0 NOVEMBER 103:2
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Economisch~Statistische
Berichten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART
UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
17E JAAROANG
WOENSDAG.9 NOVEMBER 1932
No. 880
INSTITUUT VOOR. ECQ1VQMJSCHE GESChRIFTEN.
Algemeen Secretaris:
Prof.
Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuurt.
ECÔNOIÏISC1F-STATISTISC1IE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN ADViES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Ilasselt; Jhr. l!r. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der ilfandele; Prof. Dr. N. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. ii. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rengers;
Prof.
Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis;
Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. 0. M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: Dr. H. M. H. A. van der Valk.
Secretariaat. Pieter de Roochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. .35000. Postrekening 8408.
Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnemen’
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver
tenties: Nijgh G van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam
Amsterdam, ‘s-Gravenhage. Postchècjue- en giro-rekensngNo
145192.
Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van he
Instituut ontvangen het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont.
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo•
ver daaromtrent niet anders wordt beslist.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaat weg.
9 NOVEMBER 1932.
Ook deze week kwam er geen verandering in de
stemming van cle geldmarkt. De prolongatierente no-
teerde 1 pOt.; particulier disconto X 5.
5
/iv
püt. en
caligeld > pOt.
* *
*
Blijkens den. weekstaat van De Nederlancische Bank
is de binnenlandsche credietgeviug met ruim
j
9,8
millioen ingekrompen; de posten b.innenlandsche wis-
sels en belden.ingen daalden respectievelijk niet
f 1,9
millioen en
f
8,— millioen. Oc1er de hoofden papier
op het buitenland en diverse rekeningen onder cle
activa kwamen geen wijzigingen van beteeken is voor.
De post munt en muntmateriaal is met
f
297.000
verminderd tengevolge van een daling van den voor-
raad zilver groot
j
428.000, waar een stijging van den
goudvoorraad van slechts
f
131.000 tegenover staat.
Onder de passiva der Bank geeft de biljettencircu-
latie een daling te zien van
f
18,3 millioen
;
daaren-
tegen stegen de saldi in rekening-courant met
f
8;?
millioen. De saldi van anderen namen met
j•
625 nijl-
lioen toe, welke toeneming echter grootendeels werd
gecompenseerd door een vermindering van het tegoed
van ‘s Rijks schatkist van
f
53,7 millioen. Het be-
schilohaar metaalsaldo blijkt niet
f
3,8 millioen te zijn
toegenomen; liet dekkingspercentage bedraagt nage-
noeg 84 pOt. teen 83 pOt. de vorige week.
De Pondenkoers bewoog zich deze week tusschen
de 8.15 n de 8.27. Vooral Voensdag was er veel
vraag, op welken dag een noteerin.g van 8.27 tot stand
kwam; na een daling tot 8.15 kwam het slot op 8.22.
Dollars liepen aanvankelijk terug van 2.4870 tot
2.4825, om op 2.48773 te eindigen. De
$/f
noteering
was betrekkelijk stabiel 3.29-3.33-3L30%. Mtrken
waren aangeboden; zij daalden van 59.05 tot 58.97.
Fransche Francs onveranderd ca. 9.76%. Belga’s ge-
zocht: 34.56-34.60. De Zwitsersche Franc was aan-
geboden en liep van 47.94 op 47.91 terug. Lires 12.74
—12.72. Peseta’s lager: 20.374-20.32. Van de
Scandinavische deviezen was de Zweedsche Kroon
vas: 43.50, Kopenhagen 42.80, Oslo 41.80. Finsche
Marken 3.55. Sterk aangeboden was de Indische Gul-
den; T. T. Batavia is op het oogenblik w’eder ‘oor
99X5 te koop. Ook de Oanadeesche Dollars lagen flauw
in de markt; zij liepen van 2.24 op 210 terug.
Terrnijnponclen veranderden maar weinig; zij no-
teeren op één en drie maanden’ resp. % punt disa-
gio; Dollars op deze termijnen iets lager, ni. 20 en
50 punten.
In gou.d gaat niet veel om; gouden baren noteeren
f
1650 5.
j
1650,50. Eagles doen 2.4818, Sovereigns
12.07, cchter met weinig omzetten. Marken bankpa-
pier lager: 58.80-58.90.
LONIDEN, 7 NOVEMBER 1932.
De geldinarkt was in de afgeloopen week weder
ruim van middelen voorzien, hetgeen o.a. was toe te
schrijv en aan de divideudbetalingen, op cle con versiën
ban.
Op de cliscoritomarkt brokkelde de rente nog iets af
in verband met de nieuwe conversieplannen van de
regeering. :Dri emaands hankaccepten noteerden Don-
clerdag % tot 11,6 pOt.
De laatste w’eekstaat van cle Bank of England toon-
cle een stijging van de hiljettencirculatie met £ 3 mil-
lioen. De goudvoorraad bleef onveranderd.
884
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
9 November 1932
DE POLITIEK DER NEDERLANDSCHE
STEENKOLENMIJNEN.
Ook al zal het, zoo schreven wij iii de E.-S. B. van
2 Nov. ji., voor een regeering, d.i.e zich geroepen acht
cie wetten
01)
-de juiste wijze te gebruiken en ‘haar uit-
‘voering te doen beantwoorden aan haar doelstelling,
niet mogelijk zijn de Crisisi rtvoerwet 1931.
OJ)
den
steenkoleninvoer van toepassing te doen ‘zijn, clati wil
dit toch niet apriori uitsluiten, dat de omstand ighe-den zoodanig kunnen zijn, dat aan do steenkolenin-
clustrie,- zij het dan langs andere wegen, steun moet
worden verleend. Teneinde hierin een inzicht te krij-
gen, is het noodzakelijk na te gaan, hoe de toestand
van liet ‘bedrijf is, zulks mede in verhouding tot den
toestand van andere bedrijven. Voorts zal, nu men
van de zijde van de voorstanders van de continge-
teering zouieer den nadrïik daarop gelegd heeft, moe
–
ten worden nagegaan of inderdaad arbeidsbelangen in
gevaar zijn of komen. Tenslotte zal moeten blijken,
of de moeilijkheden het gevolg zijn van de bedrijfs-politiek der mijnen. Uit den aard der zaak bestaat er in dat ‘geval geen aanleiding tot overheidsingrijpen.
De pro’ductie ‘van ‘steenkolen in Nederland heeft
zich de laatste jaren in steeds stijgende lijn bewogen.
Zoo bedroeg de producti.e in ‘de laatste drie jaren:
1.929 ……..11.581.000 ton
1.980 ……..12.2Ï1.000
1931………
‘
12.901,000
terwijl in. 1932
2
een kleine achteruitgang viel te con-
stateeren nl. een daling van de productie over de eer-
ste acht maanden van 8.471.000 ton tot 8.309.000 ton,
dus van. 2 pOt., een cijfer, dat wel ‘buitengewoon gun-
stig afsteekt tegenover ‘de sterk gedaalde bedrijvig-
heid in andere bedrijfstakken.
Dienovereenkomstig ‘bewoog zich ook het aantal
arbeiders in de steenicolenmijnen. te werk gesteld.
(welk gegeven slechts van belang is, voor zoover men
daaraan, argumenten voor een of andere maatregel
wi.i ontieenen). Bier’bij kan worden aangeteeken’d, dat
deze verruiming ‘van, werkgelegenheid bijna u i tslui-
terid ten goede is gekomen aal) huitenlandsche arbei-
ders. Terwijl in 1926 liet aantal Nederlandschearbei-
ders ongeveer 25.400 bedroeg, was dit aantal in 1.031
slechts tot 26:000 gestegen..et aai:i tal buiten.landsche arbeiders ‘daarentegen, iii 1,926 nog geen 8000 bedra-
‘gende, was in 1.931 reeds tot bijna 12.000’ gestegen.
Dienovereenkomstig steeg het ‘vreemdelingen’percen-
tage van de mijnarbeiders van bijna 24 pOt. in 1,926
tot ruim 31, pct.i ii. 1931. Aan deze sterke toeneming
zullen ‘de schaarschte van Nederiandsche arbeiders in
het mijn.district
CI)
cle belangrijke werkloosheid i n-do
buitetilandsche mijnd istricten wei ii iet vreemd zin
Blijkens de medecleeling van Ir. J. Koster bewoog
zich het aan tal arbeiders als volgt:
1,929 ……….35.485
1930 ………..37.553
1.931………..38.183
Aug. 1,932 ……….36.001,
Hij geeft hierbij de volgende toelichting
Het aaiita] ai’beiders was dus iii vergelijkingmet
1931
niet circa
2000
man achteruitgegaan of te wel ruim 5 pot.;
doch was grooter -dan in
1920.
De productie is echter- vrij:
wel constan t gebleven, in hoofd-zaak dank zij de tecli n ische
verbeteringen in den Iti atsten tijd in het inijnbeclrijf aan-
gebracht.
Waren cle steenkolenprijzen gelijk gebleven, dat zou
deze verandering, hoe oiiaaiigenaani ook i’oor cle ruim
2000
arbeiders, die ontslag had-den moeten nemen, -uit een ceono-
inisch standpunt bekeken niet ongunstig zijn geweest.”
1)
Hieruit blijkt in de eerste plaats, ‘dat het arbei’de.rl-
ontslag dus niet direct verband houdt met den toe-
stand, commerciëel gesproken, van het ‘bedrijf en hier-
aan dus evenmin waarde kan worden ontleend als
1)
N.R.C. 21-10–’32.
lNHOUD
‘
– BIz
DE POLtI’IEK DER NEI)EnI,AN DSCI’IE STEEN KOLEN MIJNEN
door
I)r. A. de Üraa/7 ……………………….884
Het Oostenrijksehe leeningsprotocol van 15 Juli
1932
door
Dr. A. H. Philipse ……………………..887
Crisisbestrijding door
Prof.
Dr. W. C. ltfees R.Ara…..8S9
Nitlkelen pasmunt en muntfondse’n door
J. F. Jansen . 890
De nikkelkwestie door
Prof. Dr. C. A. Verrijn Stitart..
891
De Indische middelen over Juli
1932 ……..
……’ 892
BUITENLANOSC}IE MEDEWERKING:
De toestand in de aluminiuminciustrie door
Dr. A.
lilarcws ………………………………….893
AANTEELtENINGEN:
De petroleumindustrie van Sovjet-Rusland ……..
894
De landbouwexportgewassen van Ned.-Indië in 1931 894
MA
ANDOIJFE-RS:
Postchèque. en Girodienst -. _ .. -. …
… .. ._..
896
Overzicht der- opbrengsten van het Staatsbedrijf
der P.T.T ….. . …………………………
896
Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam………..
896
Overzicht van de Indische middelen…………..
896
STATISTIEKEN EN OVÉRZIOHTEN …………….
897-902
Geidkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten. – Goederenhand ei
argument van het nemen van een of anderen Steun-
maatregel.
Maaj- bi eruit blijlct tevens, ‘hoe buitengewoon gun-stig de toestand, in ‘cle mijnstreekaf.steekt bij dien van
andere strelcen in ons lal’idL Liet behoeft dian ook geen
verwondering te wekken, dat in het verslag van een. verecniging op het gebied van tour.isme werd opge-
‘merkt, dat Limburg de eenige provincie in ons land
is, waar men nog niet kan mericen, dat er zoo iets als
ci.i sis bestaat.
