II APRIL 1917
Economi
. s
t
istische
Berichten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID. FINANCIËN EN VERKEER
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
2E JAARGANG
WOENSDAG 11 APRIL 1917
No. 67
INHOUD
BIz.
DE KOMENDE MELKVOORZIENING
………………….
ma
De Staat en de reserven der verzekeringsmaatschappijen 267
Invoerrechten op katoenen goederen in Britsch-Indië……267
Duitsche Bankconcentratie
……………………..269
Gegevens omtrent den economischen en socialen toestand
in Nederland gedurende 1916. II ………………
269
INGEZONDEN STUKKEN:
Bankdeposito of Prolongatie
………………….
270
REGEERINGSMAATREGELEN OP HANDELSCEBIED
…………271
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
……………….272-280
Geidkoersen.
Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.
Goederenhandel. Bankstaten.
Verkeerswezen.
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE
GESCHRIFTEN
WEEKBLAD
ECONOMIBCB-BTATIBTI2CRE
BERWIITEN
Het secretariaat van, het weekblad is gevestigd te
Rotterdam, Pieter de Hooghweg 12, telefoon no. 8000.
Bijdragen en mededeelingen, den inhoud betref-
fende, gelieve men te zenden aan het secretariaat.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland, f 10,—, buitenland en koloniën f 1e,-
per jaar. Losse nummers 25 cents.
Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het
weekblad gratis.
Advertentiën f 0,35 per regel. Plaatsing bij abonne-
ment volgens tarief.
–
Mededeelingen betreffende abonnementen en adver-
tentiën richte men tot Nijgh & van Ditmar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, Den Haag.
BERICHT.
Het secretariaat bericht, dat het zeer verplicht zal
zijn voor toezending van, nummers van den eersten
jaargang, op welicer behoud geen prijs wordt gesteld. De daarop komende frankeeringskosten zullen gaarne
worden vergoed.
10 APRIL 1917.
De toestand van de geldmarkt bleef ook deze week
ongewijzigd. Door de feestdagen was de omzet verder
ingekrompen, de aangeboden wissels vonden echter
gemakkelijk plaatsi’Ïig tot onveranderde koersen, welke
naar gelang van kwaliteit en looptijd wisselden tus-
schen 1 en 14 pOt.
Prolongatie noteerde 3 pOt.
boden. Alleen Parijs maakte een uitzondering op
t.
groote vraag voor Amerikaansche rekening.
Met prijzenswaardige snelheid is door de Regeering
een witboek openbaar gemaakt inzake d9 toelating van
oorlogsschepèn en bewapende vaartuigen van oorlog-
voerendn binnen het Nederlandsche rechtsgebied.
Be1angi.ij1< is de medegedeelde correspondentie inzake
de Princess Melita. De Regeering is er buiten twijfel
in geslaagd haar standpunt krachtig te motiveeren.
Rerroeping van een op goede gronden vastgestelden
neutraliteitsregel, zoo spoedig deze door den loop der
gebeurtenissen voor een der oorlogvoerenden alleen
, onvoordeelig blijkt, zou, gelijk in het schrijven aan
den Britschen gezant is uiteengezet, onbetwistbaar
het karakter van een begunstiging aannemen en als
zoodanig onvereenigbaar zijn met de onpartijdigheid,
die het wezen der onzijdigheid uitmaakt.
DE KOMENDE MELKVOORZIENING.
Men schrijft ons:
De toezegging der Regeering in de Tweede Kamer,
dat de voor de goedkoope le
v
ensmiddelenvoorziening
aangevraagde tachtig millioen gulden geen stelpost
vormen, doch een zuivere credietpost, die dus maar
niet willekeurig overschreden mag worden, dreigt oor-
zaak te worden, dat de bemoeienis der Regeering tea
aanzien van enkele levensmiddelen van omvang of van
1karakter zal moeten veranderen.
Immers, wanneer de
f
80.000.000 een fixum zijn,
moet elke verhooging van kosten van voorziening voor
het eene artikel teruggevonden worden in verlaging voor andere. Welnu: verhooging van kosten bestaat
er reeds ten aanzien van verschillende goederen. Bij
het opmaken der raming was aangenomen, dat tarwe-
ireel, waarvan het bruinbrood gebakken wordt, dat
voor 5 ct. de 4 ons verkrijgbaar is,
f
22,75 per 100 K.G.
zou kosten, het kost thans
f
26,40. Bij rijst was gere-
kend op een inkoopprjs van
f
28,25 en een verkoop-
prijs van
f
21,25; de verkoopprijs is behouden, doch de
inkoopprjs is al tot
f
32,50 opgeloopen. Men rekende,
dat op 6.000.000 H.L. aardappelen een toeslag van
f
1,10 per H.L. gegeven zou worden; de toeslag be-
draagt thans het dubbele, en naar het zich laat aan-
zien, zal ook de hoeveelheid, waarop de toeslag gege-
ven wordt, het aanvankelijk geraamde kwantum over-
treffen. De toeslagen op vet, gort, havermout zijn per
eenheid eveneens hooger dan aanvankelijk geraamd is,
terwijl ten slotte de omstandigheid, dat sommige ge-meenten artikelen tegen lager prijzen leveren dan de
Regeering in overweging heeft gegeven, oorzaak is,
dat wederom grooter nadeelige verschillen ontstaan
dan waaropgerekend was.
Al die verhoogingen zullen dus weer uitgespaard
moeten worden, iets wat uiteraard alleen mogelijk is
door op sommige goederen kleiner toeslagen te geven
dan oorspronkelijk in het
voornemen lag.
De Engelsche Bank verlaagde haar minimum dis-
contotarief van 5Y2 op 5 pOt. en is daarmede weder
op gelijke hoogte gekomen met de Bank van Frankrijk
en de Duitsche Rijksbank.
De wisseimarkt was wederom zeer flauw. De koer-
sen liepen sterk terug, vooral Zwitserland was aange-
266
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
Ii
April 1917
Nu ligt het in de reden, dat uitsparing op de abso-
luut onmisbare levensmiddelen niet zal kunnen ge-
1
schieden, omdat men dusdoende, goederen, die onder]
ieders bereik
moeten
vallen, buiten het bereik zou
1
brengen van de minst-gegoeden, die ze juist het slechts
kunnen ontberen. Als onmisbare levensmiddelen wij-
zen zich al van zelf aan het brood, het vet ende aard-
pelen, en daarnaast in tweede reeks de rijst en de
peulvruchten. Goederen, die ingevolge art. 1 der dis-
tributiewet worden aangewezen, en voor den arme
geen hoofdrol bij de voeding spelen, zijn vleesch en
visch, melk, boter, kaas en suiker – eene mogelijke
bezuiniging zal dus betrekking moeten hebben op
deze goederen. Bezuinigen op boter, kaas, suiker en
visch zal kwalijk kunnen geschieden, daar deze groep
in het geheel geen bijdrage van Regeeringswege eischt.
Resten dus het vleesch en de melk. Beide levensmid-
delen vragen momenteel van de Regeering aanzien-
lijke bedragen: het varkensvieesch vergt per jaar, be-t
halve
f
7.500.000 uit den éxport,
f
23.500.000 van Rijk
en Gemeenten, en de melk eischt van de overheid
f7.000.000 boven de
f
14.000:000, die de export ge-acht wordt te kunnen bijdragen.
Nu wil het geval, dat op varkensvleesch door bij
–
zondere omstandigheden vermoedelijk niets gespaard
zal kunnen worden. De hooge voederkosten zullen
waarschijnlijk nopen tot het bèsteden van hooger in-
koopprijzen, – zoodat het vleesch al vanzelf duurder
wordt, ook al behoudt men den huidigen toeslag van,
40 ets. per K.G. Daarxievens heeft men er mede tel
rekenen, dat de schaarschte aan veevoeder tot een in-
krimping van de mesterj moet leiden en bijgevolg de
export zal verminderen. Maar vermindering van ex-
port beteekent weer het wegvallen van de
f
7.500.000,
die de export voor de goedkoope levensmiddelen-voor-
ziening bijdraagt. Wil men het totaal van den toeslag
van de overheid voor de vleeschvoorziening de ge-
raamde
f
23.500.000 niet doen overschrijden, dan zal
dus een nieuwe prijsverhooging voor het vleesch moe]
ten optreden. Het spreekt na het voorgaande wel van
zelf, dat de Regeering, alvorens over te gaan tot in-
krimping van den vleeschtoeslag (wat een derde prijs-
verhooging zou beteekenen) eerst zal pogen op de melk
uit te sparen, wat redelijkerwijs uitgespaard kan wor-
den.
Er zijn aanwijzingen, dat dit laatste ook inderdaad
geschieden zal. Vooreerst heeft men. de toezegging van
minister Posthuma in de Tweede Kamer, dat voor
geval van noodzakelijke bezuiniging bezuinigd zou
worden op vleesch en melk. Daarnaast heeft men de
enquête van de Regeering naar het gebruik van melk
bij de verschillende klassen der bevolking, welke
enquête blijkbaar het bewijsmateriaal moet leveren,
dat de eigenlijke nielkdrinkers niet schuilen bij de
arbeidende klasse en den kleinen middenstand. En ten
derde is er de herleving van het instituut van goed-
koope melk voor zieken en kinderen, die voor hun be-staan-melk noodig hebben, welke herleving, indien zij
naast de thans geldende regeling van toeslag voor
allen behouden bleef, zou leiden tot vermeerdering
van kosten, terwijl vermindering gebodèn is De con-
clusie ligt dus voor de hand, dat het stelsel: toeslag
op melk voor allen op basis van 3 ct. per L., bestemd is
om eerlang op te doeken.
Allicht merkt iemand op: de toeslag van 3 ct. per L.
kan vanzelf verdwijnen, omdat binnenkort het vee in de
weide, komt, en de zomerproductjekosten van melk
zooveel lager zijn dan de winterkosten. Maar hierbij
wordt uit het oog verloren, dat de melkproductie den
afgeloopen winter’op zich zelf verliesbrengend was en
de boer dus dezen zomer in den dan te ontvangen prijs
een vergoeding zal moeten vinden voor het in de win:
termaanden geleden verlies. De kosten der ‘melkpro-
duetie over een geheeL jaar bedragen volgens bereke-
ning van den Bond ‘van Melkveehouders 12Y ct. per
L.; de Federatjeve Nationale Zuivelbond kwam tot
ruim 12 ct. en insgelijks de Zuivelconsulent voor Zuid-
Limburg. De veehouders ontvingen den afgeloopen
winter voor de melk aan de boerderij hoogstens 12/
et. en zij zullen dus ook dezen zomer ongeveer ca. 12 ct.
moeten ontvangen, zoo zij rond willen komen. Een
zomerprijs van 11 et. – die op zich zelf zeer wel moge-
lijk is – zou uitstel van executie beteekenen, omdat
dan de komende winterprijs weer zooveel hooger zou
•moeten worden en 14
t
15 ct. zou komen te bedragen:
in beide gevallen zou het Rijk over het geheele jaar
gerekend niets uitsparen.
En nu wordt het een raden, welken weg de Regee.
ring zal inslaan om uit de impasse te geraken. Voorop
staat, dat zij haar eigen bijdrage van f7.000.000, die
aanvankelijk is uitgetrokken, moet zien uit te winnen,
en het mooist zou het zijn, indien zij ,tevens in de
zomermaanden iets kon overhouden uit de bijdragen van den export, ten einde te kunnen beschikken over
een reserve, waaruit den komenden winter kan geput
worden.
De eenvoudigste weg zou zijn het publiek den kos-
tenden prijs voor de melk te doen ‘betalen, d.i. ca. 2 h
3 ct. per L. meer dan den vorigen zomer. De melk
kost dan in de groote steden 15 á 16 ct. per L. Onge-
twijfeld zou deze prijs veler draagkracht te boven gaan
en men zou dan ook al dadelijk moeten grijpen naar
het correctief om aan personen, voor wie melk onmis-
baar is; tegen verlaagden prijs te leveren. Die perso-
nen zijn in de eerste plaats de kinderen en de zieken..
Maar de kinderen beneden den leeftijd van 9 jaar
vormen reeds 25 pot: der bevolking en van zelf is dus
al uitgemaakt, dat volgens dit systeem reeds een zeer
belangrijk percentage der bevolking voor toeslag in aan-
merking komt. Althans in theorie. In de practijk toch zouden allicht zeer velen, ‘die melk tegen verlaagden
prijs kunnen bekomen, den kostenden prijs blijven be-
talen, omdat aan het verkrijgen van den toeslag aller-
lei formaliteiten verbonden zouden zijn, zooals het
aanvragen van melkkaarten, verklaringen van het be-
volkingsregister, -van den behandelenden geneesheer,
controle op de aflevering e. d. Bij toepassing van dit
stelsel zouden dan ook zeer waarschijnlijk de kosten
der melkvoorziening veel lager worden dan men aan-vankelijk geneigd is aan te nemen.
Een tweede wijze van besparing is de volle melk
tegen kostenden prijs te doen betalen, doch daarnaast een toeslag geven op ontroomdemelk. Deze heeft een
hooge voedingswaarde; de room zou men kunnen ver-
boteren en uit den export van boter gelden innen tot
dekking van den toeslag op de taptemelk. Deze rege-
ling heeft alles voor…, behalve dan, dat over het ge-
heel het publiek niet van taptemelk houdt, en bijge-
,volg de maatregel gevaar loopt aan impopulariteit te
bezwijken.
Een derde manier is het rantsoen
–
eeren van melk –
doch wie zou -daartoe willen overgaan, juist nu we den
tijd van de grootste melkproductie naderen?
Mogelijk zou het ook zijn de aanwijzing van melk
ingevolge art. 1 der Distributiewet te schrappen en op
grond van art. 8 dezer wet een regeling te treffen,
waarbij goedkoope melk beschikbaar werd gesteld voor
de minvermogenden. Dit systeem zou in uitwerking
iiiet zoo veel verschillen van dat, hetwelk in de eerste
plaats is genoemd. Het groote voordeel er van zou
zijn, dat men dan van den tdeslag’ van melk voor ‘t
platteland’voor een zeer aanzienlijk deel af zijn zou,
omdat daar de welvaart in de oorlogsjaren veel groo-
ter is dan in de steden en men dus de behoefte aan
goedkoope melk daar niet zoo vo.elt als in de groote
plaatsen. Dit motief klemt te meer; omdat de distribu-
tiekost op ‘t platteland zeer gering zijn en de melk
zonder toeslag er toch nog goedkooper zijn zou dan
mèt toeslag in de hoofdplaatsen.
1 –
– Langs anderen weg is hetzelfde effect te bereiken,
indien bepaald wordt, dat op melk een toeslag gegeven
wordt, zoodra de prijs voor het publiek een zekere
limiet overschrijdt. Ook hier wordt de toeslag dan
voornamelijk tot de groote plaatsen beperkt, waar de
melk altijd duur is geweest door de hooge kosten van
distributie.
11
11 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
267
En eindelijk is er nog deze oplossing, dat men den
lniidigen toeslag halveert en het publiek iets meer,
bv. 1 ct. per L. voor de melk laat betalen, in de ver-
wachting, dat men zich spoedig aan de geringe prijs-
verhooging zal aanpassen.
Het zou speculatief zijn vast te stellen, welk der
aangegeven methoden de voorkeur verdient; immers
over het effect er van valt slechts dan een goed oor-
deel te vormen, indien men beschikt over de gegevens,
die alleen aan de Regeering bekend kunnen zijn, en indien vaststaat, in hoeverre de te treffen maatregel
staat kan maken op de sympathie der gemeentebe-
sturen, die
bij
de uitvoering hunne medewerking zul-
len hebben te verleenen.
Op het huidige oogenblik is nog alleen dit zeker,
dat de kosten der voorziening van de noodzakelijkste
levensbehoeften niet gedoogen, dat het Rijk aan de
melkvoorziening die gelden ten koste legt, welke het
er aanvankelijk voor heeft uitgetrokken er er dus ver-
andering van stelsel
moet
komen.
DE STAAT EN DE RESER VEN DER
VERZEKERINGSMAATSCHAPPIJEN.
Een medewerker schrijft: Groote tijden, groote veranderingen. Staatsbemoei-
ing zich over een steeds grooter veld uitstrekke.nd!
Heeft de vrede eens een nieuw tijdperk ingeluid, dan
zullen veel dezer nieuwe takken van staatsbemoeiing
nog lang moeten stand houden.
In ons land reeds staatsbemoeiing met productie
en consumptie en dezer dagen publicatie van de ver-
rassende plannen tot monopoliseering van het geheele
levens- en b
r
andverzekeringsbedrijf door den Staat.
Eigenaardige speling van het noodlot! De Staat
door hooge crisisuitgaven op zoek naar nieuwe bron-
nen van inkomsten en daardoor tevens op weg een
dcr grootste geldgevers in den lande te worden! Dat verwezenlijking van de plannen van Minister Treub
naar veler oordeel voorshands weinig waarschijnlijk
is, behoeft niet te weerhouden op dit voorname, al dan
niet gewilde, gevolg met enkele woorden in te gaan.
Het doet inderdaad eenigszins eigenaardig aan, dat de Staat, in een tijdperk, dat hij zuchtend onder chro-
nisch geldgebrek zijne leeningen min of meer gedwon-
gen môet onderbrengen, terzeifdertijd plannen be-
raamt om groot geldgever te worden. En toch zou dit
een der gevolgen zijn van dit nieuwe monopolie.
Het in een hand veieenigde
v
erzekeringsbedrijf is
niet denkbaar zonder vereeniging der groote reserven
der verschillende maatschappijen en zonder handha-
ving van de groote liquide middelen, waarover deze
maatschappijen reeds nu beschikken. Door vereeniging
in eene hand mag wellicht op het laatste een weinig
bezuinigd worden, veel zal dit echter nimmer kunnen
zijn.
– Door dit alles worden geheel nieuwe perspectieven
voor den Staat geopend en wordt hem een macht ge-
schonken, welke diep in ons economisch leven kan
ingrijpen. Eene macht leeniger dan een door wet ge-
geven en daarom van te grooter invloed.
Door het instituut van de Rijkspostspaarbank bezit
de Staat reeds thans in zekere mate deze macht en
wordt deze gebruikt ter beïnvloeding van het hypo-
theekbankbedrijf. Zelfs was de Rijkspostspaarbank
als geldgever gedurende korten tijd lid der prolon.ga-
tievereeniging.
