 49,2
49,6
6,05 56,0
0.62
36,9
2,76
18,6
7,50
32,3
5,43
18,5
2,77
29,6
14,50
26,4
8,50
28,8
11,25
32,4
6,05
50,4
,
an.

1935
6,05
56,0 0.625
37,2
2,97
5

20,0 7,55 32,5
5,38
18,4
2,99 32,0

14,75
26,8
8,25
28,0
10,75
310
6,15 51,3
ebr.

,,
Maart
6,05
5,90
56,0 54,6
0.62
5

0.62
37,2
36,9
2,75 2,74
18,5
18,4
7,50
6,80
32,3
29,2
5,24
4,85
17,9 16,6
3,-
2,79
32,1
29,8
14,00 13,75
25,5 25,0 7,75 7,50
26,3
10,50
303
6,20
51,7
April
6,00
55,6
0.63
37,5
2,99
20,1
7,05
30,3
4,89
16,7
2,89
30,9
14,75
26,8
8,00
25,4
27,1
10,25 10,75
29,5 31,0
6,25 6,30
52,1
52,6
Mei
3
Juni
6,05
6,50
56,0
56,5 0.62 0.62
36,9 36,9
2,97
5

3,225
3
20,0
21,7
7,30
6,80
31,4 29,2
4,96
4,795) 16,9
16,4
3,07
2,95′) 32,8
31,6
16,00
16,25
6
)
29,1
29,5
8,50
288
288
11,75
33,9
6,30
52,6
6,05
56,0
0.622)
36,9
3,17
4

21,3
7,05
2
)
30,3
,
8,50
6)

6,30
6,30
52,6
52,6
Jaar- en maanugem.
arger. op

pence.
z
)
lu Juni.
3)
1
Juni.
4)
8 Juni.
5)
5 Juni.
6)
6 Juni.
7)
4 Juni.

.

..

,

LN
GROOTHANDELSPRIJZEN’)

ZUIVEL EN EIEREN
METALEN

BOTER
BOTER
Eirer
EIEREN KOPER
jOOD
TIN
Clid
GIETERIJ-
ZINK
GOUD
ZILVER
per K.G.
I-eff•
Alkmaar 0cm. not.
Standaard Loc
1.


Foundr
IJZER
Locoprijzen
cash
cash
Leeuwar-
Crisis
Fabrieks-
Eiermiln
Locoprilzen
Loner
No 3 t o
(Lux III) p.
Londen
Londen
Londen p
er
derComm.
Noteering
.

1
Centr.

kaas
ki.
m(merk
Roermond
p.
100 St.
Londen
per Eng.ton
per

ng.

0fl

ng. on
Mddlesb
erEn

ton
Eng. t.f.o.b.
Antwerpen
per
Eng.ton
per ounce
fine
Standard
Ounce
.
per5
0
K.G.
.
p
.

g.

f1.
O/
f1. f1.
%
f1.
0
10
£
°Io
£
.
0
1
0

5h.
O/
o

5h.
Oj
0
10
sh.
0
10
pence
°Io
1925
2,31
100,0

56,-
100,0
9,18

100,0
62116
100,0 36.816
100,0
261.171-
100,0
73(-
100,0
67/-
100,-
36.316
100,-
85/6

100,-
32’18
100,0
1926
1,98
85,7

43,15
77,1
8,15

88,8
58.11-
93,5
31.116
85,3
290.1716
‘111,1
866
118,5
6818
102,5 34.216
94,3
851-
99,5
28’116 89,3
1927
2,03 87,9

43,30
77;3
7,96

86,7 55.141-
89,7
24.41-
66,4
290.4/-
110,8
73J-

100,0
6416
96,3
28.10/-
78,8
85/-
99,5
261
83,3
.

1928
2,11
91,3

48,05
85,8
7,99

87,0
63.161-
102,8
21.11-
57,8 227.51-
86,8
661-
90,4
6218
93,5
25.516
69,9
85!-
99,5
26
1
116
81,’
1929
2,05
88,7

45,40
81,1 8,11

88,3
75141-
121,9
23.5

63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6
24.1716
68,8
85!-

99,5
24
7
116
76,2
1930 1,66
71,9

38,45
68,7
6,72

73,2
54.131-
88,0
18.116

49,6
142.51-
‘54,3
671-
91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
85!-

