Ga direct naar de content

Jrg. 2, editie 104

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: december 26 1917

26 DECEMBER 1917

Eco

nomisch~Statistische

Beri*chten –

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID. FINANCIËN EN VERKEER

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

1
2E
JAARGANG

WOENSDAG 26 DECEMBER 1917

No. 104
1

INHOUD

131z.

GERMANISMEN

………………………………965
Oorlogsbelastingen in de Vereenigde Staten
…………966
Minister Treub’s Monopolisatieplan der Levensverzekering
967
Amerika’s toekomst ter Zee
……………………..970
De Rijksmiddelen
……………………………..970
AANTEEKENINGEN:
De nieuwe staatsleening en naamlooze veniiootschappen
werkzaam in de koloniën
……………………971
Versmelting van nikkelen en bronzen pasmunt
……..971
De Oostenrijksch-Hongaarsche bank in den oorlog
…. 971
BoEicANKoNDIcINc
……………………………..972
REGEERINGSMAATREGELEN OP HANDELSGEBIED
…………973
MAANDCIJFERS:
Ontvangsten van Spoor- en Tramwegmaatschappijen..
973
Overzicht der Rijksmiddelen
………………….974
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
……………….974-983
Geidkoersen.

Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.

Goederenhandel.
Bankstaten.

Verkeerswezen.

INSTITUUT VOOR ECONOMiSCHE’

GESCHRIFTEN

WEEKBLAD ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

Het secretariaat van het weekblad is gevestigd te
Rotterdam, Pieter de Hooghweg 122,
telefoon
no. 3000.
Telegramadres: Economisch Instituut.
Bijdragen en mededeelingen, den inhoud betref-
fende, gelieve men te zenden aan het secretariaat.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland, f 15,—, buitenland’ en koloniën f 14,-
per jaar. Losse nummers 30 cents.
Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het
weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos,
voor zoovèr daaromtrent niet anders wordt beslist.

Mededeelin gen betreffende abonnementen en adver-
tentiën richte men tot Nijgh & van Ditmar’s Uit gevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, Den Haag.
Advertentiën / 0,35 per regel. Plaatsing
bij
abonne-
ment volgens tarief.
24 DECEMBER 1917

De vaste stemming op de geidmarkt bleef ook deze
week aanhouden. De prolongatierente noteerde gedu-

rende de eerste helft der week nog 4% pOt.; daarna

werd
5
pOt. genoteerd. Particulier disconto was we-
derom hooger en zeer moeilijk onder’ te brengen. De

rentevoet wijkt slechts weinig meer af van het of f i-

cieel disconto van de Nederlandsche Bank. Kleine

posten werden tot 4
it
4’%
pOt. afgedaan. –

Het was dan ook niet te verwonderen, dat het aan-

geboden schatkistpapier alleen op ongeveer diezelfde

basis was te plaatsen. Voor de gevraagde zestig mii-

lioen gulden werd ingeshreven tot een bedrag van

f56.957.000.
Voor de kortlo6pende biljetten bestond al

zeer weinig vraag. De meeste inschrijvingen waren

voor de driemaandsch promessen. Toegewezen werden

f 46.730.000
promessen A /
988,88
en
f 6.014.000
bil-

jetten
a
/ 1000,41, gevende voor heide soorten een netto

endement van circa 4/4pCt

:De wisselmarkt was deze week wder bijzonder vast

voor Marken en. Oostenr. Kronen. De koersen liepen

sprongsgewijze op en bereikten, na drie achtereen-

volgende dagen circa
4 â 5
pOt. gestegen te
zijn,
hun

hoogste punt op Donderdag met circa
46,75
voor Mar-

ken en circa
28.—
voor Kronen. Daarna trad eenige

reactie in; het slot bleef echter vast op ca.
44.50
en

26.75.
Vooral Marken hebben zich nu in korten tijd

buitengewoon kunnen herstellen en hebben meer dan
de helft van hun disagio ingehaald.

‘ De handel in wissels op de overige landen stond her-

haaldelijk geheel stil, daar de gansche aandacht op

Marken en Kronen was geconcentreerd.

GERMANISMEN.

Het is een merkwaardig – hoewel zeker niet onver-
klaarbaar – feit, dat onze Nederlandsche schrijftaal
zich in de laatste jaren steeds meer begint te ver-
duitschen. Bedoeld is hier nu niet schrijftaal in tegen-
stelling met spreektaal – het fundament der rich-
tïng-Kollewijh -, maar de zinsbouw, de woord-
vorming, en de geheele wijze van zich uit te drukken
in geschriften, brieven, publicatiën van hoogere en
lagere autoriteiten, advertentiën, dagbladberichten en
dergelijke. Vooral in het schriftelijk handeisverkeer is de verduitsching zeer sterk aan het voortwoekeren, en
dageljks gebruikt men, in handels- en financieele
kringen, ook in het gesprek, woorden en wendingen,
die niets Hollandsch meer hebben en voetstoots uit
het Duitsch zijn overgenomen.
Het schijnt mij van belang, deze gevaarlijke ziekte
te signaleeren en te trachten haar te bestrijden.
De plaats om een ernstig woord van waarschuwing
te doen hooren tegen het verknoeien en verhanselen
van ons Nederlandsch idioom, is niet gemakkelijk te
kiezen. Een dagblad-artikel bereikt wel een grooten
kring, maar is aanstonds weder vergeten. Een kort
protest in het een of ander algemeen tijdschrift
wordt niet algemeen genoeg verspreid, en spreekt
trouwens voornamelijk tôt personen, die niet meer
overtuigd behoeven t worden. Aangezien nu, naar mijne ondervinding, de leelijke
gewoonte het sterkst voorkomt in handels- en finan-
cieele kringen, schijnt het mij niet ongewenscht te
dezer plaatse een waarschuwende stem te doen hoo-
ren. Ik zou alle volgt ernstig te overwegen, er bij hun personeel op
aan te dringen, de onzuiverheden in de corresponden-
tie te vermijden, en te weigeren brieven en stukken
te teekenen, waarin Nederlandsche woorden en wen-
dingen verwaarloosd en door Duitsche vervangen
worden.

966

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26
December 1917

Het zuiver houden van onze taal is een van de
meest dringende voorwaarden voor onze nationale on-
afhankelijkheid, en het onoplettend of oogluikend toe-
laten van germanismen een ernstig gevaar: het lang-
zaam ingeslopen misbruik wordt een gewoonte, en als
eenmaal onze taal doortrokken wordt van vreemde
elementen, geven wij een kracht en een schat prijs, die
wij met niet genoeg zorg kunnen aankweeken en be-
schermen.

De naaste aanleiding tot het op schrift stellen van
deze beschouwing is niet een handelsbrief, maar een

toevallig te mijner kennis gekomen recente legerorder
van den Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht.

Indien de hooge autoriteiten, en zelfs de regeering,

zich niet Ontzien om de meest ergerlijke vergrijpen
tegen ons Nederlandsch taaleigen te begaan in schrift
of druk hoe veel te meer zal dan de gewone bur-

ger en de man van zaken, die niet immer den tijd
hebben de taal hunner schrifturen nauwkeurig te wik-
ken en te wegen, langzamerhand afglijden tot het ver-

waarloozen van de Nederlandsche taal ten gunste van
een vreemde, en daardoor medewerken om die taal –
en daarmede ten slotte den nationalen geest des volks
– te ondermijnen en ten val te brengen.

De bedoelde legerorder luidt als . volgt: ,,In het
,,algeneen meen ik, dat de
uit te stellen
grenswachten
,,een sterkte zouden kunnen hebben van .. .., waarvan

,,één als ordonnans
ware
te beschouwen, die zoo moge-
,,lijk te voorzien
ware
van een rijwiel” enz.

Wie nog niet gewend is aan dit Nederlandsche
Duitsch, zou denken, dat de Generaal het heeft over.
een grenswacht die voorloopig nog niet behoeft op te
komen, een wacht, die ,,uitgesteld” wordt (aangeno-
men, dat men dit zoo zou mogen uitdrukken). Maar
Zijne Excellentie bedoelt een wacht, die
uitgezet
moet
worden, en, doortrokken van den Duitschen geest, die
ook in militaire kringen zich pleegt te uiten, denkt
hij aan ,,ausstellen” en vertaalt dit maar botweg met
,,uitstellen”. Het is natuurlijk niet de Opperbevelheb-

ber-zelf, die dit taaltje neerschrijft, maar de een df
andere officier van zijn bureau; doch indien ik als lé-
geicomrnandant een stuk moest onderteekenen waarin
die wanspraak voorkwam, zou ik het mijn ondergé-
schikte terugzenden met de apostille:
.
,,schrjf je
moer’s taal, kapitein”.

En nu de handelscorrespondentie.
• Zie hier een paar staaltjes, die mij den laatsten tijd
onder de oogen kwamen en waarvan ik aanteekening
hield. Het zou mij geen moeite kosten, ze met hon-
derden te verineerderen.

Een bekende bankiersfirma vangt haren adviesbrief aan met:
,,Aanbjj
zenden wij U”.

Een ander Hollandsch huis zendt een remise en
verzoekt: ,,ons
hiertegen
te doen
toegaan”.

Weer een ander schrijft: .,beleefd verzoeken wij U
de aangevraagde stukken te willen
uit handigen
aan….”

Een vierde: ,,hiernevens zenden wij U…., waar-
van U de ontvangst gelieve aan te erkennen”.

Dat de zaak waarnaar of .de persoon iiaar vien
gevraagd wordt, algemeen op
zijn
Duitsch de
betref-
fende
heet, behoef ik nauwelijks te herinneren.

Er is geen kantoorbedieude die niet, als er een
fout geconstateerd is of een wenk gegeven wordt,
spreekt of schrijft van de gemaakte ,,bemerking”.
1)

En aan het hoofd van sommige formulieren van De
Nederüindsche
Bank prijkt in volle Duitsche glorie
het woord
,,overwijzing”,
ofschoon er keus is tusschen
de goed-Nederlandsche ,,overschrijving” en ,,ovor-
boeking”.

Het combie op dit gebied is wel de volgende iufor-
matje, die ik las en die onderteekend was door de
Directie van een der grootste Nederlandsche banken:
,,Aangevraagde is een
beduidende
en
aangeziene
fir-
ma, die
onbedingd
goed is voor hare ëngagernenten.”

Mij dunkt, dat ik met deze aanhalingen volstaan

‘) Dit on-Nederlandsche woord
wordt
helaas
ook door
de’
superieuren veelvuldig gebruikt.

kan. Zij zijn, gelijk ik zeide, dagelijks uit gedrukte
en geschreven stukken met
dozijnen
te vermeerderen.

Wat ik zou willen vragen is dit:

Laat ieder chef, directeur, enz., de brieven die men
hem ter teekening voorlegt, ook in
dit
opzicht
goed
lezen,
en weigeren zulke van-taal te teekenen.
Bij
de
meer ontwikkelden toch is het vaak de sleur, die. op
den vorm, waarin een mededeeling is vervat, minder
doet letten dan op deze zelve. Laten
zij
hun kantoor-
personeel dit stukje ter lezing geven en er bij hun

bedienden ernstig op aandringen, – onder bedrëiging
dat de brief anders moet worden overgeschreven
dat men op een Nederlandsch kantoor aan een Neder-
lander Nederlandsch zal
schrijven
en geen Duitsch.
En laten
zij,
ten slotte, ook hun correspondenten op

dergelijke futen opmerkzaam maken en verzoeken om
medewerking.

Laten
wij,
menschen van zaken, in deze..niet schro-
men desnoods een onbeleefd antwoord of een beschul-

diging van schoolmeesterachtigheid op te loopen: het
geldt hier geen geringe zaak, want een volk, dat zijn
taal prijs geeft, werkt te langen leste mede ook aan zijn politieken en economischen ondergang. En indien ooit,
dan is het
nu
de
tijd
om voor onze onafhankelijkheid
ook met het krachtige middel van taal-behoud te
waken.

Het zou misschien niet kwaad
zijn
als zij, die dit
lezen en er mede instemmen,
mij
een
bewijs
van ad-
haesie zouden (adres: Kas-Vereeniging). Er zou zich
zoo een kern kunnen vormen, waar een kracht ten
goede van kan uitgaan.

Ook zou ik aan de dagbladen en de financieele orga-
nen willen verzoeken,
mijn
beschouwing over te nemen
of er althans de aandacht op te vestigen.

F. E. POSTHUMÏJS MEYJES.

Amsterdam, December 1917.

OORLOGSBEL.STINGEN IN DE VEREENIGDE

STA TEN.

Wilson’s gouvernement heeft de wereld verbaasd
door een reeks van diepingrijpende oorlogsmaatrege-
len, niet in de laatste plaats op economisch gebied, die
in de .Vereenigde Staten in snelle opvolging den over-
gang van den vredes- tot den oorlogstoestand, zooals
Europeesche begrippen zich dezen na een geleidelijke
ontwikkeling van enkele jaren thans voorstellen, heb.
ben compleet gemaakt. De ijvei van den nieuwbe-
keerde, die uit al deze maatregelen spreekt, heeft zich
ook ton opzichte van de kleine neutrale. staten vat
Europa op zeer hardhandige
wijze
doen gevoelen en
met name ons land heeft.reden tot ernstig beklag. In-
tusschen mag dit niet verhinderen te erkennen – en
dit maakt de zaak voor ons eer ernstiger – dat over
de gansche linie eenzelfde geest in de genomen maat-
regelen tot uiting komt.

Onder de economische maatregelen neemt de United
States War Revenue Act 1917, het geheel van de op
3 October j.l. ‘tot wet verheven oorlogsbelastingen, om meer dan één reden een bijzondere plaats in. Al dade-
lijk wegens de sommen, die er mede gemoeid zijn. Uit
deze belastingen toch blijkt, dat de Vereenigde Staten
getrouw blijven aan het Angelsaksisch beginsel, een
zoo groöt mogelijk deel van de lasten van den oorlog
te leggen op de schouders van het .thans levend ge-
slacht. Zelfs is reeds dadelijk ingegrepen op zoodanige
wijs als in Engeland eerst na bijna twee oorlogsjaren
het geval was.

Do meerdere opbrengst, die de oorlogsbelastingen per jaar zullen opleveren, loopt naar officiëele schat-
ting tegen de 2,5 milliard dollar. Het leemvendeel, be-
lngrijk meer dan 1 milliard, wordt verwacht uit de
oorlogswinstbelasting, 450 millioen uit den opslag op
de inkomstenbelasting, 360 millioen uit den opslag op
de inkomstenbelasting op vennootschappen en de rest
uit een reeks indirecte belastingen, in de eerste plaats enkele verhoogingen van accijnzen en invoerrechten, een verkeersbelasting, inclusief telegraaf en telefoon,

26 December 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

967

een belasting op verzekeringspolissen, een oorlogs-
zegelrecht, een belasting op toegangsbewijzen voor

schouwburgen
enz.,
benevens enkele kleinere belas-

tingen.

Van deze oorlogsbelsstingen verdienen de 3 eerste
een nadere beschouwing.

De oorlogswinstbelasting wijkt .op enkele cardinale

punten af van de meeste gelijknamige belastingen in

Europa, waaronder ook de Nederlandsche.

In de eerste plaats ontbreekt de eisch van verband
met den oorlogstoestand en wordt de belasting dus

geheven van alle bedrijfsinkomen, dat, uit welken

hoofde ook, het gemiddelde voor-oorloginkornen over-
treft, terwijl voorts het percentage üïet voor alle hef-

fingen gelijk is, doch klimt naar gelang van de ver-

houding van het inkomen tot het in het bedrijf ge-
stoken kapitaal. Gevolg zal dus zijn, dat bij geringe

kapitalisatie het percentage zeer belangrijk hooger
kan zijn dan hetwelk over heel wat grooter oorlogs-

winsten geheven wordt, mits uit een veel hooger ge-

kapitaliseerd bedrijf.

Oorlogswinstbelasting moet worden betaald door.
allen, Amerikanen en vreemdelingen, particulieren en

venhootschappen al dan niet in de Vereenigde Staten

gevestigd, die binnen de Unie in handel of bedrijf

betrokken zijn. Van het bedrag, waarover belasting
moet worden betaald, mag worden afgetrokken de ge-

middelde voor-oorlogwinst, echter niet minder dan
7 en niet meer dan 9 pOt. over het thans in het bedrijf
gestoken kapitaal. Deze aftrek geldt voor allen. Bin-

nenlandsche vennootschappen mogen bovendien 3000
dollar in mindering brengen, binnenlandsche firma’s
en particulieren bovendiep 6000 dollar. Buitenland-
sche ondernemingen en in het buitenland gevestigde
particulieren mogen slechts de voor-oorlog winst af-
trekken, doch deze tot ten minste 3000 dollar. Het

heffingspercentage bedraagt 20 pOt. over het aldus
berekend meerder inkomen, voor zoover het niet 15
‘pat. van het in het bedrijf gestoken kapitaal over-

treft, 25 püt. over het meerder inkomen van 15 tot
20 pOt. van het kapitaal, 35 pOt. van het meerder
inkomen van 20 tot 25 pOt. van het kapitaal, 45 pot.

van hetmeerder inkomen van 25 tot 33 pOt. van hot
kapitaal, en 60 pOt. daarboven.

Niet minder belangstelling verdient de opslag op
de in 1916 ingevoerde inkomstenbelasting, waarbij
bovendien nimmer vergeten moet worden, dat men
hier te doen heeft met een inkomstenbelasting, gehe-

ven door een hondsregeering, een belasting dus, die
komt naast de belastingen, geheven door de afzonder-
lijke staten. De oorlogsinkomstbelasting kenmerkt zich
door een zeer sterke progressie in een vorm, waarin deze
vôSr den oorlog – behalve tot zekere hoogte in de

Engelsche supertax – in de Europeesche belasting-
wetten vrijwel onbekend was. Immers, wat daar onder
den naam van progressie doorging, was in het licht

van wat thans in verschillende landen tot wet wordt
verheven, nauwelijks meer dan een degressie-stelsel
voor de kleinere inkomens. Het heeft den schijn, alsof

op helastinggebied vooral in dit opzicht de oorlog druk
bezig is, goedschiks of kwaadsehiks, nieuwe begrippen
te brengen.

Ten einde een duidelijk beeld te geven van wat de
thans in de Vereenigde Staten aanvaarde opslag op

de inkomstenbelasting heteekent, vindt men hieronder

de belasting volgens de wet van 8 September 1916 en
vervolgens den oorlogsopslag van 3 October 1917, als-
mede ten slotte het totaalpercentage naast elkander
.

opgegeven. Evenals de oorspronkelijke vet van 1916, splitst ook de oorlogsverhooging het te heffen bedrag
naar Engelsch voorbeeld in een vast percentage –
thans dus tezamen 4 pOt. – en een supertax. Uit den
staat blijkt, dat wat het vaste percentage betreft, het
oude minimum van 3000 dollar voor den opslag tot
1000 dollar is verlaagd. Dit minimum geldt voor onge-
huwden. Voor gehuwden bedraagt het minimtm 2000
dollar met 200 dollar voor ieder kind.

Belasting 1916
Oorlogsverhooging
Vast

Additioneel
Vast Additioneel
recht
recht
recht recht

Totaal
pCt,
pCt.
pCt. pCt.
pCt.

$
1.000 tot$
3.000


2

2

$
3.000

,,
$
5.000
2

2

4

$
5000

,,
$
7.500
2

2
1
5

$
7.500

,,
$
10.000
2

2
2
6

$
10.000

$
12.500
2

2 3
7

$
12.500

,,

$
15.000
2
2
4
8

$
15.000

,,

$
20.000
2

2
5 9

$
20.000

,,
$
40.000
2
1
2
7
12

$
40.000

,,

$
60.000
2
2 2
10 16

$
60.000

,,

$
80.000
2
3
2′
14
21

$
80.000

$
100.000
2 4
2
18
26

$
100.000

$
150.000
2 5
2
22 31

‘$
150.000

$
200.000
2
8 2
25
35
$
200.000

,,
$
250.000
2
7
2
30 41

$
250.000

$
300.000
2
8 2
34
’46

‘$
300.000

,,
$
500.000
2 9
2
37
50

$
500.000

,,
$
750.000
2
10
2
40
54

$
750.000

,,
$
1.000.000
2
10
2
45
59

1.000.000
,,

$1.500.000
2 11
2
50
65

$1.500.000
,,

$2.000.000
2
12
2
50
66
$2.000.000
en hooger
2
13
2
50
67

Ten slotte nog een enkel woord over den oorlogsop-

slag op de inkomstenbelasting op vennootschappen, de
,meest eenvoudige van de drie. Volgens de wet van
1916 werd van het totale inkomen van iedere ,,corpo-
ration, joint stock company, association or insurance company” een belasting geheven van 2 pOt. Bij deze
.2 pOt. komt thans een opslag van 4 pOt., waardoor de
.totale belasting 6 pOt. komt te bedragen. B.

– MINISTER TREUB’S MONOPOLISA TIEPLA N

DER LEVENSVERZEKERING.

De med’deeling van Minister Treub in de Eerste
Kamer, dat de winst der Nederlandsche Levensver-
‘zekeringmaatschappijen over 191.5 de som van

;f
4.185.000 beloopen zou hebben, heeft Professor J. G.