In vele opzichten kan zulk een invloed slechts heil-
zaam zijn. Onze wetten op de naamlooze vennoot-
schappen hebben zich niet aan de moderne toestanden
weten aan te passen, balanspublicatiën, inzicht in
interne verhoudingen laten dikwerf veel te wenschen
over. Wil in de toekomst de mogelijkheid bestaan, dat
een naamlooze vennootschap hare waarden bij het
staatsbedrijf ten onder brengt, dan zal zij zich iioeten
onderwerpen aan de bepalingen door de leiders van
dat bedrijf te stellen. Zulk een bedrijf kan onze indus-
trie steunen of wel kan het zich beperken tot steun
aan de fondsen vn openbare lichamen. Het kan bui-
tenlandsche fondsen helpen weren of belegging in het
buitenland bevorderen. Het kan de rentevoet ernstig
beïnvloeden, zooals reeds door den Staat geschied is
in het voorjaar 1915 bij de uitgifte der 5 pOt. Staats-
leening.
Aan zulk eene macht
zijn
echter niet te onderschat-
ten gevaren verbonden. Zij kan gebruikt worden tot
bereiking van politieke oogmerken en ook kan zij
dienen als middel voor het onderbrengen tegen billijke
voorwaarden van de dikwerf inproductieve leeningen
van openbare lichamen. Het laatste zoude niet alleen
eene
eenzijdige
belegging beteekenen van een groot
deel van ons nationaal vermogen, maar tevens een
achteruitgang in productieve kracht.
Mocht het dus ooit tot een verzekeringsmonopolie
hier te lande komen, dan kan het niet anders, of aan
de leiders van het staatsbedrijf wordt hiermede een
uitermate groote economische macht in handen gege-
ven. Kennis van en juist• inzicht in het practisch-
economische leven zal in hen even noodzakelijk zijn
als een groote mate van zelfstandigheid tegenover de
dikwerf wisselende regeeringen. Van hen zal afhangen
of het in uitzicht gestelde staatsbedrijf zich alleen zal
beperken tot-het afwerpen – voorzoover het daartoe
in staat zal blijken – van de gewenschte inkomsten
of dat ook hooger doeleinden daarmede bereikt zullen
kunnen worden.
Van de vele kanten, die het vraagstuk van het
staatsverzekeringsmonopolie heeft, is de hier bespro-
kene niet de minst belangrijke. Wordt de wetgever
hier te lande ooit voor het vraagstuk gesteld, dan zal hij ook dezen kant ernstig onder de oogen hebben te
zien en zich hebben af te vragen, of hij zich tot het
leggen van een zoodanige macht in handen van een
staatsorgaan kan verantwoord achten.
INVOERRECHTEN OP KATOENEN GOEDEREN
IN BRITSCH-INDIE.
Enkele weken geledeii werd bekend, dat het
Engeisch-Indische Gouvernement voornemens was de
inyoerrechten op katoenen goederen in Engelsch-Indië
te verhoogen. Het plan stönd, gelijk bleek, niet op
zich zelf. Britsch-Indië, juister gezegd het Britach-
Indische Gouvernement, waarvan het zwaartepunt
ten slotte te Londen ligt, bood aan in de oorlogskosten
van het moederland een bedrag yan 100 milhioen
£ sterling bij te dragen; in rente en aflossing van dit
bedrag moest worden voorzien en totde nieuwe mid-
delen behoorde het verhoogde recht. Dat het bericht
in Lancashire groote opschudding verwekte, laat zich begrijpen. Katoenen goederen staan onder de uitvoer-
producten van Engeland bovenaan. En van het ont-
zaglijk bedrag van £ 127.000.000 (1913) nam Indië
niet minder dan £ 37.240.000 tot zich.
De voorgenomen’ verhooging was bovendien niet
zonder beteekenis. De bestaande regeling, die van 1895 dateerde en toenmaals niet zonder heftig meeningsver-
schil was’ tot stand gekomen, hield in, dat van alle in-
gevoerde katoenen goederen een invoerrecht van 31%
pOt. van de waarde werd geheven.
Tegelijk
werden
echter de in Indië zelf vervaardigde goederen met een accijns van gelijke hoogte belast, zoodat van bescher-ming geen sprake was. Eerder waren zelfs de Indische
fabrieken ietwat in het nadeel, doordat zij over ver-
schillTede van elders betrokken hulpstoffen apart
invoerrecht moesten betalen, terwijl
zij
bovendien den
last hadden dien accijnsheffing aan de bron steeds
voor de betrokken bedrijven medebrengt. Besloten was
thans het recht op
71%
pOt. te brengen, terwijl de
accijns op het inlandsche fabrikaat onveranderd bleef.
Beteekende deze verhooging van- het recht met 4 pOt.
voor de Indische schatkist een belangrijke vermeer-
dering van inkomen, voor de ‘Indische fabrieken, die
in de laatste tien jaren een snellen groei hadden ge-
toond enook in den oorlog goede jaren hadden gehad,
was -zij een belangrijke bevoorrechting. De normale
268
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
11 April 1917
verhouding van kapitalisatie en omzet tot grondslag
genomen, beteekende een recht van 4 pOt., naar van
de zijde der tegenstanders werd beweerd, toch een
bonus van meer dan 25 pOt. over-het kapitaal. De be-
langhebbenden in het katoendistrict, de Kamers van
Koophandel, van welke die te Manchester zich na
haren geruchtmakenden afval van het vrijhandels-
beginsel in het afgeloopen jaar – zie blz. 230, no. 16 –
thans in een ietwat eineuze positie bevond, deden
zich hooren. Een indrukwekkende deputatie, waaria
naast deze kamers en parlementsleden uit het district,
verschillende werkgevers en arbeidersorganisaties ver-
tegenwoordigd waren, begaf zich naar den staatssecre-
taris voor Indië, A. Ohamberlain, en naar dn eersten
minister en dezen oordeelden het geraden een beslis-
sing van het Parlement uit te lokken. Aangezien het
twijfelachtig was of dit met de vraag te maken had,
geschiedde zulks in den vorm van een motie van dank
aan de Indische regeering voor het aanbod der oorlogs-
bijdrage.
De behandeling in het parlement had plaats op
14 Maart j.l. Ohamberlain, die als voorsteller der
motie het debat inleidde, stond op enkele puntèn sterk.
Zoo waar hij er op wees, dat, wat thans geschiedde,
niet anders was dan nog slechts een gedeeltelijke op-
heffing van de afwijkende positie, die katoénen goe-
deren in het algemeen stelsel van het Indisch tarief
innamen. Het Indisch tarief toch was gebaseerd op
een a]gemeen recht op fabrikaten van
71%
pOt., zonder
dat daartegenover van eenige inlandsche industrie,
behalve de textielindustrie,
accijnzen
geheven wer-
den. Alleen voor katoenen goederen was tengevolge
van den machtigen invloed, die van de belanghebben-
den bij de katoenindustrie van Lancashire op vroegere
liberale regeeringen placht uit tegaan, dit beginsel
doorbroken. Thans werd voorgesteld het invoerrecht
op het algemeen niveau te brengen. Tot afschaffing
van den Indischen accijns werd echter, ook om fiskale
redenen, niet overgegaan. Ook nog in ander opzicht
werden door den staatssecretaris merkwaardige mede-
deelingen gedaan. De export van Engelsche katoenen
goederen naar Britsch-Indië kan rondweg in drie
gelijke deelen worden verdeeld. Een, deel zijn stuk-
goederen, een tweede deel gekleurde stoffen, de rest
ongekleurd (grey goods). Alleen ten opzichte-van de laatste bestond zekere concurrentie en dan nog maav
voor een zeer klein deel, aangezien Indië uitsluitend
zeer grove qualiteiten produceerde, die van den Engel-
schen uitvoer slechts een gering deel uitmaakten.
Ohamberlain achtte zich zelfs gerechtigd tot de uit-
sp.raak, dat slechts 2 pOt. van dan Engelschen invoer
geacht kan worden met de inlandsehe industrie in
concurrentie te staan.
Van de
zijde
der tegenstanders werd dit laatste niet
ontkend, al werd het genoemde percentage te laag
geacht. De vrees werd bovendien uitgesproken, dat
de nieuwe bescherming de Indische industrie zou
prikkelen zich ook op betere soorten toe te leggen, al
moest toegegeven worden, dat dit in hoofdzaak een
vraag van skilled labour was, hetgeen bij de bestaande
en met recht gelaakte arbeidstoestanden in de Indi-
sche textielindustrie, spoedige verfijning van het pro-
duct niet waarschijnlijk maakte. Hun hoofdbezwaar
was echter gericht tegen het feit, dat thans, nu de be-
teekenjs van den Engelschen export ook voor de beta-
lingsbalans van het land grooter is dan ooit en dc
regeering zelve, door in alle richtingen dezen export
te bevorderen, zich hiervan doordrongen toont, zij tege-
lijk een maatregel neemt, die aan Engeland’s voor-
naamste exportindustrie, die toch reeds door haar
groote behoefte aan handenarbeid thans voor zulke
moeilijkheden staat, nieuwe lasten oplegt. Een maat-
regel bovendien, die lijnrecht indruischt tegen het be-
gisel van nauwere economische aaneensluiting vah
de deelen van het Britsche rijk, een beginsel, juist
door deze regeering zoo op den voorgrond gesteld.
Ten slotte meende men, en bij deze opvatting sloot de
leider der oppositie, de voormalige eerste minister
Asquith, zich aan, dat, waar het de bedoeling is na
den oorlog de handelspolitieke verhoudingen tusschen
de verschillende deden van het Bi’itsche rijk in haai’
geheel, onder de oogen te zien, het onjuist was thans
.reeds op een onderdeel, waarbij de belangen van het
moederland in die mate hetrokken’zijn, op die regeling
vooruit te loopen. De eerste minister, Lloyd George
gaf hierop de verzekering, dat de verhooging van,het
recht, welke -thans met het edelmoedig aanbod der
kolonie samenhing, op de later te maken regelingen
niet praejudicjëerde en niet zou verhinderen, dat ook
deze vraag daarbij weder ter sprake kon worden ge-
bracht. Een stemming volgde, waarbij het regeerings-
standpunt een zeer groote méerderheid behaalde.
Wie van dit alles in bijzonderheden kennis neemt,
is geneigd achter het geheel een groot vraagteeken to
zetten, een vraagteeken, dat ook door de overvloedige
dag- en weekbladbeschouwingen, die aan de parlemen-
taire behandeling zijn voorafgegaan of er op volgden,
niet wordt weggenomen.
Alle beroep op ,,India’s gallantry” en de ,,free and
generous gift of the people of India” verklaart niet,
waarom op dit oogenblik aan een speciale Indische
industrie een niet onbelangrijke bescherming moest
worden verleend, ten koste vermoedelijk van datzelfde
,,people of India”, op welks budget, gelijk in ons Indië,
het katoenen kleedingstuk een zoo belangrijken post
vormt. Nog duisterder wordt een en ander door de
mededeeling van Ohamberlain, dat de Indische ka-
toennijverhejd slechts op een uiterst klein gebied met
den Engelschen import in concurrentie staat. Was er
dan niet alles voor te zeggen geweest om tot aan het
einde van den oorlog in de verhouding van de Engel-
sche en de Indische katoennijverheid geen verandering
te brengen en voor zooveel fiskale i’edenen een hooger
opbrengst
–
wenschelijk maakten, overeenkomstig het
compromisvoorstel van Lancashire èn het invoerreclit
èn dn
accijns
een verhooging te doen ondergaan, die
dan vermoedelijk voor beide lager had kunnen zijn dan
thans voor het recht alleen en dus misschien den Indi-
schen consument minder zou hebben’ gedrukt dan
thans? Dit alles ligt dermate voor de hand, dat men,
ziende dat de Engelsche regeering desniettemin niet
geschroomd heeft in dezen tijd van godsvrede een vooi
de Engelsche katoenindiistrie zoo belangrijk besl.uit te
nemen, zich afvraagt: wat moet dan wel de regeering
bewogen hebben, is er dan misschien een andere, niet
genoemde reden, waarom de Indische katoenin-dustrie plotseling bescherming noodig heeft, ecu
andere, nieuwe concurrent, die niet ‘als Engeland zih
op de betei’e qualiteiten toelegt, maar zich op het-
zelfde gebied beweegt als de Britsch-Indische katoen-
industrie, doch wiens naam men om een of andere
reden angstvallig vermeed te noemen? –
Het antwoord op deze vraag ligt voor de hand. Ook
zonder dat men te rade behoeft te gaan bij de beschou.-
wingen, die niet zonder eenig leedvermaak van Duit-
sche
zijde
aan het gebeuren worden gewijd, voelt men over dit alles de schaduw van Japan. En men verbaast
zich opnieuw over de discipline, welke in het schijn-
baar zoo ongedisciplineerde Britsche parlement
heerscht, zoô spoedig de groote internationale vraag-
stukken aan de orde komen: slechts Asquith heeft met
een enkel voorzichtig woord deze uiterst teere zijde
van het vraagstuk aangeroerd.
Inderdaad laten de berichten geen twijfel of de
3’apansche textielindustrie verkeert op het oogenblik
in een tijdperk van uiterst snellen groei, slechts ge
temperd door de moeilijkheden, verbonden-aan het ver-
krijgen van de voor de uitbreiding benoodigde machi-
nes. Niet alleen zal Japan na den oorlog in Ohina en
Nederlandsch-Indië voor de naar die landen expor-
teerende katoennijverheid een zeer ernstige concuri’ent
blijken te zijn geworden, ook de uitvoer naar Britsch-
Indië is sedert den oorlog zeer sterk stijgende. Een –
der laatste nummers van the Economist bracht in een
brief uit Yokohama enkele recente cijfer,s, die een
duidelijke taal spreken.
11
1 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
269
11
Jan.-Nov. ’13
Jan.-Nov.’16
Uitvoer uit Japan naar:
inC
in
China …………….12.890.900
17.107.100
Britsch-Indië
……..2.745.400
6.248.700
Uitvoer uit Japan van:
katoenen goederen
4.766.900
8.435.000
Een vergelijking met liet totaalbedrag van dan
Engelschen export van katoenen göederen naar
Britsch-Indië kunnen deze cijfers nog bij lange na
niet doorstaan. Veel meer dan hun absolute hoogte
wekt evenwel de snelle toeneming den prikkel tot
tegenweer.
DUITSOHE BANKCONCENTRA TIE.
In No. 60 – 21. Februari
I.I.
– maakten wij mel-
ding van de uitbreiding, die de Duitsche Bank door
overneming van de Schiesische Bankverein en de
Norddeutsche Creditanstalt in Königsberg aan hare
belangen in Oost-Dui.tschland had gegeven.
Op
de op
27 Maart gehouden jaarvergadering der Disconto- – Geseilschaft is thans mededeeling gedaan, dat ook
deze instelling door overneming van de Königsberger
Vereinsbank (10 millioen Mk. kapitaal) en de stich-
ting van eigen filialen in Danzig, Stettin en Posen
stappen in gelijke richting heeft gedaan. Tegelijker-
tijd is de Vereinsbank in Hamburg, de laatste der nog
zelfstandige grootere Hambirgsche bankinstellingen
tot de groep der Disconto-Gesellschaft toegetreden.
De Vereinsbank, een der girobanken, arbeidde met
een eigen kapitaal van 36 miljoen Mk.
Het op de jaarvergadering uitgebracht verslag doet
zien, dat ook de Disconto-Geseflschaft geen uitzonde-
ring maakt op den trouwens blijkbaar niet alleen
voor Duitschiand geldenden regel, dat voor bankinstel-
lingen 1916 een goed jaar is geweest. De netto winst,
die in 1912 en 1913
hij
een kapitaal van 200 millioen
ongeveer 24,5 xnillioen Mk. bedroeg, daalde in 1914,
in welk jaar de kapitaaisverhooging tot 300 millioen
viel, op 20,8 millioen, bedroeg in 1915 28,9 millioen en
is thans gestegen tot 35,6 millioen wat een terugkeer
tot een dividend var 10 pOt. mogelijk maakt.
GEGEVENS OMTRENT DEN ECONOMISCHEN
EN SOCIALEN TOESTAND IN NEDERLAND
GEDURENDE 1916,
H.
–
Spoorwegvervoer. De ontvangsten van de
Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, de
Hoilandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij, de Ne-
derlandsche Centraal Spoorweg-Maatschappij en de
Noordbrabantsch-Duitsche Spoorweg-Maatschappij be
liepen van Januari tot en met November (over de
maand l)ecember 1.916 werden nog niet alle opgaven
ontvangen) resp.:
1916
1915
1914
1913
f
46.809.447
f
41.226.310
f33.742.568
f36.792.216
,,35.030.319
30.924.337
,,25.666.699
,,28.858,741
3.532.021
,, 3.059.191
,, 2.372.350
,, 2.632.874
596.887
,,
658.020
,, 1.002.742
,, 1.204.613
en varen dus bij alle maatschappijen, behalve bij de
Noordbrabantseh-Duitsche Spoorweg-Maatschappij, ge-
durende genoemd tijdvak, in 1916 grooter dan in
1915, 1914 en 1913.
Van Januari tfm. Juli en van Augustus t/m. No-
vember der genoemde jaren waren de maandelijksche
gemiddelden als volgt:
1916
1915
1914
1913
Geniiddel11
4.104.589
f
3.597.674 f3.362.242 f3.223.968
j ,,3.101.072 ,,2.649.228 ,,2.609.429 ,,2.526.606
Jan. t/nh.
,, 309.059 ,, 255.308 ,, 237.249 ,, 229.998
Juli
52.714 ,,
58.996 ,, 105.942 ,, 102.365
1916
1915
1914
1913
Gemiddeld (f4.519.332 /4.010.648 f2.551.718 /3.556.111
Aug.t”°
,,3.330.704 ,,3.094.934 ,, 1.850.174 ,,2.793.125
342.151 ,, 318.009 ,, 177.902 ,, 255.722
Nov
.
56.973 ,,
61.262 ,,
65.288 ,, 122.015
In de opgaven over 1914 is niet begrepen het ver-
voer, dat sedert .1 Augustus plaats had in het belang
van den Staat (vervoer van militairen, geïnterneerden,
uitgewekenen).
A a n b e s t e d i n g e n. In 1916, 1915 en 1914 werd
tot de volgende bedragen aanbesteed door:
Particulieren
Spoorw.mijen
vereenigingen
1916
……..f25.202.445
f3.814.928
f10.021.854
1915 ……..,,14.466.867
,,3.746.501
,, 9.037.314
1914 ……….15.583.882
,,4.699.522
,, 7.260.819
Gemeente-
Rijks. en Polder.
Totaal der
besturen
besturen
a,inbestedingen
1916
……f14.762.424
f19.288.487
f
73.090.138
1915 ……..15.411.348
,, 12.885.252
,,55.547.282
1914 ……
,, 10.839.011
,, 12.009.542
,,50.392.776
Vergunningen tot oprichting en
uitbreiding van fabrieken en werk-
p 1
a a t s e n. Het aantal der ingevÖlge de Hinderwet
verleende vergunningen totoprichting en tot uitbrei-
ding van fabrieken en werkplaatsen, waarop tevens
de bepalingen der Veiligheidswet van toepassing zijn,
bedroeg:
in
in
in
in
1916
1915 1914 1913
vergunningen tot oprichting.. 1.596
978 1.298 1.589
uitbreiding.. 2.171 1.532 1.801 1.912
V66r en nk 1 Augustus der genoemde jaren waren
de
nsaarcdels.gksche gerniddelden als
volgt:
Oprichting
–
1916
1915
1914 .1913
Gemiddeld Januari
t/ru.