99,5
17
1
31
1
6
55,4
1931
1,34
58,0

31,30
56,9
5,35

58,3
36.5/-
58,4
12.11-
33,1
110.11-
42,0
551-
75,3
4716
70,9
11.1016
31,9
9216

108,2
1318
41,6
1932
0,94 40,7

22,70
40,5
4,14

45,1
22.171-
36,8 8.121- 23,6
97.2/-
37,1
42f-
57,5
37!-

55,2
9.16-
27,1
1181-

138,0
12/
40,1
1933
0,61
26,4
0,96
20,20
36,1
3,71

40,4
22.216
35.6
7.1716
21,6
131181-

50,1
411-
56,2
351-
52,2
10.1216
29,4
124173(4 145,8
12
3
1
385
1934
0,45
19,5
1,-
18,70
33,4 3,45

37,6
18.1416
30,2
6.1516
18,6
141.1916
54,2
.
401-
54,8
33J7
50,1
8.91-
23,4
1371731

161,0
13
1
116
40,7

Lfl.

’33
0,73
31,6
0,89
21,75 38,8 4,27

46,7
19•171-
32,0
7.8e-

2,3
100.116
I
4016
55,5
3416
51,5
9.191-
27,5
12218

143,5
IIUj

354
ebr. ,,
0,65
28,1
0,91
20,60
36,8
435

47,4
20.3!-
32,5
7•7!-

20,2
104.716
.39,9
43/-
58,9
34!-
50,7 9•151- 27,0
12015

140,8
11″/16 37,2
rt.

,,
0,53
22,9
0,99
19,40
34,6
2,80

30,5
20•-(6
32,3
7.101-
206
104.1813
40,1
43!-
58,9
3417
51,6
10.71
28,6
12015

140,8
121116
38,7
pr.
0,54•
23,4
1,-
18,55
33,1
2,075

22,6
20.1116
33,1
7.1216
20,9
109•171-
42,0
43!-

58,9
3516
53,0
10.816
28,8
12011

140,4
12
13
116
39,9
ei

,,
0,52
22,5
1,-
21,80
38,9
2,49

27,1
23.616
37,6
8.61-
22,9
128•17J6
49,2
4116
56,8
3616
54,5 10.131-
,4
12316

144,4
13′
41,2
mi

,,
0,52
22,5
1,-
23,50
42,0 2,50

27,2
25.71-
40,8
94
1

25,3
151•101-
57,9
42/-
57,5
371- 55,2
11•1216
32,1
122134

143,0
13
1
(
41,2
iii

•,
0,55 23,8
1,-
18,50
33,0 2,60

28,3
25.161- 41,6
9.21-
25,0
148.116
56,5
4116
56,8
35f-

52,2
12.11- 33,3
123110* 144,9
1211
38,7
ug.

,,
0,63
27,3
1,-
18,90
33,8
3,5fl 38,9
2451-
39,1
8.416
226
145.31-
55,4
411-
56,2
35f-

52,2
11.7/-
31,4
125110

147,2
12
37,4
pt.

,,
0,66 28,6
0,95
18,40
32,9
3,91

42,6
22.1616
36,8
7.161-
214
140.1716
53,8
3916 54,1 3416
51,5
10.1816
30,2
130111

153,1
11
1
51,6
37,2
ct.

,,
0,68
29,4
0,90
19,45
34,7
4,68

51,0
22.1j-
35,5
7•141-
21,1
145.51-
55,5
3916 54,1 3416
51,5
10.13j-
29,4
13111

153,3
11
7
/8
37,0
0v.

,,
0,65
28,1
0,90
20,80
37,1
5,80

63,2
20•616
32,7
7.1316
21,1
150.9(6
57,5
401-
54,8
3416
51,5
9.1916
27,6
138(54

150,1
12
1
14
38,1
ec.