‘Ie
°
J’ongh er toe gébracht de resultaten van het Ne-
erlandsche Levensverzekeringbedrijf over de jaren
f1912, 1913, 1914 en 1915 samen te stellen en te analy-
• seeren. Bij dezen niet lichten arbeid, waarbij assisten-
‘ten en studenten der Handels-Hoogescliool hunne
medewerking verleenden, zijn een aantal onnauwkea-
righeden aan het licht gekomen, die door den bewer-
:k
er
in de Nos. 72 en 73 van dit tijdschrift uitvoerig

zijn uiteengezet.
Bij dezegelegenheid geeft Prof. De Jongh tevens
in No. 73 eene analyse van het bedrijf zelf der levens-
verzekering, waarin hij voornamelijk drie elementen

onderscheidt:
‘s de administratiekosten (hieronder tevens te reke-
nen verliezen op agentensaldi, afschrijving op gebou-
‘Ven, meubilair enz.);
de risico-kansen (het verschil tusschen de berekende
netto-premiën en de uitkeeringen, die ten laste dier
premiën zijn geschied);
het beheer der belegde premie-reserve (waardever-mindering of waardevermeerdering der belegde pre-
mie-reserve).

De eerste factor, het bedrag der administratiekos-
ten, is in de tegenwoordige phase van particuliere ex-
ploitatie voor de beoordeeling van de economie van
het beheer van overwegend belang.
De voornaamste vraag, die de beoordeelaar zich te
dien aanzien heeft te stellen en die vooral voor aan-
‘cleelhouders van het grootste ‘blang geacht mag wor-
den, is deze:
Hoe verhouden zich de exploitatiekosten ten op-
zichte der productie, respectievelijk, beantwoordt de daling van het’ percentage der sluitingskosten aan de
gestelde verwachtingen? Als voorbeeld zij gewezen op
de vergelijking der onkosten met de totale ontvang-
sten en met het verzekerd bedrag bij de Nationale
Levensverzekering-Bank, opgenomen in haar verslag
over 1912.
De totale onkosten bedroegen over het 3-jarig
tijdvak:

968

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26
December 1917

1904—’06: 13,32 püt. van de öntvangsten,
0,77 ,,

het verzekerd bedrag,

1907—’09: 11,81 ,,

,, de ontvangsten,
0,68 ,,

,, het verzekerd bedrag,

1910—’12: 10,29 ,,

de ontvangsten,
0,54

het verzekerd bedrag.

Het behoeft geen betoog, dat deze constante daling
van het percentage der totale onkosten hare gunstige
uitwerking op het cijfer der winsten niet missen kan.’

Het dividend der Nationale steeg dan ook van 75 pCt.
in het driejarig tijdvak 1907—’09 tot 90 pOt. in het

tijdvak 1910—’12 en 95 pOt. in de periode 1913—’15.
Wij hebben hiermede gewezen op een der voornaam-
sté winstfactoren van de oudere levensverzekering-
maatschappijen. In de meeste gevallen zit in den op-
slag op de netto-premie eene bron van winst, omdat

deze opslag althans op den langen duur, de Organisa-
tie- en exploitatiekosten, die hij moet dekken, over-
treffen gaat.

Het is aannemelijk, dat bij Staatsexploitatie deze
winstfactor op den duur niet minder zal worden, in-
dien de Staat in het algemeen de tarieven op het
bestaande niveau handhaaft. Veeleer mag verwacht
worden, dat door concentratie van het bedrijf, mits
het beheer wordt gelegd in de meest bekwame deskun-
dige handen, op den factor administratiekosten nog
eene aanmerkelijke besparing bereikt kan worden, zon-

der dat de productie ter oorzake dier besparing eene
vermiudring behoeft te ondergaan.

**

De tweede factor, die de winst van het levensver-
zekeringsbedrijf bepaalt, hiervoen omschreven als de
risico-kansen, is zonder twijfel de meest overwegende.
Hij omvat in hoofdzaak: le, de royementen, waardoor de gekweekte reserve
voor zoover zij niêt uitgekeerd wordt, ten koede komt
van het bedrijf:
2e. de ondersterf te, die volgens deskundige bei’eke-
ningen gemiddeld voor een
vijfde
deel tot de winst
van levensverzekerings-maatschappijen bijdraagt
3e. de meerdere rente, die gekweekt, wordt van de beleggingen boven den rentevoet, aan de berekening
der wiskundige reserve ten grondslag gelegd.
Het spreekt van zelf, dat al deze factoren, die in den
regel winstbronnen zullen zijn, evengoèd verliesbron-
nen kunnen worden, indien de directie, haar wiskun-dige en medische adviseurs niet voor hunne taak be-
rekend zijn.
De factor royementen wordt in vele verslagen, of
niet, of slechts terloops behandeld. Hoewel als regel
een bron van winst, vacht men zich op een hooi
royementspercentage de aandacht te vestigen, omdat
zoodanig percentage er op wijst, dat de productie niet
op een gezonden grondslag berust.
De factor ondersterfte wordt in de meeste verslagen
daarentegen uitvoerig behandeld, omdat hier mestaI
op gunstige verhoudingen gewezen kan wordtn.’
Zoo vermeldt het reeds aangehaalde verslag der
Nationale over 1912, dat van de kapitaalverzekeringen
bij overlijden, – waar een lang leven voordeel voor de
Bank beteekent, – een uitkeering aan kapitaal ver-
vacht werd tot een bedrag van
f
604.145,27, terwijl
slechts behoefde te worden uitgekeerd
f
441.461,72,

alzoo eene winst latende van
f
162.683,55.
De gunstige invloed der ondersterfte op de resul-
taten van het bedrijf wordt
bij
de Nationale steeds
grooter, zooals blijkt uit de verslagen over 1915 en

1916.
Voor het jaar 1915 zijn de cijfers:
Verwachte kapitaalsuitkeeringen……
f
683.732,07
Betaalde

,,

415.295,99

Winst uit dezen hoofde …………
f
268.436,08

In het jaar 1916 is het resultaat op de kapitaalsuit-
keeringen
bij
overlijden nog eclatanter:
Verwachte uitkeeringen …………
f
900.504,02
Gedane

,,

…………

516.060,62

Winst

……………………….
f
384.443,40

Niet alleen
wijst
het absolute winstcijfer uit deze
bron op een progressie, maar ook relatief wijzigt zich
de verhouding tusschen- de verwachte en de werkelijke
sterfte steeds meer ten gunste der levensverzekerings.

maatschappij. Immers, terwijl de uitkeeringen in 1912 nog 73 pOt. van het te verwachten bedrag uitmaakten,
daalde dit percentage ‘tot 60,7 pOt. in 1915 en tot
57,3 pOt. in 1916. Aan de hand van bovenstaande
gegevens kan men zich een denkbeeld vormen van den
verregaanden invloed, dien de winstbron der onder-

sterfte moet uitoefenen op de resultaten van liet le-
vensverzekeringsbedrijf.

Het is wel jammer, dat Prof. De Jongh, die zich
zoo’n geweldigen arbeid heeft getroost om de cijfers

der Nederl. levensverzekerings-maatschappijen te groe-
peeren en te corrigeeren, ten einde een oordeel over
de rentabiliteit van het bedrijf mogelijk te maken, niet

een anderen weg heeft ingeslagen, die ons nader zou
gebracht hebben tot het beoogde doel. Die betere weg
ware m. i. geweest het vaststellen van de waarden der
intregreerende factoren, die het resultaat van het
levensverzekeringsbedrjf bepalen met betrekking tot
de collectiviteit der Nederlandsche maatschappijen. Ik
kom op de uitwerking dezer methode nader terug,
doch
wijs
er thans reeds op, omdat bij het volgen van
den door
mij
aanbevolen weg ook verkregen zou zijn
het juiste
winstcijfer,
aansvijzend den invloed der
ondersterfte, ddt, aan de resultaten van het geheele

Nederlandsche levensverzekeringsbedrijf ten goede is
gekomen.

Dat deze progressieve winstfactor ook ten volle tot
uitdrukking zou komen in de resultaten van een even-
tueel Staatsbedrijf der levensverzekering, behoeft geen
nader betoog.

‘De rente-factor is bijna altijd eene bron van voort-
durende winst voor soliede maatschappijen, ‘omdat deze
aan hunne tarieven een voorzichtig geraamden rente-
voet ten grondslag leggen. Zoo kon de Nationale in
hare laatste jaarverslagen telkens verklaren, dat de
gemiddelde intrest, dien
zij
van hare bezittingen heeft
gemaakt, zooals steeds, den voor de tarieven aange-
nomen rentevoet van 4 püt. en
31/
pOt. overtroffen
heeft: ‘

De gem. intr. bedroeg in 1916

1915

1.91.2 . 1911
van de effecten …… 4,66% 4,49% 4,30% 4,27%

hypotheken .. 4,85 % 4,76 % 4,42 % 4,33 %

onr. goederen. 4,67 % 4,84 % 5,01 % 5,— %
alle bezittingen. . 4,74 % 4,60 % 4,37 % 4,35 %
Dat ook deze factor van aanmerkeljken invloed is
geweest op de gunstige reultaten door de Nationale
behaald, moge blijken uit eene beknopte calculatie over
het jaar 1916. Volgens de rekening en verantwoording
over dat jaar boekte de Nationale in totaal aan i’nte-
resten
f
1.395.406,91.
De gemiddelde interest van alle bezittin-
gen bedroeg ……………….. . ……. 4,74 pOt.
Nemen wij den hoogsten rentevoet van de
tarieven, aangenomen n.l …………….. 4,-
dan is de gekweekte meerdere rente ……0,74 pOt.

of nominaal

x 1.395.406 = [217,847,–.
4
,
74
Men ziet, dat ook de rentefactor eene voorname
winstbron vormt voor het levensverzekeringsbedrijf,
althans voor de goede op voorzichtige, commercieel en
wetenschappelijk juiste grondslagen werkende onder-
nemingen. Mocht de Staat tot overname van het be-
drijf der Nederlandsche maatschappijen besluiten, dan
zal het van de-voorwaarden van overname der .activa
door den Staat afhangen, of deze ten volle zal profi-
teeren van de voordeelen, die voor de particuliere
maatschappijen uit de oordeelkundige beleggingen
hunner premie-reserven voortvloeien. Waar verwacht
mag worden, dat het Staatslevensverzekeringsbedrjf
het verdere accres der premie-reserve zal beleggen in
leeniugen van den Staat of in een anderen vorm van
Staatsschuld, zal het bedrijf ook hier steeds de vruch-
ten plukken van de’ hoogere rente der Staatsschuld
boven dén interest,aan de berekening der premiën ten
grondslag gelegd. ‘ .

26 December 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

De derde der hierboven genoemde factoren, die de

winst eener le
v
ensverzekeringsmaatschappij bepalen,

wordt gevormd door de waardevermeerdering
of
waar-

devermindering der beleggingen van de premiereserve.
Het behoeft wel geen betoog, dat een voordeelig
saldo op beleggingen in de laatste jaren een rara avis

is geweest. Het zou meer aan het toeval dan aan wijs
beleid toegeschreven moeten worden, indien eene maat-
schappij in de laatste jaren op hare beleggingen winst

had gemaakt.
De invloed der waardewijziging van de beleggingen
in effecten op het eindresultaat van het bedrijf heeft
de schrijver voor iedere instelling afzonderlijk be-
paald, zoodat in de samengestelde cijfers ook tot uit-
drukking komt het effect van dezen factor op de renta-
biliteit van het geheele Nederlandsche levensverzeke-

ringsbedrijf. Met enkele cijfers worde het overheer-
schend gewicht van dezen factor hier geïllustreerd
door overname der cijfers van de ,,Nationale”, als
resultaat der 3-jarige periode 1913-1915:

Bruto-winst …………..f
979.310

Afschrijving effecten

,, 515.315

Netto-winst …………..
f
463.995

Bezien wij thans het totaal-effect der afschrjving
op effecten, waarmede het resultaat der gezamenlijke

levensverzekeringmaatschappijen in 1915 gedrukt is
geworden. –
Volgens een
afzonderlijke
sommeering dezer afschrij-
vingen voor alle maatschappijen bedroegen zij in 1915
in totaal niet minder dan
f
5.274.412.

In werkelijkheid is het verlies, op de effectenporte-
feuille geleden, nog grooter geweest dan het genoemde
reeds zoo hooge cijfer. Geen wonder dan ook dat, zooals
uit de cijferanalyses van Prof. De 3ongh blijkt,de meeste
maatschappijen er slechts met kunst- en-vliegwerk in
zijn geslaagd hun
verliescijfer
over 1915 te dekken uit
bestaande reserves of door wijziging der methode van
reserve-berekening. Dit alles neemt echter niet weg,
dat van hoe enormen invloed de wisselende resultaten
der beleggingen op de winst der levensverzekerings-
maatschappijen ook mogen zijn,
zij
niet tangeeren de
uitkomsten van het levensverzekeringsbedrjf, indien
men dit uitsluitend beschouwt als eene administratie
der risico-kansen. Waar nu de Staat het bedrijf uit.
sluitend als zoodanig zal uitoefenen en zich zelf tegen

over de verzekerden garant zal stellen, is de risico-
factor, aan de belegging der premie-reserve verbonden
bij exploitatie van het levensverzekeringsbedrijf door

den Staat, uit te schakelen.
Prof. De Jongh heeft op deze zijde der medaille niet
gewezen en daardoor naar mijne meening zijne cijfers wel wat te
eenzijdig
belicht.

Ik heb in het bovenstaande de voornaamste bron-
nen van winst en verlies besproken die het particu-
liere .levensverzekeringsbedrijf tangeeren en die vooral bij de oudere maatschappijen resulteeren in eene netto-
winst, die hen in staat stelt goede dividenden aan
hunne âandeelhouders uit te betalen.
Feitelijk kunnen alle behandelde factoren van winst
en verlies worden teruggebracht tot eene enkele be-
staansoorzaak, n.l.: de
onmogelijkheid
om nauwkeurig
van te voren de jaarljksche kosten eener levensver-
zekering te bepalen. Daar deze factoren niet vooruit te bepalen zijn, moet
men trachten ze te benaderen. De verschillende sterfte-
statistieken geven aan het aantal te verwachten sterf-
gevallen op een gegeven aantal levens van bepaalden
leeftijd. Deze statistieken zijn zoo betrouwbaar, dat het
wel of nooit zal voorkomen, dat een goed bestuurde maatschappij een hoogere gemiddelde sterftekans te
registreeren heeft, dan die, aangewezen door de statis
tiek. Daarom kan de actuaris bij het bepalen der preL
mie gerust aannemen, dat de toekomstige sterfte zal
zijn als aangewezen door de sterftetafel.’ De maat:
schappij loopt dan een zeer goede kans, dat de sterfte
onder hare verzekerden geringer zal
zijn,
omdat zij

alleen die candidaten als verzekerden aanneemt, die
door medisch onderzoek normaal gezond zijn bevonden.
Het is juist dit voordeel, dat de voorstanders der
Staatsexploitatie m. i. willen onttrekken aan het par-
ticuliere kapitaal door het te monopoliseeren ten bate

van de gemeenschap.
Bij
de beoordeeling van het voor-

deel, dat de Staat als toekomstig exploitant uit het

levensverzekeringsbedrij f zal kunnen trekken, speelt juist deze factor de voornaamste rol. Het is, zooals ik
reeds opgemerkt heb, daarom zoo jammer, dat Prof.
De Jongh ons omtrent dit meest gewichtige criterium
bij al het licht, dat zijn studie verspreidt, in het don-
ker laat. De mogelijkheid bestaat, dat daartoe niet alle

gewenschte gegevens in de verslagen der Maatschap-
pijen zijn opgenomen; is dit het geval, dan zal onge-
twijfeld Minister Treub wel zorg dragen, dat deze

materie alsnog verzameld wordt om dienst te doen bij
de verdediging zijner monopolisatieplannen.
Wil men zich een denkbeeld vormen van de waar-schijnlijke winst, die de eventueele monopoliseering
van het levensverzekeringsbedrjf voor den Staat zal,
resp, kan afwerpen, dan zou deze berekening m.i. geba-
seerd moeten worden op de resultaten der voornaamste
pop ‘juiste commercieele en wetenschappelijke grond-
slagen werkende maatschappijen gedurende de laatste
5 â 6 jaren. Van deze maatschappijen zouden de vol-
gende factoren moeten worden vastgesteld volgens het schema, hiervoor door mij ontwikkeld: de zuivere administratiekosten,
de winst voortvloeiend uit royementen en afkoop van polissen,
de winst voortvloeiend uit ondersterfte,
de winst voortvloeiend uit meerdere rente.
Aangenomen mag worden, dat de factor administra-
tiekosten bij Staatsexploitatie niet hooger, eer lager
zal zijn dan van de groote particuliere maatschappijen.
De centralisatie van binnen- en buitendienst, een voor
de hand liggend gevolg van Staatsexp]oitatie, moet
m. i. leiden tot eene aanmerkelijke besparing op de

tadministratiekosten. –
De winst uit royementen en afkooppolissen voort-
spruitend, zal vermoedelijk niet zoo gemakkelijk te
achterhalen zijn. Uit de jaarverslagen zijn omtrent dit
punt slechts onvolledige gegevens te putten, terwijl
het
mij
onbekend is of de groote maatschappijen dezen
factor intern berekenen.
Daarentegen is de winst uit ondersterfte in vele
gevallen reeds uit de jaarverslâgen op te maken,
evenals de factor der meerdere rente, zooals hierboven aan de hand der verslagen van de Nationale werd aan-getoond. Het kan dus m. i. niet zoo moeilijk vallen om
het juiste cijfer der bedrjfswinst van de voorûaamste
levensverzekerings-maatschappijen gedurende de laat-
ste jaren te reconstrueeren uit de twee voornaamste
winstbronnen, onder aftrek der adjninistratiekosten.
Waar het juist deze drie factoren ‘zijn, die ook het
resultaat van een eventueel toekomstig staatsbedrijf
zullen beheerschen, vormen zij de spil vaaromheen het
onderhavige vraagstuk zich beweegt, het kompas, dat
tot eene juiste oplossing den weg zal moeten wijzen.
Volgt men dezen weg, dan staat ook de al of niet
juistheid van het allengs berucht geworden
Lijfer
van

f
4.185.000 winst in het jaar 1915 buiten het geding.
Nijmegen, December 1917.

J. J. M. H.
NIJST.

Bovenstaande beschouwingen waren grootendeels
gereed, toen
mij
in handen kwam eene beoordeeling van Prof. De Jongh’s studie in het’ ,,Algemeen Han-
delsblad”.
Hieruit blijkt, dat de zienswijze van den financieelen
redacteur van het Handelsblad zich voor een gioot
deel met de mijne dekt, zoodat ik diens slotopmerkin-
gen tèr adstructie van mijn betoog nog laat volgen:
,,Het is van geen particulier te vergen, gezien den geweldigen omvang der bcrekeningen, die Prof. De
Jongh heeft moeten opstellen, om het onderzoek nog
verder uit te strekken. Voor de regeering, die over
ruimer gegevens en het noodige personeel kan beschik-
ken, zou echter voor zulk een uitgebreider onderzoek

970

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 December 1917

alle aanleiding kunnen bestaan, waarin dan tevens de
resultaten der buitenlandsche in Nederland werkende
levensverzekerings-maatschappijen zouden zijn te be-
tiekken. Voor het overige dient rekening te wordei

gehouden met de vraag, of het bij een naasting van het
levensverzekeringsbedrijf door den Staat noodig zou
zijn,
boekwinsten en boekverliezen op effecten elk jaar
bij te tellen of af te schrijven, dan wel of een ander
syteem zou zijn te verkiezeii, zooals reeds thans dôor

zeer vele verzekeringmaatschappijen geschiedt. 01)

het eindcijfer van de winst- en verliesrekening maakt
dit, mede
blijkens
de door Prof. De Jongh berekende
gegevens, een enorm verschil. Intusschen
blijkt
uit
diens berekeningen wel, dat deze winstberekening niet

zoo eenvoudig is en dat een beslissing dus eventueel
s]echts na rijp beraad dient te worden genomen.”

AMERIKA’S TOEKOMST TER ZEE.

