Ga direct naar de content

Jrg. 19, editie 970

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 1 1934

1 AUGUSTUS 1934

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch

Statissti*sche

Be

ri*chten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJ VERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET NEDERLAP

19E
JAARGANG

WOENSDAG 1 A

NEDERLANDSCIJ ECONOMISCH iNSTITUUT.

Curatoren: Mr. G. Vissering, Voorzitter; Ir. A. Plate,

Onder-Voorzitter; Mr. K. P. van der Mandele, Penning.

meester; Mr. P. Hofstede de Groot; Jhr. Mr. L. H. van

Lennep; L. E. Mansholt; Mr. R. Mees; E. D. van Walree;

Ch. J. I. M. Welter; C. i. P. Zaalberg.

ECONOMISCII.STATISTI$CHE BERICHTEN.

COMMISSIE VAN ADVIES:

Prof. Mr. D. van Blom; Jhr. Mr. L. H. van Lennep;

Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. N. J. Polak;

Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen Baron

Rangers; Jan Schilthuis; Prof. Mr. F. de Vries.

Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.

Redacteur-Secretaris: Dr. H. M. H. A. van der Valk.

Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.

Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnense.n

volgens tarief. Administratie van abonnementen en advei

tenties: Nijgh ct- van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,

Amsterdam, ‘s-Gra.vcnhage. PostcMque- en giro-rekening No

145192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per

jaar. Losse nummers 50 cents. Economisch-Statistisch

Kwartaalbericht f 1.—.’ Leden en donateurs ontvangen

het weekblad en het Kwartaalbericht gratis en een reductie

op de verdere publicaties.

Aan geteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

INHOUD

Blz.

HET ItAPPORT-HELDRINC
door
S.
J. H. Wesseljn/ç……
698

Het verkeersfonds: een a-synthese door
Ir: J. M. J.
Reitsmcs
………………………………….
699
Groote verkverschatfingsobjecten door
Meyer de Vries
701

De Indische middelen over April 1934 …………..703

BUITENLANDSCFIE MEDEWERKING:

De ])uitsche landbouw in het kader der standen door

Mevr. Prof. Dr. K. Bauer-Mengelberg ……….
704

AANTEEKENINOEN:

Geld- en bankwezen in de Vereenigde Staten ……706

Prijsvraag Mr. N. G. Pierson-fonds …………..707

INGEZONDEN STUKKEN:

Het economisch stelsel van het Nationaal-Socialisme
door
Mr. A. J. R. Manritz ………………….
707

MAANDCIJFERS:

Overzicht van de Indische middelen …………..708

STATISTIEKEN
…………………………..709-712
Geidkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten.

voor

f

998,44=
%%
995,50
=
1
8
1.008,77
=
1%
1.015,—
=
1
3.’
1.013,—
=

Totaal ..
f
84.536.000

Ook de wisselmarkt is, ondanks •de politieke hek-
senketel, on’beroerd gebleven. Alleen de Mark, die den
laatsten tijd ‘aan nerveuze storingen lijdt, stond in
,het midden der week hij de eerste ‘dramatische tijdin-
gen uit Weenen onder sterken druk. Na Maandag-
morgen op
57.50
te zijn geopend, daalde ‘de koers
Donderdag met hevige schommelingen tot
56.60,
om
dan de volgende ‘dagen op meer ka’lmeeren’de berich-
ten tot
57.35
te herstellen.
Overigens was ‘de eenige tendens, die a’an het einde
der week naar voren trad, de ietwat flauwe stem-
miri’g voor den Gulden. Dollars lageh tamelijk vast

qp
1.48,
terwijl Fransche Francs ‘gezocht waren ‘op
9.754i,
Zwitsersche Francs op
48.24
en Bel’ga’s op
34.68.
Ponden bleven vrij stabiel op
7.45

Van ‘de overige valuta’s was ‘de Argentijnsche Peso
wederom vast op
38
De slechte stand van ‘de graan-
o&gsten in de Vereenigde Staten, Canada en Europa, Rusland incluis, tegenover •de gun’sti’ge vooruitzich-
ten in Argentinië, ral aan ‘deze appreciatie wel niet
geheel vreemd zijn.

Tenslotte ‘dient als bijzonderheid vermeld, dat. de
jongste spruit van de groote familie der Sperrmar-
ken, met name: de Kur- of Vacantiernark, van het
valuta-tqoneel is verdwenen. Genehmigun’gen voor
het reizen met deze goedkoope. Marken (de koers was
pLm.
37)
zullen niet meer door ‘de Duitsche instan-
ties worden verstrekt.
Op de termijnmarkt hadden geen noemenswaardige
%vijzi’gingen plaats.

Goud a’s vast: Baren
f
i.653,
Eagles
2.48,
So-
erigns
12.12.

DSCH ECONOMISCH INStITUUT

[JGtJSTUS
1934

No. 970

31 JULI 1934.

Aan de geldmarkt is het schokkende wereidgebeu-
ren der afgeloopen week voorbijgegaan, zonder sporen
na te laten. De rente voor privaat-disconto trok een
weinig aan tot
%
pOt. en call bleef onveranderd op
pOt. gehandhaafd. Ook de naderende ultimo heeft
blijkbaar nog geen invloed uitgeoefend, al zijn
diverse factoren aanwezig, die, oppervlakkig be-
schouwd, het tegendeel zouden doen verwachten. In
de eerste plaats: ‘de niet-geslaagde provinciale con-
versie-operaties, en voorts de •groote betalingen, welke
het Rijk dezer dagen te verrichten heeft. Intussohen
blijkt uit de laatste weekstaten der Nederlan’dsche
Bank, dat de schatkist over een ruim en gestadig
aangroeiend tegoed beschikt.

Bij de op
24
3u1i jl. gehouden inschrijving op
schatkistpapier werd

ingeschreven en
3-niaands . .
f
6.690.000
6-maands ..,, 8.350.000
l-jaarsbilj ..,,19.152.000
3-jaarsbilj .,, 16.853.000 5-jaarsbilj .,, 33.491.000

toegewezen

f
5.790.000
7.500.000 16.282.000
9.208.000
19.864.000

f
58.644.000

* *
*

698

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 Augustus 1934

HET RAPPORT-HELDRING.

Bij de Rijksuitgeverij te ‘s-Gravenhage is versche-
nen het rapport van de Commissie, welke bij beschik-
king van 21/28 Mei 1933 van de toenmalige Ministers
van Waterstaat en van Financiën is ingesteld onder voorzitterschap van den heer Dr. E. Heldring, ‘oud-
voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fabrie-
ken te Amsterdam.
Volgens de officiëele bewoordingen van de opdracht

had de Commissie tot taak:
het bestaande streven tot oprichting van gemeen-
telijke girodiensten te beoordeelen uit hoofde van eeue

zoo goed
mogelijke
verzorging van de belangen van
het algemeene geld- en betalingsverkeer, mede in ver-
band met de bevoegdheden bij de Grondwet en wet
aan de onderscheiden publiekrechtelijke corporaties

opgedragen;
‘de vraag te overwegen of andere dan Rijks- of
Gemeente-instellingen, die geen banken in den eigen-
lijken zin zijn (bv. sparbanken) al dan niet eene
taak op het gebied van het kleine geld- en betalings-
verkeer hebben te vervullen, en zoo neen, of tegen
het optreden op dit gebied van dergelijke instellin-
gen maatregelen dienen te worden beraamd. Het mag begrijpelijk worden geacht, dat de Regee-
ring zich omtrent de in deze ruim hegrenscie op-
d racht bedoelde aangelegenheid heeft willen doen voorlichten. Sedert eenige jaren toch is er een stre-ven waarneembaar, hetwelk in zijne gevolgen lijn-
recht ingaat tegen de organisatie, die voor het van
rijkswrege in het leven geroepen giro-instituut als de
meest doelmatige is gekozen.
Zooa’ls bekend wordt verondersteld, is de rijks-
girocliens’t sinds 1924 gecentraliseerd, nadat gedu-
rende de eerste jaren van zijn bestaan alle postkan-
toren als volledig girokantoor hadden ‘gefungeerd,
een toestand, welke op den duur vele en •groote be-
zwaren bleek mede te brengen en een economisch be-
heer welhaast onbereikbaar maakte. Vergeleken met
andere landen komt ‘de tegenwoordige organisatie
overeen met die in België, Denemarken, Hongarije,
Jugoslavië, Oostenrijk, Zweden en enkele andere lan-
den, welke allen slecht’s één p’ostchequekantoor heb-ben. In het algemeen gesproken kan men zeggen, ‘dat
met uitzondering van Zwitserland, waar bijzondere
factoren ‘gelden, in ‘de territoriaal groote landen het
rijksgirowezen is gedecentraliseerd, in ‘de kleinere
landen ‘daarentegen is gecentraliseerd.
Het spreekt vanzelf, ‘dat in feite op het indertijd
door de Regeering ‘hier te lande ingenomen stand-
punt wordt teruggekomen, wanneer de lagere ‘over-
hei’d, al ‘dan niet in combinatie met andere organen,
overgaat tot het ‘oprichten van girokantoren. Het
giroverkeer in zijn geheel genomen ‘gaat ‘dan wederom
in de richting van ‘decentralisatie en het is aan ge-
rechte twijfel onderhevig of eene ‘dergelijke versnip-
pering, welke uiteindelijk nog kostbaarder zou zijn
dan een volledig ‘gedecentraliseer’den rijksdienst, in
verband met ‘de in on’s land heerschen’de omstandig-
heden wenscheljk moet worden geacht.
Het rapport-Heidring wijst er weliswaar ‘op, dat
het gemeentelijke girowezen ‘hier te lande nog geen
grooten omvang heeft verkregen, ‘doch acht het blijk-
baar geenszins uitgesloten, ‘dat
‘bij
terugkeer van
gunstiger omstandigheden ‘de nog steeds aanhangers
tellende gedachte aan uitbreiding van het ‘aantal ge-
meentelijke ‘girokantoren voor verwezenlijking in aan-
merking zou komen.
De Commissie ‘heeft het haar voorgelegde vraag-
stuk in een negental hoofdstukken aan eene uitvoe-
rige en objectieve beschouwing onderworpen. Het is
uiteraard niet
doenlijk
‘den inhou’d daarvan ‘hier vol-
ledig weer te ‘geven. Ik moge daarom volstaan op
enkele punten, die bij ‘de lezing van ‘het rapport naar
voren komen, ‘de aan’dacht te vestigen.
Na in de inleiding te hebben herinnerd aan het
groote belang, hetwelk uit een algemeen economisch

oogpunt aan het giroverkeer moet worden toegekend,
wijst ‘de Commissie op den his’torischen samenhang
van het ‘giroverkeer met het bankwezen. Zij merkt
daarbij o.m. op, dat de kosten van cciie hetalingsop-
‘dracht als gevolg van het beperkte aantal transacties
bij eene ‘bank vrij ‘h’oo’g zijn, waardoor ‘deze, die ook
weinig ‘geneigd is kleine rekeninghouders aan te
trekken, een minder geschikt intermediair voor kleine
betalingen zou zijn.
De verzorging van het kleine betalingsverkeer valt
daarom buiten het gebied van de banken en hier heb-
ben naar het oordeel van de Commissie de overheids-
diensten een taak te vervullen.
Waar ‘de grens moet vallen is stellig niet nauwkeu-rig aan te geven. Ook ‘de Commissie heeft het terrein
niet scherp kunnen afbakenen, doch is van oordeel,
‘dat er niettemin eene natuurlijke taakverdeeling be-
staat, zoodat in de werkzaamhei’d van ‘den rijksgiro-
dienst, voor zoover de uitvoering van ‘de zuivere heta-
lingsopdrachten betreft, geen concurrentie met het
particuliere bankwezen behoeft te worden gezien.
De Commissie heeft uitgebreide gegevens verza-

meld omtrent ‘de gemeentelijke ‘diensten op het gebied
van ‘het geld- en betalingsverkeer. Diensten met een
min of meer belangrijk betalingsverkeer bestaan alleen
in Amsterdam, Arnhem, Bussum en Zaandam. Van
deze hadden ‘bijv. Bussum en Zaandam ten tijde van
het verzamelen ‘der ‘gegevens 366, resp. 457, eigen-
lijke ‘girorekeninghouders. (De rijksdienst ruim
204.000 rekeningen). Hieruit blijkt wel overtuigend
welke ‘dwergkantoren een on’gebreideld streven naar
plaatselijke girodiensten kan doen ontstaan, hetgeen
vooral van ‘belang is in verband met de relatief hooge
kosten van dergelijke kleine kantoren, waarop de
Commissie
01)
meer dan één plaats de aan’daçht
vestigt.

Belangrijk zijn ook ‘de beschouwingen, welke de
Commissie aan ‘de ‘gemeentelijke ‘girodiensten, gezien
uit het oogpunt van ‘de belangen van het betalings-
verkeer, wijdt. Bestaat bij •haar tegen ‘gemeentelijke
stortings- en ophaal’diensten, ‘die in sommige opzich-ten eene nuttige fu:nctie kunnen verrichten, geen be-
zwaar, zij kan niet aannemen, dat naast den snel en
betrouwbaar werkenden rijksdienst gemeentelijke giro-
diensten noodig zouden zijn, een indruk, welke haar
door vertegenwoordigers van ‘de Kamers van Koop-
handel en Fabrieken te ‘s-Gravenhage en Rotterdam
werd ‘bevestigd.

De Commissie acht het evenwel mogelijk, dat ge-
meentelijke diensten in enkele opzichten voordeelen
bieden boven ‘dan rijksdienst. Deze zouden voorname-
lijk gelegen zijn in de snellere behandeling van
cheques voor locaal ‘gebruik, in het bijzonder voor het
opnemen van contanten ‘d’oor ‘den rekeninghouder en
voor het in betaling geven ‘bij •aankoopen in winkels
e.’cl. Daartegenover noemt rij als bezwaren van de werk-
zaamheid van ‘gemeentelijke girodiensten de geringere
snelheid in de uitvoering van het interlocale beta-
lingsverkeer en ‘de hooge kosten, welke bij inschake-
ling van meerdere kantoren onvermijdelijk het gevolg
zullen zijn.

Resumeeren’de komt ‘de Commissie tot de slotsom,
‘dat de rjksgirodienst hij den bestaanden omvang van
het gemeentelijke girowezen niet ernsti’g wordt ‘gehin-
derd, doch ‘acht zij niettemin voor ‘de toekomst vaak-
zaamhei’d ‘geboden. Zij wil daarom ‘cle oprichting van
gemeentelijke diensten van eene rijksbewilliging af-.hanke’ljk stellen en regelen geven, teneinde schade-
lijice gevolgen zooveel
mogelijk
te voorkomen. Als
punten, welke voor regeling in aanmerking komen,
noemt ‘de Commissie, kort samengevat, ‘de volgende:
De rentevergoeding, welke zij ‘ongewenscht acht
en ‘derhalve ook bij ‘de gemeentelijke ‘diensten afge-
schaft wil zien.
De tarieven, waarop van rijkswege toezicht be-
hoort te w’orden uitgeoefend.
Bijzondere ‘diensten, welke vaak ‘door gemeen-

,’. ‘.’.

11
1
Augustus 1934

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

699

telijke girokantoren worden verricht (effectentrans-
acties, incasso’s, e.d.), waarvan deze zich zouden moe-
ten onthouden.
Het deposi-to nemen van gelden, hetgeen niet
tot de taak van een girodienst wordt gerekend te be-
hooren.
De deelneming aan het interiocaal betalingsver-
keer, die aan beperkingen zou moeten worden onder-
worpen.
De deelneming aan het internationale betalings-
verkeer, welke voor gemeentelijke diensten niet ge-
wenscht wordt geacht.
De liquiditeit, het belangrijkste en moeilijkste
punt, waaromtrent eens regeling wordt voorgesteld,
•die eens grondige wijziging beteekent van va-t bij de gemeentelijke diensten -tet nu toe practijk is.
Het zou te ver voeren het pro en contra, hetwelk
de Commissie voor deze verschillende punten aan-
voert, te bespreken, hoezeer sommige argumenten
eens uitvoeriger behandeling zouden verdienen. Met
het vermelden van de conclusies wordt mitsdien vol-
staan.

Met betrekking tot •het betalingsverkeer van de
spaarbanken ziet •de Commissie geen voidoenden
grond om in den thans bestaanden toestand wijziging
te brengen, zoodat zij te dezen aanzien geen maat-
regelen voorstelt.
Voor den rijksgirodiens’t doet zij een. tweetal aan-
bevelingen van betrekkelijk ondergeschikt belang, zoo-
dat hare voorstellen bijna geheel ‘de gemeentelijke
girodiensten raken.
Na aangetoond te hebben, ‘dat eene wettelijke rege-
ling naar algemeen aanvaarde opvattingen niet met
staatsrechtelijke beginselen in strijd is, heeft de Com-
missie hare voorstellen in een wetsontwerp be-
lichaamd. Zij ‘gaat ‘daarbij uit van de ‘gedachte, dat
het openbare girowezen als één ‘geheel moet worden
gezien, zoo’dat zij in •he’t ontwerp ook den wettelijken
grondslag voor den rijksgiro’dienst heeft opgenomen.
Dit ‘laatste is ongetwijfeld juist en verdient reeds
uit een ‘oogpunt van methodiek aanbeveling.
Over ‘de vraag of het wetsontwerp, zooal’s het door
de Commissie wordt voorgesteld, in elk opzicht juist moet worden geacht, kan men met haar van meening
verschillen. Zoo lijkt de -taakomsdhrijvin’g van den
rijks’girodienst al te beperkt. Voorts kan ‘de wensche-
lijkheid worden verdedigd om ook de kwestie der ren-
tevergoedin’g bij maatregel van bestuur te regelen,
overeenkomstig de ten aanzien van verschillende
andere onderwerpen gevolgde gedragslijn. Immers het
standpunt, dat de Commissie met betrekking tot ‘dit
vraagstuk inneemt, is voor aanvechting vatbaar en
het lijkt niet bij voorbaat uitgesloten, dat ‘bij wijzi-
ging van de economische structuur de vergoeding van
eeni’ge, zij het minimale rente over het kapitaal, het-
welk de gezamenlijke rekeninghouders vrijwel blij-
vend ter beschikking stellen, als billijk zou kunnen
worden aangemerkt.

Afgezien hiervan echter, zou het aanbeveling ver-
dienen, wanneer eene wettelijke regeling in den geest
van het voorstel van de Commissie zou tot stand
komen. Daarmede zou de grondslag worden gelegd
voor eene rationeele oplossing van het girovraagstuk
hier te lande. Het zou eenerzijds een geleidelijk af-
zakken naar een toestand, zooals deze bijvoorbeeld in
Duitschland op dit gebied ‘heerscht en •die om meer
dan één reden als ongeweuscht moet worden be-schouwd, kunnen verhinderen en anderzijds toch
ruimte laten aan ‘die plaatselijke instellingen, op wier bestaan uit een oogpunt van ‘doelmatigheid zou moe-ten worden prijs gesteld.
Voor ‘den rijksgirndien’st zou eene wettelijke rege-
ling •de mogelijkheid openen tot ‘geljkm’aking van de voorwaarden, waarop de verschillende reeds bestaan-
de en eventueel nog in het leven te roepen giro-in-
stellingen ‘hunne diensten aanbieden. De Commissie
acht het teredht onjuist, ‘dat thans gemeentelijke ‘dien-

sten vaak een voorspron’g hebben op ‘den rijksdienst
uit hoofde van verleende faciliteiten, welke niet op
het gebied van het eigenlijke betalingsverkeer liggen.
Het is in het belang van eene harmonische ontwikke-
ling van het van overheidswege verzorgde betalings-
verkeer, ‘dat ‘hieraan een ein’d wordt gemaakt.
Moge ‘de regeering in den arbeid van de Commissie
aanleiding vinden de tot-stand-koming van bedoelde
wet’telijke regelin’g in den geest van ‘het voorstel te
bevorderen.
S. J. H. WE5SELINK.

HET VERKEERSFONDS: EEN A-SYNTHESE.

,,Nicht Urnsturz und Zerstörung, son-
dern Umordnnng und Einorduung
heiszen die groszcn Ziele, die die heu-
tige Verkehrswirtschaft vemfolgen soli.”
– Prof. Pirath.
1. Het is een niet te loochenen waarneming, dat
ook in Nederland het verkeerswezen een crisis door-
maakt. Sinds jaar en dag zijn er ontbindende krach-
ten onbeteugel’cI en oneconomisch werkzaam, welker resultante ucn totale, voor het algemeen welzijn scha-delijke ontwrichting van het verkeer te weeg zal bren-
gen en die een ernstige ontreddering van ‘s lands
financiën met zich zal meesleepen.