Juli .. 121
71
135
138
Augustus
t/ns.
Dec. . . 150
96
71
125
Uitbreiding
1916
1915
1914 1913
Gemiddeld Januari
t/ru.
Juli .. 178
111
175
160
,,.
Augustus
t/ru;
Dec… 185
151
115
159
De grootste aantallen vergunningen betroffen in
genoemde jaren de groep ,,hereiding van voedings-
en genotmiddelen”, n.l.:
in
in
in
in
1916 1915 1914 1913
Vergunningen tot oprichting ..
740
447
547
646
uitbreiding . . 1.039
667
759
750
Ongevalsaangiften. Het aantal ongevals-
aangiften beliep in:
1916 ……..87.529 of gemiddeld per werkdag 285
1915 ……..78.523
,,
,,
,,
,,
255
1914 ……..78.886
,,
,,
,,
,,
257
1913 ……..86.617 ,,
,,
,,
,,
282
V66r en nk 1 Augustus bedroeg het aantal aan-
giften
gemiddeld per maand
in:
1916
1915
1914
1913
Gemiddeld Januari t/ru. Juli .. 7.074 6.131 7.464 7.053
11
Aug. t/m. Dec…..7.602 7.121 5.328 7.449
P
r ij z e n. Stelt men de gemiddelde
prijzen
in 1893
van 29
verbruilesartilcelen
bij een 6-tal coöperatieve
winkelvereenigingen gelijk 100, dan zijn de verhou-
dingscijfers der prijzen van deze artikelen in. de jaren
1913, 1914, 1915 en 1916 resp. 114, 116, 142 en 167;
een prijsstijging dus sedert 1893 van resp. 14, 16, 42
en 67 pOt. Voor de afzonderlijke artikelen waren de
cijfers als volgt:
Boon en (bruine) …………
(witte) …………..
Erwten (capucijness) ……..
(grauwe) …………
(groene)
…………
Gort……………………
(boekweit) ……………
(haver) …………….
Kaas (Leidsehe) …………
11
(Zoetemelksehe) ……..
Koffie …………………..
Margarine ………………
1913
1914
1915
1916
154
157
175
232
166
176
200
259
150
161
178
194
125
139
157
177
157-
143
160
230
113
116
142
165
104
117
171
200
103
103
137
150
140
139
160
180
124
125
137
125
94
88
91
100
127
99
102
110
Saldo tegoed
Jaar
Inlagen
Terug-
per inlegger
betalingen
op ult°.
December
1916
..
f85.555.830,38
f72.800.492,351/2
f
116,58
1915
.
.
67.691.761,56 67.761.792,17
,,109,10
1914
.
.
74.311.364,16 78.498.106,46
,,107,69
12
1913
.
.
,, 8.815.370,80’12
,,84.262.691,91
,,108,78
V66r en
na 1 Augustus der jaren 1916,
1915, 1914
en
1913
waren
de
maandelijksche gensiddelden
als
volgt:
(.em. Jan. t/m. Juli1916
f
7.061.093,68
1
12 f6.261.395,83
1915
,, 5.295 .243,49
,,6,157.501,97 /2
1914
7:560.969,19
,,7.558.134,87
,,
1913
. ,,7.434.481,70
,, 7.109.433,46’h
Aug. t/ni. Dec. 1916
,,7.225.634,92
,, 5.794.144,30 ‘/
1915
,,6.125.011,42
1
/2
,,4.931.855,66
1
/2
1914
,,4.276.915,97
,,5.118.232,47 –
1913
,,6.954.799,78
,,6.899.331,53 ‘
Faillissementen
1)
Het aantal faillietver-
klaringen, na aftrek van de vernietigde faillissemen-
ten, bedroeg:
in 1916 – 861
Opgeh.
werden in 1916 227 faillissementen
,, 1915 1.243
1915 311
.
,, 1914 1,318
1914 318
1913 1.606
., 1913 387
V66r en nA 1 ‘Augustus der genoemde jaren waren
de
maan,delijksche gemiddeiden,
als volgt:
Faillietverklaringen
1916 1915 1914 1913
Gemiddeld Januari
tlm.
Juli .. . . 77 105 132 137
Augustust/m. December 64 101 78 129
Opgeh. faillissementen
1916 1915 1914 1913
Gemiddeld Jafivari
tim.
Juli……..18 22 31 31
Augustus t/m. December. . 20 33 20 34
De vermindering van het aantal faillissementen zal
hoogstwaarschijnlijk moeten worden toegeschreven aan
de wet van 4 September 1914 (Stbl. 444), houdende
bepalingen om den rechter de gelegenheid te geven
dadeli.jke uitwinning te voorkomen naar aanleiding
van geldelijke moeilijkheden tengevolge van de tegen-woordige buitengewone omstandigheden.
1)
De opgaven zijn ontleend aan de Staatscouraut; van
1916 zijn zij nagegaan tot en met Stct. No. 17 van 20 Januari
1917.
270
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
11 April 1917
1913
1914
1915
1916
Meel (roggebloeni) ……….85
81
115
130
(tarwebloem) ……….124
129
159
159
(boekweit) …………105
110
152
195
Olie (boter)
.
…………….94
97
130
149
(patent) …………….135
142
207
228
(raap) ………………136
137
192
214
Rijst
………………….16
116
128
137
Soda
………………….83
83
117
267
Stijfsel ………………….
103
107
130
157
St.roop ………………….100
100
125
161
Suiker (basterd) …………
89
91
105
115
11
(witte)
……………85
89
98
102
Thee ……………………
112
113
116
119
Vermicelli ………. .. ……121
128
203
207
Zeep (witte Bristol) ……..100
100
119
126
(zachte groene) ……..87
87
121
158
Zout ……………………
80
80
90
g
Stelt men de gemiddelde prijzen van een 4-tal
broodsoorten,
in het 2e halfjaar 1903 gelijk 100, dan
blijkt, dat de verhoudingscijfers der prijzen voor deze
artikelen in het le halfjaar 1914, het 2e halfjaar
1914, het le halfjaar 1915, het 2e halfjaar 1915 en
het le halfjaar 1.916 de vo]gende zijn: voor gebuild
tarwebrood (melkbrood) resp. 117, 126, 163, 1.65 en
167, “oor gebuild tarwebrood (waterbrood) resp. 123,
133, 181, 182 en 181, voor ongebuild tarwebrood resp.
133, 147, 178, 175 en 181 en voor roggebrood resp.
122, 139, 154, 160 en 165. De verhoudingscijfers voor
het 2e halfjaar van 1916 zijn nog niet bekend.
Rijkspostspaarbank. Onderstaande cijfers
geven een blik op de beleggingen enz. bij de Rijkspost
spaarbank.
INGEZONDEN STUKKEN.
BANKDEPOSITO OF PROLONGATIE.
Geachte Redactie,
In no. 55 werd door een medewerker een en ander
gezegd over de gewoonte van den Nederlander om gel-
den uit te zetten op prolongatie in plaats van die
deposito te plaatsen bij een solide bankinstelling. Se-
dert de crisis van 1914 is men hiermede wel wat voor-
zichtiger geworden, maar het feit, dat de hoogere
prolongatierente van enkele weken geleden, weder
verschillende particulieren heeft verlokt, er opnieuw
toe over te gaan, geeft mij aanleiding over dit onder-
werp nog eens een en ander op te merken.
In het algemeen is men in ons land z66 gewend, zijn
beschikbare geldmiddelen, ook de tijdelijke, zelf te be-
leggen, hetzij door er fondsen voor te koopen, hetzij
dat men die op prolongatie uitzet, dat een andere
wijze van belegging voor velen onaannemelijk schijnt.
Dat een belegging van tijdelijk beschikbare gelden
in effecten dikwijls verlies oplevert, omdat de rente-
winst wordt overtroffen door het koersverlies
bij
rea-
lisatie, wordt nog niet algemeen voldoende ingezien.
Voor zoover men dit echter wel inziet, volgt men bijna
uitsluitend de belegging door middel van prolongatie-
geld. Dat ook aan deze beleggingswijze beduidende
bezwaren verbonden zijn, heeft de crisis van
1914 bewezen; het buitengewoon snelle herstel van
onze Effectènmarkt, heeft .echter een groot deel van
ons publiek, die bezwaren doen vergeten. Deposito, de
voor deze gelden eigenlijk alleen passende belegging,
wordt bijna altijd voorbijgezien. De hoef dôoTzaak hier-
van is de zucht tot het maken van hooge rente. Dit is
ook de oorzaak geweest, dat de weinigen, die op depo-
sito plaatsen, slechte ervaringen hebben opgedaan.
Door het verlangen naar hooge rente was het
publiek niet altijd gelukkig in zijn keus van de
huizen, waaraan het zijn deposito’s toevertrouwde
en leed daardoor vaak ernstige verliezen. De eisch
van gereedheid tot dadeljke terugbetaling maakt
een hooge rentevergoeding onmogelijk. Waar die
hooge rente wel gegeven werd, liet de liquiditeit
van den Depositonemer . te wenschen over. Hooge
depositorente en soliditeit zijn nu eenmaal niet
zelden omgekeerd evenredig. Als het publiek echter
gaat beseffen, dat de geleden verliesen ‘t gevolg zijn
van de onoordeelkundige plaatsing van deposito’s, dan
is misschien verbetering te wachten.
In het belang van de Nederlandsche geidmarkt zou
dit zeer wenscheljk zijn. Want deposito’s zullen in het
vervolg, veel meer dan v66r den oorlog, noodig zijn
om het den banken mogelijk te maken; voor de finan-
ciering van import en export, in den vorm van rem-
bourscrediet, acceptatie, enz. te kunnen zorgen. Blij-ven wij op den ouden weg voortgaan, dan zal dat be-
drijf niet uitvoerbaar zijn en de gedurende den oorlog
verkregen positie in het wereidverkeer moet weer ver-
loren gaan.
Dubbel jammer zou dit zijn. Want onze prolongatie-
,,kwaal” heeft niet alleen tot nu toe, het financieren
van ons handelsverkeer in den weg gestaan, maar bo-
vendien de ongezonde speculatie bevorderd, die juist
door het overvloedige aanbod, tot zeer lage koersen
geld kon krijgen. En toch heeft speculatie geen goed-koop geld noodig. Bestaan er motieven voor gezonde
speculatie, dan is een koers van 4
t
6 pOt. niet te
hoog, en speelt die geidkoers geen rol tegeiover de te
verwachten winst. Daarentegen is het voor handel
import, export, van belang om tot gemakkelijke condi-
1 ties geld te kunnen opnemen.
Een groote verbetering ware te verkrijgen door een
1
radicale wijziging in de organisatie onzer beurs. Ii-
dien in plaats van z.g. contante handel een termijn-
handel met bijv: halfmaandelijksche afrekening kon – ontstaan, zooals dat voor aandeelen Nederl. Handel
Mij. reeds bestaat, zouden wij ongetwijfeld in de
goede richting komen. Het publiek vond niet meer de
11 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
271
gelegenheid de beschikbare gelden dagelijksop prolon-
gatie uit te zetten, de beurs had ook niet ieer zulke
bedragen noodig en wat ze noodig zou hebben, kwam op vaste tijdstippen voor en zou ook beter te voorzien
zijn. Bovendien – en dit is zeker een niet te verwer-
pen voordeel – het verschaffen van die gelden zou
meer in handen zijn van financiers, die het verstaan
het al of niet verkrijgbaar maken te vergemakkelijken
of te bemoeilijken en in overeenstemming te brengen
met de algemeene eischen van accomodatie. Dan zou
het niet zoo gemakkelijk meer kunnen voorkomen, dat
handel en industrie zich hebben te wenden tot de
Nederlandsche Bank
a
41457 pOt., terwijl de specu-
latie dat grif vindt á 1Z pOt.
Een niet te onderschatten verder voordeel zou het
zijn, indien het plaatsen van geld
t
deposito meer alge-
meen werd en daardoor ook het betalingsverkeer werd
vereenvoudigd.. Tegen deposito’s geeft het publiek
chèques af tot betaling van aankoopen, huishuur, leve-
ranciers etc. en de verrekening daarvan zal in vele
gevallen kunnen geschieden zonder verplaatsing van
geld. Hier zoude wet ons echter moeten helpen, om de
chèque betalingskracht te geven. Een Internationale
chèquewet is reeds geruimen tijd in voorbereiding, maar door den, oorlog vertraagd. Deze verbetering
moet dus, als zoovele andere, op den vrede wachten.
Eén stap in de goede richting is echter dezer dagen
reeds gedaan. De door de Kamers goedgekeurde
schrapping van het zegelrecht voor chèques, zal stellig
de uitbreiding van het chèqueverkeer bevorderen. Een-
maal een uitgebreid chèqu.everkeer bestaande, is de
overgang tot een algemeene clearing slechts een lo-
gisch gevolg. Eerst dan komt ons betalingsverkeer op
de hoogtq van onzen tijd. S.
Amsterdam, Maart 1917.
REGEERINGSMAATREGELEN OP
HANDELSGEBIED.
–
Petroleum, gasolie en benzine. In aan-
sluiting aan het reeds op 29 Maart j.l. uitgevaardig-
de verbod, voor wat betreft petroleum en gasolie, is
door den Minister van Landbouw op 3 dezer eveneens
verboden benzine te veivoeren, te verkoopen of af te
leveren, tenzij daartoe speciaal vergunning is ver-
leend. Daarop zijn ingesteld drie Toewijzingscommis-
sies, bevoegd resp. voor petroleum, gasolie en ben-
zine, ontheffing te verleenen van genoemd verbod
Door den Minister is reeds ontheffing verleend van
het verbod voor het vervoer van één der drie artikelen,
afgezonden door of bestemd voor militaire autoritei-ten ten gebruike voor den dienst van leger of marine,
voor het vervoer over de spoorwegen van petroleum
uit de magazijnen der spoorwegondernemingen ter
voorziening in de behoeften van haar bedrijf en voor
het vervoer van benzine en petroleum in voer- en vaar-
tuigen, mits onmiddellijk dienende voor hun beweeg-
kracht of verlichting.
De beschikbare voorraden en de vooruitzichten om
deze aan te vullen, zijn van dien aard, dat tot een zoo-ver gaande bezuiniging in het gebruik als maar eenigs-
zins mogelijk is, zal moeten worden overgegaan. Het
is uitgesloten, dat zal kunnen worden voldaan aan
verzoeken van particulieren om te hunnen behoeve één
der drie artikelen af te staan, ook niet voor verwar-
mings-, verlichtings- of kookdoeleinden; voor het par-
ticulier automobielverkeer zal eveneens geen nieuwe
benzine beschikbaar worden gesteld.
Maximumpiij zen. Door den Minister van
Landbouw, enz. is vastgesteld eene nieuw’e, algemeene
lijst van maximumprijzen ingevolge art. 2 en (of) art.
8 der Distributiewet, benevens een lijst van maximum
inkdopprijzen voor de gemeenten, ingevolge art. 3 dier
wet. Ter voldoening aan het verzoek van de besturen
van enkele groote gemeenten en van het bestuur der
Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten zijn daar-
aan toegevoegd de verkoopprijzen, bedoeld in aange-
haald art. 3, wèlke z. i. door de gemeentebesturen zul-
len moeten worden berekend en welke
hij
tot dat doel
in ovejweging geeft.
De nieuwe lijst geeft voor enkele artikelen verhoog-
de prijzen; o.a. geldt dit voor witbrood en bloem.
Aardappelen, rjst, gort en haver-
m o u t. In verbaud met den vrij aanmerkelijken voor-
raad minder duurzame aardappelen, die in elk geval
v66r 15 Mei a.s. verbruikt moeten
zijn,
en de nood-
zakelijkheid om ellc voedingsmiddel op de meest econo-
mische wijze te bezigen, is het rantsoen voor aardappe-
len met ingang van 10 dezer tot 14 Mei a.s. verhoogd
van 12 tot 20 K.G. per hoofd per vier weken. In ver-band daarmede wordt het rautsoen voor rijst, gort en
havermput voor diezelfde periode verminderd van 2
K.G. per hoofd per vier weken voor de drie artikelen
tezamen, tot 0,7 K.G. rijst en 0,3 K.G. gort en haver-
mout.
Verstrekking van regeeringsgoede-
ren aan tijdelijk in eene gemeente
v e r b lijf h o u d e n d e n. In verband met verschil-
lende tot hem gerichte vragen, inzake het verstrekken
van levensmiddelen-aan personen, die in de komende
maanden tijdelijk buiten hunne vaste woonplaats ver-
toeven (pensiongasten, enz.) heeft de Minister zich
bereid verklaard aan daartoe in aanmerking komende
gemeenten eene vermeerderde hoeveelheid der gerant-
soeneerde regeeringsgoederen te doen toekomen in
evenredigheid met de tijdelijke toeneming der bevol-king, die in zoodanige gemeenten verwacht kan wor-den. De betrokken gemeenten dienen daartoe aan het
Rijks Oentraal Administratiekantoor voor de distri-
butie van levensmiddelen opgave te doen van het aan-
tal personen, die vermoedelijk tijdelijk in hunne ge-
meente zullen vertoeven, van de maanden, waarin het
verblijf zal vallen en van den gemiddelden vermoe-
delijken duur van het verblijf. Aangezien de gemeen-
ten door het verblijf der tijdelijke inwoners groote
voordeelen genieten, bestaat er naar de meening van
den Minister alle aanleiding het nadeelig verschil tus-
schen de in- en verkoopprijzen ingevolge art. 3 der
Distributiewet ten laste van de gemeente van het tij-
delijk verblijf te doen komen. Te meer bestaat hiertoe
aanleiding, omdat het in de bedoeling ligt, tijdens den
zomer het aantal gerantsoeneerde goederen te beper-
ken en minder artikelen te doen distribueeren, dan
thans geschiedt. In hoeverre gemee’hten, van waar de
tijdelijke inwoners afkomstig zijn, maatregelen wen-
schen te treffen, ter voorkoming, dat deze personen
1
ook nog in hun vaste woonplaats regeeringsoederen
1
bekomen, laat de Minister aan het oordeel van het
betrokken gemeentebestuur over.