0,60 26,0
1,-
20,40
36,4
5,475

59,6
21.11- 33,9
7.121-
20,9
153.8/-
58,6
4016
55,5
36!-
53,7
9.191-
27,5
12612

147,6
12
9
(1
39,1

Jan.’34
0,50
21,6
1,-
20,40
36,4
5,05

55,0
21.71-
34,4
7.71-
20,2 148.31-
‘56,8
3916 54,1
36/-
53,7
9.121-
26,5
12916

151,5
12
3
14
39,7
Feb.,,
0,47 20,3
1,-
21,55
38,5
3,68

40,1
20.916
33,0
7.41-
19,8
140.131-
53,7
3916 54,1 3615
54,4
9.-/6
24,9
13711

160,3
12
1
1%
38,9
Mrt.,,
0,44
19,0
1,
19,90
35,5
2,71

29,5
20•31-
32,5
7316
19,7
144.1516
55,3
4016
55,5
3513
52,6
9.21-
25,2
13618

159,8
12
5
/8
39,3
Apr.,,
0,42
18,2
1,-
17,20
30,7
2,72

29,6
20•1416
33,4
7•416
19,8
150.10/6
57,5
4116
56,8
34/2
51,0
9•716
25,9
15511*

158,0
12
1
/le
38,7
0,41
17,7
1,-
16,05
28,7 2,54

27,7
20.4!-
32,5
6.16f6
18,7
144.1916

55,4
40/6
55,5
32(9
48,9
9.2/-
25,2 136f3

159,4
12’116
37,5
Juni.
10,40
0,41
17,7
1,-
19,40
34,6
2,74′

39,9
19.1816
32,1
6.141-
18,4
140.1J-
53,5
4016
55,5
3119
47,4
8.161-
24,3
137184

161,1
12
1
14
38,1
Juli
17,3
1,-
21,50
38,4
2,81

30,6
18.111-
29,9
6•1416
18,5
142.91-
.540
4016
55,5
3214
48,2
8.61-
22,9
137111

161,4
12/
39,7
Aug..
0,43
18,6
1,-
20,90
37,3
3,32e

36,2
17.61-
27,9
6.14(-
18,4
139•716
53,2
401-
54,8
3216
48,5
8.716
23,2
13816

162,0
13
40,5
Sept..
0,43
18,6
1,-
18,125
32,4
3,31

35,1
16.101- 26,6
6•516 17,2
13717f-
52,6
3916
54,1
3216
48,5
7.171-
21,7
1411-

164,9
13119
40,9
Oct. ,,
0,43
18,6
1,-
17,37
6

31,0
3,95

43,0
16.31-
26,0
6.61-
17,3
137.1916
52,7
3916
54,1
3216
48,5
7.71-

20,3
141110

165,9
14
43,6
Nov.
0,47
20,3
1,-
17,-
30,4 4,525

49,3
16.1116
26,7
6.81-
17,6
139.81- 53,2
40!-
54,8
3216
48,5
7•7!6
20,4
13916*

163,2
14
7
/8
46,3
Dec.
0,54
23,4 0,95
15,12
27,0 4,07

44,3
16.161-
27,1
6.61-
17,3
137.816
52,5
3916 54,1
3411
50,9
7.416
20,0
140164

164,4
14
11
116
45,7

Jan. 35
0,58
25,1
0,90
1495
26,7
3,12
5

34,0 16.191-
27,3
6.51-
17,2
138.111-
52,9
3916
54,1 3416
51,5
7.616
20,4
141110

165,9 1414
45,9
Feb. ,,
0,52
22,5
0,95
14,375
25,7
3,20

34,9
16.41-
26,1
6.41-
17,0
136.81-
52,1
3916
54,1 3416
51,5
7.316
19,8
142J8

166,9
10j16
46,1
.
Mrt.,,
0,37
16,0 1,02
13,30
23,8
2,74

29,8
16.8!-
25,4
6.716
17,5
124.516
47,5
381-
52,1 3319
50,4
7.-!-
19,4
14715

172,4
I5I4
49,0
Apr..
0,37
16,0
1,08
11,50
20,5
2,315

25,2
18.81-
29,6
7.516 20,0
131.-16
50,0
38(6
52,7
3316
50,0
7.1lj-
20,9
14415

168,9
l8ij6
56,6
Mei ,,
0,34
14,7
.1,10.
11,85
21,2
2,38

26,0
20.-(-
32,2
8.616
22,9
135.516
51,7
39/-
53,4
3316
50,0
8.1516
24,3
14213

166,4
20
62,3
1Juni
O,38)
16,5
1,10
12,25
8

21,9
2,40

26,2
19.216
30,8
8.91-
23,2
136,19f-
52,31
3916
54,1
1
3316
50,0
8.51-
22,8
1421-

166,1
120
1
18
62,6
,,

,,
2,40

26,2
19.11-
30,7
9.416
25,3
134.21-
51,2
3916
54,1
3316
50,0
9.416
25,5
141(10

165,9
19
15
116
62,1
Sept. 1932
79
K.G.
La Plata;
van
26 Sept.
1932 tot 5
Febr. 1934
Manitoba
No.
2
8)

Tot Jan.
1928
Western;
vanaf
Jan.
1928
tot 16
Dec. 1929
American
No.
2, van
1.