Het zou van kortziohtigheid en van verkeerd be-
grepen eigenbelang getuigen om den aldus geschet-
sten stand van zaken te willen ontkennen. Zou men
dan h.-t.l. op spoorweggebied een veertig- è. vijftig-
jarige lijdensweg ternauwernood afgesloten hebben, om
opnieuw een zelfden zwaren gang langs een via dolo-

rosa op thans meer algemeen verkeersgebied in het
vooruitzicht te hebben? Dit dient toch met inspan-
ning van alle krachten te worden voorkomen.
Bij gevolg is het plausibel, dat het eerste groote
Wetsontwerp van ‘den nieuwen Minister van Water-
staat – vooral na de plaats gehad hebbende intrek-
king van het Ontwerp-Wet op ‘de Openbare Middelen
van Vervoer (herziening) van zijn ambtsvoorganger
– -het zonder twijfel netelige vraagstuk der econo-
misch-schadelijke en chaotische over-capaciteit van
het verkeersapparaat bekwaam en krachtig aan-gevat
zou hebben, en 1daarbij beheersch-t zou -zijn ‘door ‘de
leidende ‘gedachte een synthese van het verkeer te
scheppen, die het ‘grootst mogelijke gemeene nut en
welzijn vestigt. Zouden wij nu echter de vraag op-
werpen of het reeds notoir geworden Verkeersfon’ds
een ‘bekwame en krachtige maatregel is ter ordening en ter co-ordening van het verkeer in Nederland, dan
moeten wij die vraag helaas ontkennend beantwoor-
den. Ook de ,,leklerude gedachte” ontbreekt op het
appèl, ‘al wordt zij ook in naam geproclameerd.
Instede van de gezanienlijke verkeerskranhten als
een eenheid te bezien ‘door hen in één greep te om-
vatten en hun ecu syn’thetische taak toe te be’deelen,
a’l de a.s. Verkeersfondswet zich ‘hiervan geheel af-
zij’dig houden en zich beperken tot ‘de volgende voor-
naamste twee maatregelen:
ten eerste
zullen de auto-
belastingen, voornamelijk ‘die op de zware automobie-
len, verhoogd worden, welke maatregel evengoed of beter te ‘bereiken ware ‘geweest door een tariefsher-
zienin’g ‘der Wegenhelastingwet 1926, aangezien hij

moet dienen om de wegenhelastingen ten opzichte van
de wegenuitgaven wat nader te justeeren (zie sub
II A), en
ten tweede
zal er een wanstaltig-groot ad-
viescollege voor ,,privé-‘gebruik” van ‘den Minister
van Waterstaat ‘geconstitueerd worden, omdat de Mi-
nister – naar ‘hij bekennen moest – zonder een der-
gelijk ,,werktuig” niet in staat is zijn taak te ver-
vullen. Hierover nader sub II B.

Zij, die reikhalzend uitzien naar eenigen, zij het
ook nog zoo miniemen maatregel ter or’dening en ter
coördineerin’g van het verkeer, zullen zich teleurge-
steld van dezen Minister afgekeerd hebben. In de
Tweede Kamer -heeft de Minister trouwens een zeer
slappe definitie gegeven van het begrip ,,coördinatie

700

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 Augustus 1934

van het verkeer”, doch slapper nog dan deze beginsel-
omschrijving is ‘s Minister’s opvatting van zijn taak
om het verkeer te saneeren, door ordening en her-
groepeering ervan, waardoor mede de zeer drukkende
spoorwegtekorten geheel, althans ‘grootendeels van de
belastingbetalers afgewenteld zullen worden.

Het ligt immers in de rede der dingen om de ,,rant-
soeneering van het beschikbare verkeer”, zooals wij
de coördinatie gaarne zouden willen kenschetsen
(rantsoeneering ‘dan van Overheidswege en met ‘in
acht neming van het technisch-economisch bereikbare
en wenschelijke), om deze te doen
vooraf
gaan door een
minimum-program van ordening, binding en regulee-
ring. Een nadere motiveering van deze ongetwijfeld
verstrekkende uitspraak moge hier overbodig geacht
worden. (Zie ook noot 5).
De Minister echter wijst elke voorafgaande orde-
ning principiëel af, hetgeen slechts bewijst, dat hij
van het onderhavige vraagstuk ecn zeer wazig begrip
heeft. En wéér de Minister bereid is om iets te orde-
nen (dienst- en rusttijden autopersoneel), daar ge-
schiedt dit los van een vergunning- en concessiestel-
sel ‘), terwijl het juist een eisch ïier realiteit is o
deze beide tegelijkertijd aan elkander vast te koppe-
len. Wij zien ‘dit als een ernstige fout, die later niet
meer zal zijn goed te maken, althans niet zonder zeer
groote offers van den Staat, waarvan het te betwij-
felen valt of de Volksvertegenwoordiging ze zal goed-
keuren. Ook hier hlij’ve, kor•theidshalve, de vereischte
nadere bewijsvoering achterwege.
Coucludeerende: ‘s Ministers coördinatie-plan kan
nit ernstig gemeend zijn; meer bepaaldelijk: bij den
Minister ontbreekt ‘de wil tot een (gepaste) ,,terug-
dringi.n’g” van het autoverkeer (vrachtauto) en tot
een rationeele vermindering of opheffing der vexa-
toire spoorwegtekorten, die – de Minister bedriege zich niet! – groeiende zijn, instede van ‘dalende en
die slechts op één gezonde wijze bestreden kunnen
wordcn: t.w. door terugstrooming van het in een
vanbovenaf kunstmatig
ongelijk
gehouden concurren-
tie-strijd weggeëbde spoorvervoer.
2)
Onopgelost laat
de Minister dus alle vitale verkeersvraagstukken lig-
gen. Zijn Verkeersfondswet is alles, – behalve een
synthese.

* *
*

II. Het sterk geamendeerde Wetsontwerp tot in-stelling van een Verkeersfonds is door de Tweede
Kamer na ampele besprekingen aangenomen. Bezien
wij eerst de strekking der reeds vermelde nieuwe
fiscale maatregelen.

A. Voor primaire wegen zal jaarlijks 31,67 pCt.
voor secundaire wegen 24,5 pOt. (in 1937 28,0 pOt.)
(Ier heffingen beschikbaar gesteld worden. Bij een
totale belastingophrengst van
f
28,5
m/m als in 1934
verwacht mocht worden:

1)
Het is hier de plaats om terloops op een zeer fun-
damenteele begripsverwarring bij den Minister te wijzen.
ZExc. Kalf t rekent het concessiestelsel tot cie coördinatie
van het verkeer, terwijl dit slechts een ordescheppende
maatregel is. Ware des Ministers inzicht juist: Nederland
zou reeds een gedeeltelijke coördinatie van het verkeer be’
zitten, terwijl het eenstemmige gevoelen toch is, dat wij in Nederland die coördinatie in het geheel
niet
bezitten.
Coördinatie
sluit
de concurrentie-gedachte
uit
(,,aanwij-
zing van de meest geschikte vervoermiddelen en van het
meest economische vervoer”) en dit doet een normaal ver-
gunning- en concessiestelsel
niet.
Coördinatie gaat dus veel
verder dan een bloote concessionneering, doch de ervaring
in het verkeerswezen – Prof. Mr. F. de Vries wees hierop
reeds bij herhaling – heeft steeds geleerd, dat ingrij-
pende bedrijfsconcent,ratie en uitschakeling der concuiren-
tie voor een goede en economische verkeersbediening in het
algemeen belang vereischt waren.
2)
Het is duidelijk, dat de noodlijdende Binnenvaart mede
zal profiteeren van een zelfs reeds elementaire ordening
van het Nederlandsche verkeerswezen.

a). voor primaire wegen

(onderhoud, verbete-
ring,

aanleg;

vervallen

is

de

Rijksbijdra-
ge)

ca…………………………….f

9.025.000 5)
voor secundaire wegen (uitkeering aan Pro-
vinciën, ongeacht Provinciale suppietie) ca

,,

6.985.000
voor

tertiaire

wegen

…………………P.M.
voor gemeentelijke verkeerspolitiën en alge-
meen

verkeersweiligheidstoezicht

op

de
openbare

wegen;

voor

verkeersseinen

en
verkeersverlichting,

enz.

……….. ……

P.M.
e)
vergoeding voor het gebruik van een in het
verleden gebouwd en kostbaar wegennet . .

P.M.

j
1(j.O1O.UUO
f)
hierbij gevoegd:
voor groote bruggen (ongeacht den ka-
pitaaldienst)

………………………
2.174.110
algemeen beheer, rente en aflossing ……
2.870.853
,,rijksbijdra.gen” en overige uitgaven ..,,

284.147
(N.B. Deze drie posten zijn ontleend aan
de Wegenfondsbegrooting
1934).

f2l.339.ilo
g)
verminderd met: hiervan
4
pCt. voor aan-
legkosten van rjwielpaden, ca . ………. ..

853.565

f 20.485.545
ii)
hierbij weer gevoegd: jaarlijksche kosten
van de wegverkeersstatistiek, ca………….1.000.000

f 21.485.545

Tegenover
f
21.49 millioen zuivere uitgaven ten
bate van het motorwegverkeer staan
f
21.5 millioen
opbrengsten der motorrijtuigenbelasting. De bijdrage
van het rnntorwegverkeer ,,in de spoorwegtekorten”
is dus vrijwel
nihil.
3)
1

let is echter het rijwiel – en
ook het rijwiel alleen – •dat aanstonds met
f
7.0
ininus
f
0.85
= f
6.15 millioen
4)
zal bijdragen.
niet in de tekorten van de spoorwegen, maar in het
tekort van ‘het Verkeersfonds, ‘dat nl. 66k de na’deelig
sluitende exploitatie- en kapitaalrekening omvat van
de tolvrije rijkswaterwegen en de voorzieningen ten
bate van het luchtverkeer. Erg bevredigend is deze
toestand intusschen niet, indien men bedenkt, dat het
over het algemeen juist ‘de minst kapitaalkrachti’ge
en ‘breede volkslagen zijn, die ‘de rijwielbelasting heb-
ben op te brengen.
Hoé echter het fiscale deel van het Wetsontwerp
tot de coördinatie moet bijdragen of deze moet be-
vorderen ‘of mogelijk maken maken blijft een raadsel.
In noot 3) werd reeds ontvouwd op welke wijze het
de ‘bestaande verkeerscrisis zal helpen verscherpen!

B. Het tweede hoofdmoment van het Wetsontwerp
Verkeersfouds betreft de nieuw te introduceeren
,,Tevoerraad” of ,,Centrale Commissie”. De construc-
tie daarvan zal worden als volgt.
Alleerst zal men hebben 3 tot 5 (of wellicht meer)
leden .in ‘den Economischen Raad, onhevangen en on-
afhankelijke ‘deskundigen op verkeersgebied. Deze 3
tot 5 objectieve ‘deskundigen zullen een ,,vaste com-
missie voor het verkeerswezen uit den Economischen
Raa’d” vormen en zullen te dien ein’de worden
aan-
gevuld
met vertegenwoordigers van zeevaart, binnen-

3)
In de E.-S. B. No.
946,
d.d.
14-2-’34,
pag.
162,
toonden
wij aan, dat de verhoogde autobelastingen van het Wets-
ontwerp-Verkeerstonds een verwaarloosbaren invloed o.p de
getalsontvikkeling der motorvoertuigen zullen uitoefenen.
Daarentegen zullen de auto-ondernemers geprikkeld wor
den meer beladen voertuig-km te rijden, teneinde deze ver-
hoogde ,,vaste kosten” ten spoedigste weer goed te maken.
Dit moet noodzakelijkerwijze leiden tot een verdere inten
siveering der mededinging, d,w.z. tot verdere verscherping
der bestaande, reeds acuut geworden Verkeerscrisis. Zon
der nadere, gelijktijdige maatregelen moeten de genoemde
belastingverzwaringen funest werken.
4) Het netto batig slot op het voormalige Wegenfonds
zal — over
1934
bezien – nader
f 6.46
millioen bedragen
i.p.v.
f9
millioen zooals beoogd was. Billijkheidshalve zij
vermeld, dat het motorwegverkeer bij de bovenstaande
uitgaven-opstelling nog aanspraak maakt op een Rijksbij-
drage voor community-use, die het thans – bij de geko-
zen constructie van het Verkeersfonds – zal moeten ont-
beren. Deze onthouding der Rijksbijdrage beteekent een
ernstige onbillijkheid t.o.v. het motorwegverkeer.

1 Augustus 1934

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

701′

vaart, spoorwegen, tramwegen, autobedrijf en van de
,,gehrnikers der verkeersmiddelen” (van het heele

Nederlandsche volk dus).
Vervolgens zal er een nog grootere ,,centrale com-
missie” of ,,vervoerraad” komen, vooreerst bestaande
uit de leden der bovengenoemde ,,vaste commissie,
enz.”, daartoe door de Kroon benoemd. Deze leden
zullen worden
aangevuld
met het noodifge aantal
leden-ambtenaar, twee ervan aan te wijzen resp. door
de Ministers van Financiën en van Binnenlan’dsohe Zaken, de overigen aan te wijzen door den Minister
van Waterstaat
Dit monstercollege, waarvan het adjectief ,,cen-
traal” eeni’gs’zin’s wonderlijk en euphemistish aan-
doet, zal dan tenslotte den Minister moeten voorlich-
ten in alle zaken ‘de verkeerscoördinatie rakende.
De kloekheid der af te geven adviezen zal sterk af-
hangen van de wijze waarop deze ,,centrifugale” com-
missie haar taak zal opvatten, en wij willen gaarne
aannemen, dat zij de grootst
mogelijke
activiteit en
voortvarendheid zal paren aan ambitie en efficiency,
doch haar enorme omvang is ons daar helaas geen
waarborg voor, noch ook voor de juistheid en objecti-
viteit van hare zienswijzen.
Het stemt echter tot verheugenis, dat althans
iets

gelijken tred zal houden met de voortdurend groeien-de spoorwegtekorten: het aantal commissies en com-
missie-leden op Verkeersgebied!

*
*

III. O.i. is het juister, als de Minister in overleg
met de Staten-Generaal onverwijld, althans ‘zoo spoe-
dig mogelijk, de verschillende het verkeer ordenende
(en in elkan;der grijpende) maatreg6len vaststelt ei
zich daarbij – zoo noodig – laat voorlichten door de
3 of 5 objectieve verkeersdeskundigen in den Econo-mischen Raad. Daarna worde ten spoedigste de coör-
•dinatie of ,,rantsoeneering” aan de orde gesteld.
In overleg met -den Minister van Onderwijs zal er
tea dienste van deze leden van den Economischen
Raad een onafhankelijk studie- en waarnemingsinsti-
tuut aan de Nederlandsche Handels Hoogeschool te
Rotterdam gesticht kunnen worden, waardoor tevens
de noodige goede en wetenschappelijke samenwerking
met het onder het Ministerie vun Economische Zaken
ressorteeren-de Centraal Bureau voor de Statistiek
verzekerd is (verkeersstatistiek). Daarmedë zou n.b.m.
een organisatie verkregen worden, die een snelle,
systëmatische en kundige voorlichting waarborgt.
Samenvattende kan gesteld worden, dat het Ver-
keersfonds op de lange baan geschoven een averecht-sche coördinatie beoogt, ,,harakiri” van Nederland op
verkeersgebied. Noodiger dan de coötdinatie of rant-
soeneering is een preliminaire ordening en regulee-
ring van het verkeer en tea opzichte hiervan zwijgt
het Wetsontwerp
5)
Bovendien onderneemt het niets
ter leniging van den Binnenvaartnood, ‘laat het de
spoorwegtekorten in s

band en mist het een deugde-
lijke-garantie, dat
zij
rationeel ‘zullen worden beperkt.
Om al deze redenen zal het ten seerste gewenscht
zijn, dat cie Eerste Kamer het Wetsontwerp zal désa-
voueeren. Ir.
T.,
M. I. REITSMA.

5)
Ook indien men het Verkeersvraagstuk van geheel
andere vervoerseconomische zijde, •dan die der acute ver-
keerser-isis benadert, t.w. vanuit de gez.ichtshoek der ren-
tabiliteit van wegenaanleg, dan komt men tot hetzelfde
inzicht, dat ordening (waaronder begrepen de gelijkmaking
der concurrentie-, exploitatie- en veiligheidsvoorwaarden)
vooraf
moet gaan aan elk ander Staatsoptreden m.b.t. het
Verkeer.
Zie
Dc Econornist
Nr.
6
(Juni) 1934, pag.
464 ev’.

GROOTE WERKVERSCHAFFINGSOBJECTEN.

Een veel verspreide gedachte, welke haar oorsprong
vindt in het verre verleden, is, dat werkverschaffing
gewoonlijk bestaat uit het kloppen van keien, het
graven van een gat en het weer •dicht maken en meer
van dergelijke werkzaamheden, die voor de gemeen-
schap practisch geen enkel nut hebben. Deze opvat-ting was niet geheel onjuist. Een feit toch is het, dat werkverschaffing véôr 1914 veelal niets anders was
dan bezig houden, en wat tot stand kwam, had geen,
of slechts geringe waarde. De veranderde inzichten
op sociaal gebied

hebben het hunne ertoe bijgedragen,
dat hetgeen de laatste 16 â 17 jaar door middel van
werkverschaffing is verkregen, over het algemeen
waarden •heef t geschapen, die, al zijn ze soms duur,
voor de gemeenschap beteekenis hebben.
Het laat zich begrijpen, dat werkverschaffing,
v
oo
r
:

al waar dit dikwerf geforceerd moet geschieden, om-
dat het niet goed geoordeeld wordt, de menschen te
laten leegloopen, kosten van -de gemeenschap vergt,
welke niet behoefden te -geschieden, wanneer men
niet gedwongen was tot aanpakken over te -gaan. Bij
de vele objecten, welke in den loop van de jaren zijn
tot stand gekomen, zal men, wanneer men alles na-
gaat, heusch wel een enkele tegenkomen, waarvan het
economisch nut problematiek is. Maar in elk geval
staat dan toch dit wel vast, dat de uitvoering dit
moreele effect heeft gesorteerd, dat arbeiders aan het
werk zijn gezet.
In den ioop van de jaren is er een nauwe samen-
werking gegroeid tusschen alles wat den landbouw
betreft en de werkverschaffing. Reeds eerder hebben.
wij gewezen op het vele, dat verricht -is op het gebied
van on-bginningen
‘),
doch wij willen, thans even stil
staan bij de groote voordeelen, welke bij de verbete-
ring van honderden hectaren grond, -die veel te lijden
hadden van slechte afwatering, is verkregen, door het
inschakelen van de werkverschaffing.
• Zeer beknopt.zal iets van enkele van dergelijke ver-
ken worden verteld. Er heef slechts een geheel wille-
keurige greep plaats gehad.

In 1893 zijn de Berkel en de Schipbeek, gelegen in
Overijssel en Gelderland, met Rijkssteun zoodanig
verruimd, dat zij destijds in de zomermaanden het
uit eigen stroomgebied afkomstige water geheel kon-
den afvoeren.

De Bollcsbeek zou contractueel moeten ontvangen
in maximum 70 M. (max. winterwater Berkel) –
48,1 (max. zomerwater Berkel) 3,3 M
8
.
is 25,2 M
3
.,
terwijl de Berkel in staat moet zijn de rest of 44,8
M
3
. af te voeren.

Uit de vele klachten, welke in den loop der jaren
uit het stroomgebied van de Scheepbeek zijn geuit
bleek, dat aan de gestelde eischen niet kon worden
voldaan.

Terwijl in tijden van grooten waterafvoer de Schip-
beek een gedeelte van’ het overtollige water door de
Oortjessluis op de Regge loost, brengt de Berkel een.
veel grootere ‘hoeveelheid water naar de Schipbeek..
Om aan dezen ongeweilschten toestand een einde
te maken, werd een grondig onderzoek ingesteld. Tij-
dens het onderzoek ‘bleek het mogelijk, om de aan te
leggen Twenthe-Rijn-kanalen dienstbaar te maken
aan de afwatering van die gedeelten van de beide
,provinciën, welke door -deze kanalen zullen worden
doorsneden.

Eene oplossing werd niet alleen gezocht ten aan-
zien van de moeilijkheden, welke ontstaan waren door

de afstrooming van het Berkelwater naar ‘het Schip-
beekgebied, maar tevens werd ‘gestreefd naar de ver-
betering van den waterstaatkundigen toestand van
een veel grooter gebied, dat eveneens met waterover-
last te kampen had.
De aanleg van de Twenthekanalen bleek ten aan-
zien van de afwatering mogelijkheden te openen, wel-

i) Zie E.-S. B. van 25 Juli en ook van 18 Juli ji.