Ta
–
ir
blijkt, dat de toestarndl in heb mijn’be-drijf en
in de provincie Limburg ‘veel ‘gunstiger is dan in w-ellc
ander bedrijf en weilce andeie provincie oolc, ican men
het gejammer over -dearbeidersbelangei’i van de
Kamer van Koophandel te ileerien, iii haar adres,
w’aari
11
zij om contmgenteeri tig van den. invoer van
bcii tenlanclsche steenlcolen vroeg, slechts toeschrijven
aai’i een wat overmatige ijver ter verzorging van het eigenbelang. De bedoelde Kamer verliest daarbij uit
liet oog, dat cle i nwilli.gi ng van Ii a ar verzoek tenge-
volge zal hebben, cl a t de gelederen der tiend ii izencien
werklooze havenai-beiclers wederom vermeerderd zul-
len woi-de-n, terwijl bovendien liet weder te w’erk stel-
len ‘der ontslagen arbeiders i’iood.zakel-ilc een niet on-
belangrijke productie-uitbreiding zou veroorzaken –
i iii iners dle reden van Ii tin ontslag i’as n.iet proci uc-
tievermtncler.ing – waartoe toch onder de huidige
omsta nd i.gheclei’i allerminst aanlei cli nig bestaat (w’aar-
over hieronder nader). Geeft dus een vergehjlcing met den toestand in liet
binnenlanfd een
–
zeer gunstig beeld, evenmin schijnt
clie :tanier er zich van vergewist te hebben, hoe groot
de werkloosheid is in de buitenlan’dsche mijndistric-
ten. Immers w’anneer men clie vergelijking maakt, dan
zal men tot de conclusie moeten komenT dat cle toe-
stand in Limburg relatief gezien wel ‘buitengewoon
gunstig .is en er waarlijk, wat cli t betreft, geen enkele
reden tot klagen -bestaat.
Een vei’gelijlcend overzicht van den toestand iii cle
verschillende mijnclistricten verkrijgt men ‘heb beste
door liet malcen – van een vergeljlcing van den ioop
der productie. De des-betreffende cijfers, ontleend aan
het Bulletin Me’nsuel cle l’Office permanent cle i’,l.n-
stitut International cle Stat-istique, zijn hiernaast
opgenomen.
Deze cijfers kunnen ons een denlcbeeld geven van
cle moeilijkheden, waarmede cle steenkolen industrie
in liet buitenland te kampen heeft of gehad moet
hebben. Tevens doet zij sterke vermoedens rijzn om-
trent de oorzaalc ian cle moeilijkheden, welke zich ge-
malcicelijk laten vinden bij een vergelijking van de
9
November
1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
885
Nederlan’cischc productie met die van het buitenland.
Is
het nie opmerkelijk, dat terwijl de wereldpro-
ductie sedert
1929
met bijna een kwart daalde, de
Nederlandsc’he productie ongeveer op peil bleef. Valt
het niet evenzeer sterk op, ‘dat iii ongeveer alle landen
van de wereld de productie in
1931
beduidend kleiner
was dan in
1929,
terwijl zij in Nederland nog met
ruim 10 pOt. was toegenomen, welke positie Neder-
land slechts niet Sovjet-Rusland (cijfers over
1930)
deelt.
Hier ligt de basis van alle moeilijkheden, die zich
in cie Nederlandsche mijri.industrie voordoen, zooals
de voorraadvorming en de sterk verminderde afzet,
welke, indien geen verandering intreedt, zal moeten
leiden tot vermindering der productie. Toen de
drisis in het ‘buitenland intrad, hebben de mijnen, zij
liet ook dikwijls onder dwang, het oude spreekwoord
toegepast – wanneer liet getij verloopt, verzet men
de bakens.
De sterk verminderde drukte van het bedrijfsleven, deed de vraag naar kolen belangrijk afnemen, zoodat
overal moeilijkheden in de steenkolenindustrie ont-
stonden en er allerwege voorraadvorming dreigde. Het is wel van belang offi te zien, hoe men daarop
gereageerd heeft.
In Duitschland, waar alle in aanmerking komende
mijflen in een syndicaat vereenigd zijn, heeft men de
dndicaatsproductie aanzienlijk ingekrompen en zijn
vele mijnen ‘gesloten. Iii ]elgië, waar ‘het mijnbedrijf voor een belangrijk deel onder invloed van het bank-
wezen staat, verkeeren de mijnen door een onjuiste
be’drijfspolitiek eveneens in groote moeilijkheden. De
Belgische mijnen hebben haar productie in
1930
en
1931,
ondanks den verminderden afzet, niet beperkt,
waardoor ‘de voorraden in het begin van dit jaar tot
ongeveer 4 millioen ton ‘wiren gestegen. Eerst door de
krachtige pressie van de banken, die deze voorraden
financierden, zijn de Belgische mijnen ook tot pro-ductiebeperking overgegaan,’) ondanks het feit, dat
de contingenteering haar een grooten steun verleent. In Frankrijk wilde de Regeering, toen de steenkolen-
industrie coutin’genteering vroeg en ‘verkreeg, daartoe
slechts onder de uitdrukkelijke voorwaarde medewer-
icen, dat de productie zou worden beperkt. Dat deze
saneeringsmaatregelen met massa-ontslag en veel kos-
ten gepaard gaan, behoeft wel geen betoog.
In Nederland heeft mcii echter ‘het teeken des tijds niet begrepen. Ondanks het feit, dat ook hier te lande
cle bedrijvigheid afnam en •dus de vraag naar steen-
kolen moest verminderen (immers het constant blij-
rende deel der huisbrandconsuniptie is relatief van
‘) Zie het artikel van Dr. H. M. H. A. van der Valk, ,,De
Belgische steenkoleniuclustrie” in Econ-Stat. Ber. van 20
Juli ji.
kleine ‘heteekenis) is men doorgegaan met de pro-
cluctie uit te breiden. Of deze expansie gewettigd was,
zullen wij hieronder bezien. Men hcef t daarbij ge-
bruik gemaakt van de productiebeperkin’g elders, om
daardoor het afzetgebied verder te ‘verruimen, het-
geen voor een belangrijk deel de oorzaak is geweest
van de Fransche contingenteering. Zelfs nu schijnt
men nog niet te willen inzien, dat de productie ge-
lijke trcI moet houden met de consumptie en dat het
niet aangaat de productie ongestraft ad infinitum,
uit te breiden. Ook hiervan geeft ‘het bovengenoemde
idres der Kamer van Koophandel te H.eerlen weer
liet ongevraagde, maar overcluicl elijkc bewijs.
Immers zij schrijft:
,,T:iierniede zijn
wij
gekomen aan de beantwoording der-genen, die ineenea dat de Nede•rla.udsche mijnindustrie er
niet
zoo
slecht voor staat, of dat het in ieder geval aan
eigen schuld te wijten is en ‘beperking der productie der-
halve het voor cle hand liggende geneesmiddel is.
,,Terecht is hiertegen reeds aangevoerd, dat cle opvoe-
ring der productie per man en per dienst juist is aange-
wend om aan de moorcieucle concurrentie het hoofd te bie-
den cii het nu niet aaiigaat, dit als ecu verwijt tegen de
mijnindustrie te bezi’gen.
1)
,,Verder zouden wij willen opmerken, dat sommige der
het laatst in gebruik genomen mijnen als de Maurits, Juliana
en Oranje Nassau V eerst geleidelijk in volle exploitatie
konet, hetgeen echter een economische noodzakelijkheid is, gezien cle kapitalen in deze nieuwe ontgiuuingen gestoken.
,,Wij zouden het echter, vooral ook om (Ie hierboven aal-
gegeven speciale argumenten, ten zeerste betreuren, indien
de leiders der Liniburgsche mijuindustrie de oplossing iii
grootere beperking ‘der productie, hetgeen op den duur be-
perking der werkgelegenheid criet zich nieclebrengt, gingen
zoeken.”
Duidelijker kan het wel niet ‘gezegd worden. Tevens
leert ‘dit, waartoe de contingenteering ons moet voe-
ren. Niet zooals in Frankrijk zal men, door de pro-
ductie binnen normale grenzen te honden, trachten de
productievoorwaarden te verbeteren. Maar de contin-
genteering moet slechts dienen om de productie ver-
der op te voeren, daardoor als vanzelf ‘de moeilijkhe-
den vergrootend.
),Tjj
zien dus, dat de Nederlandsche mijnen een ge-heel afwijkende ‘bedrijfspolitiek voeren. Terwijl men
overal de productie vermindert, om op deze wijze liet contact tusschen aanvoer en afzet te bewaren, hebben
de Nederlandsche mijnen tot ‘begin van dit jaar haar
productie bij voortduring uitgebreid. Dit feit kan
echter op zichzelf geenszins een afkeuring van (le ge-
voerde politiek inhouden. Wanneer vooi de uitbrei-
1)
Hierbij wordt •dezerzijds aangeteekend, dat het sterk
betwijfeld mag worden, of productie-uitbreiding op den duur
wel de juiste methode is, om coucurreutie het ‘hoofd te bie-
den, op welk punt de geschiedenis van liet ontstaan van
het kartelwezen van veel nut kan zijn.
S t e e n k ol en in duizenden metrieke tonnen.
•
.
0,
•
-:—
ei
.
‘
‘
–
.
°,)
‘
N.,
co
cc
Ç;rl
Ei
1924 9.897
1.947
3.668
1.169
22.617 490 2.690
1.265 1.323
985
762
43.213
1.716
2,322
94.064
1925
11.052 1.925
3.925
1.082
20.590
571
2.423
1.047 1.475 1.027
719
43.989
1.693
2.435
93.953
1926
12.108
2.102
4.283
1.140
10.692
737
2.979
1.181
2.203
1.079
974
49.730
L703 2.432
93.343
1927
12.800
2.296
4.315
1.133
21.272
791
3.174
1.168
2.680
1.048 1.028
45.198
1.790
2.600
101.293
1928
12.572
2.298
4.280
1.092
20.107 910 3.385
1.213
2.875 1.050
1.036
43.553
1.826
2.650
98.847
1929
13.620
2.244
4.478
1.132
21.736
965
3.853
1.396
3.357
1.085 1.025
46.027
1.893
2.663 105.474
1930
11.891
2.284
4.490
1.103
20.639
1.018
3.127 1.214
3.933
1.018 856
40.176
1.912
2.440
96.101
1931
9.885
2.253
4.168
947
18.641 1.075
3.189
1.103
1)
907 703
33.084
1.728
2.145
83.761
Jan.’32
8.703
2.132
3.750
840
18.973 1.025
2.713
1.036
5.610
822
673
28.839
1.874
2.184
79.174
Febr.
8.380
1.988
3.738
820 18.815
1.001
2.134
972
5.589
818
708
29.059
1.906
2.088
78016
Maart
8.468
2.108
3.794
851
19.091
1.072
2.379 948 6.023
854 679
33.602
1.786
2.410
84.065
April
8.501
1.967
3.866
850
18.663
1.069
2.264
923
5.500
808 555
23.523
1.659
2.162 72.310
Mei
-7.977
1.828
3.694
846
17.275
997
1.969
795
1)
836 547 19.651
1.528
1) 65.605
Juni
8.291
1.822 3.772 882
17.0281
1.067
2.125
.801
5)
848
621
18.415
1.501
1) 64.835
Juli
8.256
–
– –
15.275
1.035
–
–
–
– –
18.941
–
–
1)
De productie is getaxeerd op de basis van de vorige maand.
886
ECONOMISCH-TATISTISCHE BERICHTEN
9 November 1932
ding der productie bij voortduring afzet is te vinden,
zoo is deze uitbreiding geenszins een verkeerde gestie.
Blijkt echter, dat men de productiecapaciteit te ver
heeft uitgebreid
en
men dientengevolge later geen
kans ziet om de vergroote kapitaalsinstallaties loonend
in exploitatie te houden, dan zullen de gevolgen der
expansie uit den aard der zaak gedragen moeten wor-
den door de onderneming die deze tot stand heeft
gebracht.
Van principieele heteekenis voor de vraag of dc
Regeering, ondanks het feit, dat het voorgaande de
noodzaak daarvan nog geenszins heeft aangetoond, op
eenigerlei wijze aan de mijnindustrie steun moet ver-
ieenen,is •dan wel de vraag of de expansiepolitiek in
de achter ons liggende jaren gerechtvaardigd is ge-
veest, waarmee dan tevens is opgelost de vraag, of
de moeilijkheden, welke door. dc expansie voor het
Nederlandsche mijnbedrijf zijn ontstaan, tevoren te
voorzien zijn geweest.
Wanneer men de daaromtrent gepubliceerde ge-
gevens bekijkt, dan blijkt, dat men er ‘rijwel steeds
in geslaagd is de geproduceerde kolen af te zetten.