Een medewerker schrijft ons:
Geen vraagstuk is misschien moeilijker en meer het
onderwerp van velerlei beschouwingen dan dat van
Amerika’s toekomst op de zee na afloop van den hui-
digen oorlog. En het vraagstuk moet eene oplossing
vinden, omdat
tijdens
den oorlog eene reusachtige vloot
Amerikaansch eigendom geworden is en direct of indi-
rect onder contrôle van het gouvernement staat. – Binnen 12 maanden zal de vloot, onder beheer van
den American Shipping Board, minstens 7.000.000 ton
groot zijn, volgens eene zuinige schatting – en dit
cijfer van zeewaardige scheepsruimte zal blijken van
grooten invloed te zijn op den wereidhandel.
Het vlootbouw-programma van den Shipping Board
is zoo omvangrijk, dat binnen 2 jaa1 – tenzij het
einde van den oorlog verandering brengt in de te
nemen maatregelen – de Emergency ,Fleet Oorpora-
tion onder Zijne directie zal hebben eene vloot, groo-
ter dan die van eenige andere natie, met uitzondering
van die van Groot-Britannië. Indien deze .groote vloot
bij
het sluiten vaii dan
vrede in particuliere handen zou komen en indien de
reeders die schepen wilden exploiteereh onder de oude
Amerikaansche wetten, dan zou het resultaat wel eens zeer twijfelachtig kunnen zijn. Zou de Amerikaansche
vlag langzamerhand verdwijnen van de hooge zee, zoo-
als al eens geschiedde in vroeger
tijd?
De kans, dat
dit gebeuren zou, is groot – tenzij de oude wetge-
ving wordt gewijzigd naar de behoeften van de
scheepvaart.
De machtige vloot van vrachtschepefl zal 5f onder
direct beheer staan van den staat, 5f zal aangewezen
worden voor het doen van bepaalde reizen. De regee.
ring zal zoodoende in de practijk leeren kennen de
voor- exi nadeelen, verbonden aan het voeren der Amen-
kaansche vlag en daarmede haar voordeel doen. Blij-
ken wat ‘of economische toestanden een beletsel voor den
groei en de gezonde uitbreiding van het bedrijf, dan
kan aan de bezwaren worden tegemoet gekomen – en
de regeering zal door ondervinding leeren wat Amen-kaansch kapitaal belet heeft om te scheppen eene han-
deismarine voor de groote vaart – en als dan de
fouten in de wetgeving zullen zijn hersteld, zal de
groote vloot, gedurende den oorlog gebouwd, langza-
merhand in beheer bij particuliere reederijen kunnen
overgaan – met het vooruitzicht, dat Amerika’s deel
in de vrachtvaart op alle zeeën zal vooruitgaan en
goede vruchten zal afwerpen.
Wat de Arnerikaansche handelsmanine vurig hoopt is, dat de ondervinding van de afgeloopen jaren en de
lessen, die de regeening nog zal hebben te leeren in de naaste toekomst, ‘niet weder vrgeten zullen worden:
Het is zeer zeker geene gemakkelijke taak voor
Amerika plotseling al de schepen te bouwen en er be-
manningen voor te vinden – maar de zaak wordt flink
aangepakt.’
Oude werven worden uitgebreid, nieuwè ingericht.
Waar staal duur en hout overvloedig is, wordt de
romp van hout opgebouvd – en ook zijn reeds vrij
groote schepen van beton op stapel gezet.

‘Men rekent ongeveer 10.000 man aan- scheepsoffï..

cieren en machinisten noodig te hebben, welke de re-
cruteei:ingsdienst van den Shipping Board onder be-
heer van Mr. Henry Howard te Boston zal leveren.
Aan ervaren stuurlui is gebrek en dus moeten nieuwe

menchen worden opgeleid in kostelooze regeerings-
zeevaartscholen, die gevestigd zijn aan Oost- en West-kust en ook aan de Groote Meren.

De leerlingen moeten – voor zij worden toegelaten – eenige ondervinding van de zee hebben en voldoen aan eischen van keuring van gezichts- en gehoorver-
mogen.

Niet alleen de scheepsbouw, maar ook het vormen

van de toekomstige stuurlui en gezagvoerders gaat in
Amerika blijkbaar met buitengewone snelheid. Immers
de cursus aan de zeevaartschool duurt 6 weken, waar-

na de jongens als stuurmansleerling voor 2 maanden
in de Amerikaansche kustvaart kunnen worden ge-
plaatst en aanmonsteren voor $ 75 per maand.

Daarna kurfnen zij in de Atlantische vaart eene
plaatsing vinden – waar veel hoogere gages betaald

worden èn waar zij bovendien een oorlogstoeslag krij-
gen, zoodat zulk eene positie reeds zeer aantrekkelijk
wordt.

Zij, die naar het oordeel hunner onderwijzers voor
de studie geschikt zijn, kunnen vrijstelling verkrijgen
van den dienst in het leger.

Zullen, als de 1200 vrachtbooten gereed zijn, die
nu voor de Emergency Fleet Oorporation in aanbouw
of gecontracteerd zijn, voldoede geoefende stuur-
lieden en machinisten aanwezig zijn, om deze vloot te
besturen en om de eer van Amerika’s vlag hoog te
houden
01)
alle zeeën, of zal ook hier waar zijn, wat
elders eb1eken is, dat men slechts door ondervinding wijs wordt en dat men om iets te keniien het grond.ig
moet hebben geleerd?
DE .RIJKSMIDDELEN.

In dit, nummer treft men aan het maandeljksch

rerzicht van de opbrengst der Rijksmiddelen over de maand November, alsmede van de eerste elf maanden
van dit jaar, vergeleken met de overeenkomstige cij-
feis van het vorige jaar.

Naar aanleiding van de daarin gegeven cijfers valt
op te merken, dat gedurende de eerste elf -maanden
van 1917 uit de gewone middelen in totaal werd ont
‘angen
f
212.551.947 of
f
34098.414 meer dan in het-
zelfde
tijdvak
van het vorige jaar en
f
35.528.945
meer clan
11/12
van de raming van 1917. Deze zeer& bevredigende uitkomst is in hoofdzaak
te danken aan de Inkomstenbelasting, die
f
15.559.565
meer opbracht en aan den invloed der nieuwe belas-
tingheffing. Hoewel eene eenigszins nauwkeurige ra-
ming’ niet wel mogelijk is, zou een bedrag van

f
10.650.000 op rekening van deze heffing kunnen
worden gesteld. Vöorts hebben de suikeraccijns, de
geslachtsaccijns en de gedistilleerclaccijns tôt de hoo-gere opbrengst bijgedragen.

De gewone middelen brachten in de maand Novem-
ber
f
22.286.681 in ‘s Rijks schatkist, dat is
f
4.773.076
meer dan de opbrengst van November 1916. Voor niet
minder dan
f
2.586.873 is dit gunstig verschil te dan-
ken aan den suikeraccijns, die in November 1916 sterk
ten achter bleef en in November 1917 in hoofdsom
het buitengewoon hooge bedrag van
f
2.991.249 op-
leverde. In de tweede plaats dient ter verklaring van
de meerdere ontvangsten in November 1917 te worden
gewezen op de nieuwe belastingheffing. Van de stij-
ging der zegel- en registratierechten (en hypotheek-
rechten) ad
f
2.293.794 en der successierechten ad

f
1.137.279 is ongetwijfeld een belangrijk deel aan de
in den loop van dit jaar ingevoerde nieuwe regelingen
toe te schrijven.
Treffen ‘wij nu de vergelijking tusschen de op-
brengst der middelen gedurende de eerste elf maan-
den van 1917 en die in hetzelfde tijdvak van 1913,
toen de oorlog
zijn
invloed nog niet deed gevoelen, dan
vindt men, met toepassing van de gebruikelijke cor-
recties en met uitschakeling, voor zoover de gegevens

26 December 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

971

hiertoe in staat stellen, van den invloed der zooeven

genoemde nieuwe belastingheffing, de volgende cijfers:

1917 tijdvak Januari tot en met Nov.
f
159.284.878

1913

,,

.,

,,

,,

,,

,,

,, 137.456.473

Stijging ……
f
21.828.405

Deze stijging bedraagt 15,88 püt. of, per jaar gere-

kend 3,97 pOt. Deze percentages dalen tot 14,17 en
3,54 indien de opbrengst der wisselvallige successie-
rechten in beide tijdvakken buiten aanmerking wordt
gelaten. Het zooeven bedoeld verschil bedraagt dan

f
17.294.398,
zijnde
in hoofdzaak het saldo van de

stijging der suiker-, gedistilleeid- en geslachtsaècijn-
zen en der zegel- en registratierechten (afgescheiden
van de nieuwe regeling) eenerzijds en van de daling
-der invoerrechten en loodsgelden anderzijds. De oor-
logswinst- en verdedigingsbelastingen brachten tot

dusver in totaal op een bedrag van
f
199.432.589,waar-

van
f
149.549.997 op rékening komt van eerstgenoem-
de heffing. Met inbegrip van de opcenten teh behoeve
van het Leeningfonds – behalve die op den suiker-
accijns, welke geene verzvaring van ‘belastingdruk
medebrachten – is derhalve een totaal van

f
260.815.793 ontvangen uit belastingheffing, welke
haren grond vindt in de buitengewone omstandig.

heden.

AANTEEKENINGEN.

De nieuwe staat sleeniivg en vennoot-
schappen werkzaam in de koloniën. –
Bij de inschrijving op de nieuwe 434 pOt. leening
doet zich voor Nederlandsche Naamlooze Vennoot-
schappen, welke geheel of gedeeltelijk in onze koloniëii

werkzaam zijn, eene moeilijkheid voor. Volgens de
leexiingwet moeten zij, om veilig te zijn voor de gedwon-
gen leening voor tenminste 34 van hare belastbare uit-
deeling op de 434 pOt. leening inschrijven. Zooals men
weet, betalen

de hier bedoelde vennootschappen slechts
voor een, derde in ^de Rijksinkomstenbelasting voor-
zoover de uitgekeerde winst geacht wordt in Indië.te
ijn verkregen. Moet nu ter berekening van het mini-
mumbedrag van inschrijving de geheele uitdeeling als
basis genomen worden of slechts de in ons land ge-
maakte winst, vermeerderd met % der Indische winst?
De Thesaurie schijnt de eerste opvatting te huldigen:
wij meenen echter, dat de wet op de Rijksinkomstenbe-
lasting zich daartegen verzet. Art. 100 dezer wet
luidt-:
,,Indien eene Vennootschap, Vereeniging of Maat-
schappij vallénde onder art. Ib, tevens in een der
koloniën of bezittingen van het Rijk aan eene inkom-
stenbelasting js onderworpen, wordt have uitdeeling
over een boekjaar v66r de berekening der belasting
volgens art. 33 verminderd met 34 van de som, welke
tot die uitdeeling in dezelfde vérhouding staatals het
gedeelte van de -opbrengst vah het bedrijf, dat geacht
kan worden in de kolonie of bezitting te zijn verkre-
gen tot de geheele opbrengst. –
Kan de opbrengst van het
bedrijf
geacht worden in
haar -geheel in de kolonie of bezitting te zijn verkre.
gen, -dan wordt de uitdeeling voor de berekening der
belasting volgens art. 39 met 34 verminderd.” – – –
Niet -het percentage van de belasting wordt dus
veranderd, maar het bedrag van de uitdeeling wordt
tot
Y
3
teruggebracht. Men lette in verband hiermede
er op:- dat in de zinsnede: ,,Vôor de berekening der
belasting” het woordje ,,voor” een tijdsbepaling i,
daar in den tekst der wet accenten op de -o’s ge.
plaatst zijn. Dit is een sterk argument voor onze op-
vatting en wij gelooven dan ook, dat vennootschappen,
die ook in Indië aangeslagen
zijn,
gerust hunne in-
schrijving -op het lagere cijfer •kunnen baseeren. Bij
eene eventueele procedure met den Staat der Neder-
landen zou hare positie zeer sterk zijn. – L.

V e r s me 1

t i n g

v n

‘n.i kle-
n

en
b ro nz en pa s mu nt.
– Binnen het tijdsverloop
van enkele weken zijn thans èn het Voorloopig Vr-
slag èn de Memorie van Antwoord verschenen nopens

liet wetsontwerp, waarvan in het nummer van 5 De.

cember j.l. een overzicht gegeven werd.
Dat regeling op dit punt urgent is, bleek ten over-

vloede ook reeds uit de op 6 December ingediende Memorie van Antwoord nopens de begrooting van

Financiën. Na te hebben uiteengezet, dat naar zijn
oordeel het onttrekken van nikkelen en bronzen pas-munt niet zoozeer voor frauduleuzen uitvoer, als wel
voor versmelting voor binnenlandsch gebruik plaats

heeft, vervolgt de minister: ,,Eene mêer afdoeflde be.
strjding van de hierbedoelde praktijken is niet te be-
reiken zonder maatregelen, welke krachtig in het ppr-

ticuliere leven ingrijpen. Zoolang die praktijken be.
perkt bleven tot de nikkelen munten, welke èn wat het
uitgegeven bedrag betreft – in totaal is voor
f
700.000

in den omloop gebracht – èn wat de coupure aan-
gaat, niet een onmisbaar bestanddeel van onze munt-

circulatie vormen, bestond er, naar de meening van
ondergeteekende, geen voldoende grond voor dergelijke
maatregelen. Toen echter vôôr korten tijd de koperprjs

ten onzent eene zoodanige stijging vertoonde, dat het
rekening gaf ook bronzen munten te versmelten, heeft
ondergeteekende niet geaarzeld ten spoedigste ingrj –
pende voorziening te treffen. Op zijn verzoek
zijn
door

den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel,
met ingang van 25 November 1917, maximumprijzen
vastgesteld voor oud rood koper, oud brons in soorten

en oud geel koper. Deze prijzen zijn in dier voege be-
paald, dat zij blijven béneden het peil, waarop ver.
smelting van munten voordeel geeft. Voorts is het
vervoer verboden zoowel van die metalen als van bron-
zen en nikkelen pasmunten, voor deze laatste behou-
dens eene hoeveelheid van 234 K.G. en het vervoer
binnen de grenzen eener gemeente. Eindelijk werd voor
het oefenen van contrôle en het geven, in daarvoor in
aanmerking komende gevallen, van ontheffing van vorenbedoelde verboden ingesteld een R-ijksbureu
voor koper.” Bovendien was reeds op 12 November
door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Han-
de1in de Staatscourant een openbarè vermaning tot
hét publiek gericht, niet tot versmelting over te gaan.

De OostenrijkschHongaarsche bank

in d e n oorlog.
– Na de Fransche bank heeft

thans ook. de Oostbnrijksch-Hongaarsche Bank ge-
staan voor de noodzakelijkheid van de verlenging van haar octrooi. Gelijk den lezer uit de dagbladen bekend
zal zijn, heeft deze verlenging plaats gevonden in den
vorm eener voorloopige verlenging tot eind 1919. Ook

ditmaal werd de splitsing van de bank in een afzon-
derlijke circulatiebanlç voor Oostenrijk en eene voor
Hongarije ter sprake gebracht, echter zonder dat het

tot een voorstel is gekomen.
Thans is op 19 dezer in Weenen, naar aanleiding van
de verlenging van het octrooi, een buitengewone aan-
d eelhoudersvergadering gehouden, bij welke gelegen-
heid de directie een aantal inededeelingen heeft ge-
daan en voorts voor de eerste maal in den oorlog cijfers
omtrent de hoofdposten van de balans gepubliceerd

heeft.
Na éën overzicht te hebben gegeven -van de moeilijk-
heden in de eerste oorlogsweken, deelde de directie
omtrent de verhouding tot de regeering mede, dat
reeds tijdens de Balkanoorlog in 1912 met de regee-
ring eene regeling werd getroffen, waarbij als begin.
sel voorop stond, dat de centrale bank slechts in de
laatste plaats zou tusschenbeide komen. De eerste op-
neming van gelden in dezen oorlog geschiedde dan
ook door tusschenkomst van een consortium van par-
ticuliere banken (950 millioen kronen 234-jarige

schatkistwissels, sedert tot 1919 verlengd). 14 Augus-
tus 1914 nam de centrale bank voor de eerste maal
een bedrag van 2 milliard aan 5 pOt. schatkistwissels
over, in October 1914 gevolgd door een gelijk bedrag
en begin 1915 door 800 millioen. Midden 1915 werd
de bank voo de vraag gesteld, ôf toe te zien, dat eene
overma-tige uitgave van papiergeld van staatswege het
muntwezen van het land zou gaan verzwakken, Zf in
sterker mate dan to’t dusver de schatkist bij te staan.

972

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26
December 1917

Op grond van de toen getroffen overeenkomst heeft

de bank achtereenvolgens aan de beide regeeringen
credieten toegestaan, die thans in totaal tot 13,2 mii-
hard zijn opgeloopen, waarvan Oostenrijk 9 en Hon
garije 4,2 milliard. Krachtens de overeenkost zouden
de eerste 6,3 milliard een rente van 1 pOt. dragen,
voor de rest stelde de bankdirectie den rentevoet zelfs op 4 pOt. Intusschen zal, wanneer noodig, deze rente-
voet zoodanig worden verhoogd, dat den aandeelhou-
ders een minimum-dividend van 7 pCt. gewaar-
borgd is. De bank, niet de regeering, is hierop tot uit-

gifte van biljetten ook van 2 en 1 kroon overgegaan.
De goudvoorraad, die bij het uitbreken van den oorlog
1.237 millioen bedroeg, is gedaald tot 264 millioen. De

afneming is gevolg van de tusschenkomst, die de bank
heeft verleend bij het regelen van de betalingen aan
het buitenland. -in den loop van 1917 is de positie
niet slechter geworden. De bank bezit voorts 60 mii.
lioen gouddeviezen, 78,2 millioen vorderingen op te-
ruglevering in goud en 677,7 millioen vorderingen op
het buitenland, die haar in staat stellen bij de huidige

centralisatie van len deviezenhandel en stand der wis-
selkoersen aan de behciefte aan buitenlandsche betaal_
middelen te voldoen. Toen in het begin van den oor-
log het moratorium uitgesproken werd, had de bank
een wisselportefeuille van 1036 millioen kronen.i
Thans heeft
zij
nog 23,3 millioen moratoriumwisels,
hoofdzakelijk uit Galizië en de Bukowina, die een tijd-lang aarf de Russische invasie blootgesteld waren.
De bij deze gelegenheid gepubliceerde weekstaat, afge-
drukt naar den laatsten van voor den oorlog, luidt

aldus: 23Juli1914 7Dec.1917
.kctiva,

in duizenden kronen

BOEKAANKONDIGING.

Jaarboeleje van de Vereeni ging van
Directeuren van Hypotheelcbanlcen.
Derde Jaargang. Amsterdam. J. H. de
Bussy. 1917. 520 blz.

Opgezet als
zijn
beide voorgangers brengt het derde jaarboek der Vereeniging van Directeuren van Hypo-
theekbanken, welke vereeniging directeuren van 45
der 51 binnen het Rijk werkende hypotheekbanken
omvat, wederom in de eerste plaats een reeks van
gegevens nopens de aangesloten baken.
Bij
dezen
arbeid is, en hierin schuilt niet in de laatste plaats
de verdienste der commissie van redactie, er zooveel
mogelijk naar gestreefd eenheid te brengen in de
samenstelling der balansen en winst- en verliesreke-
ningen der banken.
Het mengelwerk, dat een groot deel van den verde-
ren inhoud uitmaakt, bevat verschillende bijdragen,
die, van belang voor het hypotheekbedrijf, ook daar-
buiten aandacht verdienen. –
is het tantième in zekeren zin te beschouwen als

een deel van het loon en komt den erfgenamen dus als
bij het loon een evenredig deel ervan toe? De vraag in

1908 door den Leidschen kantonrechter bevestigend
beantwoord, werd door den Haagsehen rechtbank bij
vonnis van 5 April 1910, W. 8985, in omgekeerden zin
beslist. Mr. G. P. S. Gualthérie van Weezel sluit zich
in een juridisch betoog
bij
de opvatting van den Kan-
tonrechter aan en meent bovendien, dat sedert de in-werkingtreding van de wet op het Arbeidscontract de
vraag althans voor hen, die tevens loon genieten in
een ander daglicht is getreden. Ook in de verhouding

van den commissaris tot de vennootschap ziet de
schrijver een arbeidscontract.

Belangrijk, ook in economisch opzicht, is verder

een artikel van den heer 0. D. van Vliet over het
hier te lande zich ontwikkelend instituut der gémeen-
schappehijke hypotheken, samengaand met de prijsstij-
ging en de neiging tot het bouwen van groote com-
plexen in de centra onzer groote steden. De schrijver
motiveert waarom in den regel aan hypotheken in
deze gevallen, niettegenstaande de groote sommen er

mede gemoeid, z. i. een betrekkelijk gering risico ver-
bonden is en zet uiteen, hoe het verleenen van derge-
lijke gemeenschappelijke hypotheken practisch in zijn
werk gaat. Moet men hierin wellicht een eerste schrede

zien in de door Mr. Van Maasdijk besproken richting
van bedrijfsconcentratie?
Het mengelwerk bevat voorts o.a. een behandeling
van enkele practische vragen, waartoe de brandverze-
keringsclausule in de hypotheekacte in de laatste
jaren aanleiding heeft gegeven, en verder een in sterk
afkeurenden zin luidende bespreking van de eenigszins
teere vraag of het verleenen van bijzondere rechten op
aflossing, welke b.v.
bij
het plaatsen van groote posten pandbrieven ter sprake kunnen komen, oirbaar is.
Het jaarboekje sluit met een overzicht van de wet-
telijke bepalingen op hypotheekgebied, gevolgd door
het statistiekje, reeds in dit blad – zie de aanteeke-ning op pag. 914 – overgenomen.
Wat men in het jaarboekje nog zou wenschen is een

overzicht in breede trekken van de ontwikkeling
der algemeene bedrijfsconjunctuur. De enkele gege-
vens, in het eind van het jaarverslag van den secre-
taris opgenomen, kunnen er slechts toe strekken dit
verlangen te versterken. B.

Gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid
van het vijf en twintig jarig bestaan
der Centrale Commissie voor de Sta-
tistiek. 1898-1897. ‘s-Gravenhage 1917.
136 bhz.