702

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1
Augustus
1934

ke tot nu toe niet waren te bereiken en die nu ook
benut worden.
De verbeteringskosten van Schipbeek en Buurser-
beek tezamen werden, toen men begon, op totaal
f 2.276.000.—
geraamd.
De toenmalige Minister van Binnenlandsche Za-
keu en Landbouw, heeft hij brief van
31
October
1930

No. 1555 S. Afd. A. aan de provincie Overijsel be-
richt, dat hij bereid was ten behoeve van de verbete-
ring van de Schipbeek steun te verleenen. Blijkens
de gepubliceerde voordracht aan de Staten, staat in
genoemden brief o.m.:

,,a. De Rijksbijdrage wordt bepaald op
92
pCt. der loo-
Hen
te betalen aan werkloozen, aangewezen door of van
wege mijn Departement, welk bedrag gelijk is aan twee
maal de bijdrage van de provincie.”
5. 1-let waterschap ,,de Regge” draagt
f 325.000
bij en het waterschap ,,de Sehipbeek” ten minste f 137.000.
c.
J)e provincie Overijssel draagt aan •het waterschap
,,de Schipbeek” over, cle gekapitaliseerde waarde van de
onderhoudskosten der Buu rserbeek
(f 14.000
per jaar)
zijnde
f 280.000.
cl.
De bijdrage van de provincie worde bepaald op
1%

gedeelte van hetgeen na aftrek van wrat de betrokken
waterschappen bijdragen overblijft.”

De uitvoering geschiedt onder leiding van de Ned.

Heidemaatschappij.

De kostenverdeeling ziet er als volgt uit:

Rijk Provincie Schipbeek Regge
Bolksbeek, voor zoo-
veel het Overijssel-
sche aandeel betreft

f
166.000
f 83.000


Plaatselijke ontwa-
tering ………
.f 150.000

,, 100.000


Verbetering Schip-
ei’
Buuj-serbeek

. ,,
1.209.000

605.000 ,, 137.000 f 325.000

Totaal ….
f 1.359.000 f771.000 f320.000 f325.000

Wij moeten de verleiding weerstaan, om van enkele
typische objecten, ni. van De Regge en van de beek-
verbeteringen in Limburg, hier vele wetenswaardig-
heden weer te geven.
In het kort slechts dit. Het waterschap De Regge –

belangrijke bijzonderheden vindt men in het onlangs
verschenen gedenkboek, uitgegeven •bij gelegenheid
van het vijftigjarig bestaan van het waterschap – dat
een grootte heeft van 120.000 ha, beslaat bijna geheel
Twenthe. In zijn gebied liggen uitgestrektheden,
waar de wateroverlast tot de geregeld wederkeerende
moeilijkheden behoort. Hieraan een einde te maken, is
al eenige jaren het doel van het actieve bestuur, dat
niet zal rusten voor alles in orde is. Maar dat vergt
dan zoo ongeveer
f 9V2
1
millioen, waarvan reeds een 40 pOt. is verwerkt en wel grootendeels door werk-
loozen. In Twenthe is men alleszins voldaan over het-
geen hier, ook ‘door groote-sta.dswerkioozen, is verricht.
Limburg had steeds bezwaren tegen waterschappen.
Maar flinke voorlichting en. . . . werkloosheid, brach-
ten hier verandering. Om den slechten waterafvoer – in de mijnstreek het vuile water van de mijnen en
stedelijke centra – te verbeteren, werden in het noor-
den, het midden en het zuiden van Limburg, drie
waterschappen opgericht, zich uitstrekkende over het gbied van ruim 50 gemeenten. De Provinciale
Waterstaat maakte de plannen, de dienst der Werk-
verschaffing sprong bij en onder leiding van de als
steeds bereidwillige N ederlandsche Heidemaatschap-pij, komen dagelijks van heinde en verre de honderden
werkloozen, om met eigen hand, in flinken arbeid,
een bescheiden stuk brood te verdienen.

* *
*

Het is hier de plaats om iets te vertellen van een
zeer bijzonderen vorm van werkverschaffing, welke
hierin lbestaat, dat hij groote grondwerken de machi-
nale arbeid zooveel mogelijk wordt uitgeschakeld en
handenarbeid er voor in de plaats wordt gesteld. Nu

ligt het voor de hand, dat men zonder meer, een
dergelijke werkmethode ,,ouderwetsch” kan noe-
men. Ziet men evenwel verder, dan kan niet wor-
den ontken’d, dat wanneer er duizenden werkloozen
zijn ‘die, week in week uit, moeten worden gesteund
en voor wie men op geen enkele wijze eenig werk
heeft, het noodzakelijk is, dat dan wordt omgezien
naar een methode, om de hierbedoelde menschen aan
het werk te zetten, waardoor men eeuerzijds bereikt
dat een noodzakelijk object toch tot stand komt en
aan den anderen kant honderden menschen in de
gelegenheid worden gesteld, arbeid te leveren. Een-
voudig gezegd kan men deze znak aldus zien, dat
men machines gerust eenige jaren in het vet kan zet-
ten en ergens rustig laten staan, zonder dat de ge-
meenschap daarvan eenig nadeel ondervindt, maar
dat aan den anderen kant die methode niet kan wor-
den toegepast op levende menschen.

Dit stelsel vond het eerst toepassing bij het Twen-
the-Rijn-kanaal. De gedeelten, waar ‘het hier om ging,
zouden machinaal kunnen worden gemaakt, maar
door inschakeling van handeiarbeid verkreeg men,
dat
7 â 8
maal meer arbeiders werden geplaatst dan
bij machinale uitvoering het geval zou geweest zijn.

Het ging hier om belangrijke hoeveelheden. Er
moesten nl. bij het eerste object reeds 220.000 M. in handenarbeid worden verzet en verder, naast tal van
andere werkzaamheden, 215.000
M
2
. kaden worden
bezaaid en van kantzoden voorzien.

Hier is een uitnemeude samenwerking verkregen
tu’ssohen een ‘drietal ‘diensten: ni. de Rijkswaterstaat,
de Rijkswerkverschaffing en de Nederlandsche Heide-
maatschappij. In gemeen overleg ‘hebben deze dien-
sten ‘begrootingen opgemaakt en de werkzaamheden,
die geleidelijk met andere objecten werden uitge-
voerd, tot stand gebracht. –

Nu al sinds eenige jaren zijn honderden werkloo-
zen uit Twentsehe gemeenten bij •deze kanaalwerken
– het eerste werk is door andere gevolgd – ge-
plaatst en technisch voldoet deze methode uitnemend.

Iets dergelijks zien wij eveneens in een ander ge-
deelte van het land.

In het voorjaar van
1933
werd nl. een begin ge-
maakt met het uitvoeren in werkverschaffing van een
gedeelte van de werkzaamheden, welke verband hou-
den met ‘het verbeteren van de rivier de Maas. Deze
verbetering geschiedt volgens plannen van den Rijks-
waterstaat, terwijl
bij
de uitvoering in de werkver-
schaffing de Nederlandsche Heidemaatschappij de
leiding heeft.

De werkzaamheden bestaan o.a. in het maken van
een aantal doorsnijdingen, die den thans zeer bochti-•gen loop •der rivier belangrijk zullen verbeteren. De bovengrond, voor zoover deze uit klei bestaat, wordt
in ,,den droge” ontgraven en zoodanig in de ophoo-
pingen verwerkt, dat hierdoor landbouwkundige voor-
deden worden verkregen.

Het uitschakelen van den baggermolen of de graaf-
machine, verrneeidert het aantal ,,manweken” belang-
rijk. Zoo zou bij het werk onder Alem – een der on-
derdeelen -, bij uitvoering in machinaal bedrijf, het
aantal manweken rond 1200 hebben ‘bedragen, doch
dit aantal is bij uitvoering in werkverschaffing
6900
geweest. dus een verhouding van bijna 1 :
6,
welke
verhouding voor de volgende werken nog meer in het
voordeel van de werkverschaffing zal zijn.
Tevens wordt het voordeel verkregen, dat •de grond
hij uitvoering in handenarbeid op de juiste wijze in
de ophoogingen wordt verwerkt, waardoor deze land-
bouwkundige waarde krijgen, terwijl bij machinaal
bedrijf de grond vermengd wordt en de ophoogingen,
landbouwkundig ‘gezien, waardeloos zijn.

Dit jaar zijn in uitvoering de doorsnijdingen ‘bij
Maren, Lith, Alphen en Oyen, waarvan de laatste
drie gedeeltelijk als werkverschaffing dienen.

MEYER DE VRIEs.

1 Augustus
1934

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

703

DE INDISCHE MIDDELEN OVER APRIL 1934

Algemeen

In de maand April bedroeg de opbrengst der
Lands-

middelen in totaal
f 29.9
millioen tegenover
f 28.2

millioen in dezelfde maand van het vorige jaar. Hier-
door bleef de totaal-iniddelenopbrengs’t
– f 118.9

millioen – boven die van dezelfde periode van
1933

– f 116.7
millioen.

De opbrengst der verschillende hoof’dgroepen van
middelen in vergelijking met de ramingen, bedroeg in
milFioenen guldens onderschei.denlijk:

1/12

4/12
ram.

April

ram. Eerste 4 mnd. van
Groep 1934 1934 1933 1932 1931 1933 1934 1933 1932 1931
Belasting. 20.3 16.4 15.1 15.8 17.3 81.3 60.9 60.4 63.1 71.1
Monopol. 3.6 3.1 3.4 4.3 5.5 14.3 12.9 13.8 17.4 20.8
Producten 3.- 3.5 2.4 2.5 5.0 12._ 12.5 8.3 9.3 17.4
Bedrijven 6.5 5._ 5.4 6.8 7.8 25.9 23.5 25.4 31.6 35.3
Div. middel. 2.8 1.9 1.9 2.4 3.0 11.1 9.1 8.8 10.7 12.3

Totaal. . 36.2 29.9 28.2 31.7 38.6 144.6 118.9 116.7 132.2:156.9

Ter toelichting diene het navolgende:

Belastingen.

A.
Niet-kohierbelastingen.
Opbrengst in millioenen guldens

Omschrijving

April

Eerste 4 mnd. Tariefswijzigingen
’34
’33

’34

’33 ’32
Invoerrecht

….

4.1 3.6

15._

15.7
15.- 20 opc. vanaf
1… 1_’32
50 id. 15_6_’32
Nieuwe tariefwet
vanaf 10 Jan. ’34
met 50 opc.
ijitvoerrechten
, .
0.36 0.18

1.2

0.7
1.1
Acc. op petroleum 1._
1._

3.8

3.5
3.6
Accijns op benzine 1.3
1.8

5.2

5.8
7.- 20 opc. v. 1_1_’32
33 1/3 id. 16_3_’32
Accijns op lucifers 0.20
0.24 0.87

1.1
2._
Accijns op

tabak 0.7
0.8

2.7

3.4
0.028 vanaf 16 Dec.’32
20
0
/0
v. d. klein-
handelsprijs
Accijns op suiker 0.4

2._

– –
Vanaf 1 Jan. ’34
2.- p. 100 K.G.
Zegelrecht ……0.6
0.6

2.0

2.7 2.7

Totaal

……8.7
8.2

33.4

32.9

31.4

Zooals uit bovenstaand overzicht moge blijken,
werd de verdere daling van deze belastinggroep opge-
vangen door de nieuwe suikeraccijns en de verhoo-
ging van het tarief voor de invoerrechten.

B.
Kohierbelastingen.

Van de kohierbelasingen bleef in de verslagmaand
alleen de verm’ogensbelastin’g ten achter hij
1933.
Deze verbetering moet in de eerste plaats worden toegeschreven aan den veel snelleren aanslag. Voor
de inkomstenbelasting bedroeg cle zuivere opbrengst
kohier
1934
in de eerste vier maanden
f 28
miljoen
tegenover f 20.5
millioen over
1933
in dezelfde pe-
riode. Hiernaast was van zeer grooten invloed de ver
hooging der ‘barieven.

Opbrengst in mill. guldens
5

Omschrijving
April,
Eerste
4 mnd. van
1934
1933
1932
1934
1933 1932
Personeele belasting.
0.34
0.38
048
0.9
1._

1.4
Ink.bel.eucrisisheffing
3.1 2.1
3.3
10.-
9.2

13.1
Vennootschapsbelast
1.3
1.3
0.6
4._
3.8

3.1
Verponcling

……..
0.2 0.2
0.2
2.8 3.3

3.9
Landelijke inkomsten
1.5 1.3
1.5
4.7
4.6

4.5
Vermogensbelasting.,
0.1
0.2

0.3
0.6

Totaal. .,,
6.5
5.5
6.1
22.7
22.5 26._

De
overige belastingen
brachten in de verslagmaand
evenveel op als in dezelfde maand van
1933
nl.
f 1.3
millioen, terwijl de totaal-opbrengst over de eerste
vier maanden van
1934 f 5
millioen bedroeg tegen
f 4.9
millioen over dezelfde periode van
1933.

Monopolies.
De ontvangsten van de
monopolies
bleven in de ver-
slagmaan;d wederom bij die van April
1933 (f 0.3
millioen) ten achter. De totaal-opbrengst in de eerste
vier maanden van
1934
was een mil’lioen minder
dan over dezelfde periode van
1933.
4)12

.

In millioenen guldens
Omschrijving raming

Opbrengst eerste 4 mud.
1934

1934

1933

1932
Opiuun ……….4…

3.7

4.3

6.4
Pandhuizen ……4.7

3.5

4.6

6.4
Zout …………5.6

5.7

4.9

4.7

Totaal: 14.3

12.9

13.8

17.4

Producten.

De exploitatie-ontvangsten van de
producten
be
droegen in April
1934 f 3.5
millioen tegen
f 2.4 mil-
lioen over dezefide maand in
1933
of
f 1.1
millioetr
meer. De totaal-opbrengst was in de eerste vier maan-
den van
1934 f 4.2
naillioen hooger dan in dezelfde
periode van
1933.
Dit verschil wordt voor
f 3.7
mil-
lioen veroorzaakt door de Bankatinwinnin.g.

In millioenen guldens
Opbrengst eerste 4 mud, van:
Omschrijving

1934

1933

1932
Kina en thee …………….0.128

0.084

0.066
Landscaoutchoucbeclrijf ……0.821

0.345

0.456
Boschwezen ………………2.079

2.061

2.571
]3ankatin ………………..7.906

4.264

3.701
Steenkolen ………………1.539

1.572

2.543

Totaal ……12.5

8.3

9.3

Bedrijv en.

De exploitatie-ontvangsten voor de bedrijvengroep
geven liet volgende beeld:

In millioenen guldens
1112

.

4112

Omschrijving raming April

raming Eerste 4 mud.
.1934 1934 1933 1932 1934 1934 1933 1932
Havenwezen ,.,

1._ 0.6 0.4

0.5 3.9 5._ 4.3 5.3
Baggerdienst

0.2 0.2 0.2

0.4 0.7 0.7 0.7 1.5
Waterkracht en
Electriciteit
,,,,
0.2 0.2 0.2

0.2 1.- 0.9 0.9 0.9
Landsdrukkërij

0.1 0.03 0.07 0.1 0.4 0.2 0.3 0.4
P.T.T . ……….

2_.

1.6

1.8

2.1

7.9

7._ 8.-

9…
S.S. …………

3._ 2.3 2.7

3.6 12._ 9.7 11.1

14.5

Totaal.,,, 6.5 4.9 5.4

6.7 25.9 23.5 25.3 31.6

De achteruitgang der
S.S.
ontvangsten wordt nage-
noeg geheel veroorzaakt door de Javalijnen.

(In millioenen guldens)
Eerste vier maanden
1934

1933

1932
S.S. op Java …………..7.9

9.2

12.3
Sumatra’s Westkust 0.5

0.5

0.7
Zuid.Sumatra ……0.7

0.7

0.8
Atjeh

………….
0.3

0.4

0.5
Andere ontvangsten ……..0.3

0.3

0.3

Totaal……..9.7

11.1

14.6

– Diverse middelen.
De opbrengst van deze groep uas in de eerste vier
maande.n van
1934 f 0.25
millioen hooger dan in de
overeeukomstige periode van
1933.
1

let algemeen verloop der iandsmiddelen in het
loopende jaar in vergelijking met de vier voorafgaan-
‘de jaren moge blijken uit het volgende overzicht:

Opbrengst in millioenen guldens
Maand

per maand .

t/m maand
1930 1931 1932 1933 1934 1930 1931 1932 1933 1934
Jan. 53.5 45.5 37.2 32.1 35…. 53.5 45.5 37.2 32.1 35._
Febr. 42.2 35.9 31.3 26.3 25.3 95.7 81.4 68.5 58.4 60.3
Maart 43.7 36.9 32._ 30._ 28.7 139.4 118.3 100.5 88.5 89…
April 45._ 38.6 31.7 28.2 29.9 184.3 156.9 132.2 116.7 118.9
Mei . 52.3 39…. 32.1 32.7

236.6 195.9 164.3 149.4
Juni 50.4 45.2 35.2 32.6

287.1 241.1 199.5 182._
Juli , 65.4 48.7 39.6 37.8

352.4 289.7 239.1 219.8
Aug. 52.5 46.3 38.8 31.9

404.9 336._ 278._ 251.7
Sept. 59.3 46.1 38.8 33.7

464.3 382._ 316.8 285.4
Oct.

57.2 41.7 35.4 34.4

521.5 423.7 352.2 319.8
Nov., 46.9 44.3 30.5 33.1

568.4 468._ 382.7 352.7
Dec.,. 63.1 48.1 37.2 33.4

631.5 516.1 419.9 386.8

704

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 Augustus 1934

Begrootingsrelteningen 1ohierbelastin gen.
Belasting jaar 1984 t.o.v. 1988.

Eerste vier maanden van aanslag.

Aanslag in
miii. guldens
Belastingsoort

1934 1933

Toelichtingen

Personeele belasting 2.3

2.5 Ondanks de verlaging der
grenshuurwaardeu is de aan-
slag nog iets lager dan in
het vorige jaar.
I.B. en crisisbeffing 27.1 19.8 In
1
34 is de crisisheffing
70
o/
hooger dan in ’33.
Relatief is de aanslag ’34
iets honger dan de aanslag
’33
Vennootscliapsbel.. . 4.6

4.2 Voor ’33 40 opc., voor ’34
100 opc.
Verponding ……7.2

3.7 De aanslag ’34 gaat uit van
de reeds in
1
33 opgelegde
aanslagen
Landrente J. en M. 22.7 14._ Een belangrijk deel van den
aanslag is in de verslag-
maand vastgesteld

Belastingjaar 1933 t.o.v. 1982.

Eerste 16 maanden van aanslag.

Aanslag’ in
mili. guldens
Belastingsoort

1933 1932

Toelichtingen
l’ersoneele belasting 3.7

4.7 Vergelijkbare cijfers
I.B. en crisisheffing 38.2 52.2 ‘De heffing is over het ge-
heel genomen ongeveer even
hoog, vergelijkbare cijfers
In beide jaren 40 opcenten, vergelijkbare cijfers
Met ’33 ving het nieuwe
belastingtijdvak aan, daar-
door scherpe terugval
De crisisontheffingbedraagt
gem. voor ’32 15
°fo
en voor
’33 25
ol
o
van den bruto
aanslag

Stand begrootingsrekeningen der voornaamste kohier.
belastingen.

Dienstj.’34 Dienstj.’34 Dienstj.’33

Omschrijving
Apr. 1934
eerste 4 mnd. eerste 4.mnd.

Personeelebelasting
321
2.339 2.553
Ink.bel.encrisisheffing

6.546 28.011
20.594
Vennootschapsbelast
1.332
4.773
5.347
Verponcling

……..
157
7.258
4.354
Landrente Java en
Madoera

……..
14.898
22.704
13.966

Totaal.
23.254
65.085
46.814

Dienstj.’33 Dienstj.’33
Dienstj.’32
Omschrijving
Apr. 1934 eerste 16mnd.eerste
16mnd.

Personeele belasting.
33
3.865 5.033
Inkomstenbelasting en
Crisisheffing ……
412
39:502
54.920
Vennootschapsbelast
25
9.226 11.660
Verponding

……..
-265
8.580
13.067
Landrente J. en M.
-213
27.125 28.702

Totaal……
-8
88.298
113.382
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE DUITSCHE LANDBOUW IN HET KADER DER
STANDEN.