1928
Malting;
van
Jan, 1928
tot
9 Febr.
1931 American
No.
2, van
9 Febr.
1931
tot 23
Mei 1932
6415
K.G.
Zuid-Russische.
Van
23
Mei-19
Sept.
1932
No. 3
1 Juni.
7)
6 Juni.
8)
7 Juni.

N
GROOTHANDELSPRIJZEN.

BOUWMATERIALEN

KOLONIALE PRODUCTEN

VURENI-IOUT
STEENEN
CACAO
COPRA
KOFFIE
RUBBER’)

SUIKER
THEE


INDEXCIJFER

basis 7″ t
0
b
Zwedenl


binnenmuur

buitenmuur
G.F. Accra
Ned._Ind.
Standaard Ribbed Smoked

____________

KolO-
Orond-

nlale
er’ard
4.672 M.
‘an
per

per
per
1000
stuks

1000
stuks
per
50 K.G. c.i.f.
Nederland
per
lOO
}.G.
Amsterdam Rotterdam
per
‘h
K.G.
Iociien

R’damlA’dam
per
100
K.O.
Java- en Suma
tratheep.’f2K.G.
stoffen
d.;n
per Ib.

f
‘Is
f
‘lo
1
0
19
ah.
°Io
f,.
‘Vs
cts.


Sh.
‘to
f1.
°Jo
cts.
1925
159,75
100
15,50

100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,87
5

100,0
61,375
100,0
2111,625
100,0
18,75
100,0
84,5
100,0
100.0
100.0
1926
153,50
96,1
15,75

101,6 19,50 102,6
49f-
115,3
34,-
94,8
55,375
90,2
21-
67,4
17,50
93,3
94,25
111,5
06.0
102.6
1927
160,50 100,5 14,50
93,5
18,50
97,4
681-
160,0
32,62$
90,9
46,875
76,4
1j6,375
51,6
19,12′
102,0
82,75
97,9
87.5
109.1
1928
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
57f3
134,9
31,87′
88,9
49,625
80,9
-f10,75
30,2
15,85
84,5
75,25
89,1
84.0
07.4
1929
146,00
91,4
14,-.
90,3
21,25
111,8
45110
107,9
27,37′
76,3
50,75
82,7
-f10,25
28,8
13,-
69,3
69,25
82,0
81.9
85.5
1930
141,50
88,6
12,50
80,6
20,75
109,2 34/11
82,2
22,626
63,1
32
52,1
-f5,975
16,5
9,60
51,2
60,75
71,8
66.0
64.3
1931
110,75
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,37′
42,9
25,


40,7
-13 8,4
8,-
42,7
42,50 50,3
48.8 46.6
1932
69,00
43,2 9,25
59,7
15,-
78,9
1916
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-11,75
4,9
6,32′
33,7
28,25
33,4
36.1
88.0
1933
73,50
45,0
10,-
64,5
12,75
67,1
1514
36,0 9,30 25,9
21,10
34,2
-12,25
6,3
5,525
29,5
32,75
38,7
35.2 34.1
1934
76,50
47,9 8,50
54,8
10,50
55,3
1316
31,8 6,90
19,2 16,80
27,4 -13,875
10,9
4,075
21,7
40
47,3
34.4
32.1

ti.

’33
70,00
43,8 9,25
59,7
13,50
71,1
1616
38,8
11,50
32,1
24
39,1
-11,625
4,6
5,37′
28,7
25
29,6
33.2
34.1
ebr.
,.
70,00 43,8 9,25
59,7
13,-
68,4
15(9
37,1
10,62
5

29,6
23,75
38,7 -11,5 4,2
5,60
29,9
26,75
31,7
32.1
34.4
rt.