Distributieregeling van huiden en
1 e d e r. Door den Minister van Landbouw is vastge-
steld eene distributieregeling van huiden en leder,
welke op nader te bepalen datum in werking zal tre-
den. Er wordt opgericht een-Rijks Distributiekantoor
voor hiiden’en leder. Slachters zullen alleen huiden
(en vellen) mogen leveren aan bij het R. D. L. H. in-
geschreven Huidenclubs of handelaren; deze mogen
alleen, en niet hooger dan tegen door den Minister
vastgestelde maximumprijzen, gezouten huiden ver-
koopen aan ingeschreven looiers. Voor zoolleer is een
afzonderlijke regeling gêtroff en. Het wordt uitslui-
tend als reparatieleder aan de gemeentebesturen uit-
gereikt, die voor de verdere ditributie zorg dragen.
Voorts is gelijktijdig door den Minister vastgesteld
eene distributieregeling voor looi-
s t o f f e n, waarbij verboden is het vervoer, den ver-
köop en de aflevering van looistoffen; van dit verbod
kan, met ingang van een nader te bepalen datum, dis-
pensatie worden verleend door het Rijks Distributie-
kantoor voor huiden -en leer, waarbij verschillende
voorwaarden kunnen worden gesteld. Beide regelingen strekken -hoofdzakelijk om de spe-
culatie en daarmede gepaard -gaande prijsopdrjving
van huiden en looistoffen, waaronder – inlandsche
eikenschoiu, tegen te gaan.
272
.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
11 April 1917
STATISTIEKEN
EN
OVERZICHTEN.
OVERZICHT.
Met
uitzondering
van
de Fransche
varen alle wissel-
.
.
N.B.
beteeknt: Cijfers nog niet ontvangen.
koersen aan een sterke daling onderhevig. Londen en New
York
liepen circa
% terug;
Berlijn en Weenen bijna
GELDKOERSEN.
–
1112
)/o.
Zwitserland was zeer flauw en daalde van 49,05 tot
48,25,
zoodat
deze koers
na een
agio periode
van circa
•
5
maanden weder ongeveer normaal is. Ook de Skandina-
1.
BANKDISCONTO’S.
vische koersen waren flink lager, blijven echter nog steeds
beduidend boven de goudpariteit.
•
7 April1917
20 Juli 1914
Roebels en Lires bijna onverandérd. Spanje iets flauwer.
Alleen
Parijs zooals reeds gezegd zeer vast, op zeer
–
groote
41/ sedert 1Juli ’15
3
1
I2sedert23 Mrt. ’14
Ned.
vraag van Amerika, waar men, in verband met de oorlog.
{Disc..wissels.
Bel.Binn.Eff.
4’Ia
,,
i
,,
’15
4
,,
23
,,
’14
Bank
verklaring aan Duitschland, sterke financieele hulp voor de
Vrsch.,n R.C. 5
1
12
,,
19 Aug,’14
s
,,
23
,,
’14
Entente voorbereid,
welke vanzelf grootencleels Frankrijk
Bank van Engeland 5
,,
6 Apr.’17 3
,,
29 Jan.
1
14
ten goede zal komen.
–
Duitsche Rijksbank 5
,,
23 Dec. ’14 4
5 Febr.’14
Bankvan Frankrijk 5
20Aug.
1
14 3
1
1,
29Jan. ’14
Oostenr. Hong. Bk. S
10Apr.’15 4
12 Mrt. ’14
II. KOERSEN TE NEW YORK.
Russische Staatsbk. 6
27 Juli ’14
5
1 Apr. ’14
Cable
Zicht
–
Zicht
1
Zicht
Nat. Bank v.Denem.
5
,,
10
,,
’15
5
6 Febr.’14
Zweedsche Rijksbk.
5
1
12
9Nov.’16 4
1
1,
6
14
Dato
Londen
Parijs
Berlijn
Amsterd.
,,
,,
,,
ZwitserscheNat.Bk. 4′, – ,,
2Jan.’15
3
1
12
,,
19
,,
14
(in
per
£)
–
(in frs.
P.
)
(in cents
p.Rm.4)
t (in
cents
per gid.)
Bank van Italië . . 5
11
1Juni’16 5
9Mei ’14
Feder. Res. Bk. N.Y.
–
–
–
7 April
1917
4.76.45
5.69
nom.
–
Javasche Bank…. 3212
,,
1 Aug.’09
3
1
12
,,
1Aug.’09
Laagste d. week..
4.76.45 –
5.69
–
–
Hoogste,,
,,
..
4.76.50
5.83’14
–
–
31 Maart
1917
4.76.45
5.84’14
71
40
11
24
,,
1917
4.76.45
5.84
1
I8
69’18
40
1
12
–
II. OPEN MARKT.
–
Muntpariteit.. ..
4.86.67
5.18
1
14
95’I
408!,.
–
–
Amsterdam
Londen
Berlijn
Parijs
N. York
Dato
Part.
Pa,t.
Part.
ColI.
III. KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP
Part.
Prolon-
disconto
gatie
disconto disconto
disc.
mone
y
LONDEN;
7 April ’17 1818-112
1)
3
– 4818
4-
1
18
–
211421/2
Tijdperk
2-7
,,
’17
1 ‘/4-1
l/
3-3 ‘h
481,.31
481
–
2-2112
31 Mrt.
’17
1 V4-1
2/2
2
1/
41/4
4
5
/5
–
2 ‘/.’/,
Plaatsen en
Noteerings.
20Mrt. 28Febr.
21 Mrt.-3 Apr.
3April
26-3 1 IVI. ’17
1 ‘/4-1 /8
2 ‘/4-2
1/
441-
1
14
4-
1
I8
–
22
1
12
Landen
eenheden
1917
1917
Laa
g
steHoo
g
ste
1917
Alexandrië. .
Plast. p. £
97 ‘/,,
97
1
12
97 /io
97
7
116
971,8
27M./1A. ’16
1
‘I22
2 ‘/,4
418
3I41
–
1 142
29M./3A.’15
4114.l1
4.481
2
1
18
1
12
I3142’12
-‘
B. Aires . . . .
d.p.gd.pes.
50’18
50’/,
48’/,
492/4
487!.
20-24Jul.’14
3
‘1,-‘!,,
2’1-‘1
2 /4_8/4
2’18-’12
2
8
14
1’14-2112
Calcutta . . . .
sh/d.p.rup.
114’182
1
1
4
1
1,
114
1
!82
114
9
18
2
114
9
182
Hongkong ..
id. p. $
213
8
1
214 214
214
3
18
214
8
18
‘) Noteering van
5
April.
Lissabon ….
d. p.escudo
3121. 31
1
18
30212
31
1
12
–
31
Madrid
….
Peset. p. £
22.34k 22.48k
21.60
22.37
22.03
Montevideo..
Montreal.. ..
d.p.peso
$ per £
54
3
1,,
4.78
1
13
54
8
!,,
4.78
8
14
53
53314
4.78
4.79
53
4.78’12
Petrograd ..
R. p. £ 10
166
1
14
168
1
18
.166
168′!,
168
–
W’ISSELKOERSEN.
R.d.Janeiro
1)
d. p. milr.
1129!
82
11
2
8!,
2
11291
82
11
11
1,2
11″1,0
7.
Lires p. £
37.221 35.92k
30.20
37.28
36.35
I. KOERSEN IN NEDERLAND.
Shanghai
..
sh/dp.tael
314
1
12
3/6
314
3!6’14
3/6’14
Rome
…….
Singapore . .
id. p. $
2/4
3
/,
214′!,,
2/4
7
/
1
,
2/4
7
!1,
214
8
!,,
Voor Londen, Berlijn en Parijs worden voorloopig ook (le
Valparaiso
1)
d.p.pap.p.
10
2
1
82
11
1
1,2
10
8
18
10″182
10’/,9
dagelijksche noteeringen te Amsterdam opgenomen. De dage-
Yokohama ..
sh/d.p. yeul
211
5
18
211
5
18
2/1
5
18
211
11
182
211
8
15
lijksche
koersen
op
New
York,
alsmede de laagste en
1) Noteeringen
op 90
dagen.
hoogste der week zijn aan particuliere opgaven ontleend.
–
Data
Londen
Berlij,,
Parijs
–
New York
–
GOUD EN ZILVER.
2April 1917
..
11.7698
38.62’12
42.35
2.46
1
18
3
,,
1917
..
–
11.75114
38.4211
2
•
42.50
2.46’10
4
,,
1917
..
11.74′!,
38.60′ 42.80
,
2.46’/4
GOUDBEWEGING BIJ DE BANK VAN ENGELAND.’
5
,,
1917
..
11.72
38.40 42.80
2.45
7
18
Sedert begin Augustus 1916 worden de dageljksche ont-
6
,,
1917
..
–
–
•
–
vangsten en onttrekkingen van goud door de Bank’van
7
,,
1917
..
–
-.
–
2.45
1
!,
Engeland tijdelijk niet bekend gemaakt.
Laagste der week
11.69
1
12
38.15
42.32′!,
2.45
1
12
Hoogste
,,
11.76’12
38.90 43.10
2.46718
31Maart1917
..
11.76
1
12
38.92
1
12
42.35
2.47
ZILVER.
24
,,
1917
..
Muntpariteit
..
11.79
1
12
12.10
11
39.10 59.26
42.45
48.-
2.4714
2.48814
De zilverprijs
noteerde Maandag 36
18
!,, d.
waarna hij
‘/,, d. terugliep- om
op
36
5
18 d.,
met
2
18 d. boven het slot
der vorige week te sluiten.
Noteering te Londen.
te New York.
Data
Zwitser
Weenen
Kope,,.
J
Stock.
Batavia
land
j
hagen
/,olm
telegrafisch
•
7
April
1917 …… ..36′!, ‘)
73’18
31
–
Maart1917 ……..36′!,
73
8
18
–
7 Apr. 1917
48.30
24.02’12
70.90 74.55
gg-.&-1001
24
,,
1917 ……..35
8
/4
71
1
18
Laagste d. w.
48.25 23.75 70.90 74.42
–
•
17
,,
1917 ……..35
18
116
–
73
Hoogste ,, ,,
49.05
24.60
71.40
74.75
–
31 Mrt. 1917
49.05 24.52
1
12
71.35
74.42’12
•99f1oo
8 April
1916 ……..29′!,,
61!4
24
,, –
1917
–
49.15
24.75
71.20
73.60
991-1001
10 April
1913 ……..23′!,
50
1
18
Muntpariteit
48.-
50.41
66.67 66.67
100
20 Juli
1914 ……..
24″!,,
54
1
19
•
0 Noteering vanj April 1917:
1
1
Andere
Data
Goud
Zilver
1
bje’;n
1
opeischbaee
t
schulden
f
77.680.881,60
1
1:
7.723.196,-
April 1917
31 Maart1917
24
,,
1917
17.
,,
1917
10
,,
1917 .
3
,,
1917 .
24 Febr. 1917 .
17
,,
1917 .
10
,,
1917
3
,,
1917
27 Jan. 1917
20
1917 .
13
,,
1917
590.529 590.515
591.015
592.024 592.024 591.560 591.555 590.555 589.552 589.558 589.561 589.578 589.576
6.680
6.917 7.011
6.876 6.586
6.481
6.577.
6.481
6.673
6.646 6.814
6.805 6.746
752.563
745.649 729.111
731.798 739.349 744.585
732.694 737.606 143.322 745.750 732.759
736.433
745.543
73.753
79535
94.210 90.624 98.414 89.986
80.771
71.794 62.770 94.543 84.163
78.021 71.495
S
8Apr2 1916 .. .. 520.251
1.940
656.732
76.671
10 April 1915 .. .. 289.523
1.599
472.499
60.841
0
87.315.778,12
25 Juli 1914 …. 162.114
8.228
310.437
6.198
4.230,840,89’/a
1)
Waarvan Rek. Crt. saldo van het Rijk f23.765.000,-.
11 April 1917
,
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
273
NEDERLANDSCHE BANK.
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
(In duizenden guldens.)
VERKORTE BALANS OP 7 APRIL 1917.
Activa.
Binnenl.Wis-{H.-bk.
f 63.895.292,05,’I
sels, Prom., B.-bk.
47.332,47
enz. in disc. Ag.sch.
13.738.237,08
Papier o. h. Buitenl. in
disconto ……………………..
Idem eigen portef..
f
7.723.196,-
Af: Verkocht maar voor
de bk. nog niet afgel.
Beleeniugen . {abk.
f
43.827.391,21
m
cl. vrsch
in rek.-crt. B.-bk. ,, 3.217.770,33
op onderp. Ag.sch.
40.270.616,58
f
87.315.778,12
Op Effecten ……/ 82.493.678,12
OpGoederen en Spec. ,, 4.822.100,-
Voorschotten ah. Rijk…………….
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
61.451.355,-
Muntmat. Goud……529.O77.862,89’/s
f590.529.217,89
1
1
Munt, Zilver, enz..
6.679.966,30
1
/:
Muntmat. Zilver ..
–
Effecten
Bel. v.h. Res.fonds..
f
5.111.870,12
‘/1
id. van ‘/: v. h. kapit.
3.951.898,25
Geb. en Meub. der Bank …………….
Diverse rekeningen ………………
Passiva.
Kapitaal …………………………
f
20.000.000,-
Reservefonds ……………………
,,
5.155.090,93V
Bankbiljetten in omloop …………..
,, 752.562.845,-
Bankassignatiën in omloop …………
,,
2.308.923,04
Rekening-Courant saldo’s:
Van het Rijk …… f
–
Van anderen ……,, 71.444.109,45
–
71.444.109,45
Diverse rekeningen
………………
,,
8.931.226,50
I
f
860.402.194,93
Beschikbaar metaalsaldo…………..
f
431.026.345,05
1/
Op
de basis
van
2
15 melaaldekking……
265.763.169,55
1
1:
Minder bedrag aan bankbiljetten in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is ..
,,2.155.131.725,27
1
1
Bij vergelijking met den vorigen weekstaat
blijken de volgende.
verschillen:
Dat
Disconto’s
Beige-
Besciuk-
baar
Dek-
kings-
Hiervan
Totaal Schatkist- ningen
Metaal-
percen-
promessen
saldo
lage
rechtstreeks
7April1917
77.681
60.000 87.316
431.026
72
31 Mrt. 1917
77.537
60.000 86.848 431.495
72
24
,,
1917
78.052
60.000 84.953
432.462
73
17
,,
1917
79.044
80.000 86.300
433.516
73
10
,,
1917
79.421
60.000
87.407
430.158
71
3
,,
1917
78.218 58.000
91.014
430.226
72
24Febr.1917
58.721 37.000
86.208
434.538
74
17
1917
59.420
37.000 85.970
434.255
74
10
,,
1917
51.710 29.000 91.257
434.106
74
3
1917
97.049
77.000
78.137
427.245
71
27 Jan.1917
78.223 53.000 88.517
432.090
73
20
,,
1917
76.670
48.000
69.301
432.591
73
13
,,
1917
79.029
47.000
72.282
432.014
73
8Apr. 1916
90.536
k
68.000
73.831
374.300
71
10Apr. 1915
67.590
—
189.125
184.087
55
25 Juli 1914
67.947
14.300
61.686
43.521′)
54
t)
Op de basis van
2
15
metaaldekking.
JAVASCHE BANK.
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE
POSTEN.
(In duizenden Guldens.)
597.209.184,20
9.063.768,37
1
12
1.400.000,-
75 .7 78 .565,73
1
/2
f
860.402.194,93
Bank
Andere
Data
Goud
Zilver
. . – 1
opeischb.
biljetten
schulde,,
10 Feb. 1917 …….70.879
22.701
157.860
38.918
3 ,,
1917 …….72.604
22.805
158.647
39.926
27 Jan. 1917 …….72.819
23.800
156.293
39.067
20
,,
1917 …….73.499
23.347
158.463
37.431
Meer
Minder
Disconto’s
…………..
143.395,20V:
Buitenlandsche wissels..
485.364,-
Beleeningen
………….
467.402,17
Goud
………………
.14.414,61
Zilver
236.801,09
1
1
Bankbiljetten…………
6.913.670,
–
Part. Rek.-Crt. saldo’s
..
4.661.924,83
N.B. Uit de bekendmaking van den Minister van Financiën blijkt, dat uitstonden op:
7 April 1917
1
31 Maart 1917
Aan schatkistpromessen
f138.100.000,-
/138.810.000,-
waarvan rechtstreeks bij
de Ned. Bank geplaatst
,, 60.000.000,-
,, 60.000.000,-
Aan schatkistbiljetten
,, 84.519.000,-
86.629.000,-
Aan zilverbons
………
,, 18.718.750,50
,
17.713.320,-
12 Feb. 1916 ……
.47.930
32.197
140.529
28.150
13 Feb. 1915 ……
25.473
27.483
118.318
15.917
25 Juli 1914 ……22.057
1
31.907
110.172
12.634
Data
1
Dis-
1
conto’s
buiten
‘
N..Ind.
betaalbaar
Beleg-
ningen
Diverse
t
reke
ningen
t)
–
baar
metaal-
saldo
kings
percen tage
10Feb.1917
6.470
36.514 55.205
8.953
54.276
47
3
,,
1917
6.478
35.910 55.640 9.733
56.204
48
27Jan.1917
6.543 36.069 56.802
9.031
56.634
50
20
,,
1917
6.632
35.921
57.033
8.807
56.817
49
12Feb.1916
6.023 17.324
44.354 26.066
46.192
48
13Feb.1915
5.618
8.541
35.452 5.516 26.109
40
25Juli1914
7.259
6.395 47.934 2.228 4.842
2
)
44
1)
Sluitpost der
activa.
‘) Op
de
basis van
‘/s
metaaldekking.
274
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
II April 1917
SURINAAMSCHE BANK.
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN
(In duizenden guldens.)
Data
Metaqi Circuintie
Andere
opeischb.
schulden Disconto’s
Div. reke-
ningen
‘)
13 Jan. 1917
..
709 1.030 959
977 315
6
,,
1917
..
676
1.085
898
986 304
30 Dec.
1916
..
682 1.081 911 998
344
23
,,
1916
..
646
1.035
769
869 814
15 Jan.
1915
..
745
934 1.015
92á
830
16 Jan.
1914
. .
1.410
978
1.060 787
217
25 Juli
1914
..
645
1.100
560 735 396
t)
Sluitpost der activa
BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.
Aan ht eind van iederkwartaalwordteeuoverzichtgegeven
van enkele niet wekelijks opgenomen baukstaten.
L BANK VAN ENGELAND.
–
WEEKSTAAT VAN 21 MAART 1917.
!SSUE DEPARTMENT.
NotesissuetL. £ 70.519.790 ‘Governm.Debt
11.015.100
Other securities,,
7.434.900
4
Gold coin and
bullion . . ..
52.069.790
£ 70.&19.790
£ 70.519.790
S.4NKING DEPARTMENT.
Capital……£ 14.553.000
Government
Rest ………,
3.634.529
securities .. £ 24.051.099
Publicdeposits,, 67.911.044
Othersecurities,,151.821.035
Other deposits ,, 124.334.827
Notes ……..,, 32.695.500
Seven-day and
•
Gold and silver
otherbills..