Mevrouw Prof. Dr. K’a’the Bauer-Mengeiberg te

Prankfurt afMain schrijft ons:

Het is geen bloot toeval, dat ‘de Rijksvoedselstan’d

de eerste bouwsteen in de door het Nationaal-Socia-
lisme in Duitschland nagestreefde economische ‘stan-
denorganisatie werd; want van ‘alle gebieden van het
bedrijfsleven is de landbouw voor een opbouw volgens
het principe der standen .het meest ‘geschikt.
De ‘beroepsarbeid in den landbouw ‘heeft plaats
onder omstandigheden, welke voor dezen vorm van
aaneenslui’ting relatief het gunstigst zijn; deze arbeid
is voor den boer van grootere en inderdaad andere

beteekenis dan een zuiver economische werkza’amheid
met geidwinst als doel, zoodat ‘hij vei-moe’delijk ook
bereid is, aan een vakorganisatie ‘de beha’rtisging van
die vraaigstukken ‘toe te vertrouwen, welke meer dan
‘de rentabiliteit alleen, het bestaan van he’t bedrijf
raken. Bovendien worden de arbeidsverhoudingen
in ‘den landbouw in feite niet door klassetegenstellin-
gen bepaald. De tegenstelling tusschen werkgever en
werknemer is van minder ingrijpenden aard ‘dan in
‘de in’dustrie, omdat de arbeidsverhoudingen vaak nog
patriarchaal zijn; ook de volgen’s arbeidsovereenkomst
en zonder eigen’domsrecht ‘op den bodem gepresteerde
lan’darbeid brengt in meerdere ‘of mindere mate een
persoonlijk contact met den werkgever mede, ‘die –
zoolang hij boer blijft – zelf medewerkt en zich, wat
zijn levenswijze betreft, in niets van zijn loonarbeider
onderscheidt. De psychologische voorwaarden voor een
opbouw van ‘den landbouw volgens standen, waarin
slechts een door den aard van het werk ‘bepaalde soli-
d’ariteit wordt erkend, zijn derhalve vrij gunstig. In
plaats van het klassenbelang, ‘dat in den landbouw
n’ooit veel opgang heeft ‘gemaakt, moet thans al’s bin-
‘dend element treden, ‘datgene dat alle in den land-
bouw werkzamen ‘gemeenschappelijk is. Di’t gemeen-
schappelijke moet niet alleen als economisch belang
worden opgevat, doch wordt in ‘de eerste plaats dooi hetzelfde levensl’ot op ‘den geboortegrond, ‘door den
‘band van bloed en bodem bepaald.
De opheffing van de belangentegenstellingen in
‘den landbouw wordt ‘ook ‘bevestigd ‘door het feit,
dat sociologische en ‘door het eigen’domsrecht be-
paal’de titels zooals b.v. ,,riddergoedbezitter”, ,,groot-grondbezitter”, ,,pachter”, enz. n’iet meer mogen wor-
‘den gevoerd. Ingevolge de ‘bepalingen van den Rijks

minister voor het ‘Postwezen worden in ‘den telefoon-
gi’ds nog slechts ‘de titels ,,boer” (voor den bezitter
van een
erfelijk
goed) en ,,landbouwer” (voor alle
anderen, ‘die een landbouwbe4rijf leiden) toegelaten.

Het experiment van een planmati’ge regeling van
de ‘lan’dbouwproductie op ‘de basis ‘der standen vindt
psych’ologisdh steun in het feit, ‘dat een politiek van
nationale onafhankelijkheid voor het gebied van de
levensmiddelen’voorziening slechts wordt gewaarborgd,
wanneer een centrale regelin’g van productie en af’zet
in het binnenland ‘doorgevoerd is. Wanneer ook de
afhankelijkheid van ‘de wereldmarkt niet langer zon-
der meer als een kwaad wordt beschouwd, waartegen
in principe gestreden dient te worden, dan wint toch
de meening veld, ‘dat, inzonderheid op het gebied van
‘de voeding, een toenemende onafhankelijkheid van
den invoer wen’schelijk is, ten einde in geval van oor-
logsverwikke’lin’gen of ‘ook reed’s bij ‘handelspolitieke
moeilijkheden de bevolking ten minste in ‘het leven

te kunnen houden.

Men zou den stan’d als een vorm v’an sociale gebon-
denhei’d zoodanig kunnen omschrijven, dat 1) ‘de
groepsvorming (‘de in’deeling in de verschillende pro-
‘ductietakken als landbouw, industrie, ambacht, ihan-
dcl of verkeer) ‘op den ‘voorgrond staat (de sociale
in’deeling in leidende ambtenaren, bedienden en arbei-
ders speelt slechts een ondergeschikte rol); ‘dat 2)
zooveel mogelijk alle arbeiden’de personen omvat die-
nen te wor’den en hun prestatie aan ‘de standenorga-
nisatie dienstbaar moet worden gemaakt; 3) deze is
echter niet uitsluitend een productiegemeenschap, wel-
ke de materiëele belangen van ‘haar leden regelt, doch
daarenboven heeft zij een cultureele en een opvoed-
kundig politieke taak te vervullen, en een band
tusschen de ‘tot haar organisatie ‘bôhoorende leden te
Vormen; 4) zal deze standenorganisatie van de beroe-
pen erop gericht zijn, doordat zij zich met de behar-
tiing van ‘de economische belangeh’ van haar leden
‘belast, productie en afzetverhoudingen van de betref-

fende goederen te regelen en het marktverkeer gelei-
delijk te vervangen door een geordend organisme.

Wanneer het principe van ‘den standenstaat op de
huidige maatschappij met haar veelvormige in’deeling

Vennootschapsbel,. . 6.3

8.6

Verponding ……7.5 10.2

Landrente J. en
M.
27.- 28.7

1 Augustus 1934

ECONOMISCH-STATISTISCHE. BERICHTEN

705

en de meest verscheiden beroepsbelangen moet worden
overgedragen, moet het noodzakelijk elastisch worden
doorgevoerd. Ten aanzien van de organisatie wordt
het gevaar van •de ‘bureaucratiseering aan den eenen
kant, dat van de versplintering van de macht door te
ver gaande decentralisatie aan den an’dern kant, op
dezelfde wijze vermeden, ‘doordat het leidersbeginsel
overal als hoogste principe wordt erkend en doorge-
voerd. Zoowel voor het hoofd van dch Rijksvoedsel-
stand zelf als ook van ‘de speciale beroepsvereeni’gin-gen, •die daaronder ressorteeren, worde het kiesstelsel
vervangen •door autoritaire benoeming van de ver-
schillende leiders, die alleen aan de hoogere in-
stantie verantwoording schuldig zijn. ‘Op het oogeti-
blik is de Rijksminister voor Voeding en Landhouw
– Darré als Rijksboerenlei:der zelf de hoogste in-
stantie van den stand; door deze personeele unie
wordt de identiteit van staat en stand en daarmede
de uniform’iteit van de politieke en economische lei-
ding duidelijk tot uitdrukking gebracht. De bevoegd-
heden van de leden van den stand ‘blijven gewoonlijk
beperkt tot het betalen van een bijdrage en het goed-
keuren der begrooting; daartegenover staat een ver-
gaande verplichting tot het verstrekken van inlich-
tingen ‘omtrent het bedrijf en de calcul’atie. Ten aan-
zien van de regeling van het bedrijf is in overeen-
stemming met •de leidersgedachte het collectivistische
element teruggedrongen ten gunste van den ind’ivi-‘dueelen prikkel tot werken. Steeds wordt in de pro-
grammatische verklaringen der staats- ‘of ‘stan’denlei-
ders op den voorgrond gesteld, dat het initiatief van
het individu niet zal worden verlamd of door de orga-
nisatie geremd, doch d’at ‘haar functie slechts berust
op de handhaving van het principe ,,Gemeenschapsbe-lang ‘gaat voor eigenbelang”.

Ook de economische functies, welke een standen-organisatie voor zich opeischt, zullen •op het gebied
van de lau’dbouwproductie en den handel in landbouw-
producten technisch het snelst door te voeren zijn. De
behoefte ‘aan levensmiddelen, vooral van de grondstof-
fen graan, vleesch en zuivelproducten, is vrij con-
stant. De feitelijke en mogelijke productie-opbreng-sten zijn statistisch vrij eenvoudig vast te stellen en,
wat de kosten betreft, stabiel. De tec’hnische vooruit-
gang, welke in een li’beraal-economische ordening
plotselinge inbreuken op de hoeveel’hei’dsbereken’ingen
kan maken, is thans in Duitschlan’d in den landbouw
gemakkelijker te reguleeren dan in de industrie, want
‘de pro’ductief’actor ‘gron’d is verdeeld onder een ge-
makkelijk te omvatten en weinig wisselende klasse
van bezitters en pa
.
chters, wier pro’ductiemethode be-
trekkelijk weinig verandert; een wijziging wordt be-
halve om traditioneel-psychologische redenen door
den ongunstigen toestand van de markt voor land-
bouwcrediet ‘bemoeilijkt, waar ‘de ‘beschikbare midde-
len in ‘de laatste jaren d’oor ‘de bescherming van de
schuldenaren niet voldoende zijn voor ‘grootere inves-
teeringen, teneinde rationaliseering door te voeren.

De uitwendi’ge Organisatie van den Rijksvoedsel-
stan’d werd ‘door een verordening van September 1933
geregeld. Hij. vertegenwoordigt ‘den ‘Duitsdhen boe-
renstan’d en ‘den Duitschen landbouw, ‘inl. ‘den bosch-
bouw, den tuin- en wijnbouw, cle vissoherj, de bijen-
teelt en ‘de jacht. Hij omvat allen, ‘d’ie als eigenaren,
verpac’hters of pachters, als familieleden, arbeiders,
bedienden of ambtenaren in ‘den landbouw werkzaam
zijn, evenals ‘de coöperatieve lau’dbouwvereenigingen
en haar organisaties (groot- en kleinh’andel in ‘land-
bouwproducten) en de be- en verwerkers van land-
bouwpro’ducten.

Dientengevolge behooren met vele anderen even-
eens tot den Rijksvoedselst’an’d ‘alle maalderijen, bak-
kerijen en broodfabrieken, vleeschconserven- en worst-
fabrieken, ‘brouwerijen, suiker-, cbodola’de- en cakes-
fabrieken, aardappel- en vruchtenbranderijen, fabrie-ken voor vischconserven en gecondenseerde melk en
margariuefa’brieken, voorts de geheele kle’inhandel in
levensmiddelen, evenals de in ‘deze takken werkzame
commissi’onnairs, ‘a’genten en makelaars..
Het staatstoezicht over den Rijks’voedselstand be-
rust bij ‘den Minister ,voor Voeding en Landbouw; dit
heeft inzonderheid ‘betrekkin’g op de rechten van den
Rijksvoedselstan’d, waartoe een speciale machtiging
van ‘den M’inister noodig is, dus op alle ordenin’gen
betreffende de productie, den afzet en ‘de prijzen.
De Rijksvoed’sels tand i’s ingedeeld in ‘boerenor-
ganisaties van de Landen, ‘districten en plaatsen,
aan welker hoofd steeds een leider staat. De leider
en wettelijke vertegenwoordiger van den Rijksvoedsel-
stand is de
Rijkslei’der
van de boeren; hij wordt ‘door
den Rijkskanselier ‘benoemd. Hij regelt ‘de inwendige
Organisatie van ‘den Rijksoedselstand volgens een
reglement, dat doo.r den Rijksminister moet worden
göed’gekeurd; hij kan zijn bevoegdhe’den aan onder-
geschikte ‘instanties ‘overdragen. De
bijdragen
van de
leden worden, ‘zooals uit het karakter van ‘den Rijks-
voedselstan’d als publiekrechtelijk lichaam volgt, even-
als de algemeene ‘belastingen door ‘de departementen van financiën geïnd.

Vereen’i’gingen en bonden, welke tot dusverre de
l’andbouwpolitieke, vakkundige en geestelijke opvoe-ding van hun leden evenals de beharti’ging van de be-
langen van ‘den landbouw beoogden, werden volgens
beschikking van ‘den Rijksle’ider ‘der boeren in ‘den
Rijksvoedselstand ingeschakeld, ‘de instellingen wer-
den ont’bonden, terwijl het vermogen met activa en
passiva in ‘het bezit van ‘den Rijk’svoe’dselstand over-
ging. Op ‘deze wijze werd de Rijksvoedselstand ‘de

rechtverkrijgen’de van den Du’itschen Lan’dbouwraa’d,
‘de Pruisische ‘opperste Lan’dbouwkamer en de publiek-
rechteljke vertegenwoordigingen van de ‘beroepen in
den Landbouw (Kamers van Landbouw, Kamers der
Boeren), welke tot ‘dusverre ‘over ‘de bijzondere stands-
en ‘beroepsbel’angeh in den landbouw advies hadden
uit te brengen en ‘deze ha’d’den te bevorderen.
De Rijksvoedselstand heeft naast de functie, de

overheid te adviseeren, rapporten uit te bren’gen, ‘des-
kundigen te ‘benoemen en te waken voor de eer van
de leden van ‘den stand, voor welk ‘doel bijzondere
standenrechtbanken moeten worden gevormd, inzon
derheid tot taak, ‘de econoniische belangen van ‘de
on’der ‘hem ressorteerende groepen van producenten
d’oor ordening van de lan’dbouwmarkten te behartigen.
Evenwel is voor de ‘bevoegdheid, om de productie zoo-
wel als den afzet, de prijzen en ‘de prjsm’arges van
lau’dhouwpro’ducten te regelen, de speciale machtiging
van den competenten Rijksminister nodi’g.

De marktordening wordt, ‘hetzij ‘door ‘den Rijks-
voedselstan’d zelf ter hand genomen (een dergelijke
regeling ‘is tot ‘dusverre getroffen voor ‘den afzet van

binnenlan’dsche wol, boomkweekerijpro’ducten, vroege
aardappelen, wijn en most, voor zoover het ‘den uit-
voer ‘daarvan ‘betreft, evenals ‘voor ‘den afzet van sui-
kerbieten), hetzij ‘door afzonderlijke groepen van pro-
‘ducenteu en handelaren.
Van ‘de ‘gedwongen karteleering werd door ‘den
R.ijksm’inister tot dusverre gebruik gemaakt voor ‘de
rogge- en tarwem’aal’derijen, ‘de slachtveeverwerkin’g,
‘den eierhan’del, ‘den handel in melk en melkproduc-
ten (boter en kaas), de vruchten- en ‘groenteconser-
venindustrie, ‘de ‘stijfsel’in’dustrie en ‘de vischconser-
venindustrie.

De voorzitter van ‘de betreffende organisatie moet
de te leveren hoeveelheden bepalen, den vorm van de
‘verkooporganisatie regelen, het stilleggen van ‘bedrij-
ven verordenen, rationalisatiemaatregelen verbieden,
evenals prijzen en prjsm’arges vaststellen. Bij enkele
groepen van goederen (b.v. vleesch, melk, fruit en
groenten) i’s de medewerking van een prjscominissie noodig, welke gelijkelijk uit vertegenwoordigers van
‘de producenten, ‘handelaren en consumenten wordt
samengesteld; zij heeft echter slechts een raa’d’gevende
taak. De prijszetting is aan ‘het vetorecht van een
:hoogere instantie, in de meeste gevallen ‘den Rijks-

700

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 Augustus 1934

minister voor Voeding en Landbouw, onderworpen.
De ordening der graan’m’arkten door het stelsel van
vaste prijzen werd ‘tijdelijk reeds véér den opbouw
van den Rijksvoedselstand ingevoerd en zonder zijn
medewerking ingevolge •overheidsbesch i kking uitge-

voerd.
De gevolgen van deze wetgeving zijn nog niet bij
benadering te overzien. Voor alle gebieden van de
laudbouwprot]uctie en den handel in landhouwpro-ducten, welke aan ‘de marktordenin’g onderworpen
zijn, – en daarvan zijn belangrijke productie- en ver-koopgehieden niet uitgezonderd – wordt een verhoo-ging van de prijzen beoogd, om inzonderheid aan de
hoerenbevolking een onbezorgd bestaan te verzekeren.
Deze steun van één productietak moet echter hand in
hand gaan met een belasting van de stedelijke be-
volking en •de industrie, welker offers gedurende het
laatste jaar ten gunste van andere productietakken
ook van overheidswege werden erkend. Een misbruik
van de macht van stanrden’orgaiilsaties wordt daardoor
voorkomen, dat alle bepalingen van ‘den Rijksv.oedsel-
stand aan de goedkeuring van den IVUnister zijn on-
derworpen; hij kan ze verbieden, wanneer zij de ten-
dens hebben, het geheele bedrijfsleven en het alge-
meen welzijn in gevaar te brengen •of wanneer zij de
ecoiiornische bewegingsvrijheid onbillijk beperken.
Zoowel van de zij’de der consumenten als der pro-ducenten wordt dus in gelijke mate de erkenning van
de belangen van de tegenpartij verlangd.
Dat deze maatregelen – ook wanneer ‘de noodvake-
lijkhei’d van a’d’ditioneele belasting wordt ingezien —
op den ‘duur tot een beperking van het verbruik en
op vele gebieden van de landbouwproductie, zooals
berekeningen van het ,,Institut für Konjunkturf’or-
schung” reeds ‘aantoonen, tot een achteruitgang van cle opbrengsten moeten leiden, zal zich in zijn volle
beteekenis pas later doen gelden.

AANTEEKENINGEN.

Geld- en bankwezen in de Vereenigde Staten.

De Regeering der Ver. Staten is in het afgeloopen
halfjaar voortgegaan met het scheppen van een groo-
tere gel’druirnte, met het resultaat, dat bijv. aanbie-
dingen van zes-maands Sch’a’tki.stpromessen op 20 en
27 Juni jL tot een bedrag van $ 75 mi’ll’ioen ieder,
van de hand ‘gingen tegen een disconto van 0,07 pOt.
DezelMe oorzaak ‘draagt ook in belangrijke mate bij
tot •de lage rentebasis van verschillen’de leeningen op
langeren termijn, welke •door ‘de Regeer.ing in ‘den
laatsten tijd zijn aangegaan. Zoo werden 15 Juni
12 tot 14-jarige obligaties uitgegeven’ 3 pOt., terwijl
een $ 500 millioen leening van 5 jaar ?c 2Ys pOt. vele
malen overteekend werd.

In eerste ‘instantie is ‘deze vergroote geidruimte te
.herlei’den tot een aanzienlijke vergrooting van ‘de boe-
veelheid ,,monetary gold stock” in het bezit der
Schatkist. Waar ‘deze op 31 Januari nog te boek
stond met ruim $ 4 milliarci, steeg ‘dit cijfer door de
‘devaluatie krachtens ‘de Gou’dwet 1934 in één slag
tot ruim $ 7 milliard op 7 Februari. Sindsdien is
echter het gou’d’bezit nog •doorloopend toegenomen tot
een bedrag, dat van de $ 8 milliard niet zoo ver ver-
wijderd is,

Daar ‘deze goudaanwinsten verkregen worden ‘door
uitgifte van gou’dcertifica’ten, is het duidelijk, dat de grootte dezer post in het actief •der Federale Reserve
banken een evenredige toeneming te zien moet geven. Het blijkt echter, ‘dat ‘de aangroeiin’g van ‘dit bezit ‘de
stij’gin.g der ‘goudvoorraaden aanzienlijk overtreft.
Waar deze laatste vanaf 1 Febr. tot 25 Juni toenam
met $ 826 milli’oen, en de toeneming ‘aan gou’dcerti-
ficaten $ 1.404 m’illioen ‘bedroeg, ‘daar blijkt ‘dat $ 578
millioen meer aan goudcertificaten ‘door het Ministe-
rie is afgegeven, dan de gou’daanwinst bedragen heeft,
zoodat de crediethasis bovendien met ‘dit laatste be-
drag is uitgebreid.

De ,,winst” tengevolge van ‘de ‘devaluatie van den
Dollar, welke ongeveer ‘$ 2,8 milliard bedroeg, werd
door ‘de Regeering op een ,,G’eneral Fun’d” gecredi-
teerd, waarvan echter op 30 April ji. $ 1,8 ‘milhard

overgebracht werd naar een Stabilisatiefonds, zoodat
het bedrag aan ,,Gold in general fund”, ook wel met
ree gold” aangeduid, nog ruim $ 1 milli’ard bedroeg.

Tegen dit goud nu worden ‘door het Ministerie van
Financiën gou’dcertificaten ‘gedeponeerd hij ‘de Fede-
rale Reserve banken, waarvoor de Schatkist in ‘deposi-
torekening wordt gecrediteer’d.

De Regeering hezigt ‘dit tegoed voor betalingsdoel-
ein’den, waardoor ‘de ‘deposito’s ‘der hij het Federale
Reserve systeem aangesloten banken toenemen, en
daarmede de grondslag voor credietverleening door
deze banken uitbreiding ‘ondergaat.

Een andere wijze, waarop de Regeering tot een toe-
neming ‘der beschikbare middelen van de ,,member
‘banks” kan bijdragen, is ‘de aankoop van schu’ldheken-
ten’isseu van de Federale Regeering ‘door het Stabi-
lisatiefon’ds, welke ‘hiertoe ‘de bevoegdheid heeft ge-
kregen en — hetzij hierbij opgemerkt — door deze
open marktpoiitiek de contrôle op de credi’etmarkt
‘grootei,deels aan ‘de Vedera’le Reserve ‘banken ontno-
men heeft.