Eerst in het jaar 1931 komen. de voorraden hoven de
nhrmale, welke voorraadstijging zich dit jaar heeft
voortgezet.
Nochtans zijn deze gegevens voor een juist oordeel
over de expansiepolitiek onvoldoende Daarnaast
moet tevens gesteld worden, langs welke wegen men
de uitbreiding van den afzet heeft verkregen. Daar-
toe dient deze gesplitst te worden in afzet naar het
Linnen- en naar het buitenland. De uitbreiding van
den afzet in •het binnenland is eenerzijds het gevolg
van een uiterst scherpe verkooppolitiek, anderzijds
het gevolg van een sterken druk van de zijde van de
Regeering, die alle verbruikers, die uit hoofde van
uhsidie of op andere wijze geld uit den staatskas ont-
vangen – en .dat zijn er tegenwoordig heel wat –
prest Nederlandsche kolen te gebruiken, waarover
hieronder nader.
De uitbreiding van den afzet in het buitenland is
vooral te danken aan de rigoureuze dumpingpolitiek.
die de Nederlan.dsehe mijnen in het buitenland heb-
ben gevoerd. De vermeerdering van den verkoop heeft
geenszins een normaal karakter gedragen. Men heef t
om den verkoop te stimuleeren zeer belangrijke prijs-
reducties moeten geven. Het is wel nuttig met enkele
voorbeeld en. deze verkooppolitiek te illustreeren.
Eenigen tijd geleden waren de prijzen van eier-
kolen in Nederland fob. Rotterdam
f
14.—, terwijl
de Fransche mijnen in Bordeaux voor soortgelijke
kwaliteiten eveneens
f
1.4.— vroegen. Teneinde haar
‘eel te groote productie kwijt te raken, besloot de
directie van een Nederlandsche mijn haar eierkolen
in Bordeaux aan te bieden tegen den prijs van.
.f
1.0.— op wagon Bordeaux. Van dezen prijs moest
betaald worden: tweemaal overladen en een zeetrans-
port van Rotterdam naar Bordeaux. 1-let zal iedereen duidelijk zijn, dat er bij een zoodanigen prijs daarvan
slechts weinig in handen van de mijn kan komen.
Dat men een enkele maal voor een dergelijken prijs
een bepaalde partij aanbiedt, welke men kwijt moet,
is volkomen te billijken. Dat men een .dergelijken prijs
ongeveer een jaar vasthoudt, doet echter zien, dat
hier geen sprake was van een gelegenheidskoopje.
•Een soortgelijk geval heeft zich voorgedaan bij den
verkoop van briketten naar de Middellandsche Zee.
Daarheen zijn groote hoeveelheden briketten verzon-clan tegen een prijs, die zoo laag was, dat deze ntet of
nauwelijks de kosten van transport en fabricage heeft
kunnen dekken. Voor de fijnkolen, het éigenlijke
mijnprocluct derhalve, kreeg men dus in het keheel
niets.
Om deze voorbeelden reeks met een zeer recen t voor-
beeld te besluiten, zij vermeld, dat op het oogenhlik
dc Staatsmijnen naar Dantzig bepaalde soorten kolen
verkoopen tegen een prijs, die ongeveer twee derde
is van ‘de officiëele prijsnoteering voor Nederland.
De. voorgaande gevallen stellen den afzet wel in
een eigenaardig daglicht. Wanneer men de kolen tegen
een zoo ver beneden de markt zijnde
prijs
aanbiedt,
clan is het natuurlijk geen kunst den afzet te ver-
grooten. Bij een zoodanige prijspolitiek kan men –
in dien handelspolitieie maatregelen •daarvoor geen
belemmering vormen – ractisch iedere heveelhei d
iii het buitenland plaatsen. Het :is echter zeer de vraag
of bij een dergelijke afzetmogljk.heid van een male expansie kan worden gesproken. Het valt niet
aan te nemen, dat de zeer lage prijzen bij den verkdop
in het buitenland verkregen, den kostprijs dekten.
Men diene daartoe te bedenken, dat in die jaren de
huitenlandsche mijnen haar productie hebben beperkt,
omdat voor, hen de prijzen niet loonend waren. En het valt geenszins aan te nemen, dat de Nederland-
mlie mijnen beduidend goedkooper werken dan haar
bui.tenl.andsche concurrenten, zulks te meer, waar het
arbeidsloon hier te lande veel hooger is dan in eenig
der concurreerende landen.
i)
Men kan zich niet aan den indruk onttrekken, dat
hier moeilijk van een normale expansie kan worden
gesproken. De vele moeilijkheden, die de mijnen bij
de uitbreiding van hun export ondervonden, hadden
voor hen een waarschuwing moeten zijn, dat ongezon-
de toestanden ontstonden, die uiteindelijk tot moei-
lijkheden aanleiding moesten geven. Ook van de andere, door de voorstanders van steun-
maatregelen, naar voren gebiachte argumenten kan
hij nadere beschouwing slechts een matige bekoring
uitgaan. Zoo heeft de N.R.O. er reeds op gewezen,
dat de mijnen, die zich zoo graag Nederlandsch voor-
doen, voor het meerendeel een onderdeel zijn van
buitenlandsche concerns en in wezen niet Neder-
landsch zijn. Het kapitaal, behalve dat der Staats- en
Doniiniale Mijnen, is buitenlandsch, terwijl ook de
arbeiders voor een aanzienlijk deel buitenlanders zijn.
Ernstiger is echter en hieraan bezondigen zich de
Staatsmijnen in bijzonder sterke mate, dat ook de be-
drijfsgestes van een zoo weinig nationale , geest
ge-
tui gen.
Zeer vreemd is o.a. het feit, dat de import uit
Polen, waartegen zoo sterk geageerd wordt, mede
geschiedt door een maatschappij, waarbij de Staats-
mijnen financiëel geïnteresseerd zijn, hetgeen ook het
geval is bij den import van Wales-anthraciet. Even-
zeer, dat eerst betrekkelijk kort geleden door de Oran-
je-Nassaumijnen op hnar kantoor den 1-laag een af-
deeling werd geopend voor den verkoop van Belgische
kolen, terwijl de Staatsmijnen in Utrecht eveneens
Belgische kolen aanvoerden en verkochten. Te meer
valt hierop de aandacht, waar het hier betreft quali-
teiten, die indien zij niet geïmporteerd worden, uit
de Nederlandsc.he mijnen kunnen worden betrokken. [let wil mij voorkomen, dat een zaak, die buitenland-
siche kolen importeert, waar men Nederlandsche had
kunnen leveren; toch zeker weinig geschikt is om •de
contingenteering van den invoer dier buitenlandsche
kolen te vragen. In ieder geval vervalt hiermede toch
zeker het’ recht op aanspraken uit ]loofdé van hQt
uitsluitend Nederlan.dsche karakter der mijnen. -.
In het
bijzonder
heeft liet entameeren van den ver-
koop van Belgische kolen heel wat stof
..
..oen ‘op-
waaièn. De oogenschijnlij’k aannemelijk lijkende ver-
klaring der mijndirecties, dat men zulks doen moet
ter wille van de detailhandelaren, die nadrukheljk
Belgische kolen wenschen, komt wel in een wat eigen-
aardig daglicht te staan., indien men daarnaast ver-
neemt, dat de. Staatsmijnen de iti Utrecht verkochte
kolen beneden kostprijs hebben afgeleverd. (Terloops
zij, opgemerkt, dat zich hetzelfde ook bij bepaalde soor-
tëu industriekolen heeft voorgedaan). .
i) De vraag rijst, of cle Neclerlandsche mijnen haar ver-
]iezeu op den export wellicht geheel of gedeeltelijk corn-
e.nseeren door middel van de binnenlandsche prijspolitiek,
zulks
in verband met den steun, die cle regeering haar bij
den afzet verleent.
9 November 1932
ECONOMISCH-STATIS1ISCHE BERICHTEN
887
Hiermede raken .wij het laatste punt vau het b
leid van de’clirecties van de Staats- en Oranje-Nassau-
mijden, dat wij zullen aanvoeren, ni. de verhouding
tot den detailhandel. Het is algemeen bekend, dat
deze erhoudin’g, over.iens voor ‘het geheel van min-
der belang, buitengewoon onaangenaam is. De bedoel-
de mijn•directies trachtten naast producent tevens han-
delaar te zijn, zulks m,otiveeren’de met de overweging,
dat dit rioodig is ten einde het Nederlatadsehe product
te pousseeren.
Dit feit zou op zichzelf misschien geen aanleiding
behoeven te zijn voor moeilijkhede, vare het niet, dat
de bovenbedoelde mijndii’ecties de kolen aan hun eigen
detail’kactoren tegen veel lageren
prijs
leveren dan
aan den Eandel. Met het gevolg, dat de detailkantoren
de Nederlandsche kolen kunnen leveren beneden den
inkoopsprijs van den vrijen handel, waaruit direct
voortvloeit, dat het voor den handel onmogelijk is
Nederlandsche kolen te. verkoopen. Daarbij komt, dat
de mijnen daarnaast nog direct gaan leveren aan
flatgebouwen, coöperaties enz. en wèl tegen een lage-
ren
prijs
dan aan den handel, aan welken het onmo-
gelijk gemaakt wordt met deze afnemers tot zaken te
komen.
Dit verschijnsel beperkt zich niet tot den huisbrand-
handel, maar evenzeer leveren de mijnen aan kleine
fabrieken, die vroeger door detaillisten via hun maga-
zijnen bediend werden, hetgeen thans onmogelijk
wordt gem.akt, omdat zij niet, in staat zijn hiertegen
te concurreeren. Tal van gevallen
zijn
hiervan bekend
en het behoeft geen verwondering te wekken, dat de
handelaren in de Staats- en Oranje-Nassaumijnen niet
langer de leveranciers, maar veel meer de concurren-
ten gaan zien. in dit licht moet men dan ook de
hierboven vermelde geste van de Staatsmijnen, die in
Utrecht Belgische kolen beneden inkoopsprjs ver
kochten, worden gezien. Juist de verkoop beneden ver-
koopsprijs stelt deze zaak in een ‘zeer eigenaardig dag-
licht en wekt het vermoeden, dat hier meer concur-
rn tie- dan assort imentsoverwegiflgefl een rol gespeeld
hebben.
Hoe het ook zij, het is begrijpelijk, dat deze
zaak niet ‘bevorderlijk is voor een goede. verhouding
t,usschen producent en handelaar. Evenzoo mag wor-
den betwijfeld of het wel juist is, dat een van de
grootste. Nederlandsche mijnen aan een suikerfabriek
in Pu’ttershoek huisbrand meelevert, waarvan deze
bijna het geheele dorp voorziet tegen prijzen, die be-neden den inkoopsprijs van den plaatselijken ‘handel
liggen. Met het gevolg natuurlijk .dat deze het bedrijf
heeft moetei staken, welk geval evenmin alleen
staat.
De bovenstaande voorbeelden werden slechts ver-
meld om te ‘doen zien, dat ten zeerste mag worden be-
twijfeld of de mijndirecties, bij hun grooten ijver om
het Nederlandsche product te plaatsen, niet te zeer
de belangen van den handel uit het oog dreigen te
verliezen. Het is een eerste eisch van koopmanschap,
dat men met ‘zijn afnemers op goeden voet staat en
het vernietigen van den’ plaatseljken groot- en klein-
‘handel zal uiteindelijk aan de
mijnen
meer kwaad dan
goed doen.
Het betog overzinde, komen wij tot de conclusie,
(lat er geen aanleiding is, dat de Regeering de mijn-
industrie nog verder zal steunen. Het weinig geluk-
kige beleid, dat tot expansie geleid heeft, is de oor-
zaak van de moeilijkheden en het ware niet juist de
gevolgen daarvan door cle gemeenschap te doen dra-
gen. Zulks te meer ‘niet, waar dit teveni zou leiden
tot een pontinueering van het onjuist gebleken beleid.
enslotte bleek, dat ook de rnnder principiëele pun-
T
ten, die hier.bij in het geding
zijn
gëbracht, dit stand-
pu.rt’ nit ten .gunste van de mijndirectiès vermogen
te veraideren
Dr. A.