,
70,00
43,8 9,50
61,3
12,25
64,5
16/3
38,2
10,376
28,9
23,50 38,3 -11,5
4,2
6,-
32,0
26,25
31,1
32.4
34.9
pr.
70,00
43$
9,75
62,6
12,75
67,1
1515
36,3 9,50 26,5
23,50 38,3
-1
1,625
4,6
6,07′
32,4
27,50
32,5
32.8 34.9
ei
70,00
43,8 9,50
61,3
12,50
65,8
1616

38,8 9,50 26,5 23
37,5
-12
5,6
6,02
5
32,1
26,50
31,4
34.2
35.0
mi

,,
72,50 45,4
10,-
64,5
13,-
68,4
18
1
1
42,6
10,-
27,9
22,50
36,6

1
2,375 6,7
6,35
33,9
31
35,7
37.2
37.5
til

,,
75,00
46,9
10,25
66,1
13,-
68,4
1718
41,6
9,475

26,4 22,50
36,6
-12,625
7,4
5,92
5

31,6
33,50
39,6
38.2 37.4 ug.

,,
75,00
46,9
10,50
67,7
13,-
68,4
1615
38,6 8,75
24,4
20,75
33,8
-12,6
2
5
7,4 5,27
6

28,1
35,25
41,7
36.5
35.8
pt.

80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
1415
33,9
8,25
23,0
19,75
32,2
-/2,5
7,0
5,375

28,7
36,75 43,5
36.7 34.6
ct.

,,
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50.
65,8
1217
29,6
7,62
6

21,3
17,75
28,8
-f2,625
7,4
4,90
26,1
42,25 50,0
36.5 33.4
ov.

,
75,00
46,9
10,-
64,5
12,50
65,8
12
1
6
29,4
8,

22,3
16,25
26,5
-12,75
-“7,7
4,65 24,8 40,50 47,9
88.4
32.1
ee.

,,
75,00 46,9
10,75
69,4
12,50
65,8
1115
26.9
7,975

22,2
16 26,1
-12,875
8,1
4,75
25,3
41
48,5
31.1
31.3
t
Jan.’34
75,00
46,9
10,75
69,4
12,75
67,1

12110

30,2 7,45 20,8
16,50
26,9 -12,875
8,1
4,95
26,4
45,50 53,8
38.9 33.8
1’eb.,

80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
14/5 33,9
7,25 20,2
17,25
28.1

/3
8,4
4,975
26,5
46,75 55,3
35.9
35.9
P4rt.,
80,00
50,1
9,75
62,6
12,-
63,2
14/1
33,1
7,-
19,5 17,75
28,9
-13,25
9,1
4,525
24,1
45,50 53,8
35.7
35.2
Apr.,
80,00
50,1
9,75
62,6
12,-
53,2
1414
33,7
6,55
18,3
17,75
28,9 -13,625
10,2
425
22,7
44,25
52,4
35.6 34.5
Mei
,
80,00
50,1
9,25
59,7 11,25
59,2
1512
35,7
6,72
5

18,7
17
27,7
-14
11,2
4,15
22,1
42,75 50,6
35.1
34.3
77,50
48,5
8,-
51,6
10,-
52,6
15(4
36,1
7,-
19,5
17
27,7
-(4
11,2
4,20
22,4
41,-
48,5
34.5 38.8

J

uni,
uIl,
77,50
48,5
7,50
48,4
10,-
52,6
13
1
11
32,7
6,92
5

19,3
16,75
27,3
-/4,375
12,3
3,975
21,2
40,50 47,9
34.1
32.2
ug.,
75,50 47,3 7,25
46,8
9,50
50,0
12
1
10
30,2 6,87
5

19,2
16,50
26,9
-14,5
12,6
3,975

21,2
39,75 47,0
33.9 31.4
Sept.,
73,50
46,0
7,-
45,2 8,75
46,1
1215
29,2 6,65
18,5
16,50
26,9
-14,5
12,6
3,725
19,9
33,50 39,6
33.1
29.5
Oct.,
73.00
45,7
7,-
45,2
8,75
46,1
11/7
27,3 6,70
18,7
16,50
26,9
-/4,125
11,6
3,525
18,8
32,75
38,8
32.7
27.8
Nov.,
73,00
45,7
7,-
45,2 8,75
46,1
12/3
28,8
6,62
6
18,5

.
16 26,1
-13,875
10,9
3,15
16$
33
39,1
32.7 21.8
Dec.,
73,00
45,7
7,-
45,2 8,75
46,1
1218
29,8
7,175 20,0
16
26,1
-(3,875
10,9
3,375

18,0
34,50
40,8
32.7 28.6

Jan.’35
66,00
41,3
7,25
46,8 8,50
44,7
1411
33,1
8,775
24,5
16
26,1
-13,875

10,9
3,50
18,7
33,75
39,9
32.9
29.5
Feb.,,
66,00
41,3
6,75
43,5
8,25
43,4
14(2
33,3
9,375

