Jrg. 18, editie 936

6 DECEMBER 1933

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economisch;wStati*stische
—
‘

•
Bericjh. ten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET NEDERLANÔSCH ECONOMISCH INSTIT(JUT

18E JAARGANG

WOENSDAG 6 DECEMBER 1933

No. 936

NEDERLANDSCR ECONOMISCH iNSTITUUT.
Curat oren: Mr. 0. Vissering, Voorzitter; Ir. A. Pla.te, Onder-
Voorzitter; C. E. van der Leeuw, Penningmeester; Mr. W.
M. van Lanschot; E. D. van Walree.
Directeuren:
Prof.
Mr. F. de Vrie8; Prof. Dr. N. J. Polak; Prof. Mr. Dr.
G.
Al. Verrijn Stuart, Directeur.Secretari.s.

ECONOMISCII.STATJSTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE 1JAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van. Hasselt;. Jhr. Mr. L. E. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. N. J.
Potak; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rengers; Prof. Mr.. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis;
Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr.
G. M.
Verrjn Stuart.
Redacteur-Secretaris: Dr. H.
M.
E. A. van der Valk.
Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver
–
tenties: Nijgh d van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,
Amsterdam, ‘s-Gravenhage. Postchèque. en giro-rekening No.
11
,5192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco .p. p. ir.
Nederland f 20,—. Buitenland er. .Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Economjsch-Statjstjscb.
Kwartaalbericht f 1.—. Leden en donateurs ontvangen
het weekblad en het Kwartaalbericht gratis en een reductie
op de verdere publicaties.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

•

6 DECEMBER 1933.
In de geldnoteeringen kwam ook deze week weder
geen verandering. Particulier disconto noteerde % â
% pOt.; de prolongatierente 1 pOt. en cailgeld
1%
pOt.
* *
*
Op den weekstaat van De Nederlandsche Bank
blijkt de post binnenlandsche wissels te zijn terugge-
loopen met
•f
184.000; de beleeningen namen daaren-
tegen met t 48.000 toe. Het voorschot van het Rijk, dat de vorige week nog
f
7 millioen bedroeg, heeft
plaats gemaakt voor een tegoed in rekening-courant
groot
f
4,4 millioen.
De voorraad gouden tientjes verminderde met bijna
.f
50 millioen, terwijl de post gouden muntmateriaal
met
.f
1,3 millioen afnam. De voorraad zilver daalde
met.
f
975.000. Onder de passiva der Bank breidde de
biljettencirculatie zich met
f
22,9 millioen uit. De
saldi in rekening-courant van anderen daalden met

.f
36,8 millioen. Het beschikbaar metaalsaldo blijkt
met
.f
1,4 millioen te zijn vermeerderd. Het dekkings-
percentage bedraagt nagenoeg 83 pOt., evenals de
vorige week.
* *
*
De afgeloopen week is de Gulden weer eens in de
verdrukking gekomen, doch ook thans kan woiden
geconstateerd, dat deze aanval is afgeslagen.
De dollar-noteering is deze week hoogst onzeker
geweest; er valt in de fluctuaties geen lijn te herken-
nen en het is enkele malen voorgekomen, dat bij een
verhooging van den goudprijs de koers zelfs nog iets naar boven ging Uiteindelijk is de prijs niet veel ver-
anderd. Geopend op 1.60>: is de nöteering op 1.55
teruggeloopen om eenige dagen tusschen de 1.55 en
1.59 heen en weer te gaan; gisteren na beurs ontwik-
kelde zich een flinke vraag, waardoor een koers van
1.63 werd bereikt; slot iets luier 1.62%. Dè Ponden

openden op 8.19, gingen tot 8.17 terug om daarna met
enkele kleine schommelingen tussehen de 8.20 en 8.22
te blijven hangen; slot 8.21%.
$ff
noteerden 5.07%-
5.24-5.05, waaruit voldoende de onzekerheid blijkt.
Marken waren aanvankelijk zeer gezocht en kwamen op 59.40 om daarna tot 59.27!/2i terug te gaan.. Veel
vraag blijft er voor de verschillende soortei Sperr-
(
marken, waartegenover het aanbod maar gering blijft,
zoodat de prijzen nog steeds hoog zijn. Frksche
Francs waren eveneens gezocht; van 9.72 steeg de no-
•teering tot 9.74% om tenslotte op .9.72% terug .te loo
j,pen. De £fFrs. noteering wordt door de contrôle op
1
ongeveer 84.50 gehouden. Blga’s gingen cle eerste
dagen van 34.60 op 34.52% terug om op 34.55 te slui-
ten. Zeer gezocht waren Zwitsersche Francs, die van
48.06 ôp 48.15 kwameh. Lires ohveranderd ca. 13.08.
.Peseta’s vaster 20.30. Kopenhagen noteerde 36.70,
;OsIo 41.25 en Stockholm 42.40. Finsche Marken
36% Canadeesche Dollars 1.62% Yen 49.

Op de termijnmarkt waren Pouden op één- en drie-
maanden weer aangeboden; zij deden % en c. disa-
gio. Dolhrs op deze termijnen waren eveneens lager
en tbteerden 1% c. en 3% c. onder contant. Fransche Franes 2% en 7% c. onder den kassa-koers. –

In gouden baren hadden eenige transactie plaats;
levering Amsterdam noteerde
.f
1648.75, terwijl .voor
levering Londen
f
1649.75 bedongen werd. Sovereigns
waren op 12.36% aangeboden, Eagles op 2.50%.

•

LONDEN, 4 .DECEMIER 1933.

De geldmarkt had verleden week te voorzien in de
.vraag naar geld voor het einde der maand alsmede
voor eenige groote betalingen op recente nieuwe lee-
ningen. Een en ander had echtèr nauwlijks merkba-
ren invloed op de markt, geholpen als deze werd door
de betaling door• het gouvernement – van ruim £ 35
millioen Pond aan dividend en coupongelden. De meer-dere gemakkelijkheid die daarvan het gevolg moet zijn,
al dan ook wel gedurende de eerste helft van Decem-
br aanhoudefl om dan langzamerhand plaats te ma-
,cen voor cle arrangementen, die het einde van het
jaar bijna zonder uitzondering ieder jaar in het leven
roept, en waaraan de markt ook ditmaal wel niet zal
ontkomen.
In de afgeloopen week hebben de Olearing Banken
zich niet zoo strikt aan haar discontopolitiek gehouden
van de laatste weken. Disconto was dan ook beslist
zwakker gestemd, hetgeen in .de hand werd gewerkt door de vraag van buitenlandsche zijde te voorschijn
geroepen door de ruime marge tusschen kassa en ter-
mijn Francs en Dollars.
1
In de deviezenmarkt heeft men nog steeds te kam-
pen met de abnormale invloeden van de niet te be-
oordeelen positie van den Dollar. De druk op Fransche
Francs heeft het Equalisatie Fonds wederom genood-
zaakt belangrijke posten Francs op te nemen, daar
men blijkbaar een te snelle stijging vdn het Pond
tegenover goud wil vermijden. Deze Francs-aankoo-
pen worden ômgezet in goud en van Frankrijk naar
Engelénd verscheept. Sedert verscheidene weken is er
dan ook een gestadige invoer van goud uit Frank-
rijk van verscheidene millioenen Ponden per week te
constateeren.
Drie-maands bankaccepten
l’fis
pOt.
Dollars en Guldens slot 5.06-5.06
1
/2;
8.21.

940

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6
December
1933

RIET EN BIET.

INHOUD.

Blz.

Het leven zou hopeloos zijn, als wij niet het geloof
konden behouden in een terugkeer tot gezond denken
en normaal handelen. Wat zouden wij moeten doen,
als wij niet het uitzicht hadden op een ordening in
den chaos, die door menschelijke onvolkomenheden is
geschapen en waarin de maatschappij nog steeds ver-
der schijnt te verzinken? Het is onaannemelijk, dat men nog lang voort zal gaan om rijkdom te zoeken
door op allerlei wijzen de productie te belemmererij
het is ondenkbaar, dat men op den duur zal volhar-
den in het streven om producten voort te brengen in
streken, die daartoe het minst geëigend zijn. Maar om
de noodige veranderingen tot stand te brengen, moet
de wereld verlost worden van een serie waandenk-
beelden, die nu vaak als hoogste wijsheid worden ver-
kondigd.

,,In unserer Zeit herrscht der Massenmensch”, zegt
de Spaansche philosoof José Ortega Y Gasset in zijn
bewonderenswaardig boek ,,Der Aufstand der Mas-
sen” en hij voegt daaraan ter verduidelijking toe:
,,Der Massenmensch ist der Mensch, der ohne Ziel lebt und im Winde treibt. Darum baut er nichts auf
obgleich seine Möglichkeiten und Kriifte ungeheuer
sind.”

Het is, helaas, een feit, dat onze Maatschappij de
beschikking heeft over een haast onbeperkte tech-
nische vaardigheid en dat ze desniettemin in doelloos
gemodder verarming tegemoet streeft. Het geloof in
een betere toekomst kunnen wij echter niet prijsgeven,
daarom blijft het vertrouwen dan ook, dat deze magere
jaren door vette gevolgd zullen worden, al blijven wij
er ons van bewust, dat de wereld er nIL een herstel
anders uit zal zien dan vé6r de crisis. Wij moeten
daarom als wij trachten de toekomstige ontwikkeling
te onderzoeken, denken aan de veranderingen, die
onafwendbaar zijn. Men zal rekening moeten houden met een nieuw gevestigde industrie in het Verre Oos-
ten, die een afzetgebied van noode heeft. Een land als Tapan beschikt niet over een rijken bodem, die mme-
mle of agrarische producten oplevert; het moet ds
om meerdere welvaart te verwerven nijverheidspro-
ducten aanbieden om daarmede de bevrediging van zijn behoeften te betalen. China zal, als het eens tot
rust komt, vermoedelijk met
zijn
dichte bevolking niet
alleen van den landbouw kunnen bestaan, zoodat men
vandaar eveneens exporten verwachten kan, die som-
mige Europeesche industrieën tot diep ingrijpende
wijzigingen zullen dwingen. En Amerika? Wie zoi
het wagen daaromtrent iets te voorspellen? De kans
bestaat, dat deze nieuwbakken crediteuren-natie haar
vorderingen betaald zal krijgen in gedepreciëerde Dol-
lars, waarna ze misschien weer tot debiteurenland zal worden, tengevolge van de kapitaalsbehoefte, die kan
ontstaan na de zelfvernietiging, die wij tegenwoordig
aanschouwen.

T-Toe het zij, de wanorde van heden zal plaats maken
voor de orde van morgen en dan zullen
bedrijven,
di
in deze periode door dwaze maatregelen vernietigd
zijn tot nieuwen bloei komen. Zoo is het onwaarschijn-
lijk, dat de beste suikerproducenten van de werelçl
niet weer uit den nood zullen herrjzen, tenzij landen
ontdekt worden, waar men nog betere en goedkooper
suiker maken kan. Die herleving zal echter nog ge-
ruimen tijd op zich laten wachten en ze zal volgen
op een geweldige kapitaalsvernietiging. Het is moge-
lijk, dat vele fabrieken, die op Java gesloten worden,
nimmer heropend zullen worden, ook niet als de ver-
wachte herleving komt, evenmin als alle fabrieken
uit de suikercrisis van de tachtiger jaren weer uit
den dood, zijn, opgestaan. Thans nog kan men hier en daar van die oude gesloten fabrieken vinden, die soms
dicht bij een nieuw emplacement liggen, waar gedu-
rende vele jaren een bloeiend bedrijf gevoerd werd.

Dit is echter van’geen belang; als de pôsitie van be-
langrijken leverancier hernomen wordt, doet het er

RIET EN BIET
door
Th. Ligthart ………………..940

Bedrijfstelling
1930
door
Mr. E. W. van Dam van Isseit 942

Suikerbietensteun door
Dr. A. de Graaff…………..943

Nieuwe regeling van de theerestrictie …………….
945

Hervorming van bank- en credietwezen II (Slot) door
Dr.

F. M. Wibant ……………………………… 946

De Indische middelen over juni
1933……………..948

AANTEEKENINGEN:

Warenhuizen, eenheidswinkels en detailzaken in

Zwitserland …………………………….
950

De gevolgen van cle Ottawa-verdragen voor de tarwe-

cultuur in de Vereenigde Staten …………….
951

Kritiek op het monetaire beleid van President

Roosevelt

……………………………..
951

De invloed van de Ac-gentijnselie maatregelen op de

graanmarkten…………………………..
952

De Nederlandsche graanmarkt en cle Duitsche com-

pensatie-transacties ……………………..
952

Minister Hijmans over de Belgische handelspolitiek
953

Raming van den Europeescheu suikeroogst en
de we-

reldvoorraden van suiker ………………….
953

MAANDCIJFERS:

Overzicht van de Indische middelen …………..
.954

STATISTtEKEN EN OVERZICHTEN
.. …………..
954-958

Geldkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten. – Goederenhandel

weinig toe, waar de produceerende fabrieken zullen
liggen. Het leed van den huidigen ondergang is dan
vergeten.

Wil Java herleven, dan zullen onder bescherming
opgebouwde bedrijven moeten verdwijnen. Voorloopig
ziet het daar niet naar uit. Telkens hoort men nog
van landen, die maatregelen nemen om een eigen sui-
kercultuur op te bouwen, waartoe dan natuurlijk aller-
eerst tariefmuren worden gesticht. In den allerlaat-
sten tijd werden plannen tot het verwerven van sui-

ker-onafhankelijkheid bekend van Ierland, Lethland,
Roemenië, Turkije en Perzië. De Engelsche suiker-
cultuur sleept nog schrik-aanjagende subsidies en
Britsch-Indië blijft krachtig streven naar zeifgenoeg-
zaamheid.

Dit laatste land is voor Java van het meeste belang
en men doet verstandig met aan te nemen, dat het in
1936 in eigen behoeften zal kunnen voorzien. Daar
de productie nogal met natuurlijke bezwaren te kam-
pen heeft, is het niet onmogelijk, dat véér het nage-
streefde ideaal bereikt is, de invoerrechten nog ver-
hoogd zullen moeten worden. Dat beteekent tegen-
woordig echter niets, zoolang de’ consumenten daar
nog goed voor zijn. Is men eenmaal self-supporting,
dan zal de grens van eigen consumptie waarschijn-
lijk spoedig overschreden worden en zal men export-fiihig zijn. Dat zal dan tevens het begin van de misère
heteekenen, daar de bescherming dan haar macht over
de binnenlandsche markt, die zoolang geïmporteerd
wordt door den prijs van het importsaldo hoog wordt
gehouden, verliest. De onderlinge concrrrentie zal de
binnenlandsche prijzen omlaag drukken, terwijl uit-
voer naar de wereldmarkt schatten zal kosten. Steun
zal noodig worden, als men de bloedarme industrie
l)ehoudefl wil en daarmede wordt de periode ingeluid,
die wel eens bezinning zou kunnen brengen. Er zijn
thans reeds hietlanden, die deze hachelijke positie heb-
ben bereikt en daar doemen herhaaldelijk geruchten
op over het loslaten van de kapitalen-verslindende
suiker. Wij denken o.a. aan Tsjecho-Slovakije en
Duitschiand.

Er blijft dus hoop, dat het afzetgebied, dat thans

6 December 1933

ECONÖMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

941

gesloten wordt, zich voor Java weer zal openen; ver-
der zou ordeherstél in China suiker kunnen aantrek-
ken en last but not least zal elke verbetering in het

verkeer tusschen de landen dezer wereld Java als goe-
de leverancier ten goede komen. Moge de toestand
dus nog zoo slecht zijn, hij is niet hopeloos en voor
den meest pessimistischen beoordeelaar staat wel vast,,
dat een deel’ van de Java suikerindustrie zal blijven

bestaan en dat de industrie stellig in een misschien
wel verre toekomst zich wederom zal ontwikkelen.

* *
*

Deze conclusie leidt tot een vraag. Waarom laat de

Nederlandsche Regeering de Java suikerindustrie
ondergaan, terwijl zij door krachtigen steun de Ne-
derlandsche bietcultuur tracht te redden? Is de biet-
cultuur beter? Stellig niet. Als thans vrije concurren-
tie tusschen Java en Nederland werd toegestaan voor
cle voorziening van de Nederlandsche consumptie, zou
Java zonder twijfel winnen. Waarom tracht men het
dan niet z66 te regelen, dat Nederland zijn suiker
van Java betrekt? Waar het Rijk der Nederlanden voorloopig een deel van zijn suikerindustrie moet

offeren, lijkt het toch rationeel,
,
als men door steun

een deel door de crisis heen wil brengen, het goed-

koopst werkende deel te sparen.

Op de potentiëele productie van Java, zegt men,
heteekent het Nederlandsche verbruik niet veel. In
het topjaar 1930 produceerden op Java 179 fabrieken

2.970.000
ton suiker, terwijl het Moederland slechts

230.000 â 240.000 ton zou kunnen afnemen. Men ver-
lieze dan echter niet uit het oog, dat Java thans aan
Nedérland practisch niets levert en dat er’14 fabrie-ken van gemiddelde capaciteit op volle kracht zou-
den kunnen blijven draaien om in de .moederlandsche
behoefte te voorzien. Dat beteekent heel veel, als men
bedenkt, dat in 1934 slechts 40 fabrieken circa 560.000
ton zullen voortbrengen en dat deze getallen voor
1935 nog belangrijk lager zullen liggen.

Wat de steun voor de bietsuiker aan Nederland
kost, kan men in het jaarverslag van de Coöperatieve

Beetwortelsuikerfabriek en Raffinaderij Roosendaal lezen. De geschatte opbrengst aan suiker en melasse

bedroeg
f
1.153.393, de regeeringssteun
f
913.861. Is
het denkbaar, dat een industrie, die thans bijna 80
pOt. steun noodig heeft, het in normale tijden tegen
rietsuiker op zal kunnen nemen? Er zal wel niemand
zijn, die zich inbeeldt, dat onze Nederlandsche suiker-
industrie ooit weer zonder protectie zal kunnen be-
staan. Is het dan niet vreemd met die bescherming
voort te gaan, waar wij in eigen Rijk
in vrije produc-

tie
het geheele kwantum, dat wij behoeven, kunnen

voortbrengen?

Het ziet er nog niet naar uit, dat de bietensteun zal
vervallen.
Hij
is voorloopig bepaald op
f 11
per 1000

KG. bieten netto.
1)
En bovendien bestaat er nog een

zoogenaamd ,,compenseerend” invoerrecht.
2)
0, arme

consumenten!
3)

De voorstanders van den bietensteun zeggen, dat de
biet als hakvrucht feitelijk niet in de vruchtopvol-
ging gemist kan worden. Wat beteekent dit? Econo-
misch is deze stelling volkomen onbegrijpelijk. Als
wisselbouw op de gronden, die thans voor de suiker-
cultuur gebruikt worden, noodig is, moet men toch den
eisch stellen, dat de producten, die elkaar afwisselen
tezamen een loonend bedrijf vormen. Ware dit het
geval dan zou de steun overbodig zijn. Het is boven-
dien bekend, dat ook suike,rriet op Java regelmatig afgewisseld wordt met rijst. Dit komt den rjstoogst

Ca.
f 7.—
per quiutaal suiker, bij een prijs van
f 4.40 f 4.70
per quintaal witte suiker op, Java.
Van
f 2.40
per quintaal.
) Men zie voor de regelihg viu den bietensteun hier
te lande het artikel van Dr. A. de Graaff, -dat elders in
dit nummer is opgenomen. (Red.).

ten goede daar voor suiker zwaar gemest wordt. Als
nu echter suiker en rijst in wisselbouw verlies op-
leveren, kan men toch geen steunuitkeering verdedi-
gen, omdat riet feitelijk in de vruchtopvolging niet

gemist kan worden?
Een ander argument is, dat het wegvallen van het
verbouwen, vervOeren en verwerken van suikerbieten
een geweldigen terugslag op de werkgelegenheid zou
hebben daar de suikerbietenverbouw een van de meest

‘arbeidsintensieve culturen van den Nederlandschen
akkerbouw is. Ook de binnenschipperij, spoor- en

tramwegen enz. zouden de gevolgen sterk ondervin-den, evenals de arbeiders en employé’s der suikerfa-
•brieken. De elasticiteit van het Nederlandsche platte-
land is wel groot, maar niet zoo groot als die van de

dessa.
Dit ziet men vaak gedrukt en hoort men vaak be-

weren.
• Deze argumenten zullen ieder, die belangstelling
heeft voor het tropische deel van ons Rijk met stomme
verbazing slaan, want er blijkt een volkomen gemis

aan saamhoorigheidsgevoel ten opzichte van Neder-
land en Nederlandsch-Indië uit. De rietcultuur is al
èven intensief als de bietcultuur; ze kan op Java al
evenmin gemist worden zonder schrijnende verarming
te verwekken, waarover men den laatsten tijd vol-
doende heeft kunnen lezen; de dessa is wel elastisch,
maar dat wil niet zeggen, dat het voor den inlander,
‘die eenmaal in de geidhuishouding is opgenomen ge-
weest geen zware gang zou zijn om naar het gesloten
dorp terug te keeren. Hij heeft echter geen keuze en
legt zich daarom gelaten neer bij het harde lot, dat
hem wordt toebedeeld. Weten de samenstellers van
zulke argumenten niets van den nood der cultuur-
employé’s in Indië? Hoorden zij nimmer dat ook ginds
trânsportbedrijven zwaar lijden onder de suikercrisis?
Weten zij niet, dat de tramwegmaatschappijen op
J’ava meer dan eenige transportmaatschappij in Ne-

derland afhankelijk zijn van de suiker? Lazen zij nim-
mer iets over surséances van betaling, opschorting
rentebetaling en aflossing op obligaties voor bedrij-
ven, ‘die voor eenige jaren nog bloeiden? Weten ze
niets van Nederlandsche Stoomvaartmaatschappijen,
die Indische producten plegen te vervoeren?
Het is wonderlijk, hoe men het in Indië geleden
leed z66 ver acht, dat geen bezwaar gevoeld wordt
tegen sterke bevoorrechting van de Nederlandsche suiker, En toch gaat ook daar in hoofdzaak Neder-
landsch kapitaal verloren, tot een bedrag, dat niet
met acht cijfers geschreven worden kan. Zou niet ons
aIler welvaart stijgen als men bietensteun betaalde
aan hen, die het planten staakten en dan de suiker
betrok van Java’? De suikerhoeren zouden zich dan
véér kunnen bereiden op het zoeken naar nieuwe cul-
‘hur, waartoe zij toch eens zullen moeten overgaan als
énze maatschappelijke wanorde voorbijgaat. Het zou
eerst wat dwaas lijken, maar men zou in den heden-daagschen economischen warwinkel ook aan dezen
maatregel wel wennen.
De Nederlandsche industrieën klagen, omdat Indië
zôo weinig nijverheidsproducten afneemt en dringen
iian op contingenteering ten bate van Nederland.
Indië is echter zéé verarmd, dat het niet bij machte
is veel te koopen en als het koopt moet het zich tot
de goedkoopste markten wenden. Zoo is de toestand
èu daarin kan alleen verandering komen als de uit-
voer van Nederlandsch-Indië hersteld worden kan,
want het uitvoerprobleem heheerscht daar alles en in
zeer sterke mate den invoer.
Dit bedenke men in Nederland en men overwege dan, datniet alleen suiker lijdt onder de Nederland-
sche steunmaatregelen. Th. L.

942

ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN

6 December 1933

BEDRIJFSTELLING 1930.

ifaddèn wij van de uitkomsten der op 31 Decem-
ber 1930 gehouden Bedrijfstelling reeds in 1931 en
1932 een en ander vernomen door cle publicaties over
de zeevisscherij en de zeescheepvaart, thans is in het

Maandschrift van het Centraal Bureau voor de
Statistiek een begin gemaakt met het geleidelijk be-
kend maken van enkele
voorloopige
uitkomsten over
cle andere bedrijfsgroepen. Op grond hiervan mag

verwacht worden, dat de clefiiiitieve uitkomsten niet
later gepubliceerd zullen worden dart iii verscheidene
andere landen, waar in tegenstelling met ons land.
eeds meermalen bedrijfstellingeri. zijn, gehouden, men
±us over (ie practische ervaring beschikt, en waar de

telling bovendien op een andere, minder gecompli-ceerde wijze plaats heeft. Men zal zich herinneren,
dat de werkgevers er op aangedrongen hebben, hij
de bedrijfstelling :c:.oieel mogelijk gebruik te maken van reeds bekende gegevens en gegevens, die toch al
voor een ander doel werden verzameld. In verband
hiermede zijn cle loonlijsten van de Ongevallenver-
zekering aan de Bedrijfstelling dinstbaar gemaakt.

01) deze wijze konden echter uitsluitend de verzeke-
ringsplichtige ondernemingen bereikt worden. Het
verzamelen der gegevens werd daarom als volgt ge-
regeld.