DE
GFIAAI”F.
HET OOSTENRIJKSCHE LEENINGSPROTOCOL
VAN 15 JULI 1932.
Op 15 Juli 1932 hechtte de Volkenbondsraad zijn
goedkeuring aan een Protocol, opgesteld door een deels uit Regeeringsvertegenwoordi’gers, deels uit
leden van het Financiëel Comité van den Volkenbond
bestaande commissie en waarbij aan den Oostenrijk-schen Sta.t een in’ternationale leenin’g van ten hoog-
ste 300 millioen goudschillingen in het uitzicht wordt
gesteld. Bij haar onderteekening van dit Protocol
heeft ‘de Nederlancische Regeering verklaard aan deze
transactie voor een bedrag van 3 million gou’dschil-
lingen te zullen deelnemen, d.w.z. met een gelijk per-
centage als Nederland’s deelname aan de Volken-
bondsieening 1923. Binnenkort zal derhalve de Volks-
vertegenwoordiging zich over deze nieuwe s’teunver-
leening aan Oostenrijk hebben uit te spreken.
Bij de beoordeelin’g van de wenschelijkheid van een nieuwe Oostenrijksche leening op langen termijn moet
niet uit het oog verloren worden, dat geheel andere
motieven deze rechtvaardigen dan de in 1923 tot stand
gekomen Volkenbondsieening. Toen ging het erom
orde te scheppen in den chaos der inflatie. In de eer-
ste plaats was hiervoor noodig herstel van het ver-
trouwen, terwijl de budgetaire moeilijkheden, voor
alles vermindering van het hestuursapparaat eischten,
hetwelk te groot en te kostbaar was “oor het bij de
Vredesverdragen sterk gereduceerde grondgebied van Oostenrijk. Door ‘de leening 1923 was ‘de begrootiug, dank zij strenge contrôle, in evenwicht en de munt op
goudpariteit gebracht en gehandhaafd. De huidige
moeilijkheden zijn van een anderen aard. Wel wees de begrooting van 1931 een aanzienlijk tekort; over 1932
zal zij echter, naar vertrouwd wordt, met behulp van
bezuinigingen en belastingverhoogingen wederom in
evenwicht gebracht kunnen worden. De moeilijkheden,
waarmede Oostenrijk thans te kampen heef’t, vinden
veeleer haar oorsprong in de door de wereldcrisis
acuut geworden latente zwakte van dit na den oorlog
van
zijn
natuurlijke afzetgebieden’ afgesneden land,
welks ontwikkeling grootendeels van zijn uitvoermo-
gelijkheden afhankelijk is. Naar niate deze worden
beperkt, gaat de buitenlandsc’he schuldendienst een
steeds drukkender pos’t ‘op de betalingsbalans betee-
kenen. Een en ander blijkt duidelijk uit de cijfers,
welke vermeld zijn in het rapport van de in Septem-
ber te Stresa gehouden Conferentie voor het ‘herstel ‘an de Staten van Midden- en Oost-Europa. Terwijl
de waarde van den uitvoer van Oostenrijk in 1929 nog
1.597 millioen Zwitsersche Franken bedroeg; daalde
‘zij in 1931 tot 954 en in ‘de maanden Januari—Juni
1,932 zelfs ‘tot 275 millioen Zwitsersche Franken, in 1.931 bedroeg de dienst der buitenlandsche schulden
22 pOt. van den uitvoer, welk percentage in 1932 nog,
hooger zal zijn.
1)
Te midden van deze moeilijkheden kwam i.n Mei
1931 ‘de ineenstortin’g van de Creditanstalt, die terug-
trekking op grooten schaal van korte credieten en
kapitaalvlucht in allerlei vorm tengevolge had. Bo-
vendien moest de Regeering deze niet alleen voor het
bedrijfsleven van Oostenrijk, maar ook voor dat der omringende landen ‘belangrijke bankinstelling steu-
nen door alle deposito’s te garandeeren, waartegen-
over de buitenlandsche crediteuren zich verbonden hun cieposito’s bij de Creditanstalt gedurende twee
jaren niet terug te trekken. Buitenlandsche hulp ont-
ving Oostenrijk kort daarop in den vorm van een voor-
schot van de Bank van Engeland aan de Regeering
van 150 millioen sehillingen – waarop in September
1031 50 millioen werden terugbetaald – en van een
voorschot van de B.I.B. in saffien’werking met een aan-
tal ciiculatiebanken aan ‘de Nationale ‘Bank van 100 tnillio’en schillingen, waarop eveneens in September
– 1.)
Meer volledige cijfers, ook wat betreft de overige lan. den van Midden- en Oost.’Europa, zijn geciteerd in het ari-
kel van Prof. Mr. G. W. J. Bruins, over cle Conferentie van Stresa in de Nos. 875 en 876 van E..S. B.
ECONOMISCH-STATfTISCHE
10 millioen werd terugbetaald. In het resteerend be-
(1rag van 90 millioen schillingen participeert de No-
derlan dsche Bank voor 3.465.000 schillingen.
Toen op 7 Augustus 1931 de Oostenrijksche Regee-
ring zich met een: verzoek om steun tot den Volken-
bond wendde, stelde het F.inanciëel Comité zich na
overleg met •de Oosteririjkscho Regeering op het standpunt, dat louter financiëele hulp geen uitein-
delijke oplossing der bestaande moeilijkheden zou
kunnen brengen. Veeleer moest ernaar gestreefd wor-
den, de oorzaken dier moeilijkheden uit den weg te
ruimen door een verhooging van den uitvoer en een
beperking van den invoer, aangezien slechts door
uitvoer de voor den dienst der buitenlandsche schul-
den benoodigde buitenlandsche deviezen zouden kun-nen hinnenstroomen. Onder die omstandigheden acht-
te het Financiëel Comité zich slechts verantwoord ter
overwinning van den oogenblikkelijken nood het ‘ver-
strekken van een leening van 250 millioen schillin-
gen (de reeds door de Bank van Engeland en de B.I.B.
verstrekte voorschotten inbegrepen) met een looptijd
van 3 tot 5 jaar aan te bevelen.
Dat desniettemin de in den aanhef genoemde Com-
missie een plan voor een 20-jarige leening opstelde,
is aan verschillende oorzaken toe te schrijven.
De gestadige daling van den voorraad buitenland-
sche deviezen bij de Nationale Bank, clie in het eerste
halfjaar van 1932 ongeveer 20 millioen schillingen
per maand bedroeg, maakte het voortdurend moeilijker
de voor den diens’t der huitenlandsche schulden be-
noodigde deviezen te verschaffen. Daarom moest de
Oostenrijksche Regeering bij decreet van 9 October
1031 de toewijzing van ‘buitenlandsche deviezen voor
invoerdoeleinden aan banden leggen, en door latere decreten het betalingsverkeer nog verder belemme-
ren, ja zelfs vrijwel stopzetten. Het gevolg was ech-
ter, dat de handel zich grootendeels •buiten de Na-
tionale Bank om ging bewegen en de koers van den schilling op de open markt aanzienlijk beneden den
officiëelen koers kwam te liggen. Teneinde den nood-
zakelijken invoer van levensmiddelen mogelijk te
maken werd door de Nationale Bank aan belangheb-
benden in verschillende bedrijfstakken toegestaan par-ticuliere clean ng-overeenkomsten met huitenlandsche
groepen af te sluiten. De deviezen, verkregen door
den uitvoer van hout, papier, cellulose, carton, hoe-den en lederwaren werden aldus tegen vrijen schil-
li ngkoers verkocht aan importeurs van granen, mme-
rale oliën, margarine, pharmaceutische producten en
grondstoffen voor de textielindustnie. Dat de of f i-
ciëel gehandhaafde goudpariteit van den schilling
door deze transacties eerder schijn dan werkelijkheid
werd, behoeft wel geen nader betoog.
Was voor de hankschulden een Stillhaite-o’ereen-
komst tot stand gekomen, op grond waarvan de rente van de aan de banken gelaten tegoeden in het buiten-
land werd voldaan, de buitenlandsche deviezen voor
den dienst der Staatsschulden en van een aantal an-
cere schulden moesten door de Nationale Bank maan-
cIelijks verstrekt worden. Daarom wendde op 9 Mei
1.932 de Oostennijksche Bondskanselier zich met een
laatste beroep tot den Secretaris-Generaal van den
Volkenbond, waarbij tot uitdrukking werd gebracht,
dat de Nationale Bank gedwongen zou zijn de toe-
wijzing van buitenlandsche deviezen voor den dienst
dier leeningen te staken, indien niet spoedig finan-
ciëele hulp kwam opdagen. Deze omstandigheid, als-
mede het op 23 Juni afgekondigde transfermorato-riuni hebben ongetwijfeld ertoe bijgedragen, dat in
het Protocol van 15 Juli een 20-jarige leening in het
vooruitzicht werd gesteld, in de hoop, dat aldus al-
thans de nakoming der verplichtingen uit hoofde van
de Volkenbondsleening 1923 nog mogelijk zou zijn.
Politieke overwegingen zijn echter bij de opstel-
ling van het leeningsprotocol eveneens in het spel
geweest. De Fransche Regeening achtte een :belang
rijke bijdrage gewettigd, indien daardoor de gevrees-
de ,,Auschluss” met Duitschland wederom voor een
bepaalden tijd onmogelijk zou worden gemaakt. Het verbod van dezeji ,,Anschluss” is nedergelegd in het
Protocol No. 1 van 4 October 1922, dat bij het afloo-
pen van de Volkenbondsieening 1923 in 1943 buiten
werking zal treden. ) In de inleiding van het Pro-
tocol van 15 Juli is nu de bepaling opgenomen, dat
de daarin voorziene hulpactie gegrondvest is op het
Protocol No. 1 van 1922, waarbij Oostenrijk zich ver-
plicht had zijn onafhankelijkheid niet tevervreemden
en geen regeling op economisch gebied met eenig an-
der land aan te gaan, waardoor die onafhankelijkheid
bedreigd zou kunnen worden. Zoo zal bij het totstand-
komen van de nieuwe leening, in verband met het op
7 October 1931 door het Internationaal Gerechtshof
uitgebracht advies in zake de toelaatbaarheid van de
destijds voorgenomen Dnitsch-Oostenrijksche tolunie,
cle ,,Anschluss” volgens Oostennijksche opvatting tot 1952 verboden zijn. Intusschen is •de redactie van het
nieuwe Protocol zoodanig gekozen, dat landen, die,
zooals Nederland, het eerste Protocol van 1922 niet aan-
i’aard hebben, ook thans daaraan niet gebonden zijn.
Onder deze voorwaarden heeft de Fransche Regee-
ring zich bereid verklaard in de nieuwe leening voor
een bedrag van 100 millioen schillingen deel te nemen.
I)e Engelsche Regeering zegde een gelijk bedrag toe
onder beding, dat uit de opbrengst van de leening
het crediet van de Bank van Engeland van 100 mii-
lioen schillingen zal worden terugbetaald. Tot heden
zijn verder, onder voorbehoud van parlementaire goed-
keuring, de volgende bedragen toegezegd: Italië 30 millioen schillingen, Zwitserland 12 millioen schil-
lingen, België 5 millioen schillingen en Nederland
3 millioen schillingon.
Van de opbrengst der leening zal behalve het voor-
schot van .de Bank van Engeland ook het B.I.B. ere-
diet moeten worden terugbetaald, zoodat, indien het
geheele bedrag bijeenkomt, hoogstens 110 millioen
schillingen voor Oostenrijk beschikbaar zouden zijn.
Over de wijze, waarop dit bedrag gebruikt zal worden,
treft het Protocol uitvoerige voorzieningen. In over-
leg met een door den VolkenbQndsraad aangewezen
vertegenwoordiger in welke functie onze landge-
noot Mr. M. Rost van Tonningen benoemd is – zal
dit bedrag besteed worden om een deel van de binnen-
landsche vlottende schuld van Staat en spoorwegen af
te lossen, waarbij de voorwaarde gesteld is, dat de
aldus afgeloste schuldeischers voor een gelijkwaardig
bedrag hun schulden aan de Nationale Bank zullen
terugbetalen. Bovendien zal, zoo mogelijk, een binnen-
landsche leening van 200 millioen schillingen worden
uitgegeven, teneinde de schuld van de Nationale
Bank uit hoofde van steun aan de Creditanstalt te
verminderen.