De Centrale Commissie voor de Statistiek heeft de
goede gedachte gehad, ter gelegenheid van haar 25-jarig bestaan een gedenkboek het licht te doen zien,
waarin de levensgang der Commissie en de huidige om-
vang der werkzaamheden van de Commissie en van het
Centraal Bureau voor de Statistiek worden geschetst.
Het geschrift opent met een bijdrage van den huidi-
gen voorzitter, Prof. Dr. C. A. Verrijn Stuart, bij de
oprichting der commissie haren eersten secretaris. De
Commissie dankt haar ontstaan aan de regeerings.
daad van den minister Tak van Poortvhiet, minister
van Binnenlandsche Zaken in het kabinet-Van Tien-
hoven. De oorspronkelijke opzet was, dat de Commissie
zelve van de te verrichten statistische werkzaam.
heid de leiding zou hebben, terwijl de practische arbeid
zou geschieden door het secretariaat. Het bleek echter,
dat met de uitbreiding van werkzaamheden deze orga-
nisatie minder juist was, zoodat in 1899 werd over-
gegaan tot een herziening van het organiek Konink-lijk besluit, waarbij het secretariaat zich ontwikkelde tot een zelfstandig Bureau en de werkzaamheden der
Commissie in hoofdzaak werden van adviseerenden

aard. Met den groei der statistische werkzaamheid
heeft de Commissie als zoodanig in veelzijdige rich.
.ting gearbeid. Het eerlang ter hand nemen van de in
deze tijden zoo noode gemiste productie- en consumtie-
statistiek zal van een van de laat8te adviezen der
Commissie het gevolg zijn.

Goud, munt en baren

…………
1.237.879

264.190
Goudwissels en buitenl. bankpapier.
60.000
.

80.000
Zilvermunt

etc.

………………
291.388

54.942
Kassenscheine Kriegsdarlehenskassen

106.031
Gedisconteerde wissels

en warrants
7
67.830

2.823.538
Beleeningen ………………….
186.526

3.431.910
Schuld der Oostenrijksche regeeriug

9.040.000.,
Schuld der Hongaarsche regeering

4.158.000

Oude Oostenrijksche staatsschuld..
60.000

60.000
Effecten……………………..
17.618

59.739
Hypotheken ………………….
299.994

292.325
Andere activa (waaronder binnen 1. be-
taalmiddelen en vorderingen tegen
goud ad Kr. 755.877.000) ……..
115.292

881.902

Passiva.

Kapitaal

……………………
210.000

210.000
Reset-vefonds

…………………
32.160

40.922
Bankbiljetten in omloop

……….
2.159.759

17.740.158
Girosaldi en verdere dag. opeischbare
schuld

…………………….
291.270

2.092.813
Paudbrieven in omloop…………
291.268

276.251
Anderepassiva (waaronder schulden in
vreemde munt Kr. 189.062.000, re-
serveuit’14,’15, ’16 en valuta-reserve
te zamen ad Kr. 452.239.000)

..:
82.050

871.893

26 December 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

973

Verschillende hoofdambtenaren van het Centraal

Bureau geven achtereenvolgens overzichten van den
tegenwoordigen stand der bevolkingsstatistiek, der
sociaal-economische statistiek, der crimineele, finan-
cieele en handelsstatistiek. Geen cijfers kunnen in deze
laatste bijdrage worden gegeven, slechts een klacht over de lijdensgeschiedenis tot 1 Januari 1917 en een belang-

wekkende uiteenzetting van de wijze, waarop thans de
handelsstatistiek wordt opgemaakt, en een bespreking
van enkele moeilijke vragen, die zich hierbij voordoen.
Het royaal gedrukte werk bevat de portretten van
den minister Tak van Poortvliet en van de achtereen-
volgende voorzitters, ondervoorzitters en secretarissen

der Commissie.

Achtereenvolgens ontvingen wij een vijftal verdere

afleveringen van ,,Neerlands Welvaart”, ge-
wijd ditmaal aan de N e d.
II
ei de – Mij, en de

ontginningen der Lev. Verz.-Maatsch.
,,Utrecht”, aan die Levensverzekerings-
m a a t s c h a p p ij zelve, aan het graphische bedrijf

der f a. L. v a n L e r & 0 o., aan het exportbedrijf
Lindeteves.Stokvis en aan de N.V.
B 1 a a u w h o e d e
11V
ee m. Deze laatste beschrijving, de uitvoerigste der reeks, is evenals het geschrift ,,Van
Waagdragersveem tot modern Grootbedrijf”, aange-
kondigd op pag. 831 van dezen jaargang, van de hand
van Dr. M. G. 1e Boer. Uitteraard wordt thans meer
de nadruk gelegd op den tegenwoordigen stand en de
huidige organisatie van het bedrijf. Intusschen wordt
ook van de historische ontwikkeling een overzicht ge-
geven waarbij o.a. een afdruk is gevoegd in facsimile
van het pas ontdekt ,,Contract van de arbeiders van de
wage vant Vriesche Veen” van 25 Januari 1617,
de stichtingsacte van het Vriesseveem. Alle afleve-
ringen zijn uitvoerig geïllustreerd.

REGEERINGSMAATREGELEN OP
HANDELSGEBIED.

Distributie v a n varkensvieesch.
Door gebrek aan voeder werd de varkensmesterij in
de laatste maanden zoo ingekrompen, dat niet vol-
doende varkens meer voor de distributie beschikbaar
waren, zelfs bij verlaging van het slachtgewicht tot
50 K.G. De leveringen aan de gemeenten werden daar-
op tot de helft verminderd en andere maatregelen ge-troffen, waaronder een vervoerverbod voor geslachte
varkens en onderdeelen daarvan. Volgens een bericht
van het B.M.V. blijkt de doeltffendheid van de ge-
nomen maatregelen thans reeds uit eén eenigszins
ruimer aanbod van distributie-varkens.

A a r d a p p e 1 e n. Blijkens cireulaire, door het

Rijks Centraal Administratiekantoor voor de distri-
butie van levensmiddelen tot de gemeentebesturen ge-
richt, wordt verwacht, dat vôôr het einde dezer maand
alle orders voor de 3e periode van zes weken geheel

aan de gemeenten geleverd zal
zijn.
Met de distributie

van dezen reserve-voorraad kan 15 Januari een begin
worden gemaakt; gemeenten, die voor het tijdvak van 1 tot 15 Januari nog aardappelen noodig hebben, kun-
nen daarvoor witvleezige -bestellen. Voorts wordt in
overweging gegeven, tusschen de distributie van den

reserve-voorraad door, ook witvleezige aardappelen
beschikbaar te stellen, waardoor de voorraad langer
kan strekken. Er wordt nog uitdrukkelijk op gewezen,
dat de witvleezige aardappelen van goede- qualiteit
zijn en uitstekend geschikt voor stamppot.
Aardappelmeel.
Blijkens
mededeeling var
het B.M.V. is het aanvankelijk ter vermaling in de
aardappelmeelfabrieken toegestane quantum van 4,2
millioen H.L. nader verhoogd tot 6,2 millioen H.L.,
evenwel onder bepaling, dat slechts voor consumptie afgekeurde aardappelen daarvoor in aânmerking mo-gen komen In totaal zal door de gezamenlijke fabrie-
ken ongeveer 5 millioen H.L. vermalen worden; de
resteerende zand- en veenaardappelen
blijven
gereser-
veerd èn voor de consumptie èn voor de drogerjen.
De eerste soorten aardappelmeel blijven ook deze cam-
pagne ter beschikking van de -regeering, zoodat ook
thans de industrieën alleen de mindere soorten kun-
nen verkrijgen. In hoeverre de thairs bestaande rant-
soeneering van aardappelmeel voor de binnenlandsche
nijverheid verandering zal moeten ondergaan, kan
nog niet worden bepaald.
V e e v o e d e r. Volgens mededeeling van het
‘B.M.V. worden de vooruitzichten voor voeding van
den Nederlandschen veestapel steeds donkerder. Voor
varkens zal in de wintermaanden geen voeder beschik-
tb
aar
komen; voor pluimgedierte zal de verstrekking,
!die nu nog slechts
1130
van het benoodigde bedraagt,

1
wellicht geheel moeten ophouden.
‘Het vermalen van stroo, kaf, heide, riet, cacaodop-
pen en boekweitdoppen tot meel is verboden, tenzij
met schriftelijke toestemming van de Toewijzingscom-
missie voor Veevoeder.
Zeeprantsoeneering. De vooruitzichten
ten opzichte van de zeepvoorziening
zijn
zoodanig,
dat het inderdaad hoogst gewenscht is de grootste zui-
nigheid te betrachten. In verband”hiermede is den
gemeentebesturen verzocht, ook wanneer de aanwezige
voorraden zulks mochten toelaten, toch niet meer dan
het rantsoen van 234 ons per persoon per vier weken
beschikbaar te stellen. (Zie ons vorig overzicht.)

MAANDCIJFERS.

ONTVANGSTEN VAN SPOOR- EN TRAMWEGMAATSCHAPPIJEN SEPTEMBER 1917.

(Ontleend aan de ,,Ingenieur”.)

Namen der Maatschappijen.
Personenvervoer.
Goederenvervoer.
Totale, ontvangsten.

1917.
1916.

Maatsch. tot Exploitatie van Staatsspoorwegen
f
2.250.639,—.
f
2.522 399,—
f 4.848.980,—
f
4.660.861,
Hol!. IJzeren Spoorwegm

ij
aatschapp…….
,,2.271.001,—
,,1.267.679,—
,,3.633.273,—
3.483.641,-
Ned. Centraal Spoorweginaatschappij
……..
,,

195.708,—
167.548,—
,,

364.485,
374.518,
Noord-Brab.—Duitsche Spoorweg-maatschappij
29.187,—
,,

43.598,—

,,

75.792,
63.025,
,,

9.453,16
,,

11.220,45
1
19
,,

21.202,35
1
12
16.162,75
Dedemsvaa rtsehe Stoomtramwegmaatschappij
,,

11.031,75112
,,

18.086,38112
,,

29.825,06
,,

27.933,44
‘1
Tramv.mij. ,,de Meijerij”:

lijn

Veghel—Eind-
hoven—Belg. grens en St.Oedenrode—’sBoseh,


,,

24.150,88
19.438,54
lijn Einclhoveu—Helmond—Asten en

..

Geidrop—Heeze
……………………..



,,

7.753,92
7.584,02

Hollandsche Buurtspoorwegen

…………….

,

14.260,45
1
1
,,

16.905,26
,,

32.433,93’I
,,

3L000,07
50.443,36′!,

.

,,

44.420,57
,,

101.276,50
1
I
89.338,9612
Rotterdamsche Tramwegmaatschappij
– –
173.957,05
,,

158M30,49
‘I

Zuid-Nederi. Stoomtramweg-maatschappij
……

Westlandsche Stoomtramwegmaatschappij
….
,

21.122,51
,,

11.090,54
1
1,
,,

34.277,59
31.779,88
1
/,

Nederlandsche Tramwegmaatschappij
…………..

Gemeentetram te Amsterdam
…………….
,

517.993,05

,,

517.993,05
,,

466.494,91
Flaagsche Tramwegmaatschappij

…………..
,

276.714,84
1
12
..
..


,,

277.981,68
1
12
246.713,18
Rotterdamsche Electr. Tramwegmaatschappij
227.980,87

,,

227.980,87
227.602,46
De cijfers der Indische Spoor. en Tramvegen zijn niet ontvangen.
De ontvangsten der groote maatschappijen, die in de ,,Tngenieur” ontbreken, zijn aan het ,,Maandschrift Centr. Bureau Statistiek” ontleend.
Zie hierachter het Overzicht der Rijksmiddelen.

0

974

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 December 1917

Voorts
is
ingesteld een Ri.jkszeepbureau alsmede

een Commissie van Advies.

G
r a a n e n a
1 c o Ii
01. Het
B.M.V.
meldt, dat
thans een overeenstemming is bereikt tusschen de
branderijen te Schiedam, die-alcohol uit graan berei-den en in de spoeling een belangrijk veevoeder ople-

veren, en die te Delft, waar veel melasse als grond-
stof wordt gebruikt. Gedurende een week zal nu nog
de thans gebruikelijke hoeveelheid graan voor de alco-

holbereiding worden beschikbaar gesteld (41 pOt. dei
normale productie), waardoor voldoende spoeling be-
schikbaar zal zijn tot 1 April. Daarna wordt het graan-
rantsoen, zôowel voor Delft als voor Schiedam, tot dé
helft teruggebracht.

OVERZICHT DER RIJKSMIDDELEN

(In Guldens).

r
00cm
L
Ct
1917

Elf eerste
maanden
van 1917

Elf eerste
maanden
van
1916

Directe belastingen.
1.860.567
15.037.678 14.839.674
Personeele belasting
1.289.728
12.218.979
11.741.297
Inkomstenbelasting
2.442.865
45.784.153
29.706.016
Vermogensbelasting
771.898
3.084.365
3.264.038

Accijnzen.


2.991.249 28.007.232 25.346.727
15.901
1.239.038 1.138.909
2.181.616 27.082.629 25.054.630 248.569
2.247.334
1.998.381
155.415
2.197.250
1.536.922
1.687.539
10.978.276
8.878.1411

Zout ………………

Indirecte beia8tingen.

Wijn ………………

Geslacht

…………..

1.901.507
12.294.765 7.114.920

Grondbelasting

……..

Registratierechten
2.584.145 15.126.496 9.562.173
Hypotheekrechten ..
698
657.373 974.220
2.803.104
19.946.178
17.302.633

Suiker

…………….

786.399
10.360.269 15.582.098

Gedistilleerd

……….

1.378
23.054

Bier en azijn

……….

Formaatzegel ………-

Gouden en zilveren werken

Zegelrechten

……….

Belasting ………….
.9.091
627.095
586.771,
Essaailoon
6

27.291
48
622 573

Successierechten ……..

Statistiekrecht

.

1.647.505

Invoerrechten …………

-161.903
74.583
Doeinen

…………
rn
.
05.916
2.654 158
2.322.248
13.108
030.818
629.596

illijnen
……………..
58.649

Jacht en visscherij

..
2.976

..

210.379
191.711
Staat8ldterj

…………

30.402
356.677 784.219 Loodsgelden

…………

Totaal ……….
.22.286.681
212.551.948
178.453.534

OPOENTEN VOOR HET LEENINGFONDS
1914

,vovemoer
1917
Elf eerste
maanaen
Van 1917

Elf eerste
maan en
van 1916

Directe bela8tingen.
3.018.015

2.809.613
Personeele belasting
312.987
.
2.962.292 2.503.824
Inkomstenbelasting
1.139.868
16.27$.398
9.231.464
Vermogensbelasting
311.576
1.187.122
996.434

Accijnzen.
621.855
5.601.446 5.069.345

Grondbelasting

…….372.613

3.180
247.808 227.782
Gedist. (binn.- en buitl.)
216.182 2.708.263
2.505.463

Indirecte belastingen.

Suiker

…………….
Wijn ………………

Zegelrecht van buiti. eff.

107.212
788.568
397.123
Registratierechten ..
255
597.213 952.906
Hypotheekrechten ..
65
65.584
98.739

Totaal
. . .
3.085.774 33.454.709
24.790.693

BELASTINGEN IN VERBAND MET DE BUITEN-

GEWONE OMSTANDIGHEDEN.

November 1917
‘Elf eerste
maanden
v.
1917

13.565.822 149.509.260
Verdedigingsbelasting la ….
721.550
2.916.846
Oorlogswinstbelasting

……..

Verdedigingsbelasting Ib ….
2.263.768

19.526.901
Verdedigingsbelasting II ..
. .
813.969
22.343.489

17.365.109 194.296.495

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

Door het uitblijven van beurs- en handelstelegrammen
uit Engeland kunnen enkele koersen, noteeringen en verdere
gegevens voor de verstreken week niet worden medegedeeld.

N.B.

beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

T. BANKDISCONTO’S.

1

22 December 1917

20 luit 1914
Ned’ (Disc.Wissels.
4’/, sedert 1Juli’15
3’I,sedert23 Mrt.
’14

B

jBel.Binn.Eff.
an
4
1
/

1

1
15
4

23

1
14
tVrsch.in R.C.
5
1
/1

,,

19Aug.’14
’14
5

,,

23

,,
Bank van Engeland
5

,,

5 Apr.’17
3

,,

29 Jan.
1
14
Duitsche Rijksbank
5

,,

23 Dec.
’14
4

,,

5 Febr.’14
Bank van Frankrijk
5

20Aug.’14
3’/,

,,

29 Jan. ’14 Oostenr. Hong. Bk.
5

,,

10Apr.’15
4

,,

12 Mrt.
’14
Russische Staatsbk.
6

,,

27 Juli
’14
5

,,

1 Apr.’14
Nat.Bankv.Denem.
5

,,

10

,,

’15
5

,,

6 Febr.’14 Zweedache Rijksbk.
7

,,

11 Dec. ’17
4
1
1,

,,

6′

,,

’14
ZwitserscheNat.Bk.
4
1
1,

,,

2Jan.’15
3
1
12

,,

19

,,

’14
Bank van Italië ..
5
1
1

,,

7Nov.’17
5

,,

9Mei

1
14
Feder. Res.
Bk. N.Y.
3-.4


. –
Javasche Bank….
3′!,

,,

1Aug.’09
3’1

,,

1Aug.’09

II. OPEN MARKT.

Data
Amsterdam
Londen
Part.
Berlijn
Part.
Parijs

Part.
N. York
Ccli.
Part.
Prolon-
disconto
galte
disconto
dtsconto
disc.
mone$,j

22

Dec. ”17
4 l/5_114
5

.
251
4b/

17-22 D. ’17
4_11t
481
4
5
4251
4-18

10-I5

,,

’17
381_4
4
‘/u-‘h
4182
4-/s

5 ’12-6
38 D.

’17
3’181
4_814
422/5.
4_
5
1

35

18-23 D. ’16
4 Vs-
8
/s
4
5
17
182
4-‘I8

2
‘/2-4
/2
20-24 D. ’15
3’/g
3_21 5
8
/
– –
1
7
1

20-24JuL’14
3 ‘/-‘/j,
21/
4
.8/
4

2
‘/’/
2
214
1 /-2 12

‘) Nteering van 12 December 1917.

WISSELKOERSEN.

I. KOERSEN IN NEDERLAND.

Voor Londen, Berlijn en Parijs worden voorloopig ook de
dagelijkache noteeringen te Amsterdam opgenomen. De dage-
lijksche koersen op New York, alsmede de laagste en
hoogste der week zijn aan particuliere opgaven ontleend.

Data
Londen
Berlijn
Parijs
New York

17

Dec.

1917

..
11.-
40.75 40.60
2.31
18

,,

1917

..
11.06
42.05
40.75
2.31
19

1917

..
11.04
43.90 40.70
2.311
20

,,

1917

..
11.06
1
12
45.35 40.80
2.32
21

,,

1917

..
11.05
2
12
44.65 40.95
2.32
22

,,

1917

..
11.05/2
44.50
40.90 2.32

Laagste der week
10.94
40.40
40.40 2.30
Hoogste

,,

,,
11.06
1
1
46.75 40 90
2.32
15 Dec.

1917

..
10.87
1
1
40.27
1
1,
40.40
2.2914
8

,,

1917

..
11.22
40.–
41.40
2.35’14,
Muntpariteit

..
12.10
1
1
59.28
48.-
2.48
1
14

Data
Zwitser.
land
Weenen

Kopen.

hagen
Stockholm

Batavia
telegrafisch

22
Dec.’ 1917
52.85 28.75 72 75
78.-
99-.100 Laagste d. w.
52.50 24.30
71.90 77.50

Hoogste ,,

,,
53.70
28.-
74 70
81.20

15
Dec.

1917
53.25 24.30
74.70
81.20,
99-100
8

1917
53.-
24.35 73.25
81.-
99-1004
Muutpariteit
48.-.
50.41
86.67
66.67
100

9

26
December 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

975

OVERZICHT. NEDERLANDSCHE BANK.
De wisselhandel heeft een buitengewoon bewogen week
achter zich. De handel in Marken en Kronen nam een om-
VERKORTE BALANS OP 22 DECEMBER 1917.
vang, als nog weinig gedurende dezen oorlog heeft plaats
gehad en de

koersen liepen dngelijks guldens omhoog. De
Activa.
eerste vier

dagen

waren Marken gestegen van 40.40 tot
46.75 en Kronen van 24.80 tot 28.—. Dtuarna trad een/ge

Binnenl.Wis-{H..bk.

f
61.538.506,53’I,
sels, Prom.,

B.-bk.

464 235.49
1
12
reactie in, maar het aangeboden materiaal

werd op het
enz.indisc.

Ag.sch.

7.982.526,96
eenigszins verlaagde peil grif opgenomen. Slot 44.50 en 26;75
f

69.985.268,99
‘Londen
en Parijs herstelden zich in het begin der week
Papier o. h. Buitenl. in
eenigzins

van

het verlies

der vorige week, maar de om-
.disconto

……………………..
zetten

waren

gering

en

de

koers

bleef verder omstreeks

Idem eigen portef..
f

6.927.139,-
11.05
1
12 en 40.80 schommelen. Dollars zonder. zaken ongeveer
Af: Verkocht maar voor
2.32.