Tegelijk met de Voikstellingskaarteit werd een
groene kaart uitgereikt, waarop alle hedrijfshoofden
naam, soort en adres hunner onderneming moesten
vermelden en, voor zoover zij onder de industriëele
Ongevallenwet vielen, hovend ie.n het bedrijfsnumme
t.
Laatsthedoelcle bedrijfshoofden behoefden geen ver-
dere gegevens voor de bedrijfstelling te verstrekken,
want deze zouden ontleend worden aan de loonlijsten
voor de Ongevallenverzekeririg, die in 1930 speciaal
voor de Bedrijfstelling met vele vragen aangevuld
waren. De niet-verzekeringsplichtige bedrijfshoofden
daarentegen moesten de gegevens verstrekken op het
onderste deel van de groene kaart.
In werkelijkheid was dit alles lang niet zoo een-
voudig als het wel lijkt. In de eerste plaats heeft een
belangrijk percentage der verzekeringsplichtige be-
drijfshoofden de voorschriften verkeerd opgevolgd en
hun bedrijfsnumrner niet vermeld. Daarbij komt, dat
verscheidene ondernemingen slechts voor een deel
onder de Ongevailenwet vallen en dat er op den alge-
meenen regel, dat de gegevens van de loonlijsten ge-
bruikt zouden worden voor de Bedrijfste]ling, voor
een aantal bedrijven uitzonderingen gemaakt moesten
worden, waarbij het Centraal Bureau voor de Statis-
tiek de gegevens hetzij rechtstreeks, hetzij door tus-
sc}ienk-omst van andere Diensten op bijzondere tel-
kaarten moest verzamelen. De invulling zoowel van
de groene kaarten als van de loonlijsten en de spe-ciale telkaarten blijkt over het geheel nogal onvol-
ledig en in een aantal gevallen zelfs onjuist geweest te zijn, zoodat op groote schaal raadpleging van be-
schikbare officiëele bescheiden – in de eerste plaats

de hedrijfsdossiers van de Rijksverzekeringsbank –
cii navraag bij de betrokkenen, rechtstreeks of door

de Raden van Arbeid, de Scheepvaartinspectie, – de
burgemeesters, e.a. noodig was. Om clnbbeltelling van
verzekeringsplichtige ondernemingen te voorkomen
en om gegevens betreffende het verzekeringsplichtig
en het niet-verzekeringsplichtig deel van een onder-
neming hij elkaar te krijgen, moest vergelijking plaats
hebben van de groene kaarten met cle kaarten, waar-
op de gegevens van de loonlijsten verwerkt waren.
Ook hij die vergelijking zijn nog heel wat, verschil-
punten voor den dag gekomen, die. noodzakelijk
om opiTeldering vroegen. Het Centraal Bureau voor
cle Statistiek is er in geslaagd het materiaal reeds
zoover te verbeteren en te vervolledigen, dat al
een deel bewerkt kon worden en een aanvang ge-
maakt werd niet het publicee.ven van voorloopige uit-
komsten. De gegevens die men iii liet Maandschrift
van September vindt, hebben betrekking op de vesti-

gingen..
1
). behoorende tot de bedrijfsklassen 1 (steen, aardewerk, enz.) en III (drukkersbedrijven, enz.).
Wij zullen hier niet uitweiden over het systeem van de gevolgde bedrijfsindeeling, een indeeling,
welke in meer dan een opzicht afwijkt van de op het
bedrijfsgevaar gebaseerde nomenclatuur van de Sta-
tistiek der Ondernemingen van de Rijksverzekerings-
bank.Het bestek van dit artikel laat ook niet toe,
hierin de vele beschouwingen op te nemen waartoe
de nog slechts weinige cijfers, die thans gepubliceerd
zijn, reeds aanleiding geven. Wij doen echter een
enkele greep.

In klasse 1 nemen de cementvarenfabrieken niet
497 vestigingen een overwegende plaats in. Zij had-
den bijna 6200 personen in dienst; 141 van deze
497 fabrieken hielden zich tevens l)ezig met den
bouw en het onderhoud van gebouwen, terwijl 73
tevens een handel in bouwmaterialen hadden. Het
aantal baksteenfabrieken en brikkenbakkerijen was
335 met 19.280 personen, wo. 220 vrouwen.
Taui
alle in deze bedrijfsklasse werkzamen behoor-
cle 5,6 pOt. tot het vrouwelijk geslacht. 1-let hoogste
percentage vrouwen vindt men in cle muurtegel- en
bouwaardewerkfabrieken nl. 32 pCt., dan volgen de
fijnaardewerkfabrieken met 26 pCt., dan de glasf a-
brieken (excl. spiegeiglas) met 12,5 pCt.
In klasse III nemen de boek-, handels- en couran-
tendrukkerijeu met 1986 vestigingen de eerste plaats
in. Zij hadden tezamen pl.m. 30.000 personen in
dienst, waaronder 1)l.m. 3500 vrouwen. Onder die
1986 drukkerijen varen er 235, waarin slechts één
persoon (liet hedrijfshoofd) werkzaam was, terwijl
233 geen krachtwe.rktuig hadden. 203 drukkerijen

hadden tevens een binderij, 254 een uitgeverij en 481
tevens een boekwinkel. Verder ivaren er 91 steen-,
diepdruk- en koperdrukkerijen. Er werden 1161 pho-
tografische ateliers geteld met 2351 personen, w.o.
576 vrouwen.

I-Iieronder volgt een indeeling der vestigingen naar
den omvang van het personeel.

Aantal vesti.
Totaal aantal
Aantal
gingen
personen
vrouwen

Klasse Klasse
Klasse Klasse
lÇlasselKlasse
T

TI’.[
T

III
S[

III

1 persoon ……
11,2
28,8
0,3
2,7
0,1
0,7
2-5
personen

. .
26,5
38,9
2,5
10,9
1,1
12,8
6-10
personen
. .
14,0 13,8
3,2
9,8
.1,0
8,2
1 i_50
personen
30,5
14,2
23,7
27,9
8,0
22,3
51_200
personen
15,8
3,7
4,4
30,2
18,0
32,5
neer cl. 200
pers.

2,0
0,6
29,9
18,5
71,8
23,4

100
100 100 100
100 100

De cijfers toonen aan, hoe verschillend de heide
bedrijfsklassen opgebouwd zijn, zoowel wat de vesti-
gingen, als liet daarin werkzame personeel betreft.
De uitkomsten noodigen uit tot een nader bezien van
de gegevens betreffende de verschillende tot de be-
drijfs’klassen samengevoegde bedrjfsgroepen. Zoo
vindt men het hooge percentage vrouwen, in de groot-
ste fabrieken van klasse I terug bij de fijnaardewerk-
fabrieken. Het percentage vrouwen van bijna 13 in cle vesigingen met 2-5 personen in klasse III komt

in hoofdzaak voor rekening van de fotografische
atelieri, waaraan veelal een winkel verbonden is. Het volgend staatje geeft het personeel naar leef-
tijdsklassen (zie bovenaan volgende kolom).

Interessant zijn de gegevens omtrent de machine-
installatie. Voor elke bedrijfsgroep zijn vermeld aan-
tal en P.K. der primaire krachtwerktuigen, onder-
scheiden naar de soort. Ook vindt men aantal en

– 1)
Ecu ouiderneiuing uiiet bv. een hoofdkantoor,
2
fabrie-
kéri en
12
wiukets is- als
15
vestigingen in de Bedrijfs-
telling opgenomen. Het blijkt in de bedoeling te liggen in
de definitieve uitkomsten ook overzichten van de onder-
nenlingen en yan de technische eenheden (dit zijn de ver-
schillende bedrijven,. die
in 6duu
vestiging worden uitge-
oefend) samen te stellen.

6 December 1933

ECONQMISCH-STATiSTISgHE
1
BERIÇ;HTEN

943

Beneden
–
21 jaar

,,
21
.t/.m
49
jaar, 50 jaar en
ouder

,

ManlVrou_
Man- Vrou- Man-
irou-
‘Marc-
Vrou-
tien
wen
nen,
wen
nene
1

ven
nen
1 w’en

17,
3

‘”63,4
2,3
136
,0,3
[87,2
5,6
Klasse

………..
Klasse III
. .

.
20,4
5,4
54,0
66
128
‘0,8
12,8

P K der electiomotoren gedreven door gekochten
stroom en gedreven door zelfopgewktenstrobih. ‘Y
de geneiatoren en dynarno’s is het aantal K.W. vei-
meld
‘Van de 1753 boek-, handels-. en ‘. couiantèndnikke.’
rijen h.v. waarin krachtwérktii,igéi,i,.’v
.
00tkw am . en had-
den er ma’n 3 stoommachines (4 met
Pl
m 550 P K 56 gasmotoren (60 met 400 P.K.), 31 olié-‘ of bent
zinemotoren
(42
met 1200 P.K.), daarentegen had-
den 1699 drukkerijen eleetromotôren, gedreven ‘door
gekochten stroom (10.200 motoren met .23.600 ‘P.K.)
en 11 drukkerijen eleetromotoren;’ gedreven door
zelfopgew’ekten stroom (362 motoré ‘1000
P.K.). Wel een bewijs, hoezeer de•.kleine motor” in
zwang gekomen is.
Jammer genoeg bestaan er voor :v
r
oege
r
e jare
geen volkomen vergelijkbare cijfers. Maar
,
er’ zijti.wei
gegevens, die, ook’ al is ‘een juiste vergelijking uit
:

gesloten, althans een zekeren indruk. kun’neiî geven
van de ontwikkeling der industrie’ ‘in den ioop, der
jaren. Men ‘denke aan bovengenôemde’ Statistiëk’d
Ondernemingen van de Rijksverzekeringsbank. In
haar eerste statistieken heeft de Bank ook, gegevens over krachtwerktuigen gepubliceerd; h. 1904 ‘echter
niet meer. Wij plaatsen thans n.aat elkaar ‘enkele
totaal-cijfers voor 1904 en 1930, betreffende de ge-
heele bedrijfsklassen I. en III, evenwel ‘met de,t:,her
haalde vaarschuwing’ dat, om verschillendè ‘redène’n,
een juiste
vergelijking
niet mogelijk

Klasse
1

,
, . , –

Klasse III

Ondernem.-
Bedrijfs-

1
Onderneni.-
Bedrijfs-
statistiek
telling
statistiek
telling
R.V.B,.
.
C.B.S.
‘

R:.VB.’.
C.BS:
1904
1930
1
)
1904.

Aan(11vestigingen
2
)
1177
1258
1032:
3374
w.o. vestigingen

w.i. vrouwenwerkz.
–
250
,-

-‘
1233
Aantal arbeiders op
42474
‘ –
36433
31 Dec. 1930.
…….
–

wo. vrouwen
……..’
–
2378
– ,
4667
Aant. type-arb. 1904
27821
—
16264
—
Aantal vestig.
2
)
met
krachtwerkt
711
833
542
1920
–
151
–
‘

3

werk- •{Aantal
st.werkt.
.
553
198′
.

79
‘

4
t,iigen,

P.K.
12362 16930
1001
558
(68gas
,
(S8gas
Gas-,Aant. vestig.
—
<219 benz.,
–
31 benz.,
benz.,
Aantal gas,
‘.
.

olie.
‘
t.

olie.
o e

benzine-
mo
°
lAantal

‘
ren

enz. motor.
81

‘
463
.
443
,

104
P.K..
838

,
8687

,
.
1755
1679

Elec- 1Aa1t. vesti
g
.
– ‘
{

6
J
{
…
1866
tro-
‘.ÇAant. dec-

,
mO_
1

tromotoren
oren
,

31.
•4705

,.
181

…
11714.

–
lAantal P.K..
,
290
‘
59182 ”
‘
510

”
27414′
Water- en windra-

‘deren Aantal
….
19
‘

5
Gene.Aant. vestig.
-‘

39′

rato-

Aant.gene-‘
ren en

ratoren
en

lAantal
dyna-

dynamo’s
.
–

’68
28
mo’s

K.W.
–

–

.

‘
,

5466

,
—
1266
De getallen in deze kolomnien’zijn verkregen door optlling van de
In het Maandschrift van het C.
B. ‘,r.
d. Stât. voorde verschillende be-
drijfsgroepen gepubliceerde cijfers,.aang’evuld met de cijfers van die be-
drijfsgroepen, waarvan de gegevens niet afzonderlijk vermeld zijn.
Bij de R.V.B. ondernemingen. Bij het CBS. vestigingen.
Met gekochten stroom.

Met zelf opgewekten strbom.

D..v.I.

– 1′)
Voor
enkele
1
bediijfsrpeu” iielke”-iii’ ‘de O’
J
d’
c
,
rrc
L
uingsstatistiék vn dé «Rijkse’rzekiiigsba’dk
cii ‘ in
-de
Bed rijfstelling’ ,precies .dezêlfde sort.’b’dijven ivaZtdn,
‘zou “een ‘ meer -uâuuvkeurige vérgelijking getroffeir, :ktrnnen

SJ1KERB1ETEN STEUN.

‘ :Tot d g’ioepen,’ di’& heden” ten dage: leven op- kosten
der gemeenschap,’ hehboren ook’ de verbouwers. van
. suikerbieten. ‘ Zoo”werd ‘ dezer dagen de regeli’g va
den steun aan de suikerhiétenteelt 1933: gepubliceerd, waarbij wij een oogenblik willen stilstaan.
: De §teunrégeling voor d bietenteelt is een z.g.. ga-
– ranfie-regeling, waarvan de verschillende radereul op
eenigSzins eienaardige wijze in
elkaar
grijpen. Ter
v.erduideijking van hetgeen, hieronder,’zal yolge,n; lis
lj’et’ noodig’ , de’ hoofdpunten van ‘deze: regeling- evën
1
kort’weer te.geveu:

Men maakt bij deie regeling geen gebruik v’tn een
directe uitkeerin van rijkswege maar l’rat de uit
keering door de fhriek geschieden. Deze zal den boe-
– ‘i’on’-fli
per”lOOO KG.’ bieten betalen. De reg’eeiing
geeft aan dè fabriek de middelen;
waaruit
deze’ d’e
gegaiandeerdeiï ‘prijs – kan betalen. Uiteaa:rd kai’r dit
bedrag
niei
tevoren ‘n’orden’ ‘as-tgesteld, omditt ‘ de oj-
bre’ugst ‘aii de verschillende’ prdducten niet- vaststaiit.
Daarom -heeft men een regeling ‘ontw’orpèn,
wair
hij

‘de regeering aan de’ fâbrièkeii zul vergoeden de kô-ten, onder aftrek vaiï de opbrengst, waarvoor, zooais
wij nog ader zullen ziun;- bepaalde regels zijn” -oor-
gesdhteven,.

7,Tij
willen alleteerst de technische details’ van deie
‘rég’eliïg bezien om daaraan ‘later ndk enkele ‘prini-
pieelehechbuwingen. vast- te knoppen.’

– Vanneer een’ leek deze ‘regeling beziet;- zoo”zal hij ‘waarschijnlijk concludeeren -dat’dè steun aan de hde-
‘ren ten lioôgte
f
11 per 1000KG. bieten’ zal hedra-‘gen of iooeelninder als ‘noodig zul’zi’jn om een p’rij
van
f 11
pr 1000 KG bieten te doe,n uithe’talén,’. Wij
uchrijven, waarschijnlijk, ‘want-hij nad&re bestiideériug
‘kan er gerechte twijfel rijzen of – ht -‘vooi steun he
taalde bedrag inderdaad niet hooger is.

– Laten wij’ eens zien, op uelke’ wijze de door het Rijk
uan de fabrieken uit te keeren steunbedragen wor’en
berékend. Het desbetreffende artikel (art. 14) luidt
alsvolgt: –
,;Hbt- uaia de fâbi,ieken uit te betalen bedrag zal
‘urorden berekend- als-volgt: Voor elke 1000 KG. netto-
‘garuintiebieten, welke de fabriek heeft ontvangen, zal
– haar ivorden uitbetaald het versbhil ‘tusschen eên’bC-
– ‘driug an
f
21,50 en de berekende gezamenlijke op-
– bre’ngst van suiker, pulp’ en melasse per ‘100 KO. ‘ga-
rantiehiet’en,.

– ‘ De fabriek ntvagt dus voor iedere 1000 KG-. bie-
ten, ‘die zij gaat verwerken
f
21,50, omdat, hetgêen zij van het’ Rijk minder dan dit bedrag ontvangt, door

– hiar geïncasseerd wordt als opbrengst harer produc
ten. Aangezien de fabriek verplicht is den hoeren
f11
voor de bieten te betalen, krijgt zij dus voor’de
– verwerking ‘daarvan
f
10,50. Hoewel het uiterst moei-
Jjk is hierover afdoende gegevens te publiceeren,
moet toch,, mede op grond van voor enkele jaren ge-
.publiceerde cijfers omtrent de verwerkingskoste
1),

worden aangenomen, dat het bedrag van
f
10,50 ‘be-
,l’angrijk te ,hoog is en’ 1 ii 2 gulden lager ges,tld kan
,worden: Nemen wij hiervan het gemiddelde, zoo il dat zeggen, dat de suikerfabrieken voor iedere 100
,KG: suiker, die zij produceeren,
f 1
te véel optvaen
,uit hoofde van te hoog geraamde ,verwerkingskosteh’.

Een
treede
punt yraagt vervolgens onze aandacht-.
Wat als opbrengst zal worden, gerekend, laat zich als
volgt bepalen: voor suiker de noteering voor loco Am-
sterdam vermeerderd met
.f 1,90.
Deze vermeerde-
ring vindt o.m. haar oorsprong in het z.g. compen-
– seerend inoerrecht van
f
2,40 per 100 KG., dat op
geraffineerde, suiker’ wordt geheven. Nu, is -de vraag
of het bedrag gevormd door de samentelling van loo
– prijs- +
–
f
1,90, inderdaad in overe’eustemming is met
het bedrag, dat de f-abi’ieken’,van haar suikér makén.

i)
‘EI. 1?. ‘.l3ultiian-Hin.
Dci
financie1e ojhcit,’ ‘beiie”cins dci gespeeificeerde'”bedrijfsresultaten’ ‘in” de -Nedet’landsche
,Su’ikeri’ndustr.ie:’-»»-,’- – –

944

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 December 1933

Wij stellen hiertoe naast elkaar de prijzen volgens de
officiëele noteering van de Centrale Suikermaat-

schappij en clie van de Amsterdamsche markt loco
over de laatste maand en wel op de data, waarop de
C.S.M. haar prijzen veranderde.

–

z

–

>

.0
cn

30
Oct.
46,- 38,25
7,75
4,874 2,874 0,70 2,174 1,20 0,974
6 Nov. 45,90 38,25 7,65 4,624 3,024 0,70 2,324 1,20 1,124
9
,, 45,80 38,25 7,55 4,624 2,924 0.70 2,224 1,20 1,024
15 ,, 45,65 38,25 7,40 4.374 3,024 0,70 2,324 1,20 1,124
20 ,, 45,50 38,25 7,25 4,50 2,75 0,70 2,05 1,20 0,85
27 ,, 45,60 38,25 7,35 4,624 2,724 0,70 2,024 1.20 0,824

Zooals men ziet, bestaat er een belangrijk verschil
tussehen den prijs van de beetwortelsuikerfabrieken
en de loco-noteering Amsterdam. Dit prjsverschil
vindt zijn oorzaak in twee verschijnselen. In de eerste
plaats zijn de beide producten niet voor directe ver-
gelijking vatbaar. De suiker, welke door de Neder-
landsche fabriekeji wordt geleverd is van iets andere
qualiteit dan de buitenlandsche suiker van de ter-
mijnmarkt. Deze laatste, welke gebaseerd is op Java
No. 25, is wel geschikt voor industrie-, doch niet
voor winkelgebruik, terwijl de bietsuiker wel voor
beide geschikt is. Dientengevolge heeft de bietsuiker
een wat hoogere waarde, welke, al is dit waardever-
schil niet gemakkelijk uit te drukken, gesteld kan
worden op
f
0,50 per 100 KG. Voorts moet men ei
rekening mede houden, dat de loco-prijzen op de ter-
mijnmarkt zijn bedoeld als op ceel liggende, zooda1
daarop nog drukken de kosten van het afleveren op wagen, welke op 20 cts. gesteld kunnen worden. In
totaal komt men dus tot een waardeverschil van

f
0,70.
Blijft nog te verklaren een prjsverschil van
f
1,20,
welk bedrag zijn basis vindt in het invoerrecht van

f
2,40 per 100 KG. geraff. suiker, waardoor de prij zen in het binnenland hooger kunnen zijn dan op de
wereldmarkt, wier noteering door Amsterdam loco

wordt gerepresenteerd. Klaarblijkelijk wordt aange-
nomen, dat dit bedrag slechts voor de helft kan wor-
den uitgebuit. Hij, die de loco-noteering met de prij-
zen der bietsuiker vergelijkt, zal echter spoedig er-
varen, dat dit verschil niet
f
1,20 bedraagt, maar
regelmatig schommelt tussehen
f
2 en
f
2,40. Of wel
de werkelijke opbrengst van deze suiker is ongeveer

f 1
meer dan de door de regeering berekende op-
brengst. Door deze te lage berekening ontvangen de
fabrieken wederom een extra-steun van ongeveer

f 1
per 100 KO. suiker.

Het is duidelijk, dat deze regeling een verkapten steun aan de bietsuikerfabrieken inhoudt. Behalve
steun, die ten laste der gemeenschap komt, heeft de
regeening aan de fabrieken met deze regeling tevens
een strjdmiddel tegenover den import van geraffi-
neerde suiker gegeven. Doordat de prijs, velken cle
fabriek aan de regeering moet verantwoorden., zoo-
veel lager is, kan zij tot ongeveer een gulden beneden
den loco-marktprijs gaan. Dat dit bedrag bij een prijs
van
f
4,50 den import van raffinade zeer moet be-
moeilijken, spreekt vanzelf.

De huidige regeling opent daarnaast ook de moge-
lijkheid van een directen steun, ni. indien de op-

brengst van suiker, pulp en melasse beneden het be-
drag van
f
10,50 blijft. Dit gevaar is niet geheel
denkbeeldig. Immers pulp en melasse brengen te-
zamen ongeveer
f
2,25 op, zoodat de 140 KG. suiker
(opbrengst van 1000 KG. bieten) ten minste
f
8,25
op moet brengen. Hieruit volgt dus, dat de p.rjsgrens
waarbij uit deze regeling officiëel steun aan de fabrie-
ken voortvloeit, is gelegen bij
f
5,9.0 per 100 KG. of
wel, gezien de marge van
f
1,90, bij een Amsterdam
loco-prijs van
f
4,-. Bij dien prijs zijn de bieten een
volkomen waardeloos product geworden; daalt hij
daaronder, zoo kan zelfs van een negatieve waarde

gesproken worden in dien zin, dat de kosten om haar
tot suiker te verwerken hooger zijn dan de waarde
van de daarmede gewonnen suiker. Uit een en ander volgt, dat bij de momenteele noteering van ongeveer

f
4,75 loco, de bieten ongeveer
f 1,-
per 1000 KG.
waard zijn. Zulks, terwijl voor het verkrijgen daarvan
een steun wordt gegeven van ruim
f
14,-.-
(f 11,__
directe steun en ruim
f
3,- uit invoerrecht) per 1000
KG. bieten of wel van ruim
f 10,-
per 100 KG.
suiker. En dat, terwijl men die op Java voor
f
5,-
wil maken. Dank zij een dergelijke rigoureuze steun-
politiek kunnen wij uit de dagbladen vernemen, dat
de coöp. suikerfabriek Dinteloord recordhoeveelheden
verwerkt en dat het de bedoeling van de directie is
de capaciteit nog hooger op te voeren.
* *
*
Tot zooverre cle details dezer regeling. Wat ons ech-
ter het meest interesseert is wel, of daaruit ook ten
denzeu kunnen voortvloeien, die zouden kunnen wer-
ken in de richting van het herstel van meer normale

economische verhoudingen. Het is toch duidelijk, dat
wij onmogelijk kunnen voortgaan met het op zoo
breede basis subsidieeren eener niet levensvatbare
industrie. Het is onmogelijk öm jaarlijks ongeveer

f
17 millioen steun te geven. Wij doen deze uitkee-
ring wel uit het Landbouwerisisfonds, maar dat staat

gelijk met zichzelf zand in de oogen strooien. De moei-
lijkheden in de suiker zijn geen verschijnselen, die
inhaerent zijn aan de crisis. Zij hebben een bljvenden
oorsprong, te weten de goedkoopere productiemetho-
den elders. Uit de bovenstaande berekening kan men

becijferen, dat de suikerhietenteelt zonder steun eerst
rendabel zal zijn als de prijs
f
13,75 per 100 KG. suiker bedraagt. Dat een dergelijke prijs naar men-
schelijke berekening binnen afzienbaren tijd tot de
onmogelijkheden behoort, zal een ieder toegeven.

Daarom zijn maatregelen noodig, die hetzij moeten
leiden tot een inperking dezer teelt, hetzij tot een
diepgaande reorganisatie.