Het Protocol voorziet verder in een gestrenge con-
trôle van de gesties van de Regeering en van de Na-
tionale Bank, terwijl als zekerheid de voor den dienst
van de Volkenbondsieening 1923 verpande inkomsten
uit de invoerrechten en het tabaksmonopolie zijn aan-
gewezen, die daartoe een voicioenden waarborg bieden.
Tenslotte bevat het Protocol een zeer belangrijke
bepaling met betrekking tot de door de Oostenrjksche
Regeering te volgen monetaire politiek. Volgens arti-
kel 5 zal binnen den kortst mogeljken tijd het verschil
tusschen de binnenlandsche en de buitenlandsche
waarde van den schilling moeten worden opgeheven
en geleidelijk gestreefd moeten worden naar intrek-
king van de thans van kracht zijnde belemmeringen
van het betalingsverkeer. Het gevolg zal daarvan zijn,
dat aan den thans bestaanden schijntoestand, dat •de
schilling op goudpariteit gehandhaafd blijft, zonder
dat het binnenlandsch prijspeil zich, evenals zulks in
1)
Dit is tenminste de in Oostenrijk gehuldigde opvatting,
waarbij de drie Protocoilen van
1922,
clie aan cle Volken-bondsieening ten grondslag liggen, als één geheel beschouwd
wordien. Volgens de algenieene beginselen van het volken-
recht heef t Protocol No. 1 echter een meer algemeene strek
king en blijft het ook na afloop van de leening van kracht, totdat ter zake een nieuwe overeenkomst getroffen is.
9 November 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
889
de overige goadlanden het geval is geweest, aan de
gewijzigde omstandigheden heeft aangepast en waar-
bij het grootste deel der commerciëele transacties
buiten de Nationale Bank om tegen een lageren koers
t
plaats hebben, een einde zal worden gemaakt en ge-
leidelijk een prijsniveau wordt bereikt, waarop voor
deze transacties en voor de betalingen aan het bui-
tenland een zeker evenwicht gevonden zal worden. is
men zoover, dan zal de behoefte aan een vrije markt
verdwijnen en zullen de benoodigde buitenlandsche
deviezen wederom ter beschikking van de Nationale
Bank kunnen komen. Hoezeer een terugkeer van de
na-oorlogsche inflatie in de landen, die deren toe-
stand gekend hebben, gevreesd wordt, blijkt wel uit den
nadruk, die in het rapport van de Conferentie van
Stresa op de psychologische reacties van een zelfs
maar schijnbaar in gevaar brengen van de stabiliteit
gelegd wordt.
Bij de beoordeeling van de wenschelijkheid van de
nieuwe leening staat voorop, dat het hier in hoofd-
zaak om een consolidatie van korte schulden gaat.
Een tweede punt van overweging is, of de nieuwe
leening inderdaad, zooals van meet af aan de bedoe-ling is geweest, •den dienst van de leening van 1923
zal vermogen te redden en de Staten, die laatstge-
noemde leening garandeerden voor de nakoming der
uit die garantie voortvloeiende verplichting te vrij-
waren. Voor Nederland zou deze garantie op ongeveer
f
300.000 ‘s jaars komen te staan. Uit het nog voor het
opstellen van het leenirigsprotocol afgekondigde
trarisfermoratorium valt nog niet zonder meer af te
leiden, dat Oostenrijk ria ‘het verkrijgen van nieuwe
gelden de dienst van de oude leening niet zou kunnen
nakomen. Er dient echter terdege rekening te wor-
den gehouden met den grooten achterstand, ‘die reeds
in de komende maanden door het trans’fermoratorium
zal ontstaan. in zijn laatste driemaandelijksche rap-
port aan den Volkenbon’d
becijferde Mr. Rost van Ton-
ningen aan het einde van 1932 een achterstand van
148,3 millioen schillingen.
Dat het eenzijdig in gebreke blijven van Oostenrijk
om de nood ige buitenlandsche deviezen beschikbaar
te stellen, een maatregel is, die niet zonder meer door
den beugel kan, blijkt wel uit de actie, die onlangs
door het te Londen gevestigde League Loan Oommit-
tee is ondernomen, dat er in haar op 18 Juli jl. aan
‘den Raad van den Volkenbond gericht Memorandum
op gewezen heeft, dat de onder auspiciën van den
V’olkenhond tot stand gekomen leeningen slechts ge-
plaatst hadden kunnen worden dank zij de moreele
autoriteit van den Volkenbond en ‘de door zijn tech-
riische organen getroffen zekerheidsmaatregelen. Op
ï October jl. verklaarde de Raad in zijn naar aanleiding
van dit Memorandum aangenomen resolutie als zijn
opvatting ,,dat ieder land, dat zich in gebreke bevindt
ten op’zichte van een onder de auspiciën van den Vol-kenbond gesloten leening zich tot de technische orga-
nen van ‘den Volkenbond moet wenden en den Raad
door tusschenkomst van het’ Pinanciëel Comité nauw-
keurig van den toestand øp de hoogte moet houden.” Eenzijdige opzeggin’g van verplichtingen door debi-
teursta’ten, zooals men die den laatsten
tijd
zoo dik
–
wijls bij Volkenbondsleeningen te zien kreeg, is daar-
mccle terecht door den Raad veroordeeld.
Wat echter voor het welslagen van de Oostenrijk-sche leening in de voornaamste plaats van belang is,
moet van buiten (te Oostenrijksche grenzen komen.
Opheffing van de belemmeringen van het handels- en
betalingsverkeer is het parool van alle doctoren, die
om het economisch ziekbed van de wereld geschaard
staan. Tot nog toe klonken hun raadgevingen als een
stem in de woestijn. Zal de a.s. economische wereld-
conferentie tot daden ‘kunnen overgaan? Daarvan za]
groo’ten’deels afhangen, of de thans voorgenomen Ons.
tenrijlcsche leening wericelijk een eerste stap zal zijn
op den weg naar het herstel van een der door ds
werelcicrisis het hevigst getroffen landen.
A. H. PHILIPsic.
CRISISBESTRIJDING.
De beschouwingen van Mr. Koopmans in E.S.B.
van 19 October geven mij aanleiding nog eenige op-
merkingen te maken ter verdediging van het, ook hem
blijkbaar niet onsympathi.eke, herleidingsstelsel
1)•
Schr. spreelct liever van tabular standard. Mij Icomt
deze benaming echter ongewenscht voor, omdat ilc
niet de invoering van een nieuwen muntstandaard
voorsta en zelfs integendeel handhaving van den
moeizaam herwonrien gouden standaard heb bepleit
en ook omdat het door mij verdedigde stelsel niet aan
vreemde bronnen is ontleend en ik dus niet wensch
te aanvaarden de verantwoordelijlc]ieid
oor hetgeen
anderen mochten hebben ‘betoogd.
Herhaald zij, dat het eenige wat ik met het herlei-
dingsstelsel beoog, is te verkrijgen een snellere aan-
passlng van de vaste lasten van voorthrenging en
overheid aan wijzigingen in het prijsniveau. Daardoor
zal ontwrichting van het economische leven (thans
gevolg van niet of niet voldoende aanpassing) worden
voorkomen en tevens het rchtsgevoel worden bevre-
digd, daar het deelnemers aan overeenkomsten niiii-
mer te doen is geweest om ccii bepaald aantal gul-
dens, maar om den zekere mogelijkheid van behoeften-
bevrediging.
Ook thans heeft aanpassing plaats, maar onvolledig en met opoffering van veel welvaart en ten lcoste van
veel ellende.
Schr. meent, dat het herloidingssysteem bij het
bankwezen op zeer ernstige en principieele bezwaren
zal stuiten, met name ten aanzien van de deposito’s.
Weliswaar acht hij herleiding ook van •deze technisch
niet onmogelijk, doch hij vreest slechte gevolgen van
het feit, dat, indien deze wordt toegepast, deposito’s
niet meer ten volle gelijkwaardig zullen zijn aan haar
geld. Voor zoovor •dep’osito’s tot grondslag dienen voor
het betalingsverkeer is hier een niet geheel denkbeel-
dig bezwaar aanwezig, hetgeen mij reeds aanleiding
gaf erin te berusten, dat girosaldi als geld zouden
worden beschouwd en dus aan herleiding onttrokken.
Daar de bepaling, welke het tegenwoordig art. 173
B. W. zal vervangen, ook mi. liefst van niet-dwingend
recht zal moeten zijn (wellicht behoudens enkele uit-
zonderingen), zullen de banken ‘ook hare cleposito’s
aan de werking van het herleidingsstelsel kunnen
onttre]cken. Daar deze haar dan echter, zooais
sehr.
opmerkt, zouden blootstelien aan eenig risico (zeker
niet grooter dan vele andere risico’s, welke de banken
•thans loopen en welke bij ‘voorkoming van crisissen
aanzienlijk zullen verminderen), zullen de banken
hare deposito’s waarschijnlijk splitsen in giro- en an-
dere deposito’s, waarvan de eerste aan het herleidings-
stelsel zullen zijn onttroklceri. Ook indien op deze wijze adle g.iraalgeld buiten het herieidingss’telsel
mocht blijven, zal de gunstige werking van dat stelsel
a1lerniinst worden teniet gedaan. Immers de beleg-
gingen van liet publiek zuilen ook dan niet langer
door waardeverancleringen van het geld worden mede-
gesleept en de vaste lasten der productie en van de
overheid zullen op redde ‘basis worden gestabiliseerd
(let wel: niet gefixeerd!).
Met het constateereri van deze werking is reeds
duidelijk weerlegd schr.’s opmerking, ‘dat dd betee-
kenis van het herleidingss’teisel door mij verregaand
zou worden overschat. Deze ‘bewering wijs ik met
klem af. Van overschatting inijnerzijds is geen sprake.
Want indien het herlei’dingsstelsel wordt aanvaard,
passen de productiekosten zich automatisch aan aan wijzigingen in het prijsniveau en indien ‘dat
geschiedt,
is
de crisis ov(„rwonnen. Geschiedt het niet,
dan staat vast, dat het herieidingsstelsel niet of on-
volledig werd’ toegepast. Hier is mi. geen speld tus-
schen te Icrijgen.
:1)
Zie hierover E.S.B. van
iS
Mei
1932 (Is
deze crisis onafwendbaar?) en van
13 Juli 1932
(Stabilisatie
van
het
prijspeil voorloopig een illusie; daarom herleidingsstelsel
eisch van den tijd).
890
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
9 November 1932
Schr. wil het stelsel kvel aanvaarden als aanvulling
op een goede geidpolitiek. Uitstekend, dat is juist
hetgeen ik steeds heb bepleit. Het stelsel behoeft aan
een goede geldpolitiek niet in den weg te staan, zal
haar integendeel den weg bereiden.
Bij .eene ideale geldpolitiek ware het herleidings-
stelsel wellicht niet noodig. Zoodanige geldpolitiek is
echter nog toekomstmuziek en indi.en zij reeds een
feit was, zou een herleidingssysteem nog geen kwaal
doen en zelfs als veiligheidsklep zeer geweuscht zijn.
indien men bij een stoomketel de stoomontwikkeling
geheel in zijn macht had, zou ook daarbij een veilig-
heidsklep niet strikt noodzakelijk zijn, maar toch zou
ik mij niet gaarne in de onmiddellijke nabijheid van
dien ketel. bevinden. De regulateur van de stoomont-
wi.kkeling kon eens haperen. Zoo is het ook met de
geldpolitiek. Aangenomen, dat eene ideale gel’dpoli-
tiek denkbaar is, dan zou het toch mogelijk zijn, dat
in de praktijk eens van het ideaal werd afgeweken,
dat, een fout werd begaan. Het herleidingsstelsel zal
clan de slechte gevolgen daarvan tot een minimum
beperken. Het is echter niet alleen veiligheidsiclep,
het is tevens
regulateur.