26.738
coiu ……..1.892.504
£210.460.138
1
210.460.138
Door het uitblijven der Engelsche bladen zijn de cijfers’
van de twee laatste wéekstaten hierboven niet kunhen worden
opgenomen.
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
Onderstaand overzicht bevat tevens de cijfers der door de
Regeering uitgegeven currency notes van 1 £ en 2sh. met
het bedrag der gouddekking en der tot dekking aangewezen
Government securities. ‘De publicatie dezer cijfers geschiedt
sedert 26 Augustus 1914.
(In duizenden p. st.)
Curreucy Notes.
Data
t Metaal ICirculatie
Bedrag
1
Goudd.
1
Gov. Sec.
4 April 1917
54.691
38.901
.
28 Maart1917 54.009
38.289
144.587 28.500 110.668
21
,,
1917
53.962 . 37.824
143.043 28.500
103.469
14
,,
1917
53.785 . 38.073
143.822 28.500
109.124
5April 1916
1
56.466
33.875109.437 28.500
75.718
7April1915 53.751
34.940
40.787 27.500
8.623
22 Juli 1914
40.164
29.317 …………….. ……
Data
,
Gov.
Sec.
___________________
Other
Sec.
Public
Depos.
,
Other
Depos.
Re-
serve
Dek-
kings.
percen-
tage!)
Apr. ’17
39.245
12330.8
‘50.124
128.968
34240
19,11
28 Mrt. 17
24.003
139.610 49.945
129.647
34.170
19,02
21
’17 24.051
151.821
67.911
124.335
34.588
18,-
14
’17
24.081
165425
86.377 119.114
34.161
16,62
5Apr. ’16
38.189
96.139 69.915 87.749
41.042
26
.7 Apr. ’15
44.606 138.764
105.270
97.649
37.260
1818
12 Juli’14
11.005
33.633
13735
42.185
29.297
521
t)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.
II. DUITSCHE RIJKSBANK.
STAAT VAN 31 MAART
1917
.
– De biljetten zijn sedert den oorlog niet inwisselbaar.
Metailbestand ……………………Mk. 2.546.696.000
davon Goldbestand … . …………..
., 2.530.762.000
Reichs- und Darlehenskassenschejne ……
380649000
Noten anderer Banken ………………2.057.000
Wechsel ………….. . …………….
13.596710.000
Lombardforderungen ……………….
9.310.000
Effekteji…………………………
104648.000
SonstigeAktiva ………………….
1.112432.000
Grundkapital ………………………
180000.000
Reservefonds ……………………..
90.137.000
Notenumlauf ……………………..
8.616.015.000
Sonstige taglich fhllige Verbindlichkeiten .
8.405478.000
Sonstige Passiva ………………….
460.872.000
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
Onderstaand overzicht bevat tevens het cijfer der uitgegeven
Darlehenskassenschejne. De Scheine, welke niet in kas zijn
bij de Reichsbank, circuleeren grootendeels onder het publiek.
De Darleheaskassen zijn ingesteld op 11 Augustus 1914.
(In duizenden Mark)
Dato
Metaal
________
Daarvan
Goud
1
Kassen-
scheiue
Circu-
latie
__
D 1 kin
ek
gs_
1
percen-
tage’)
31 Mrt. 1917
2.546.696
2.530.762 380.649
8.616.015
35
23
,
1917
2.545.750
2.529.838
347793
8.224.825
35
15
,,
1917
2.544.784 2.528.718 334.724 8.164.354
35
7
1917
2.544.571
2.528.978
289.501
8.163.970
35
31 Mrt. 1916
2.504.155
2.460.095
945.361
6.988.073
49
31Mrtj915
2.377.690
2.337.528
563.427
5.624.026
52
23 Juli 1914
1.691.669
1.356.857
65.479 1.890.895
93
1)
Dekking der circulatie door metaal en Kassenscheine.
Data
Wisscis
Rek. Crt.
Darlçhg,:skasseuscj,ejn e
Totaal
In kas bij
–
–
uitge-
de Roichs-
1
_______________
geven
bank
31 Mrt. 1917
13.596.710
8.405478
4.242.500
367900
23
,,
1917
9.258.114
4.503.535 3.983.100 333.000
15
,,
1917
9.342.912 4.436.793 3.915.000 321.000
7
,,
1917
9.016.536 4.040.570 3.822.100 276.900
31 Mrt.
1916
8.112.764 4.357.824
2.191.600
909.700
31 Mrt.
1915
6.859.900
4.036.988
1.185.000
556.000
23 Juli
1914
750.892 943.964
III. BANK VAN FRANKRIJK.
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
Van 6 Aug. 1914 tot 28 Jan. 1915 werden geen staten
gepubliceerd. De met * geteekende posten komen eerst sedert
28 Jan. 1915 in den weekstaat voor. De biljetten zijn sedert
tien oorlog niet inwisselbaar..
(In duizenden fra,ics.l
Data
Goud
Waarvan
in het
Buitenland Zilver
*
Te goed
in het Buitenland
*B
u
it
gesu
.
roorsch.
old. Staat
5 Apr.’17
5.213.484
1.947.677
261.240
762.101
9.600.000
29 Mrt!17
5.200.096
1.947.672 263.383
796.963
9.500.000
22
,,
17
5.184.476
1945.638
265.177
746.160
9.500.000
15
,,
17
5.168.042
1.946.638 266.623
716.773 9.300.000
6 Apr.’16
4.986412
–
362.716 741.679
6.900.000
8Apr.’15
4.250.966
–
378.006
611.611
5.000.000
23 Juli’14
4.104.390
– ‘
639.620
–
1
–
Wissels
1
•
Uitge-
stelde
Wissels
Belec-
thig
1
Bankbil-
jtt’t
Rek. Crt.
Port
t-
cutieron.
Rek.
Cr1.
Stad
.
604.229
1.266.005 1.175.062 18.749.447
2.409.993
86.112
522.546
1270.769
1.197.449
18.459.831
2.540.637
173.699
415.673
1.274.623
1.214.474 18.450.780
2.484.665
59.846
cr
483.540
1.281.787
1.228.131
18.361549
2.443.917
22.517
0
366.167 1.646.235 1.238.633
15.154.630
1.994.263
45.849
230.820 2.709.232
676.273
1i.272773
.2.379.977
73.966
1.541080
–
769.400
5.911.910
942.570 400.560
t)
Gouddekkiug van deposito’s en circulatie na aftrek van
de posten tusschen de banken onderling.
VEREENIGDE NEW YORKSCHE BANKEN EN TRTJST
MAATSCHAPPIJEN.
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.
(Gemiddelden in duizenden dollars.)
–
Data
Reserve
1
Deposito’s
Circulatie
Beleeningen
disc’,’,tos
S
Irplus
7Apr.’17
781.430
3,913.450
28.120 3.363.920 148.530
31Mrt. ’17
754.730
3.832.330
28.250
3.596.370
124.750
24
’17
,,
781.380
3.826.800
28.700
3.585.670
151.840
17
,,
’17 789.650
3.801.880
28.660
3.558.610
.144.840′
8Apr.’16
697.900
31.589.590
31.580
3.404.840
107.400
10Apr.’15,
541.590
2.403.810
37.610
2.307.970
.148.340
25 juli’14
487.880
1.958.320 41.730
2.057.570
26.1701)
.1)
Op basis van 25
O/
van alle deposito’s.
11 April 1917
ECQNOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
275
IV. RUSSISCI-IE STAATSBANK,
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.
De post ,,Schatkistbiljetten” komt eerst sedert 14 November
1914 n. st. in (len weekstaat voor. De biljetten zijn niet in-
w
isselbaar.
(In millioenen Roebel).
Dato n. st.
Goud
Tegoedl
s/h bui.
1
teniand
Zij.
ver
Schot- len
kistbil.
jetten
Dis-
1
conto’s
1
bclee.I
ningen1
Circu-
lotie
Rok.
Cou-
ront
_
29 Mrt. ’17
1.478
2.141
122
8.339
718
10.278
2.169
21
,,
’17
1.477
2.141
118
7.738
722
9.997
2.120
16
,,
’17
1.476 2.141
121
7.882
702
9.950
.
1.993
8
,,
’17
1.478 2.141
121
7.843
720
9.794
2.021
29 Mrt. ’16
1.626
947
59
3.849
1.120
5.936
1.873
29Mrt. ’15
1.571
140 53
1.131 1.183
3.198
1.219
21
Juli
’14
1.601
144 74
..
.
.
757
1.634
1.099
V. BELGIiL
Van de Nationale Bank van België, die haar goudvoorraad
naar Londen heeft overgebracht, zijn sedert 6 Augustus 1914
geen weekstaten openbaar gemaakt.
De Société Oén6rale de Belgique is einde 1914 met de functie
van circulatiebank belast. Het Notendepartement dezer bank publiceert wekelijks verkorte balansen. De biljetten zijn niet
inwisselbaar.
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
(In duizendcn francs.)
–
1
Metaal
1
Deken,
Beleen.
Binn.
Rek Dato
1
mcl.
1
buitent.
1
von
1
buiteni.
prom. d.
wj,sets
en
latie.
Crt.
saldi.
saldi
rordor.
prÔvinc.
beleen.
31 Maart1917
374.8211
86.298 480.000
66.191
887.022
110.472
22
,,
1017
356.8781
86.162
480.000 65.499 874.535
104.422
15
1917
342.9681
86.088
480.000
61.848 861.545 99.815
8
,,
1917
339.9281
85.999
480.000 61.342
855.860
101.884
28 April 1916
200.997
59.052
480.0001
62.396
641.2321158.988
VI. VEREENIGDE STATEN VAN NOORD.AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
In werking getreden op 16 November 1914.
OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.
(In duizenden dollars.)
–
Dato
Goud
Zilver
Wissels
Doposito’s
c
1
‘
0
‘Ç
Dekkings-
Percc.
9Feb.’17
488.889
10.633
128.292
693.695
13.093
73
2
,,
’17
521.760
12.185 107.819 713.211
11.471
76
26 Jan.’17
517.925
17.579
113.408
713.448
13.509 73,8
18
,,
’17
500.343
10.338 125.666
698.284
13.890
73,4
12
,,
’17
501.152
16.769
140.334 708.345
13.558
71,5
11 Feb.’16
328.317
18.274
52.814
445.436 9.089
76
11Feb.
1
15
259.256
22.117
17.090
284.998
1
4.185
91,1
EFFECTENBEURZEN.
Amsterdam, 9 April 1917.
Zoo zijn dati nu ook de Vereenigde Staten tegen Duitsch-
land in het strijdperk getreden. Na lang wikken en wegen,
na vele gelegenheden die ware het land oorlogszuchtig
geweest – eene gereede aanleiding tot den oorlog hadden
geboden ongebruikt te laten voorbijgaan, heeft eindelijk
President Wilson de oorlogsresolutie geteekend en den staat
van oorlog met Duitschland uitgeroepen. ZoQdat thans,
nausvelijke een maand nadat Duitschland ertoe overging een
onbeperkt gebruik te maken van het duikbootwapen, den
voorstanders van dit strijdmiddel de keerzijde der medaille
getoond wordt, doordien de belangrijkste tdt dusverre
neutrale staat plaats neemt in de rij vanDuitschland’s vijanden.
Of deze oorlogsverklaring nu binnenkort tot het einde
van den oorlog zal voeren? Telkenmale wanneer in het
verloop van dezen krijg een nieuwe oorlogvoerende tot de
Entente toetraci, werd, – niet het minst door de neutrale,
– gehoopt dat de nieuwe uitbreiding van den strijd een
spoedige vrede zou brengen. Reeds vele malen werd men in
deze verwachting teleurgesteld, eenerzijds wijl de meester-
lijke organisatie der Centrale mogendheden iederen nieuwen
aanval onverwijlcl wist te pareeren, anderzijds wijl de nood in de middeneuropeesche rijken nog niet zoo hoog gestegen
was, dat zij uit dien hoofde verplicht varen om vrede te
vrageu. Slechts de tijd zal dan ook het antwoord op deze
vraag kunnen geven. Voorshands schijnt voor Duitschland op militair gebied van den nieuwen vijand niet veel gevaar
te duchten; het zal toch zeker maanden duren voordat
Amerika zijn plan om de Geallierden aan de Europeesche
fronten mIlitairen steun te verleenen, zal kunnen uitvoeren.
Doch van i’eel grooter belang is de economische steun, welke
men ‘van de Vereenigde Staten verwacht, en welke deze
bereid en in staat zijn te geven. De zes- tot zevenhonderd-
duizend ton
–
aan Duitsche schepen, die in de havens der
Vereeiigde Staten bij het uitbreken’ van den oorlog en kort
daarna eene schuilplaats hadden gevonden, zullen dienen
tot versterking van de vloot, die den Gealliëerden oorlogs-
tuig en levensmiddelen brengt. Amerika’s financiëele en
industriiiele hulpbronnen staan thans ter beschikking der
Gealliëerden en al is de beteekenis van deze jongste oorlgs-
verklaring thans nog allerminst te overzien, met zekerheid
is wel te zeggen, dat de onbeperkte hulp der Vereenigde
Staten binnen korten tijd sterk merkbaar moet worden.
Of Amerika reeds onmiddellijk in staat zal zijn in die
niate als het zich heeft voorgesteld tot Duitschland’s bestrij-
ding mede te werken, staat te bezien. Lijdt dit op induu-
triëel gebied, vooral op dat van de oorlogsnijverheid weinig
twijfel, – de munitie-leverantiën der Vereenigde Staten
aan de Gealliëerden moeten nI. in 1916 rond $ 750 millioen
tegen rond $ 200 millioen in 1915 hebben beloopen! – dit
is niet het geval wat de graanvoorzieuing aangaat. – De
ramingen, welke particuliere experts in de laatste weken
lomtrent den stand der wintertarwe in de Vereenigde Staten
openbaar maakten, luidden alle min of meer belangrijk
onder normaal. Volgens de in de afgeloopen week bekend
geworden ramiug van het oogstbureau van het Departement
van Landbouw, bedröeg de gemiddelde stand der winter-
– tarwe op 1 April van dit jaar 63,4 pCt. van den normalen,
tegen 78,3 pCt. op 1 April 1916 en 88,8 pCt. op 1 April
1915. De stand der rogge was 86 pCt. tegen 87,8 pCt. in
1916 en 893′ pCt. in 1915. De geheele oogst aan wintertarwe
zou volgens de raming van hetzelfde bureau 430 millioen
bushels tegen 482 millioen in 1916 bedragen. En al zal
deze opbrengst, zelfs al mocht zij in nog ernstiger mate
tegenvallen, ruimschoots voldoende zijn om Amerika’s eigen
behoefte te dekken, voor de Gealliëerden beteekent de mis-
oogst een gevoelige slag, daar, zooals herhaaldelijk in den
laatsten tijd ook in dit tijdschrift aangetoond, zelfs in
normale tijden noch Frankrijk, noch Engeland, wat behoefte
aan broodgraan betreft, in staat zijn ,,zicb zelf te bedruipen”.
Gedurende de vier beursdagen (Maandag 2-Donderdag 5
April) die de afgeloopen week telde, heeft d e N e w Y o r k –
s ch e b e ix r s eene onrustige houding aan den dag gelegd.
Vanzelf spreekt, dat de politieke gebeurtenissen alle aan-
dacht gevangen hielden, waarbij telkenmale wel eenige
neiging tot een ,,hausse” viel te bespeuren, zeker niet zonler
invloed van de in de voorgaande weken gevormde omvang
–
rijke baisse-posities, wier houders begonnen te vreezen dat
de algemeen verwachte ootlogsveiklaring eene flinke rij zing
van het koerspeil zou teweeg brengen. Inderdaad was Wall- street j.l. Dinsdag willig gestemd,ltengevolge vaP levendige
aankoopen van ,,00rlogsfondsen” die werden uitgevoerd na
het bekend worden van president Wilson’s adres. De onze-
kerheid ten aanzien van het tijdstip waarop de beslissing der Amerikaansche regeeringslichamen te wachten was,
S
–
–
;—-
–
—
–
—
–
276
1
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
11 April
1917
beïnvloedde de stemming echter al spoedig ten ongunste,
waarbij ook de bovenvermelde oogstberichteu, voorts teleur-
stellende spoorwegontvangsten, eene loonsverhooging van 10 pCt. door de Steel Corporation toegestaan en besirekin-
gen omtrent de door den president aangekondigde oorlog
belastingen de markt drukten. Donderdag, den laatsten
beursdag der week, kwam tengevolge van dekkingsaan-
koopen die met het oog op de vacantiedagen werden uitge-
voerd een licht herstel der koersen tot stand.
Te r b e u r ze van B e r 1
ij
n heeft men ce berichten uit
Amerika rustig tegemoet gezien. Reeds lang heeft men er
de algeheele breuk met de Vereenigde Staten verwacht,
zoodat de rede van Wilson dan ook geenerlei verrassing
meer inhield en het bericht, dat het Congres zich definitief
voor den oorlog verklaard heeft, op den eerstkomenden
beursdag dan ook wel evenmin ontroering zal wekken. Op
den laatsten beursdag der week was zelfs hier en daar meer
handel dan voorheen te bespeuren. Zoo bestond bijv. vraag
voor Russische bankaandeelen. Nog altijd hoopt men te
Berlijn, dat de wijziging in de Russische verhoudingen den
wensch naar vrede in Rusland zal aanwakkeren, en onom-
wonden wordt reeds de verwachting van Rusland’s toenade-
ring tot zijn ,,natuurlijken economischen buurman”
uitgesproken.
Ook voor scheepvaartwaardeii heerschten te Berlijn
gunstige opvattingen, welke o.a. de aandeelen der Nord-
deutsche Lloyd wisten te benutten, hetgeen eigenaardig
aandoet in verband met het bericht, dat deze maatschappij
voor het jaar 1910 is vrijgesteld van de verplichting een
balans en winst- en- verliesrekening te publiceeren, zelfs geen algemeene vergadering van aandeelhouders behoeft
bijeen te roepen.
Hoezeer de lasten van den oorlog ook na zijn afloop zullen
drukken, blijkt alweer eens uit het antwoord van de
,,Reichsschatzsekretr” Graaf von Roedern, op eene hem in
de afgeloopen week door Duitsche journalisten gestelde
vraag, hetwelk behelst, dat de Darlehenskassen, die zooals
men weet tot de finantiëele o o r 1 o g stoerusting van
Duitschlancl behoorden, nog verscheidene jaren na den
oorlog zullen blijven bestaan, zoodat ook den Darlehens-
kassenscheinen, die het gouddekkingspercentage van het
Duitsche papieren geld zoo belangrijk hebben doen dalen,
nog een leven van verscheidene jaren wordt verzekerd. De
werking der kassen wordt voorts opnieuw vergemakkelijkt
door het besluit om de rente voor beleening van Duitsche
oorlogsleening op 5 pOt. te verlagen, een maatregel die
ook wel ten deele getroffen zal zijn om tot inschrijving op
de zesde oorlogsieening aan te moedigen.