Maar noch het een, noch het ander zal men in de grondgedachten dezer regeling terugvinden. Zeker
de maximum-hoeveelheid bieten is vastgelegd, maar
de hoeveelheid is zoo groot, dat hieruit geen beper-
king van beteekenis voortvloeit. De bebouwde opper-
vlakte is weliswaar minder dan in de jaren 1923-’30,
maar grooter dan in de jaren 1931 en 1932.
1930 …………….57.544 H.A.
1931 …………….37.477 1932 …………….40.063 1933 …………….47.343

Evenmin is er in deze regeling iets te vinden, dat
zou kunnen wijzen, dat men ernstig wil trachten be-
staande fouten te herstellen. Om slechts een der
meest ernstige te noemen: reeds jarenlang is er op
gewezen, dat de bietenbouw slechts dan de meeste
voordeelen afwerpt als hij wordt beoefend in vele
bedrijven in matigen omvang. Verschillende schrij-
vers berekenden, dat de optimale omvang 15 pCt. van
den voor akkerbouw gebruikten grond is. In Neder-
land echter is de toestand – resultaat van de gouden
jaren na 1920 – precies omgekeerd en treft men
een zeer eenzijdigen bietenbouw aan in een relatief
klein aantal bedrijven, met het gevolg, dat de ver-
bouw in enkele streken grooten omvang heeft aan-
genomen, terwijl in de rest van het land die cultuur
van weinig of geen belang is. Dit verschijnsel cul-
mineert in Zeeland ër West Noord-Brabant, waar de cultuur sterk gecentraliseerd is en waar ongeveer de
helft van alle bieten worden verbouwd, met het ge-

volg, dat de omvang van de cultuur daar de 15 pOt. verre te boven gaat. Hoewel er reeds lang op gewe-
zen is, dat de bietenteelt slechts voordeelig is in

gemengde bedrijven en dat de teelt in Zeeland een
veel te grooten omvang heeft aangenomen, wordt
geen hand uitgestoken om hierin eenige verbetering
te. brengen. Hoe gemakkelijk zou dit bij een regeling
als deze niet geweest
zijn.
Maar men geeft er de

0 December,
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

945

yoorkeur aan alles bij het oude te laten en ook de
bestaande wantoestanden rustig te continueeren.
Dat men in de bedoelde regeling tevergeefsch zal
zoeken naar eenige richtlijnen voor de toekomstige
ontwikkeling van de bietenteelt, zal na het voorgaande
niemand verwonderen. Dat de suikerindustrie in Ne-
derland in haar huidigen vorm ten doode opgeschre-
ven is, is den samenstellers dezer regeling – klaarblij-
kelijk ontgaan en zij lieten kostbaren- tijd en geld

verloren gaan, toen
zij
besloten de cultuur weder een

jaar op de oude voet voort te zetten. Een liquidatie of reorganisatie der suikerindustrie is onvermijdelijk en
hoe eerder wij daartoe besluiten des te beter het is. Reeds verkondigden een aantal schrijvers, dat de

suikerindustrie geliquideerd zal moeten worden. Ware
het dat de suikerindustrie ,voor ons slechts beteekenis

had als producente van suiker, zoo zouden wij hier-
mede instemmen. Waar zij echter daarnevens van groo-
te beteekenis is voor de veeteelt, meenen wij, dat
voorshands een reorganisatie meer -noodzakelijk zal

zijn.
1)
Maar deze is dan ook dringend geboden en
ken, economisch beschouwd, geen uitstel lijden.
Laat ons hopen, dat de Regeering het volgend jaar
een meer gelukkige hand zal hebben.
Dr.
A. DE GRAAFF.

‘) Voor een reorganisatie-schema verwijzen wij naar de
artikelen, welke zijn verschenen in de Maasbode van
23,
24
en
27
Mei
1933.

NIEUWE REGELING VAN DE THEERESTRICTIE.

Men schrijft ons uit de kringen van de thee-cultuur:

Dezer dagen werd het restrictiepercentage bekend
gemaakt, voorgesteld door de Internationale Thee
Commissie voor het tweede restrictiejaar, ten bedrage

van 12X
1
pOt. op de basis-uitvoer-quota (1931 voor

Ned.-Indië).
Zooals bekend, bedraagt het restrictiepercentage
voor het loopende restrictiejaar
(1
April 1933-31
Maart 1934) 15 pOt. van de standaarduitvoeren van
Ned.-Indië, Britsch-Indië en Ceylon, welke voor de
geheele restrictie-periode van 5 jaar als volgt zijn
vastgesteld: –

in 1000 KG.
Ned.-Indië

………………
78.745
Britsch-Indië …………….
173.545
Ceylon …………………..

i14O9l

Dat de restrictie, die deze uitvoerlanden zich
in-

tern moeten opleggen, veel grooter is, behoeft wel
geen nader betoog, wanneer men bedenkt, dat – afgd-
zien van seizoen-invloeden, die vooral in Noord
Britsch-]Indië van belang kunnen zijn – de deelne-
mende landen zich bij een restrictiepercentage van
0 pCt. toch groote beperkingen zouden moeten opleg-
gen -als gevolg van het in productie komen van jonge
tuinen, die v66r de restrictie-regeling werden aange-
legd en clie vooral op Sumatra verhoudingsgewijs zeer
omvangrijk zijn. –
Uiteraard moet het voor de Internationale Thee
Commissie geen gemakkelijke
taak zijn geweest om het
eens te worden over het restrictie-percentage -voor 1 April 1934 tot 31 Maart 1935, daar nog niet eens
met zekerheid kon worden gezegd, hoe de resultaten
van het eerste restrictiejaar zullen zijn op ulto. Maart
as. of liever nog een maand later, wanneer die uit-
voer-quota de Europeesche distributie-centra zullen
hebben bereikt.
* *

–
*

Wij zullen niettemin een poging,wagen, ons van de
resultaten een beeld te vormen. Uitdrukkelijk zij hier-
l)ij vooropgesteld, dat- voorspellingen als – deze maar
uiterst betrekkelijke waarde hebben, daar er te veel
onzekere factoren zijn, die daarbij, een rol spelen. Met
name geldt dit voor het verbruik,- dat natuurlijk voor

een groot deel afhankelijk is van de toekomstige con-
junctuur.

–

–

–
Beschouwt men de voorraden van Amsterdam— –
Londen als de surp1us-wereldvooï-radei, vermeerdert
men deze met de (gerestricteerde) uitvoer-quota der
restrictie-landen en de te verwachte uitvoeren van
Japan, China en Formosa en trekt men van deze
uitkomst af de vermoedelijke consumptie, dan bena-
dert nien de surplus voorraadcijfers aan het einde van
het restrictie-jaar. Hierbij is eenvoudigheidshalve uit-
gegaan van de, strikt genomen niet juiste, veronder-
stelling, dat de voorraden te Londen en Amsterdam
de eenige zijn. Vandaar dat hierboven slechts over
surplus-voorraden werd gesproken.
Uitgaande van de bekende voorraden van Amster-
dam en Londen begin Mei 1933, en den uitvoer van
Japan, China en Formosa aannemende op 71.721 ton,
waarbij op een vermeerdering van den uitvoer in de
tweede helft van het eerste restrictie-jaar ten opzich-
te van het overeenkomstige tijdperk in 1932—’33 met
20 pCt. wordt gerekend, komt men tot de volgende
hecijfering. Die vermeerdering met minstens 20 pCt.
is o.i. alleszins verdedigbaar, omdat de uitvoer van
die, niet aan de restrictie deelnemende landen sinds
de restrictie sterk – gestegen is (gedurende het eerste
halfjaar der restrictie reeds met ruim 15 pCt.) en in
verband met de prijsstijging waarschijnlijk nog verder
zal toenemen. –

Voorraad Londen/Amsterdam
1
Mei
1933 …..123.322
ton TJitvoerquota restrictielanden
114/’33_3 1f3/’34 – 311.424
Uitvoer Japan, Formosa en China
April/Sept.
1932— 31.765
ton

1933— 36.614

,
,
……………36.614
– is vermeerderd met
15y
4
pCt. t.o.v.
1932
Oct./Mrt.
1932/’33 29.256
ton

1933f34 35.107

,.

…………
35.107
aangenomen vermeerdering
20
pCt. t.o.v.
1932 —
7
ton
Verbruik
1928/’31
gemidd.
410.276
ton
1932

pl.m.
409.000

–
1933/’34
geschat
405.000

…….405.000

Voorraad Londen—Amsterdam
1
Mei
1934 … 101.467
ton
Uitvoerquota restrictie-landen
1934f35 ……320.583
Uitvoer Japan, Formosa en China:
Vermeerdering 20
pCt. t.o.’.
1932 ……..73.225

–

405.275
ton
Verbruik
1934/’35
geschat ………………
-_
405.000

T
oo
i.I.aad Londen/Amsterdam
1
Mei
1935 ….90.275
ton

Het verbruik van thee vertoont een iets dalende
tendens wegens de hoogere invoerrechten en de ver-
minderde koopkracht der cosumen tea. Wannèer wij
derhalve het verbruik op 405.000 ton per jaar stel-
len, blijven wij waarschijnlijk aan den veiligen kant.
De
–
voorraden per 1 Mei 1934 blijken dan ruim
100.000 ton te zullen bedragen. Aan het eind van het tweede restrietiejaar komen wij tot een totalen voor-
raad te; Londen/Amsterdam van ruim 90.000 ton,
waarbij rekening is gehouden met het verlaagde res-
trictiepercentage.

Wij achten de verlaging van het percentage een wijs
vborstel der Internationale Thee Commissie; daar
handhaving van het huidige quotum ook over 1934/’35

– vermoedelijk een, voorraad van even 80.000 ton in
Mei 1935 tot gevolg zou hebben gehad. Een dergelijke – kleine voorraad zou waarschijnlijlc tot een geforceerde
prijsverhooging aanleiding kunnen geven, gepaard
– gaande met een verdere inkrimping der consumptie,
waardoor een steeds verdérgaande restrictie nodig
— zou worden. – – – –
Doovde kleine ver1uiming in .de uitvoeren wordt
te’enshet gevaar verminderd dat de ‘,;outside”-lan-
– den teveel van de opofferingea vtn dë ândere landen
– zouden profi-teeren. – – – – – — – –

946

ECbNÖMÏSCH-STATÏSTÏSCHE BERICHTEN

6 December 1933

HERVORMING VAN BANK. EN CREDIETWEZEN.

II
(Slot).

De Heer F. M. Wihaut te Amsterdam schrijft ons:

Prof. Verrijn Stuart heeft tegen onze voorstellen
nog een tweede groote bezwaar:

,,Zeer
bedenkelijk is ook het twede desideratum, dat in
de conclusie sub a. wordt genoemd. Daarin wordt verlangd,
dat de centrale bank als concurreute van de andere banken
zal optreden. Inzonderheid heeft men daarbij blijkens de
toelichting de binnenlandsche credietverleening op het oog
gehad. Het gevaar wordt hier geducht, dat deze, alszij in handen is van particuliere winstmakers, te duur zal
worden. Gestreef cl moet daarom worden naar zoo goedkoop
mogelijk cred jet.
Dit voorstel komt ons geheel verkeerd voor. Wil een
centrale bank haar rol naar behooren vervullen, zoo zal
zij er op uit moeten zijn om in hausseperioden remmend
te werken, haar disconto te verhoogen en activa af te
stooten ter vermindering van de geldcirculatie, terwijl zij
in tijden van depressie moet streven naar het omgekeerde:
lage rente en uitbreiding van circulatie, zulks teneinde
de golven der conjunctuur, voor zoover deze voor mone-
taire beïnvloeding vatbaar zijn, zooveel doenlijk te verzach-
ten. Deze taak kan de centrale bank het best vervullen,
wanneer zij in normale tijden haar activa beperkt tot vlot
vrhandelbare of gemakkelijk realiseerbare effecten en
credieten, zooals courant overheidspapier, prima wissels en
belenenningen, ccl. Gaat zij echter een bedrijf opbouwen,
als dat van de particuliere banken, zoo beperkt zij haar
eigen bewegingsvrijheid enorm. De taak, waarvoor zij zich
gesteld ziet, t.w. die van hoogste contrôle-orgaan dci’ geld-
circulatie en der korte credietverleening, geraakt te eer-der in het gedrang, naarmate de centrale bank zelf meer
gebonden is aan bepaalde groepen van cliënten.
Bedenkelijk is dit alles vooral ook daarom, omdat het
geschiedt onder het motto van ,,goedkoop crediet”. Het kon
nu toch langzamerhand genoegzaam bekend zijn, dat voor
een waarlijk vruchtbare ontwikkeling van het economisch
leven een streven naar duurzaam goedkoop crediet uit
den booze is, omdat het de inflatorische invloeden in het
economisch leven versterkt, en daardooi uiteindelijk na
een inflatorische hausse hevige terugslagen veroorzaakt.
De ware rentepolitiek bestaat in het opvoeren vau den
rentestand in hausses, snel en krachtig, teneinde excessen
op het gebied der credietverleeuing en der daarop geba-
seerde geldcreatie te voorkomen, om dan in tijden van
omslag de gelegenheid te bebben dcii rentestand eveneens
snel en drastisch te verlagen, een en ander gepaard gaan-
de met en gesterkt door open-markt-politiek. Niet een
regel van ,,goedkoop crediet” dus, maar een politiek van
afwisselend hooge en lage rente in verband met de
schort,-melingen der conjunctuur.”

Hier moet allereerst een misverstand worden weg-

genomen.
Paragraaf 30 van het gewijzigde Socialisatiepro-
gram 1933 spreekt niet van ,,goedkoop crediet” zon-
der meer, maar van ,,zoo goedkoop mogelijk crediet”.

Prof. Verr.ijn Stuart heeft de
•
uitdrukking ,,zoo

goedkoop mogelijk” wel gelezen. Maar het lijkt vrij
wel uitsluitend het woord ,,goedkoop” dat hem daar-
in heeft getroffen.

Wat verstaan wij, hij de leiding van de geheele
credietvoorziening van het land door een gemeen-
schapsorgaan. onder ,,zoo goedkoop mogelijk crediet”?
Wij verstaan er onder crediet, verleend op commer-
cieelen grondslag waarbij alle belangen van het be-
d.rijfsleven worden gediend.
Aanvaarden van ,,commercieelen grondslag” sluit

in, het berekenen van rente, die hoog genoeg is om
alle kosten aan de credietverzorging verbonden te
dekken. Ook om met risico’s, aan de credietverleening
verbonden, rechtstreeks rekening te houden. Ook om
met het oog op de wisselende heteekenis die deze risi-
co’s kunnen bieden in tijden van gunstigen en on-
gunstigen gang van het bedrijfsleven, eenige reserve
te kweeken.
De kosten van credietverzorging over het heele land
zullen niet klein zijn. De beheerende circulatiebank
zal veel bijkantoren en veel agentschappen moeten
hebben, over het geheele land verspreid, om de belan-

gn van landbouv,, nijverheid en handel in alle land-
streket te dienen. De leiding dezer uitgestrekte ere-
clietverzorging zal zich de beste deskundigen moeten
Verzekeren. Ook bij het vooropstellen van goed bb
leid hij de beoordeeiing der credietwaardigheid zal
verlies niet geheel zijn te ontgaan. Met dit element
vail in de rente te rekenen. Dit element is wissel-
vallig. Vooral in tijden van ongunstig bedrijfsleven, hetzij over de geheele lijn, hetzij voor enkele afdee-
lingen daarvan.
1-loewel nu
hij
cle leiding van clezécredietverzor-
ging op den voorgrond staat, dat de bemoeiing niet
op het maken van winst is gericht, alleen er op ge-
richt is om alle belangen van het bedrijfsleven te
dienen, zal voorzichtig beleid
a
allicht toe leiden, dat
min of meer regelmatig, na dekking van alle kosten
en verliezen en na voorziening in risico’s, toch nog

een overschot blijft. Dit gebeuren wordtniet van meet
af uit den hooze geacht. Wij lezen op bladz. 28 van
de brochure ,,Socialisatie 1933″ het volgende:
,,Tordt
er dan met cle verzorging van de crediet-
verleening aan het bedrijfsleven winst gemaakt, dan
kan aan deze winst of aan een deel ervan, een be-
stemming worden gegeven om het bedrijfsleven’ te
hevordeien in die gevallen, waar het verleenen van
crediet, commercieel gezien, niet of nog niet de ver-
eischte waarborgen biedt.”
Er is dus bij ons geen afkeer van bedr.ijfsoverschot
bij gemeenschapsbedrjf.
Doch wij duchten inderdaad het gevaar, zooals

Prof. Verrijn Stuart zeer juist ziet, dat de crediet-
verleening voor het bedrijfsleven ,,als zij in hahden is
van particuliere winstmakers, te duur zal worden of
te duur zal blijven.”
Ilier staat het ,,gevaar” niet ver van de werkelijk-
heid. Het ,,gevaar” is de werkelijkheid. De ,,particu-
liere winstmakers” houden bij het berekenen der rente
die zij van de credietbehoevenden zullen verlangen,
niet op, waar het gemeenschapsbedrijf wèl ophoudt.
Het staat z66, dat de ,,particuliere winstmakers”,
wanneer zij hebben vastgesteld wat noodig is tot
dekking van kosten der credietvoorziening, wat noo-
dig is voor aanvaarding van risico’s,-
eigenlijk
eerst
beginnen. Boven en behalve deze onafwijsbare elemen-
ten komt hun winst. Winst voor hun aandeelhouders,
winst onder den naam van tantièmes voor directie
en hare naaste medewerkers.
Wie neemt hen de opneming kwalijk van dit ele-
ment in de berekening der rente die het bedrijfsleven
hen voor de credietverleening moet vergoeden? Geen
redelijk menisch. Het is varn ,,particuliere winstma-
kers” de economische functie.
Zelfs, gaat ons voorstel zoover, dat het aan de
particuliere banken nog niet wil beletten, met de
credietverleening aan het Nederlandsche bedrijfs-
leven voort te gaan.

Bij dit voortgaan echter ervaart het particuliere
bankbedrijf dan inderdaad de ,,coricurrentie” van het
gemeenschapshedrijf.
MTordt
deze haar te sterk, dan
mag zij hare verzorging van de binnenlandsche ere-
dietverleening staken.

1
–
her heeft Prof.
1
Verrjn Stuart een gelegenheid
laten voorbijgaan om ons voor onze bescheidenheid
lof te brengen. Wij beperken de.credietverleening als
gemeenschapszorg tot de behoefte van het bedrijfs-
leven in Nederland. Zonder echter de belofte te doen,
dat dit steeds zoo zal blijven. – Naarmate in andere
landen de Staat als gemeenschapsorgaan de crediet-
voorziening als zijn taak zal aanvaarden, zullen wij
ten opzichte van socialisatie van het particuliere
bankwezen stoutmoediger staan dan thans. Doelmatige
ocialisatie ziet zich tot geleideljkheid verplicht. Op het oogenhlik achten wij het niet doelmatig met een
eisch van gemeenschapsbeheer, oftewel socialisatie,
verder te gaan – dan geldcreatie, geldcirculatie, en
eredietVerzorging voor zoover het bedrijfsleven in
Nederland die vereischt. Doch deze gemeenschaps-

December 1933

ÖtSCH-STAflSTISCflE BERICHTEN

947

voorziening willen wij aan het particuliere winstbe-
drijf onttrekken.

Zoo staan wij ook tegenover Professor
VerrijrL
Stuart in zijn stelling, dat de circulatiebanken door
de bepaling van wisseldisconto, beleeningsrente enz., invloed moeten oefenen op de conjunctuur.

De gedachte, dat de centrale banken van verschil-
lende landen, particuliere centrale banken dus, in
enge samenwerking met elkander, de conjunctuur in
het internationale bedrijfsleven zoudén regelen, roer-

den wij reeds aan. Wij stellen op den voorgrond, dat
het feit, dat deze geldinstituten van die regeling tot nu toe niets hebben terechtgebracht, voor ons geen
argument is, dat ze het niet zouden kunnen. Om het

te kinnen zou zeker hun samenwerking veel hechter
moeten zijn en veel algemeener dan op dit oogenblik
in den gezichtskring ligt. Doch wij sluiten de moge-
lijkheid niet uit, dat die internationale samenwer-
king tussQhën, circulatiebanken, zoo sterk en zoo al-

gemeen zou kunnen worden, dat de dan te voeren
rentepolitiek en leiding van crediet- en geldcircula-
tie, in de regeling van cle conjunctuur een sterk ele-

ment zou kunnen zijn. Wij zien het als strijdvraag.

Doch zijn geneigd die voorloopig ontkennend te be-
antwoorden.

Doch gesteld, dat het zou kunnen. Moet dit pogen
clan bevorderd worden door den Staat als gemeen-
sehapsorgaan?
‘T00r
zooveel betreft particuliere ci rculatiebanken
ligt ons afwijzend antwoord voor de hand. Want dit
zou zijn de verheffing der samenwerke.nde geidmach-
ten, van het internationale hankkapitaal, tot ,,heer-
schappij” over het internationale bedrijfsleven. Er is
geen enkele reden om aan te nemen, dat deze parti-
culiere internationale ,,bankheerschappij” ,,een waar-
lijk vruchtbare ontwikkeling van het economische

leven” zou dienen”. Deze internationale bankheer-
schappij zou in de eerste plaats dienen, de belangen
van het internationaal bankkapitaal. Zij z.ou de
,,vru.chtbare ontwikkeling van het econômisehe’ leven”,
de woorden
zijn
van Prof. Verrijn Stuart, slechts
dienen, voor zoover deze geacht werd samen te val-
len met haar winsthelang. Zij zou die ,,vruchtbare

ontwikkeling” dienen, op vergelijkbare wijze als bij
monopolistische beheersching van productiegebieden
en verbruiksgebieden, het verbruikersbelang wel wordt
gediend. Bijkomstig. Incidenteel.

Zouden wij dan ook afwijzend staan, ten opzichte

van de samenwerking van staatscirculatiebanken, elk op zichzelve organen eener staatsgemeenschap, in de poging tot regeling der wereldconjunctuur?

Ja. Doch op andere gronden.

Deze gronden kunnen, in deze beschouwing, slechts
zeer vluchtig worden aangegeven. In de begeerte om
ten opzichte van de wereldconjunctuur regelend op
te treden, gaan wij verder dan Prof. Veriijn StuTart.

De ,,regeling” van stijging en daling in conjunctuur die ons- voor oogen staat, ‘is de opheffing van deze
periodes. Opheffing, door het tot stand brengen van
evenwicht tusschen het verbruiksvermogen der

menschheid en het productievermogen waarover ‘zij beschikt. T-Jet scheppen van dit evenwicht, met be-
heersching van onvermijdbare natuurlijke schomme-
lingen in de productie van talrijke grondstoffen, moet
de uitkomst zijn van overneming door gemeenschaps-
organen van de particuliere productie van levensbe-
noodigdheden in alle landen. De uitkomst dus van
socialisatie der productie in alle landen, wlke socia-
lisatie in elk land van meet af aansluiting zoekt bij
de rationeele voorziening door internationale gemeen-
schapsorganen te verzorgen. Socialisatie dus die na-
tionaal en internationaal, elkander aanvullend, uit-
gaat van de erkenning, dat de aarde door de econo-
mische ontwikkeling van de 19e en de 20ste eeuw, ‘is
geworden tot één productiegebied. Eén aaneengeslo-ten productiegebied, dat moet worden georganiseerd

tot een gebied van wereldvoorziening en wereidver-
bruik.

Voor ons dus moet de opheffing der periodieke
economische crises, worden bereikt door deze nationaal
en internationaal georganiseerde ordening van pro-
ductie en koopkrachtig verbruik.

Er vloeit hieruit voort, dat ‘Vij Prof. Verrijn Stuart
niet kunnen volgen in zijn bezwaren tegen de door
ons voorgestelde hervorming in leiding van geld-

creatie, geldcirculatie en credietvoorziening, op gron’d
van het argument, dat de eireulatiebank, zooals wij
die willen, zelfs niet zou beproeven regelend op te
treden ten opzichte van de conjunctuur, gesteld al,
dat dit nationaal mogelijk ware.

Op eenige andere punten echter kunnen wij Prof.
Verrjn Stuart geruststellen. Dat ook de door ons
gedachte circulatiebank als gemeenschapsorgaan, zorg
zal dragen voor cle vereischte mate van likwiditeit
dat zij het belang zal zien van handhaving, zoover
het nationaal in hare macht blijft liggen, der stabili-
.teit van ons geldwezen, het is alles in de toelichting
onzer voorstellen te lezen. Een circulatiebank ge-
meenschapsorgaan, kan, wij herhalen het, deze belan-
gen evengoed verzorgen, en beter, dan eene circula-
tiebank beheerd door een particuliere lirectie met
particulier kapitaal dat winst verwacht.

Prof. Verrjn Stuart stemt in met onzen eisch,
inderdaad geen uitsluitend socialistische eisch, van
toezicht op cle geheele gestie van het bankwezen. Niet
uitsluitend dus toezicht op het emissiebedrijf, doch
op de uitoefening van alle voorname functies van de
banken, credietverleening enz.