Schr. herhaalt het reeds eerder door hem Opge-
merkte, dat een herleidingsstelsel, als door mij ge-dtcht, meer met •de bedoeling van crediteuren dan van debiteuren rekenin’g houdt. Ik zal hier mijner-
zijds niet herhalen hetgeen ik reeds ter vergadering
van de vereeniging ,,Handelsrecht” hierteger. heb
aangevoerd, maar wil daar nog aan toevoegen, dat in-.
dien het door schr. opgemerkte juist is, toch het her-
leidingsstelsel in ieder geval veel meer dan het thans
geldende stelsel ook de bedoeling van den dehiteur
benadert:’ Al zou deze in de huidige omstandigheden
zeker gaarne op zijne schulden een redu.ctie willen
toepassen, grooter dan in evenredigheid met dalihg
der kosten van levensonderhoud, bij het thans gel-
dende stelsel wordt hem
geenerlei reductie toegestaan
voordat hij failliet is.
Schr. maakt zich, met anderen, bezorgd, dat het
publiek,
ook z.i. ien onrechte;
aan beleggingen op den
voet van het gulden-is-gulden-stelsel boven beleggin-
gen op voet van de nieuwe regeling de voorkeur zal
blijven geven. Van opvoeding van het publiek in deze
verwacht hij blijkbaar niet veel. Ook ik heb daarin
een zwaar hoöfd indien zelfs degenen, die blijkbaar
de fouten, van het huidige stelsel zeer goed inzien,
aan die opvoeding van het publiek niet krachtig wen-
schen mede te werken.
Toch ben ik overtuigd, dat een oogenblik zal aan-
breken, dat het licht der waarheid tot de groote massa
zal doordringen. Laat ons hopen, dat het dan niet
slechts de ruïnen onzer welvaart zal beschijnen.
Zulks is wellicht nog te’ voorkomen. Het herlei-
dingsstelsel is •een rype vrucht aan den ‘boom der
economische wetensôhap. Moge het meuschdom ‘dien
plukken nu er nog iets te herleiden is. Indien men
wacht tot onze maatschappelijke ordening onder de
elkander opvolgende crisissen zal zijn ten onder ge-
gaan, kan geen herleidingsselse1 meer b.ten. De-
liberante senatu Saguntum perit. En hier is onze
wetgever met clelibereeren zelfs nog niet begonnen!
Sehr. meent, dat in de huidige crisis het herlei-
dingsstelsel weinig kan baten. Zeker zal het, zooals
ik ook mijnerzijds heb uiteengezet, het gemakkelijkst
in normale tijden worden.ingevoerd, maar ik herhaal
hier mijne waarschuwing, dat, wanneer zulke tijden môchten terugkeeren, men minder dan ooit belang-
stelling voor het nieuwe stelsel zal gevoelen.
Juist in
dezen crisistijd zal daarom tot invoerang vain,,het
stelsel moeten worden besloten.
En reeds thans zal op velerlei gebied het stelsel toe-
passing ‘kunnen vinden. Laat ons eenige’ diêr dadeljk
mogelijke toepassingen noemen.
In de eerste plaats ten aanzien van de arbeidsloo-
tien. Voor deze zou het reeds nu, met terugbren-
ging tot het reëele peil van voor eenige jaren, dwin-
gend moeten worden ingevoerd. Ook met handhaving
v’a n het gulden-is-gulden-stelsel zal loonsverlaging
noodzakelijk zijn (voor zoover nog niet doorgevoerd);
het nieuwe stelsel zal haar voor den arbeider veel
gemakkelijker te aanvaarden doen zijn, daar hij weet,
dat bij terugkeerenden voorspoed
zijne
belooning
weder automatisch zal worden verhoogd, zooals zij
thans wordt verlaagd.
Hetzelfde geldt voor de salarissen der ambtenaren.
liet thans te]kens van amhtenaarszijde, niet geheel
ten onrechte, geui’te verwijt, dat de salarissen als
sluitpost op de begrooting worden gebruikt, zal dan
VQortaafl niet meer kunnen worden vernomen.
Ook indien op ander ‘gebied reducties der verplich-
tingen van debiteuren moeten worden toegestaan
‘orde steeds het herleidingssys’teem aanvaard, zoodat
t ij terugkeerenden voorspoed de crediteuren hunne
vorderingen weder zullen zien verhoogd in evenredig-
heid met het dan stijgende
prijspeil.
1-let hier gezegde
geid.t niet alleen voor binnenlandsche debiteuren.
a
)lneer h.v. Duitschland te eeniger tijd zijne ver-
ptichtingen niet meer zou kunnen nakomen, is het
beter tijdig op den voet van het herleidingsstelsel
cclie regeling met dit land te ,treffen dan dat het
eenzijdig definitief een streep ‘haalt door een deel
zijner schulden. Er moet dus dadelijk en tijdens de
crisis worden gehandeld.
Schr. sluit zich aan hij het verwijt van den voor-
zitter der vereeniging ,,Handelsrecht”, da’t mijner-
zijds geen juridisch uitgewerkte voorstellen zijn ge-
daan. ik herhaal hiertegenover, dat ik zulks opzet-
telijk heb nagelaten. Eerst zal men het over het be-ginsel eens moeten zijn. Had ik reeds dadelijk juri-
clische formuleeringen g’egeven, dan was de kans
groot geweest, dat (vooral onder juristen) de gedach-tenwisseling zich in hoofdzaak tot de formuleeringen
had beperkt.
Moge spoedig het tijdstip aaibreken, dat het wer-
kelijk zin heeft de uitwerking van mijne denkbeel-
c[en in wetsartikelen voor ‘te ‘bereiden.. Maar wil het
ooit zoover komen, dan zullen allen, die met het her-
leidingsstelsel sympathiseeren, maar nog bezwaren
gevoelen, ffiinder dan tot dusverre •deze als een dam aan verwezenlijking van ‘het stelsel in den weg moe-
ten leggen, maar liever ook hunnerzijds moeten trach-
ten die bezwaren te overwinnexi. Het laatste is heel
goed mogelijk. Geen der tot dusverre naar voren ge-
hrachfe bezwaren, bleek mij onoverkomelijk. Vele
bleken zelfs denkbeeldig. Men moet zeker
zijn
oogen
niet sluiten voor bezwaren, maar wel moet men tegen-
over eventueele bezwaren tegen het herleidingsstelsel
ook die stellen, welke aan ‘het tegenwoordige stelsel
zijn verbonden en welke tot ‘de huidige depressie heb-
ben geleid.
W. C.
MEES
R.AzN.
NIKKELEN PASMUNT EN MUNTFONDSEN.
De Heer J. F. Jansen schrijft ons:
1-iet zij mij vergund ten aanzien van dit vraa’gstuk
eeuige opmerkingen te maken.
in de eerste plaats verwondert het mij, dat wél ‘de economische zijde van het vraagstuk beschouwd is,
maar niet, voor zoover
mij
‘bekend is, de juridische
zijde.
De vraag kan
namelijk
‘gesteld worden, of de Staat
het recht heeft, om, zonder meer, alleen door een wij-
ziging der Muntwet, ‘de eigenaren van zilveren teeken-
munt te dwingen die in te ruilen voor nikkelen pas-munt; dat wil dus zeggen die eigenaren te dwingen
stukken, die tot on’beperkt bedrag wettig betaalmiddel
zijn, en ‘bovendien nog een intrinsieke waarde hebben,
te ruilen voor stukken, die tot beperkt bedrag wettig
betaalmiddel zijn en geen intrinsieke waarde hebben. Ohdergeteekende. is van meening, dat de S’taat stel-
lig niet dit recht heeft. Artikel .152 G. W. geldt nog
steeds, en geldt ook m.i. in deze materie. De nikkelen stukken zouden dus wettig betaalmid-
9 November 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
891
dcl moeten blijven, maar dan zou om verschillende
redenen daartegenover ,,dekking” moeten staan. De
bankbiljetten
zijn
toch ook gedeeltelijk door goud,
gedeeltelijk door goederen of eerste klas wissels ge-
dekt, terwijl de dekking door Staatsschuld juist in
artikel 16 der Bankwet beperkt is. De zilveren teekeri-
munten waren toch oorspronkelijk ook door de volle
intrinsieke waarde gedekt. Dat die waarde zoo ge-
daaici is, is toch geen verontsehuldiging of argument
om nu maar alle waarde er aan te ontnemen. Men
zou dus, wilde men rechtmatig blijven handelen, dc
iiikkelen guldens enz., behalve dat zij wettig betaal-
middel bleven, ook ten volle moeten dekken. Een ga-
rantie van den Staat is natuurlijk in deze niet vol-
doende.
Trouwens ook in België moet het actief ‘van het
Muntfonds (wet van 12 Juni 1930, artikel 6) voor
40 pOt. zijn belegd in goud omzetbare buitenlandschc
deviezen, en voor de rest in Staatsschuld of schuld
door den Staat gewaarborgd, terwijl volgens artikel 2
de volgens artikel 1 uitgegeven munten wettelijke
koers hebben.
,I)e opmerking van Prof. Dr. 0. A.
Terrjn
Stuart
op blz. 848 bovenaan le kolom: ,,Nergens Ier wereld
heeft mën achter het pasgeld een muutfonds gesteld”
is mij dan ook niet duidelijk. Genoemde Belgische
Vet heeft toch tot gevolg dat practisch een groot ge-
deelte van de nominale waarde dei uitgegeven ,,Klein-
munt” (maximum uitgifte 1200 millioen frank) ge-
dekt zal zijn door het Muntfonds. Beschouw ook de
Amerikaansche papierdollars, waarop bv. staat:
,Jiedeemable in lawful money of the United States
at United States treasury or at the bank of issue”,
of de Silver-cert,ificate’s: ,,This certifies that there
has- been deposited in the treasury of the United Sta-
tes of America one silver dollar, payable to the bearer
on demand.” Een uitgifte van zeg
f
200 millioen
nikkelen munt, alleen gedekt door ja, door wat eigen-
lijk? lijkt mij vooralsnog niet verantwoord. Er wordt
m.i. te veel uitgegaan van de gedachte, alsof de zil-
veren teekenmunt door het Rijk ,,te-r beschikking” is
gesteld van de ,,gebruikers”, terwijl toch tot nu toe
de rol van den Staat zich bepaalde tot het garandee-
ren van gehalte en gewicht; de eigendom der stukken
behoort aan den bezitter te goeder trouw, die niet zon-
der meer daarvan beroofd mag worden. Gaarne zal ik
echter van tegen-argumenten kennis nemen.
DE NIKKELKWESTIE.
Prof. ‘Dr. 0. A. Verrijn Stuart schrijft ons:
Op het wederwoord van den heer
Vnn Sa.ndick
in
het vorig nummer van dit weekblad zal ik niet uit-
voerig antwoorden. Naar het
mij
voorkomt, zijn de
standpunten ‘en de gronden, waarop deze steunen,
thans wederzijds voldoende uiteengezet, om den lezer
tot het vormen van een eigen oordeel in staat te
stellen
1
)
Slechts een tweetal korte opmerkingen, wat mij
betreft ten besluite van deze gedachtenwisseling. De
heer v. S. acht behoud van een Muntfonds ook bij
verlaging van
•
het door nikkel vervangen zilvergeld
tot pasmunt noodig, mede ,,met het oog op een mo-
gelijke inkrimping yan de circulatie”. De Ned. Bank toch zal, meent hij, voor het thans door haar aange-
ho,ude’n bedrag aan teekengeld, dat als dekking -oor hare ziehtverbintenissen medetelt, niet een gelijk be-
drag aan nikkelgeld, dat immers niet als dekking
dienen kan, willen aanhouden. Het
–
verschil vloeit
dan naar •den Staat terug, die daarop verlies zal
lijden. Ik meen, dat ‘de Bank zilver in hare kassen
houdt niet omdat dit als dekking geldt, maar onidat
1)
Op het stuk van den heer De Jong, door den neer
v. S. geciteerd, zal ‘ik hier niet nader ingaan, omdat daarin
nieuwe, geziehtspuiiten, niet worden geopend.
zij de beschikking behoeft over betaalmiddelen van
kleiner coupure dan de biljetten van
f 10.