Zwitserland iets flauwer 53.35-52.85, zoo ook Skan-

de bk. nog niet afgel.
,,
dinavië.

Kopenhagen

73.80, 72.—, 74.50, 72.75.

Stockholm
80.50,

78.25, 79.—, 78.—. Roebels iets vaster 34.—, 37.—.
. 6.927.139,-
Beleeningen
Spanje en Italië geheel verlaten.
H.-bk.

59.046.266,52’/,
mcl.

vrsch.,
in

rek.-crt.I B.-bk.

3 269.403.02

op

onderp.!. Ag.sch. ,, 30.493.705,85
1
/,

II. KOERSEN TE NEW YORK.
,

f
92.809 375,40

OpEffecten

……
f
90.201.275.40
Cable
Londen
Zicht
Parijs
Zicht
Berlijn Zicht
Amsterd.
Data
,
(in
(in frs.
(in cents
(in cen ts
OpGoederen en Spec. ,,

2 608 11)0,—
per £)
P. P.
R m. 4)
per gid.)

92.809.375,40

S
,
00rschotten a.h. Rijk ……………..

22 December 1917

4.76.45

5.73.50

nom.

433141)
Munten Muntmater jaal
Laagste d. week. .

4.76.45

5.73.50

438/4
Munt, Goud

……
.1
90 945.770,-
Hoogste,,

,,

..

4.76.45

5.74.—

43314
Muntmat.,Goud……607.717 318 85
1
12
15 December 1917

4.76.45

5.73.50

nom.

44
8

,,

1917

.4.76.45

5.73.12

nom.

43
8
/
.

1898.663.088,85
8
1,
Muntpariteit ….

4.86.67

5.18’/

95’1

4081
1
,
Munt, Zilver, enz..

7.001 279,88
1)
Noteering van 18 December.

. Muntmat., Zilver

..

705.664.368,7311,
Effecten
‘Bel. v.h. Res.fonds..
f

5.178.192,50

III. KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP
id. van
1
15
v.h. kapit.

8.899.939.62
1
1,
,,

9.078.132,12
1
1,
LONDEN.
Geb.en Meub.der Bank …………….

1 465.flnO,—
Diverse rekeningen

………………..63.885.376,04
Tdperk
ij
Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
24Nov.
1917
II Dec.
1
91
7 l2
?
ec.

22
Dec
1917
f
949 814 660,29
Laagste Hoogste,
.

Passiva.
Alexandrië..
B. Aires
.. ..
Piast. P. £
d.p.gd:pes.
97
8
/8

97
2
18
52

54

97
8
18
53’14
97518
55

9751


54’12
Kapitaal ………………………..
f

20.00.000,—
Calcutta . . . .
shid.p.rup.
1/5′!,,

1 5
1
1,2
115
1:5″,,
1511,,

[tservefonds ……………………

5.234.534,18
1
1
2

Hongkong ..
id. p.
$
2/11 ‘/

2/1 1’/4
2111
8
12
2/1 1/4
2111 ”
Bankbiljetten in omloop…………..

868 .537 690,—

Lissabon….
d. p.escudo
‘ 30
5
16

30’1
29’12
30’12
30
Bankassignatiën in omloop …………

..2.8,96.227,85 ‘/

Madrid

….
Peset. p.
20.31

19.66
19.70
19.90
19.83
Rekeuing•Courant saldo’s:
Vai, het Rijkj’

240.784,42’/,
Montevideo..
d. p. peso
57814

61
11
62
64
63
……

Montreal….
$
per £
4.76
1
12

4.77
1
12
4.76
1
1
4.77′,
4.76112
‘Van
anderen ……,, 49.316 641.21

Petrograd

..
R.d.Janejro’)
R. p. £ 10
d. p. milr.
377

352
13″,,

13
19
1,2
349
1314
380
13
12
/1,
376
13
l8/

49557.425.63812
Diverse rekeningen

………………

5588.782,611
2

Lires p. £
40.20

39.72 39.08 40.00
39.65

f
949 814 660.29
Shanghai

. .
sbid p. tael
41181
4

4.2
4,2
43
4’3

Rome

……..

Singapore

. .
id. p.
$
214
‘!,

214′!,,
214
214
5
1,2
2
1
4 ‘/,,
Valparaiso ‘) d.p.pap.p.
148/,,

14
18
1,2
24881,
2

14
1
18
14171,2
Beschikbaar metaalsaldo…………..
f

‘520.993.030,58
Yokohama ..
sh/d.p.yen
2/2

212
211
7
11,
212’18
212
Op
de basis
van
‘1,
meiaa!dekking
……
,,

337.194.781,88

‘)

Noteeringen’ op 90
dagen.
Minder hedragaan bankbiljetten in omloop
, dan waartoe de Bank gerechtigd is ..

2.804 965.150,-

Bij vergelijking met den vorigen weekstaat blijken de volgende
GOUD EN ZILVER.
verschillen:

GOUDBEWEG ING BIJ DE BANK VAN ENGELAND.
Meer

Mmder
Disconto’s

…………..2.148.098,35′!,
Sedert 29 Juli 1916 worden de dagelijksche ontvangsten
Buitenlandsche wissels.. ..

85.024,-
en onttrekkingen van goud door de Bank van Engeland
Beleeniugen

…………

4.386.084,67′!,
tijdelijk niet bekend’gemaakt.
Goud

………………

4.246.292,51
Zilver

……………….54 961,01
1
1
2

Bankbiljetten…………671 030,—

ZILVER.
Part. Rek.-Crt. saldo’s

..

10.715.830,07’1
2

Noteering te Londen.

te ‘New York.

22

Dec.

1937 ……..
43’Is’)

86
1
18
N.B.

Uit de bekendmaking van den Minister van Financiën
15

,,

1917 ……..42’18

85
7
18
blijkt, dat uitstonden op:
8

,,

1917 ……..43

8451,
1

,,

1917 ……..42’I

84
1
1
22
Dec. 1917
15 Dec. 1917
24

Nov.

1917 ……… 4218/,,

85’/a

23

Dec.

1916 ……..

36’/,,

75814
Aan schatkistpromessen..
1160.190.000,—
f158.070.000,—
24

Dec.

1915 ……..25’/g

53718
waarvan rechtstreeks bij

20

Juli

1914 ……..
24
“!,,

542/
s

de Ned. Bank geplaatst
52.000.000,—
52.000.000,—

– 1) Noteering van 21 December.
Aan scha.tkistbiljetten ..
Aan zilverbons

………
,, 126.359.000,—
,,

26.675.921,—
,, 124.103..’00,-
,,

26.681.639,-

976

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26
December 1917

OVÈRZICIIT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
SURINAAMSCHE BANK.

(In duizenden guldens.)

.
:

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden gudeis.)

DaM
Goud
Zilver
b7I
n

opclsclibare

Andere
1

Andere
Dlv.
reke-
schulden
Data

Metaal
lalle
1
Circu
s
opei3cbb.
3chulden
Disconto
ningen
t)

22

Dec.

1917

. . . .
698.603
7.001
866.538
52.454

_______ _______
______ _______ _______

15

,,

1917
694.417
.
696
80867
41.949
20 Oct.

1917

..
569

1.214

906

999

1000
8

,,

1917

. . .
699.508
6.836
867.659
53.834
13

1917
,,

.
59

1.202

890

1000

828
.
1

,,

1917

.
. .
700 105
6.81
u
872.983
54.305
1917

.
.

566

1.239

926

994

827
24 Nov.

1917

. . .
692.377
0 883 852.847
63.735
29 Sept. 1917

.
.

700

1.193

989

999

686
17

,,

1917

. .
693.969 7.159
856.958
64.619

10

1917

..
683.703
7.121
855.221
59.491
21

Oct.

1916

..
689

1.104

897

889

804

3

,,

1917
683.724
7.290
863.057
59473
23

,,

1915

..
708

936

1.081

867

1.364

27

Oct.

1917
685.230
7.386.
824.973 64.694
25
Juli

1914
645

1.100

560

735

396
20

,,

1917

..
685.569
7.380
820.702
87.015
..

13

1917
,,

..
685.021
7.331
815.593 81.886

6

,,

1917

..
675.916
7.211
816.307
68.108
‘) Sluitpost der
activa.

29

Sept.

1917

….
675.916
7.264
808.812 70.458

23

Dec.

1016

….
587.613
7.157
728.640 57.050
BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.
24

Dec.

1915

….
427.862
6.364
558.491

t
62.280

25 Juli

1914
….
162.114
8.228
310.437
6.198
Aan het eind van iederkwartaalwordteenoverzichtgegeVefl
van enkele niet wekelijks opgenomen ban kstaten.

1.
BANK VAN ENGELAND.
Disconto’s
Beschik-
Dek.

Data
Belee.
baar kings.
.

WEEKSTAAT VAN 12 DECEIBER 1917.
Hieraan

Totaal
Schatkist-
promessen
ningen
.
Metaal.
saldo percen.
lage
ISSUE DEPARTMENT.
rechtstreeks
____
Notesissued..
£

74.539.430

1
Governm.Debt£

11.015.100

22 Dec. 1917
69 985 52.000
92.809
520.993
77
.
Othersecurities,,

7.434.900

15

,,

1017
67.837
52.000 88.423
518.913
77
Gold coin and

S

,,

1917
.
60.520 47.000
94.314 521.142
76

bullion.. ..

,,

56.089.430

1

1917
54903
43.006
104.795
520.538
76

.
24 Nov. 1917
66.631
55000
91.065 515.027
7&
£

74.539.430

£

74.530.430

17

1917
74.581
63.000
93.190
515.909
78

10

,,

1917
72915
61.000
88617
506.976
75

.
BANKINGDEPARTMENT.

3

1917
72.542
61.000
95.129 505.602
78
Capital……£

14.553.000

1
Government
27 Oct. 1917
64.248
53.000 82.743
513.741
78
Rest ……….3.325.952

securities ..

£

57.895.870
20

,,

1917
72.138
61.000
78.869
510.475
77
Pub1icposits
»

40.416.153

Othersecurities,,

91.535 359

13

1917
74.892
64.000 69.977
511.880
77
Other deposits,,

123.152.831

Notes ……..,,

30.804.900

8

1917
67.541
57.000 70.078
505.252
78
Seven-day and

1
Gold and 8ilver
29 Sept.1917
57.628 47.000
72.055
506.310
.78_
other bills.. ,,

10.584

j

coin

…….,

1.422.391

23 Dec. 1916
58.459 31.000
77.433
436.612
76
£181.458 520

1

£
181.458.520

24 Dec. 1915
76.399 48.500 90.971
309.505
Door het uitblijven der Eogelce bladen konden de cijfers van

25 Juli 1914
67.947 14.300
61.686
43.521
1
)
54

.
den laatsten bankstaat hierboven niet worden opgenomen.

t)
Op de basis
van
‘Is
inetaaldekking.

.
OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.

Onderstaand overzicht bevat tevens de cijfers der door de
Regeering uitgëgeven currency. notes van 1
£
en 10 sh. met

JAVASCHE BANK.
het bedrag der gouddekking en der tot dekking aangewezen


Government securities. De publicatie dezer cijfers geschiedt

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.


sedert 26 Augustus 1914.

(In duizenden Guldens.)
(In duizenden p. st.)

Andere Currency Notes.

Data
Goud
Zilver
Bank-
biljetten
opeischb.
schulden
Data
Metaal
Clrculatie
Bedrag
Goudd
Gov. Sec.

6

Oct.

1917 …….
82.208
17.242
172.066

57.989
19 Dec.

1917
57.572 45.038
***
***

22

Sept.1917 …….
82.246
17.393 173.293

58.435
12

,,

1917
57.512 43.935
199.434
28.500
173.176
83.373
17.242
175 541

57.267
5

1917
57.535
43.728
197.455
28.500
171.176
82.039
17.841
176.502

47.135
28 Nv. 1917
56.507 43.077
194.135.
28.500 187.144
15

,,

1917

…….
8

1917 …….

70.441
23.743 154.876

58.81
20 Dec.

1918
54.348
39.224
147.520
28.500
116.107
7

Oct.

1916 …….
41.510
32.097 139.319

27.137
22 Dec.

1915
51.091 35.098
101.132 28.500 54.621
16

Oct.

1915 …….

25

Juli

1914 …….
22.057 31.907
110.172

12.634
22 juli

1914
40.184
29.317

Data

t
Dis.
Wisse!.,,
buiten

2dec.
Diverse
r

0-
.1

Beschil.
b aar
kingi-
Gov.
Other

1
Public
Other
Re-
Dek.
kings.
conto’s 1
betaalbaar
N..lnd.

ningen
ningen
t)
metaal-
saldo
percen-
Data
Sec.
Sec.
Depos. Depos.
seree
percen-

6 Oct.1917

7.578

35077

48.714

23.016

53.575

43
19 Dec. ’17
57.820 95.114 36.926 129.128 30.985

18,66
22Sept.1917

7.808

34.774

72.943

19.699

53.578

43
12

’17
57.893
91.535
40.416
123.153 32.027

19,58
15

,,

1917

7.885

32.955

72.400

21.891

54.335

43
,,
5

’17
65.913 91.799
36.458
135.639 32.257

.18,74
8

,,

1917

7.748

31.683

60.195

26.987

55497

45
,,
28 Nov. ’17
58.815 91.342
41.526
122.743
31.880

19,10

7

Oct.1916l 6.399

37.374

74.127

8.585

50.823

44

16 Oct. 19151 5.758

17.537

47.242

3.212

40.315

44

20 Dec. ’16
42.187 104.881 53.581 109.007
33.574

20,65

22 Dec. ’15
32.840
102.450
53.135
98.734
34.444

22,68
25Juli 1914

7.259

6.395

47.934

2.228

4.8 42′)

44
22 Juli ’14
11.005
33.633
13.735
42.185
29.297

52
5
1s
1)

Sluitp6st der activa.


t)
Op de basis van

Is
metaaldekking.


t)
Verhouding
tusschen.
.Reserve
en
Deposits.

26 December
1917,

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

977

II.
DUITSCHE RIJKSBANK,

STAAT VAN 22 DECEMBER 1917.

De biljetten zijn sedert den oorlog niet inwisselbaar.

Metallbestand ……………………Mk. 2.569 .373.000
davon Goldbestand ……………….,, 2.405.992.000
Reichs. und Darlehenskassenschejne ……

1.166.811.000
Noten anderer Banken …………….

4.304.090
Wechsel …………………………

12.618.156.000
Lotnbardforderungen ………………

6.271.000
Effekten ………….. ………. …….,,

91.187.000
Sonstige Aktiva ……………………2.217.159.000

G
rundka
p
i
ta
l
……………………..,,

180.000.000
Reservefonds ……………………..

90.137.000
Notenumlaijf ………………………

11.028.037.000
Sonstige tg1ich flllligeVerbindlichkeiten …

6.635.153.000
Sonstige Paasiva ………………….

742.037.000

OVERZICHT -VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
Onderstaand overzicht bevat tevens het cijfer der uitgegeven
Darlehenskassenscheine. De Scheine, welke niet in kas zijn
bij de Reichsbank, circuleeren grootendeels onder het publiek.
De Darlehenekassen zijn ingesteld op 11 Augustus 1914.

(In duizenden Mark)

ijala
imelaag
Daarvan
Goud
Kassen.
scheine

Circu.
folie

Dek-
king,.
percen.
lage’)

22 Dec. 1917
2.569.373
2.405.9921.166.811
11.026.037
34
15

,,

1917
2.556.084
2.405.775
1.103.064
10.773.328
34
7

,,

1917
2.544 603 2.405.687 1.080.348
10.691.088
.34
30 Nov. 1917
2.539.362
2.405.301 1.056.876
10.622.301
34

22 Dec.

1916
2.535.392
2.519.076
173.265
7.534.913
38
23 Dec.

1915
2.476.313
2.441.329 501.587
6.270.380
47

23 Juli

1914
1.601.669
1.356.857
65.479 1.890.895
03

0
Dekking der circulatie door metaal en Kassenscheine.

Data
Wis.,,!,
Rek. Cr1.
Dor! ehenskas,ensche inc

Totaal
In kas bij
uilge-
de Reich,.
1

geven
bank

22 Dec. 1917
12 618.156
6.635.153
***
*5*
15

,,

1917
12.282.469
6.176.154
***
5*5
7

,,

1017
12.145.631
6.036.966
7.104.100 1.087.400
30 Nov. 1917
12.234.223
6.045.318 7.024.600
1.043.800

72 Dec.

1016
8.256.714
3.792.276
73 Dec.

1015
5.405.901 2.046.073 1.510.000 461.000

23 Juli

1914
750.892
943.964

III. BANK VAN FRANKRIJK.

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.
Van 6 Aug. 1914 tot, 28 Jan. 1915 werden geen staten
gepubliceerd. De met
*
geteekende posten komen eerst sedert
28 Jan. 1915 in den weekstaat voor. De biljetten zijn sedert den oorlog niet inwisselbaar.

(In duizenden francs.)

Data
Goud
Waarvan
in het
Buitenland
Zilver
goed
in hel
Buitenland

*
Bull.gew.
vo
o
,,ch.
old. Slaat

20Dec.’17
5.348.848
2.037.108
247.411
804.045 12.700.000
13

,,

’17
5.340.182 2.037.108 245.865
778.748
13.000.000
6

,,

’17
5.336.295 2.037.108
246.255
736.720 13.000.000
20 Nov.’17 5.333.394
2.037.108
246.910
762.261 12.750.000

21 Dec.’16
5.078.626

299.092
767.000
7.300.000
23 Dec.’15
5.070.563

352.281 990.450
5.000.000

23 Juli ’14
4.104.390

639.620

Wisse!,
i


Uit ge.
stelde
Wissels
Belee.
ning
1

Bankbil.
jelten
1

Rek. Cr1.
t

Part
1.
j

culieren.
.

Rek..
Cr1.
Staat

813.918
1.142.167
1.198.012
22.357.770
2.894.229
155.116

800.619
1.143.892 1.153.978
22.821.152 2.883.229
39.059 802.074
1.145.150 1.157.840
22.911.782
2.796.256
42.767
841.180
1.147.429 1.128.456
22.690.884
2.778.856
28.881
0
594.202
1.341.694 1.321.919
16.500.680
2.180.210
31.321
385.398
1.838.704 1.161.093 13.201.110
2.033.195
362.835
1.541.080

769.400
5.911.910
942.570
400.580

IV. RUSSISCHE STAATSBANK,

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

‘In millioenen Roebel).

Data n. st.
Goud
Te goed
uh bui.
ten/and
Zi!


Jelten
conto’s en belee.
nin gen

Circu.
latie
Rek.
Cou.
ranl

5 Nov. ’17
1.292
2.309
178
15.507 2.177 18.917
2.698
29 Oct.

’17 1.295
2.309
178
15.222
2155
18.082
2.726
21

,,

’17
1.296
2.309
168
14.479
2.071
17.859
21715
13

,,

’17
1.297
2.309
155
14.098 2.150
17.290 2.721

5 Nov. ’18
1.556
2.055
110
6.014
798
7.935
1.770
5 Nov. ’15
1.804
35
26
3.119 1.249
5.054
1.397

21

Juli
1
14
1.801
144
74
..

.

.
757
1.634 1.099

V. SOCI£Tg GNRALE DE BELGIQUE.

Sedert einde 1914 met de functie van circulatiebank belast.

OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE POSTEN.

(In duizenden francs.)

Data

7Çj1
mcl.
buiten!.
saldi

t Beleen.
van
1

buitenl.
1

vorder.

T.7n.
van
prom. d.
provinc.

1

Binn.
wissels
1

en
1

heleen.

Circu.
latie
Rek. C,t.
saldi

20

1iec.

’17
547.525
92.971
480.000
125.123
1.118.649
119.422
13

»

’17
548.537 92.648
480.000
129.533
1.115.985
124.440
6.

,,

’17
495.500
92.624 480.000
127.493
1.083.611
101.722
29 Nov. ’17
494.455 92.372 480.000
122.851
1.083.059
96.415
22

,,

’17
491.217
92.320
480.000
116.581
1.084.091
90.850

19

Dec.

’16
351.651
81.272
480.000 64.958
852.634
115.627
73 Dec.

‘151166.809
43.875 480.000 57.599
807.1791150.725

vi.
VEREENIGDE
STATEN VAN
NOORD.AMERIKA.

FEDERAL RESERVE BANKS.

In werking getreden op 18 November 1914. –

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

(lu duizenden clollarR.)

Waarvan
Waar-
FR.
Data
Goud
1 voor dekking
1
van in
1

bui-
Zilver
dc.
Noles in

1

circu.
1
FR. Notes
1
ten/and
folie

9 Nov. ’17
1.573.377 627.750 52.500 52.208 932.512
3

,,

’17
1.546.075
613.750
52.500
50.744
881.001
26

Oct.

’17
1.503.436 625.856
52.500 49.506
847.506
19..,,

’17
1.471.539
630.045
52.500
48.973 815.210

10 Nov. ’16
638.175
232.707 52.500 7.312
227.612

Dek.
1
Percent.
Tolaa!
Waar.
king, per.I
Goud.
Dato
Wissels
Deposttd,
van
centage
1

dekking
Kapitaal
Depo-
1

circu.
sitost)l
latie

9 Nov. ’17
891.155
1.887.068
65.345
.

70,3
67,3
3

.,,

’17
689.977 1.764.058
64.291 68,6 69,7
28 Oct.