Is het noodig hiervoor een afzonderlijk orgaan in
het leven te roepen: een Kamer voor het Bankwezen?
vraagt Prof. Verrijn Stuart. Is het niet beter die taak
te leggen in handen van de daarvoor zeer geëigende
Centrale Banken?

Op den voorgrond stellend dat de Centrale Bank,
die dan met dit toezicht zal worden belast, zal zijn een
gemeenschapsorgaan in den geest van ons voorstel,
valt allicht over dit punt nog te spreken. Het lijkt ons
een vraag van doelmatigheid. Voor hare overweging
is allicht, eer onze voorstellen tot uitvoering komen,
nog tijd. Tegen toezicht op spaarbanken en hypo-
theekbanken (voor ons in afwachting hunner over-
neming door de gemeenschap) heeft Prof. Verrijn
Stuart in het geheel geen bezwaar.
Een afzonderlijk uitvoerig deel van zijn opstel

wijdt Prof. Verrjn Stuart aan de financiering van de
industrie.

Er wordt, zegt hij, hierover in de brochure ,,Socia-
licatie 1933″ niet gesproken. Dit eischt ophelde-
ring onzerzijds.
In ons Verkiezingsprogram voor 1933 vermeldt art. ‘6: ,,Oprichting van een Industriebank ter bè-
vordering der hinnenlandsche nijverheid en van een
staatshypotheekbank. Voorbereiding van een Staats-
verzekeringsbedrijf.” Het urgentieprogram van. de
S.DA.P. vermeldt de ,,Industriehank” als dringende
eisch.

‘Er is echter tusschen deze verschillende formulee-
iingen ten opzichte van gemeenschapszorg voor ere-
dietvoorziening geen enkel verschil. Ons socialisatie-
program 1933 stelt de credietverzorging voor het ge-
heele bedrijfsleven als eisch van gemeenschapszorg.
‘Het wijst de Circulatiebank aan voor de opperste
leiding, dezer geheele credietvoorziening.

De industrie is van het bedrijfsleven een belang-
rijk onderdeel. Wij zien het als een vraag van Orga-
nisatie en doelmatigheid, of hij de uitvoering Onzer
voorstellen een zelfstandige Industriebank dient te
worden opgericht, dan wel of de credietvoorziening
in haar vollen omvang voor de industrie, een onder-
deel kan uitmaken in de leiding van de algemeene
credietvoorziening door de Centrale Bank.
Een: goede credietvoorziening voor cle industrie,

vereischt twee scherp te onderscheiden soorten van

948

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 December 1933

credieten, credieten op korten termijn en credieten
op langen termijn. Credieten op korten termijn die-
nen als hulp in de tijdelijke financiering van voor-
raden en vorderingen, zij worden uit de inkomsten
van het bedrijf telkens afgelost. Credieten op langen’
termijn zijn vaak noodig om bestaande industrieën uit
te breiden buiten de grenzen van het eigen bedrijfs-
kapitaal: nieuwe machines enz. De aflossing hunner
aanschaffing vereischt jaren. Ze zijn ook noodig voor
beginnende industrieën, die wel hun bestaansreden
kunnen bewijzen, doch wier rentabiliteit nog niet
voldoende vaststaat om gemakkelijk particulier be-
drijfskapitaal tot zich te trekken.
Credieten op langen
termijn
passen niet voor par-
ticuliere banken, zij zijn in strijd met de eischen die
voor bankbeheer moeten gesteld worden ten opzichte
van likwiditeit. Credieten voor nog opkomende indus-
trieën liggen, ook al zou het likwiditeitsbezwaar niet
gelden, niet of nauwelijks op den weg van particu-
lier bankbeheer.
Hier ligt dus een taak voor gemeenschapszorg in,
credietvoorziening. Het bezwaar, dat lange credieten
in strijd zijn met eischen te stellen aan likwiditeit,
geldt ook voor de Circulatiebank als gemeenschaps-
orgaan. Vast staat, dat voor de likwiditeit bij het
beheer der circulatiebank moet worden gezorgd. De
vraag, die bij de regeling der credietvoorziening als
gemeenschapszorg moet worden beslist is dus deze:
Kan de Circulatiebank zonder eenig bezwaar naast de verleening van de gewone korte credieten voor de
industrie, ook voorziening treffen voor de lange cre-
dieten, bijv. door een bijzondere afdeeling beschik-
kend over eigen kapitaal? Of is het beter voor het
financieren van bijzondere industrieën, die verwacht
worden credieten op langen termijn te behoeven, een
afzonderlijke Industriebank in te stellen, als geheel
zelfstandig werkend instituut? Het gaat voor ons hier alleen om de doelmatigheid.
Dit vooropgesteld, moeten wij de gedachte bestrij-
den door Prof. Verrjn Stuart ontwikkeld, dat voor
de financiering der industrie met een ,,tijdelijk crisis
crediet-instituut” met een ,,noodcredietorganisatie”
zou kunnen worden volstaan.
Deze ,,nood-credietorganisatie” zou moeten werken
in de ,,aanpassingsperiode” in ons nationale bedrijfs-
levep, die geacht wordt te zullen intreden, bij op
–
leving der conjunctuur. Veel particuliere bedrijven,
die voor de crisis levenskrachtig waren, zullen dan
te zwak zijn geworden om met eigen middelen hun
oude plaats weder in te nemen. Of zullen onmachtig zijn om zich in gewijzigde productie-organisatie een
nieuwe plaats te veroveren.
Wij zien deze gemeenschapszorg als de eerste taak,
hetzij eener afzonderlijke Industriebank, hetzij der
algemeene credietvoorziening onder leiding van de
Centrale Bank.
Wij treden nu niet in debat met Prof. Verrjn
Stuart of en in hoever de verleening van zulke recon-
structie-credieten, dan moet worden ,,afhankeljk ge-
steld van de noodige loonsverlaging en van andere
thans verstarde onderdeelen van de kosten”. Op dit
punt zeggen wij nu maar: ,,pour bien discuter, il
faut être d’accord”. Doch afgezien daarvan, achten
wij de tijdelijke voorziening, die Prof. Verrijn Stuart
wil, volstrekt onvoldoende als gemeenschapszorg.
Bovendien moet door haar tevoren vastgesteld tijde-
lijk karakter, hare doelmatigheid verminderen voor
den tijd van haar duur. Op het werkgebied van een
tijdelijke voorziening, als na-crisis-reconstructie, lig-
gen aanrakingspunten met de verzorging van het
geheele Industrieele Crediet, zooals wij dit willen. Deze voorziening wordt veel beter, indien zij aan-
stonds in zich opneemt, de erkenning van de ook, af-

gezien van crisis en opleving,
blijvende
behoefte aan
genaeenschapszorg voor industrieel crediet, in het
bijzonder industrieel crediet op langen termijn. De
voorziening wordt o.a. daardoor veel beter, wijl zij

zich, uitgaande van het standpunt, dat een grooter of
kleiner deel harer credietverstrekking blijvend zal
zijn, haar toch al niet gemakkelijke credietbedrjf veel
beter van de best beschikbare krachten. kan voorzien.
Wij beelden ons volstrekt niet in, Prof. Verrjn

Stuart, door ons betoog op punten, waar zijn inzich-ten principieel staan tegenover de onze, in zijn posi-
tie te hebben verzwakt.
Doch wij vragen hem wel, onze argumenten voor

een duurzame verzorging van.de financiering van in-
dustrie, vooral voor credieten op langen termijn, nog
ernstig te willen overwegen. Hier ligt een belang voor
rationeele verruiming , van de grondslagen voor het

Nederlandsche
bedrijfsleven,
een belang voor ratio-
neele werkverruiming ook buiten tijden van crisis of
tijden van overgang üit depressie.

R e c t i f i c a t i e. Door een misverstand zijn van
dit artikel, No. 935 Woensdag 29 November 1933, de
hier volgende wijzigingen
niet
aangebracht.
In le kolom bladz. 926 worden laatste en voorlaat-
ste alinea
17
regels en in de 2e kolom blz. 926
5
re-

gels le en 2e alinea als volgt:
,,Wij verstaan er nog
altijd
onder een overheid, die
zich bij de regeling harer inkomsten laat leiden door
de financiëele draagkracht berustend op de economi-
sche structuur van het te verzorgen gebied, en bij de
regeling harer uitgaven, binnen de grenzen dezer in-
komsten, laat leiden door zorgvuldige overweging van
het maatschappelijk nut, dat door de uitgaven wordt

beoogd.
Het komt voor, dat door vertegenwoordigers uit
dien kring, verschillende inzichten worden geuit ten
opzichte van ihkomsten en uitgaven. Het is dan de
taak der besturende overheid, een synthese te vormen,
die door haar en door den gemeenschapskring als
geheel kan worden aanvaard De aldus verkregen uit-
spraak is dan bindend voor alle leden.”

DE INDISCHE MIDDELEN OVER JUNI 1933.
1)

In de maand Juni was de opbrengst der landmidde-
len
f
32.6 millioen tegenover
f
35.2 millioen in de-
zelfde maand van het vorige jaar. De middelenop-
brengst over de eerste zes maanden van 1933 ad
f
181.9
millioen bleef in totaal
f
17.6 millioen achter bij die
in de eerste zes maanden van 1932, welke
f
199.5 mii-
lioen bedroeg.
De belangrijke ontvangst op den tabaksaccijns houdt
verband met de groote bestellingen van banderolles
in de maand Februari 1933 ad ruim
f
2 millioen.
Tot en met de verslagmaand is aan bestellingen ge-
boekt een bedrag van rond
f
9 millioen.
Dat niettegenstaande verhooging der invoerrechten
de opbrengst van Juni achterbleef bij die van het
vorige jaar hangt samen met de belangrijke verminde-
ring van de totale handelsbeweging.

B. Kohierbelastin gen.
De Kohierbelastingen bleven in de verslagperiode,
net uitzondering van de Vennootschapsbelasting,
allen bij 1932 ten achter.
De hooge opbrengst van de vennootschapsbelasting
vordt veroorzaakt door het vlugge verloop van den
‘oorloopigen aanslag 1933.
Bij de verponding had van Mei 1933 op de verslag-
maand een overboeking plaats van ongeveer
f 1
mfm,
waardoor drie ton als mindere ontvangst moet worden
verantwoord.
De
overige belastingen
brachten in de verslagmaand

f
0.33 millioen op tegen
f 0.15
millioen in dezelfde
maand van 1932, terwijl de totaaiopbrengst over de
eerste zes maanden van 1933 en 1932 respectievelijk

f
2.2 en
f
2.2 miilioen bedroeg.
Op de motorvoertuigeubelasting Java en Madoera
werd in Juni alleen gestort in de provincie West-Java,

‘) Wegens plaatsgebrek is dit overzicht door ons bekort.
(Red.).

11
6.
December
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

949

zoodat het opbrengstcijfer slechts een deel van de

betalingen aangeeft.

Monopolies.
De betalingen bij de monopolies waren in de ver-

slagmaand
f 0.4
millioen minder dan in Juni
1932,

terwijl de totaalopbrengst in de eerste zes maanden
van
1933 f 4.5
millioen achterbleef bij die over de-

zelfde periode van
1932.

Producten.
De exploitatie-ontvangsten van de producten be-

droegen in Juni
1933 f 4
millioen tegen
f 2.2
mii-

lioen over dezelfde maand in
1932
of
f 1.8
millioen

meer, de totaal-opbrengst in de eerste zes maanden

voor
1933
voorloopig is te stellen op ongeveer
f 18.6

millioen.
De bijzonder hooge opbrengst van het havenwezen

van
1933
bedroeg
f
0.9 millioen meer dan over dezelf-

de periode van
1932,
hetgeen vrijwel geheel wordt

veroorzaakt door de opbrengst van Bankatin, die over

de verslagmaand rond
f 2.7
millioen heeft bedragen.

Hierbij is in het oog te houden, dat de verwachting
in de verslagmaand wordt voor het overgroote deel
veroorzaakt door redresposten betreffende vorige

maanden.
De totaal-opbrengsten van de
S. S.
bleven in de

eerste zes maanden van dit jaar
f 5.1
millioen bij die

over de eerste zes maanden van het vorige jaar ten

achter.

Diverse middelen.
De opbrengst van deze groep was in de eerste zes

maanden van
1933 f 2.6
millioen minder dan in de

overeenkomstige periode van
1932.
Het achterblijven

van de opbrengst over deze periode bij de fractioneele

jaarraming met een bedrag van
f 7.4
millioen en bij

dezelfde periode van
1932
met
f 2.6
millioen verd in

hoofdzaak veroorzaakt, doordat in de eerste zes maan-

den van het jaar
1933
resp.
f
0.2,
f
1.2,
f 0.3
en
f 0.4

millioen minder werd ontvangen dan in de overeen-

komstige periode van
1932 op afstand van grond, af-

koop heerendiensten, schoolgelden
en de groep
,,Al-

lerlei
°
.
De opbrengst van de andere tot deze groep behoo-
rende middelen geven geen aanleiding tot bijzondere

vermelding.
De voorloopige uitkomsten, globaal. herleid naar de
opstelling gevolgd in staat 1 van Bijlage A van de

Financiëele nota
1933,
vertoonen het volgende beeld:

Lands ontvangsten.
le halfjaar 1933. (in millioenen guldens)
Voorloopige

Verschil tus-
uitkomst. le

schen raming

jaarraming halfjaar

en uitkomst
Belastingen……131

97.9

– 33.1
Overschot Monop

15

11.6

– 3.4
Overschot Product

0.3

– 2.9

– 3.2
Overschot Bedrijv.

7.1

4._

– 3.1
Diversen ……..10.0

5.7

– 4.3.

Totaal….

163.4

116.3

– 47.1

Er dient op te worden gewezen, dat door de toe-
passing van het stelsel der ,,zuivere opbrengst” in de
begrootingsrekening een groot deel van de jaarop-
brengst der kohierbelastingen reeds in de uitkomsten
van dit eerste halfjaar is verantwoord.
Teneinde vergelijkbare cijfers te verkrijgen t.o.v.
de helft van de jaarraming is van het
totale bedrag

der opgelegde aanslagen ook
de helft genomen.
Om in de hierdoor ontstane verschillen een vol-
doende inzicht te verkrijgen, is hieronder opgenomen
ben nadere specificatie van den stand van de kohier-

belastingen op ulto. Juni jl.

SPECIFICATIESTAAT BELASTINGEN. (In duizenden guldens.)

Belast in gso o r t
Ontvang-
stenopkoh.
1930 en v. j.

Ontvangen
boeten en
k.v.v.op
koh.j.
’31 tjm

Kohier1931
Kohier 1932
Kohier1933 Begr. rek.
kol. 1+11+
IlI+V1l
IX

Vergelijkb. cijfer kol.
11+112
(III+VII)
x

Aanslag
III

Ontvan-
sten
IV

Aanslag

V
II

Ontvan-
sten
VI

Aanslag
1
VII

Ontvan-
sten
VIII

I.B.+ Crisisheffing.
tin 30 Juni 1933….
.
–
–
46.492 41.233
52.028
42.447
–
–
–
–

t/m 31 Dec. 1932

over lehalfj. 1933

–
–
46.670 40.570
52.381 35.731
–
– –
–

744
237
–
178 .663
–
253
6.716
30.404 6.839
31.207 16.094

Vennootschapsbelasting.
tm 30 Juni 1933
–
–
18.294
17:821
9.020
8.737
–
–
–

t/m 31 Dec. 1932.
.
–
_.
17.231 17:540
8.235
8.230
–
–
– –

1113
4
1.063
.272
•

785 507
5.134
4.845 7.314
4.215
over le halfj. 1933
Ver ponding.
t/m 30 Juni 1933
tjm 31 Dec. 1932
–
–
–
–
10.509
10.150
9114
8.887
10.111 10.348
7.523
4.951
–
–
– – – –
–
–

774

–
–

49

–
–

359

5.342 5.364

227
–
5060
5.006

–
237

4.764
4.717

2.572
4.325 3.758

5.282

–
–

688

–
–

6.464

–
–

3.644

–

over lehalfj. 1933
Personeele belasting.
t/m 30 Juni 1933
t/m 31 Dec. 1932
35
3
.
7
–
22
‘
54
47
567
3.189
1.083
3.239
1.656
over lehalfj. 1933
Lcenclrente Java-Madoera
.
–
t/m 30 Juni 1933
t’m 31 Dec. 1932..
–
–
– –
33.394 33.409 31.639
31597
28.643
1)

28.967
26.934 24.864
–
–
–

_L.
–

over lehalfj.1933….
1
—
–
15
42
–
324
2.070 27.659
2)

5.529
27.645
13.823

Landrente Bali en Lom bok.
t/m 30 Juni 1933….
t/m 31 Dec. 1932. ..
.
–
–
– .
–
2.685
2.686
.2.591
2:550
2.593

)
2.710 2.290
1.621
–
–
–
–
–

10
19
–
1
41
–
117
669
2.203
4
)
62
2.232
1.130
over ie halfj. 1933….
Lancirente Hoeloe Soengei.
t/m 30 Juni 1933….
t/m 31 Dec. 1932….
–
–

.
–
–
615
621
P
293
1
260
.

880
881
57
–
nihil

– –
.

-.

9
3
.
–
6

.

.

:

33
.

.

–
1

.
t

f.

.

57
249
5)

nihil
255
1.887
134
952
over lehalfj. 1933….
Overige kohierbelastingen

Totaal kohierbelastingen..
Ontv. bel. niet
Op.
kohier..

80.243 56.229
41.648
56.229

136.472 97.877
Totaal belastingen

……..
.
.

.
Hierbij is in aanmerking genomen dd crisisontheffing adf5.690.000 rond.
250.000 rond.

.

117.000 rond.

Crisisontheffing voor 1933 is nog niet verleend.

950

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 December 1933

AANTEEKENINGEN.

Warenhuizen, eenheidswinkels en detailzaken in
Zwitserland.

,,Zur Warenhausfrge” is de bescheiden titel vail
cle publicatie Nr. 10 van de Preisbildungskommission
van het Zwitschersche Ministerie van Econ. Zaken,
welke zoo juist is verschenen. In werkelijkheid heb-
ben de beschouwingen en: de gegevens echter niet
alleeu op warenhuizen betrekking, maar omvatten zij
het geheele terrein van den detailhandel, terwijl
bovendien een diepgaand onderzoek is ingesteld naar
de uitwerking van cle moderne inkoopmethoden der
warenhuizen en dergelijke organen op de verhou-
dingen in de industrieën, die verschillende verbruiks-
artikelen vervaardigen.

Ofschoon deze publicatie geen diepgaande theoie-
tisch-eco nomische beschouwingen geeft, blijken de
samenstellers toch een goed begrip te hebben van de
algemeene economische verhoudingen van den tegep-woordigen tijd, en
vermijden
zij angtvallig alles, dat
zweemt naar een beperkten blik, alleen op de belangen.
van den kleinhandel gericht.

Mét den meesten nadruk wordt voordpgesteld, dat
de kleinhandel tot taak heeft de geproduceerde goe-
deren zoo goedkoop en zoo efficiënt mogelijk tot de verbruikers te brengen. De commissie heeft dan ook
in principe geen bezwaren tegen het bestaan van
groote zaken voor detailverkoop, hetzij als filiaal-
zaken, warenhuizen of eenheidswinkls. Zij wijst juist
op het groote nut van dergelijke zaken, die door haar
lage
prijzen
den omzet bevorderen, daardoor de pro-
cluctie stimuleereu en een gunstige factor zijn voor
het economisch leven en cle bedrijvigheid des lands,
waartegen bepaalde nadeelen, die de kleinere winkels
ondervinden, in het niet verzinken.

Juist dit objectieve uitgangspunt maakt de be-
schouwingen en onderzoekingen zoo belangrijk. Wan-
neer de commissie toch tot zeer ernstige schaduw-
zijden van warenhuizen, e.d., maar vooral van een-
heidswinkels komt, kan men de zekerheid hebbe.n, dat’
slechts bezwaren, die voor het geheele economisch
leven van het land gelden, in aanmerking zijn ge-
nomen.

Zeer terecht wordt erop gewezen, dat niet het be-
staan van dergelijke groote winkels op zichzelf slechte
economische gevolgen heeft, maar dat het de heer-
scheude crisis is, die de actie dier lichamen in een
ongewenschto richting heeft gestuwd en de nadeelen
grooter heeft doen worden dan de voordeeen. Zelfs
in dezen crisistijd worden de geringere algemeene
kosten der waren huizen, (onder welk verzamelwoord
in het vervolg ook de filiaalzaken, eenheidswinkels,
ccl. worden verstaan), en de lagere inkoopprijzen ten-
gevolge ‘an grootere bestellingen aan de industrie als
een
voordeel
gekarakteriseerd. De detailhandelaren
krijgen den raad om zich tot coöperatieve inkoopver-
eenigingen aaneen te sluiten, teneinde ook soortge-
lijke lage prijzen te verkrijgen bij den inkoop hunner
goederen. Er wordt op gewezen, dat zij zich niet uit-
sluitend tot de regeering om hulp moeten wenden,
nu zij zich in het nauw voelen gedreven, maar dat
zij zich zooveel
mogelijk
zelf moeten ‘trachteii te hel-‘
peni De commissie constateert in het -algemeen ge-
brek aan aanpassingsvermogen hij -den detailhandel;
waardoor de warenhuizen een zoo belangrijke positie
hebbén kunnen veroveren als zij. thans innemen. De gewone winkels zijn, na het opkomen der warenhui-
zen, doorgegaan op dë vroegere wijze qualititspro-
ducten.aan te bieden, waarbij zij geen oog hadden voor
het feit, dat goederen van lagere qualiteit in abso-
laten zin toch nog voldoende van cjualiteit waren
voor het doel, waarvoor zij worden gebruikt. Wan-
neer slechts de ,,Zweckqualitiit” van de warenhuisgoe-
deren voldoende is, clan heteekeiit het áanbiedeii van
goedkoopere producten, .jj het an absoluut lagere
civaliteit, een voordeel voor de gemeenschap. Als voor-

beelden hiervan worden op blz. 30 genoemd het
leveren. va,i dunnere en goedkoopere planken, clie
echter voör het doel steric genoeg zijn, in plaats van dl ikker’e planken in particuliere winkels. Daarnaast
de verkoop door een partieuliere.ii winkelier van een
duur voorsnijmes van uits tekende qualiteit, (Shef-
fielcl-fa.hrikaat), dat in gehruilcsrualiteit achter bleek
te staan hij een veel goedkooper voorsnijmes van
slechter staal uit een warenhuis, omdat het dure mes
een te sterk veeremici ln.mnmet had.
Intusschen heeft dc mnkooppolitiek der warenhui-
•zemi in deze crisisjaren tot een dergeljken p.rijsdruk
op de fabrikaten geleid, dat de nadeelen daarvan
thans de voordeel.en dreigen te overtreffen. Wanneer
de grodte inkoopers de prijzen zon meedoogenloos om-
laag drukken, dat de fabrikanten gedwongen zijn de
bonen beneden het minimale. .noodig voor èen mensch-
waardig bestaan, te verlagen, dan gaan de warenhui-
zen leven op kosten der geheele samenleving. Het
rapport geeft daarvan tal van ontste.11ende voorbeel-

den, waarvan ons het sterkst heeft getroffen. de ge-
veld ige onderbetaling van thuiswerkers. Zon wordt
op hlz. 23 en
24
het geval omschreve.n van een con-
feetiefirma, die getracht heeft voor het maken van
jongenshroelcen thuiswerkers met 60
Zw.
Ce.ntimes
per broek te ,,beloonen”, en dat, omdat zij van een-
hei dsw i nkeis en warenhuizen slechts bestellingen kon
krijgen tegen zulke lage
prijzen,
dat zij geen honger
arbeidsloon kon betalen.
Als een zeer ernstige fout wordt het streven van
verschillende dier groote zaken gekarakteriseerd, om
die leveranciers uit te zoeken, die op het punt staan failliet te gaan, en die daarom bereid zijn orders tot
iederen prijs te accepteeren.