Dit motief
behoudt zijn kracht, onverschillig uit welke stof die
be’taalmiddelen zijn vervaardigd. En wanneer men er
op let, dat tegenover een biljettencirculatie van over
liet milliard het bedrag aan teeken- en pasmunt -bij
de gezamenlijke kantoren van De Ndd. Bank slechts
ongeveer
f
19 millioeu beloopt, dan lijkt mij voor het
intreden van de mogelijkheid door den heer v. S. ver-
ondersteld weinig w’aarschijnlijkheid te bestaan.
Dat ik in het door mijn ge’achten opponent niet
verdedigde maar geopperde denkbeeld, om zeg
f 500
millioen goud te vervangen door een rentelooze
schuidvordering op ‘den Staat, een inflationistisch
gevaar zag, vindt zijn grond in wat hij schreef: ,,dat
de Staat tegenover laat ons
zeggen f 500 in-illioen
ba.nkpctpier
(cursiveering van mij S.) een vast blok
rentelooze staatssehuld creëert ten gunste van de
Nederlandsche Bank” 1)it zou dus neerkomen op uit-
breiding van de geldcirculatie met genoemd bedrag, een maatregel, die stellig infiationi stische gevolgen
zonde hebben.
• Naar aanleiding ‘van ‘het stukje van den heer v. Et-
tinger merk ik op, dat ik in
mijne
Nota van het staken
der rentebijschrjving bij het Indische Muntfonds
geen melding maakte, omdat die maatregel, toen ik
mijne Nota schreef, nog niet
zijn
beslag gekregen had.
Moge, hoe de zaak ook verder loopt, os land in elk
geval dit indische voorbeeld volgen. Wat in Indië
t (lezer zake mogelijk was, is dit in ons land
t
plus
forte raison. –
Wat het stuk van den heer Jansen in ‘dit nummer
betreft, ontgaat mij de beteekenis van zijn juridisch
bezwaar tegen de vervanging van het zilveren teeken-
geld door nikkelen pasmunt. De waardevkstheid dezer
laatste tegenover de rekeneenheid van ons geidstelsel,
den gulden, is juist door haar beperkte kwijtings-
kracht, die ook voor den Staat geldt, en door de ver-
plichting van deren, om het tegen geld met onbe-
perkte kwijtingskracht in te wisselen, volkomen ver-
zekerd. Liet is ‘dan ook niet in te zien, hoe door toe-
kenning van het karakter van pasgeld aan ons grove
zilvergeld aan de houders hiervan eenig nadeel zonde
kunnen worden berokkend. En wat de vermindering
van ‘de innerlijke waarde van dit geld betreft, heeft
ooit iemand zich tegen de thans voltrokken gehalte-
verlaging van het zilvergeld verzet, wegens daarin
gelegen onrechtmatige benadeeling der houders van
de ingetrokken guldens? Het beroep van den heer J.
op het onteigeningsartikel van de Grondwet gaat dan ook in het geheel niet op.
De.heer J. stelt een paar maal in zijn stuk den eisch,
dat de nikkelen munten wettig betaalmiddel zouden moeten blijven. Natuurlijk zouden zij dat zijn, maar
de kwijtingskracht zou
01)
een zeker bedrag worden gëlim.iteerd, gelijk dit ten opzichte van het kwartje
en de munten van nog lagere waarde reeds het geval
is. indien de grens voor die kwijtingskracht niet te
laag gesteld wordt (b.v. op f 50) zou
daardoor nie-
mand worden benadeeld.
En aangezien. door deze beperking en de met be-
trekking tot het pasgeld in de Muntwet reeds vastge-
legde inwisselingsverplichting van dec Slaat
1)
elk
motief voor deren om te veel pasgeld in het verkeer
te brengen vervalt, behoeft er achter het pasgeid gee-
nerlei bijzondere dekking te staan. Aannemend, dat de
hoeveelheid teeken- en pasmunt thans in het verkeer
den omvang te kennen geeft van de behoefte -der
samenleving aan betaalmiddelen van kleine coupure,
zoude dus veilig tot de vervanging van het zilver-
geld, zonder verdere voorzieningen dan die betreffende
de bepaling van de kwijtingskracht kunnen wordeii
besloten.
1)
J)oor deze beide waarborgen voor de waarclevastheid
van het pasgeld tegenover de rekeneenheid verliest, in het
voorbijgaan opgemerkt, de verwijzing naar de -door den
heer J. genoemde geidsoorten in de Ver. Staten hare kracht.
892
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
9 November 1982
Wat het Belgische Muntfonds aangaat, door het
bestaan daarvan zou, ook al ware het als dekking van
pasgeld te beschouwen, de kracht van bovenstaand
betoog natuurlijk nog niet zijn teniet gedaan. Maar
de verwijzing daarnaar wordt geheel misleidend,
om-
dat in België de niklcelmu’nten van de hoogere waar-
den onbeperkte lcwijti’ivgslcracht bezitten, en d’us niet
pasmunt maar teeken geld zijn. Zoolang ons zilvergeld
van
f 0,50
en honger teekengeld is, moet behoud van
een Muntfonds stellig gerechtvaardigd heeten, ten-
einde elk geldelijk belang van den fiscus bij de aan-
munting daarvan uit te schakelen. Dit heeft ook Bel-
gië terecht zoo ingezien, al stond de zaak daar overi-
gens, door de limiteering bij de wet van het totaal-, bedrag van de ,,’kleinmunt” ook nog ietwat anders dan bij ons. Maar bij verlaging tot pasmunt veran-
dert het Muutfonds principiëel van aard en strek-
king. Een Muntfonds achter het pasgeld is zinloos,
en dan ook zonder precedent.
DE INDISCHE MIDDELEN OVER JULI 1932.
in de maand Juli bedroeg de opbrengst der lands-
middelen in totaal
f 41.7
millioen tegenover
f 49.1
mil1ioen in dezelfde maand van het vorige jaar. Hier-
door is een totaal middelenopbrengst over de eerste
zeven maanden van
1932
ontstaan van
f 240.7
mii-
lioen, terwijl ‘in de eerste zeven maanden van
1931
f2901
millioen werd ontvangen, een achteruitgang
(1
LIS
van
f 49.4
millioen.
De opbrengst der verschillende hoofdgroepen aan middelen in vergelijking tot de ramingen bedroeg in
millioenen guldens, respectievelijk:
1/12
7/12
Eerste zeven
Groep
raming
Juli
raming
maanden van
1932 1932
1931
1939 1932
1932
1931
1930
Belastingen
26.8
21.7
23.5 31.2
187.3
119.7
132.3 162.6
Monopolies
6.2
3.7
4.5
6.6
43.1
29.6
37.2
45.4 Producten
.
5.4
2.2 4.7
5.8
37.8
16.3
31.3
41.3
Bedrijven
.
10.3 10.8
11.7
12.5
72.4 56.2
63.8
72.6
])iv.
micici.
.
4.1 3.3
4.7
9.3
28.6
18.9
25.5
30.5
Totaal.
. 52.8 41.7 49.1 65.4 369.2 240.7 290.1 352.4
Bij beoordeeling van het
achterblijven
van het
totaal der middelen t.o.v. de fractioneele jaarraming,
moet in aanmerking worden genomen, dat verschillen-de middelen, in hoofdzaak ‘de ko’hierbela’s’tingen en de
producten, sommige bedrijven en eenige middelen
van ‘de groep ,,Diversea”, zooals wins’taandeelen, mijn-
concessies, enz. niet regelmatig over een jaar binnen-
vloeien, doch op onregelmatige wijze worden betaald.
De verschillen in de opbrengst tusachen de maan-
den Juli
1932
en Juli
1931 en
tusschen de eerste
zeven maanden van
1932
en van
1931
worden bij de verschillende middelengroepen, in hoofdzaak door de
na volgende afwijkingen veroorzaakt:
Eerste
7
maan-
Opbrengst in millioenen guldens den van
1932
Eerste zeven meer of minder
Omschrijving
Juli
maanden van
dais
1931
1932 1931
1932 1931 1930
+
of
–
:fnvoerrechten
. .
4.- 4.9
27.2
33.3 46.9
–
6.1′
Uitvoerrechten
.
0.15
0.32
1.7
2.7
5.4
–
1.-
Statistiekrecht
.
0.17
0.26
1.4
2.1
3.2
–
0.7
Accijnzen
…..
3.- 2.8
22.-
21.9
26.2
+
0.1
Zegelrecht
…..
1.2
0.8
5.3
5.8
S.-
–
0.5
Overschr.recht
.
0.18
0.22
1.3
1.4
1.6
-0.1
Slachtbelastingen
0.49
0.56
3.3
3.6
3.8
–
0.3
Totaal….
9.2
9.9
62.2
70.8 95.1
-8.6
Bij vergelijking van de opbrengst
1932
met ‘die
van
1931
dient er rekening mede te worden gehou-
den, dat ingaande 1 Januari
1932
de ‘opcenten op de
invoerrechten werden verhoogd van 10 tot
20
en in-
gaande
15
Juni
1932
van
20
tot
50
en voorts dat van-
af
16
Maart
1932
de opcenten op den accijns op ben-
zine
33
(vanaf 1 Jan. jl.
20)
bedroegen.
Een nadere uitsplitsing van do opbrengst der ac-
cijnzen leidt
tot onderstaande groepeering.
Opbrengst in millioenea guldens
7112
Omschrijving
Juli
Eerste
7
maanden van
ranling
1932 1931
1932 1931 1930
1932
Petroleum
……
0.9
0.9
6.5
6.8
7.6
1Benzin
……..
1.8
1.3
11.9
10.4
11.8
23.7
Lucifers
……..
0.4
0.5
3.-
4.2
6. t
5.8
Gedistilleerd
…
0.03
0.06
0.5
0.5
0.6
0.7
Tabak
……….
0.009 0.01
0.052 0.044 0.054
0.058
Bier
………..
– –
– – –
0.07
Totaal….
3.1
2.8
22.- 21.9 26.2
30.3
De kohierbelastingen bleven in de eerste zeven
maanden van
1932,
zooals uit de hieronder opgeno-
men vergelijkende specificatie blijkt, met ui’t’zonde-ring van de
personeele belasting,
bij de opbrengst van
de eerste zeven maanden van
1931
ten achter.
Opbrengst in millioeiieu guldens
Omschrijving
Juli
Eerste
7
maanden
v.
1932 1931 1930 1932 1931 1930
Personeele ‘belasting
0.3 0.4 0.4
2.6
2.5
2.5
Inkomstenbelasting
4.1, 3.6 4.4 23.- 23.6 26.1
Vennootschapsbelasting
1.2 1.8 4.5
5.9
7.7
11.9
Verponding ………
1.7 3.- 2.- 7.- 9.4
6.1
Landelijke inkomsten
. 3.2 4.5 5.9
12.6 15.1
17.8
Crisisheffing op het
inkomen
1.2 – – 3.3 – –
Totaal ….
11.7 13.3 17.2
54.4
58.3
64.4
Bij ‘de betaling der inkomstenbelasting is door de
in
1932
ingevoerde wijziging van de vervaldagen (ver-
meerdering van het aantal termijnen) een belangrijke
versnelling van het tempo ontstaan, waardoor de
fractioneele opbrengstcijfers over
1932
niet geheel
vergelijkbaar zijn met die over
1931,
zooals ook blijkt
uit de meerdere opbrengst over Juli van dit jaar.
De
landelijke inkonisten,
nader uitgesplitst, geven
het volgende beeld:
Opbrengst in millioenen guldens
Omschrijving
Juli
Eerste
7
maanden v.
1932 1931 1930
1932 1931 1930
Landr. Java & Madoera
. 3.0 4.4 5.8
11.4 14.3 16.6
Alle overige ……….
0.2
0.1
0.1
1.2
0.8
1.2
Totaal.,..