26,1
15,625
25,5
-13,75
10,5
3,45
18,4
32
37,9
32.4 28.9
Mrt.
,
59,00
36,9.
7,-
45,2
8.25
43,4
1313
31,2 8,575 23,9
14,625
23,8
-/3,25 9,1
3,55
18,9
29
34,3
30.9 27.4
Apr.,
60,00
37,6
7,-
45,2
8,25 43,4
13/6 31,8 9,15
25,6
14,50
23,6

1
3,375
9,5
4,15
22,1
31,25
37,0
32.1
28.5
Mei

57,50
36,0
13/4 31,4
9,50
26,5
14,125
23,0 -13,4375
9,6
4,20 22,4 32,75
38,8
33.3 28.6
Juni,
57,50
36,0
13131)
31,2 9,50 26,5
14
22,8
-13,5625
10,0
4,126 22,0
30
6
)
35,5
33.2
28.9
57,50
36,0
1
9,50 1
26,5
14

li
22,8

1
-13,625


10,2
4,

1
21,3 1
1

33.5
27.7
1. Alle Pondennoteeringen vanaf 21 Sept. ‘BI zijn op geudbasis omgerekend; de Dollarnoteeringen vanaf 20April ’33
zijn
In verhouding van de depreciatle
_den Dollar t.o.v. den Gulden verlaagd.

11

522

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

12 Juni 1935

KOF.1tSEN
TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
25Mei
1935
1Juni
1935
3/8
Juni
1935
LaagsteHoogsie
81uni
1935

Alexandrië..
Piast. p..
97%
973<
97e,,
9751
s

97
Athene
Dr.
p.g

520
517
512 517
512
Bangkok….
Sh. p.tical
111011
8

111011
8

111011,
111011
8

1
1
101
18
Budapest

• .
Pen. p.
£
16%
1651
8

1634 1611,
16%
BuenosAiresi
p.pesop.g
18.90 18.70 18.60 18.80
18.70
Calcutta ….
Sh. p. rup.
1/6 /8
116118

1163132

116
5
1,
3

11611
8

Constantin.,
Piast.p.g
612 610
605
615
605
Hongkong ..
5h. p.
$
2/5%
2/521
t
,
2/3%
215%
214s1
16

Kobe

…….
Sh. p. yen
11211,
11211
8

112i1
1

11251
16

11211,
Lissabon ….
Escu. p.
£
110
11011
0

10971
8

11021
8

1101I
8

Mexico

….
$per
17
17
17
18/4
17%
Montevideo’)
d.perc
19% 19% 19%
20
19%
Montreal

..
$
per
£
4.94%
4.9231
4.91
4.96 4.91%
Riod.Janeiro3
d. per Mii.
2 51,
2
23
1
32

281,
6

2%
2′
8

Shanghai

. .
Sh. p. tael
11851,
6

1/821
8

1/71,
1
1
1
8%
117151
6

Singapore •.
id. p.
$
2/411,
6

2
1
/41/,
214
2/41/,
214u1
6

Valparaisod).
$per
118 119 118
119
118
Warschau ..
Zi. p.
£
26%
26s1,
25%
1
26/4
26
2)
Offic.
not. 15
laten. eem.
not.. welke
imonrtpi,rs
hehhen
te
hefsien.
10
Mei
10.4;

(J
Mei lb.9; 4Juni 16.99; 7Juni17..
1)
Offic. not. vanaf 24
Mei 3918;

28

Mei 395/3; 30 Mei
393/4;
31 Mei 39
3
1;’1 Juni
393/4;
3Juni
3971
;
5Juni
3931;
7Juni 393/
4
. 3) Id.

II Mrt. 414.
4)
90 dg. Vanaf 28 Aug.
laatste

export” noteering.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS’)
Londen’)
4 Juni 1935., 32/4
N.Yorkl)
72%

4 Juni 1935….
Londen
141111
5

,,

1935,

3311
16

72/4

5

,,

1935….
141121
6

,,

1935..

32%
72%

6

,,

1935….
140f7
7

,,

1935..

3211/,,
72%

7

,,

1935….
141/ij
8

,,

1935.

3211/,, 72/4

8

,,

1935….
141110
10

,,

1935..

7818

10

,,

1935….

11 Juni 1934..

19161
t0

45

11 Juni 1934….
137191
27 Juli

1914..