Er worden nog verschillende andere minderwaar-
dige practijken genoemd, zooals bedrog met qualiteit
en gewicht, maar de commissie vermeldt nadrukkelijk,

dat dergelijke practijken niet allee.n bij de warenhui-
zen, maar ook in den gewonen detailhandel voorico-
men, en dat omgekeerd lang niet alle warenhuizen
zich daaraan schuldig maken. Als een groot nadeel
wordt algemeen het uitstallen van. ,,lokvogels” onder-
von den, arti icelen, waarvan slechts enicele exemplaren
voorradig zijn, tegen zeer lagen prijs. Vooral wanneer het mode-artikelen, betreft, is dit stelsel funest, omdat deze goederen steeds met een flinken opslag verkocht
moeten worden wegens het gvaar, dat zij na zeer kpr-
ten tijd verouderd zijn en de
overblijvende
voorraden
daardoor vrijwel waardeloos worden. Voorts wordt
het ‘misbruik van imitverkoopen én van cadeaux ge-
noemd, in welk opzicht de warenhuizen ei’ger zondi-
gen dan de gewone winkels. Een eigenaar van een
winkel van reisartikelen,.verklaarde de commissie met echten galgenhumor, dat hij geen reisnecessaires meer
verkocht, omdat het publiek die alleen nog maar
kocht, wanneer een biljet voor een wereldreis als
cadeau werd ‘verstrekt. …
De conclusie is dan ook, dat de heerschende ërisis
tot derg’elijlce uitwassen der vrije concurrentie heeft
geleid, dat regeeringsingrijpen – -in versehillenil op-
zicht noodzakelijk wordt geacht. -De commissie-is zich
echter zeer wel bewust van het feit,’-dat de warenhui-
zen tal van niiddelen hebben om wettelijke voorschrif-
ten, te ontduiken, en zij stelt daarom als basis van
het’iugrjpen de verplichting voor groote winkels en
voor leveranciers aan die winkels voor, om volledige mededeelingen aan cle regeeriiagsorganen te moeten
verstrekken betreffende omvang en prijs der leveran-
ties, benevens een volledige caiculatie, waaruit- -win-

sten en bonen moeten blijken. Zonder deze verplich-
ting tot het verstrekken van alle gegevens acht men
contrôle een onmogelijkheid. Het behoeft geen be-
toog, dat de verplichting, indiemi zij wordt opgelegd,
een diepgaand regeéingsingrjpen in het geheele
economisdh leven met zich zal brengen. Met name
wordt als bedoeling, geuoemd het- tegengaan van een
verdergaanden. loondruk-, daar de bonen der betrok-

6 December
1933

ECÖNÖ MISH-STATÏTtSCHE BERICHTÈN

951

ken arbeiders reeds beneden het menschaardige mi-
nimum zijn gedaald. Ter staving van die meening be-
roept de èommissie zich erop, dat in de Ver. Staten
en Duitschiand de regeering tracht tot hoogere bonen
te geraken.
Op dezen grondslag worden dan nog de’volgende
maatregelen voorgesteld. Verbod van verkoop van
levensmiddelen in de warenhuizen, waart’egèn deze
geen bezwaren verklaarden te hebben. Verplichting
voor alle zaken om op verpakte artikelen het netto-
gewicht aan te geven. Afschaffing van snelbuffetten,
bars, e.d. in de warenhuizen, de tearooms mogen er
evenwel blijven. Algeheél verbod van uitverkoopen
voor de warenhuizen. Verbod van het uitoefenen van
bedrijven door de warenhuizen, voor zoover deze niet
trganisch met den verkoop verbonden zijn. Zoo zul-
len warenhuizen wel b.v. gordijnen môgen ophangen,
maar geen schoenen repareeren. In sameuwerking
met de organisaties van den detailhandel dienen stan-
daardbenamingen te worden vastgesteld, evenals stan-
claardqualiteiten, die dan verplichtend worden ge-
steld, zoodat geen goederen onder valsche benaming
mogen worden verkocht. Voor warenhuizen dient het
geven van cadeaux te worden verboden.
De commissie is evenwel tegen een speciale belas-ting op den omzet van warenhuizen, waardoor de or-

ganische voordeelen, gelegen in het inkoopen van
groote hoeveelheden, worden opgeheven. Waar het de
taak is om iet de minimale kosten den omzet te be-
werl.zstelligen, ziet zij in die organische supërioriteit
geen unfaire concurrentie. Een algeheel verbod van het oprichten van nieuwe
winkels wordt in overweging gegeven, zoodt. nieuwe zaken alleen met speciale vergunning kunnen worden
‘opgericht. Dit geldt ook voor gewone detailzaken.
Het uiterst lezenswaardige rapport eindigt met de
waarschuwing, dat men geen al te hooge verwachtin
gen mag koesteren omtrent de uitwerking van al deze
maatregelen, omdat zij de algemeene crisis, de grond-
oorzaak van het euvel, niet zullen doen verdwijnen.
De resultatén van dit onderzoek zijn intusschen ook
voor ons land van
groot
belang, omdat zich hier in het
winkelbedrijf vrijwel analoge problemen voordoen.
Daarom zal dit rapport zonder twijfel goede diensten
kunnen bewijzen voor de wettelijke regeling van het
stelsel van uitverkoopen, dat, naar verluidt, bij liet
Departement van Economische Zaken in voorbe-
reiding is.

Dé gevolgen van de Ottawa-verdragen voor de
tarwecultuur in de Vereenigde Staten.

In een, rede, die de heer H. A. Wallace, secretaris
van het Departement van Landbouw, onlangs heeft
gehouden, vestigde hij de aaridacht op den zeer on-
gunstigen toestand van den landbouw. The Commer-
cial en Financial Chronicle, die deze rede bespreekt,
wijst er op, dat de heer Wallace in dit verband de
fatale gevolgen van het verloren gaan vn de Brit-
sche markt onbesproken heeft gelaten (pag. 3532 van
het No. van 18 Nov. jl.).
Indien wij de twee huurstaten, de Vër. Staten en
Canad’e, beschouwen, zoo vervolgt dit blad, dan is de tarwe uit de Ver. Staten onderworpen ‘aan een invoer-
recht van 6 c. per bushel, t’eiwijl voor tarwe’ uit
Canada in het geheel geen invoerrecht behoeft te wor-,
den betaald. Dit komt neer op een absoluut’ verbod
van invoer van graan uit de Ver. Staten in Enge-land. De invoëren uit AüstraIie
…
g’eiïieteP’ ‘ ‘eveneens
preferentiëele rechten ‘in Engeland, evetials tarwe’ uit
de overige Britsche Dominions hoewel dele ‘laatste
invoeren niet van veel beteekeni’s ‘zijn, daar- zij niet
‘eel tkive. voortbiengen. Het ‘gevolg hiervan is; dat
bijiia ‘eei graan uit de Ver. Staten ‘uieer Engeland
bereiIt’,”tbrwijl de invoeren uit ‘Canada ‘eorih’ zijn toegebm’en.’ “De Dominions winnen ten koste van
de Ver: térwijl’de’ iiivoéren uit Aiistiali even-
eens»stérli’zij’h.’ este’gen.

De volgende tabel tbont den invoer van tarwe in
hèt Ver. Koninkrijk van Jan./Sept. voor de laatste
vijf jaren.

-‘ Invoer van tarwe in Engeland in de periode van
1 Januari-30 September.
(in 1000 centenaars.)

–

1933

1932

1931

1930

1929
Australië ……..23.832 21.378 20.136

9.914 11.016
Canada ………..34.502 28.670 20.667 19.492 22.335

Totaal …….58.3’35 50.048 40.803 29.406 33.351
Ver. Staten 5 3.905 8.313 16.183 16.219
Repubi. Argentinië 21.922 19.804 16.831 13.499 31.334
Rusland ………789 1.446 17.575 3.472 –
Britsch-Indië

–

–

413 2.521

43
Overige landen … 3.010

3.849

2.031

5.839

2.591

Totaal-Generaal . 84.061 79.052 85.966 70.920 83.538

Uit deze tabel blijkt duidelijk, hoe catastrophaal de
tarwe-uitvoer van de Ver. Staten naar Engeland
,
is

gedaald. Op het oogenblik heeft de uitvoer vrijwel
niets meer te beteekenen. Australië en Canada heb-
ben hiervan in hooge mate geprofiteerd. Het invoer-

recht is zelfs zoo hoog, dat, indien het met
Y
3
werd

verhoogd tot 4 c. per bushel, de Ver. Staten, volgens
het genoemde blad nog niet zouden kunnen impor-

teeren.
Op de Londensche Tarweconferentie is de uitvoer
van de Ver. Statèn vastgesteld op 47 millioen bushel;
het quotum van Canada daarentegen op 200 millioen
bushel., Indien men bedenkt, dat in het laatste decen-
nium’ de tarweverschepingen van de Ver. Staten meer
dan 200, millioen bushel per jaar bedragen, dan be-
grijpt men, welke gevo’lgen dit thans voor den Amen-kaanschen landbouw heeft.
Het’ is” te hopen, dat ‘in de Ver. Staten, waar men
thans de’ gevolgen ‘van een protectionistische politiek
met rigoureuze monetaire maatregelen tracht te be-
strijden, tot een juist inzicht van de oorzaken van
de Amerikaansche landbouwcrisis. zal komen. Hetgeen
de Ver. Staten thans aan den lijve ondervinden, heb-
ben andere landen, zij het weliswaar vaak op een
ander gebied; reeds vroeger doorgemaakt als gevolg
van de i.iltra-protectionistische politiek van dit land.
Wij bedoelen hiermede’ natuurlijk niet, dat de em-
stige landbollwcrisis in Amerika alleen door de pre-ferentiëebe tariefpobitiek , van Engeland is, veroor-
zaakt; de
moeilijkheden
hebben zich echter door deze
politiek buitengewoon ‘verscherpt, zooals de boven-
staande cijfers duidelijk aantoonen.

Kritiek op het monetaire beleid van President
Roosevelt.

Den laatsten tijd staan de bladen vol vaia de kritiek,
die in Amerika wordt uitgeoefend op de gebdpolitiek
van President Roosevelt. De onzekerheid, welke, in dit opzicht bestaat,’ heeft oa. een aantal professoren
van verschillende ,,Mid-West” universiteiten aanlei-
lin’g gegeven om de Regeering van hup land in ken-
nis te stellen .yan hun afwijkend inzicht door middel
van’ een manifest, dat’ 2 ‘November jl. werd gepubli-
ceerd en te vinden is. in de ,,Financial and Commer-
cial .Chronicle” van 11 November jl. De onderteeke-
naren van het manifest waren de hoogleeraren J. W.
Bell, R. E. Heilman, en. H. Secrist van de North-
westeruUniversity, .G. V. Cox, F. S. Diebler, Harry
P. Gideonse, R. A. Mills en. S. H. Nerlove van ,de
University of Chicago,, W. H. Kickhofer van de Uni-versity of’ Wisconsin, J. L. Scharfman van de Univer-
sity of Michigan, A. B. Wolfe van de Ohio State Uni-
versity, en I. Wright van de University of Illinois.
De tekst van het manifest luidt als volgt:

,,We have come to a critical point in our monetary
history. Proposals’ for radical experimentation with our
currency are being put into operation under the pressure
of organized groups. promotiug the views of individuai
econoinists who, whatever their general qualifications may
be, do not reflect the opinions of representative profes-
§ioii,-
.
tl
students in the monetary field. Both time and issuc chlI.for a swift and public dissent.

952

ECONOMISCH-STÂTÏSTISCHE BERICHTEN

6 December 1933

It is now assumed in Washington that the price of
gold and the prices of other commodities move automati-
cally in the same cli rection, and appa rently that there is
stili too much gold in the dollar to get the benefits of a higher price level. The relationship of gold to j)rices is
complicated and indirect.
It is a sobering thought that the 1926 price level was
based on a gold dollar of the old veight.
The high prices
of
1926 were not duc to a manipulation
of the gold weïght of the dollar, but were dependent
UPOfl
a broad use of bank credit. The gold content of the dollar
is relatively Un important in general price restoration
‘hen compared with bank credit actively a,t vork. Tinker-
ing with the monetary unit will not remedy deep-seated
economie maladji.istments.
Reovery can l)e achieveci only through increased busi-
ness and production which at the same time increases
National ineome. The funciamental condition of recovery is
one in which individual enterl)rise will again become
acti ve.
Individual enterprise depends upon a reasonable expec-
tation of profit. It is a rnatter of competitive readjust-ment of particular costs and prices and of a money in
which agricultural and industrial producers can place a
long-run confidence.
Enterprise cannot be encouraged by erratic changes in
fundamenta.l costs or by unpredictable fluctuations in the
value of money. There is no point in iusisting to a return
to old gold panty, but a scheme to depreciate the dollar to uncertain limits by the deliberate use of government
influence does not inspire confidence.
II advantages can be clerived from devaluation, we al-
rcady should haven insured them by the present depre-
ciation of the dollar. Successive doses of the present mo-
netary stimulant are likely to lead to even more doubtful
results. The peril of sheer greenbackism is real und not
imaginary.
The distinetion which is made between the traditional
gold standard, commonly considered automatic in its
operation, and a ,.managed currency” is based on a mis-
understanding.
A.
gold currency instituted by governments and regu-lated by National and banking policies is, in fact, a ma-
naged currency, and it is to be distinguished from the
various proposals for ,,managecl currency” largely in the
scope of latitude allowed in its management.
We should return to a modernized gold standard vith
explicit agreements concerning the rules of management.
With our former convictions in all ranges of social and
political life now shaken, the confidence value of an esta-
blished tradition with regard to the gold standard will
be of major significance.
With a return to gold, there is ample room for sound
experimentation with our monetary institutions and for
constructive achievement under thei r operation. –
The establishment of confidence in the monetary unit is
only a first step toward recovery. The maintenance of
National credit unimpaired and the assurance of a smooth
flow of investment funds to satisfy the capital needs of
enterprise are further steps in the restoration. of business
and employment.
In all these matters the clamor
of
interested propaganda
groups should be resisted and public should not discard
experience that bas proved its worth.”

Hieruit blijkt, dat deze hoogleeraren niet terug
willen naar de oude goudpariteit van den Dollar, doch

een
z.g.
,,managed gold standard” voorstaan, waarbij,
naar men mag aannemen, het streven er op gericht
moet zijn om door inkrimping en uitbreiding van het
op goud gebaseerde credietgeld schokken in de geld-
circulatie en de daaruit voor het economisch leven
voortspruitende storingen te vermijden. Van een
,,automatischen” gouden standaard, die al lang niet
nleer bestaat, willen zij niet weten, en zij pleiten oot
niet voor terugkeer tot een geidstelsel zonder deugde-
lijk ,,management”. Zij wenschén echter een ander
en meer beperkt ,,management” dan dat van de hui-
dige Regeering.
Het valt te betreuren, dat de manifestanten van de
,,explicit agreements concerning the rules of manage-
ment” geen nadere bijzonderheden mededeelen, en ook
niet uiteenzetten, welke waarborgen voor de nakoming
daarvan vervuld zouden moeten worden. Dat de gou-
den standaard een bruikbaar geidstelsel kan
zijn,
wan-

neer voldoende waarborgen bestaan met betrekking

tot een rationeele, d.i. op stabiliteit der geidwaarcie
gerichte toepassing van dat stelsel, zal niet veel he-
twisting vinden. Zoolang men echter niet weet, op
welke wijze men zich de verwezenlijking van een ,,rna-
naged gold standard” precies voorstelt,
blijven
mani-
festen, als het hierboven afgedrukte, te vaag en te
negatief van karakter.

Een dergelijke kritiek is als stemmingsbeeld be-

langwekkend. Constructief is deze uiting echter niet.

G. M. V. S.

De invloed van de Argentijnsche maatregelen op
de graanmarkten.

De graanhandel is in de laatste dagen der vorige
week opgeschrikt door een decreet van de Argentijn-
sche regeering, waarbij minimumprijzen voor granen werden vastgesteld. Voor tarwe van den ouden oogst
is deze 5.55 Pesos, van den nieuwen oogst 5.75 Pesos,
voor mais 4.40 Pesos, alles te Buenos Aires geleverd.
De prijzen aan de Argentijnsche termi..jnmarkten wa-
ren aanmerkelijk lager en stegen dadeljk na het be-

kend worden van de regeeringsmaatregelen om daar-
mede in overeenstemming te komen. Op de stemming
aan de tarwemarkt had deze verhooging der koersen
niet veel uitwerking, want het aanbod van tarwe uit
Argentinië, waar het seizoen zijn einde nadert, is
slechts klein en in de behoefte aan Platatarwe in
Europa wordt voor een ruim gedeelte voorzien uit de
g.roote voorraden, welke hier zijn opgeslagen. Van
meer invloed was de verhooging voor de maïsmarkt,
welke dadeljk eenige Guldens per last vaster werd,
terwijl afladers hunne aanbiedingen terugtrokken tot

meer bijzonderheden bekend zouden zijn. Den vol-genden dag is reeds gebleken, dat de Argentijnsehe
maatregelen geen haussefactor waren. De regeeriug
van Argentinië heeft een commissie benoemd, welke voor de vastgestelde minimumprijzen graan koopt en voor de in Europa maakbare prijzen aan afladers ver
koopt. Tezeifder tijd is de aan afladers te betalen
koers van de Peso door de deviezencontj-ôlecornmissje
met 20 pCt. verlaagd, wat mogelijk is, doordat afla-
ders en importeurs niet op de vrije markt hunne
valutatransacties kunnen afsluiten, doch dit alleen
kunnen doen bij de deviezencontrôlecommissie voor
door haar vastgestelde prijzen. Importeurs betalen een
hoogeren koers voor hun vreemde valuta en het ver-
schil tusschen de door de deviezencontrôlecommissie
bij inkoop en verkoop berekende koersen van vreemde
valuta zal gebruikt worden om de operaties van .de
commissie voor den in- én verkoop van graan te be-
talen. Nadat de maatregelen eenige dagen in werking
varen, bleek al spoedig, dat importeurs van Argen-
tijnsch graan in Europa niet meer behoeven te betalen dan voor dien tijd. Integendeel, vooral latere levering,
waarvoor tot nog toe steeds een premie werd ge-
vraagd, was nu tot lagere prijzen te koop dan de eer-
dere. De koersen aan de termijnmarkten in Argen-
tinië bleven, nadat zij in overeenstemming met de
minimumprijzen waren gekomen, nagenoeg onveran-
derd. Voor den handel zijn die koersen van weinig
belang meer, daar een der belangrijkste factoren de
door de deviezencontrôlecommissie vastgestelde koer-
sen zijn, en die worden hier niet bekend gemaakt.

De Nederlandsche graanmarkt en de Duitsche
compensatie-transacties.

Een andere maatregel op graangebied komt van de Nederlandsche regeering. Tarwe werd in groote hoe-
veelheden gekocht in Hongarije en ander graan in
Roemenië, vooral voor Duitsche rekening, welke aan-
koopen gedaan werden in compensatie met uit
Duitschland naar Hongarije en Roemenië uit, te voe-
ren producten of om saldi vrij te krijgen, welke men
in die landen tegoed had en waarvoor geen vreemde
valuta gekocht hadden mogen worden. De voorbeelden
van de I. G. Farben. en anderen zijn bekend. In

6 December 1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

953

Duitschiancl wenschte men de gekochte granen, vooral
tarwe, niet binnen te laten en dus werden de Neder-
lancische en de Engelsche markten bewerkt met deze
aanbiedingen. De prijzen zijn aanlokkelijk, daar vaak
niet in de eerste plaats gevraagd wordt, of aan de
graantransactie wordt verdiend, maar hoeveel verkocht
kan worden. De Nederlandsche regeering zietgaarne,
dat dit buitenlandsche graan voor lage prijzen in Ne-
derland wordt verkocht, doch wenscht aan den invoer
ook compensatie-voorwaarden te verbinden.. Daar de
door Duitschiand gedane inkoopen op compensatie-
zaken met Hongarije en Roemenië gebaseerd waren,
is zij van mening, dat de daarna volgende verkoop

aan Nederlandsche importeurs door Diit5chland ook
gebaseerd behoort te zijn op compensatie tusschen
Nederland en Duitschland. De Duitsche regeering is
wel geneigd aan dezen ivensch tegemoet te komen,
doch wil niet haar medewerking verleenen, om aan
te toonen, welke zaken als compensatiezaken moeten worden beschouwd. De Nederlandsche Graancentrale heeft dus nu. de Nederlandsche importeurs gevraagd,
om bij het doen van inkoopen van Hongaarsche tarwe
zich ervan op de hoogte te stellen, of de aan te koo-
pen partije.ii gediend hebben als een compensatiezaak
tusschen Duitschiand en Hongarije, teneinde dan de
onderhandelingen over compensatie met Duitschland

te kunnen openen.
Van de door de Nederl-ndsche regeering als com-
pensatie-object gekochte 80.000 tons Duitsche rogge
worden geregeld aanbiedingen gedaan aan de Neder-
landsche importeurs, die daarvan flinke hoeveelheden
hebben gekocht. Nadat de rogge werd gedenatureerd,
wordt die voor voederdoeleinden in het binnenland
geplaatst. De gevraagde prijzen zijn door de regeering
reeds eenige malen verhoogd. De binnenlandsche con-
sumenten koopen deze rogge, die van goede kwaliteit
is, gaarne. Ook is, in verhouding tot andere voeder-granen, de prijs niet te hoog.
Op
het oogenblik komt
de aanvoer van deze Dnitsché rogge op een goed tijd-
stip, daar de aanbiedingen van binnenlandsche rogge in verschillende streken verminderd zijn. De binnen-
landsche rogge, welke door de boeren reeds gedorscht
was, is nrootendr-els ter markt gebracht én met het
dcrschen van verdere partijen wordt in vele gevallen
gewacht in de hoop, dat de prijzen zullen oploopen.
Of
dit het geval zal zijn, zal de toekomst leeren. De lage
prijzen waren hoofdzakelijk een gevolg van de groote
concurrentie tusschen Duitsche en Poolsche rogge,
welke beide hij uitvoer door de verèchillende regee
ringen werden gesubsidiëerd, en Hongaarsche rogge.
De Duitsche en de Poolsche regeeringen hebben nu
een overeenkomst aangegaan, om den gezamenlijken
uitvoer van rogge te regelen. De onderlinge concur-
rentie dezer twee landen zou dan verdwijnen. In
Duitschla.nd vindt men, dat de roggevoorraad sneller
verdwijnt dan verwacht werd, omdat de consumptie
daarvan aanmerkelijk grooter is dan in het vorige jaar.

Minister Hijmans over de Belgische handels-
politiek.

Op 30 Nov. jl. heeft minister I
–
Iyinans vdor de
Belgische Kamer van Afgevaardigden een rede ge-
houden over de Belgische handelspolitiek.
Deze rede sluit practisch geheel aan bij het voor-
loopig rapport van de cômmissie Theunis, waaroer
in het umrner van 15 Nov. jl. werd geschreven.
Minister Hymans vijst er in de eerste plaats op,
dat België in vergelijking met verschillende andere
landen slechts matig beschermende crisismaatregelen
heeft genomen. Desniettemin is men erin geslaagd

door een reëele en opportunistische handelspolitiek
de gevolgen van de crisis te verzachten.
De Minister ziet dan ook klaarblijkelijk geen. heil
in verscherping van de protectie, wel daarentegen in
actieve commerciëele propaganda en in internationale overeenkomsten . tot vermindering der handelsbelem-

meringei. Hij echt hirvoor, ondanks de ondervondefl
moeilijkheden, het sluiten van. plurilaterale conven-
ties in den geest van Ouchy (voorwaardelijke meest-begunstiging) het meest geschikt, daar verschillende
staten in hun nieuwe meestbegunstigingsverdragen
voor dergelijke overeenkomsten een uitzondëringsbe-
paling op de meestbegunstiging hebben opgenomen
(nl. Duitschland,
Frankrijk,
België, Nederland, Bul-
garije, Hongarije en Zwitserland) of hun adhesië
daarmede hebben betuigd (b.v. – Ver. Staten en Polen
op de Londensche Conferentie).- Men heeft derhalve
reeds een goeden grondslag.
Daartegenôver wijst de minister een ntuw€ econo-
mische aaneensluiting met Frankrijk zeer nadrukke-
lijk
–
af, daar de hieraan verbonden
moeilijkheden
te
groot zijn, terwijl de Fransche econômische politiek
met een tolunie niet is te vereenigen. Hetzelfde geldt
voor een bilateraal preferentieverdrag met Frankrjk
waardoor België in handelspolitiek opzicht geheel zou
worden geïsoleerd. Wel sympathiseert de minister met een plurilateraal preferentiëverdra, dat de lan-
den van het goudblok zou omvatten.
Tenslotte wijst minister Hijmans erop, dat de Bel-
gische regeering energiek zal optreden tegen landen,
welke het internationale betalingsverkeer ten nadeele
van België bemoeilijken of prohibitieve maatregelen
treffen.

Raming van den Europeeschen suikeroogst en de
wereidvoorraden van suiker.

De laatste raming van
F.
0. L
i
c h t van de Euro-
peesche bietoogsten luidt
als volgt:
1933/’34
1932f’33
1931/’32
3e ra.mIIlg.
tons
tous tons
l)uitsehlaiid

…………..
1.350.000 1.065.992 1.568.138
Tsjeclio-Slowakije

………
515.000
627.569 801.921
Oostenrijk

……………
175.000 164.899 162.550
Hongarije

…………….
–
115.000
103.410
125.251
Franki-ijk

…………….
900.000 1.015.370 870.606
België

……………….
240.000
264.557 203.845
Nederland

…………….
285.000
243.008
174.590
Denemarken

………….
230.000 191.770
122.000
Zweden..

……………..
290.000
235.351
143.611
Polen

……………….
360.000
422.148
499.275
Italië

……………….
295.000
322.875
367.876
Spanje

………………
295.000
283.204 427.188
Groot-Brittannië

………
508M00
382.853
275.358
Andere

landen

………..
364.000 266.512 240.243

Europa zonder Rusland
5.922.000
5.589.518
5.982.452
Rusland.