Ter beurze te Parijs en te Londen heeft het adres
van den president der Vereenigde Staten en de den laatsten
beursdag al zoo goed als vaststaande goedkeuring der
oorlogsresolutie door het Congres met ingenomenheid be-
groet. Aan beide beurzen was vraag voor beleggingen te
constateeren; zoowel de 3 pCt. Fransche rente als de
24 pCt. Engelsche cônsols profiteerden hiervan. Het eerste
fonds kwam op 5 dezer 61,50 te noteeren (na 61,30), het
tweede 551, welke koers in den tijd van 5 dagen eene
stijging van 2 pOt. vertegenwoordigt.
Teneinde den wisselkoers in het neutrale buitenland te
steunen, heeft de Engelsche regeering zich bereid verklaard
tot nader order een aantal der kortelings gedwongen gede-
Foneerde Nederlandsche, Deensche en Scandinavische fond-
sen Vrij te laten, onder voorwaarde, dat deze fondsen alsdan
zonder verwijl in de betrokken landen zullen worden ver-
kocht en de opbrengst der verkoopen onmiddellijk naar
Engeland zal worden overgemaakt.
Te on z en t heeft de effectenmarkt in de afgeloopen
berichtsperiodle eene onregelmatige houding aan den dag
gelegd. Aanvankelijk meende men aan Wilson’s rede en de
aanstaande geachte oorlogsverklaring hausseverwachtingen te moeten vastknoopen, zoodat men hier, in aansluiting aan
New York, voor industriëele waarden kooplust toonde.
Marinewaarden werden eveneens gezocht, hoewel men in
sommige beurskringen de meening uitsprak, dat het juist
voor Amerikaansche schepen te yoorziene, zoo krachtig
mogelijk optreden – der Duitsche duikbooten, niet als een
haussefactor mag worden beschouwd. –
3 April 5 April
R,ingof
American Car & Foundry ……..
738/4
73 – – 8/
4
Anaconda Copper …………….171’/
2
170
9
Ii
Un. States Steel Corp………….11
i-is
11111
4
Int. Merc. Marine afgest. …….. 33
21
/82 3411,82 + 181
,,
,,
,,
prefs. . .
00
2
18
92
1
12
2
1
18
De
locale markten
droegen doorgaans een gedrukt voor-
komen, vooral de afdeelingen voor scheepvaart- en cultuur-
aandeelen.
Inderdaad is het vooruitzicht voor onze
scheepvaart-
en
cultuurmaatschuppijen
er door Amerika’s oorlogsverklaring
niet beter op geworden. Het ‘is de vraag of Duitschland
thans ook niet de zeeën om Amerika bij de zee-oorlogszône
zal aantrekken en hoe alsdan de ,,veilige routes” voor de neutrale scheepvaart, als daarvan dan nog iets overblijft,
zullen loopen. Of onze graanvoorzieniug uit Amerika dan
voor den verderen duur van den oorlog zal worden stopge-
zet enwij, wat voedingsmiddelen aangaat, spoedig geheel
Duitschland’s voorbeeld zullen moeten volgen? En hoe en
wanneer de in onze koloniën opgestapelde producten ons
zullen bereiken? –
In verband met deze pessimistische ‘beschouwingen over-
wogen de verkoopen in scheepvaart-aandeelen, welke, als
gevolg daarvan koersverliezen te boeken hadden. Het aan-
deel Koninklijke Boot ging van 2273% op 195 (ex-dividend)
terug, herstelde zich later tot 2033
7
2.
Aandeelen Holland-
Amerika-Lijn verliepen als volgt: 411, 399, 407, 4043
–
. Druk
besproken werd een courantenbericht, volgens betwelk deze
Maatschappij eerstdaags een voorstel zal doen tot uitgifte
van
f
3 millioen nieuwe aandeelen. Daar de opvatting, als
zoude de Maatschappij met deze uitgifte eene versterking
harer kasmiddelen bedoelen in verbad met hare liquide
l)Ositie aanvankelijk als onaannemelijk werd afgewezen,
zocht men de oplossing in andere richting. Veronderstellin-
gen werden geuit, als zoude de maatschappij de
f
3 millioen
harer aandeelen, die in handen zijn van het ,,Internat. Mer-cantile Marineconcern”, willen trachten terug te verkrijgen.
Ten slotte heeft evenwel weder de meening veld gewonnen,
dat hier toch aan eene vermeerdering der kasmiddelen moet
worden gedacht. Deze is dan ook alleszins te verklaren, in-
dien men in aanmerking neemt, dat een belangrijk deel der
vlottende middelen binnenkort aan de kas moet worden ont-
trokken. Zoo zijn voor oorlogswinstbelasting over de jaren
191411916
f 11 millioen gereserveerd, zijn voor dividenden
en inkomstenbelasting over 1916 ruim
f
7 millioen noodig;
tantièmes en uitkeeriug aan oprichtersaandeelen vereischen
ruim 18 ton, en daarbij komt op de balans aan diverse
crediteuren nog een post van ca.
f
3.00.000 voor. Waar een zoo belangrijke inkrimping van de vlottende middelen voor de deur staat, is het zeer waarschijnlijk, datde maatschappij
hare kaspositie wil versterken. Vooral op het huidige tijd-
stip, dat wellicht niet zoo ver meer van den vrede verwij-
derd is, dienen onze scheepvaartmaatschappijen zich voor te
bereiden op de eischen, die haar na den oorlog zullen worden
– gesteld. Ongetwijfeld zal dan vrijwel onbeperkte vraag naar
scheepsruimte bestaan en onze maatschappijen zullen dan
voor de dubbele taak gesteld worden, eenerzijds om ons de
te lang ontbeerde koloniale producten aan te voeren, ander-
zijds om, voor zooverre hare diensten voor het vaderland
kunnen worden ontbeerd, voor vreemde rekening vrachten te
vervoeren. Daarbij is na den oorlog ook een zeer uitgebreid
passagiersverkeer te verwachten en het is voorzeker een
Nederlandsch belang, dat ook daarin door onze maatschap-
pijen levendig aandeel wordt genomen.
Van Cultuurwaarden waren
tabakken,
in weerwil van de
mooie prijzen, die men voor het product in de op 5 dezer
gehouden inschrijving verwachtte, (en die ook behaald
werden), onregelmatig gestemd.
3 April
5
April
of
Nederl. Handel-Mij …………… 1808/
4
179
1
12 1’14
Amsterd. Superfosfaatfabrjek .. .. 142/ 139112 – 2
8
1
3
Ant. Jurgens’ Ver. Fabrieken 265
1
12
Philips’ Gloeilampenfabriek ……299
261
– 38
R. S. Stokvis & Zonen ……….400
410
+ 10
Handelsver. Amsterdam
………..’355’/,
356
,12
+ 1
Kon. Petroleum-Mij …………… 502 497112 – 4
11
2
Amsterdam Rubber-Mij. ………. 219/
4
220’12 + 1’1
Holland-Amerika-Lijn …………403 405 + 2 –
Kon. Hollandsche Lloyd ……….188
2
/2 189
1
12 + 1
Kon. Ned. Stoomboot-Mij. …….. 199′!, 20218 + 3’/8
Deli-Maatschappij …………….490 473 – 17
In de overige afdeelingen was het stil. Aand. Philips’
Gloeilampen zeer flauw tengevolge van moeilijkheden in de
aanschaffing van grondstoffen.
Prolongatiegeld noteerde 3-3 3–3.
3April 5 April
Riizing of
daling.
5
%
Ned. Werk. Schuld ……..
100
8
/8
1008/4
+
1/8
4’12
01
,,
1916 100
1
18
9918
114
4
I/o
,,
,,
1916
921
92
–
2
0
1
2
01
Cert.
N.
W.
,
………
60 114
60/10
–
‘/18
–
5
o/o
Oost-Indië
1915
……
….
100’/o
100214
–
11
4
4112
0/
Iwangorod Dombrowa
..
671
66/,
+
118
4
O/
Rusland Cons. 1880 ….
….
57
1
/2
57 /a’
+
518
4
O/
Rusland bij Hope
&
Co…..
59
589/je
–
Ilie
–
11 April 1917
ECONOMISCH-STATISJISCHE BERICHTEN
277
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
9 April 1917
De berichten, die in den laatsten tijd betreffende de tarwe-‘
positie zijn verre van gunstig. Eerst werd bekend, dat de
met wintertarwe bebouwde oppervlakte in Europa, vooral
in Engeland en Frankrijk, aanzienlijk kleiner dan het vorige
jaar was, vervolgens, dat gedurende den kouden winter
waarschijnlijk tamelijk veel wintertarwe bevroren is, terwijl
tengevolge van het late voorjaar er nog maar zeer weinig
zamertarwe uitgezaaid kon worden. Daarna vernam men,
dat Argentinië zich genoodzaakt zag, een uitvoerverbod te
heffen en nu komt tenslotte het eerste rapport van het Land:
boudbureau te Washington over de wintertarwe ons al heel onaangenaam nieuws brengen. De stand wordt aangegeven met 63,4 tegen verleden jaar 78,3. Natuurlijk, men kan op-
timist zijn en zeggen, dat er nog veel terecht kan komen bij
gunstig weer. Er zijn voorbeelden, dat men in Maart dacht,
dat de wintertarwe moest worden omgeploegd, maar dat ze
in April flink begon te groeien. En natuurlijk de zomer
–
tarwe is er nog, waarvan cle uitzaai nog moet beginnen.
Maar in ieder geval, het is al zeer verontrustend, dat er
moet worden goedgemaakt, vooral nu men in tegenstelling
met verleden jaar, bij het begin van den nieuwen oogst, niet zal beschikken over een belangrijken voorraad. Was er niet
zoo’n ruim overschot geweest, men zou ook dit jaar beslist
zijn tekort gekomen en of dat toch niet het geval zal blijken,
is nog steeds de vraag. Wij herinneren ons niet, dat ooit de
schattingen van de nog beschikbare hoeveelheden zoo uiteen
liepen. Gaat men af op de cijfers, gepubliceerd door het
Landbouwbureau te Washington, betreffende de voorraden
nog bij de boeren aanwezig, dan komt men tot het resultaat,
dat de Vereenigde Staten geen overschot meer bezitten.
Velen stellen dit in het licht; anderen daarentegen wijzen
op mogelijke onderschattingen op de groote hoeveelheid tar-
we in spoorwegwagons en aanwezig in de elevators op het land en niet bij den zichtbaren voorraad medegeteld. Maar
dan zijn er ook berichten, die wijzen op heel kleine onzicht-bare voorraden’ in liet Oosten der Staten. Ook het overschot
van Canada wordt zeer verschillende geschat en zoo komt
het, dat wij in twee belangrijke Engelsche vakbladen schat-• tingen lezen van den uitvoer van Noord-Amerika vanMaart
tot en met Juni van resp. 1 millioen en ruim 34 millioen
ton. Dit verschil is zoo groot, dat het den geheelen toestand
beheerscht. Terwijl het zeer goed mogelijk is, dat 1 millioen ton te pessimistisch geschat is, het hooge cijfer lijkt ons ge-
heel onaannemelijk, vooral als wij in aanmerking nemen,
dat de uitvoer in Februari slechts 370.000 tons bedroeg, wat
dus over 4 maanden 1.480.000 tons zou maken. Ook de be-
kwame schrijver van het artikel over de ;,Tarwevoorziening
van Europa” in het vorige nummer dezer Berichten, heeft
misschien zijn betoog wat te veel op de optimistische schat-
ting gebaseerd, toen hij als het te verwachten export-cijfer
van Februari tot en met Juni 4,3 millioen ton (1,7 Vereenig-
de Staten, 2,6 Canada) noemde. Want tegenover de mee-
ning als zou Febivari een te klein beeld geven van deu uit-
voer wegens den toen juist begonnen verscherpten duikboo-
tenoorlog, staat het feit, dat niettegenstaande den beperkten
uitvoer cle prijzen te Chicago over het algemeen stijgend
zijn gebleven. Die stijging is gedurende de laatste week relfs
zeer scherp geweest en de $ 2 prijs is een stuk overschreden,
ja op 7 April sluit de markt op $ 2,12Y
4
voor den Mei-
termijn. Het oogstrapport had tengevolge, dat vooral de ter-
mijnen Juli en September, die op den nieuwen oogst betrek-
king hebben, in prijs stegen, nl. ruim 13 c., tegen een ver-
hooging van slechts 5X c. op den Mei-termijn, maar zelfs nu
nog staat de oude oogst 24 s., dit is dus ruim 10 pCt. hooger
genoteerd dan de nieuwe oogst. Ontegenzeggelijk wijst dit
er op, dat men geen overschot van eenige beteekenis ver-
wacht.
Nu Amerika zich aan de zijde der bondgenooten geschaard
heeft, zal het ongetwijfeld niet dan in de uiterste noodzake-
lijkheici tot een uitvoerverbod overgaan, maar waar de offi-
cieelé cijfers van Washington zoo weinig gunstig zijn en
de Regeering uit den aard der zaak van die cijfers uitgat,
zal men toch met de mogelijkheidterdege rekening moeten
houden. Tarwe zou dan nog alleen maar in Engelsche koic-
niën verkrijgbaar zijn, wat met het oog op de groote behoef-
teti der geallieerden voor de neutralen geen prettig voor-
uitzicht is. In ieder geval zal de militaire bedrijvigheid in
de Staten geen gunstigen invloed op de oogsten uitoefecen
door het onttrekken van arbeidskrachtin.
Indië en Australië zijn eigenlijk de eenige tarwelanden,
die gunstige berichten zenden, maar ondanks het groote sur-
plus schijnt de uitvoer van Australië niet veel boven de
40.000 tons per week te kunnen worden opgevoerd. Als men
in aanmerking neemt, dat de behoefte van West-Europa
zeker 250.000 tons per week is en Indië voorloopig nog niet
veel zal kunnen verschepen en later toch ook zeker niet
meer dan 40.000 tons per week, beseft men dat als Noord-
Amerika ons eenigszins in den steek mocht laten, men in
Europa tot nog veel grooter bezuinigingen zou moeten ko-
men dan men nu al toegepast heeft.
In Engeland is de prijs van inlandsche tarwe regelmatig
gestegen, niettegenstaande de Regeering sedert Januari de-
zelfde prijzen voor buitenlandsche tarwe handhaafde. Blijk-
baar is het regeeringsaanboci onvoldoende om in de be-
hoefte te voorzien. –
Ma ï s. De Argentijnsche Regeering schat den oogst op
bijna 1Y
2
niillioen tons, wat minder is dan de behoefte van
het land zelf. zoodat indien dit cijfer juist mocht blijken, er
in het aanstaande seizoen geen uitvoer zou kunnen plaats
vinden. Particuliere ramingen’ zijn algemeen veel hooger; de
Times of Argentina schatte ruim een maand geleden, dat
het land circa 2 millioen ton voor uitvoer zou over hebben.
Tenzij de Regeeririg haar schatting wijzigt, zal een exprt-
verbod niet önwaarschijnljk zijn, althans indien de buiten-
landsche vraag de voorraden van den ouden oogst snel zou
doen verminderen. Dit is wel eenigszins te verwachten, nu
het andere groote maïsuitvoerland, n.l. Noord-Amerika, steeds hooger miirkten seint. De voorraad oude oogst in
Argentinië wordt op 400.000 tons geschat. Het ziet er met
veevoeder dus
–
tamelijk slecht uit. De aanvoer is in Engelaad
ook onbevredigend, waardoor de prijzen steeds oploopen en
de Regeering maatregelen neemt om buitensporige winsten,
tegen te gaan. – -.
Dat g e r s t en h a v e r onder deze omstandigheden vast
in prijs zijn, hoeft nauwelijks betoog, ofschoon de vr’tag
naar het eerste artikel toch vrij onbeteekenend is. L ij xi-
z a a d trekt zeer weinig attentie, aangezien van olie althans
in Engeland nog voldoende voorraad is. Noord-Amerika
blijft evenwel vast en zal zich wel spoedig tot Zuid-Amerika
wenden, om een deel van het kleine overschot van dit land
te bemachtigen. –
Buitenlandsche granen in Nederland.
Wat geldt voor de tarwepositie van Europa in het alge-
ineen, geldt in zooveel sterkere mate voor ons land, aange-zien het vraagstuk van aanvoer langs veiligen weg nog niet
is geregéld. Indien dit spoedig mocht veranderen, zal men
ongetwijfeld goed doen, zooveel mogelijk aan te voeren, alvo-
rens zich bij de moeilijkheden van vervoer, ook nog moeilijk-
heden bij den aankoop voordoen.
Er zijn gelukkig eenige booten binnengekomen met mais,
haver, lijnkoeken en katoenzaadmeel; tarwe is niet aange-
komen, zoodat wij, helaas, voortgaan in te teren op den
voorraad. –
Noteeringen.
Chicago
1
Buenos Ayres)
Data
Tarwe
Mais
Haver Tarwe
Mais Lijnaad
Mei
Mei
Mei
Mci
Mei
Mei
9Apr.’17
207
127
63/9
13,30
9,95 21,30
2
,,
’17
199
5
18
122’/
6318
13,30 ‘)
9,85 21,50
8Apr.’16
116 75
448
1
4
8,25
8
)
4,95
11,30 8)
8Apr.’15
153
72
5
18
57’1
12,50
–
5,50
9,85′)
8Apr.’14
9018
68
1
14
38
1
18
8,75
4,90
13,
20 Juli’14
82
‘)
5611m
‘)
3611
2
)
9,40
1
)
5,38
1
)
13,70
2)
‘)
per Dec.
‘)
per Sept.
8)
per
AÇril.
S)
De noteeringen van Buenos Ayres zijn van 31 Mrt. en 4 Apr.
Loco-prijzen te Rotterdam/Amsterdam.
s
t
oor ee.
10 April
1917
3 April
1917
10 April
1916
472,
—
‘)
472,—)
368,_1)
Rogge.(No. 2 Western)
nom. nom.
nom.
345,—’)
345,_t)
255,—’)
Gerst (46 1h. feeding)
345,)
345,_
t
)
348,-
.Tarwe
……………….
Mals
(La Plata)
………
Haver (38 lb. white clipped)
20,-
1
)
20,—’)
16,15
Lijnkoeken (Noord-Ame-
•
rika van La Plata-zaad)
200,—t)
200,-
1
)
160,-
Liinzaad (La Plata) …….
74o’T
740,—
457,50
i) Regeeringsprijs.
-w
———- ——-,—…
.-.-
278
ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN
II April
,
1917
–
AANVOEREN in tons van 1000
‘
K.G. voor verbruik in Nederland.
–
Rotterdam
Amsterdam Totaal Artikelen.