Het is mede een gevolg van ‘deze regeeringspolitiek,

dat’ het totale bedrag aan ‘deposito’s hij ‘de ,,reporting
niember banks” ‘op 20 Juni het peil bereikte van
$ 18.221 rnill’ioen, hetgeen ee]’ stijging beteekent van
$ 2.206 milli’oen sinds 1 Januari van dit jaar. Bij ge-
brek aan cre’cl’ietvraag van handel en
nijverheid
zijn
de banken wel genoodzaakt, dit mid’delenaccres ren-
‘dabe’l aan te wenden door investeering in schuidhe-
kentenjssen van ‘de Federale Regeering en van Staten
en Gemeenten. Het grootste ‘deel van het •accres aan
‘cleposito’s werd belegd in U.S. Government Securi-
ties, welk bezit van $ 5.205 n,illioen op 3 Jan. steeg
tot $ 6.582 op 20 Juni, ‘di. met $ 1.377 millioen, ter-
wijl ‘de rest een toeneming gaf aan liqui’de middelen,

‘gedeponeerd bij ‘de Federale Reserve banken. Deze
,,inember bank depos’its” zijn sedert Januari met bijna
$ 1,2 milliard ‘gestegen. Daarmee stegen de z.g. ,,ex-
cess reserves” der ,,rnember banks”, ‘di. het ‘bedrag,
waarmee ‘de ,,reserves” de wettelijk verplichte ‘dekking
hij ‘de Federale Reserve banken overtreffen, tot ca.
$ 1,75 mil’li’ard, een cijfer, dat geen precedent heeft
en enorme credietexpansiemogeljkheden met zich
meebrengt. Daar het ,,G’eneral Fund” op 25 Juni nog
ruim $ 900 inilli’oen groot was, en daarachter het
enorme Stabilisatiefon’ds van $ 1.800 millioen sta’at,
kan ‘de Regeering nog langen tijd met ‘de hierboven
beschreven politiek voortgaan.

Het bezit aan Regeerin’gsobligaties der Federale
Reserve banken, dat in het vorige jaar tot November gelijkmatig steeg, is echter sindsdien vrijwel op het-
zelfde peil gebleven en bedroeg in April 1934 $ 2.431
mi’lli’oen, waarbij opgemerkt kan worden, dat deze he-
legging vrijwel het geheele opereerend kapitaal ‘dezer
banken voorstelt ($ 2.485 millioen in April), zoo’dat
‘cle Federale Reserve banken het contact met ‘de geld-
markt vrijwel ‘geheel verloren hebben.
Ta
nneer
men ‘dan nog ‘de gevolgen voor de geld-
markt in aanmerking neemt, welke kunnen uitgaan
van de regeerin’gsmaa’tregelen op grond van de kort
geleden aangenomen Zilverwet, kan men begrijpen, dat velen in de Ver. Staten vrees voor ‘inflatie koes-
ieren.

Waar de goudvoorraad op 30 April $ 7.756 mii-
lioen was en ‘de Zilverwet de bedoeling heeft,
1%
van
‘den metaalvoorraa’d uit zilver te doen bestaan, zou de
zilvervoorra’ad — aannemeude, dat de gou’dhoeveel-
h
e
id ‘geen wijziging ondervindt – ‘$ 2.585 millioen
moeten bedragen. En daar ‘de hoeveelheid gemunt zil-
ver reeds $ 840 millioen ‘groot is (het is niet zeker
of ook rekening dient te worden gehouden met ‘de zil-
veren pasmunt), kan de hoeveelheid zilver met $ 1.745
millioen uitgebreid worden. Tegen de gestelde maxi-

1 Augustus 1934

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

707

Prijsvraag Mr. N. G. Pierson-fonds.

Het bestuur van het Mr. N. G. Pierson-Fon’ds deelt
mede, dat in ‘de laatst verstreken vijfjarige periode
geen geschrift is verschenen, dat, ingevolge ‘de Sta-
tuten, voor ‘beicroning in aanmerking komt.
Op dien grond heeft het bestuur besloten de vol-
gende prijsvraag uit te schrijven over onderstaand
onderwerp:

,,Uiteenzetting aangaande het verban’d tusschen de
,,regeling van het gelclwezen en het internationale
,,han’delsverkeer, mede ‘getoetst aan de ontwikkeling
,,en den invloed van de internationale kapitaalhewe-
,,gingeu na ‘den wereldoorlog.”

De toe te kennen
prijs
bedraagt
f
500.-.
De antwoorden moeten getijpt zijn en voorzien van
eet motto, ‘dat ook voorkomt in een bijgevoegd geslo-
ten en verzegel’d briefje met onderteekening. De ter-
mijn van inzending eindigt per 31 December 1935,
terwijl de bekroonde of eventueel eervol vernIelde
verhandeling, geschreven in de Nederlandsche taal,
eigendom wordt ‘der Stichting, die haar kan publi-
ceeren.
De antwoorden worden in’gewacht bij ‘den Secreta-
ris-Penningnieester van genoemd Fonds: Mr. A. N.
Molenaar, Kneuterdijk 8, Den Haag.

INGEZONDEN STUKKEN.

HËT ECONOMISCH STELSEL VAN HET NATIONAAL-

SOCIALISME

Mr. A. J. R. Mauritz schrijft ons:

Tegen Dr. Oskar Klug’s beschouwingën in de num-
mers van 4 en 18 Juli 1934 over de tegenstellingen
tusschen het liberale kapitalisme en de nationaal-
socialistische ordening, de ‘laatste volgens schr. ,,als het ware een harmonische eenheid van de producen-
ten, de beroepsstanden en den staat”, valt nog al het
een en ander in te brengen. Waar de Nederlandsche
lezer zich echter de laatste 18 maanden toch al reeds,
met alle begrip voor de economische moeilijkheden van het •groote nahuur-volk, noodgedwongen heeft
moeten wennen van de berichtgeving uit Duitschlaud
kritisch kennis te nemen, en dit een ‘gave is die bij
‘de lezers van dit blad zeker aanwezig mag worden
verondersteld, kunnen enkele kantteekeningen spe-
ciaal ‘bij het laatst verschenen artikel van dr. Klug
beperkt ‘blijven tot in hoofdzaak eenige kritiek op
diens feitelijke weergave van, wat schr. noemt, het
economisch stelsel van het nationaal-socialisme.

Waarschijnlijk nog nimmer heeft in eenig land de
ontwikkeling in het bijzonder ‘der organisatorische
verhoudingen zulk een uiterst wisselvallig en onhe-heerscht verloop gehad als de laatste an’derhalf jaar
in Duitschiand.

De situatie thans, in den zomer van 1934, laat zich
De bovengenoemde cijfers zijn ontleend aan liet ,,Fe- wdllicht het beste ongeveer als volgt karakteriseeren.

cleral Reserve Bulletin”, de ,,Comniercial and Financial

Het Duitsche arbeidsfront, met als kernen de leden
Chroiiicle” en het bulletin van de ,,Natioual City Bank”

der oude vakvereenigrngen en die ‘der nationaal-socia-
____________

listische N.S.B.O., heeft zich onder leiding van den
vrij-radicalen Dr. Ley ontplooid tot een meer dan

AANVOEREN
in
tons van 1000 KG.

Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
22-28 Juli
Sedert
Overeenk.
22-28 Juli
Sedert
Overeenk.
1934 1933 1934
1Jan. 1934
tijdvak 1933
1934
1Jan. 1934
tijdvak 1933

30.402
804.355 807.474

21.318
16.491
825,673 823.965
3.437
259.025
241.173

15.257
4.819
274.282
245.992

Tarwe

………………

609
13.256
13.060


25
13.256
13.085

Rogge

……………….
Boekweit ……………….
Mais ………………
513.554
641.421
500
119.367
120.489
632.921
761.910
5.829
222.031
204.669

30.325
19.168
252.356
223.837
189
75.547
93.571

2.206
2.771
77.753
96.342
Lijuzaad

…………..

16.
..270

138.935 141.853
443
139.904 177.595
278.839 319.448

Gerst

………………
Haver

………………..

391
53.954 48.516

25

53.979
48.516
Lijnkoek

……………..
m

3.0
.33

329
11.360 11.854
30 1.652
4.465
13.012 16.319
Tarweeel

……………
Andere meelsoorten ….
1.498 35.107
32.892

3.473
6.082
38.580
38.974

mumprijs van $ 1,29 per ounce omvat •dit zilveraan-
koopen ‘tot een kwantum van $ 1.350 millioen ounces.
Het schijnt, dat het Ministerie van plan is, de geheele
hoeveelheid nog voor het eind van dit jaar aan te
koopen.
Verklaard werd, dat voor het oogenblik tegen aan-koop van zilver zilvercertificaten zouden worden af-
gegeven, doch slechts voor •den kostprijs van •het me-
taal, terwijl de winst, ni. het verschil tussehen den
aankoopspri,is en $ 1,29 gereserveerd zou worden,
overeenkomstig de politiek, welke t.a.v. de, door
•de devaluatie, ontstane goudwinst gevolgd werd. Dit
beteekent, dat ‘de hoeveelheid certificaten, welke in
circulatie zal worden gebracht, heel wat lager zal zijn,
clan wanneer zij tot het max’im.um van $ 1,29
per ounce werden afgegeven, doch bij een kostprijs
van 50 dollarcents per ounce beteekent het toch nog
een uitgifte van ca. $ 650 millioen. De Schatkist blijft echter gemachtigd, de meerdere
hoeveelheid aan certificaten in omloop te brengen,
waardoor het bedrag aan ,,reserves” hij de Federale
Reserve banken met de ‘berekende $ 1.745 millioen zou
kunnen toenemen, waardôor de credietpotentialiteit
wederom sterk zou worden vergroot.
De inflatorisOhe werking van deze enorme verrui-
min’gen van de credietbasis hangt ‘geheel af van de
vraag, in welke mate het meerdere geld ook in cir-
culatie zal komen. Het is hij ‘de reeds zeer ruime geld-
voorziening niet onmogelijk, ‘dat het eenig gevolg van
de uitgifte van zilvercertificaten een verdringin’g van
de uitstaande Federal Reserve notes zou zijn. Wan-
neer echter een opleving in zaken komt, en ‘de crediet-
vraag belangrijk zou toenemen, dan is een inflatie-
gevaar hij deze c.redietbasis zeker niet denkbeeldig en
zou goudexport – mits niet ‘belemmerd – het gevolg

kunnen zijn.
Van beteekenis zijn daarom de cijfers, welke een
aanwijzing geven omtrent de ‘gelcicireulatie. De om-
vang vati het chartaal geld is sedert het begin van
het jaar een weinig toegenomen. Belangrijker echter
is de veranderde samenstelling van dit geld, zooals
‘blijkt uit het Federal Reserve Bulletin van Mei, waar-
in een afneming van het bedrag aan opgepotte hunk-
biljetten na ‘het einde van ‘de bankcrisis •in Maart
aangetoond wordt, blijkens een afneming van de
bankbiljettencirculatie in coupures van $ 50 en
hooger tot een bedrag van
$
350 millioen en een toe-
neming van de kasbehoefte voor loonbetalingen en
den Icleinhandel, •sedert de zomer van verleden jaar, welke een vermeerdering gaf van de bankbiljettencir

culatie in coupures van $ 20 en lager tot een bedrag

van $ 260 millioen.

Ook ‘de baukomzetten ‘der ,,memher banks” vertoo-
nee sedert Februari wederom een stijging, evenals
de
onizetsnelheid
van het ‘bankgeld. Wij verwijzen
daartoe naar de tabel in ‘het Kwartaalbericht van
25 J’uli jL (blz. 656).

708

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 Augustus 1934

20 millioen leden tellende mammoet-organisatie, waar-
van het eigenaardige is, dat zij eigenlijk geen be-
paald omschreven doel ‘heeft. Met •de regeling der
arbeidsvoorwaarden in ieder geval mag het arbeids-
front zich niet bezig houden. Dit onderwerp was oor-

spronkelijk naar Italiaansch voorbeeld toegedacht aan
de beroepsstanden, maar omdat juist, hetgeen blijk-
baar aan Dr. Oskar Klug ntgaan is, de geheele ,,be-

rufsstândische Auf’bau”, op de stichting van den
Reichsnhhrstand na, tot dusverre een groot fiasco is
gebleken, kwam de regeling der arbeidsvoorwaarden te berusten bij dictatoriaal gevolmachtigde ambtena-ren, de ,,Treuhhnder der Arbeit”. Pogingen o.a. neer-gelegd in de 1 Mei 1934 ingevoerde wet tot ordening
van den natjonalen arbei’d om uit de van het vorige
regime overgenomen loonsverstarring los te komen
en de loonregeling ondernemingsgewijze vastgesteld te
krijgen, mislukten tot dusverre steeds onder den druk der publieke opinie, zoodat telkens weer de geldende

loonnormen voor eenigen tijd moesten worden ver-

len’gd.

De schildering, die Dr. Klug in zijn artikel geeft
van de functie der beroepsstandeu heeft dan ook meer
weg van een opstelletje in de ,,Völkischer Beobach-
ter” van bv. omstreeks April 1933, dan van een zake-
lijke mededeeling hoe het nu werkelijk thans met
deze ongeboren corporaties van het Duitsche natio
naal-socialisme gesteld is. Dat enkele dezer ,,Reichs-st’dnde” in naam bestaan is wel heel weinig zeggend.
Dat ,,een ‘harmonische eenheid” op organisatorisch

terrein nog allerminst verwezenlijkt is, is ook voor
een ‘deel juist daaraan toe te schrijven, dat onder
dezelfde namen verschillende ‘groepen in Duitschiand
niet steeds hetzelfde plegen te verstaan. Een zeer
eigenaardige ,,slip of the pen” is in ieder geval dr.
Klug’s rangschikking onder de beroepsstanden van
het DAF (,,Deutsehe Arbeidsfront”). Al sedert ,Tuni
1933 toch werd door de DAF-leiders over het arbeids-
front gesproken en geschreven als •van een organisa-

tie, die juist diende te blijven ‘staan
naast
•de beroeps-

standen. Ook de geheele recente ontwikkeling van het
arbeidsfroiit, in het bijzon’der de reorganisatie van
Januari 1934 in 19 rjksbedrijfsgroepen, bewijst, dat
de arbeidsfront-leiders er voortdurend op uit zijn van
het arbei•dsfront te maken een afzonderlijke, het ge-
heele Duitsche bedrijfsleven omvattende, eenheidsor-
ganisatie, die waarschijnlijk ook, al wordt deze be-
doeling nog niet uitgesproken, de opperste zeggen-
schap in de ondernemingen moet krijgen. Voor ‘den
opbouw van afzonderlijke ‘beroepsstanden hebben in
ieder geval dr. Ley en de zijnen zich nimmer ook
maar hoegenaamd beijverd.

De organisatorische plannen van dr. Ley c.s. vor-
‘den nu sinds eenige maanden doorkruist door de ten uitvoerlegging van dr. Schmitt’s ,,Gesetz des organi-
schen Aufbaus ‘der deutschen Wirtschaft” (wet van
27 Febr. 1934), volgens welke wet het Duitsche be-
drijfsleven, met uitzondering van den landbouw, in twaalf ,,hoofdgroepen”, waarvan zeven voor de in-
dustrie, zal worden ingedeeld. De hiervoor aangewe-
zen ,,Führer der gesamten Wirtschaf t”, Philipp Kesz-ler, Generaldirektor der Bergmann Elektrizitlits A.G.,
is juist 11 Juli jl. weer van deze functie ontheven.

Hoe de verdere ontwikkeling op ‘deze gebieden nu zal
verloopen, in het bijzonder hoe de verhou’ding zal
zijn tusschen het georganiseerde bedrijfsleven eener-
zijds en het Duitsche arbeidsfront an’derzijds, ligt in
ieder geval thans nog geheel in nevelen.

Wij gelooven ook niet, dat deze verdere ontwikke-
lingsgang zich uit ,,het economisch stelsel van het
nationaal-socialisme” voorspellen laat. Daarvoor is
dit stelsel tot dusverre te stelselloos gebleken.

OVERZICHT VAN DE INDISCHE MIDDELEN.
(In duizend Guldens)

mh
sc

rijving

April

Eerste vier

Eerste vier

1
1934

1

mnd. 1934 1

mnd.
1933

Belastingen.
9
28
16
Invoerr.

mci.

Landsgoed
4.145
15.025 15.654
Uitvoerr.

mci.
Landsgoed
366 1.169
736 Accijns op gedistilleerd
77
}

268
182

petroleum, eflZ.
2.338
9.001 9.281
Pachten

………………….

lucifers
202
872
1.113
689
2.700 3.389
suiker
434
2.006

Andere ontv. I. U. en A
16
80
62

tabak

…………

156
590 638
Personee’le belasting
336 916 1.024
Statistiekrecht

………….

Tnkomstenbel. en

Crisish 3.055 9.986
9.238
Vennootschapsbelasting

.
1.291
3.969 3.828
Couponbelasting
82
111

Vermogensbelasting
99
329 580
182
2.772
3.313
Recht van openb. verkoop
70
456 909 563
2.577 2.668
Overschr. van vaste goed
131
560
542
Recht v. succ. en overgang
18
62 153

Verponding

……………..

Zegelrecht

…………….

Verg. speel- eniobbeltafels
7
49 34
Slachtbelastingen
404 1.676
1.737
Bijzondere bel. ‘buitengew.

3
17
28
6
18
8
Eloofdgeld

…………….
Laiideljke inkomsten
1.456
4.686 4.588
Belasting op loterijen

….
61
343
354
Motorvoertuigenbel.
Java en Madoera
165
453
193
Motorbelastin

i.d.
BL Gw.

69
205

1
Opgeheven belastingen
.

5
89

Totaal.
.
16.430
60.929
60.356
Monopolies.
Opium excl. opiuinfabriek
872
3.660 4.295 3.524 4.588
Zout

…………………
1.
.403
5.673
4.933
Pandhuizen

…………..841

Totaal ….
1116
1.857
13.816

Producten.
68 128
84
Landscaoutchoucbedrijf
272
821
345
lÇi’na en Thee

…………

569
2.079
2.061
Boschwczen ……………
2.116 7.906
4.264 Banka-tin

…………….
461
1.539 1.572

Totaal ….
3.486
12.473
8.326
Bedrijven.
5.011
4.363
n.
163
652
725
Waterkracht en Eleetricit
231
910 918

Steenkolen

…………….

Lanclsdrukkerij
25
242 316
Post., Telegr.- en Tel.dienst
1.
.646
7.034
7.984
Spoor. en Tramwegen
2.337 9.710
11.059

Havenwezen

………….562
BaggerdJest

………….

Totaal.
4.964
23.559 25.365
Diverse middelen.
Winstaandeel ,,B’iiliton”

Winstaandeel Jav. Bank



Afstand van grond
208
1.807 1.361
46
225
167
Mijneoncessies

………..
Boeten

en

verbeurdverki
80
292
296
Leges en salarissen
32
131
145
Hefi. t.z.v. gesi. werkover.

3
13
30
Opbrengst d. Weeskamers
25 182
241
86
102
Ontv. Gevangeniswezen
.79
764
1.009
Afkoop heerendienst. B.G.
52
216 402 389
1.607
1.724
Ontv. ziekenioricht. enz.
59
251
242
IJk van maten en gew.
61 191
172

Kadaster

…………….22

Verk. en verh. van buizen
152
622
681

Schoolgelden

…………..

Ontv.

waterleidingen

….
33
132 136
233 839
810
240
940 914
Bakengelden

…………..
Loodsgel’den

…………..
139
803
418
Allerlei

………………

Totaal.
1.953
9.101
8.850
Recapitulatie.
16.430 60.929 60.356 3.116
12.857 13.816
3.486
12.473
8.326

Totaal belastingen ………
inonopolies

………

bedrijven.

………
4.964
23.559 25.365
producten

……….

diverse rii&deien
..
1.953
9.101
8.850

29.949
118.919
116.713
Totaal generaal

1 Augustus
1
*
934

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

709

STATISTIEKEN.
BANKDISCONTO’S.

1934
1933
2
1914

Ju t
28

1′
23128
16/21
9/14
24/29
h251330
20124
Juli
Juli
Juli
Juli
li
Juli

Amsterdsm
Partic.disc.

18-14
51 9116
J1
8

2
3
1-3
1
19
14-I16
3
1
18-l18
Prolong.