……………..
1.000.000 800.000 1.512.000

Europa mcl. Rusland
–
6.922.000 6.389.518 7.494.452

t

Licht teekent hierbij aan, dat het voor zeker kan
worden aangenomen, dat
het cijfer
van 1.000.000
tons
voor Rusland vae te hoog
val blijken
te zijn.
Bij de Duitsche suikerindustrie
wordt een
aanmer-
kelijke uitbreiding van
het

bietenareaal
voor
oogst
1934/35 bepleit,

,ie
25 pOt. zou kunnen
bedragen.
De Zichtbare

Wereldvoorraden
bedragen
.
volgens
denzeifden statisticus per 1 November:

1933
1932
1931
tons
tons tons
1)uitschland

.
……………
568.416
S58.909
1.026.816
Tsjecho-Slowakije

………
369.139
–

386.735
479.123
Oostenrijk

……………
35.918
33.343
.

46.138
Hongarije

……………..
94.043 73.666 68.370
Frankrijk

……………
328.805 314.357 416.195
België

……………….
93.087
70.200
112.801
Nederlaid

…………….
211.591
16.1.935
195.051
Zweden

–

. ;

…………..
164.270 139.490 147.394
Pôlen

………………….
204.660
248.302 302.007
Italië

………………….
343.796
382.581
394.939
Spanje

………………
141.501
162.286 75.347
Engeland

…………….
310.115
245.5.73
114.422
–

:

Europa

;……
2.865.341 3.077.377
3.378.603
Java.

…..

. ……………
2.967.000 3.142.070 2.429.037
Ver.

Staten

……………
310.105
379.973
357.092
Cuba alle havens

……….
1.622.040
2.042.460 2.161.820

Totaal: …
7.7644868641.880
8.326.552

954

ECONOMISCHST ATISTS.CH&BERiCH•TEN

6. December 1933

OVERZICHT VAN DE
INDISCHE
MIDDELEN
STATISTIEKEN EN
OVERZICHTEN
.

.

.

.

..

(In
Guldens)
.

•

–

.
.

–

:
•
.

•

°
:
–
‘

BANKDISCONTO’S
S

‘.

•..•

•
:.
.•

.

isse1s.2L9ept’33,
e

Eff 3
i9ept.’33
Lissabon

….
6
13 Mrt.’33
Londen

2
30Juni’32
Juni
..
Ie zes Ie zes
•
Omschrivin
1

g
mnd 1933
mnd
1932
0
11~71.inn.
isch inRC 3
19Sept 33
Athene

7
14
Oct 33

……
Madrid

6
26Oct 32 N YorkF R B 2
19 Oct 33
Beastsngen
4
26
5
0

•
Batavia
.
……….
416A.ug
.’33
Oslo

……..
322Mei’33
Invoerr
…
mcl.

Landsgoed.
3.401

–
.22.868
23.145
Bélgrado
.
…
..
…
7

20Juli ’31
Parijs

……
2

9
0
ct.’31
•
U•itvoerr.

mci. Landsgoed
165 .1.1.12

.
1.554
Berlijn ……….4
22Sept.’32
Praag

……
325Jan.’33
Accijnopgedistilleerd
. . .

54
282
484
Boekarest
………
8

5Apr. ’33
Pretoria

. . . .
315Mei ’33
5
Brussel ………. 3

13Jan.’32
Rome
……..
3

4
Sept.’33
petroleum
1.832
13.728
15.70].
Budapest ……..4

17 Oct. ’32
Stockholm

..
21
1
Dec. ’33
luoiers
261
1.640
2.617
Calcutta

……..
316Feb.’S3
Tokio

….
3.65

2Juli’33
1.998

•
5.872
•

43
Dantzig

………3

6
Mei ’33
Weenen
……
5
23Mrt.’33

Pachten

.
……………..

Andere ontv. T. U. en A.
.
20
99
•

94
Helsingfors

…… 5

4
Sept.’33

Warschau
….
5
26 Oct.
1
33
Statistiekrecht ………..
160 1.006

•
1.256
Kopenhagen

. . . .
21
1
Dec. ’33

Zwits. Nat.
Bk.
2
22 Jan.’31
Personeele belasting
442
1.776
.
2.277

tabak ……….

Inkomstenbel. en Crisish
3.156
15.199
21.002
OPEN MARKT.

Vennootschapsbelasting
.
Verinogenabelasting
528 134
6.741
855 4.621
–
ig

.
–
1932
1931
94

-318
4.310
5.295
________

27Nov.11

20125

13/18
2Dec.

2Dec.

Nov.

Nov.
______ _____

……………….

_____

_____

…L……
3Dec. 5Dec.
3ONov.j
~201
‘
24
Juli
Reelit van openb. verkoop
76
1.043
1.37
Amsterdam

•
Partic.dlsc.

318_1
1
2

318_11
2

4
1
8_II2

3
1

1
14_
1
1
2

7
1
8_
11
8

3
1
Is-
1
I
1
e
44
…
noc)
.
Oversulir. van vaste goed
134
83
1.124
Prolong.

1

1

1

1

1

1-
1
1

2
11
4-I4
Recht v. suec. en overgang
16
193
289
Londen

Zegelreoht

…………….

Ver

nam

eeltafels
6
45 50
Dageld.
. .

‘/-1

I2-1

‘lz-1

1
121

1
21

3-5
1
2

1
3
14
-2

bier

………..

Slachtbelaingen ……..
430
2.610
2.838
Parüc.dlsc.

1
1
/16
1
(8

I’I16′!8

l’116
–
‘/s

Ih!16h/e

15
1161h
1
4

5
1
166

4I
1
48
1
4

Verponding

…………..

Bijzondere bel. buitengew
.

5
39
47.
Dld.
.
.

–

45
1
-6

4
11
8
-5
11
4

4-5
1
14

48(..55/

8
1
I
2
–
1
1
oofdgeld

…………….
5
1
5

29
Maand

–

4
1
2-6

4
1
12-6

4
1
2-6

4’Ji-5’J,

8-11

–
N.C.
“inkomsten
Landelijke

. .
2.331
8.685
9.381
Part

di

–

37j

3I8

3
1
J

3!8

,

2i/giJ,

Belasting op loterjen
…

101
706 306
Warenw…

–

4
–
1
12

4-
1
12

4-
1
12

4-
1
1
4

8

–

otorbeiasting i.d.
B.
G’ew
,

39
262
1
6
32
DgeI’)

/4

!4

6j

11/
4

1
1
/52
1
/4

13(,-2’/,
Opgeheven
‘belastingen
. .
–
–
Partic.dlsc.

3
1
4
–
1
8

61
_7
1

i8I4

!4

L/8

l!

–
Motorvoertuigenbel.
I)
Koers van 1 Dec. en daaraan voorafgaande weken tlm. Vrijdag.
Java en Madoera

19
344
–

Totaal
WISSELKOERSEN.
15.439
94.009 97.860
Monopolies
0

KOERSEN IN NEDERLAND.
Opi.um exel. opiumfabriek
1.043
6.394
9.203
Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
1BrusseliBatavia
1.147
6.898
9.525
Vork)
).
)

)
9
1)
1.627
8.089
7.208
28 Nov. 1933
1.62k

8.22%

‘T
t r
rö’ö’.
3.817
21.381
25.936

Pandlhuizen ……………
Zout

…………………

Totaal.
.
29

,,

1933
1.5671
8

8.17y
4
59.34
9.74
34.57.
1001
Producten.
30

,,

1933
1.59k
8.223,
59.31
9.731
34,57k
10051
8

Ki,na en Thee
7
144
122
1 Dec.

1933
1.57
8.20j,
59.24
9.721
34.56
10051
8

Landscaoutehoucbed.rjf
164 644
673
2

,,

1933
1.583/
8

8.21
59.25 9.72
34.53
100
5
18
Boschrwezen. ………….

674 3.375
4.086
4

,,

1933
1.60′
12

8.2ij(
59.28
9.72
1

34.54
1005
1
8

Goud en zilver

……….
–
–
–
Laagste d.wl)
1.55
8.16
59.22k
9.71
34.50
100
2.680
8.143 5.408
Hoogste d.wl)
1.63
8.23
59.40
9.7
34.62
1

100
51
.
Steenkolen

…………..
‘473

–
2.615
3.727
Muntpariteit
2.4878
12.1070 59.263
9.747
34.592
100
Totaal
Bedrijven.
3.99 14.921
14.016
Data
Zwit-
serland
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid

1.524
6.484
6.650
.
rest’,
.l

28 Nov 1933
48 13
–
TÏ
TÖ
‘ö
150
1.090
1.737
Waterkracht en E’lectricjt
231
1.376
1.449
29

1933
4814
–
738
1

148 1308
2035

Land.sdrukikerij
57
453
600
30

.”

1933
d
‘
ec
4808L
–
737f
148
1309
2035
Post., Telegr.. en Tel.dienst
1.827

..
..

11.741
13.147
1

1933
4812
–
148
1310
2035

Banka-tin

…………….

Spoor- en Tramwegen
3.498

..

17.421
22.530
21933
4812
48:14
–
738
7:38
1:48
–
–
4

1933
–

1.48
13.091
20.25
7.287
38.565
46.113

Havenwezen

…………..

Totaal
Laagste d.w’)
48.02k
–
7.35
1.45
13.02
1

20.1.5

Baggerdienst

………….

Diverse middelen
Hoogste d.w’)
48.17
28.-
7.40
1.521
13.121
20.45
Winstaandeel ,,Bil’liton”
.
W4nstaaisdeel Jav. Bank
– –
–
–
–
–
Muntpariteit
4812
K
35.007
7.371
1.488
13.094
48.52

Data
Stock;
KoPen.I
–
Oslo
5
)
H
sIn-
eno-
Mon-
Afstand van grond
172
1.653
1.812
48
251 307
fors’)
res .1
trea
Mijneoncessies

………..
Boeten

en

verbéurdverkl
79
438
541
28 Nov. 1933 42.50

36.75

41.40

3.621

64

1.621.1

Leges en salarissen
36
204
233
29

1933 42.25

36.65

41.20

3.60

64

1.60
Heff. t.z.v. gesi. ‘werkover.

4
43
78
30

,,

1933 42.45

36.80

41.35

3.621

64

1.61i.
Opbrengst d. Weeskamers
‘

15
331

..
422
1. Dec.

1933, .42.40.

36.70.

41.30

3.60

64

1.59
Kadaster

…………….24
147
179
2

‘,;

‘

1933′ 42.40′

36.75

41.30

3.62
1

64

1.62
Ontv. Gevangeniswezen
267 1.557
1.513
4

1933 42.45

36.75

41.35

3.621

55

‘

1.6234
Afkoop heerenclienst. B.G.
118
716 1.913
Laagste d.wl) 41.95

36.25

40.85.

3.55

55

1.57
374
2.5.37
.

2.860′

‘

.
Hoogste d.wl) 42.65

37.-

41.55

3.67
1

64

1.65
,
Ontv. zie’keninrk±t. enz.
69
3fl
‘

447
Muntpariteit 66.671 66.671 66.671

6.266

953%

2.4878
IJk van maten en gew.
.
79
302
‘

299
S)
Noteering te Amsterdam.
*5)
Not, te Rotterdam

1)
Part. opgave.

Söhoolge’lden

……………

Verk. en verli. van huzen
144
1.000
1.068′
ID ‘t lste of 2de No. van iedere maand komt een overzicht Ontv. waterleidingen
26
189
243
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
182
1.201
1.185
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
228
1.381
‘

1.396
ata

:
Londen
(S pér £)

(8
Parijs
p.
100
fr.)
Berlijn
(3
p.
100 Mk.)
1 Amsterdam
(3 p. 100 gld.)
204
717
1.119

2.06
13.044
1.615
5
2′

‘Nov.

1933

5,1934
‘6,19
37,85
63,60

Bakengelden

.. .,

……….
Loodsgeiden

……………

Totaal.
.

Allerlei

………………

Recapitulatie
–
29
‘

1933
5,1634′
6,14
37,50
63,10
Totaal belastingen
…….
lo.439
94.009
97.860

,
30

,,

‘1933
3.817 21.381
25.936
1 Dec.

1933
5,1934
:6,1534
37,50.
63,25
3.998

..

14.921
14.016
‘
2

,,”:’

1933
5,1834.6,14
37,50:’.
63,26

monopolies: ………

bedrijven
7.287
38.565
46 113
,

1933
5 14
6 0934
37
,
25
62 72
producten

……….

diverse middelen

.
2.069
13.044.
15.61e,.
‘5
Dec.,
‘

1932
3,2034

‘:
39O’
23,7734:
40,18
.
32.610

.
181.920 199.540
Totaalgeneraal.;..
Muntpariteit
;
…
4,86
– ……..
3,90i.
23.8134

‘
401,

*

rupter

Lii Vi5
Belee-

op het

reke-
ningen

buitenl. ninsvn’

4
Dec. 1933

30.983

–
142.275
1.438
10.699
27 Nov. 1933
31.167

–
142.226
1.438
10.632
25 Juli

1914
67.947

–
61.686
20.188
509
‘)Onder de
activa.

•

JAVASCHE BANK.
Andere
Beschik
Data
‘Goud
Zilver
Circulatie
opeischb.
metaal.
schulden
saldo

-2 Dec.’33
2)1
14.210
185.990
29.990
57.818
25 Nov.’33
2
)
1

139.760
:185.20
26.960
54.888

4 Nov.1933i
‘ï00.918

1

38.370
189.353
22.633
54.493
28 Oct. 19331
99.917

1

39.271
187.486
26.542
53.577

25 Juli 1914
22.057

31.907
110.172 12.634 4.842
Wissels.
Diverse
Dek-
Data
buiten
Dis-
Belee-
reke-
kings-
N.-Ind.
conto’s
ntngen
ni,i gen
1)
percen-
______________
betaalt,.
tage

2Dec.’33
2
)
550
72T’270
11.950
67
25 Nov.’33
2
)
.

530
72.150
12.690
66

28 Oct. 1933
362
11.284
66
9.20655.
4Nov.1933
350
9.251

1

56.834
11.734-
65
25 Juli 1914
1

6.395
7.259

75.541.
2.228
44

–

‘)
Slult)ost ‘activa.-
2)
Cijfers
telegrafisch ontvangen.

Data

6 December
1933

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

955

KOEIRSEiN TE LONDEN.

Plaatsen en
Noteerings-
18Nov.
25Nov
27Nov.12Dec.1933
2Dec.
Landen
eenheden
1933
.1933
1LaagstelHoogstel
1933
Alexaijdrjë.. Piast. p.

97X

97

97
’18

9751,

97’j
Athene

•…

Dr. p.

572k

580

560

600

585
Bangkok.,.. Sh.p.ticai

1110 5

1/10
6

i/i0j

1/1O

I110
Budapest

.. Pen. p. .P,

18

19

18

20

18
Buenos Aires

d. p.$

43V,

42

35

42ii

35
Calcutta

. . .
Sh. p. rup. 115
27
1
32

11571
8

115
71
8

116

115631
Constantin.. Piast. p.
£

670

680

680

685

685
Hongkong ..

3h. p.
$

1/5

115

114k

115w

11511

Lissabon.

Escu. p.
£
1073.

10934

109w

11034

110

Kobe

…….Sh. p. yen 112
,
1
10
1121

1/271
8

l/S’iv

112
9
1
37

Mexico

•…

$per

19.45

18.75

18..-

19.-

18.50
Montevideo
. .
d.per

3594′

35

34%

3514′

35%
Montreal

..

$
per
£

5.09

5.13

5.02

5.17

5.09%
Riod. Janeiro d. per Mii.

4

4

371

4′
8

471,
Shanghai

.. Sh. p. tael

1/351
1

13

113

1/394′

113%
Singapore

..

id. p.
$

2
14
3
1
32

2
/
43
/
32

2/4

21451,,

214
3
1
3

Valparaiso
1)

$
per
£
Warschau

..

Zl. p.
£

2894′

29%

29

2951

297,
1
)90 dg.

ZILVERPRIJS

GOUDPRIJS
)
Londeni) N.Yorki)

Londen
28 Nov.

1933..

18
31

43

28 Nov.

1933….

12516
29

,,

1933.,

181,

.29

,,

1933….

12516
30

,,

1933,.

183

–

30

,,

1933….

1
2
511+
1

Dec.

1933,.

1871,,

4394

1

i)ec.

1933….

12512
2

,,

1933
V
,

1891,
6

43i

2

,,

1933.,.

124
111+
4

,,

1933.,

1801,,

4311,

4.

,,

1933….

12418
5

Dec.

1932..

179/,,

251,

5 Dec.

1932..,.

1301_+
27 Juli

1914.,

59

27 Juli

1914….

84110%
t)
in pence P. oz.stand.
3)
Foreign silver in $c. p.oz. line.
3)
in sh. p. os. line
STAND VAN
‘
8
RIJKS KAS
Vorderingen.

1
23Nov. 1933

1 30 Nov. 1933
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
derlandsche

Bank ………………
f

2.302.784,29
–
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

870.653,55
..
f

10.296,26
Voorschotten op ultimo October’33 aan
de gem. verst. op v. haar d. de Rijks-
adm. te heffen gem. ink. bel, en opc.
op de Rijksink. bel ………………
1.150.006.37 ,,

1.150.006,37
Voorschotten op ultimo October ‘3393,7
de gem. verstrekt op aan haar uit te

….

keerenhoofds.derpers.bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. endergem.
fondsbel., alsmede opc. op die belas-
tingen en op de verinogensbelasting
–
–
230.579.828,55
,,231.561.560,02
Voorschotten aan Ned.-Indië……….
Id. aan

Suriname…… …… . ……..
12.778.179,58
13.067.239,35
5.054.618,87
,,

4.910.051,87
Kasvord. weg. credietverst. a!h. buitenl
,,

98.070.550,04
,,

99.791.448,68
Saldo der postrek. v. Rijkscomptabelen
.,

33.281.365,86
,

35.368.056,97.

Id. aan

Curaçao……………………..

Vord. op het Alg. Burg. Pensioenfonds

….

2.042.897,24
2.005.864,93
in rek. crt. met ‘s Rijks schatkist………
9.138.885,61
,,

9.288.885,61
Vord. op andere Staatsbedrijven
1)
……..
Verstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld- leeningen aan gemeenten (saldo)
…

…
44.947.909,82
,,

44.993.409,82
V e r
Pl
i
c h t Ing e n.
Voorschot door De Ned. Bank ingev.
art. 16 van haar

octrooi

verstrekt
–
f

8.736.999,33
Schatkistbiljetten in omloop ………
1313.779.000,-
,, 313.779.000,-
Schatkistpromessen in omloop …….
145.630.000,-
,,
145.630.000,-
Zilverbons in

omloop …………….
…1.415.507,-

.

,,

1.412.262,50
Schuld op ultimo October ’33 a/d gem.
…

weg. a. h. uit te keeren hooI da. d. pers.
bel., aand. i. d. hoofds. d. grondb. e. d.
gem. fondsb. alsm. opc. op die bel, en
op de verm. bel …………………
,,

1.242.156,03..,
1.242.156,03
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)
.114.409.482,31
,,101.738.469,55
Id. aan andere Staatsbedrijven’) …..
35.300,70

…

,,

35.300,70
Id. aan diverse instellingen’) …… ……
19.702.751,54
……..
27.659.055,42
‘) In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
1
29 Nov. 1933
1

2

Dec. 1933
Vorderingen:
.

Saldo Javasche BanK……………..
f

2.004.000,-
t

4.925.000,-
Betaalmiddelen in ‘s Lands kas
–
–
,
waaronder Muntbiljetten ………..
– –
Verplichtingen:
Voorschot ‘s Rijks kas e. a. Rijksinstell.
,, 230.639.000,-.
231.562.000,-
1
.000:000.-

…

1.000.000,-

……

20.365.000,-
,,

20.365.000,-
Schatkistoromessen ……………………

Muntbiljetten in omloop ………….
1.142.000,-‘
1.142.000,-
Schatkistbilj etten

….. ……………….

Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.
..,

1.519.000,-
,,

996.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank..,
…1.765.000,-
1.913.000,-
Voorschot van de Javasche Bank
– –
SURINAAMSCHE
BANK.
Voornaamste posten in
duizenden guldens:

Data
1

Metaal
c’
Andere
.
opeischb;
Discont. ID
k
ningen’)

11 Nov.

1933..
697 1.239
480
706
2.404
3

,,

1933..
694
1.306
450
704
2.381
28 Oct.

1933.,
706
.
1.223 469
712
2.348
21

1933..
704
1.144
585

.
.713
2.342
14

1933,.
706
1.F69
.

.
59
713
2.327

5 Juli

1914.,
645
1.100 560
735 396
1)
Sluitp. der activa.
..

……..

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 4 December 1933.

Acfiva.
Binneni. Vis.( Hfdbk.
f
26.246.952,23
sels,Prom., Bijbuk.

605.232,81
UI8I.
.8U.

1.1U.O1O,7Ö

f
30.982.555,82
Papiero. h. Buitenl. in disconto

……

Idem eigen portef.

f

1.437.500,-
Af: Verkocht maar voor
de bk.nog niet afgel.

–
1.437.500,-
I3eleeningen

Hfdbk.
f

97.341.125,061)
ncl.
vrsch. Bijbnk.

4.268.260 07
in rek..crt.
”
Ag.sch.

40.665.714,67
op
qnderp.

f
142.275.099,80

Op
Effecten

……f
141.065.094,95
1)
Op
Goederen en Spec.
,,

1.210.004,85

,,
142.275.099,80
1
)
Voorschotten a. h. Rijk
…………….
,,
–
Munt, Goud
……
f
108.511.420,-
iuntrnat.,- Goud

,,
811.662.606,73
J.
f

920.174.026,73
Munt, Zilver, enz.

25.975.745,24
Muntmat., Zilver..

–
,,
946.149.771,972)
Belegging
1/

kapitaal, ,’eserves en pen-
sioenfonds

……. ………………

..
21.549.877,15
Gebouwen eit Meub. der Bank
……..
,,
5.000.000,-
Diverse

rekeningen

………………..
10.698.778,78
Staatd. Nederl..( Wetv. 27/5/’32,
S.
No. 221)
,,
18.331.195,17

.f
1.176.424.778,69

Passiva.
Kapitaal ……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds …….
. ……………..

…
3.749.272,82
Bijzondere

reserve

………………

,,
5.000.000,-
Pensioenfonds

……….
…………
,,
-8.820.648,36
Bankbiljetten in omloop……………
925.516.575,……
Bankassignatiën in omloop

……….,,
27.100,13
Rek..Cour., j Het Rijk
f

4.476.902,48
saldo’s:

‘, Anderen,,206.690.429,94
211.167.332,42
Diverse

rekeningen ………………,,
2.143.789,96

f
1.176.424.778,69

Beschikbaar metaaisaido

…………f
491.985.738,69
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd
is ,,
1.229.964.345,-
Waarvan aan Nederlandsch-jndië
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsblad No. 99)
……..
f
76.424.425,-
Waarvan

in

het buitenland

…………………….
..15.732.788,53
Voornaamste posten in duizenden
guldens.

Data
Goud

Munt

Muntmat.
Circulatie
Andere
opeischb.
Beschikt,.
Metaal-
Dek-
kings
schulden
saldo
perc.

4 Ï)ec.

’33
108511
811.663
925.517
211.194 491.986
83
27 Nov. ’33
108561
812.954 902.624 243.524
490.528
83
25 Juli

’14
65.703
96.410
310.437
6.198
43.521
54

956

STATISTISCH OVERZICH

GRANEN
EN ZADEN
TTMNBOUWARTIKELEN
VLEESCH

TARWE
Manitoba
R000E
MAIS
GERST
}C.G.
LIJNZAAD
WITTE’
KOOL
UIEN
ROODE
KOOL
RUND-
VLEESCH
VARKENS-
VLEESCFI
No. 2 loco
74 K.G. Bahia
Blanca loco
La Plata
loco
La Plata
La Plata
loco
le kwal.
1-5 pond
gewoon per lOO KG.
ie kwal.
1-5 pond
(versch)
(versch)
Rotterdam!
Amsterdam
R’damlA’dam R’damjA’dam
loco Rotter-
damA’dam

R’damjA’dam
per 100 1(0.
Broek op
per
loo
1(0.
Gem.v.3kw.
per 100KG. per 100 KG.
per 100 K.G.
per 100 K.G.
per 2000 K.G.
per2000K.G.

per 1960 K.G.
Broek op
Langendijk
Broek op
Rotterdam
2)
3)
Langendijk Langendijk
Rotterdam

f1.
°lo
f1.
1
10
f1.
0
10
ir
‘lo
f1
7
0
10
/
0
10
T.
–
r
–
110;
–
0
10
1925
17,20
100,0
13,07
0

100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
–
–
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4 360,50
77,9
–
–
1927
14,75
85,8
12,47
0

95,4
176,00
76,0
237.00
100,4
362,50
78,4
–
–
1928
13,47
0

78,3
13,15
100.6
226,00
97,7
228,50
96$
363,00 78,5
4,55
100,0 13,25 100,0
17,23 100,0
93,-
100,-
77,50
100,-
1929 12,25
71,2
10,87
5
83,2 204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
7,38
162,4 11,78
88,9 9,10
52,8 96,40
103,7
93,125
120,2
1930
9,67
5

56,3
6,22
5
,47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
2,05
45,1
2,14
16,2
5,77
33,5
108,-
116,1
72,90
94,1
1931
5,55
32,3
4.55
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
3,06
67,3
1,94 14,6
6,96
40,4
88,-
94,6
48,-
619
1932
5,225
30,4
4,62
6

35,4
77,25
33,4 100,75
42,7
137,00
29,6
1,49
32,8 8,07 60,9
‘1,84
10,7
61,-
65,6 37,50 48,4
lan.