’17
574.884
1.606.371
62.629
70,3 74,1
19

,,

’17
458.228
1.559.232 61.847
74,5
77,3

10 Nov. ’16
110.293
579.801 55.710
75,8
102,2
t) Verhouding tusschen: goud, zilver etc., uitgezonderd
het voor de dekking der- F. R. Notes gereserveerde goud,
en: netto deposito’s met inbegrip van het kapitaal.

VEREENIGDE NEW YORKSCHE BANKEN EN TRUST
MAATSCHAPPIJEN.

OVERZICHT DER VOORNAAMSTE POSTEN.

(Gemiddelden in duizenden dollars.)

Data
Reserve
Deposilds
Circulalie
Beleenin gen
en
disconto’s
Surplus
Reserve

15 Dec..’17
771.340
3.758.780
33.620
4.638.540
126.100
6 Oct. ’17
***
*5*
32.125
3.961.400.
82.910
29Sept.’17
547.060
3.731.950
31.910
3.895.880
81.010
22

,,

’17
550.560
3.693.750
31.830
3.874.970
85.320

16 Dec. ’16
638.280
3.451.030
28.860
3.350.150
73.530
18 Dec. ’15
723.430
3.387.880 35.050
3.176.820
163.770

25 Juli’14
467.880
1.958.320 41.730
.
2.057.570 26.170
1
)
t)
Op basis van 25
’10
van alle deposito’s.

978

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 December 1917

BANKSTATEN,

11

KWARTAALSGEWIJZE OPGENOMEN

I. BANK VAN ITALIË.

(In millioenen Lires.)

,.j ata
…oua
.,uver
Slaafs- fondsen
conio’s
en
Bdeen.

Circu.
laite
Rek.
Cr1.

31 Oct.

1917
833,8
76,2
219,7
1135,1
5389,2
1087,2

20

,,

1917
833,7
67,5
219,7
993,9
5183,6
1080,6

10

,,

1917
833,7
64,6
210,7
985,4
5144,0 1036,8

30 Sept.

1917
833,6
64,6
219,5
966,4 4984,9
975,6

20

,,

1917
835,6
65,0
966,9 4813,1

10

,,

1917
835,4
65,0
219,7
962,1′
4754,8
974,2

31 Aug.

1917
835,5
65,3
219,6
962,1
4692,9
927,7

20

,,

1917
835,3
65,5
***
922,9 4622,6

31 Oct.

1916
916,2
72,7
220,0
705,0
3691,6
763,5

31 Oct.

1915
1135,0
111,1

731,6 2860,7

20 Juli

1914 1106,5
90
2
4
203,9 632,5
1661,1 272,8

II. BANK VAN SPANJE.

(In millioenen Peseta’s.)

Data

Goud
Zi!er
Slaafs-
fond.
sen
o

Dis-
conto’s

ni,
,.

Circu-
laGe
Rek.
Cr1.

1

Dec.

1917..
1963,8
721,2 737,0 729,9 2741,7
941,7

24Nov.

1917..
1961,5
720,8
737,0 727,0 2741,5
935,1

17

,,

1917..
1959,6
717,3 737,0 725,0
2754,6
948,3

10

1917..
1955,7
716,1
737,0 732,4
2765,8
934,9

3

1917..
1953,4
721,1
737,0
733,0
2748,2
929,1

27

Oct.

1917..
1949,4
725,4 737,0 730,3
2717,8
946,1

20

,,

1917..
1948,6
723,0
737,0 727,6 2712,7
955,9

13

1917..
,,
1941,9 722,5 737,0 743,3
2712,4
965,2

6

1917..
1937,5 724,9
737,0 747,4
2701,3
955,8

20

Sept.

1917..
1925,6
734,6 737,0
721,3 2644,8
963,1

22

,,

1917..
1910,6
734,2 737,0 724,5 2630,7 959,2

15

1917.

1883,1
733,9
737,0
730,1
2632,3
943,0

2

Dec.

1916..
1208,4
745,3 729,8
644,4
2322,
700;5

11

Dec.

1915..
860,2
752,9
494,4
1033,5
2063,5
688,4

24 Jul
:

1914..
543,5,
729,8
783,8 494,4
1919,0
.
491,9

1)
Inclusief cle schuld van de schatkist in rek.-crt.

r
t

III. ZWITSERSCHE NATIONALE BANK.

(In millioenen Francs.)

Data
Goud
Zilver

Darle-
hen,-
kassen-
scheine

Dis-
conto’s
en
Beleen.

Circu-
latie
Rek.
Cr1.

15 Dec.

1917..
352,8
53,7
11,0
290,9 618,3
1Ö8,0

7

1917:
,,
350,1
53,2
11,4
277,7
619,1
90,1

30 Nov.

1917..
350,8
53,7
9,9
272,7 627,6
82,3

23′

1917..
,,
350,6
54,1
9,6
.273,4
599,0
102,0

15

1917..

349,6
54,0
9,6
302,5 608,3
127,8

7

1917..
,,
350,3

53,0
9,4
282,4
612,0
100,0

31

Oct.

1917..
350,9
53,1
9,7
268,9
613,1
89,0

23

1917..
,,
351,2
53,5
.9,9
243,5 576,9
93,2

15

1917..
,,
348,7
52,8
10,1
241,1
578,6
85,1

6

1917..
349,1
52,0
9,9
264,7
585,8
102,9

30

Sept.

1917..
346,7
52,7
9,3
267,2 580,2
111,4

23

,,

1917..
342,0
54,1
8,3
275,0 538,6
150,9

15 Dec.

1916..
320,5 54,5
2,9 170,1
464,4
113,6

15 Dec.

1915..
248,7
53,7
17,7
170,6 412,0
9.6,4

23

Juli

1914.
.
180,1 18,9

107,8
267,9
50,7

IV. NATIONALE BANK VAN DENEMARKEN..

(In niillioenen Kronen.)

___–
Data
Goud
Zilver
ringen
op het
conto’s
en
,!,uitenl.


Circu.
laffe
Rek.
.
Cr1.

30 Nov.

1917..
178,6
2,6
45,9
192,0
325,8
70,6

31

Oct.

1917.
.
189,3 2,8
53,7
177,6
326,9 70,5

29

Sept.

1917..
190,5
2,9
42,7
167,8
303,0
82,1

30 Nov.

1916..
145,4,
1,9
41,3
157,1
277,6
56,7

30 Nov.

1915..
106,8
4,1
60,5
66,1
221,2
24,2

30 Juni

1914.
.
75,6
6,6
19,8
95,6
159,8
4,8

V. ZWEEDSCHE RIJKSBANK.

(In millioenen Kronen.)

Data
Goud

Vorde- ringen
op het
buiten!.

Staats.
fondsen

Dis.
conlo’s
en
Beleen.

Circu-
lat ie
Rek.
01.

15

Dec.

1917..
231,0
124,8
80,0 255,6
532,2
172,1

8

1917..
,,
226,6
125,9 115,0
217,7
527,8
167,3

1

1917..
,,
226,4
124,9
114,9
191,0
539,6
130,8

24 Nov.

1917..
221,4
132,2
114,9
146,8 507,0 115,0

17

1917..
,,
221,3
135,1
114,9
145,5 518,7 102,9

10

1917..
219,7 130,6
114,9
146,5
544,4
94,7

3

,,

1917..
219,9
125,0
107,0
154,0
547,0
92,7

27

Oct.

1917..
214,6
137,6 106,5 148,8 497,7 120,2

20

1917..
214,6
140,3
91,5
152,4
496,5 110,0

13

,,

1917..
214,5 135,2
71,5
157,1′
499,4
93,2

6

1917..
,,
214,5
130,5
71,5
182,3
506,3
104,9

29

Sept.

1917..
214,5
134,2
51,5 199,4
541,0
96,8

22

,,

1917..
209,5
134,9
51,6
180,7
474,8
107,2

16

Dec.

1918..
182,7
144,9
‘63,6
134,7
386,6
128,4

11

Dec.

1915..
114,2
138,0
52,1
102,4 295,7 106,4

25

Juli

1914. .
105,8 115,6
28,0
92,4
206,2 68,2


VI. BANK VAN NOORWEGEN

(In millioenen Kronen.)

Data
Goud

Vorde-
ringen
op liet
buiten!.

Effecten

Dis.
conto’s
en
Beleen.

Circu-
latije
Rek.
Cr1.

15 Dec.

1917..
114,3
84,9 13,0
d75,5
317,9
205,3

7

1917..
,,
114,9
81,7
12,8
370,9
308,9
207,9

30 Nov.

1917..
114,9
79,6
12,8
367,3
309,3 201,3

22

1917..
,,
115,9
79,5
12,8
353,6 304,2 195,3

15

,,

1917..
116,2
77,5
12,8
357,5 304,6
196,0

7

1917..
,,
117,8
76,9
12,8
350,0 305,9
189,1

31

Oct.

1917..
117,8
7.8,6
12,8
348,5 308,1
185,8

22

1917..
,,
122,5
71,8
12,8
338,6
306,7
177,0

15

1917..
,,
122,6
71,6
12,8
339,0 310,8
175,5

8

1917..
122,6
75,4
12,8
316,8
309,1
158
2
8

29

Sept.

1917..
122,6
78,5
12,8
303,1 310,7
142,7
22

,,

1917..
127,6
75,0
12,8
296,0
300,0
151,0

15 Dec.

1916..
124,1
88,9
13,9
122,6
246,7
55,4

15 Dec.

1915..
65,5 63,0
14,1
81,2
156,9
20,8

22 Juli

1914..
52,4
65,7
8,9
79,3
120,8
10,7

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 24 December 1917.

Zoo zijn dan de
vre
d
es
.
on
d
er
handeliflgen te Brest

Litovsk, als direct en logisch uitvloeisel van den wapen-
stiistand tusechen Rusland en de Centrale Mogendheden,
aangevangen. Het is natuurlijk nog volstrekt onmogelijk
eenige conclusie – uit de zeer summiere berichten omtrent
deze, pas a’angevangen onderhandelingen te trekken, doch
wel mag thans reeds als vaststaand worden aangenomen,
dat van beide zijden de meest erustige wil om tot een ver-
gelijk te komen, voorzit. In beide kampen is men te sterk overtuigd van de zegeningen, die de eindelijke vrede den
volkeren kan brengen, dan dat men niet het uiterste zou
aanwenden om, zelfs ten koste van eenige vooral aangeno men grondstellingen inzake economische verhoudingen en
territoriale verlangens, een overeenstemming tot stand te
doen komen. –
Dat men, vooral in Duitschiand, sterk overtuigd is van
bet succes der’ besprekingen, blijkt ten duidelijkste uit de
discussies der financieele conferentie, welke dén dezer dagen
ten kantore der Duitsche Rijksbank is bijeengekomen. Men
heeft daar de kwestie van de hervatting van het handels-
verkeer tusschen Rusland en Duitschiand Onder de oogen
gezien en men heeft zich daarbij op het standpunt geplaatst,
dat zooveel mogelijk rekening moet worden gehouden met
de door den oorlog geschapen omstandigheden en met de behoeften, die ieder land op zich zelve in de eerste plaats
heeft. Aanvankelijk b.v. zou er slechts sprake zijn van een
verkeer op den meer primitieven voet van ruilhandel in
waren, wellicht nog wel met geld of giro als tusschenvorm,
doch stellig niet als doel. Inderdaad benoodigt men van
beide zijden in cle eerste plaats productie-, resp. voedings’
middelen en kan de opbrengst in. geld slechts als een
bijkomstige factor worden beschouwd. Te dien .einde heeft
ook de Duitsche Rijkscommissie voor eOnomische voorzie-
ning reeds tot voorloopige besprekingen gevoerd met deskun-

26 December 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

979

digen op het gebied van den handel in metalen, ieder, huiden
en granen, daar het voornemen bestaat den handel, die in
ieder geval de beproefde organen bezit, om den invoer zoo
goed mogelijk te regelen, in geen geval uit te schakelen.
AlIeen.zou de b e s c h i k k i n g over de voorraden, die inge-
voerd worden, aan cle regeering komen. Naar Rusland zöu-
(ieR hoofdzakelijk uitgevoerd worden landbouwmachines en
pharmaceutische artikelen; de voorraden hiervan zijn in
het voormalige Tsarenrijk vrijwel uitgeput. Een gcwichtig
punt hierbij is natuurlijk de plaatselijke toestand in de
Russische stapelpiaatsen en teneinde hiervan op de hoogte
te komen, bestaat clan ook het voornemen, een commissie
an ter zake kundigen naar de verschillende Russisehe
centra ter onderzoek uit te zenden.

Indien deze plannen werkelijkheid mochten worden (en
hiertoe bestaat alle kans) clan is de eerste steen gelegd tot
den wederopbouw van het vôÔr den oorlog reeds zoo belang-
rijke verkeer tusschen Duitschiand en Rusland. Inderditad
zou de komst van dcii afzonderlijken vrede hierdoor zeer
sterk worden bespoedigd. 1-let spreekt vanzelf, (lat men van
beide zijden meer tot concessies geneigd is, als men reeds;
zij het ten deele, een vriendschappelijk verkeer heeft herno-men en als men ook reeds de voorcieelen van een dergelijke
bervatting heeft ondervonden. Het kan toch geen twijfel
trekken, of de gevolgen moeten vrij spoedig voelbaar
worden. In Duitschlancj bestaat behoefte aan het Russische
graan en in Rusland wacht men hoofdzakelijk 01) de organi-
satorisclie kracht, clie do in groot aantal aanwezige econo-
mische hulpbronnea kan aanboren en tot ontwikkeling
brengen. Wij zeiden reeds, (lat de financieele zijde der
kwestie ,,Nebensache” is en in liet licht van het boven-
staande beschouwd, wordt dit duidelijk. Wel houdt men zich
ook reeds bezig met de vraag, hoe dc benoodigde roebels,
ter betaling vau den Russischen import, verkregen kunnen
worden, doch men heeft gegronde hoop dit te kunnen regelen
door storting van Marken in ])uitschland zelve, ten behoeve
van Rusland, wailrtegen dit land clan later voor zijn eigen
import kan disponeeren.
Te B e r 1 ij ii is de stemming aan de foncisenbeurzen, in
verband met cle hier gereloveercie zeer gunstige vooruit-
zichten, (lan ook over het geheel opgewekt gebleven, al
bleef de omvang der transacties binnen zeer enge grenzen
beperkt. De heleggingsmarkt wac vast gestemd, dooi-dat
thans reeds aanmerkelijke bedragen aan vrijkomende coupon-
gelden nieuwe belegging zoeken. Hiertoe werden in de
afgeloopen week hoofdzakelijk 3 pCt. Duitsche leeningen
alsmede Oostenrijksche Staatsrente aangekocht. Russisch e
waarden waren eenigszins ongeanimeerci, als reactie op de
voorafgaande koersverheffingen:
01) de aandeelen-markt bevonden zich petroleuniwaaiclen
in het centrum dci- belangstelling, waardoor somtijds
Sprongsgewijze koersvariaties zich voordeden. Den grond
voor deze koortsachtige bewegingen vond men in geruchten,
als zou de ])uitsche overheid in Roemenië wenschen over
te gaan tot belangrijke prijsvei-hoogingen voor het product,
alsmede in mededeelingen omtrent groote handels-trans-
acties. Bevestiging van een en ander werd echter niet ver-
kregen; iiel schijnen onderhandelingen te zijn gevoerd,
voornamelijk tussc-hen de producenten en de regeeringen
van Duitschlancl en Oostenrijk-Hongarije, doch tot een
resultaat is men in ieder geval nog niet gekomen, vooral
ook, omdat cle Oostenrijksche i

egeering eenige niet gemak-
kelijk in te willigen eischen omtrent invoer in liet eigen
land heeft gesteld. Voorts bestond vrij groote animo voor
scheepvaartwaardeu, in het bizonder voor cle aandeelen van
clie ondernemingen, die in sommige Zuid-Ameiikaansche
Staten nog schepen in de vaart hebben, als b.v. de 1

lamburg-
Zuid-Amerika en cle Kosmos. Sterk gezocht waren sommige
Moutan-waarcien en enkele aandeelen in oorlogs-industricën,
als Daimler en Rheinmeta11; de koersverheffing van deze
laatste moet echter in hoofdzaak worden ,toegeschreven aan
de door ons in ons vorig overzicht genoemde beurs-tech-
nische omstandigheden, waarin tot nu toe nog geen wijzi-
ging is gebracht.

Te W e e n e n is de beurs onder den indruk van de
publicatie van dén Oostenrjksch-Hongaarschen bankstaat
zeer kalm gebleven. De laatste staat dateerde van 23 Juli
1914 en uit cie tegenwoordige bekendmakingen is wel sterk
naar voren gekomen in welke mate de bnnk aan cle oorlogs-
financiering heeft deelgenomen. Oorspronkelijk lag het in
de bedoeling, slechts in de alleruiterste noodzakelijkheid
(Tel

regeering bij deze financiering te hulp te komen, doch
spoediger dan-vci-wacht werd, heef t clie noodzakelijkheid zich
voorgedaan. Op den eersten Februari 1915 n.l. werd reeds
een bedrag van 950 millioen Kronen aan schatkistbiljetten met. een looptijd van 23’f jaar bij een bank-consortium ge-
plaatst (inmiddels is de vervaldatum van deze biljetten tot
1 Augustus 1919 verlengd), welk consoi

tium op zijn beurt

de hulp van de Staatsbank inriep. De verdere hulpverleening
geschiedde echter rechtstreeks op onderpand van schatkist-
wissels, tei

wijl voorts de middelen van de bank sterk in
beslag werden genomen door de faciliteiten ten aanzien van
de beleening der oorlogsleeningen. Een sprekend voorbeeld
van cle geweldige eischen, waai-aan de bank heeft moeten
voldoen, toonen eenige vergelijkende cijfers van de staten
vai 23 Juli 1914 en 7 December 1917, waarvan wij hier
enkele der meest interessante laten volgen:

In Kronen

23 Juli 1914

7 Dec. 1917

Goud, zilver en buiti. papier 1.589.237.000

379.132.000
Cedisconteerde wissels, enz

767.830.000

2.823.238.000
Belëeningen …………186.526.000

3.431910.000
Schuld v.
cl.
Oostenr. Staat

9.040.000.000
Sciuld v. d. Hong. Staat. – -,

4.158.000.000
Bankbiljetten-omloop . – .

2.159.759.000

17.740.158.000

Het spreekt vanzelf, dat de openbaarmaking van derge-
lijke cijfers het optimisme aan de Weensche beurs wel
eenïgszius heeft getempei-ci. Ook cle politieke vooruitzich-
ten zijn nog niet zoo helder, dat zij een onbezorgcle stem-
ming in het leven kunnen roepen. In toonaangevende
kringen bestaat eenige ongerustheid met betrekking tot de
consequenties van de Russische revolutie, ‘welke, indien zij slaagt, het uiteenvallen van het Russische Bijk in autonome
staten tengevolge zal hebben, vei

deeld volgens de verlangens
dci- ‘erschillende nationaliteiten. De vrees werd reeds uitge-
spiolen, dat ook Oostenrijk-Hongarije een soortgelijke ont-
wikkeling zal moeten dooi-maken, om tot krachtiger weder-
opbloei te kunnen komen. Op het oogenblik echter weegt
clôze overweging niet zeer sterk, daai- de militaire orga-
nisatie vooi-loopig nog hecht genoeg is, om iedere poging,
ce in de richting van een oplossen in nationaliteiten-staten
zou, gaan, te verhinderen.

-Te L o n d e n heeft de concentratie op bankgebied verde-
i-en voortgang geniaakt. Konden wij de vorige week hier ter
plaatse eenige mededeelingen deen omtrent de fusie tusschen
cle London & Provincial Bank met de London & South-
Western Bank, thans bereikt ons het bericht betreffende de
samensmelting va.n de National Provincial Bank of England
niet de Union of London & Smith’s Bank. De National
Provincial Bank of England dateert van 1833, heeft een
volgestort kapitaal van £ 3 mihlioen en reserves ten bedrage
van 1-800.000, terwijl de Union of Londen & Smith’s
Bank, gevestigd is feclert 1839, een kapitaal bezit van
£3.550.000, terwiji de reserves £ 1.150.000 beloopen. Voor
aand,eelhouders woi-dt de fusie zoodanig bewerkstelligd, dat
9 aandeelen

á £ 12 der National Provincial Bank (met
een marktwaarde van £ 283) worden ingewisseld voor 10
aandeelen a, £ 15.10.— (met een marktwaarde van £ 237)
der Union of London & Smith’s Bank. De saamgesmolten
bankinstellingen zullen voortaan den naam voeren van
Nation-al Provincial & Union Bank; het volgestorte kapitaal
z„ile
£ 5.752.000 bedragen, de reserves £ 2.950.000, te’rwiji de
dleliosito’s niet minder dan £ 170 millioen beloopen. De
nieuwe bank staat hiermede op de tiveede plaats in de rij
deriEngelsche groote bankinstellingen: als eerste fungeert
de London City & Midland Bank met £ 201 millioen en als
derde de Lloyds Bank met £ 159 millioen aan deposito’s. De
National Pi-ovincial Bank bezat 454 filialen, hoofdzakelijk
in de Engelsche industrie-centra, terwijl de Union of London
& Smith’s bank met 233 filialen hoofdzakelijk London zelf
als haar arbeidsveld had gekozen, waarbij zij echter boven-
dien-
01)
uitstekende verbindingen niet Noord- en Zuid-
Amei-ika kon wijzen.