1
1
1
11(
4
21(
4

I
2
1
14-
3
1
Lo,,den
DageId.
. .
3
1-1
314-1
3
14-1
3
14-1
11
4
1
1j1
1314-2
Partic.disc.
3
116
116J5
‘116’18
1
8
.15(
71,
6

1
1
/16_
7
/S
411
4
_31
4

Ben (in
4’Iin-
Daggeld…
5
1
(56
4-5h
4-51I
37/_51(
41/4_55/5
5’/s-7
Maandeld
37j.5
37j_5
37..5
371_5
4
1
1-6
5-6’js

Part, disc.
33(
4

33/
4

331
4

331
4

371
4ij
2
1
1-
1
12
Warenw…
4-4
1
1
441j
4-Ijs
41/,
4-,
ij
511

Ne,o York
Dageld
1)
1
1
1
l
1
2-‘!4
1
3
1-2
1
12
Parttc.disc.
3
116
3
/16
116
1116-5116
5/
5
_31
4

71

‘)
aoers van zi juis en uaaraan vouraigaaiiue
WCKCU L519.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Balavia
York)
t)
t
)
t
)
t)
1)

24 Juli

1934
1.47
1
a/,
7.4511,
57.40 9.734
34.52
1009
25

,,

1934
1.471′,
7.45t1
56.95 9.744 34.55
100%
26

,,

1934 1.48
7.45%
56.70 9.744
34.59
100%
27

,,

1934
1.47i5,
7.45
‘1,
57.20 9.744
34.634
100% 28

,,

1934 1.48’1
7.45112
57.60
9.754
34.68
100k
30

,,

1934
1.48
7.45s,,
57.05
9.754 34.694
100w
Laagste d.w’)
1.47%
7.44
56.60
9.734
34.47
100
Hoogste d.wl)
1.48% 7.46
57.60 9.754
34.70
10011
8

Muntpariteit
2.4878
12.1071
59.263
9.747
34.592
100

t
a a
Zwit-
serland
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid
t.)
1)
rest’)
‘,)
“)

24 Juli

1934
48.17

6.13
1.48
12.674
20.20
25

,,

1934
48.171/

6.13
1.48
12.684 20.20
26

,,

1934
48.20

6.15
1.48
12.684
2020
.
27

,,

1934
48.22

6.15
1.48
12.68
20.19
28

1934
48.25

6.15
1.48
– –
30

1934
48.23

6.15
1.48
12.69
20.19
Laagste d.w’)
48.12

6.10
1.45
12.64
20.15
Hoogste d.wt)
48.30
28.-
6.20
1.50
12.75
20.25
Muatpariteit
1
48.003
35.007
7.371
1.4881
13.094
48.52

Data
Stock-
holm)
Kopen-
hagen)
SO
)
o i •
Hel-
;in:
Buenos-
Aires’)
Mon-
treal’)

24 Juli

1934
38.424
33.30
37.45
3.30
37
1.50
25

,,

1934
38.424
33.30
37.45
3.28
3711
1.50
26

,,

1934
38.45 33.35
37.474
3.28
37% 1.50%
27

,,

1934
38.45
33.324
37.474
3.28
38
1.50%
28

1934
38.50
33.35
37.50
3.28
38%
1.50%
30

1934
38.474
33.25 37.50
3.29
38%
1.50%
Laagste d.w’)
38.25 33.15
37.30
3.25
36%
1.49%
Hoogste d.w
1
)1
38.50
33.40 37.55 3.35
38W
1.51
Ivluntpariteit
1
66.671
66.671
66.671 6.266
959/
4

2.4878
*1
Noteerine te
Amsterdam.
•l
Not, te
Rotterdam.
1)
Part.
oneave.
In ‘t Iste of 2de No. van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks oçgenomen wisselkoersen.

KOERSEN
TE NEW
YORK. (Cable).

D a
Londen
,
($ per £)
Parijs
(S P.
lOOfr.)
Berlijn
(S p. 100
Mk.)
Amsterdam.
(5
p. 100
gld.j

24 Juli

1934
5,04%
6,59s/
38,80
67,67
25

1934
5.04 6,59%
38,49 67,67
26

1934
5,03%
6,59
38,56 67,62
27

1934
5,0351
6,59%
38,35 67,60%
28

1934
5,04
6,59%
38,67%
67,60
30

1934
5,03%
6,59% 38,67 67,60

31 Juli

1933
4,48
5,28
32,10 54,40
Muntpariteit..
4,86
3,9051
23.81%
40$1
1

KOKRSEN TE
LONDEN.

Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
14 Juli
1934
21Juli
1934
1
23128 Juli1934
LaagsteHoogsle
28 Juli
1934

Alexandrië..
Piast.
p.0

97
1

97%
9731, 975
8

97%
Athene

….
Dr.
p.
525
525 525 525 525
Bangkok….
Sh.p.tical
111011
8

l/101/
s

l/101/
a

11111
8

111011
8

Budapest

..
Pen.
p. 1.
17%
17%
17%
17%
17%
BuenosAires’
d.
p.$
2671,
0

2671
8

269(
2811
8

27l81,
Calcutta
. . . .
Sh.
p.
rup.
1161!,,
1
1
61
11
,

1
1
61
132
1
1
63
13
2

11611
Constantin..
Piast.
p. £
620 620
620 620 620
Hongkong
..
Sh.
p. $
115151,
0

11571
8

11534
1/611
8

1/5151,
6

Sh.
p.
yen
112% 112%
11251,
s

11251,
112%
Lissabon….
Escu.p.c
110
11011
8

109%
110% 110’1
Kobe
……..

Mexico

….
$per.0
18
18
17% 18%
18
Montevideo
2)

d.per6
19
1934
19%
20
1934
Montreal

..
$
per
£
4.98%
4.9734
4.95
4.97
4.95s1
8

Riod.Janeir0
3

d.
per
Mii.
3
3
21s/,
’18
3,116
Shanghai

..
Sh.
p.
tael
1/4s1,
6

1
1
1
411
5

1135
114%
11411
8

Singapore
..
id.
p. $
214
51
32

2/4
5
/
82

214
2/4%
214i1
Valparaiso
9.
$
per
£
– – – –

Warschau
..
ZI. p. £
26
5
18
268/,
26%
2671
8

1

2651
11

flGÇi.i6I

,,n+.dn,,
5.611,..
ltfen
25

1,1

,,tntf
61

l,,ii
‘5.5 5.51..
0

l,,li
38
11
/,, 10
Juli 3831, vanaf 11Juli
38
11
1,

19 Juli 38
5
1s.


3) Id.
4114.

4
)90 dg.
ZILVERPRIJS GOUDPRIJS
5)

Londen’)
N.York’)

Londen
24 Juli

1934.. 20%
46

24 Juli

1934….

137111
25

,,

1934..

20%
46
1
1s

25

,,

1934….

1371114
26

,,

1934.. 20%
46

26

,,

1934….

1381_
27

,,

1934..

20l11
453%

27

,,

1934….

138,4
28

,,

1934..

201/
45%

28

,,

1934….

13814
30

,,

1934..

2031,
45%

30

,,

1934….

138/4
31

Juli

1933..

1715/
3
5
18

31 Juli

1933….

124_

27 Juli

1914..

24811
i6

59

27 Juli

1914….

84110%
1)
in pence
p.
oz.stsnd.
5)
Forelgn
silver In
$c. p.oz.
line.
3)
In
sh.
p.oz.fine
STAND
VAN ‘s RIJKS KAS
Vorderingen.

1
14Juli1934
1

21Juli1934
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
1
76.976.779,41
1
87.242.230,62
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

748.172,22
,,

221.303,45
derlandsche

Bank……………….

Voorschotten
op
ultimo Juni 1934 aan
de gem. verstrekt
op
aan haar uit te
keeren hoofds. der pers. bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. endergem.
fondsbl., alsmede
opc. op
die belas- tingen en
op
de vermogensbelasting
,,

5.787.230,50
,,

5.787.230,50 280,749,438,42
,,273.486.129,91
Id. aan

Suriname …………………
12.641.360,96
,,

12.616.949,20
Id. aan Curaçao ………………….
..2.531.787,75
….
,,

2.460.418,56

Voorschotten aan Ned.-lndië………..

Kasvord. weg. credietverst.a(h. buiteni
,, 11
..
0.782.399,23
.,
Ill.l79.672,68
Daggeldleeningen tegen onderpand
,,

11.500.000,-
,,

12.500.000,-
Saldo der postrek. v. Rijkscomptabelen

31.486.565,85
»
28.620.990,66
Vord. op
het Alg.Burg. Pensioenfonds’)


19.021.342,53
Vord. op
andere Staatsbedrijven
1)
…….17.534.472,90
Verstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan gemeenten (saldo)……
48.855.432,15
,.

48.840.432,15
V
er
p1 i c
h t
i
n ge n

Voorschot door De Ned. Bank ingev.
art. 16 van haar

octrooi

verstrekt
– –
Schatkistbiljetten in omloop ………
f445.724.000,- f444.624.000,-
Schatkistpromessen in
omloop …….
84.280.000,-
,,
84.280.000,-
Zilverbons in
omloop ….. . ……….
1.332.004,-
,,

1.330.919,50
Schuld
op
ultimo Juni

1934 aan

de gem. weg. a. h.
uit
te keeren hoofds. d.
pers. bel., aand.
i.
d. hooids. d. grondb.
e.
d. gem. fondsb. alsm.
opc. op
die


.

bel, en op
de verm. bel ……
. …….

….


Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)
,,

282398,60
,,

318.906,43
Id. a. h. Staatsbedr. der
P.T.
en
T. 1)
108.202.981,33
,,
105.705.061,73
Id. aan andere Staatsbedrijven’)

……


11.869,63
Id. aan diverse instellingen’)
……..
..33.633.852,44
,,

34.565.091,56
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
21Juli1934
1

28 Juli 1934
Vorderingen:
Saldo Javasche Bank ……………..
– –
Betaalmiddelen in
‘s
Lands kas

….

f 66.132.000,-

Verplichtingen:
Voorschot ‘sRijks kasea.Rijksinstell
»
273.475.000,-
f274.542.000,-
Schatkistpromessen
………………
1.750.000,-
,,

1.750.000,-

waaronder Muntbiljetten…………

11.370.000,-
,,

11.370.000,-


Schatkistbiljetten ………………
….

Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.

….

1.746.000,-
,,

1.746.000,-
Muntbiljetten in omloop
………………

Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.
2.101.000,-
,,

1.549.000,-
Voorschot van de Javasche Bank ….
..3.927.000,-
»

842.000,-

CURAÇAOSCHE
BANK.
Vnonnsiamate nnsten In
duizenden ,r,ildens

Circu-
Voor-
diotten
Dis-
D
Diverse
Data
Metaal
latle

l
lr
aan de
conto’s
reke- reke-
kolonie
ntnen’
ningeni

1
Juni

1934
4.555 4.589
123
99
509
108
1
Mei

1934
4.513
4.661
232
99
535
130
1
April

1934
4.513
4.612
121 120
‘580
131
1
Maart

1934
4.510 4.564
62
120
‘521
60

1
Juni

1.933
4.634 4.866
166
.
134 592
.
64
‘) luiIp. oer acuva. ‘)Sluitp. oer pasalva.

DiscWissels.24L9Sept.’33
N
T
e d.
Lissabon

…. 54 8Dec.’33

Bk

Be1Binn.Eff.
1Vrsich.
3 19Sept.’33
Londen ……
2 30Juni’32
in R.C.
3 19Sept.’38
Madrid ……
6 26 Oct.’32
Athene ……….
7

14Oct.’33
N..YorkF.R.B.
14
1Feb.’34
l3atavia ……….
4

1Juli’34
Oslo

……..
3422Mei’33
Belgrado

……..
64l6Juli’34
Parijs

……
2431Mei’34
Berlijn

……….
4 22 Sept.’32
Praag

……
3425 Jan.’33
Boekarest……..
6

5Apr.’33
Pretoria

….
3415 Mes ’33
Brussel ……….
3

26Apr.’34
Rome……..
3

11Dec.’33
Budapest ……..
44 17 Oct.’32
Stockholm
.. 24 1 Dec.’33
Calcutta

……..
34
16Feb.’33 Tokio

….
3.65

2 Juls ’38
Dantzig

……..
3

6 Mei ’83
Weenen ……
4427Juni’34
Helsingfors ……
44 20 Dec.’33
Warschau….
5 26 Oct. ’33
Kopenhagen

….
24

1Dec.’83
Zwits. Nat. Bk. 2 22Jan.’31

OPEN MARKT.

GRANEN EN ZADEN
TT.IINBOUWARTIKELEN
VLEESCH

TARWE
80 K.G. La
R000E
MAIS
GERST
64/65 K.G.
LIJNZAAD
KOMKOM-
MERS
TOMATEN
VROEGE
AARD-
RUND-
VLEESCH VARKENS- VLEESCH
Plataloco
74 K.G. Baliia
Blanca loco
La Plata
loco
La Plata
La Plata
loco
le soort
A per K.G.
APPELEN
(versch)
(versch)
Rotterdam!
Amsterdam
R’dam!A’dam
R’damlA’dam
loco Rotter-
damjA’dam
R’dam!A’dam
per lOO St.
Berkel-

Westland
p. 100 K.G.
Gesn.v.3kw.
1001<0.
per
per 100 1<0.
per 100 K.G.
per 100 K.G.
05
per 2000 K.G.
per 20001<0. er 1960 K 0
Rodenrijs
Groote-
broek
Rotterdam Rotterdam

5.
°!o
f1.
°o
f1.
%
f1.’
°Is
f1.
°
Io
f
5
1
f
O/
J
%
1925 17,20
100,0 13,07
5

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0


1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9

1927
14,75
85,8
12,47
5

95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4

1928
13,47
5
78,3
13,15
100.6
226,00
977
228,50 96,8 363,00
78,5
7,49
100,0
20, 100,0
4,93
100,0
93,
100,-
77,50
100
1929 12,25
71,2
10,87
5

83,2
204,00
88,1
179,75
76,2 419,25
90,6 7,79
104,0
16,
80,0 3,15 63,9
96,40
103,7
93,12
120,
1930
9,67
5

56,3
6,22
5

47,6
136,75
59,1
111,75
47,4 356,00
77,0 5,24 70,0
20,
100,0
4,12 83,6
108, 116,1
72,90
94,
1931
5,55
32,3
4,55
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4 3,62
48,3
14,50
72,5 4,95
100,4
88,
94,6
48,-
61,
1932
5,22
5

30,4
4,62
5
35,4
77,25
33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
5,71
76,2
11,50.
57,5
1,69
34,3
61,
65,6 37,50
48 1933
5,015 29,2 3,54
27,1
68,50
29,6 70,00
30,0
148,00
32,0 5,57
74,4
8,21 41;1
0,85
17,2
52,
55,9 49,50
63

Jan.

1932
5,05
29,4
5,O7
38,8
71,25
30.8
114,00
48,3
142,50
30,8
70,-
75,3
40,-
51,
Febr.


5,30
30,8
5,07
5
38,8
74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
68,-
73,1
34,-
43,
Maart
5,525
32,1
5,80 44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
67,
72,0
32,-
41
April
5,65
32,7
6,225
47,6
88,75
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2
63,-
67,7
28,-
36
Mei
5,60 32,6 5,30
40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2

67,7
26,-
33,
Juni

,,
5,22
5

30,4 4,15 31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
67,-
72,0
34,-
43
4,90 28,5
4,-.-
30,6
78,75
34,0
100,25
42,5
129,75
28,1 5,71
76,2
15,50
77,5
2,07
42,0

68,8
35,50
45
Aug.
5,20 30,2
4,07
5

31,2
77,50
33,5
98,25
41,6
133,00
28,8
8,
40,0

————————–

1,31
26,6
62,-
66,7
40,50
52
Sept.
5,475 31,8
4,20
32,1
78,50 33,9
88,50
37,5
150,75
32,6
5.50
27.5
55,-
59,1
42,50
54
Oct.

,,
5,25 30,5
3,92
5
30,0
74,50
32,2 79,50
33,7
138,25
29,9
17,
85,0

————————-

51,-
54,8
44,-
56
Nov.,,
Dec.,,
4,90
4,720
28,5 27,5
3,90
3,80 29,8
29,1
71,25 66,25 30,8 28,6
79,00 75,25 33,5 31,9
135,25
135,00
29,2 29,2



————————-



53,-
53,-
57,0 57,0
46,- 46,-
59 59

Jan.

1933
4,95
28,8 3,75 28,7
73,00 31,5 75,25
31,9
136,50
29,5

50,50
54,3
44,75
57
Febr.
4,775
27,8 3,70 28,3
71,00
30,7 74,75 31,7
130,25
28,2
49,25 53,0
45,-
58
Maart

,,
5,05
29,4
3,825
29,3
73,50
31,7 76,25
32,3
130,50
28,2

46,50
50,0
46,


59
April
5,15 29,9
3,75 28,7
72,75
31,4 71,25 30,2
129,50
28,0

—-








—–







—–






49,50
53,2
48,25
62
Mei
5,40 31,4 3,775
28,9
70,50 30,5
73,25 31,0
145,75
31,7 52,25
56,2
49,-
63
Juni
5,25
30,5
3,55
27,2
66,00
28,5 75,75
32,1
163,25
35,3

51,25
55,1
48,-
61

Juli

,,
5,820
33,9
3,85
29,4
64,25 27,8
78,00
33,1
176,25
38,1
5.57
74,4
13,55
67,8
0,83
16,8
49,25
53,0
48,50
62
Aug.
5,30
30,8
3,55
27,2
61,25 26,5
67,75 28,7
161,50
34,9
8,

40,0
0,86
17,4
49,-
52,7
49,25
63
Sept.
4,95
28,8
3,475
26,6
61,00
26,3 65,25 27,6
159,00
34,4

—-

2,70









13,5

50,25
54,0
54,-
69
Oct.
4,40 25,6
3,-
22,9
60,25 26,0 63,50
27,0
141,25
30,5
8,60
43,0
56,25
60,5
54,25
70
Nov.
4,55
26,5
2,95
22,6
74,50 32,2 60,00 25,4
147,25
31,8





——-


—-

59,50 64,0
54,375

70
Dec.
4,57
26,6 3,30
25,3 73,50 31,7 59,25
25,1
154,50
33,4

.-.
60,75
65,3
53,50
69

Jan.

1934
4,75
27,6 3,10 23,7
65,25
28,2
58,00 24,6
144,25
31,2

—-

—–


—-

——–

—-



——

62,50
67,2
53,75
69
Febr.,,
3,40
19,8
2,770 21,2
65,25
28,2 58,50 24,8
133,00
28,8

—-



——–

63,-
67,7
53,50
69
Maart

,,
3,25
18,9
2,72
20,8
70,75
30,6
58,75
24,9
132,00
28,5
61,75
66,4
50,50
65
April

,,
3,20
18,6
2,705
20,7
70,50
30,5
56,75
24,0
136,50
29,5
63,50
68,3
49,125
63
Mei

,,
3,32
5

19,2
2,875
21,9 62,00 26,8
63,00
26,7
154,50
33,4

—-
—-







65,75
70,7
47,50
61
Juni

,,
3,67
5

21,4
3,17 24,3
65,00
28,1
74,75
31,7
156,50
33,8




—-

























63,25
68,0 43,75
56
2 Juli
3,60
20,9
3,10
23,7
64,00
27,6
73,00
30,9
152,00
32,9
5,77
77,0
136,0

—-







—-


68,0

—-







—-


3,05 61,9
53,_6)

67,7
45,_S)

58
9

,,

,,
3,55
20,6
3,-
229
67,00
28,9 74,50
31,6
145,50
31.7
5,98
79,8
7,60

—-







—-


38.0

—-







—-


4,04 81,9
63,_7)

67,7
44,50
7
)
57 16

,,
3,60
20,9
3,20 24,5
71,50
30,9
80,00
33,9
151,00
32,6
3,17
42,3
5,43
27,2


63,_8)
67,7
44,50
8
)
57
23

,,
4,10
23,8
3,45
26,4
75,00
32,6
82,50
35,0
153,00
33,1
6,40
85,4
6,48 32,4
3,47 70,4
63,_9)

67,7
44,50
0
)
57
30

,,

,,
4,20
24,4
3,85
29,4
80,00
34,5
84,00
35,6
154.00
33,3
1)
Men zie voor
de
toelichting
op
dezen
staat
de nos.
van
8, 15
Aug.1928,
25 Febr.
1931
en
IS
Febr.
1933.

2)

Tot Jan.
1931
Hard
Winter
No.2.
van Jan.
1931
IS
Dec. 1929
tot 26
Mei 1930
7415
1<0.
Hongaarsche
vanaf
26
Mei1930
tot
23Mei1932
74 K.G.
Zuid-Russische;
van 23
Mei 1932
tot 2Oct.
1933
No.
2 Canada.
4
)1
Canada.Van
19 Seot.’32
tot
24

luli
’33
62163
K.G.
Z.-Russ
01
De
iaareemiddel(len
,iin
berekend
,,it
de een,iddelcle
r,rii,en
v,,n
Anril
Mei en
i,,ni vnn
hel befreffer

MiNERALEN
.

TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN

STEENKOLEN Westfaalschej
PETROLEUM
BENZINE
KATOEN
WOL WOL
gekamde
KOE-
KALK-
Hollandsche
Mid. Contin.
r’ide
Gulf exp.
gekarn e
Australische, HUIDEN
SALPETE]
Middling
locoprijzen
F.0. F.
Sakella-
0.
F. No.
1
bunkerkolen,
ongezeefd f.o.b.
tim
64166
0

$cts. per

U

ra,
M er,n.