1931
6,525
37,9
4,-
30,6
84,50
36,5
86,25
36,5 207,50
44,9′
3,40
74,8
1,92
14,5 5,61
32,5
96,-
103,2
56,-
72,3
lebr.
5,775
33,6
3,90
29,8
87,50
37,8 85,75 36,3 206,25 44,6
3,01
66,2 2,24
16,9
6,24 36,2 91, 97,8

64,5
Maart

,,
5,62
5

32,7
4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4
214,00
46,3
4,72
103,8
3,25
24,5
11,23
65,1
90, 96,8

65,8
April
5,90 34,3
4,42
5

33,8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8

104,3
47,
60,6
Mei

,,
6,15 35,8
4,976
38,0
–
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9

105,4
45,-
58,1
Juni

,,
5,75
33,4
5,05
38,6
86,75
37,5
116,50
49,4
191,50
41,4
101,
108,6
41,-
52,9
Juli
5,425
31,5
4,70
35,9
84,25
36,4
115,75
49,0
211,00
45,6
95,
102,2
49,-
63,2
Aug.

,,
4,975
28,9
4,025
30,8
74,50
32,2
119,50
50,6
,

185,50
40,1
94,
101,1
54,
69,7
Sept.
4,775
27,8
4,27′
32,7
68,00
29,4
97,00
411
164,25
35,5
84,
90,3
50,-
64,5
Oct.
5,-
29,1
4,475
34,2 68,50 29,6
94,75
401
160,25
34,6
– –
75,
80,6
49,-
63,2
Nov.
5,825
33,9
5,475

41,9
8100
35,0
114,50
48,5
‘
169,75
36,7
1,52
33,4 5,04
38,1
72,
77,4
48,-
61,9
Dec.
4,925
28,6
4,95 37,9
6925
29,9
111,25
47,1
145,75
31,5

–

1,47
32,3 5,39 40,7
2,40
13,9
70,
75,3
43,-
55,5
lan.

1932
5,05
29,4
5,07
5
388
71,25
30,8
114,00
48,3
142,50
30$
1,49
32,8

—-

8,69
65,6

————————-

1,87
10,8
70,
75,3
40,-
51,6
1ebr.
5,30
30,8 5,075
388
74,00 32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
1,28
28,1
8,98 67,8

1
———————–

1,29
7,5

—
–

68,
73,1
34,-
43,9
Maart

,,
5,525
32,1
5,80
44,4
86,75 37,5
118,00
50,0
143,25
310
1,68
36,9
12,26
92,6
1,78 10,3
67,
72,0
32,-
41,3
April
5,65
32,7
6,22
5
47,6 88,75 38,3
124,50
52,8
135,25
292

—
–
—
–
–
–
–
—
–
—
–
–
—–
–
–
–
–
—
–
—
—

‘

—

63,
67,7
28,-
36,1
Mei
5,60
32,6
5,30
40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2

—

67,7
26,-
33,5
luni

,, 5,225
304
4,15 31,7
80,75
‘34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
67,,
72,0
34,-
43,9
juL
4,90 28:5
4,-
30,6 78,75 34,0
100,25
42,5
129,75
28,1

–

—–

68,8 35,50
45,8
Aug.
5,20
30,2 4,075
31,2
77,50
33,5
98,25
41,6
133,00
28,8

—-
—–
–
—-
–
—
–
–
–

62, 66,7
40,50
52,2
Sept.,,
5,475
31,8 4,20
32,1
78,50
33,9
88,50
375
150,75
32,6

—

55,
59,1
42,50 54,8
Oct.
5,25
30,5 3,92
5

30,0
74,50
32,2
79,50
33:7 138,25
29,9

—

—
–
—
–
—
—
–
—
—

51,
54,8
44,-
56,8
Nov.
4,90
28,5
3,90
29,8
71,25
30,8
79,00
33,5
135,25
29,2
1,06
23,3

–

4,10

–
–
–
—
–
—
—
—
–
—

31,0
53,
57,0
46,-
59,3
Dec.
4,720
27,5
3,80
29,1
66,25
28,6
75,25 31,9
135,00
29,2 0.84
18,5
3,99
30,1
3,02
17,5
53, 57,0
46,-
59,3
Jan.

1933
4,95
28$
3,75
28,7
73,00 31,5
75,25
31,9
136,50
29,5
0,67
14,7
3,38
25,5
3,02
17,5
50,50 54,3
44,75 57,7
Febr.,,
4,775
27,8 3,70
28,3
71,00 30,7
74,75
31,7
130,25
28,2
0,60
13,2

————-

2,06
15,5
2,51 14,6
49,25 53,0
45,-
58,1
Maart

,,
5,05
29,4
3,82
5

29,3 73,50
31,7
76,25 32,3
130,50
28,2
0,61
13,4 1,29
9,7
3,11
18,0
46,50 50,0
46,
–
59,3
April

,,
5,15
29,9
3,75
28,7
7275
31,4
71,25
30,2
129,50
28,0

–
–
–
–
—-
–
–
–
–
—
–
–
—
–
–
–
–
—-
–
—
–
—
–
—

49,50 53,2
48,25 62,3
Mei

,,
5,40
31,4
3,775

28,9
70:50

30,5
73,25 31.0
146,75
31,7

–
–
–
–
—-
–
—
–
—
–
–
—
–
–
–
–
—-
–
—
–
—
–
—
–

52,25
56,2
49,-
63,2
Juni
5,25
30,5
3,55
27,2
66,00
28,5
75,75
32,1
163,25
35,3

—————

51,25
55,1
48,-
61,9
Juli
5,82r’ 33,9
3,85
29,4 64,25
27,8
78,00
33,1
176,25
38,1
49,25 53,0
48,50 62,6
Aug.
5,30 30,8 3,55
27,2 61,25
26,5
67,75
28,7
161,50
34,9
49,
52,7
49,25 63,5
Sept.

,,
.4,95
28,8
3,475

26,6 61,00
26,3
65,25
27,6
159,00
34,4

–
—
——
–
—
–
—
–
–
–
–
—
——
–
—
–
–
–
—
–
–
–

50,25
54,0
54,-
69,7
Oct.

,
4,40
25,6
3,-
22,9
60,25
26,0
63,50
27,0
141,25
30,5

–
—
——
–
—
–
—
–
–
–
–
—
——
–
—
–
—
–
—

—
56,25 60,5
54,25
70,0
Nov.
4,55
26,5
2,95
22,6
74,50 32,2 60,00
25,4
147,25
31,8
1,26
27,7 2,23

. —————-
–
—
——
–
—
–
—
–
–
–

16,8
59,50
64,0
54,375

70,2
27

.,
4,65
27,0
3,10
23,7 74,00 32,0 60,00
25,4
152,00
32,9
1,28
28,1

————–

2,24
‘
16,9
58,-
6)

62,4 54,50
0
) 70.3
4 Dec.
4,60 26,7
3,20
24,5 82,00
35,4
60,00
25,4
158,00
34,2
0,97 21,3
2,22
16,8 1,20
7,0
58,-‘)
62,4
54,_7)

69,7
1) Men zie voor de toelichting op dezen staat de nos. van 8, 15 Aug. 1928, 25 Febr. 1931 en 15 Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No. 2. van Jan. 1931 t
vanaf 26Mei 1930 tot 23Mei1932 74 K.G. Zuid-Russische; van 23 Mei 1932 tot 2 Oct. 1933 No. 2 Canada.
4
)Tot Jan. 1928 Malting; van Jan. 1928 tot 9 Febr. 19
K.G. Zuid-Russische.
6)
De jaren 1928 en 1929 Broek on Lanendiik.
6)
25Nov. 7)2 Dec.
8)
30Nov.
9)
24Nov.
10)
1 Dec.

MINERALEN TEXTIELGOEDEREN
DIVERSEN

STEENKOLEN
Westfaalschej
PETROLEUM
BENZINE
1

KATOEN
6
WOL WOL
gekamde
KOE-
KALK-
Hollandsche
Mid. Contin.
Cr’ide
Gulf exp.
gekamde
Australische, Australische,
HUIDEN SALPETER
‘
MiddIin
locoprijzen
1

F. G. F.
1

Sakella-
G. F. No.
1
bunkerkolen,
onezeefd f.o.b.
tim 33.9°
64166°
$cts. per
Merino, 64’s Av.
CrossbredColo- nial Carded,
Gaaf, open
kop
Old. per
100
IG.
R damlA’dam
B

s.
g.
per barrel
U.S.
gallon
New-York
rides
Oomra
Liverpool
loco
Bradford
per Ib.
Av.
loco
57-61 pnd.
netto
per
1000
K.G.
per Ib.
Liverpool
Bradford per Ib.

f1.
21
j
‘
$
cts.
“°io

pence
0
10
pence
°/o

pence pence
f1.
ij
°lo
1925 10,80
100,0
1.68
100,0
14,86
100,-
23,25
100,0
29,27
100,-
9,35
100,-
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
1926 17,90
165,7
1.89 112,5
13,65
91,9
17,55
75,5
16,24
55,5
6,30
67,4 47,25 85,9 24,75
83,9 28,46
82,0
11,61
96,8
1927
11,25 104,2
1.30
77,4
14,86
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3
7,27
77$
48,50 88,2
26,50
89,8
40,43
116,5
11,48
95,7
1928
10,10
93,5
1.20
71,4 9,98 67,2 20,00
86,0
1921
65,6
7,51
80,4 51,50
.
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
1929 11,40
105,6
.

1.23
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2
6,59
70,5
39,-
70,9 25,25 85,6 32,25
92,9
10,60
88,3
1930 11,35
105,1
1.12
66,7 8,77
59,0
13,55
.
58,3
12,-
41,0
3,92 41,9 26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
1931
10,05
93,1
0.58
34,5
5,04
–
33,9
8,60
37,0
7,33
25,0
3,08 33,0
21,50
39,1′
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
1932
8,00
741
0.81
48,2 4,50 30,3
6,45
–
27,7
5,21
17,8
3,11
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
11,15
32,1
6,15
51,3
Jan.

1931
10,30
954
0.85
50,6 6,08 40,9
10,30
44,3
8,31
28,4
3,09
33,1
21,25 38,6
12,00
40,7
24,63
71,0
10,11
84,3
Febr.,,
10,30
95,4
0.85
50,6
6,14
41,3
10,95
47,1
9,58 32,7
3,55
38,0
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
Maart

,,
10,30
95,4
0.66
39,3
6,07
40,9
10,90
46,9
9,70
33,1
3,56
38,1
25,25
45,9
14,50
49,2 22,25
64,1
10,21
85,1
April

,,
10,15
94,0 0.53
31,5 5,66
38,1
10,25
44,1
8,68
29,7
3,31
35,4
24,50 44,5
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
Mei
10,00
92,6
0.535 31,5
5,375

36,2
9,40
40,4 8,18
27,9
3,01
32,2
23,50
42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1

j
uni
10,00
92,6
0.34
20,5 4,24 28,5
‘

9,10
39,1
7,54
25,8
3,01
32,2
22,00 40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
uli
10,00
92,6
0.245
14,3
340
5

22,9
9,25
‘39,8
7,73 26,4
3,35
35,8
22,25 40,5
12,50
42,4
20,25
58,4
8,26
68,8
Aug..
10,00 92,6
0.43
25,9
394
26,5
7,20
31,0 5,94 20,3
2,59 27,7
22,25 40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,-
58,3
Sept.
10,00
92,6
0.56 33,2
5,50
37,0
6,55
‘28,2
5,77
19,7
2,59 27,7
20,00
36,4
11,00
37,3
18,-
51,9
6,50 54,2
Oct.
990
91,7
0.56
33,2
4,19
28,2 6,30
271
5,82
19,9
2,85
30,5
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3
6,65
55,4
Nov.
9,90 91,7
0.68
40,4
4,62
31,1
6,40
–
275
5,72
19,5
3,11
33,3
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3
6,80 56,7
Dec.
9,90
91,7
0.71
42,3
5,31
35,7 6,30
‘
27,1
4,98
17,0
2,99
32.0
16,25
29,5
9,00
30,5
–
–
6,95
57,9
lan.

1932
8,25
76,3
0.71
42,3
5,25 35,3
6,65
28,6 5,09
17,4
3,38
36.2
16,50
30,0
9,00
30,5
11,63
33,5 7,10
59,2
lebr.,,
8,25
76,3
0.71
42,3
4,92
5

33,1
6,90
29,7
5,31
18,1
‘3,51
37,6
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9 7,25
60,4
Maart

,,
8,35
77,3
0.71
42,3
4,62
5

31,1
6,90
29,7 5,37
18,3
3,30
35,3
16,50
30,0
8,75
29,7
10,25
29,5 7,40 61,7
April

,,
8,65
80,1
0.86
51,2 4,34 29,2
6,25
26,9
5,08
17,4
3,08
33,0
16,50
30,0
9,00 30,5
9,25
26,7 7,40 61,7
Mei

,,
8,30
76,9
0.86
51,2 4,25
28,6
5,80

.
24,9 4,57
15,6
2,76 29,5
15,75
28,6
8,25
28,0
8,88
25,6
7,40
61,7
luni
8,25
76,3
0.86
51,2
4,25 28,6 5,25 22,6 4,44
15,2
2.55 27,3
15,25
27,7
7,75
26,3
9,-
25,9
7,40
61,7
)uli

8,10
75,0
0.86
51,2
4,25
28,6
5,80
24,9
4,
97

17,0
2,77
29,6
16,00
29,1
8,50 28,8
9,75
28,1
–
–
Aug.,,
7,80
72,2
0.86
51,2
4,30 28,9
7,35
.31,6
5,71 19,5
3,33 35,6
15,75
28,6
8,25 28,0
12,-
34,6
5,70
47,5
Sept.,,
7,75
71,8
0.86
51,2
4,375

29,4
7,75
‘33,3
6,37 21,8
3,64 38,9
16,75
30,5
8,75
29,7
13,75
39,6 5,90
49,2
Oct.,,
7,65
70,8 0.86 51,2 4,45 29,9
6,50
28,0
5,68
19,4
3,16 33,8
15,75
28,6
.

8,50
28,8
14,-
40,3
6,-
50,0
Nov.
7,40
68,5
0.86 51,2 4,60 31,0
6,15
26,5
5,16
17,6
3,-
32,1
15,25
27,7
8,25
28,0
12,-
34,6
6,10 50,8
Dec.
7,25
67,1
0.745
44,3
4,435

29,8
5,95
25,6
4,73
16.2
2,80
30,0
15,25
27,7
8,00
27,1
11,50
33,1
6,20
51,7
Jan.

1933
7,05
65,3
0.53
31,5
4,16
28,0
6,15
26,5
5,13
17,5
2,95
31,6
15,75
28,6
8,25
28,0
11,50
33,1
6,30
52,6
Febr.,,
7,20
66,7 0.38 22,6
3,97
26,7
6,10
26,2
4,98
17,0
2,78 29,7
15,50
28,2
8,25
28,0
10,38
29,9
6,40
53,3
Maart

,,
7,25
67,1
0.38
22,6
3,876
26,1
6,40 27,5
4,97
17,0
2,77
29,6
15,25
27,7 7,75 26,3
10,75
31,0
6,40
53,3
April

,,
7,25
671
0.37
22,0 3,67
24,7
6,65 28,6
5,18
17,7
2,68
28,7
15,75
28,6
7,75 26,3
11,25
32,4
6,40
53,3
Mei

,,
7,15
662
0.235
14,0
2,95
19,9
7,30 31,4
5,60
19,1
3,07 32,8
17,00
30,9
8,25
28,0
12,25
35,3
6,40
533
Juni

•
7,15 66,2
0.25
5

15,2
3,02
20,3
7,85
33,8 5,85 20,0
3,25
34,8
18,50
33,6 9,00 30,5
,

15,75
45,4
6,40
53,3
Juli
7,05
65,3
0.41
24,4
3,33
22,4
7,60
32,7
5,76
19,7
3,20
34,2
20,75
37,7
9,75′
33,1
16,-
46,1
6,40
53,3
Aug.
6,95
64,4
0.37
22,0
3,37
22,7
6,90
.
29,7
5,39
18,4 2,91 31,1
20,75
37,7
9,75
33,1
14,75
42,5 5,80
48,3
Sept.

6,85
63,4
0.52 31,0
3,50
23,6
6,60
28,4 4,70
16,1
2,54 27,2
21,50
39,1
10,50
35,6
15,13
44,1
5,85
48,8
Oct.
6,60
61,1
0.65
38,7
4,04
27,2
6,40
27,5 4,55
15,5
2,48 26,5
20,75
37,7
10,75
36,4
14,50
41,8 5,90
49,2
Nov.

•
6,75
62.5
0.59
35,1
3,72 25,0
6,25
26,9
4,63
15,8
2,39
25,6 23,75
43,2
12,00
40,7
13,38
38,6
5,95 49,6
27
,,

6,90 63,9
0.60
35,7
3,72
2
)
25,0
6,35
27,3
4,774)

16,3
2,37
4
) 25,3 24,75
5
)
45,0
13,00
5
)
44,1
13,-
6
)
37,5
6,-
50,0
4 Dec.
7,00
64,8
0.61
36.3
3,78
3
)
25,4
6,55
28,2
i)
Jaar- en maandgem. afger. op
11
pence.
2)34
Nov.
3
)1 Dec.
4)
29
Nov.
5)
30
Nov.
6)
28Nov.

AN GROOTHANDELSPRIJZEN’)

.

957

ZUIVEL EN EIEREN
.

–

METALEN

BOTER
BOTER
p.K.G.
KAAS
Edammer
EIEREN
KOPER
LOOD
TIN
IJZER
Cleveland
GIETERIJ-
iri
ZINK
GOUD ZILVER
cas
per

.

.
Leeuwar-
Heffin
j5j5
Alkmaar
cm.
1
?
.
Etermijn
an aar
Locoprijzen
Loco rizen
loco rizen
Longe per
Foundr
‘
III) p.
Locoprijzen
Londen
cash
Londen
Londen per
derCornm.
Zuivel-
Fabrieks-
kaas
Roermond
Londen
Lodn
per Eng. ton
Eng. ton
No. 3 f.b.
Middlesb.
tng. t. f.o.b.
per per ounce
Standard
0
eering
Centr.
kI. mlmerk
per

ng. ton
perEng.ton
Antwerpen
Eng.ton
fine Ounce

f1.
0
10
f1.
II.
0
10
fi.
0
10
0
10
£
°Io
£
.

°!o
Sh.
°!o
5h.
0
/0
£
O/
sh.
°Io
pence

0
o
1925
2,31
100,0
–
56,-
100,0
9,18
100,0 62.116
100,0
36.816
100,0
261.171-‘
100,0
731-

100,0
671-
100,-
36.3/6
100.
8516

100,-
32
1
1é
100,0 1926
1927
1,98
2,03
85,7
87,9
– –
43,15 43,30
77,1
17,3
8,15 7,96 88,8
86,7
58.11-
55.141-
93,5
89,7
31.116
24.4!-
85,3
66,4
290.1716
290.41-
111,1
:

110,8
8616
731-
118,5 100,0
68(8
6416
102,5
96,3
34.216
28.101-
94,
78,8
851-
851-
99,5 99,5
28
11
116
26
3
14
89,3
83,3
1928
2,11
91,3
–
48,05 85,8
7,99 87,0
63.161-
102,8
21.11-
57,8
227.51-
‘

86,8
661-
90,4
6218
93,5
25.516
69,9
85!-
99,5
26!16
81,1
1929
2,05 88,7
–
45,40
81,1
8,11
88,3
75.14-
121,9
23.51-
63,8
203.15161
77,8
7016
96,6
6819
102,6
24.1716
68,8
851-
99,5
24
7
116
76,2
1930
1,66
71,9
–
38,45
68,7
6,72
73,2
54.131-
88,0
18.116
49,6
142.1-
54,3
67!-

91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
851-
99,5
17
18
116
55,4
1931
1,34
58,0
–
31,30
56,9
5,35
58,3
36.5!-
•
58,4
12.1j-
33,1
110.11-
420
551-
75,3
4716
70,9 11.10j6
31,9
92/6

108,2
131 41,6
1932
0,94
40,7
–
22,70
405
4,14
45,1
22.17/- 36,8 8.121-
23,6
9721-
37,1
42!-

57,5
37j-
55,2
9.161-
27,1
1181-

138,0
12
719
40,1
Jan.

’31
1,61
69,7
–
32,25
57,6
6,63
72,2
45.716
73,1
14.-16
38,5
116.81-
44,4
6016
82,9
5116
76,9
12.1816
35,7 851-
99,5
13
7
1e
43,2
1ebr.
1,66
71,9
–
33,80
60,4
6,21
67,6
45.116
72,6
13.516
36,4
117
•rJ6
44,7
5816
80,3
5017
75,5
12.101
34,6
851
99,5
12
1
1
38,9
Mii.
1,47
63,6
–
35,00
62,5
4,94
53,8
45.116
72,6
13.316
36,2
122.11-
.

46,6
5816
80,3
48110
72,9
12.816
34,3
851-
99,5
13lj6
41,8
Apr.
1,35
58,4
–
31,60
56,4
4,20
45,8
42.1516
68,9
12.10/-
34,3
113.41-
43,2
5916
80,3
49/6
73,9
11.121-
32,1
851-
99,5
13
1
19
40,9
Mei
1,26
54,5
–
30,85
55,1
4,07
5

44,4
39.616
63,4
11.1016
31,6
104.171-
40,0
5816
80,3
481-
71,6
10.1316
29,5
851-
99,5
12
1
51
40,3
]uni
1,29
55,8
–
33,50
59,8 4,30 46,8
36.616
58,5
11.1116
31,8
106.216
40,5
5816
80,3
4711
70,3
11.10f- 31,8
851-
99,5
12
7
1
40,1
)uli

,,
1,32 57,1
–
37,75 67,4 4,40
47,9
34.141-
55,9
12.1516
35,1
112.516
42,9
5816
80,3
48(9
72,8
12.11/-
34,7
851-
99,5
1311
4

41,2
Aug.
1,30
56,3
–
36,00
64,3
4,98
54,2
32.151-
52,8
11.1916
32,9
114.1916
43,9
5816
80,3
47(9
71,3
11.14/6 32,4
851-
99,5
I2′
3
j
39,9
Sept.
1,27
55,0
–
32,25
57,6
5,775

62,9
30.316
48,6
11.41-
31,1
111.161-
42,7
5516
76,0
46/7
69,5 10.19!- 30,3
9113

106,8 13I16
41,4
Oct .,,
1,24
53,7
–
26,25 46,9
6,275
68,4 28.2/6 45,3
10.916
28,8
101.116
38,6
46!-
63,0
44/8
66,7
10.7(6
28,7
10613

124,3
1311
43,0
Nov.
1,17
50,6
–
24,75 44,2
7,07
77,0
27.1916
45,1 11.51-
30,9
102.-1-
39,0
44j6
61,0
43/6
64,9
10.1516
29.6
11019

129,5
14
1
1
45,1
Dec.

.,
1,18
51,1
–
21,40
38,2
5,32
5

58,0
27.616
44,2
10.161-
29,6
98.1716
37,8
41(6
56,8
43f3

64,6
10.216
28,0
12216

143,3
14
5
116
44,6
Jan.

’32
1,16
50,2
–
25,75 46,0
4,71
51,3
27.1416
44,7
10.141-
29,4
98.181-
37,8
4116
56,8
421-
62,7
10.616
28,5
12013

140,7
13118
43,2
Febr. ,,
1,34
58,0
–
27,75 49,6
3,79
41,3 26.41- 42,2
10.51-
28,1 99.216
37,9
4116
56,8
401-
59,7
10.-j-
27,6
11916

139,9
14
43,6
Mrt.