Ongetwijfeld zijn het hier weder de oorlogsomstandig-
lieden, die tot dergelijke fusies als het ware noodzaken. Dc
economische strijd na deh militairen zal wel minder bloedig,
doch stellig niet mmdci- heftig en fel worden en het is
slechts een vraagstuk van Organisatie en van buitengewoon
sterke financieele di-aagkracht, vooral ook met liet oog op
een kracbtdadigen steun aan handel en industrie, wie hierbij

den overwinnaai-sjalm uit het kamp zal dragen. Dat men in
Engelanil doende is, groote objecten te bestudeeren en
geweldige plannen te ontwikkelen, bewijst vel de spoed,
wnai-mede de verschillende fusies elkaar opvolgen; veelbe-
teekenend -voor de jongste samensmelting is wel, dat de
besprekingen hieromtrent binnen negen dagen door de
l)residenten der fusioneerende instellingen, Lord Inchcape en Sir Felix Schustei- tot een goed einde werden g’ebracht.

De beurs heeft een- uiterst ongeanimeerd verloop gehad,
voornamelijk naar- aanleiding van cle publicatie’ van den
IÇanelier der Schatkist, Bonai- Law, dat men voor het
komende jaar ernstig rekening diende te houden met een
verhooging der inkomstenbelasting. Vooral de eerste-klasse
belcggingsw-aarden hadden een in sommige gevallen zeer
aanmem-kelijke koers-i-eactie te boeken. Buitenlandsche staats-

980

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26
December 1917

fondsen werden medegesleept door het groote aanbod van
Itussische papieren, waartegénover geen vraag van betee-
kenis kon worden gesteld. Zélfs de aankondiging, dat: de
coupons der 5 pCt. Russische leening van 1906 verzilverd
zouden worden, maakte geen enkelen indruk, omdat men
twijfelt aan de voortzetting van deze finantieele politiek,
die er feitelijk op neer komt, dat Engeland (en Frankrijk)
dc verschulcligde rente uit eigen middelen voldoet. Tege-
lijkertijd liep de koers der 5 pCt. Fransche oorlogsleening gevoelig terug; naar men weet kan het Engelsche gedeelte
dezer leening gedurende den oorlog niet naar Frankrijk
worden verkocht, zoodat de betrokken obligaties zuiver het
karakter van een locaal fonds hebben aangenomen. A’ile
spoorwegwaarcien waren in reactie; de Engelsche in verband
met de loonsverhoogingen voor het personeel, de Cana-
deesche naar aanleiding van de moeilijkheden, om de benoo-
digde nieuwe gelden te kunnen opnemen, de Argentijusche
als gevolg van de arbeiders-onlusten, de Mexicaansche op
het verslag over het eerste halfjaar 1917 van de Mexican
Railway Company, waaruit blijkt, dat sdert April de
• spoorwegen zich in handen der regeering bevinden, die
slechts de allernoodigste herstellingen doet uitvoeren, doch de bruggen en wegen niet voldoende onderhoudt. Bizonder
ongeanimeerd waren verder rubber-aandeelen, waarvan zeer
aanmerkélijke posten dior de speculatie tot veel hoogere
prijzen vroeger opgenomen zijn.

Te o nz en t heeft de Staatsfondsenmarkt een zeer kalm
verloop gehad. Russische waarden hielden ‘zich ongeveer’ op
het peil, dat heden voor acht dagen bereikt werd op de
mecledeeling, dat vermoedelijk de vdSr den oorlog afgesloten
leeningen wel erkend zouden worden De handel is echter
veel beperkter geworden, terwijl de fluctuaties slechts
miniem bleven. Ook Oostenrijksehe papieren varieerden niet
zeer sterk, ondanks de verbetering in den koers der Oosten-
rijksch-Hongaarsche valuta. Het hierboven besproken verslag
der O.-H.-Bank liet zijn deprimeerenden invloed goedge-
voelen.
Nederlandsche staatsfondsen bleven, niettegenstaande de
geldmarkt eenige neiging tot stroever worden vertoonde
(een gewoon verschijnsel overigens aan het einde van het jaar) goed op peil. Alleen de nieuwe Staatsleening, warop
de inschrijving op 2, 3 en 4 Januari a.s. is opengesteld, was
ongunstig gedisponeerd en werd onder den emissi
.
e-prjs
verhandeld. Verkoopen van verschillende zijden, die ‘el ‘aan
de inschrijving zullen deelnemen uit vrees voor een gedwon-
gen leening, doch overigens liever ander bezit prefereen,
waren hieraan niet vreemd. –

18 Dec. 21 Dec. 24 Dec.

5
O/o
Ned. W. Schuld …..
lOO°/s
10011
4

1000116

8
110

4
1
12
0
/
0

,,

,,

,,

1916
99014
99
1
18
99,18

4.
0/

,,

,,

,,

1916
90 t!4
89
1
12
90

11
4

3I1
0
/0

,,

,,

..
….
790/4
79014
79e/to

0/te

3
0/

,,

,,

,…..
69
1
/4
69
69I

2
6
12
0
/8
Cei’t. N. W. S …….
59’/s
58’/.
58″/ie

5
0
/0
Oost-Indië 1915 ….
99
3
18
99′!,
99
7
18
+
/t

4
0
/s Hongarije Goud
45 49
1
12
.

48
+
3
4
Olo
Oostenr.Kronenrente
4201
4

44
2
18
44’1
+
1’/i

5
0/

Rusland 1906

……
35 41
40’/
+
5118

4112
0/

Iwangorod Domhr..
.
44
1
12
38e/8
3818

5l1

4
O/

Rusland Cons. 1880
. .
30
7
18
35
36%
+
5
8
18

4
0/

Rusl.bijllope’&Co. ..
31
1
14
36
1
/
1e

3618
+
581s

4
0/

Japan

1899 ……..
65 65
65

5
0/

Brazilië 1895 ……
61
71

58
8
18
60’/4
– 1
b/

De locale afdeelingen waren gedurende de gansche week
uiterst stil. Het vooruitzicht van vier vacantiedagen gedu-
rende twee weken werkte niet stimuleerend. In deze tijden,
waarin iedere dag nieuwe verrassingen kan brengen, begeeft
de speculatie zich bij voorkeur niet in de markt, als zij niet
ieder oogenhlik tot realisatie kan overgaan. De scheepvaart-
markt, die tot voor korten tijd de favoriet ter beurze kon
worden genoemd, lijdt slechts een kwijnend bestaan. Een enkele uitzondering .vormden de aandeelen der Holland-Amerika Lijn, die aanvankelijk tot hoogere prijzen uit de
markt werden genomen in – verband met de geruchten
omtrent eelt nieuwe kapitaals-uitgifte en de hoop op een
,,elaim”, doch die later eenigszins reageerden, toen beves-
tiging van dit bericht uitbleef. Wel verluidde, dat een
emissie van aandeelen ,,Gemeenschappelijk Eigendom” te
wachten zou zijn, naar aanleiding van de (inmiddels ook
nog niet bevestigde) mededeeling, dat de International
Mercantile Marinetrust tot verkoop van de helft van haar
bezit aan aandeelen der Holland-Amerika Lijn aan een Neder-
landsch consortium zou zijn overgegaan. Indien deze mede-
deeling waarheid bevat, zou het hie,- een verkoop gelden van

f
1.530.000 aan aandeelen. De White Star Line toch, teza-

men met de Atlantic Transport Line (beide behoorende tot de Marinetrust) bezitten
f
3.060.000 aan aandeelen, die zij
indertijd van de Firma Harland & Wolff Ltd. te Belfast
hebben overgenomen. Tezamen met de Hamburg-Amerika
Linie en de Norddeutsche Lloyd bezaten deze ondernemingen
51 pCt.
(f
6.120.000) van het toenmalige kapitaal dci Holland-Amerika Lijn. Deze contrôle zou in den tegen.
woordigen oorlogstijd vermoedelijk toch wel een einde heb-
ben genomen, althans geen uitwerking hebben gehad, doch zij werd reeds op 19 Deçember 1912 krachteloos gemaakt,
doordat de statuten, waarbij een recht van voorkeur aan
oude aandeelhouders bij een eventueele nieuwe uitgifte
moest worden toegekend, werden gewijzigd, bij welke gele-
genheid deze bepaling werd geschrapt. Naar

aanleiding
daarvan is in Mei 1914 het aandeelenbezit der Duitsche
maatschappijen in Hollandsche handen overgegaan en inge-bracht in de N.V. ,,Gemeenschappelijk Eigendom”. Volgens
de vermelde berichten zou men derhalve thans weder met
een soortgelijke transactie te doen hebben. -.

18 Dec.
21
Dec. 24
Holland-Amerika-Lijn

….
422
42711
2

429
1
12
+
7
1
12′
,,

,,gem.Eig.
394
1
12
400
403
+
8
1
I2

Holland.Gulf-Stoomv.-Mij…
325 330 325

H.

A.

A.

S……………
208
200
199
1
12
—8’11

UollandsheStoomboot-Mij..
2541
251
25011
_4l/

Java-China-Japan-Lijn
.. ..
29801
4

300
299’1
+ ‘/

Kon. I-Iollar,dsche Lloyd

. .
19701
4

195
1
I4
19611
– 71

-Kon. Ned. Stoomboot-Mij.
..
269
1
14
273
272′),
+
3’/

Kon. Paketvaart-Mij …….
295 291
293114
– bI
g

Maatschappij Zee.’aart
.. ..
404 404 404

Nederl. Scheepvaart-Unie
. . 257
1
12

257
71
2571!,

Nievelt Goudriaan
……..
1340
1340 1340

Rotterdamsche Lloyd
……
281°/8
262 262
1
14
± ‘/s
Stoomv.-Mij. ,,Hillegersberg” 470


462
3
1
460
– 10

,,Nederlitnd”..
26001
4

262
1
12
262
+ 1’14
,,Noordzee”

. .
310 305

302

8

,,Oostzee”
….
455 440 440
– 15 –

Op de
petroleum-markt
had het gunstige verloop van den
Russisch-Duitschen wapenstilstand een stimuleereuden
invloed op Roemeensche waarden, waarbij vooral Steaua
Romana werden gezocht. Spoedig echter verslapte ook hier
de belangstelling en reageerden de koersen eenige percenten,
zonder dat hierbij nochtans van groot aanbod sprake was.

De
mijn-afdeeling
gaf eenige levendigheid te aanschou-
wen, in de eerste plaats voor aandeelen Aequator; de handel
in dit fonds werd echter niet door aankoopen van het
publiek in het leven geroepen.

Tabaks-waarden
en
rubbersoorten
ongeanimeerd
op
vrij-

wel gelijkblijvende koersen.


o

,,

Rijzing of
Dec.Dec.

ee.
daling.

Amsterdamsche Bank

.. . .
193’1
4

193
1
/-
1936/
4

Ned.Handel-bIij.cert.V.aafld.
19018
190 190


– ‘Is

Rotterd.Bankvereefligiflg
– –
148
1
12
14701
4

147114
– 01
4

Anist. Superfosfaatfabriek.
.
162
160
159
7
/s

2’/s

Van Berkel’s Patent
……
1511/,
151
1
16
151
‘/i
Insulinde Oliefabriek……
230
230
228

2

Jurgens’ Ver. Fabr. pr. aand.
104
107
1
h
104614
+
114

Ned. Scheepsbouw-Mij…..
170
1678/
4

168
—2
Philips’ Gloeilampenfabriek.
339 339
339

R.
S.
Stokvis
&
Zonen
. . ..
628 632
629
+ 1
Vereenigdc Blikfabrieken
..
143
8
1
14111,
141
1
/
1

—214
Conipania Islercantil Argent.
220’/s
221 221
+
7
18

Cultuur-Mij. d. Vorstenland..
21714
215
21514
—2

I-iauidelsver. Amsterdam….
462
458
1
12
459
3

Holl. Transati. Handeisver.
168


168 188


Linde Teves
&
Stokvis
….
224
3
1
222
8
14
222 6/4

2
1
I2
V
an
Nie
r
op&Co’sllafldelMij.
189
1
12
180
188’/s
– 1
0
1s

Tels.
& Co.’s
Handel-Mij.

..
170
170
169°/4

11
4

Gecons. Holi. Petroleum-Mij.
22081
4

220
‘/
219’/g

Kon. Petroleum-Mij.
……
559
v
/s
560/
557112

2
8
18

Orion Petroleum-Mij…..
86′!,
88
87
5
14
+ 1
1
14

Steaua Romana Petr.-Mij.
..
2131
214
212
1
12
—1

Amsterdam-Rubber-Mij.

..
236
236 236

Nederl. Rubber-Mij .

……
131 131
131.61
2

+
1
12

Oost-Java-Rubber-Mij.

. . . .
272
268 268

4-

Deli.Maatschappij

……..
530
1
/,
525
527
‘ii
—3
M
e
d
an
-Tab
a
k-Maatschappij..
224
220
6
18
218
1
!,
5%

Senembah-Maatschappij
….
587

582 581

6

De
Ainerikaansche markt
volgde vrij getrouw de aanwij-
zingen van Wallstreet. Daar de variaties ook hier echter tot
een minimum bepem-kt bleven, is er geen bizondere infe-
resse voor deze afdeeling aan onze beurs op te merken
geweest. –

26 December 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

981

18 Dec. 21 Dec. 24 Dec.
°

American Car & Foundry

6411
4

65
8
18 87
1
1!
+
2
1
14
Anaconda Copper …….. 129’/,o 129

13tl1
4
+
18/,,
Un. States Steel Corp…..
88/g

89
1
11,
90
1
11 + 1114
Atchison Topeka ……….88
18
/16
85
1
18

87


uh,,
Southern Pacific ……….85

85

82114 –
31/
4

Union Pacific
…………117/4
116112
118

+ 814
Int. Merc. Marine afgest…..26
1
/2

27
VI

28
1
18 + 1118

prefs. 91
1
12

95

97118
-1-
5 /8

Interessanter waren de wijzigingen op de deviezen-markt.
Vooral het Duitsche devies gaf blijk van een opmerkens-
waardige krachtige tendens: In hoeverre hier speculatieve
aankoopen of dekkingen van contramine-posities in het
spel zijn, valt moeilijk te beoordeélen. Wel is het een feit,
(lat de gansche handel vanuit Duitschiand gecontroleerd
wordt door de Devisen-Zentrale, die dientengevolge volko-
men op de hoogte is van de geheele markt-positie en die
door het al of niet verbieden aan Duitsche onderdanen f,ot
realisatie of aankoop van Marken-posities ove,r te gaan, een
goed deel van de situatie in haar hand heeft. Van een
,,vrjen” handel kan hier dus nauwelijks sprake zijn. De
geanimeerde stemming voor het Duitsche devies had eba
gunstige uitwerking op de Oostenrijksche Kroon; daaren-
tegen waren Poncien eenigszins aangeboden.
Geld op prolongatie is iets duurder geworden en noteerde
heden 5
Y
2
pCt.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.
24 December 1917.
T a r
w
e. In de Vereenigcle Staten van Amerika blijven de aanvoeren van tarwe liog steeds klein. Zeker werken daartoe
mede het gebrek aan spoorwegmaterieel en de pogingen tot
uitbreiding der met tarwe bezaaide oppervlakte, doch boven-
dien blijken de boeren, die niet tevreden zijn met den door den
voedselregelaar vastgestelden prijs, zich niet voldoende
moeite te geven voor verbetering van den aanvoer. Begin
December werd bericht, dat het tarwe dorschen toeneemt,
zoodat spoedig giootere aanvoeren verwacht worden. Van
Juli tot begin December is in de Vereenigde Staten nauwe-
lijks de helft ter markt gebracht van de hoeveelheid tarwe
uit het overeenkomstige tijdperk van 1916. Deze aanvoeren
komen overeen niet 17 pCt. tegen 34 pCt. van den geheelen oogst. Door deze gebi

ekkige aanvoeren dreigden de tarwe-

molens vooral in het Oosten der Vereenigde Staten in de
onmogelijkheid te-geraken zich van voldoende tarwe te
.’oorzien voor de voortzetting van hun bedrijf. Voor de
latere maanden, wanneer de tarwe, die toch .in het land is,
ten slotte ter markt zal worden gebracht, mag misschien
worden verwacht, dat de molens alle aangeboden tarwe niet
zullen kunnen verwerken. Ter besparing van scheepsruimte
ligt het namelijk in de bedoeling de uit Noord-Amerika uit
te voeren tai

we zoo snel mogelijk in den vorm van bloem
het land te doen verlaten.

Hoezeer clie besparing gewenscht is, blijkt nu weer uit
de dezer dagen gepubliceerde cijfers, die aangeven hoeveel
scheepsruimte er noodig zal zijn om het eerste Amerikaan-
sche leger van 500.000 man naar Europa te zenden.
Om de tarwemolens in de Vereenigde Staten ook in deze
niaanden van geringen aanvoer gaande te houden, wordt tarwe uit Canada aangevoerd, waar de ,,crop movement”
beter is. Dele aanvoer geschiedt op de conditie, dat later
eene overeenkomstigo hoeveelheid Amerilcaansche tarwe of
bloem aan de gealliëerden wordt teruggeleverd.
Ook al door de kleine Amei

jkaansche tarweaanvoeren
zijn de tarveversehepingen naar Europa in November en
begin December onvoldoende geweest tegenover het ver-
bruik, en in Engeland is in den laatsten tijd terdege op
den overigens grooten voorraad ingeteerd. Er bestaat dus
alle aanleiding voor de aanmaningen tot zuinigheid, die
oprtdurend door (le Britsche Regeering worden bekend
gemadkt. Op verschillende wijzè wordt getracht in den
toestand verbetering te brengen, vat door de wegens
slechte eigen oogsten zeer groote behoefte aan buitenland-
sche tarwe van Frankrijk en Italië nog te-meer noodzakelijk
is., in de Vereenigde Staten drukt de Regeering de bvol.
king op het hart; zich 66n dag in cle week te onthouden van
liet gebruik van tarwebroôd en in plaats daarvan maisbrood
teeten. Wanneer de gehele natie aan dien aandrang gevolg
geeft, dan beteekent dat eene vermeerdering van het voor
uitvoer beschikbare overschot met evenveel tarwe als van
December 1916 tot 30 October 1917 uit Australië is uitge.
voerd, namelijk circa 13′ millioen ton. Dit is een derde
gedeelte’ van de hoeveelheid, waarop tegenwoordig na het
oisgünstige weder in November, het overschot van Argen-
tinië wordt geschat. Het schijnt, dat in dit laatste land
door, de Entente-rijken een groot deel van den tarwéoogst
zilw,6rden aangekocht. Zooals wij in vroegere berichten in
ç1i lad herhaaldelijk hebben opgemerkt, zal dit eene uit-
Icomst zijn voor Argentinië, waar men zich zeer ongerust
msakte dver het risico, dat de graanoogsten dit seizoen

Noteeringen.
Loco-prijzen te
RotterdamlAmsterdam.

Chicago
Bueno, Ayres
kl

Soorten

1

24Dec.
1917
17 Dec.

J

1917
24Dec.

1916
Data
Tarwe
Maïi
Haver

1

Taruie
Maï
1 Lnzaad
ij
Dec Dec. Dec.
lan.
Dec.
Jan.
Tarwe

………………
588,-
1
)
458,-
1
)
22Dec. ’17 220

8
)127
1
14
7818
12,70

8,10

15,35
Rogge (No- 2 Western)

nom.
non,.
oom.
15 Dec. ’17 220
.

8
)125
75’12
11,60

8,-

14,80

.588,_1)
400,-‘)
,
380,-
1
)
335,-‘)
22Dec.’16 15818

92/4
49
1
12
11,Ö0

7,95′)

23,30
Gerst (48 lb. feedingL.
.
400,-‘)
360,-‘) 335,-‘)
22Dec.’15 12118

79
8
18
42′!,
9,45

5,10)

12,05-
Hhver (38 Ib. whiteclipped)
20,-‘)
19
1

1
)
19,
1
)
22 Dec. ’14 12518

65
8
18
4818
10,20
5)

5,05
4
)

9,20

Mais

(La Plata)

……….

Lijukoeken (Noord-Au,e-
280,-
1
)
260,__
1
)
200,’)
20 Juli ’14

82

‘)

561s
‘)

36’12 ‘)
9,40 ‘)

5,38
8)

13,70

.
rika van La Plata-zaad)

‘)
per

Dec.

‘)

per

Sept.

8)

offic.
vastgestelde

locoprijs.
Lijnzaad

(La Plata) …….
oom.
nom.
740,-
1)
per Januari.
8)
per
Februari.
1
1)
Regeeringsprijs. De noteeringen van Buenos Ayres zijn van 8 Dec. en 1 Dec. 1917,
22 Dec. 1916, 22 Dec. 1915
en 22
Dec.
1914.