1-7 April
Sedert
Overeenk.
1-7 April
Sedert
Overeenk.
1917
1 J0,i. 1917
tijdvak 1916
1917
1 Jan. 1917
tijdvak 1916
1917 1916
Tarwe ……………..
–
84.463
Rogge
150.597
–
4.553
–
89.016
150.597
…………….
–
4.465
Boekweit
…………
–
654
7.007
–
–
–
4.465 7.007
Gerst
.. ..
………………-
2.608
5.539 71.920
–
5.000
–
44.309
500
30.005
654
104.408
6.039
101.925
Haver
..
33.624
–
5.492
2.640
8.100
36.264
I’laïs
………………-
60.099
Lijnzaad
17.710
6.720 13.510
4.218
13.510
21.928
……………..-
–
…….. . …..
.–
8.322
Lijakoek
18.637
–
7.560
26.463
15.882
45.100
…………….
–
9.150
Tarwemeel
.
58.815 3.400
17.532 4.165
26.682
62.980
…………
–
3.815
–
–
–
.
–
3.815
–
–
AANVOEREN
in tos van
1000 K.G.
voor België.
Tarwe ……………..6.642
1
81.971
Mais
……………..-
7.479
180.156
– –
–
81.971 180.156 46.697
– –
–
7.479
46.697
MÉTALEN.
Loco-Noteeringen te Londen:
Data
iJzer
Cl cv.
K
Sta
0n
P
d
0
ard
T in
Lood Zink
5 April
1917..
nom.
136.-!-
216.2,6
30.10/-
–
30 Maart 1917..
noni.
136.-!-
214.17/6
30.101-
–
7
April
1916..
931-
118.-!-
202.-!-
33.101-
94..!-
9 April
1915..
6816
71.151- 168.101-
22.-!-
43.101-
20 Juli
1914..
5114
61.-t-
145:151.
19.-!-
21.101-
KATOEN.
Noteeringen voor Loco-Katoen.
(Middling Unlands.)
30 Mrt.17
f23 Mrt. ’17f
16 Mrt.’17130
Mrf.’16
30 Mrt.’15
New York….
Liverpool
….
]9,lOc
12,77d
19,20e
12,47d
17,80e 12,80d
12,10e 7,83d
9,65e
1
5,62i3
Ontvangsten in, en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In dujzendtallen
balen.)
‘
1
Aug. ’16 Overeenkosnstge pefioden
tot
23Mrt.’17
1915-16
1
19l4-’15.
werden vOOr de laatste hausse wel wat meer gevraagd, doelt
sedert zijn slechts weinig zaken tot stand gekomen. Voor
export is ook wel belangstelling en niettegenstaande de
groote verschepingsmoeiljkheden komen geregeld zaken tot
stand. Naar getwijnde garens is veel minder’ vraag en de zoo
ruime spinmarge is dan ook deerlijk ingekrompen. Voor de
grove nummers is de vraag nog het beste. Voor Egyptishe
garens bestaat wat meer belangstelling, doch de stapelntm-
mers als bv. 60er twist en 82er wef t worden nog weinig ver-
kocht. Hetzelfde geldt voor de garens voor de naaigaren-
industrie.
])e doekmarkt blijft kalm en gedurende de afgeloöpen
week concentreerde de meeste belangstelling zich op de ver-
hooging van de Indische Invoerrechten van 3Y
2
pCt. op
734
pCt. De deputatie van exporteurs, fabrikanten en ar-
beidsorganisaties, die hierover een bezoek brachten bij den
heer Chamberlain en den Eersten Minister, hebben daar-
over geen enkele concessie kunnen verkrijgen. Van het Oos-
ten komeii wat meer aanvragen binnen, doch de limites zijn
in de meeste gevallen te laag. Zuid-Amerika koopt ook weer meer en wel meest voor spoedige levering. Ook is de Regee-
ring weer aan de markt met aanvragen voor zware goede-
ren en het binnenland toont ook meer kooplust, doch de
meeste fabrikanten verkoopen liever niet ver vooruit,
hoofdzakelijk dooi- de onzekere arbeidersverhoudingen.
WOL.
Ontvangsten Gulf-Havens..
4299
3877
5922
Atlant. Havens
1731
2068
3059
tJityoernaarGr. Brittannië
2123
1858
2813
,,
•
,,
‘t Vasteland.
1697
1683
3147
Japan ete…
439 308 368
Voorraden in
duizendtaljen
23 Maart ‘iif
23Maart ’16f
23Maart ’15
Amerik. havens ………..
1239 1425 1522
Binnenland …………..
1058
1012
897 298
144
New York
……………131
New Orleans ………….
.
423
357 352
Liverpool
……………
761
910
1467
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,
Manchester dd. 14 Maart 1917.
Niettegenstaande eenige dagen van reactié in Amerika
is katoen in Liverpool bijna elken dag gestegen en middling
Amerjkaansche katoen noteert thans over een shilling en
bijna even hoog als de allerhoogste prijs in November j.l.
Deze verhooging is voornamelijk te wijten aan de sterke
statistische positie van de oude oogst en verder aan de on-
zekerheid omtrent de grootte van de nieuwe aanplant.
Egyptische katoen wordt tegen hooge prijzen vlot gevraagd
en de berichten omtrent de nieuwe aanplant luiden weer
minder gunstig. Het weer is ook zeer slecht geweest, zoo-
dat een groot gedeelte opnieuw beplant zal moeten worden.
Als de toestand van de industrie in Lancashire veel in-
vloed op de prijzen van Amerikaansche katoen zoude heb-,
ben, was de markt zeer zeker minder vast, want deze toe stand is nog verre van rooskleurig. Spinners trachten wel cle hoogere katoenprjzeut te volgen, doch bij de zeer be-
perkte vraag naar garens is dit absoluut onmogelijk. Wel
zijn garenprjzen iets vaster, doch de verhooging is veel
minder dan die van ruwe katoen. Amerikaansche garens
De veilingen te Lo n d e n
sJoten
5
0
/0
boven de openings-
prijzen.
De markt te B rad ford is zeer vast, in het bijzonder voor
nierinos. Alle ,,vrije” soorten worden opgekocht door de
sindustrie tot zeer hooge prijzen. Het wordt den neutralen
jlanden steeds moeilijker gemaakt vergunning te bekomen.
1
Daarentegen werd Amerikaansche koopers toegestaan gedu-
rende de veilingen van 29 tot 31 Maart aankoopen te doen
tot 10.000 balen.
Te Live rpool vond op 16 Maart eene kleine veiling
1
plaats waarin 1000 balen werden afgedaan. Er heerschte
een buitengewoon opgewekte stemming en de prijzen stegen
van 15 tot 20
0
/o boven die welke in Januari werden betaald. Voor Entre-Rios medium crossbred werd tot 31 d. betaald.
Noteeringen te Bradford:
Colonial carded
D
___________________________________
•
ata
[Iverage
64
56
50
1
46
40
30 Maart1917 ………..74
55
44
37
32
.23
,,
1917 ………70
54
42
1
1
35
1
/2
31
30 Maart1916 ………43
36’1
32
28
25
1
12
PETROLEUM.
(Ontleend aan dn ,,Petroleum Review”) van 24 en 31 Maart.
Londen: Petroleum. Er gaat veel om tegen onveranderde
prijzen.
–
Water White ……1 s. 3 d.
Standard White . ..: 1 s. 2 d.
Second Grade ……1 s. 111
2
d.
Smeeroliën. In de afgeloopen week was de markt rustiger
dan 14 dagen geleden, toen er door de sterke vraag in
tegenstelling met de schaarschte dèr voorraden een groote
1
11 April 1917
ECONOMISCH-STATISISCHE BERICHTEN
279
1
activiteit
viel te bespeuren. Prijzen als volgt onveranderd:
Amer. pale
vanaf £ 24.10 s. tot £33
Arnerican red
,,
£26
,, £33
Ainer.filt.eyl.,,
£26
Amer.darkcyl.,, £19
Benzine. Er valt geen verandering te noteeren. De prijzen
handhaafden zich als volgt:
No. 1 …………2s. lOd.
No.2
.
………..2s.
9d.
No. 3 …………2s.
8d.
Deze prijzen dienen behalve de verhooging van 6 d. per
gallon ten behoeve der verbruiksbelasting voor Schotland en Ierland met 1 d. per gallou voor alle merken te worden
verhoogd.
Terpentijn. Do noteeringen voor terpentijn waren:
18 Maart 23 Maart 30 Maart
Loco ……….53 s.
52 s. 3 d.
52 s. 9 d.
Maart/April …. 53 s. 3 d. 52 s. 6 d.
53 s.
Mei/Augustus . . 54 s. 6 cl. 54 s.
54 s. 3 d.
Sept/December . 55 s. 6 d. 55 s.
55 s. 9 (1.
?araffine. Hoewel er goede vraag naar paraffine is, wordt
de gang van zaken sterk belemmerd door het ontbreken
van aanbiedingen.
De noteeringen waren:
16 Maart
23-30 Maart
Smeitpunt
140
0
………. 6-6
‘I
d.
6’1-7 d.
130-132
0
….. . …. 50/4 d.
6
d.
125-127
0
……….5
1
/s
d.
5’Iz d.
118-120
0
………. 5
3
18 d.
53/
s
d.
Geep officiëele noteeriugen van stook- en vethoudeude
oliën.
L
i
ver pool. De markt bleef onveranderd gedurende de
afgeloopen veertien dagen. Ook in de prijzen is geen ver-
andering getreden.
Baku. De markt voor ruwe olie blijft vast en noteeriugen staan op het oogenblik op 65 kopeken het poed.
N e w Y o r k.
15 Maart 22-27 Maart
Gerafuineerd in kisten . . . . 12,50e.
12,75e.
Standard White in vaten .. 10,00 c.
10,25e.
Credit Balances ……….
3,05 e.
3,05e.
Pennsylvanian Crude per vat $3,05
$3,05
Philadelphia. Standard White staat 10,25 c. per
gallon genoteerd.
SUIKER.
Onze B i e ts u ik er markt was lnsteloos gstemd en waren
de zaken van geen beteekenis. In het begin der week werd
nog voor Mei-levering
f
22
1
12
geboden, doch werd deze ter-
mijn ten slotte tot
f
22.- afgedaan.
Volgens berichten uit de bietsiiikerlanden waren de nog
veelvuldige nachtvorsten niet bevorderlijk voor het gereed-
maken der gronden. In Frankrijk verlangen de suiker-
fabrikanten, evenals in Oostenrijk, van de regeering eene
garantie, dat voldoende kolen voor het bedrijf te hunner
beschikking gesteld zullen worden, alvorens hunne bietcon-
tracten af te sluiten. De import van suiker in Engeland bedroeg gedurende
de week eindigende 24 Maart:
1917
1916 Toename Afname
Ruw …………..31.727
20.265 11.484 -.– tons
Geraffineerd
242
24.335
-.-
24.093 ,,
Totaal …………31.969 44.600 -.- 12.631
Ruw sedert 1 Jan.. 240.477 207.742 32.735 -.-
Geraff. ,, 1 ,, . 23.841 110.478 -.- 86.637
Totaal ,,
1 ,, . 264.318 318.220
-.-
53.902
Terwijl dus, zooals uit onze laatste opgave bleek, de
import van Ruw en Geraffineerd gedurende Jan./Febr. nog
7000 tons grooter was dan verleden jaar, was de import
van 1 tot 24 Maart zoodanig verminderd, dat, blijkens
bovenstaande cijfers, thans een achteruitgang van den totalen
ditjarigen import te constateeren valt van 53.902 tons.
In Java is de positie onveranderd. De nominiLle waarde
voor Superieur uit den nieuwen oogst is f14.- voor vroege
en
f13
0
/a
voor late levering.
me r i k a was zeer vast gestemd. Spot Centrifugals liepen
op tot 6.02 á 6.05 c. De Cubaansche regeering publiceerde
eene raming van den Cuba-oogst van 2.850.000 tons, terwijl
Himeley Zijne raming op 2.900.000 tons verlaagd heeft.
Waar, zooals uit onderstaande statistiek blijkt, de totale
ontvangsten uit den oogst tot 24 Maart nog 450.000 tons
beneden het cijfer van verleden jaar varen, is het begrijpelijk,
dat gaandeweg verlaagde ramingen, verschijnen. Dat deze
minder gunstige vooruitzichten niet van invloed geweest
zijn op de Javamarkt is te wijten aan de, onzekerheid, of
Java over voldoende scheepsruimte zal kunnen beschikken.
C u b a – statistiek:
1918117 1915116
1914115
Ontv. cl. wk. tot 24 Mrt.’17
108.997
*
156.332
128.000 tons
Totaal sedert 1 Dec. . . . .
1.175.585 1.626.495
1.185.786
Werkende fabrieken….
186
174
Export d.week tot 24 IVÏrt
64.000 59.115
71.705
Totaal sedert 1 Dec. . . . .
667.823 932.354
682.640
,,
Totaal voorr. op 26 Mrt
409.000 693.326
479.400
Export V.S. Geraff. van
1
Jan.-3 Maart ……
52.075
156.935
•
25.294
*
Slechts 6 havens.
–
N OTEERI
NGEN.
•
Londcn
New York-
–
—-•.
Data
per Tates
Whitc
G°
96%
April
Cubes
Javas
Cantrifug.
No. 1
fob.
fob.
6
ipril
3917..
f
22
4711
1/a
2113
3216
6,02 5,6,05
30 Maart 1917..
22V2
4711’1
2113 3018
5,9556,02
6 April
1910..
27
1
182
•4711″2
1819
271101
6,83 6.5,96
6 April
1915..
1881
4
311-
–
4,77
21 Juli
1914..,,
11
88
188
181-
– –
.3,26
RUBBER.
De markt was in de afgeloopen week kalm doch prijs-
houdend.
De transacties waren tot een minimum beperkt. Handelaars
durven geen groote contracten af te sluiten, terwijl impor-
teurs eveneens zeer voorzichtig zijn, daar zij liever een
voldoende voorraad beschikbaar hebben, teneinde niet in de
gelegenheid te geraken, wanneer eventueel hun aanvoeren
verloren gaan.
Noteeringen:
Prima Hevea Crêpe en smoked Sheets:
April/Juni ………. 3!1
1
14
einde vorige week 311
Juli/Dec…. ……… 3l’/
,,
,,
,,
2111
2/4
Hard fine Para ……3/2 ‘/o
,,
,,
,,
312
1
/2
KOFFIE.
(Uit het Mailbericht van de Makelaars G. Duuring
&
Zoon,
Kolff & Witkamp en Leonard Jacobson & Zonen).
Koffie zonder handel. Wat voorkomt wordt genomen,
maar doordien zoo weinig aangevoerd en losgelaten wordt;
bcteekent dat niet veel, waarbij dan nog komt de lange duur
die er mee gemoeid is eer tot verzending of tot aflevering
,aan de verbruikers kan overgegaan worden. De noteeringen
blijven ca. 110 c voor goed ordinair Java en 52
1
1 c voor
Superior N.O.T.-Santos.
Noteeringen en voorraden.
Data
Rio
Santos
Wisselkoers
Voorraad
,.
Voorraad
1
.,
9April1917
272.000
6525
1.707.000
5200
11
20
182
31Maart1917
254.000
6325
1.889.000
5700
11
20
182
10 April 1916
298.000
7275
1.470.000
8800
11
28
182
24 Juli
1914
353.000
4900
889.000
5700
16
Ontvangsten.
Rio
Santos
Data
jeloo pen
1
Sedert
Afgeloo pen
Sedcrt
week
1 Juli
week
1
1
Juli
9 April 1917..
24.000
1.964.000
66.000
9.034.000
10 April 1916.
50.000 12.943.000
1
106.000 110.756.000
(Uit het’ Maandelijksch marktberieht van de Makelaars
G. Duuring & Zoon).
De toestand wordt steeds ingewikkelder. De in ons laatste
bericht aangduide maatregelen der N.O.T. omtrent rant-
soeneering en vaststelling van
maximum-prijzen
kwamen tot uitvoering en hadden reeds goede uitwerking.
Daardoor toch werd speculatie en prijsopdrijving tegen-
gegaan en bleven de zaken beperkt tot een minimum. Tevens
werd door de N.Q.T. goedkeuring verleend tot ruimeren af scheep uit verschillende landen, met nameuitonzellolo
i
niën,
doch daar meerendeels de gelegenheid tot afscheep ontbreekt,
is het
twijfelachtig
of met deze toestemming voorshands
-veel kan worden bereikt. Dientengevolge ontstaat een gevoel
van ongewisheid en schijnt het onzeker of inderdaad daar-
II
.
4.218
4.512
5:336
8.702
7.247
–
II
Voorraad Ver. Staten
2.948
1.782
1.759
1.690
2.363
Stoomend
ÇBrazilië
405
654 866
460
263
naar
lOostmndië. Ver.Staten
?
3 9
22
41
7.571
Voorraad in Rio ….
254
Santos.. 1.889
, Bahia ..
32
Totaal……9.746
1916
Op 28 Februari ……. 10.298
Op 1 Juli ……… 7.091
6.951
7.970
10.874
9.914
325
460
321
184,
1.634
1.210
1.363
1.482′
24
25
59,
52
8.934
9.665
12.617
11.632
1915 1914 1913 1912
7.538 11.289 10.275 10.965
7.538 11.289 10.275 10.965
COPRA.
Ook deze ‘eek ging er .bij gebrek aan offerten niets om.
Ceylon cif. Londen £ 42.5.- en elf. Marseille £ 49.10.-.
NOTEERINGEN.
Java f.m.s.
7 April 1917..
f
‘l7/s
nom.)
31 Maart 1917.. ,, 47
Is
nom. ‘ N.O.T.-conclitjes.
7 April 1916..,, 42112
3
7 April 1915.. ,,62
20-25 Juli 1914.. ,,28/4
VETTEN EN OLIËN.
280
ËCONOMISCH-STATÏSTISCHE BERICHTEN.
11 April 1917
mede schaarschte kan worden ondervangen. De aanvoeren
op onze markt hebben de beide laatste maanden grooten-
deels opgehouden en is er ook nagenoeg niets meer,
onderweg; konden onze Stoomschepen maar weder de vaart
1
hervatten, dan ware daarmede veel gewonnen.
Van Santos kwamen deze maand binnen 5500 Balen,
terwijl van laatstgenoemde soort werden afgeleverd 17.000
Balen, zoodat onze voorraad daarvan opnieuw verminderde
van 62.500 Balen op 51.000 Balen.
De voorraad in Europa verminderde in Februari opnieuw
met 139.000 Balen terwijl de zichtbare wereldvoorraad
303.000 Balen kleiner werd. De aanvoeren en afleveringen
in Europa gedurende de twee eerste maandeü des jaars zijn’
terug gebracht, wat betreft de aanvoeren op nauwelijks eed vierde, de afleveringen op ongeveer een derde van v&r den
oorlog en dreigen die onder den tegenwoordigen stand van
zaken nog meer te zullen terug gaan.