24181
1
,
59

27 Juli

1914….
84110%
1)
In pence p.oz.stand.
2)
Foreign Bilver In $c. p.oz. line.
3)
In ah.
p.oz.fine
STAND VAN ‘s RIJKS
KAS.
Vorderingen.
1

31Mei1935
1

7Juni1935
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
derlandsche

Bank ………………

/

4.300.080,35
Saldo b. d.
Bank
voor Ned.
Gemeenten
/

422.882,21
355.357,76
Voorschotten

op

ultimo

April

1935
ajd. gemeent. verstr. op a. haar uit te
keeren
hoofd,, der pers. bel., aand. in
de hoofds. der
grondbel.
en dergem.
fondsbel., alsmede
opc. op die belas-
tIngen
en op de
vermogensbelasting
1.924.439,87 1.924.439,87

…..

141.364.498,44
147.511.I05,26
Id. aan Suriname …………………
11.828.510,49
,,

12.042.278,90
Id. aan Curaçao ………………….
,,

1.817.444,07

1.747.960,22
Kasvord. weg. credletverst. alh.
bultenl
,, 119.467.781,18
,, 119.113.862,51

Voorschotten
aan
Ned.-lndl

…………

Daggeldleeningen tegen onderpand
Saldo der

Rijkscomptabelen
postrek.v.

….


34.797.155,35

..


37.008.512,43
Vord.ophetAlg.Burg.Pensioenfonds’)
8.503.776,31
,,
5.388.826,02
,,

46.510.021,62
48.800.021,62
Vord. op andere
Staatsbedrijven
1)
….
Verstr. t. laste der Rijksbegr.
kasgeld-
leeningen
aan
gemeenten
(saldo)
32.422.921,60
,
33.057.683,35

Voorschot door De Ned.
Bank
ingev.
art.. 16 van haar octrooi

verstrekt
/

11.068.727,75
Schatkistbiljetten
In Omloop ………
412.581.000,-
/406.417.000,-
Schatkistpromessen
in omloop …….
44.380.000,-
67.530.000,-
Zilverbons in omloop ….. . ……….
,,

1.237.569,-
Schuld op ultimo April 1935 aan de

..

gem. weg. a. h. uit te keeren hoofd,. d.

..

pers. bel., aand. 1. d. hoofd,. d.
grondb.

..1.238.928,-
.

e. d. gem. fondsb. alsm. opc. op die

.

bel, en op de verm. bel ………….
.’
– –
Schuld aan het Alg. Burg.
Pensloenf.’)
Id.

h. Staatsbedr.

-.
a.

der P.T. en
T.1)
0.927.475.20
,,

719.477,32
,,

99.953.764,14
,

819.569,47
Id. aan andere
Staatsbedrijven’)
……
Id. aan diverse Instellingen 1)

18.412.938,52
118.410.100,61
1) In
rekg.-crt. met
‘s Rijks
Schatkist.
..

NEDERLANDSCI

1-IND!SCHE
VLOTTENDE
SCHULD.

1

1
Juni 1935
1

8Juni 135
Vorderingen:
Saldo
Javssche
Bank ……………..
/

7.744.000,-
f

6.055.000,-
Saldo
b.
d.
Postchèque- en
Girodienst
»

685.000,-
804.000,-
Betaalmiddelen’in ‘s
Lands kas
– –
Verplichtingen:
Voorschot ‘sRijks kase. a.
Rijksinsteli.
,,
146.178.000,-

.

,
144.702.000,-
Schatkistpromessen ………………
750.000,-
750.000,-

Muntbiljetten in omloop ……………-
Schuld
aan het Ned.-lnd.
Muntfonds

..
.
9.000,-
,,

69.000,-
Idem aan de Ned.-Ind.
Postspaarbank
,,

357.000,-
,,

546.000,-
Voor8chot van de Java’sche
Bank
– –
SURINAAMSCHE
BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Metaal
Circu-
oApenpsecrheb.
schulden
Discont.
.
Dlv. reke-
ningen’)

27 April

1935..
801
1.198
‘395
610
1.724
20

1935..
780
977 421
610 1.709
13

1935..
781
1.038
333 599 1.740
6

1935..
781
1.136 395
600
1.754
30 i’elaart 1935..
780 1.224 362
601
11759

5
Juli

1914..
645
1.100
560
735 396
..uItp. Un, .tr,v II.

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 11 .Juni 1935.