AANVOEREN in tans
van
1000 K.G. voor verbruik in Nederland.

Rotterdam

Am,terdam
Totaal
Artikelen.
16-22 Dec.
1

Sedert
1

Overeenk.
16-22 Dec.
Sedert,
Overeenk.
1917
1 Jan. 1917
tijdvak 1916
1917
1 Jan. 1917 tijdvak 1916
1

1917
1916

‘rarwe ……………..
Rogge
……………..
..-
253.376
687.591

38.227
27.759
291.603
715.350


8.465 2.314
27.185
11.345


525
8.465 27.710


114.637
420.925

. –

80.134
500
213.829
2.314


194.771
11.845
634.754

Haver

30.600 106.167

11.886 23.881
42.486
130.048

Boekweit

………….
MaIs

….. …………
Gerst

……………..

Lijnzaad

12.399
54.235

27289
19.726
39.668 73.961
……………..
…………….
Lijokoek
– –
8.322
118.629
– –
7.560
50.459
15.882

169.088
………..

….
.
Tarwemeel
34.078 147.675

27.985 20.957 62.063
168.632
………….

19988
26614
.-
3.051
6475
23.039 33.089
AANVOEREN
in tons van
1000 K.G.
voor België.

Maïs
2.410
454.314
1

827.367

t


II
454.314
827.367
Tarwe ……………….
…………….
1
Rogge

1

28.629 107.115
. –
1


II
28

1
629

107.115
…………….1
Tarwemeel ………….
– –
13.738
6.962
1


1.260
1

1
– –
1


t

II

II
13.738

1

.
Gerst

……………1

1
3.381

1
. –
t

1
8962
1.260
-‘ –

1

II

1
3.361

982

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 December 1917

wegens gebrek aan scheepsruimte voor een groot gedeelte
in het land zouden moeten blijven. Er schijnt te worden
onderhandeld over den aankoop door de Entente van 2
millioen ton, ongeveer % van het geheele overschot. Uit Engeland zouden dan kolen worden aangevoerd voor de
spoorwegen, die het graanvervoer naar cle kust bewerkstel-
ligen.
in West-Europa is het weder in November gunstig ge-
‘eest voor de bewerking van den grond, en berichten van
de laatste weken omtrent de met tarwe bezaaide oppervlakte,
vooral in Engeland, zijn zeer hoopvol.
Interessant is nog eene bekendmaking van de Britsche
Regeering, dat in den laatsten tijd slechts zeer wèinig
ladingen met voedsel ten offer vallen aan den duikboot-oorlog. In September zijn 3,3 pCt. van cle naar Britsche
havens onderweg zijnde tarwe tot zinken gebracht, in
October slechts 0,7 pCt. De bekende Armour Grain Company te Chicago publiceert
eenige awrdige cijfers aangaande de tarwevoorziening van de
Europeesche staten, die tegenwoordig tarwe impoiteeren.
In het seizoen, dat 1 Juli 1917 is geëindigd, zijn volgens die berekening in Europa 500 millioen quarters tarwe geïmpor-
teerd, terwijl voor het tegenwoordige seizoen, ondanks de
kleinere Europeesche oogsten, doch dank zij de zuiuigheids-
maatregelen 450 millioen quarters noodig worden geacht
of 8.653.000 quarters per week. Volgens officiëele Amei-
kaa.nsche berekeningen kunnen de Vereenigde Staten en
Canada tezamen daarvan gemiddeld 6.250.000 quarters
leveren, zoodat het Zuidelijk halfrond 2.403.000 quarters
zonde dienen te verschepen. Welnu, van 1 Juli tot 1 No-
vember hebben Amerika en Canada gemiddeld 6.222.000
quarters per week verscheept, en het Zuidelijk halfrond
2.055.000 quarters. De verschepingen komen dus Vrij nauw-
keurig overeen met de behoeften. Na 1 November zijn de
verscheepte hoeveelheden echter- afgenomen en het zal moeite
kosten den achterstand in te halen.
M a ï s, h a v e r e n ge r st. Aan cle Amerikaansche
markten zijn in de afgeloopen week de maïsprijzen verder
nog eenige centen gestegen. De oorzaak ligt vaai-schijnlijk
in de tegengevallen resultaten van den oogst. Het groote
percentage aan vochtige maIs is echter waarschijnlijk aaarbij
niet de hoofdfactor. Die minder deugdelijke maïs, diewe1
20 pot. van den geheelen oogst schijnt uit te maken, moge
bezwaarlijk goed te houden zijn en dus minder gesch.ikt voor
vervoer, zijn kan toch zeer goed als veevoeder worden
gebruikt en ook voor iudustriëele doeleinden worden aan-
gewend. Gewoonlijk wordt bovendien door slechte kwaliteit
de maïsprijs gedrukt, om,!at de slechte maïs zoo snel mogelijk
ter markt wordt gebracht. Er zullen dus voor de prjsve
.
r.
hooging in Amerika nog wel andere ons nog onbekende
oorzaken bestaan.

In Argentinië, waar de te velde staande mais van de
droogte te lijden had, is regen eenige verbetering komen
brengen, doch voldoende was die niet.
De onvoldoende tarweaanvoeren in Amerika hebben
groote haververschepingen, waarvoor nu voldoende scheeps-
i-uimte beschikbaar kwam, mogelijk gemaakt. Niettegen-
staande de haveraanvoereu van den zeer grooten Amen-
kaanschen oogst in November en December zeer ruim
waren, wordt alle aanbod opgenomen en de verschepingen
voor de Entente-rijken zijn ‘van flinken omvang geweest.
Aan gaande gerst kan ditzelfde niet worden gezegd. Van
deze graansoort is in den laatsten tijd niet veel verscheept,
doch vooral voor voergerst bestond zoowel in de Vereenigde
Staten als in Canada goede binnenlandsche vraag, nu de
droge oude mais duur en goede nieuwe schaarsch was.

Buitenlandsche granen in Nederland.

Nog steeds is niets nieuws bekend omtrent de onderhan-
delingen, die naar het schijnt te Londen worden gevoerd met de Britsche en Amerikaansche autoriteiten over den aanvoer
van graan uit Amerika naar ons land. Wel verluidt nu en
dan, dat binnen niet al te langen tijd het resultaat mag
worden verwacht, dat voor ons dan werkelijk aanvoer van
het zoo hoog noodige voedsel zou beteekenen.

SUIKER.

De weersgesteldheid is niet gunstig geweest voor de verdere
verwerking van den B i e t s u i k er oogst in ons land, daar
cle vorst de aanvoeren belemmerde. In D u i tsch land
hebben de meeste fabrieken de campagne beëindigd, de
resteerende zullen nog tot in het nieuwe jaar door moeten
verkeo. Nauwkeurige cij Iers betreffende ht eindresultaat
werden nog niet verstrekt, doch aangenomen mag worden,
dat minstens de hoeveelheid suiker van verleden jar gehaald

wordt.

Volgens door de regeening ontvangen telegrafisch bericht
waren op 1 December op Java nog 15.9011.000 picols uit
den ‘ditjarigen oogst onverscheept. Wanneer de afschepingen
in December niet zeer tegenvallen, kan dus aan het einde
van het jaar ongeveer de helft van den oogst verscheept zijn.
Uit Engeland en Amerika kwamen geen nieuwe
berichten binnen.

JAVA KINABASTEN.

(Opgave van het Kina-Bureau).

Eeiste hands Fabrieks- en Pbarmaceutische Kinabast.

Voorraad op 9 November 1917 …………..2632 Colli

Aanvoeren: nihil.
Toename voorraad:
Monsters …………………………
1

Afleveringen en vèrkoopen:

2633 Colli

Toewijzing 13 December J9l7 – .

– Colli

Veiling

14

,,

1917.. 377
Ondershandsehe verkoopen . –

184
,,

561

Voorraad op 15 December 1917 …………2072 Colli
waarvan slechts ea. 800 Colli Fabrieksbasten ex s.s. Billiton
en Sumatra, welke door de N. 0. T. nog niet zijn vrijgegeven.

KATOEN.

Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,

Manchester, dd. 15 November 1917.

Amerikaansche katoen is, vooral wat futures betreft,
weer eenigszins gestegen. Terwijl Januari gisteren 69 punten
duurder was dan de vorige week, bedroeg dit verschil in
de Mei-positie zelfs 108 punten. Met de extra ,,ioints on”,
die onze spinners voor de verschillende kwaliteiten moeten
betalen en die natuurlijk moeilijk te controleeren zijn, schijnt
dit verschil nog meer te bedragen. Het 4e Ginners Bericht
schatte het aantal geginde balen tot 31 October op
7.150.000 balen, hetgeen vel eenigszins’ beneden de ver-
wachtitig was. De importen in Liverpool waren 100.000
balen grooter dan in dezelfdeweek van verleden jaar, maar
de aanvoer zal nog veel grooter mosten worden om weer
eenigszius normale toestanden op de markt te krijgen.
Fluctuaties van Egyptische katoen waren gering, terwijl
spotnoteeringen lager zijn. 11.-t laatste nieuws van Alexandrië
is gunstig en men verwacht weer hoogere oogstschattingen.
Het is wel jammer, dat de vraag naar Amerikaansche
garens reeds grooter is dan de productie en dit zal nog
erger worden als de productie der spinuerjen verder wordt
ingekrompen, terwijl de veeftouwen mogen blijven door-
loopen. Door de groote vraag zijn’ de prijz.-n van de
spinnerijeu dan ook dermate gestegen, dat zaken thans
vrijwel stilstaan. Er is de latste weken – zeer veel voor het
biuiieiiland gedaan, terwijl de vraag voor Frankrijk nog
steeds buitengewoon groot blijft. Andere markten zijn vrijwel
gesloten, maar niettegenstaande dit is de productie van
Arnerikaansche garens nu veel te klein voor de behoefte.
Egyptisehe gareus worden eveneens goed gevraagd. lr is een goede vraag naar manufacturen, maar fabrikanten
zijn niet meer bei?eid om de vraagprjzen van de vorige
week te aceepteeren en de thans gevraagde prijzen kunnen
nog niet betaald worden. Fabrikanten geven er dan ook
de voorkeur aan voorloopïg nog eens te wachten. De bonen
zullen ook veer verhoogd worden, maar het percentage is
nog niet vastgesteld, hoewel men algemeen verwacht, dat’
dit ongeveer 20
Olo
zal bedragen, terwijl de productie waar-
schijnlijk nog meer ingekrompen
zal
worden, waardoor prijzen zeker verder zullen stijgen. De handelscondities zijn
ook zeer veranderd en fabrikanten en exporteurs zijn thans
in een sterke positie tegenover hun afnemers, zoodat zij
in den regel alleen die zaken accepteeren, die hun passen

Manchester, dd. 22 November 1917.

De vooruden van Ameriknansche katoen in Liverpool
zijn deze week belangrijk toegenomen doordat de aankomsten
niet minder dan 89.000 balen hebben bedragen en nu er in
December weer 180.000 balen verwacht worden, behoeft men
dit jaar niet voor een schaarschte te vreezen. Volgens het
Ginners Bericht zijn er in de laatste periode 1.409.000 balen
gegind tegen slechts 907.000 balen in dezelfde drie weken van
verleden jaar. Prijzen voor ,,spot” zijn onveranderd, maar
futurés zijn weer 30 tot 50 punten hooger. Neili Brothers
hebben hun oogstschatting 500.000 balen verminderd ten-
gevolge van de schade, die door de vroege uachtvorsten
veroorzaakt is. De’vraa’g naar Egyptische katoen was goed
en prijzen zijn weer hooger.

26 December 1917

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

983

Waar spinners nog een redelijke leveringsteriniju offreerden,
konden zij hun garens vlot voor de binnenlandsche consumptie
verkoopen. Verschillende spinners weigeren echter nog meer
orders aan te nemen nu zij hun productie verder zullen moeten beperken. Prijzen zijn dan ook sprongsgewijze
omhoog gegaan en de fijnere nummers van Amerikaansche
garens zijn thans zoo duur dat men even goed Egyptische
garens zou kunnen koopen. De vraag is dan ook vel wat
verminderd, hoewel elke offerte nog steeds grif geplaatst
kan worden. Behalve de gewone zaken in cops en boomen is
er ook veel vraag geweest naar de grove getwijnde garens
hoofdzakelijk voor regeeringsorders.
De spinners varen ii, vele gevallen zelfs verbaasd van de
hooge prijzen, die betaald werden en het schijnt wel, dat
zelfs op speculatie gekocht is en men dus nog hoogere
prijzen verwacht. Dit is ook niet onmogelijk, daar de bonen
zeer waarschijnlijk verhoogd zullen worden en het bovendien zeer twijfelachtig is of de productie nog op het tegenvoordige
peil gehandhaafd zal kunnen blijven.
De doekmarkt is deze week wat kalmer, hoofdzakelijk
door de hoogere prijzen en vele fabrikanten weigeren zelfs
verder te vericoopen in verband met de onzekere vooruit-
zichten, vooial vat hun productiekosten betreft. De vraag
van het Verre Oosten is ook wat geluwd, doch waar ver-
koopers nog tot eenige concessie bereid zijn, worden orders
voor mdiii, China en de Straits grif geplaatst, terwijl ook
de iegeering in de markt blijft. Het zal echter een heele toer blijken de overzeesche consumenten aan de tegen.
woordige prijzen to gewennen, daar deze hooger zijn clan
zulks sedert menschenheugehis het geval is geweest.

Noteeringen voor Loco-Katoen.

(Middlinir Ijulands).

21 Dec. ‘17114
Dec._17j
7Dec.’17
21
Dec.
‘161

21 Dec.’15

New York voor
Middling..
31,10e
30,70 c
29,95 c
16,70 c
12,10 c
New Orleans
voor Middling
28,13 c
28,00 c
28,19e
17,25 c 11,69 c
Liverpool

voor
GoodMiddling

cl
22,58d
2
)
22,63 d
10,52(1
1
)
7,55d’)

Ontvangsten in, en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In dujzendtallen
balen.)

1
Aug.’17
1
Overeenkomstige perioden
tol


10
Dec. ’17

1916—’17
1
1915—’16

Ontvangsten Gulf-Havens..
1734
2799
2113
Atlant.Havens
1363
1611
1443
Uitvoer naar Gr. Brittannië
1107
1375.
813
‘t Vasteland.
685
1310 1211
Japan etc…
– –

Voorraden
in
duizencitallen
1

7Dec.’17
7Dec.’16
1

7Dec.15

1271
1570 1589
Binnenland ……………
1102
.

1313
1375

Amerik. havens …………

143
303
New York ……………-
.

486 375
New Orleans ………….-
Liverpool

……………
298
558

1)
Middling. ‘) 11 Dec.

WOL

Te B r a d f o r cl zijn de zaken zeer kalm, vooral door gebrek
aan grondstoffen. Vele spinnerijen zijn gedwongen een of
twee dagen stil te staan, niettegenstannde de belangrijke
orders en goedloonende prijzen, vooral voor Fransche rekening.
Te La Plat a worden vooral door Amerikaansche koo-
pers zaken afgedaan en bij de tot stand gekomen prijsdaling
van 10
0
/0
worden cle aanvoeren gemakkelijk van de hand
gedaan.

COPRA.

In den toestand van de markt kwam nog geen verandering.
Ceylon eif. Londen £46…- (koopers).
Manilla f.m. cif. Marseille £98.-.- (noteering3 December).

NOTEERINGEN.

Java f.m.s.

3Nov.-22Dec. 1917.. nom.)
22 December 1916..
f
47’1 ‘ N.O.T.-condjtjea.
22 December 1915.. ,,32
0
/4J
20-25 Juli

1914.. ,,2831
4

METALEN.

Loco-Noteeringen te Londen


Data
Ijzer
Clev.
No.3
oper
S
K
tandard
1

Tin
1
Lood
Zink

18 Dec.

1917.,

noni.
110.51-.
304.51-
30.-!-
52.-!-
12,,

1917…
oom.
110.5
1

301.101-
30.-!-
52.-!-
15 Dec.

1916..
oom.
143.-1-
184.101-
30.101-
56.10/-
17 Dec.

1915..
7715
80.151-
167.101-
28.151-
88.-!-
20Juli

1914..
51.41-
61,-‘-
145.151-
19.-!-
21.101-

VERKEERS WEZEN.

SCHEEPVAART.

22 December 1917. De vrachteninarkt onderging iii de
afgeloopen week nagenoeg geen verandering.

GRAAN.

Data
Joiden/
R’dam

Pet
ve

09e38a
Rotte,-
dom

1

All. Kuit
Ver. Staten
San Lorenzo

1
Rotte,-
Bruto!
Rotte,-
Enge-
do m
Kanaal
dom
land

17122 Dec.

1917

1


45/-

1451-
10
1
15

,,

1917
– i


451-

2001-
1
)
18123
Dec.

1916

1

fi)
2416
/
96**)
1451-
20125 Dec..

1915

J

,,

8,70
1316
,,54,—
1201-
Juli

1914
11
Td.
713
1111
1
14
1111
‘/
121- 121-

HOUT.

Data
Cronitadt
Golf van Mexico

Holland
Os
Enge
ola
ik.
nd
Fo1land
Egela
1,
nd

(gezaagd)
5
pine) pine)

17/22 Dec.
1917




10115

,,
1917




18123 Dec.
1918

-.
/335,—
5351-
1
)
20125 Dec.
1915


,,225,—
3151-
1
)

Juli
1914
……

.
f12,—
2416
751-
7716
,

ERTS.
– –

Bilbao
Cariha-
Grieken-
Poli

Dato
Middlej-
g
ena
Çn2
,
f
Middles.

17122 Dec.

1917

– .


10115

,,

1917




18123

Dec.

1916
……
20/-
211-
221-

21/6
..
2016
201-

20125

Dec.

1915
…….
Juli

1914
…….
4/3
514
1
1
519

816

KOLEN

Cardlff

Engeland
Data

deoux
1

Said

Plato
Rivier

dam

stodt
Bo,- 1 Genua

p0

.a

Rotte,-
1
Cron-

17/22Dec.
1917
68/-
101/3
2001-
13716
f,so

10/15

1917
89/-
10113
2001-
1301- ,,32,50

18123 Dec. 19161
341-
5916
801-
6216
,,8,—

20125 Dec. 19151
fr43,—
65!-
701- 401-
,,5,—

Juli 1914
,,
7,—
1

71-t
713
14/8
3
1
2
51-

DIVERSEN.

.

.
Bombay
Birmo

Vladivo-
Chili
Data
1

West
West
stock
West
1

Europa
Europa
.

We.t
Europa
(d. w.)
(rIjst)
Europa
(:alpeter)

275/-
5001
1

. –
1901-
275/-
5501-

1901-

1722

Dec.

1917
…….

237/6
2651-


10115

,,

1917
…….
18123

Dec.

1916
…….
95/-
1251-

1201-
20125

Dec.

1915
…….
Juli

1914
…….
14/6
1813
251-
2213
-, ier e1zsen1p.
2
).Neutrale schepen.
*) Regeeringsvrachtf
5*)

.

,,

,,52,25.
– Graan Peirograd per quarter van 496 his. zwaar, Odessa per Unit, Ver.
Staten per qua,ter van 480 his, zwaar.
Hout gezaagd en piichpine per St. Pet. Standard van 165 kub. vi., mijn-
sluiten per vadem von 216 kub. ot.


Overige noteeringen per ton van 1015 K.G.

984

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

26 December 1917

41/2
pCt. VRIJWILLIGE LEENING

VAN DEN

STAAT DER NEDERLANDEN

GROOT
1
500*000#000
9

Inschrijving op 2 en 3 Januari 1918

van 9 tot 1 uur, en op

4 Januari van 9 tot 4 uur;

tot den koers van 100 pCt.

In de uitnoodiging tot deelneming in de ‘leening 1914 werd gezegd:

,,Daar het geld er wezen MOET, heeft de wet bepaald, dat, als de
vTij-

,,willige leeninS niet voldoende zou opbrengen … daarnaast een gedwongen

,leening zal worden uitgeshreven. Maar daartoe moet het niet komen en
41%


,,
mag het niet komen. ‘s Lands belang eischt, dat de vrijwillige leening

,,slagen zal, en het eigen belang der bezittenden wijst in dezelfde richting.”

Geheel hetzelfde geldt ook -vor de thans uit te geven leening.

Men raadplege verder het Prospectus.

NEDERLANDS CHE BANKINSTELLING

VOOR WAARDEN e)ELAST MET VRUCI-ITGEBRUIK EN PERIODIEKE UITKEERINGEN

-G
IGE

Dipectie fl.,5CI

iWArZ en Mr. H. R.van NAA5DIJK

Geplaatst }ap1taal f 5.000.000,-

Reserves f 700.000,-

pajjjeven1çjta1 i’uim f 20.000.000,-

L
41/2
EIIIJ 5% PATNDBR!EVEN TEGEN EUDKOER

KONINKLIJKE STEARINE KAARSENFABRIEK GOUDA

GOUDA –

GOUDA KAARSEN- – NACHT-, THEE- EN SCHEMERLICHT

STEARINE – KAARSENPIT – OLEINE

CHEMISCH ZUIVERE EN ALLE ANDERE SOORTEN GLYCERINE

t t

/

/

0

Ei

/

/

/

1

1

Auteur