,
CrossbredColo- nial Carded,
Gaaf, open
kop
Old. per
100
KO.

R’damjA’dam
5
g.
per barrel
U.S.
gallon
New-York
rides
,
omra
Liverpool
adforol
oco

r Ib
per

.
SO’s
Av.
loco
57-61 pnd.
netto
per
1000
K.G.
per
1h.
Liverpool
Bradtord per Ib.

1925
f1.
10,80
0
10
100,0
$
1.68
Oj
o

$cts.
0
10
$
cts.
°ls
pence1
0
1
pence
°fo
pence
01
pence
0/
t
,
f1.
0
10
5.
°li

1926
17,90
165,7 1.89
100,0
112,5
14,86 13,65
100,-
91,9
23,25
17,55
100,0
75,5 29,27
16,24
100,-
55,5
9,35 6,30
100,-
67,4
55,00 47,25
100,0
85,9 29,50 24,75
100,0
83,9
34,70 28,46
100,0
82,0
12,-
11,61
100
96,
1927
11,25
104,2
130
77,4
14,86
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3 7,27 77,8
48,50 88,2
26,50 89.8 40,43
116,5
11,48
95,
1928
10,10
93,5
1.20
71,4 9,98
67,2 20,00
86,0
19,21
65,6
7,51
80,4
51,50

93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,
1929 11,40
105,6
1.23
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2
6,59
70,5
39,-
70,9
25,25 85,6
32,25 92,9
10,60
88,
1930 11,35
105,1
1.12
66,7 8,77
59,0
13,55


58,3
12,-
41,0
3,92 41,9
26,75 48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82, 1931
10,05
93,1
0.58
34,5
5,04
33,9
8,60
37,0
7,33
25,0
3,08
33,0
21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7

8,6!

71,
1932
8,00
74,1 0.81
48,2
4.50 30,3
6,45 27,7
5,21 17,8
3,11
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
11,15
32,1
6,15
51,
1933
7,00
64,8
0.45 26,8
3,61
24,3
6,75 29,0
5,13
17,5
2,78 29,7
19,25
35,0
9,50
32,2
13,26
38,2 6,18
51,

Jan.

1932
8,25
76,3
0.71
42,3 5,25 35,3
6,65 28,6
5,09
17,4
3,38 36,2
16,50
30,0
9,00
30,5
11,63
33,5
7,10

Febr.,,
8,25
76,3
0.71
42,3 4,925
33,1
6,90
29,7
5,31
18,1
3,51
37,6
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9
7,25

Maart
8,35
77,3
0.71
42,3 4,62
5
31,1
6,90 29,7 5,37
18,3
3,30 35,3
16,50
30,0
8,75
29,7
10,25
29,5
7,40

April
8,65
80,1
0.86 51,2 4,34 29,2 6,25
26,9
5,08
17,4
3,08 33,0
16,50
30,0
9,00
30,5
9,25
26,7 7,40
61,
Mei
8,30
76,9
0.86
51,2 4,25 28,6 5,80 24,9 4,57
15,6
2,76 29,5
15,75
28,6
8,25
28,0
8,88 25,6
7,40
61,
Juni
8,25
76,3
0.86
51,2 4,25 28,6 5,25 22,6 4,44
15,2
2,55
27,3
15,25
27,7
7,75
26,3
9,-
25,9
7,40
61,
Juli

,,
8,10 75,0
0.86 51,2 4,25
28,6
5,80


24,9
4,97
17,0
2,77
29,6
16,00
29,1
8,50
28,8
9,75
28,1

Aug.,,
7,80 72,2
0.86
51,2 4,30 28,9 7,35 31,6
5,71
19,5
3,33
35,6
15,75
28,6
8,25
28,0
12,-
34,6
5,70
47,
Sept.
7,75 71,8
0.86
51,2
4,375

29,4
7,75
33,3
6,37
21,8
3,64 38,9
16,75
30,5
8,75
29,7
13,75
39,6
5,90
49,
Oct.,,
7,65 70,8
0.86 51,2
4,45 29,9
6,50
28,0 5,68
19,4
3,16 33,8
15,75
28,6
8.50
28,8
14,-
40,3
6,-
50,
Nov.
7,40
68,5
0.86 51,2
4,60
31,0
6,15
26,5 5,16
17,6
3,-
32,1
15,25
27,7
8,25
28,0
12,-
34,6 6,10
50
Dec.
7,25


67,1
0.745 44,3
4,435

29,8
5,95
25,6 4,73
16,2
2,80 30,0
15,25
27,7
8,00
27,1
11,50
33,1
6,20
51,

Jan.

1933
7,05
65,3
0.53
31,5
4,16 28,0
6,15
26,5
5,13
17,5
2,95 31,6
15,75
28,6 8,25 28,0
11,50
33,1
6,30
52,
Febr.,,
7,20 66,7 0.38
22,6
3,97 26,7
6,10
26,2 4,98
17,0
2,78 29,7
15,50
28,2
8,25
28,0
10,38
29,9 6,40
53
Maart

,,
7,25
67,1
038
22,6
3,87
5

26,1
6,40
27,5
4,97
17,0
2.77
29,6
15,25
27,7
7,75 26,3
10,75
31,0 6,40
53,
April

,,
7,25
67,1
0.37
22,0
3,67
24,7
6,65 28,6 5,18
17,7
2,68 28,7
15,75
28,6 7,75 26,3
11,25
32,4 6,40
53,
Mei

,,
7,15
66,2
0.23
5
14,0
2,95
19,9
7,30
31,4 5,60
19,1
3,07 32,8
17,00
30,9 8,25
28,0
12,25
35,3 6,40
53
Juni

,,
7,15 66,2
0.25
5
15,2
3,02
20,3
7,85
33,8 5,85 20,0
3,25 34,8
18,50
33,6
9,00 30,5
15,75
45,4 6,40
53
Juli

,,
7,05
65,3
0.41
24,4 3,33 22,4
7,60
32,7
5,76
19,7
3,20
34,2
20,75
37,7 9,75
33,1
16,-
46,1
6,40
53
Aug.
6,95
64,4
0.37
22,0
3,37 22,7
6,90
29,7
5,39
18,4
2,91 31,1
20,75
37,7 9,75
33,1
14,75
42,5 5,80
48,
Sept.
6,85
63,4
052
31,0 3,50
23,6 6,60 28,4
4,70
16,1
2,54 27,2
21,50
39,1
10,50
35,6
15,13
44,
1

5,85
48
Oct.


6,60
61,1
0.66

39,3 4,04
27,2 6,40 27,5 4,55
15,5
2,48
26,5
20,75
37,7
10,75
36,4
14,50
41,8 5,90
49
Nov.
6,75
62,5
0.66
39,3 3,72 25,01
6.25
26,9 4,63
15,8
2,39 25,6
23.75
43,2
12,00
40,7
13,38
38,6 5,95
49
Dec.
6,95
64,4
0.67
39,9
3,75 25,2
6,50
28,0
4,89
16,7
2,38
25,5
25,00
45,5
13,25
44,9
13,50
38.9
6,-
50
1

Jan.

1934
6,65
61,6
0.66
39,3 3,74
25,2
7,10
30,5
5,47
18,7
2,59
27,7
27,00
49,1
14,75
50,0
13,-
37,5
6,15
51
Febr.
6,30
58,3
0.64
38,1
3,25
21,9
7,50
32,3
5,64
19,3
2,68
28,7 23,75
43,2
12,75
43,2
13,-
37.5
6,20
51
Maart
6,25
57,9
0.63
37,5 3,05
20,5
7,40
31,8
5,50
18,8
2,76 29.5
23,25
42,3
11,75
39,8
12,50
36,0 6,25
52
April
6,30
58,3
0.62
36,9
2,795
18,8
6,95 29,9 5,37
18,3
2,50
26,7
23,00 41,8
11,50
39,0
12,-
34,6
6,30
52
Mei
6,25
57,9
0.62
36,9
2,88
19,4
6,80 29,2 5,20
17.8
2,48
26,5
21,00
382
10,50
35,6
11,88
34,2 6,30
52
Juni
6.15
56,9
0.62
36,9
2,83
19,0
7,15 30,8
5,23
17,9
2,77
29,6
19,00
34,5
9,50
32,2
11,50
33,
1

6,30
52
2Juli
6,15
56,9
0.62
36,9 2,66
1
)
17,9
7,15
30,8
5,176)
17,7
2,776)
29,6
18,00
10
)
32,7
9,25
10
)
31,4
1
1
,50′
33,1
6,30
52
9

,,

,,
6,15
56,9
0.62
36,9
2,69
3
)
18,1
7,35
31,6
5,217) 17,8
2,83
7
)
30,3
17,25″)
31,4 9,00
11
)
30,5
11,50
10

33,1
6,30
52
16
6,15
56,9

1

0.62
36,9
2,69
4
)
18,1
7,80 33,5
5,28
3
)
18,0
2,90
8
)
31,7
16,75
12
1
30,5
9,00
12)
30,5 6,30
52
13

,,

,,
6,15 56,9
0.62
36,9
2,695)
18,1
7.75
33,3
5,20
9
)
17,8
2,83
9
) 30,3
16,25
13
)
29,5
8,50
13
)
28,8 6,30
52
30

,,
6,15
56,9
0.62
36,9

7,80

1
,
33,5
1
1
1 1
6,30
t

52
Jaar- en maandgem.afger.op
‘/s
pence.
2)
6Juli.
3)
13Juli.
4
)21
Juli.
5)27
Juli.
6)
4
Juli. 7
)11 Juli.
8
)17
Juli.
9
)
25 Juli.
10)5
Juli.
1)

12Juli.
12)

19Juli.
11)
26Juli.
14)

3Juli. 15)241

ZUIVEL EI EIEREN
. .

METALEN

BOTER
BOTER

KAAS
Erer
EIEREN
KOPER
IJZER
GIETERIJ-
ZINK
GOUD
ZILVER
perK.G.
Leeuwar-
Alkmaar
Fabrieks-
Oem. not.
Eiermijn
Standaard
Locoprijzen
Lo
°
en
Lodn
loc’rizen
LoJe
er
Cevel
d
and

No 3 f

‘b

IJZER
(Lux III) p.
Locoprijzen Londen
cash
Londen
cash
Londen per
derComm.
Noteering
Zuivel- Centr.

kaas
kI. m!merk
Roermond
p.
100 St.
Londen
per Eng. ton
e E

t
r

ng. on
n

to
g.

it
M:ddl • .

.
‘En es.
e
p r

g.

n
Eng. t. f.o.b.
Antwerpen per

Eng.ton
per ounce
fine
Standard
Ounce
.
perSOK.G.

f1.
%
fi.
f1.
Olo

R.
°Io
9
0
10
£ 0
10
°Io
Sh.
0
10
sh.
% £
0
1
0

ah.
5/
o

pence
O
J
1925
2,31
100,0

56,-
100,0
9,18
100,0
62.116
100,0
36.816
100,0
261.171-
100,0
73J-

100,0
67/-
100,-
36.316 100,-
8516
100,-
32’i
00,0
1926
1,98
85,7

43,15
77,1
8,15
88,8
58.1!-
93,5
31.116
85.3
290.1716
111,1
8616
118,5
6818
102,5
34.216
94,3
851-
99,5
28″,i
89.3
1927
2,03
89,9

43,30
77,3
7,96
86,7
55.141-
89,7
24.41-
66,4
290.41-
110,8
73!-

100,0
6416
96,3
28101-
78,8
851-
99,5
2&’i4
83,3
1928
2,11
91,3

48,05
85,8
7,99
87,0
63.161-
102,8
21.11-
57,8
227.5
1

86,8
661-
90,4
6218
93,5
25.5
1
6
69,9
85/-
99,5 ?.6lljt

81.1
1929
2,05
88,7

45,40
81,1 8,11
88,3
75.141-
121,9
23.51-
63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6
24.1716
68,8
851-
99,5
24
7
1,8
76,2
1930
1,66
71,9

38,45
68,7
6,72
73,2
54.131- 88,0
18.116
49,6
142.51-
54,3
67(-
91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
851-
99,5
17
1
Jir
55,4
1931 1,34
58,0

31,30
56,9
5,35
58,3
36.51-
58,4 12.1/-
33,1
110.11-
42,0
551-

75,3
4716
70,9
11.106
31,9
9216
108,2
13
1
1
41,6
1932
0,94 40,7

22,70
40,5
4.14
45,1
22.171-
36,8 8.121- 23,6
97.21-
37,1
42f-
57,5
371-

55,2
9.161-
27,1
118-
138,0
127
40.1
1933
0,61
26,4
0,96
20,20
36,1 3,71
40,4
22.216
35,6
7.17,6
21,6
131.181-
50,1
411-
56,2
351-
52,2
10.1216
29,4
124/73/
4

145,8
12
3
/
38,5

lan.

’32
1,16
50,2

25,75
46,0
4,71
51,3
27.1416
44,7
10.141-
29,4
98.181-
37,8
4116
56,8
42/-
62,7
10.6(6
28,5
12013
140,7
I3
1
1
43,2
ebr. ,,
1,34
58,0

27,75
49,6
3,79
41,3
26.4!-
42,2
IO.5J-
28,1
99.2/6
37,9
41 6
56,8
40/-
59,7
10.-!-
27,6
119/6
139,9
14

.
43,6
Vrt.

,,
0,98
42,4

23,65
42,2
3,425
37,3
24.
18!-

40,1
9.9
1

25,9 96.61-
36,8
441-
60,3
401-
59,7
9. 1 1
f-
26,4
1 14/-
133,5
13
3
1
4

42,8
‘.pr.

,,
0,99
42,9

19,60
35,0
2,77e
30,2
23.81-
37,7
8.16j6
24,2
84.1516
32,4
451-

61,6
3716
56,0
9.21-
25,2
11013
129,0
13
1
18
40,9
ei

,,
0,82
35,5

19,65
35,1
2,88
31,4
21.61-
34,3
8-!-

22,0
89.13j6
34,2
441-
60,3
3716
56,0
9.91-
26,1
11219
132,0
12
5
19
39,3
Rini

,,
III
48,1

24,25
43,3
3,08
33,5
20.1216
33,2
7.51-

19,9
84.9j-
32,3
441-
60,3
3716
56,0
8.13/-
23,9
113/6
132,7
12
39,3
luli

,,
0,96
41,6
0,45
19,55
34,9
3,12
5

34,0
19.216
30,8
7.316
19,7
90.1716
34,7
42j6
58,2
37/-
55,2
8.616
23,0
1161-
135,7
12
3
18
38,5
Aug.

,,
0,76 32,9
0,58
17,90
32,0
3,72
40,6
22.416
35,8
7.1716
21,6
101.-!-
38,6
421-
57,5
3616
54,5
9.13/6
26,7
11816
138,6
12
1

1
116
39,9
Sept. ,,
0,84
36,4
0,65
19,70
35,2
4,64
50,5
25.8
1

40,9
9.1016 26,1
109.916
41,8
42!-
57,5
351-
52,2
11.21-
30,7
11819
138,8
13
40,5
Dct.
0,82 35,5
0,73
25,50
45,5
5,73
62,4
22.5l6
35,9
8.7/-
22,9
105.1316
40,4
411-
56,2
3415
51,5
10.816
28,8
12116 142,1
12
1
1
38,9
ov.

,,
0,81 35,1
0,78
26,50
47,3
6,65
72,4
21.191-
35,4
8.416
22,6
104.716
39,9
401-
54,8
3416
51,5
10.81-
28,7
12519
147,2
121
38,3
Dec.

,,
0,73 31,6
0,85
22,55
40,3
5,125
55,7
19.1216
31,6
7.916
20,5
100.1016
38,4
391-
53,4
3416
51,5
10.71-
28,6
12519
147,2
11112
35,8

lan.

’33
0,73 31,6
0,89
21,75
38,8
4,27
46,7
19.171-
32,0
7.81-
20,3
100.1/6
38,1 4016
55,5
34/6
51,5
919f-

27,5
12218
143,5
11
11
116
36,4
Febr. ,,
0,65
28,1
0,91
20,60
3(5,8
435
47,4
20.31-
32,5
7.71-
20,2
104.716
39,9
43f-
58,9
34!-
50,7
9.151-
27,0
12015
140,8
111&
/1
37,2
Art.

,,
0,53
22,9
0.99
19.40
34,6
2,80 30,5
39.-16
32,3
7.101-
20,6
104.18)3
40.1
43f-
58,9
3417
51,6
10.71-
28,6
12015
140,8
12
7
/
38,7
Apr.

,,
0,54
23,4
t,-
18,55
33,1
2,075
22,6
20.1116
33,1
7.1216
20,9
109.171-
42,0
43!-
58,9
3516
53,0
10.816
28,8
12011
140,4
12
13
1i6
39,9
4ei
0,52
22,5
1,-
21,80
38,9
2,49
27,1 .
23.6/6
37,6
8.61- 22,9
128.17j6
49,2
4116
56,8
3616
54,5
10.13!-
29,4
12316
144,4
13
1
14
41,2
luni

.,
0,52 22,5
1,-
23,50 42,0 2,50
272
25.7!-
40,8
9.4/-
25,3
151.101-
57,9
421-
57,5
371-
55,2
11.1216
32,1
122134
143,0
13114

41.2
juli
0,55
23,8
1,-
18,50
33,0 2,60
28,3 ‘
25.161-
41.6
9.21-
25,0
143.1j6
56,5
4116
56,8
351-
52,2
12.11-
33,3
123/10*
144,9
127118

38.7
Aug.

,,
0,63
27,3
1,-
18,90
33,8
3,575

38,9
24.51-
39,1
8.416
22,6
145.31-
55,4
41/-
56,2
351-
52,2 1171-
31,4
125110
147,2
12
37,4
Sept. .
0,66
28,6
0,95
18,40
32,9
3,91
42,6
22.16/6
36,8
7.161-
21,4
140.1716
53,8
39 6
54,1 3416
51,5
10.1816
30,2
130111 153,1
11
15
11
37,2
Dct.
0.68
29,4
0,90
19,45
34,7
4,68
51,0
22.I-
35,5
7.14/-
21,1
145.5!-
55,5
3916
54,1
34/6 51,5
I0.I3-
29,4
131/t
153,3
II
7
/
37,0
Nov.

,,
0,65
28,1
0,90
20,80
37,1
5,80
63,2 1
20.616
32,7
7.1316
21,1
150.916
57,5
40-
54.8
3416
51,5
9.19,6
27,6
128154
150,1
12
1
14
38,1
Dec.

,,
0,60
26,0
1,-
20,40
36,4
5,475

59,6
21.11-
33,9
7.121- 20,9
153.81-
58,6
4016
55,5
36J-

53,7
9.191- 27,5
12612
147,6
121,6
39,1

Jan.’34
0,50
21,6
1,-
20,40
36,4
5,05
55,0
21.71-
34,4
7.71-
20,2
148.31-
56,8
3916
54,1
36/-
53,7
9.121-
126,5 12916
151,5
12
3
14
39,7
Feb.,,
0,47
20,3
1,-
21,55
38,5
3,68
40,1
20.916
33,0
7.41-
19,8
140.131-
53,7
3916
54,1 3615
54,4
9-16
24,9
13711
160,3
12
1
(
38,9
Mrt.,
0,44
19,0
1,
19,90
35,5
2,71
29,5
20.31- 32,5
7.316
19,7
144.1516
55,3
4016
55,5
3513
52,6
9.21-
25,2
13618
159,8
12
5
(
39,3
Apr.,,
0,42
18,2
1,-
17,20 30,7
2,72
29,6
20.1416
33,4
7.416 19,8
150.1016
57,5
4116
56,8
3412
51,0
9.716
25,9
135114
158,0
12
7
16
38.7
Mei ,.
0,41
17,7
1,-
16,05
28,7
2,54
27,7
20.41-
32,5
6.1616
18,7
144.1916 55,4
4016
55,5
3219
48,9
9.21-
25,2
136/3
159,4
12
1
116
37,5
Juni
0,41 17,7
1,-
19,40
34,6
2,74′
29,9
19.1816
32,1
6.14(-
18,4
140.1/-
53,5
4016
55,5
3119
47,4 8.161-
24,3
137184
161,1
12
1
14
38,1
2 Juli
0,3910
16,9
1,-
21,50
14

38,4 2,75
30,0
19.716
31,2
6.151-
18,5
140.516
53,6
4016
55,5
3116
47,0
8.6
1
6
23,0
137110
161,2
13
40,5
9

«

.
0,39″
16,9
1,-
21,50
15
38,4
2,80
30,5
18.181-
30,4
6.1316
18,3
142.181-
54,6
406
55,5
32!-
47,8
8.8/-
232
I37I1I
161,4
2
7
1e
40,1
16

,,
9392
16,9
1,-
21,50
16
38,4
2,75
30,0
18.5!-
29,4
t.151-
18,5
142.
18!-

54,6
40 6
55.5
32 6
48,5
8.316
22,’i
137/1 14
161,4
12

J16
39,9
23

,,
0,4ll
17,7
1,-
21,507
38,4
2,80
30,5
18.51-
29,4
6.1216
18,2
142.166
51,5
4016
55,5
3216
48,5
8.51-
22,8
137/104
161,3
12/2
38,9
30

,,
2,95
32,1
18-16
29,0 6.1516
18,5
143.716
54,8
4016
55,5
3216
48,51
8.6,6
23,0
1384
167,7
1211
2

38,9
i Sept. 1932
79
K.G.
La Plata;
van
26 Sept.
1932
tot S
Febr. 1934
Manitoba
No. 2 S)TotJan.
1928
Western;
vanaf
Jan.
1928
tot 16
Dec. 1929
American
No.
2. van
In. 1928
ialting:
van
lan. 1928
tot 9 Febr.
1931
America”
No.
2. van
9 Febr.
1931
tot 23
Mei 1932
fi45

K.O.
7.iiid-Russische.
Van
23
Mei-19
Sept.
1932
No. 3
ar.
6)
7 Juli.
7)

14 Juli.
8)
21 Juli.
9)

28 Juli.
10)
5 Juli.
11)

12 Juli.
12)
19 Juli.
13)
26
Juli.

14)
6 Juli.
5)
13 Juli.
16)

20 Juli.
17)
27 Juli.

BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN

VURENHOUT
S T Ë E N E N
CACAO
COPRA KOFFIE SUIKER
THEE
INDEXCIJFR

Zwedeni
binnenniuur

buitenmuur
G.F. Accra
Ned._lnd.
Lo
R
coprizen

Standaard
Ribbed Smoked
Kolo-
F,nland
perstandaard
per

per
s

KrC..f
perIOO K.G.
Rotterdam –
Sheets
R’danifA’dam
lava- en Stma-
Orond
stoffen
niale

per 1000 stuks per 1000 stuks
Ne,ierland Amsterdam
per ‘!