Statistiek der firma G. Duuring & Zoon.
Zichtbare voorraad op 31 Maart, in duizenden balen.
1917 1016 1915 1914 1913
Voorraad in Europa.. 3474′ 3.389 4.379 8.167 6.944-
1
fVer.
Brazilië ..
744
.936
894
450
227
oomen Oost-Indië.
?
180
51
24
24
n. uropa
Staten
–
7 –
12
61
52
01 eo – Ma r ga r in e. Deze week was er geen enkele
af-
ladings-offerfe.
Tengevolge van den tusschen de Vereonigde Staten en
Duitschland ingetreden oorlogstoestand en het stopzetten
van de vaart door de Holland-Amerika-Lijn, zullen zaken
voorloopig zoo goed als onmogelijk worden.
Premier – J u s. Zuid-Amerikaansche. Er werden weder
eenige honderden tierces Ie, Iie en Iiie soort ad resp. f110,-,
f108,- en f106,- franco walhier, exclusieve alle oorlogs-
risico, gedaan, waarbij verkoopers zich het recht voorbe-
houden te annuleeren indién niet binnen 60 dagen ver-
scheept kan worden.
Neutrallard en Katoenzaadolje zonder offerten.
Ge r af fin eer d C oc
05v
et. Noteering ca. fl03,- voor
prompte levering.
VERKEERS WEZEN.
BEVRACHTINGEN.
7 April 1917. De scheepvaart op Engeland vond bijna uitsluitend plaats met Entente- en gehuurde .vaartuigen.
Voor de ten behoeve van den Britschen beheerder der mijnen
wekelijks benoodigde 10
ft
15.000 ton mijnstutten, werden
gedurende de laatste weken hoofdzakelijk onzijdige schepen
afgesloten tot vrachten afwisselend van 3001- tot 3501- per
vadem. Voor time-chtrter werd betaald voor de vaart in
Amerikaansche wateren ca. 4216, van de Entente landen op
Amerika ca. 501- en voor de kustvaart 1001- k 1021-6 per
ton draagvermogen per maand, met molest-verzekerings-
premie boven 1
O/
voor bevrachters rekening.
GRAAN.
All.
Kust
San Lorenzo
Pete,,. Odessa
Ver. Staten
grad
Data
Londen!1 Rotter.
j
dam Rotter-
1
Bristol Rotter-
1
Enge-
R’dom
dom i Kanaal 1 dom 1 land
217 April 19171
-1-
–
1311-
–
1351-
26131 Maart1917
1
–
1
–
–
1
3113
–
1
1351-
–
318 April
1916
–
1
–
f
14,251
1416
ƒ
97,112I 1501-
5110AjriI 1915
–
J
–
1
101-
719
1
651-
1
6718
Juli
19141
uid.J
713
11/11
1
/411/11
1
/41
121-
121-
HOUT.,
Cronstadt Golf ven Mexico
Data
.
Holland
Oostk.
Engeland
Holland
geland (gezaagd)
(mijn.
(Pitch-
pine)
IE.
(Pitcli-
pine)
stuIten)
217 April
1917
–
–
26131 Maart1917
–
–
–
6501.1)
3!8 April
1916…….
–
–
–
550/-‘)
5110 April 1915 ……
–
–
22019)
Juli
1914 ……
.12,-
2416
751-
.
7716
1
ERTS.
Bilbao
1
Cartha.
Grieken.
Poli
Data
Midd(s.
1
genu
Middlcs-
land
Middles- Middles
bro
.
bro’
bro’
bro’
217 April 1917
–
–
–
–
26131 Maart1917
–
–
–
–
318 April
1916 …. …23/8
221-
241-
–
5110 April
1915 …….13/6
J61-
181-
–
–
Juli
1914 …….4/3
514
1
1,
519
818
KOLEN.
Cardiff
Oostk. Engeland
Dato
Bor-
Genua Pa°to
Rotter
Cron.
deaux
Rier
dn
stadt
217 April 1917
511-
10113
–
–
– –
26131 Mrt. 1917
51!-
10113
1001-
– –
–
318 Apiil 1916 fr 68,50
89/-
1051- 651-
f
6,50
–
5110 Apr. 1915 ,, 14,50
201-
2516
2616
,, 6,-
–
Juli 1914
,,
7,.-
71-
713
1416
3!2
51-
DIVERSEN.
D
0
0
West
Europa
w.)
West
Europa
(rijst)
stock West
Europa
West
Europa
(salpeter)
240/-
3001-
–
–
240/-
3001-
–
277
April
1917 …….
95/
155!-
–
1401-
26131 Maart1917 …….
318 April
1916 …….
57/6
801-
8716
571- z.
–
5110 April
1915 …….
Juli
1914 ——-
14/6
–
1613
251-
2213
1)
Per zeilschip.
–
BINNENVRACHTEN.
in de afgeloopen week werden slechts enkele vrachten
genoteerd:
–
Rotterdam-Zwolle:
110 last zout f f3.- per last.
Rotterdam-Utrecht:
110
,,
,,
,,
– 1.60
Rotterdarn-Harlingen:
90
,,
,,
,,
– 4.20
Rotterdam-Ruhrhavens: 250 ,, oud ijzer ,, – 0.75
(voor reizen naar de Ruhrhavens wordt steeds vrij sloepen
gegeven).
Luik-Rotterdam: (ledig naar de laadplaats en met kolen
terug)
f
2.25 per ton met vrij sleepen naar en vanaf
Maastricht. –
Brussel-Rotterdam: (ledig naar de laadplaats en met
kolen terug) fl.05 per ton, met vrij sleepen naar en vanaf
Willebroek.
Ruhrhavens naar Zeeland: voor kleine schepen werd als
vracht bedongen Mk. 7.20 per ton (overeenkomend met! 2.75
per ton volgens den koers f100.- – 248 Mark).
Het verkeer op het Rhein-Hernekanaal dat steeds toe-
gankelijk was voor schepen van diverse grootten werd sedert
eenigen tijd niet meer toegankelijk verklaard voor schepen kleiner clan 800 ton; sedert dien is er wederom eene vijzi-
ging gebracht en wel, dat thans slechts schepen beneden
600 ton geen toegang tot de daar liggende mijnen hebben.
11 April 1917
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
281
DE TWENTSCIïE BANK
Amsterdam
‘
.
Rottedam
‘s-Gravenhage
Maandstaat op 31 Maart 1917
DEBET
Aandeelhouders nog te storten …………….. …………..
f
1,784,700,-
Deelneming in de firma’s:
B.
:
BLIJDENSTEIN & Co., te Londen
B. W. BLIJDENSTEIN Jr., te Enschedé
LEDEBOER & Co., te Almelo,
f
8.284.250)— waarvan in
geld gestort
………………………..
…………..
6.734.250.-
Deelneming in bevriende Bankinstellingen
f
1.617,800,— waarvan
in geld gestort …………………………………..
voor rekening der Twentsche Kantoren gedeponeerd
te Londen
…………………………. ……….
….
230.000,
f
9.865.550,-
Fondsen, v. Aandeelhouders gedeponeerd:
te Amsterdam, Rotterdarn, ‘s-Gravenhage …………….
Fondsen door ons gedeponeerd voor rekening van bevriende
Bankinstellingen
…………………………………
Kassa, Wissels en Coupons
. ………………………….
Nederlandsche Staatsleeningen, Schatkistbiljetten en Schatkist-
•
promessen ………………………………………..
Saldo’s bij Bankiers…………………………………..
Prolongatiën gegeven ……………………. . ………….
Eigen Fondsen en Syndicaten ………………………….
Credietvereeniging ……………………… ……………
f
18.921.580,44
af: loopende Promessen …………………………….,, 1.300.000,-
Voorschotten tegen onderpand of Borgtocht en Saldo’s Rek. Crt.
Voorschotten op Consignatiën ………………………….
Gebouwen en Safe Deposit ………………….
……………
CREDIT
Kapitaal ………………………… ……. …………..
f
16.000.000,-
Reservefonds ……………
… … … ……………. …. ..,,
8.116.771,42
Waarborgfon ds Credietvereeniging …………: ………….
2.398.417,50
Reserve Credietvereeniging ……………….. . …………
2.420.883,23
–
Zieken- en Pensioenfonds . ……………………………..
Aandeelhouders voor gedeponeerde fondsen als waarborg voor
90 pOt. storting op aandeelen B …………………….
. f
1.784.700,-
in Leendepôt ……………28.616.050,—
Deposito’s
………………………………………….
op Prolongatiën
……………………………
Saldo’s te ontvangen en te leveren fondsen ………………
,Saldo’s rekeningen Courant …………………………….
met Londen en Twente ……………….
On Cail genomen …………………………………….
Kassiersrekeningen
……………………………………
Te betalen Wissels
…………………………………….
Diverse Rekeningen ………………………………….
28.579.550,
1.821.200,— – –
21.907.686,5234
43,924.372,74
10.301.731,2634
5.877.145,-
4.046.540,9434
17.621580.44
18.288.825,04
1.629.208.82
2.485.563,3734
f 166.348.954,15
f
28.936.072,15
213.676,67
30.400.750,-
25039.832,-34
4.265.600,-
318.743,7534
52.525.163,7134
8.846.973,8234
5.259.894,3534
800.000,-
357.799,55
8.819.696,12
564.752,-34
f
166.348.954,15
282
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
11 April 1917
Nederlandsche
–
Bank voèr Russischen Handel
BANQUE NÉERLANDAISE POUR LE COMMERCE RUSSE
Kapitaal 5.000.000 Roebels.
Kantoor: 20 NEWSKY PROSPECT
Telegramadres:
NEDRUSBANK
De Bailk
iloelilt
gelden á deposito
011111
rekellillg-oöurallt en verricht alle SOorteil wissel- en ballkakell.
Voor inlichtingen kan men zich wenden tot alle kantoren van
de NEDERLANDSCHE HANDEL-MAATSCHAPPIJ en de TWENTSCHE BANK,
zoomede tot de heeren HOPE & Co. en LIPPMANN, ROSENTHAL & C. te Amsterdâm
en R. MEES & ZONEN te Rotterdam.
NEDERLANDSCHE GRONDBRIFBANK
HEERENGRACHT 495 AMSTERDAIJ
J.
&
J.
M. VOORHOEVE
tegen
5
pCt. Ob1igatin (Grondbrievn)
Beurkoera
Makelars
in
Assurantin
Gecertificeerd door de Centrale Trust-Compagnie
Anno 1836
Verkrijgbaar in 8tukken van
f
2500,-9
f
1000,—,
f
500,— en f100,—
op elk goed effectenkantoor
ROrrEKOAM
GEBROEDERS CHABOT
ROTTERDAM
KASSIERS
èn
MAKELAARS
in
ASSURANTIËN
Deposito’s.
–
Rekening-Courant.
–
Frsnco Chèque-Rekenin
g
.
Aan- en Verkpop van Wissels op het Buitenland.
–
Aan- en Ver-
koop van Fondsen.
–
Bewaarnemin
g
en Administratie van Effecten.
Oorlogs-, Transport-, Casco-, Brand-, Diefstal- e.a. verzekeringen
van eiken aard.
~
èlkoor
s
t e
–
enb uw
DE SPAARNE-BANK
.1
HAARLEM
Gestort Kapitaal en Reserves f1.184.000,-
REKENING-COURANT, CREDIETEN, INCASSEERINGEN, ASSURANTIËN,
WISSELS,
EFFECTEN,
COUPONS, PROLONGATIËN,
DEPOSITO’S, ENZ.
Haarlemsche. Bankverçenigin
g
VAN RIJN & C
AALSMEER, BEVERWIJK, HILLEGOM
EENIGE F1qBRIK4NTEN
HOOFDDORP, LISSE, IJMUIDEN
VLINDE
UTRECHTSCHE
Volgestort Kapitaal en Kapitaal-reserve
f
3.750.000,—
FIJNE TAFELMOSTERD
LAPI UO
i
m
H &
V
IS
DIRKZWAGER’s SCHEEPSAGENTUUR MAASSLUIS EN HOEK VAN HOLLAND
ASSURANTIËN
Belasten
z
ich met
het
rapporteeren
van
schepen
en
het
De Ruyterkade 124, Amsterdam behandeleh van scheepszaken op den Nieuwen Waterweg
belasten zich met het plaatsen
N
IEUWE BERG! NGMAATSCHAPPIJ
van
alle assurantiën, speciaal
MAASSLUIS
TRANSPORT-, MOLEST. EN BRAND.
VERZEKERINGEN
Contracteren
voor het bergen van
gezonken schepen
en
ladingen, op de rivieren en buitengaats; belasten zich met
hèt instellen van duikeronderzoek, enz. enz.
11 April 1917
ECONOMISCH-STATIS+ISCHE BERICHTEN
–
283
.INCASSO
–
BANK
Cl
AMSTERDAM – ROTTERDAM
(
– ALMELO – DORDRECHT
Volgestort Kapitaal
f
Reserve
f
1.664.000,-
KANTOOR TE ROTTERDAM, LEUVEHAVEN W.Z. 103
CHOPA.K
EN
C.AHN
ADVOCATÉN
:1
NEW YORK
29 BR®ADWAY
zijn
Specialiteiten
voor
Douanerechten, Scheepvaart,
Onroerend Goed
en
Handelszaken
Referenties van banken en bekende Nederlandsche advocatn t bevragen
onder No. A 128 NIJGH & VAN DITMARS Alg. Advertentie-Bur., R’dam
Algemeen Adposhoek
van Nederland en
Nedèrlandsch-Indië
ten dienste van
Landbouw, Nijverheid en Handel
Prijs
f
12,50
Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij
NIJGH &VAN DITMARS UITG.-MlJ, R’DAM
PRACTISCII EFFECTENBOEK
ter vereenvoudiging van admini-
VERMOGENSBELASTING
Prijs f 1,—
Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij
NIJGH&VANDITMAR’SUITG.-MI-J,R’DAM
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP
–
Nederlandsche Staalgieterij
voorheen J M. DE. MUINCK KEIZER
GEVESTIGD TE UTRECHT
Maatschappelijk Kapitaal
/
3.000.000,
NIJGH
&
1′
AN
42.009,— Pref:renteAandeelen
f
op naam en
D
T
‘T’
A
R9
1 1 IVI
3
f
2.958.000,— Gewone Aandeelen
.
aan toonder of
desgewenscht
op
naain
UITGEVERSMIJ
INSCHRIJVING OP
ROTTERDAM
1033 GEWONE AANDEELEN
af
1000
9
—
Tel. 7841 -’42-’43-’61
tot den koers van
100 pCt.
Belast zich met het
verzorgen van uit-
De
ondergetee’kenden
berichteij,’ dat
inschrijvingen
op
bovengenoemde
1
scn
1
rir-
gaven en tij ci
f
1.033.000,— Gewone Aandeelen ziIlen worden aangenomen op
ten op elk gebied
M1ANDAG
16 APRIL 1917
van
9
uur voormiddags
tot 4 uur namiddags
–
.
te hunne Kantore
të
AMSTERDAM. ROTTERDAM en ‘s-GRAVENHAGE en
te ENSCHEDE.
. …
ten Krintore van den Heer
B.
W.
BLIJDENSTEIN Junior
HANDBOEK VOOR HET
te ALMELO
…….,,
,,
,,
de Heeren LEDEBOER
& Co.
EXPEDITIEWEZEN
te GRONINGEN
,,
,,
,,
de Heeren REINDERS
&
KNOL BRUINS
DOOR
alwaar Prospectussn
en
Inschrijvingsbiljetten verkrijgbaar zijn en de statuten
F.
J. HARTERINK
EN
der Naamlooze Vennootschap ter inzag&liggeri.
H. G. RUTGERS
.
NEDERLANDSCHE HANDELMAATSCHAPPIJ
Prijs
f3,90
DE TWENTSCHE BANK
ir
Alom
verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij
AMSTERDAM, 7Aril 1917.
NIJGH & VAN DITMAR’S UITC.-MlJ. R’DAM
284
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
11
April 1917
PIERSON
&
Co.
BOISSEVAIN
&
Co.
AMSTERDAM
NEW YORK
FINANCIEREN IN- EN EXPORT.
–
BEHANDELEN VERSCHEPINGS- EN ANDERE DOCUMENTEN.
BEZORGEN OPSLAG, VERSCHEPING EN ASSURANTIE VAN GOEDEREN.
FOURNEEREN EN INCASSEEREN WISSELS
OP ALLE
PLAATSEN IN
DE
VER. STATEN EN CANADA.
OPENEN REKENING-COURANT MET RENTE-VERGOEDING.
PHS VAN OMMEREN’
CARGADOOR, EXPEDITEUR,
ASSURANTIE
ROTTERDAM
AGENT VAN STOOMVAARTLIJNEN NAAR: AUSTRALIË EN NIEUW-ZEELAND, CHINA EN JAPAN,
BRITSCH-INDIË, ZUID-AFRIKA, CHILI EN PERU, MEXICO, WEST-INDIË,
LONDON, LIVERPOOL, MANCHESTER, SOUTHAMPTON EN CORK.
PHs. VAN OMMEREN (LONDEN)
LTD.
LONDEN
VAN ES
&
VAN OMMEREN, AMSTERDAM
THE PH. VAN OMMEREN CORP’N OF NEW YORK, NEW YORK
COMPTOIR MARITIME ANVERSOIS, ANTWERPEN
Holland
–
Canada Hypotheelbank
‘s-Gravenhage
Uitstaand bedrag Pandbrven ruim
/
12.500.000,-
5
pCt. Pandbrieven tègen den koers van
99112
pCt.
Eerste Nederlandsche Hypotheekbriefbank
‘sGRAVENHAGE
–
ANGE VIJVERBERG 9
Geeft
af
41/20/0
en
4
0
/oAlgqrneene Hypotheekbrieven
‘tegen
beurskoers.
WERKSPOOR, AMSTERDAM
Land- en Scheeps-Machines
–
Dieselmotoren
Installatiën voôr Suikerfabi3eken
–
Polderbemalingen
Ijzerconstructiën
–
Reeders en Cargadoors
GEBRVAN UD
EN
ROTTERDAM –
AMSTERDAM
–
ZAANDAM
Telegram-Adres: ,,VANUDEN’
WEISE
&
C.
UNIE BANK
Import van en Handel in
1
,
Nederland en Koloniën
OVERZEESCHE PRODOCTEN
AMSTERDAM
speciaal
RUBBER, GUTTA-PERCHA
eii,
BALATA
BATAVIA
–
SOERABAYA
GEO. H MÇFADDEN
&
BRO.
COTTON MERCHANTS
PHILADELPHIA-NEW YORK
Vertegenwoordiger voor Nederland:
D. BREEKLAND,
Oldenzaal—Enschede