Activa.
Binnénl. Wis-1
Hfdbk.
f
34.346.197,89
sels, Prom., Bijbnk.
,,
1.666.975,75
enz.in

disc.(Ag.sch.
,,
3.169.005,72

f

39.182.179,36
Papier o. h. Buiten!. in disconto
……

Idem eigen portef.

f
785.725,-
Af:
Verkochtmaar voor
de
bk.nognietafge!.

785.725,……
‘1
Beleeningen
Hfdbk.
f
112.408.635,492)
md.
vrsch.
in rek.-crt.

Bijbnk. ,,

{

10.685.724,04

op onderp.

Ag.sch. ,,
52.185.501,54

f
175.279.861,07
Op
Effecten ……
f
169.022.949,14
1)
Op
Goederen en Spec.
,,
6.256.9,11,93

175.279.861,071)
Voorschotten a. h. Rijk
—————-



Munt, Goud
…..,
f
113.593.77,0,-
&[untmat., Goud
.,

504.729.107,16

f

618.322.877,16
Munt, Zilver, enz.

20.937.875,50
Muntmat., Zilver,


px
Belegging van kapitaal, reserves en pen-
639.260.752,662)

sioenfonds

……………………,,
39.580.749,18
Gebouwen en Meub. der Bank
……..,,
4.600.000,-
Diverse
rekeningen
………………,,
3.138.139,27
Staatd. Nederi. (Wetv. 27/5/’32,
S.
No. 221)
,,
15.486.148,55

f
917.313.555,09
Paasiva,
Kapitaal ……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds
……………………,,
4.049.884,01
Bijzondere reserve

………………,,
5.675.000,-
Pensioenfonds

………………. …,,
9.976.155,50
Bankbiljetten in omloop …………..

,,
832.628.810,_
Bankassignatiën in omloop
……….,,
436.475,12
Rek.-Cour.
1
Het Rijk-f

3.045.946,82
saldo’s:

1,,
Anderen

,,41.185.120,58
44.231.067,40
Di
verse rekeningen
………………,,
316.163,06
f
917.313.555,09

Beschikbaar metaalsaldo

………….
f
288.861.158,13
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is
722.152.895,-
Schatkistpapier, rechtstreeks bij de Bank
ondergebracht

………………..,,

1)
Waarvan aan
Nederlandsch-lndië
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsblad No. 99) ……..
/
73.789.100,-
‘)

Waarvan

in

het
buitenland ……………………
,,

2.203.584,60

Voornaamste posten in
duizenden
Lyuldens.

Goud
Andere
Beschlkb.
Dek-
Data
Circulatie
opelschb.
Metaal-
kin
ga
Munt
1
Munt maf
.
schulden
saldo
perc.

11
Juni ’35
113594
504.729 832.629
44.668
288.861
73
3

,,

’35
113594
507.659 858.925
44.603
281.546
71
25 Juli

’14
65.703
96.410
310.437 6.198
43.521
54
Totaal
Schatkist-‘
Belee
Papler
Diverse
Data
bedrag
promessen

n_n
g
en

op
het
reke-
1

discon to’s _rechtstreeks
_
buitenl.
nin gen
1
)

11
Juni 1935
39.182

175.280
786
3.138
3

,,

1935
38.651

197.651
786
8.712
25 Juli

1914
67.947

61.686
20.188
509
,UUÇ, UC •CtIV.
JAVASCHE BANK.

Data
Goud
Zilver
Circulafle
opelschb.
metaal-
schulden
saldo

8Juni’35
2
)

131.200 177.160 29.640
48.480
1

,,

1352
)

130.860 173.570
32.530
48.420

11
Mei 1935
110.479
1

26.743
175.944 32.748 53.746
4

,,

1935
110.479
27.015
175.227
32.958 54.220

25 Juli 1914
22.057
31.907 110.172
12.634
4.842

Data
buiten
N.-Ind.
bef aalb.

1

Dis-
conto’s
1

Belee-
nin gen
1

Diverse
reke-
fin gen
1)
1

king’s-
percen_
tage

8Juni’35
5
)
1.170
74210
11.930
.63
1

,,

1352)
920
73.880
12.100
63

11
Mei1935
489 11.494
66
10.848
51.224
4

,,

1935
494
10.746
1
51.081
11.498
66

25 Juli1914
6.395
7.259 75.541
2.228
44
‘)
Sluitpost activa.
2)
Cijfers
telegrafisch
ontvangen.

Auteur