K.G.
loco
pe
I
;
o
l
n
b
ien

per 100 K.G.
hatheep.’j1KO.
d?en

.
t
O(
f
O/
t
oj
o

sh.
%
t
°lo
Cts.
OJ
Sh.
Ot,
f1.
°lo
cts.
%
1925
159,75
100
15,50

100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,87S
100,0
61,375
100,0 2111,625 100,0
18,75
100,0
84,5
100,0
100.0 100.0
1926
153,50
96,1
15,75

101,6
19,50
102,6
491-
115,3
34,-
94,8
55,375
90,2
21-
67,4
17,50
93.3 94,25
111,5
96.0
102.6
1927
160,50
100,5 14,50
93,5
18,50
97,4
68/-
160,0
32,62
5

90,9
46,875
76,4
116,375
51,6
19,12′
102,0
82,75
97,9
87.5
109.1
1928
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
5713
134,9
31,87
5

88,9
49,625
80,9
-110,75
30,2
15,85
84,5
75,25
89,1
84.6
97.4
1929
146,00
91,4
14,-
90,3
21,25
111,8
45110
107,9
27,37′
76,3
50,75
82,7
-110,25
28,8
13,-
60,3
60,25
82,0
81.9
85.5
1930
141,50
88,6
12,50
80,6
20.75
109,2
34111
82,2
22,62′
63,1
32
52,1

1
5.875
16,5
9,60 51,2
60,75
71,8
66.0 64.3
1931
110,75
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,37′
42,9
25
40,7 3
8,4
8.-
42,7
42,50
50,3
46.8 46.6
1932
69,00
43,2 9,25
59,7
15,-
78,9
1916
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-11.75
4,9
6,32′
33,7
28.25
33,4
36.1
38.0
1933
73,50
46,0
10,-
64,5
12,75
67,1
15/4
36,0 9,30 25,9
21,10
34,2
-/2,25
6,3
5,525
29,5
32,75
38,7
35.2
34.7

Jan.

’32
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
17(9
41,8
13,12′
36,6
23
37,5
-12,125
6,0
7,35 39,2 32
37,9
38.5
39.1
Febr.
,,
82,50
51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
18/1
42,6
14,50
40,4
23
37,5
-,2
5,6
7,05 37,6
30
35,5
38.3
38.3
Mrt.

,,
70,00
43,8
9,75 62,6
18.-
94,7
2119
51.2
14,75
41,1
23
37,5

11,625
4,6
6,25 33,3
31
36,7
31.0
39.7
Apr.

,
70,00
43,8
9,75 62,6
18,-
94,7
2016
48,2
14,-
39,0
23
37,5
,1,5
4,2 5,90 31,5
29,25
34,6 36.2
38.0
Mei

,,
70,00
43,8 8,50
54,8
15,

78,9
2016
48,2
13,25
36,9
23,50
38,3
-11,5 4,2
5,62′
30,0
30,25
35,7
35 2
38.1
Juni
70,00
43,8
8,50
54,8
15,

78,9
2016
48,2
12,375
34,5
24
39,1
,
.’1,375
3,9
6,30 33,6
28,50
33,7
34.2
38.7
Juli
67,50
42,3
8,50
54,8
15,-
78,9
20/1
47,3
12,375
34,5
24
39,l
(


1
1,375
3,9
6,70
35,7
23,75
28,1
34.3
37.6
Aug.
63,00
39,4 8,50 54,8
15,-
78,9 20/7
48,4
12,37′
34,5
24
39,1
,

1
1,75
4,9
6,57
5

35,1
22,75
26,9
35.9
31.4
Sept.
,,
60,00
37,6
8,75 56,5
15,-
78,9
21
1
2 49,8
12,75
35,5
25,25
41,1

12,125
6,0
6,52′
34,8
23,75
28,1
37.8
38.5
Oct.

,,
63,50
39,7

58,1
14,50
76,3
1818
43,9
12,375
34,5
26,50
43,2 -11,75
4,9
6,32′
33,7
28,50
33,7
36.2
38.7
Nov.
63,50
39,7
9,50
61,3
14,25
75,0
1716
41,2
12,125
33,8
24,50
39,9 -11,75 4,9
5,87′
31,3
30,75 36,4
35.3
37.2
Dec.
65,00
40,7

64,5
13,75
72,4
1714
40,8
11,75
32,8
24
39,1
-11,75
4,9
5,50
29,3
28,25
33,4
34.0 35.7

Jan.

’33
70,00
43,8
9,25
59,7
13,50
71,1
1616
38,8
11,50
32,1
24
39,1
-11,625
4,6
5,375
28,7
25
.
29,6 33.2
34.1
Febr.

70,00
43,8
9,25
59,7
13,-
68,4
1519
37,1
10,62
5

29,6
23,75
38,7
k

-11,5
4,2
5,60
29,9
26,75
31,7
32.1
34.4
Mrt.

,,
70,00
43,8 9,50
61,3
12,25
64,5
1613
38,2
10,375
28,9
23,50
38,3,
-11,5
4,2
6.-
32,0
26,25
31,1
32.4
34.9
Apr.
70,00
43,8
9,75
62,6
12,75
67,1
1515
36,3 9,50
26,5
23,50 38,3

11,625
4,6
6,07′
32,4
27,50 32,5 32.8
34.9
Mei
70,00
43,8
9,50 61,3
12,50
65,8
1616
38,8
9,50
26,5
23 37,5
-12
5,6
6,02′
32,1
26,50
31,4
34.2
35.0
Juni

,,
72,50
45,4
10,-
64,5
13,-
68,4
1811
42,6
10,-
27.9
22,50 36,6
-12,375
6,7
6,35 33,9
31
36,7
37.2.
37.5
Juli

,,
75,00
46,9
10,25
66,1
13,-
68,4
1718
41,6
9,475

26,4
22,50 36,6
-‘2,625
7,4
5,92
5

31,6 33,50
39,6
38.2
37.4
Aug.

,,
75,00
46,9
10,50
67,7
13,

68.4
1615
38,6
8,75
24,4
20,75
33,8

12,625
7,4 5,275
28,1
35,25
41,7
36.5
35.6
Sept.
,,
80,00
50,1
10.50
67,7
12,50
65,8
14
1
5
33,9
8,25 23,0
19,75
32,2

1
2,5 7.0
5,375

28,7
36,75
43.5 36.7 34.6
Oct.

,,
80,00
50,1
10,50
67,7
12.50
65,8
12/7
29,6
7,628
21,3
17,75
28,8 -12,625
7,4
4,90
26,1
42,25
50,0
36.5 33.4
Nov.
75,00
46,9
10,-
64,5
12,50
65,8
1216
29,4
8,

22,3
16,25
26,5
-/2,75
7,7
4,65
24,8 40,50
47,9
36.4
32.7
Dec.


75,00
46,9
10,75
69,4
12,50
65,8
1115
26,9
7,975 22,2
16
26,1
-12,875
8,1
4,75
25,3
41
48,5
31.1
31.3

Jan.’34
75,00
46,9
10,75
69,4
12,75
67,1
12110
30,2
7,45 20,8
16,50
26,9
-12,875
8,1
4,95 26,4
45,50
53,8
36.9
33.8
Feb..
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
1415
33,9
7,25 20,2
17,25 28.1

13
8,4
4,975

26,5
46,75
55,3
35.9
35.9
Mrt.,
80,00
50,1
9,75 62,6
12.-
63,2
1411
33,1
‘7,-
19,5
17,75
28,9

13,25
9,1
4,525
24,1
45,50
53,8
35.7

35.2
Apr.,
80,00
50,1
9,75 62,6
12,-
63.2
1414
33,7 6,55
18,3
17,75
28,9
-13,625
10,2
4.25
22,7
44,25 52,4
35.6
34,5
Mei .
80,00
50,1
0,25
59,7 11.25 59,2
1512
35,7 6,725
18,7
17
27,7
-(4
11,2
4,15
22,1
42,75
50,6
35.1
34.3
Juni,
77,50
48,5
8,-
51,6
10,-
52,6
15/4
36,1
7,-
19,5
17
27,7

14
11,2
4,20
22,4
41,-
48,5
34.5
33.8
2

Juli
,,
77,50
48,5
14/7
34,3
6
1
6116
19,3
17
27,7
-14,25
11,9
4,125
22,0
40,50
11
)
47,9
34.1
33.1
9

,
77,50 48,5
14(3
33,6
7,-
19,5
17
27,7
-/4,375
12,3
4,125
22,0
34.1
33,0
16

,
77,50
48,5
10-
32,9
7,-
19,5
17
27,7

1
4,375
12,3
4,-
21,3
34.2
32.5
23

,,

,
77,50
48,5
12
1
9
30,0
6,80
19,0 16,50
26,9 -14,4375
12,5
3,87
5

20,7
34.1
31.4
30

,,

,
1

77.50

1
48,5
1

1
6.90
19,2
16,50

1
26,9
1

-14,4375
1

12,5
3,75

1
20,0 1
34.1
31.2
.B. Alle
Pondonnoteerinaan
vanaf
21 Sept.
1
31
zUn
00
aoudbals
omaarekend,
de Dallarnateerineon
,,anaf
20
Anril ’22
IIn n *,erhn,..4I
nnan
.I
den Dollar t.o.v. denGuldon verlaagd.

– –
-. — .-… — -..
11

712

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 Augustus 1934

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 30 Juli 1934.

Activa.
Binnen!. Wis-j llfdbk.
f

22.751.551,17
sels, Prom.,

Bijbnk.

372.965,06
enz.in
disc.

Ag.sch.
,,

3.826.602,69

f
26.951.118,92
Papier o. h. Buiten!, in disconto

……

Idem eigen portef.

f

1.360.725,-
Af: Verkocht maar voor
de bk.nog niet afgel.


1.360.725,
Beleeningen

Hfdbk.
f
101.959.029,371)
nc1. vrsch.
inrek.-crt.

Bijbnk.

5.743.830,69
Ag.sch.

44.451.940,78
op onderp.

f
152.154.800,84

Op Effecten

……f
146.912.401,17
1
)
Op Goederen en Spec.
,,

5.242.399,67
152.154.800,841)
Voorschotten a. h. Rijk …………….
,,

Ilunt, Goud
……f
102.173.390,-
t1m,ntmat., Goud •.

761.197.355,56

f

863.370.745,56
Munt, Zilver, enz.

,,

22.690.257,58
Iluntmat.

Zilver..


11
886.061.003,142)
Belegging
1/

kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

……………………
,,
21.353.441,25
Gebouwen en Liteub. der Bank ……..
,,
4.970.000,-
Diverse

rekeningen ………………
,,
18.857.655,20
Staat d. Nederl. (Wetv. 27/5/’32, S. No. 221)
,,
16.996.491,37

f
1.128.705.235,72
Passiva.
Kapitaal ……………………….
f

20.000.000,-
Reservefonds ……………………
,,

3.807.914,92
Bijzondere reserve ………………
,,

5.000.000,-
l’ensioenfonds ………………….
,,

9.257.288,58
Bankbiljetten in omloop …………..
,,

908.965.695,-
Bankassignatien in omloop ………..
,

94.224,28
Rek..Cour.
J
Het Rijk
f
65.789.432,90
saldo’s: ‘1,, Anderen
,,
114.021.659,56

179.811.092,46
Diverse rekeningen ………………
,,

1.769.020,48

f
1.128.705.235,72

Beschikbaar metaalsaldo …………
f
450.326.132,10
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is
,,
1.125.815.330,-
Waarvan aan Nederlancfsch-lndjë
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsblad No. 99) ……..
f
73.789.100,-
Waarvan in het buitenland …………………… …32.341.465,81

Voornaamste posten in duizenden guldens.

Goud

Andere Beschikt,. Dek-
Dat a

Circulatie
opeischb. Metaal- kin
ga

Munt
1
Munt
mat,

schulden
saldo

perc.

30 Juli
1
34 102173 761.197

908.966 179.905 450.326 81
23

’34 102173 761.197 887.018 197.947 452.422

82

25 Juli 14 65.703 96.410 310.437

6.198 43.521

54
Totaal
Schatkist-
Belee

Papier
Diverse
Data

bedrag promessen ni

op hel

reke-
(tiSCOnto’s
rechtstreeks

ogen

buiten!. ningen
11

30 Juli 1934 26.951

152.155

1.361

18.858
23
,,

1934 27.055

147.979

1.361

18.231
25 Juli 1914 67.947

61.686 20.188

509
2)
Onder de activa.

JAVASCHE BANK.

Data
Goud
Zilver
Circulufie
Andere
opeischb.
schulden
Beschik!
n,elaal

saldo

28 Juli ‘342)
TT200
183.610
33.890
54.200
21

,,

1342)
140.530 185.060
32.990 53.310

30Juni1934
112.493

28.840
184.868
27.720
56.298
23

,,

1934
111.993

28.903
184.175
28.542
55.809

25Juli1914
22.057

31.907 110.172
12.634
4.842

Data
_______________
N.-Ind.
betaaib.

Dts-
conto’s
Belee-
1
nin gen
1

Diverse
reke-
om
gen
1)

£Je,,.-
kings-
percen-
lage

28 Juli ’34
2
)
970
1850
12.750
65
21

,,

’34
5
)
1.280
75.650
11.830
64

30 Juni1934
610
10.630
66
9.570

‘ 52.036
23

,,

1934 1.336
9.606 1

49.816
10.326 66
25 Juli1914
6.395
7.259

75.541
2.228
44
‘) Sluitpost activa.
2)
Cijfers
telegrafisch ontvangen.

BANK VAN ENGELAND.

1
Bankbilf.
Bankbilf.
Other Securilies
Disc,
and lSecurities
Data
Metaal
1

in
in Bankingl circulatie
1
Departm.

1
Advances
1

25 Juli

1934
1192.154 383.949

67.631

1
7.532

10.746
18

,,

1934
1192.179
1
383.889

67.691

1
7.463

12.484

22 Juli

1914
40.164
29.317
1

33.633

Gov.
Public
Other Deposits
1
1

Dek-
Data
Sec.
Depos.
Bankers
1

Other
1
Reserve)
kings-
lAccountsl
1
perc.
1
)

25 Juli’34
83.467
10.939
104.788 1 36.094
68.2051
44,9
18

,,

’34
83.187
20.644
96.881

35.809
68.2901
44,5

22 Juli ’14
11.005
14.736
42.185
1
29
.
297
!
52
‘vcii, uuu,.,g tusaclicci
iscscj
ve en LJCQSltS.
BANK VAN FRANKRIJK.

Te goed 1 Wis- Waarv.I
Belee-
Rentelops
1
voorschot
1
op het
1
Data

Goud
Izüverl
in
1 buil
1
l.
1
sels
1
buiten!.)
ningen
lv.d.
Staat

20 Juli’34
79.992 1
669)
15
1

4
.8
57
1
1.1411
4.604 1
3.200
12

,,

’34
79.738 1
6481
15
4.9761
1.1411
4.6381
3.200

23 Juli’14
4.104
640
!

1.541!
sI
769
1

Boos i’.
d.I
Diver-
Rekg.
Courant
Data
zelf
st.
sen
1)
Circulatie
Zeifst

1
Parti-
amort.
k.
Staaf
1
ao
,
ort.)c.I
culieren

20 Juli’34
5.918 2.333
1

80.696
407 t
3.020 1
16
.
0
66
12

’34 5.918
2.246
1

81.482
387 1
3.025

115.133

23 Juli’14


5.912
401

943 ‘)
Sluitpost
activa.
DUITSCHE
RIJKSBANK.
Daarvan
1
Dei’iezen
Andere
1
Data
Goud
bij bui-

1
als goud-
1
wissels
Belee-
(en!.
circ.
1
dekking

1
en
1

om
gen
banken
1))

geldende
1
cheques

23 Juli

1934
74,7
23,6
3,2
3.125,9
59,1
14

,,

1934
72,2
17,9
5,6
3.305,1
1

60,6

30 Juli

1914
‘1.356,9
– –
750,9
1

50,2

Data
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.-
Diverse
ten
Activai)
lotie
Crt.
Passiva

23 Juli

1934
385,6
593,8
3.472,2
1

620,2
163,8
14

,,

1934
377,8 571,0
3.595,7
1

605,6
163,5

30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
1

944,-
40,0
11 Onbelast. 21 Wo.
Rentenbankscheine
23. 14

luli
1934. resn.
94. 77 miii
NATIONALE BANK VAN BELGIË.

aa

Goud
.
2′

n

Rekg.
Cr1.

1934
c’
0′
,
.
.
:
u
-‘
ë3

0
,

26 Juli
2.626
68
661
57
344
40
3.502
97
188
18

,,
2
66
661
59
344
40
3.508
84
195

Goudvoorraad
Wissels

Data
,,Oiher
cash”
2)
Totaal
1

Goud-
I

certifi-
1

In her-

1
disc. v. d.
1

in de
open
bedrag
caten’)
1

member

1
markt
1

banks

1
gekocht

10Juli ’34
4.835,7
1

4.81.0,6
231,3
1

22,7

1
5,3
3 .

’34
4.807,9
4.782,7 211,6
F

29,0

1
5,3

Data
Belegd
in u. s.
F. R.
Notes
1
Totaal
I
Gestort
1
Goud-
1

Dek-
1
Algem.
1

Dek-
Gov.Sec.
in
circu-I
sito’s IKapitaall
kings-
1

kings-
latie
1
1 1
perc.S)

1

perc.
4)

103 uh

‘341
2.431,8 13.098,3
14.188,1
I
147,2

1
69,5
1


3

’34
2.431,8 1
3.121,7 4.129,7
147,1
69,2
1


‘)
LJcLc Lv,
t,,lcaLCLI weluen uvur ue OCIIUtKISL aan ue .çeserye oa,,nen
gegeven voor de overname van het goud, toen de $ op 31Jan.’34 van
lOO op 59.06 cents werd gedevalueerd.
Other Cash” does not inelude Federal Reserve Notes or a Bank’s
own Federal Reserve
bank
notes.
VerhoudIng totalen goudvoorraad tegenover opeiscbbare
schulden: F. R. Notes en netto depoalto.
4)
Verhouding totalen
voorraad muntmaterlaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET FED. RES. STELSEL.
Dis-
1
1
IReservei
Totaal
1
Waarvan
Data
1
Aantal
conto’s
en
t

Beleg-
gingen
de
depo-
t

time
Ileening.!
beleen.
1
ba
nks
sito’s
1 1
deposits

3 Juli ‘I
10
1

8.038
9.723

12.783
18.400
1

4,495
27
Juni’
34
1
5
8.014

1

9.723

!
2.901 18.362
4.501
puto.. ve.. tse r.eu.
fldflR Ua
.Iavascnu flank en ce flanK en tflg.
land zijn in duizenden, alle overige posten in millioen envan de be-
treffende valuta.

Auteur