,,
0,98 42,4
–
23,65
42,2
3,42
6

37,3
24.18!-
40,1
9.91-

25,9 96.61- 36,8
44!-
60,3
401-
59,7
9.11/-
26,4
1141-

133,5
131
4

42,8
Apr.
0,99
42,9
–
19,60
35,0
2,77
6

30,2
23.81-
37,7 8.1616
24,2
84.1516h

32,4

45f-

61,6
3716
56,0
9.21-
25.2
11013

129.0
13
1
1
40,9
Mei
0,82 35,5
–
19,65
35,1
2,88
31,4
21.61-
34,3
8.-!-

22,0
89.1316
34,2
441-
60,3
3716
56,0
9.91-
26,1
112/9

132,0
1219
39,3
Juni
1,11
48,1
–
24,25 43,3
3,08
33,5
20.1216
33,2
7.51-
19,9
84.91- 32,3 441-

60,3
3716
56,0
8.131-
23,9
1
I3f6

132,7
121
39,3
)uIi
0,96
41,6
0,45
19,55
34,9
3,12
6

34,0
19.216
30,8
7.316
19,7
90.1716
34,7
4216
58,2 371-
55,2
8.616
23,0
1161-

135,7
1218
38,5
Aug.

,,
0,76 32,9
0,58
17,90
.32,0
3,72 40,6
22.416
35,8
7.1716
21,6
101.-j-
38,6
421- 57,5
3616
54,5
9.1316
26,7
118(6

138,6
12’j16
39,9
Sept. ,,
0,84 36,4
0,65
19,70
35,2
4,64
50,5
25.81-
40,9
9.1016
26,1
109.916
,

41,8
42!-
57,5
35/-
52,2
11.2/-
30,7
1I8f9

138,8
13
40,5
Oct.

,
0,82
35,5
0,73 25,50 45,5
5,73
62,4
22.516
35,9
871-
22,9
105.1316
40,4
411-
56,2
3416
51,5
10.816
28,8
12116

142,1
12’h
38,9
Nov.

,,
0,81
35,1
0,78 26,50
47,3
6,65 72,4
21.191-
35,4
8.4/6
22,6
104.716
.

39,9
401-
54,8
3416
51,5
10.81-
28,7
12519

147,2
12
5
11s
38,3
Dec.

,,
0,73
31,6
0,85
22,55 40,3
5,12
5

55,7
19.1216
31,6
7.916
20,5
100.1016
38,4
391-
53,4
3416
51,5
10.71-
28,6
12519

147,2
1112
35,8
Jan.

’33
0,73
31,6
0,89
21,75
38,8
4,27
46,7
19.17/-
32,0
7.81-
20,3
100.1/6
‘

38,1
4016
55,5
3416
51,5 9.191- 27,5
12218

143,5
11fl118
36,4
Febr.
0,65
28,1
0,91
20,60 36,8 4,35
47,4
20.31-
32,5
7.7!-
20,2
104.716
39,9
431-
58,9
341- 50,7
9.151-
27,0
12015

140,8
11
15
/16
37,2
Mrt
.
0,53 22,9
0,99
19,40
34,6 2,80
30,5
20-16
32,3
7.101- 20,6
104.1813
40,1
431-
58,9
3417

51,6
10.71-
28,6
12015

140,8
12
1
/
38,7
Apr.
0,54
35,4
1,-
18,55 33,1
2,07
5

22,6
20.1116
33,1
7.1216
20,9
109.171-
42,0
431-

58,9
3516
53,0
10.816
28,8
12011

140,4
12116
39,9
Mei
0,52
22,5
1,-
21,80
38,9 2,49
27,1
23.616
37,6
8.61-
22,9
128.1716
49,2
4116
56,8
3616
54,5
10.131-
29,4
116

144,4
1314
41,2
Juni
0,52
22,5
1,-
23,50
42,0
2,50
27,2 25.71- 40,8
•
9.41-
25,3
151.101-
57,9
421-
57,5
371-

55,2
11.1216 32,1
12213

143,0
13
1
/
41,2
)uli

,,
0,55
23.8
1,-
18,50
33,0
2,60
28,3 25.161- 41,6
92f-

25,0
148.116
56,5
4116
56,8
351
–

52,2 12.11-
33,3
1231104 144,9
12
7
116
38,7
Aug.
0,63
27,3
1,-
18,90
33,8
3,574
38,9
24.51-
39,1
8.416
22,6
145.3/-
55,4
411-
56,2
35/-
52,2
11.71-
31,4
125110

147,2
12
37,4
Sept. ,,
0
28,6
0,95
18,40
32,9
3,91
42,6
22.1616
36,8 7.161- 21,4
140.1716
53,8
3916 54,1
3416
51,5
10.1816
30,2
130111

153,1
11
1
1
37,2
Oct.
0,68
29,4
0,90
19,45
34,7 4,68
51,0 22.11-
35,5
7141-
21,1
145.51-
‘

55,5
3916 54,1
3416
51,5
10.13!-
29,4
13111

153,3
11
7
18
37,0
Nov.
0,65
28,1
0,90
20,80
37,1
5,80

1

63,2

120.616

20.616
32,7
7.1316
21,1
150.916
57,5
401-
54,8
3416
51,5
9.19j6
27,6
128154

150,1
12114

38,1
27

,,
0,608)
26,0
0,90
20,25
9
1
36,2
5,70
62,1
20.416
32,6
7.171-
21,6
1153.1316.
58,7
41/-
56,2
361- 53,7
9.19!-
27,5
12513

146,6
12’1
38,9
4 Dec.
1,-
20,50
10

36,6
5,75
62,6 32,7
7.916
20,5
1154.1516
59,1
411-
56,2
36/-
53,7
10.-f-
27,6
12418

145,8
12
5
18
39,3
!6 Sept. 1239
79
K.G.
La Plata.
3)
Tot
Jan.
1928 Western
;
vanaf
Jan. 1928
tot 16
Dec.
1929 American
No. 2.
van 16
Dec.
1929 tot
26
Mei 1930
7415 K.G.
Hongaarsche .merican
No. 2,
van
9 Iebr.
1931
tot 23
Mei 1932
6415
K.G. Zuid.Russische.
Van
23 Mei-19
Sept.
1932
No. 3
Canada.
Van
19 Sept.
1932
tot 24
Juli
1933
62163

BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN

VURENHOUT
S T E E N E N
CACAO
COPRA
KOFFIE RUBBER’
UIKER
THEE
INDEXCIJFER

KolO-
basis7″fob
ZwedeI
binnenmuur

buitenmuur
G.F. Accra
Ned.-Ind.
L
R0I

Standaard
Ribbed Smoked
Witte kristal-
Af!. N.-I. theev.
p
.

1

,4
per

per
per
so K.G.
c.i.f.
.m.s.
per 100 K.G.
ocoprijzen
Rotterdam
5W
er oco
R’damjA’dam
am gem. pr
Java- en Suma-
.
Grond-
niale
er

aard
,an 4.672 MB.
per 1000 stuks per 1000 stuks Nederland
Amsterdam
per
‘l

K.G.
e
oco

n
per 100 K.G.
tratheep.’I2KG.
sto
en
d?en

f
0
10
f
O(o
f
OJ
.h.
olo
t
OJ
cts.
.°Jo
Sh.
Oj
II.
Ol
o

cts.
0
10
1925
159,75
100
15,50

100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,87′
100,0
61,375
100,0
2111,625

100,0
18,75
100,0
84,5
100,0
100.0 100.0
1926
153.50
96,1
15,75

101,6
19,50
102,6
49/-
115,3
34,-
94,8
55,375
90,2
21-
67,4
17,50
93,3 94,25
111,5
90.0
102.6
1927
160,50
100,5
14,50
93,5
18,50
97,4
681-
160,0
32,62
6

90,9
46,875
76,4
116,375
51,6
19,124
102,0
82,75
97,9 87.5
109.1
1928
151,50
94,8
.
12,-
77,4
18,50
97,4
57/3
134,9
31,876 88,9
49,625
80,9
-110,75
30,2
15,85
84,5 75,25
89,1
84.0
97.4
1929
146,00
91,4
14,-
90,3 21,25
111,8
45/10
107,9
27,37
5

76,3 50,75
82,7 -110,25
28,8
13,-
69,3
69,25
82,0
81.9
85.5
1930
141,50
88,6
12,50
80,6
20,75
109,2
34111
82,2
22,62
5

63,1
32
52,1
-15,875
16,5
9,60
51,2 60,75
71,8
86.0
64.3
1931
110,75
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,37
5

42,9
25
40,7
-13
8,4
8,-
42,7
42,50
50,3
46.8
46.6
1932
69,00
43,2
9,25
59,7
15,-
78,9
1916
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-/1,75
4,9
6,32′
33,7 28,25
33,4
36.1
38.0
Jan.

’31
125.00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
2614
62,0
18,25
50,9 28 45,6
-14,25
11,9
8,20
43.7
66,25
78,4
53.9
57.4
Pebr.
,,
125.00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
2212
52,2
18,125
50,7
26,25
42,8
-13,875
10,9
8,20
43,7
53
62,7
53.3 50.4
Mrt.
125,00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
2216
52,9
18,62′
51,9
25,50
41,5
-13,75
10,5
8,30
44,3
45 53,3
52.9 48.0
Apr.
125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
2217
53,1
17,50
48,8
24,75
40,3
-13,125
8,8
8,57′
45,7
43 50,9
50.1 47.5
Mei
125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
2110
49,4
1537
5

42,9 25
40,7
-13,125
8,8
8,50
45,3 40,25
47,6
48.3
45.5
Juni
110,00
68,9
10.50
67,7
21,-
110,5
2214
52,6
14,125
39,4
25,75
42,0
-13,125
8,8
8,57
5

45,7
39,50
46,7
45.0 46.0
Juli

,,
110,00
68,9
10,50
67,7
21,-
110,5
2615
62,2
15,-
41,8
27
44,0
-/3
8,4
8,77′
48,6
38,25
45,3
40.6 50.0
Aug.
100,00
62,6
10,50 67,7
21,-
110,5
2418
58,0
14,12′
39,4
25,50
41,5
-12,5
7,0
7,90
42,1
38,50
45,6
44.7 46.8
Sept.
,,
100,00
62,6
10,50
67,7
19
1
–
100,-
2217
53,1
13,375
37,3 23,75
38,7
-12,375
6,7
7,525
40,1
37,50
44,4
43.3
44.1
Oct.
100.00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
2110
49,4
13,25
36,9
23 37,5
-12,375
6,7
7,55 40,3
37,75
44,7
41.9
43.0
Nov.
100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
2112
49,8
13,75
38,3
23
37,5 -12,25
6,3
7,15
38,1
37
43,8
42.6
42.3
Dec.

,,
82,50 51,6
10,-
64,5
18,50
97,4
18/3
42,9
12,75
35,5
23
37,5 -12,25
6,3
6,75
36,0 35
41,4
40.0
39.5
Jan.

’32
82,50 51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
17/9
41,8
13,12
5

36,6
23
37,5
-/2,125
6,0
7,35
39,2
32
37,9
38.5
39.1
rebr.
•
82,50 51,6
10,-
64,5
18,75
98,7
1811
42,6
14,50
40,4
23
37,5
–
1
2
5,6
7,05
37,6
30
35,5
38.3
38.3
Mrt.

,,
70,00 43,8
9,75
62,6
18,-.
94,7
21
1
9
51,2
14,75
41,1
23
37,5
-11,625
4,6
6,25
33,3
31
36,7
37.0
39.7
Apr.

70,00 43,8
9,75 62,6
18,
1

94,7
20
1
6
48,2
14,-
39,0
23 37,5
–
1
1,5
4,2
5,90 31,5
29,25
34,6
36.2
38.0
Mei

,,
70,00 43,8
8,50 54,8
15,-
78,9
2016
48,2
13,25
36,9
23,50
38,3
-11,5
4,2
5,62
5

30,0
30,25
35,7
35.2
38.1
Juni

,,
70,00 43,8
8,50 54,8
15,-
78,9
20
1
6
48,2
12.37
5

34,5
24
39,1
–
1
1,375
3,9
6,30 33,6
28,50
33,7
34.2 38.7
)uli

,,
67,50
42,3
8,50
54,8
15,-
78,9
2011
47,3
12,375
34,5
24
39,1
-/1,375
3,9
6,70
35,7
23,75
28,1
34.3
37.6
Aug.
,,
63,00 39,4 8,50 54,8
15,
–

78,9
2017
48,4
12,375
34,5
24
39,1
-11,75
4,9
6,57
5

35,1
22,75
26,9
35.9
37.4
Sept.
,,
60,00 37,6 8,75
56,5
15,-
78,9
21/2
49,8
12,75
35,5 25,25
41,1
–
1
2,125
6,0
6,52
5

34,8
23,75
28,1
37.8 38.5
Oct.

,,
63,50
39,7

58,1
14,50
76,3
18(8
43,9
12,375
34,5 26,50 43,2
-11,75
4,9
6,32
5

33,7
28,50
33,7
36.2 38.7
Nov.
63,50
39,7
9,50
61,3
14,25
75,0
1716
41,2
12,125
33,8
24,50
39,9
-11,75
4,9
5,87′
31,3
30,75
36,4
35.3 31.2
Dec.

,,
65,00
40,7

64,5
13,75
72,4
1714
40,8
11,75
32,8
24
39,1
-11
1
75
4,9
5,50
29,3
28,25 33,4
34.0 35.7
Jan.

’33
70,00
43,8 9,25
59,7
13,50
71,1
1616
38,8
11,50
32,1
24
39,1
-11,625
4,6
5,37′
28,7
25
29,6
33.2
34.1
Febr.
70,00
43,8
9,25
59,7
13,-
68,4
1519
37,1
10,625
29,6
23,75
38,7 -11,5
4,2
5,60
29,9
26,75
31,7
32.1
34.4
Mrt.

,,
70,00 43,8
9,50
61,3
12,25
64,5
1613
38,2
10,375
28,9
23,50
38,3
-(1,5
4,2
6,-
32,0 26,25
31,1
32.4 34.9
Apr.
70,00
43,8
9,75
62,6
12,75
67,1
1515
36,3
9,50
26,5
23,50 38,3
-11,625
4,6
6,07
5

32,4 27,50 32,5 32.6
34.9
Mei
70,00
43,8 9,50 61,3
12,50
65,8
1616
38,8
9,50 26,5 23
37,5
-12
5,6
6,02
5

32,1
26,50
31,4
34.2 35.0
Juni

,,
72,50
45,4
10,-
64,5
13,-
68,4
1811
42,6
10,-
27,9
22,50 36,6
-12,375
6,7
6,35
33,9
31
36,7
37.2
37.5
Juli
75,00
46,9
10,25
66,1
13,-
68,4
17/8
41,6
9,475

26,4
22,50
36,6
–
1
2,625
7,4
5,925 31,6 33,50
39,6 30.2
37.4
Aug.

,,
75,00 46,9
10,50
67,7
13.-
68,4
16/5
38,6
8,75
24,4
20,75
33,8
-12,625
7,4 5,27
5

28,1
35,25
41,7
36.5
35.6
Sept.
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
14/5
33,9 8,25
23,0
19,75
32,2
-12,5
7,0
5,375

28,7
36,75
43.5
36.7
34.6
Oct.

,,
80,00
50,1
10.50
67,7
12,50
65,8
12(7
29,6
7,62
5

21,3
17,75
28,8
-/2,625
7,4
4,90
26,1
42,25
50,0
36.5 33.4
Nov.
75,00
46,9
12(6
29,4
8,-
22,3
16,25
26,5
–
1
2,75
7,7
4,65
24,8 40,50
47,9
36.1
32.7
27

,,
75,00
46,9
1119
27,6
8,125
22,6
16
26,1
-12,875
8,1
4,75
25,3
375)
43,8
36.8
31.6
4 Dec.
,

75,00
,
46,9
,

,
. .
,

11
1
3

,
26,5
,

8,-
,
22,3
,
16

,
26,1
,

–
1
2,9375
,

8,2
,

4,75

,
25,3
36.9

,
30.4
O.B. Alle Pondennoteeringon vanaf 21 Sept.’31 zijn op goudbasis omgerekend; de Doilarnoteeringen vanaf 20April’33 zijn in verhouding ijan de depreclatie
‘an den Dollar t.o.v. den Gulden verlaagd.

958

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

6 December 1933

SUIKER.

De stemming op de verschillende suikerinarkten was ge-
durende de afgeloopen week onregelmatig.
In A me r ik a fluctueerden de prijzen nogal tengevolge
van de tegenstrijdinge factoren, zooals het contingentee-
ringsplan, de troebelen in Cuba en Roosevelts inflatie-
politiek, alsmede de oppositie hiertegen.
Na een vaste opening zakten cle noteeringen te N e w-
Y o r k in totaal met ca. 5 punten, om zich daarna weer
te herstellen; waardoor het slot als volgt luidde: Dec. 1.20,
Jan. 1.22; Mr. 1.28 en Mei 1.33, terwijl de laatste notee.
ring voor Spot Centr. 3.15 bedroeg.
In E n ge 1 a n d oefenden J)ecemler likwidaties deze
week eenigen druk op de markt uit, waardoor het slot
rond 2 d. lager kwam dan de vorigd week met dii volgende noteeringen: Dec. Sh. 4f6Y Mrt. Sh. 4/8%, Mei Sh. 4/11
3
%,

en Aug. Sh.
512%.
De afzet van geraffineerd’ was bevredigend en raffina-
deurs verhoogden hun vraagprijzen met 3 d.
Op Ja v a heeft de .N.I.V.A.S. ruim 47.000 tous kunnen
verkoopen.
De stemming op o n z e m a r k t was itwat onregelma-
tig, de ondertoon bleef echter vast.De slotnoteeringen van
de A m s te r d a m s c h e termijnmarkt waren een fractie
hooger dan het vorige slot.

KOFFIE.

De markt verkeerde in de afgeloopen week in iets betere
stemming. Voor Santos op aflading bestond meer belang
–
stelling dan in langn tijd het geval was. De kost- en
vrachtaanbiedingen van Santos zijn onveranderd, terwijl
die van Rio sedert veileden week niet minder dan 90 dol-larceuts zijn gestegen, wat, naar uit New-York wordt ge-
seind, te wijten schijnt te zijn aan het feit, dat de Brazi-
liaansche Regeering overweegt voor deze soort een loco-
prijs vast te stellen
01)
basis, van ongeveër 1234i Milreis
voor type 7. Deze prijs zou overeenkomen met 9% dollar-
cents te New-York, zijnde bijna 30 % hoogei- clan de aldaar
in den laatsten tijd geldende noteering.
Volgens een bericht uit New-York zou het bereiken van
spoedige overeenstepming in den tariefoorlog tusschen
Frankrijk en Brazilië waarschijnlijk zijn.
Uit de heden bekend gemaakte iveekstatistiek van Bra-
zilië is gebleken, dat in de vorige week van Santos naar
Europa verscheept zijn 101.000 balen tegen 103.000 balen
in de week claarvôôr en naar de
7
ereenigde Staten 232.000
balen tegen 125.000 balen. Verscheept werden van Rio naar
Europa 13.000 balen tegen 40.000 balen cii naar de Ver-
eenigde Staten 23.000 balen tegen 21.000 balen. Als ver
kocht door Satos worden opgegeven naar Europa 102.000
balen tegen 96.000 balen en naar de Vereehigde Staten
220.000 balen ‘tegen 133.000 balen.
De kost- en vrachtaanbiedingen van Brazilië zijn op het
oogenblik, ouder aftrek van het op circa 15 dollarcents ge-schatte voordeel van de bijlevering der bekende bonus van 10 %, vooi- gewoon goed beschreven Superior Santos
0
1
)

prompte verscheping, ongeveer $ 9.75 t 9.90 per cwt. en
voor dito i’riine ongeveer $ 9.85 t 10.10, terwijl zij voor
Rio type New-York 7 met beschrijving, prornpte versche-
ping, bedragen $ 9.60 t 9.70. Bij. den dollarkoei-s van heden
staan deze aanbiedingen gelijk met onderstaande prijzen
in gouddollars:

Santos Superior – $ 6.30 t 6.40
11

Prime

– ,, 6.35 11 6.50
Rio 7

,,6.20 t 6.25

bijna geheel onveranderd is, doch voor Rio 0.65 gouddollar
hooger uitkomt.
In de eerste hand zijn de, prijzen in Nederlandsch-lndië

3%
et. hooger. Zij zijn op het oogeublik aan te nemen op:
Palembang Robusta, December-verscheping, 113% ct.;
Benkoelen Robusta, December-verscheping, 11%, ct.; Mand-
heling Robusta, December-verscheping, 133% ct.; W.I.B. f.a.q. Robusta, December-verscheping, 14%i ct., alles per

3%
K.G. cif, uitgeleverd gewicht, .netto contant.
Aan de Rotterdamsche terniijnmarkt trokken de notee-
1-ingen
3%
t
7
18 ct. aan en zijn thans voor December 11,
Maart 11%, Mei
115/s.
en September 11
7
1
8
ct.-
De offiéieele loco-noteeringen bleven onveranderd 17 et.
voor Superior Santos en 16 et. voor Robusta.
De slotiioteeringen te New-York waren in dollarcents:

Gemeigd couti:a.ct

Santos coitract
(basis Rio No. 7)

(‘basis Santos No. 4)
Dec. Mrt. Mei Sept. Dec. Mrt. Mei Sept.
4 December $ 5.85 6.04 6.18 6.40 8.40 8.54 8.69 9.08 27 November ,,5.80 6.02 6.15 6.38 8.21 8.40 8.51 8.77
20 Novehber 5.93 6.10 6.20 6.34 8.26 8.50 8.59 8.86
13 November ., 5.95 6.12 6.20 6.29 8.36 8.56 8.64 8.83
i)e dezer dagen verschenen Statistiek van de Firma G.
Duu ring & Zoon te Rotterdam geeft aan, dat in Novem-
ber de aanvoer geweest is als volgt:

1933

1932

1931
bn.

bn.

bn.
in Europa ……………868.000

851.000

894.000
Ver. ‘Staten van Amerika 892.000 . 868.000

893.000

Totaal…. 1.760.000 1.719.000 1.787.000

De Aanvoeren
,
in Europa en in Amerika tezamen ge-
durende. de eerste elf maanden van het jaar bedroegen
20.669.000 balen tegen 19.347.000 balen in ‘1932 en
23.080.000 balen in 1931.
:De Afleveringen in November ware’nl:

1933

1932

1931
bn.

‘

bn. .

bn»
in Europa …………….837.000

890.000

963.000
Ter. Staten van Amerika 964.000

978.000

891.000

Totaal…. 1.801.000 :1.868.000 1.854.000

])e Afleveringen in Europa en in Amerika tezamen ge-
durende de eerste elf maanden van het jaar waren
20.357.000 balen tegen 20.434.000 balen in 1932 en 21.759.000
balen in 1931.
ïaiiaf 1 Juli tot 30 November waren de Aanvoeren in
Europa en in Amerika tezamen 9.001.000 balen tegen
7.118.000 balen in 1932 en 8.920.000 balen iii 1931, terwijl
de Afleveringen bedroegen 9.040.000 balen togen 8.696.000
balen in 1932 en 8.891.000 balen in 1931.
:l)e zichtbare voorraad was
01) 1
December in Europa
2.061.000 balen tegen 2.030.000 balen op 1 November. In Amerika bedroeg hij 986.000 balen tegen 1.058.000 balen
op 1 November. In Europa en in Amerika tezamen was de voorraad dus op 1 December 3.047.000 balen tegen.
3.088.000 balen op 1 November. Hij bedroeg op 1 December
1932 – 2.967.000 balen en
01) 1
December 1931 – 3.840.000
balen.
De zichtbare ivereldvoorraad was op 1 December 7.382.000
balen tegen 7
:
241.000 balen op 1 November en 6.032.000
balen verleden jaar (in deze cijfers zijn niet begrepen de
voorraden in het binnenland van Brazilië, waarvan de
cijfers van 1 December en 1 November nog niet bekend zijn,
doch die op 1 December 1932 bedroegen 22.813.000 balen),

hetgeen, in vergelijking met een week geleden, vooi Santos

Rotterdam, 4 December 1933.
AANVOEREN in tons
van 1000 EG.

Artikelen

Rotterdam
Amsterdam
Totaal

-:

26Nov.12 Dec.
Sedert
Overeenk.
26Nov.12 Dec.
Sedert
Overeenk.
1933
1932
1933
1Jan. I933
tijdvak 1932
1933
1Jan. 1933
tijdvak 1932

13.007
1.462.235
1.375.861
23.685
7.800
1.485.920
1.383.661
Rogge

………….
..’
8.931
377.717
4.58.677
–
7.373 3.003
385.090
461.680
Boekweit ….. ………
435
21.592 25.299
–
25
244 21.617 25.543

Tarwe

……………….

23.138 963.180
1.284.137
7.580 187.413
305.754
1.150.593
1.589.891
9.860
484.840
452.247 6.068
48.381
33.989
533.221
486.236
468
120.363 180.902
–
3.808 4.235
124.171
185.137

Maïs ………………..

3.435
180.171 .267.005
940
206.045 354.334
386.216 621.339

Gerst

.. ……………..
Haver

………………….

3.567
133.294 85.005
–
200
50
133.494
85.055
Lijnzaad

…………….
Lijnkoek

…………….
336
17.572
22.940
5
5.654
12.919
23.226
35.859
Tarwemeel

………….
Andere meelsoorten ..;
526
48.606
41.879
264
8.197 12.516
56.803 54.395