3.2
4.5
5.9
12.6 15.1 17.8
De
overige belastingen
brachten in de verslag-
maand
f 0.78
millioen op tegen
f 0.46
millioen in
dezelfde maand van
1931,
terwijl de totaal-opbrengst
over de eerste zeven maanden van
1932
en
1931
gelijk
was en f
3.3
millioen bedroeg.
De meerdere opbrengst in de maand Juli
1932
t.o.v.
1931
van
f 0.32
millioen vindt zijn oorzaak voorna-
melijk in de meerdere ontvangst, voortvloeiende uit
het recht van openbare verkoopingen ten bedrage van
f 0.28
miflioen.
Monopolies.
De monoplies brachten in ‘de versiagmaand
f 0.8
millioen minder op dan in Juli
1931,
terwijl de totaal-
opbrengst in de eerste zeven maanden van
1932 f 7.6
millioen achterbleef ‘bij die over dezelfde periode
van
1931.
Deze
f 7.6
millioen werden voor
f 5.-
millioen
gevormd door achteruitgang van de opbrengst van
den
opiunsverkoop,
welke opbrengst in de eerste zeven
maanden van
1932 f 10.6
tnillioen bedroeg tegenover
f 15.6
millioen in de eerste zeven maanden van
1931.
De opbrengst der
par&dhuizen
bedroeg in verslag-
maand
f 0.6
millioen minder dan in Juli
1931
en
bleef in de eerste zeven maanden van dit jaar
f 2.6
millioen ten achter bij die over de eerste zeven maan-
den van
1931.
Het
zout
bracht in verslagmaand
f 0.53
millioen
meer op dan in Juli
1931.
Gedurende de eerste zeven
maanden van
1932
werd rond
f4.000.-
meer ont-
vangen dan over dezelfde periode van
1931.
Producten.
De opbrengst van de
producten
bedroeg in Juli
1932 f 2.2
millioen tegen
f4.7
millioen over dezelf-
9 November 1932
ECONOMISCH-STATIISCHE BERICHTEN
893
de maand in 1931 of
f
2.5 millioen minder, in hoofd-
zaak veroorzaakt door de mindere opbrengsten van
tin
en
steenicolen
ad resp.
f
1.153 millioen en
f
0.516
millioen. liet l3oschwezen., hina en thee
en
rubber
brachten in (te verslagmaand resp.
f
0.172,
f
0.382 en
0.136 millioen minder op dan in Juli 1931, waar-
door de achteruitgang in de eerste 7 maanden van 1.932 t.o.v. 1931 steeg tot resp.
f
2.2,
f
0.4 en
f
0.6 millioen.
Over 1e afgeioopen maanden van dit jaar is de
totaal-opbrengst van deze groep
f
15 millioen ach-
tergebleven hij di.e over dezelfde periode van het
vorig jaar, ni.
f
16.3 miii. tegenover
f
31.3 miii.
Bedrijven.
De opbrengst voor de bedri,jvengroep verdeeld naar
de diverse bedrijven is als volgt (mifl. guldens)
1/12
7/12
Omscbrij- raming
J u ii
raming Eerste 7 maanden ving
1932 1932 1931 1930 1929 1932 1932 1931 1930 1929
Haven-
wezen
1.3
3.0 2.6
25
2.9
9.0
9.4
9.3
10.3
10.1
Bagger-
dienst
0.3
0.8
0.4
0.3
0.6
1.8
2.1
1.8
2.5
2.9
Waterkr.
Electricit
0.3
0.3 0.2
0.2
0.1
2.0
1.7
1.3
1.1
0.7
Lands.
drukkerij
0.2
0.1
0.1
0.1
0.3
1.1
0.7
0.4
0.4
0.5
P.T.T.
.
2.6
2.1
2.5
2.8
2.8 18.4 15.2 17.2 18.6 18.3
S.S……
5.7
4.5 5.9
6.6
9.1
40.1
27.0 33.8 39.7 48.3
Totaal
10.3
10.8
11.7
12.5
15.7 72.4 56.1
63.8 72.6 80.8
Diverse middelen.
Do opbrengst van deze groep was in de eerste zeven
maanden van 1932
f
6.6 millioen minder dan die in
de overeenkomstige periode van 1931. Het achter-
blijven van de opbrengst over deze periode bij ‘de
fsactioneeie jaarraming met een bedrag van
f
9.7
millioen en bij dezelfde periode van 1931 met
f
6.6
milhoen vindt zijn oorzaak i.n het feit, dat verleden
jaar reeds was ontvangen
f
2.- millioen aandeel in
cle winst van de N.V. ,,Gemeenschappelijke Mijnbouw
Mij. Billiton” en
f
1.4 millioen aandeel in ‘de winst
van de Javasche Bank, op welke posten dit jaar geen
betalingen plaats vonden en voorts door het achter-
blijven van bijna alle overige middelen, welke tot deze
groep behooren.
Slechts de opbrengsten der WTeeskamers en die
voor het ijken van maten en gewiehten gaven ‘ten op-
zichte van de fractioneele jaarraming een gunstig ver-
schil te zien van resp.
f
0.124 en
f
0.019 millioen.
Schoolgelden brachten in cle verslagmaand
f
0.032
millioen minder op dan in Juli 1931; in de eerste
zeven maanden van 1932 werd hierop ontvangen
f
3.242 millioen tegenover
f
3.228 miliioen in dezelf-
de ‘periode van 1931 of circa
f
0.014 millioen meer.
De opbrengsten van de andere tot deze groep be-
hoorende middelen geven geen aanleiding tot bij-
zonciere vermelding, met uitzondering van cle ‘baken-
en Ioodsgelcien, ‘welke in de versla’gmaand
f
0.032 mii-
lioen achterbieven bij Juli 1931. en in de eerste zeven
maanden van 1932 totaal
f
0.232 millioen minder
ophrachten dan in dezelfde periode van 1931.
liet algemeen verloop der landsmiddelen. in het
loopende jaar in vergelijking met de drie voorafgaan-cle jaren moge blijken uit het volgende overzicht:
Opbrengst in millioenen guldens
Maand
per maand
t/m. de maand
1929 1930 1931 1912
1929
1930 1931 1932
Januari 51.9 53.5 45.5 31.9
51.9
53.5
45.5
34.9
Februari48.9 42.2 35.9 31.1 100.8
95.7
81.4
66.-
Maart. 50.4 43.7 36.9 32.3 151.2 139.4 118.3 98.3
April.. 51.3 45.1 38.6 32.1 202.4 184.5 156.9 130.4 Mei … 53.8 52,3 39.- 32.6 256.2 236.8 195.9 163._
Juni .. 61.2 50.4 45.2 36.- 317.4 287.2 241._ 199._
Juli … 67.0 65.3 49.1 41.5 384.4 352.5 290.1 240.5
August. 62.2 52.5 46.3
446.5 405.0 .337.4
Sept. .. 62.4 59.3 46.2
508.9 464.3 383.6 October 71.6 57.2 41.4
580.4 521.5 425._ Novemb.56.1 46.9 45.6
636.6 568.4 470.6
Decemb. 72.2 63.1 49.2
708.7 631.5 519.8
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.
DE TOESTAND IN DE ALIJMINIUMINDUSTRIE.
(Een constante prijspolitielc. Valsch.e geruchten. Vestiging van een aluminiumindustrie in Nederland?)
Dr. Aifred Marcus to Berlijn schrijft ons:
In de aluminiumindustrje heeft de laatste verga-
dlering van de ais uitvoerend lichaam voor de Euro-
peesch-Amerikaarische overeenkomsten optredende
Alliance Aluminium Co. een zekere ‘beslissing ge-
bracht en wel in zooverre, dat het vraagstuk van een
prijsver’hooging, waarop van bepaalde zijden werd
aangedrongen, in het geheel niet ter sprake is ge-
komen. De veronderstelling zal wel juist zijn, dat
hiermede het – zoowel uit zakelijk als uit propagan-
distisch oogpunt volkomen gerechtvaardigde – con-
tinentale standpunt ‘ten aanzien van het vra’agstuk
van den aluminiumprijs weder heeft gezegevierd. Men
is hier toch in leidende kringen der meeniug toege-
daan, dat de taak van de karteivorming in tegenstel-
ling tot de politiek van vele andere kartels hierin
bestaat, dat de prijzen zooveel mogelijk en geleidelijk
moeten dalen. Hierin ziet men terecht de béste pro-
paganda voor een metaal, ‘dat in vele takken van de
verwerkende industrie nog baan moet breken. Het is
zeker, dat de contineritale groep op een nieuwe ver-
laging van den prijs zal aandringen, wanneer dit tot
een verbetering van de marktpositie mocht leiden. Op
.het oogenblik is dit evenwel niet het ‘geval, de voor-
raden van het kartel ‘hebben hun hoogtepunt opnieuw
overschreden en men vindt derhalve een stap in deze richting thans niet aanbevelenswaardig.
Juist het feit, dat de afzet te wenschen over laat,
heeft er toe medegewerkt, dat in den laatsten tijd ze-
kere geruchten over de Alliance Aluminium Co., resp.
over het kartel, de ronde doen. Volgens deze geruch-
ten zouden er zoowel organisatorische als financiëele
moeilijkheden bij de Alliance Aluminium Co. ont-
staan zijn. Men trachtte de laatstgenoemde moeilijk-
heden door de opeenhooping van voorraden bij de
genoemde maatschappij te verklaren. Dit is niet juist.
Evenmin juist zijn de berichten, die melden, dat
Nederland als nieuwe concurrent in de internationale
aluminiumin’dustrie zal optreden. In ieder geval zijn
deze Nederlandsche berichten op bepaalde, niet onin-
teressante, feiten gebaseerd. Toen de Amnerikaansche
Mellon-Trust namelijk in 1924 trachtte de bauxiet-
mijnen aan de Noordkust van Zuid-Amerika, Guyana,
in handen te krijgen, gelukte dit wel zonder eenige
moeite ten aanzien van Britsch-Guyana, doch in
Ned.-Guyana trachtte de regeering uit het gebrelc
aan bauxiet, waaraan de Mellon-Trust destijds leed,
een tegenprestatie te verkrijgen. Dit gelukte haar.
De Mellon-Trust zegde toe, om binnen uiterlijic tien
jaren in Nederland een aluminium fabrielc met een
capaciteit van 10.000 ton per jaar op te richten en
den bouw te financieren.
Dit bedrijf zou worden ge-
ba’seercl op het bauxiet van Ned.-Guyana en tevens op
dat van Ned.-Iidië, waar eveneens bauxiet voorkomt.
De Amerikanen denken er evenwel :in ‘het geheel
niet aan, om de verplichting, die zij acht jaren geleden
onder geheel andere omstandigheden op zich hebben genomen, na te komen, temeer daar zij in het bauxiet uit Ned.-Guyana op het oogenblik in het geheel geen
belang stellen en het delven van dat bauxiet reeds
lang ‘geleden werd stop gezet. De Nederlandsche be-
richten, die van de bovenvermelde plannen spreken,
berusten wei op een overeenkomst, doch zijn overi-
gens geheel fictief. Zij zijn dus voorloopig in ‘het ge-
heel niet ernstig op te vatten, temeer waar de Euro-
peesche kartelvrieuden van den Mellon-Trust het
dezen buitengewoon kwalijk ouden nemen, wanneer
deze trust ‘de productie van de internationale alumi-
niumindustrie onder de omstandigheden, waarin deze
thans verkeert, om een of andere, zelfs nog zoo eer-volle, reden, zou uitbreiden. Men weet evenmin, op
welke wijze de Mellon-Trust van Nederlan.dsche zijde
894
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
9 November. 1932
tot nakoming van zijn verplichtingen zou kunnen
worden gedwongen, nu deze trust het bauxiet uit
Suriname op het oogenblik niet noodig, heeft en ook
binnen afzienbaren tijd wel niet noodig zal hebben. Derhalve mag nauwelijks worden aangenomen, dat
ten aanzien van de aluminiumproductie voorshands
wezenlijke veranderingen zullen worden ingevoerd, in-
dien men geen rekening houdt met de sedert lang
bekende Russische plannen, op welker verwezenlijking
de internationale aluminiumindustrie zich reeds
sedert lang heeft gebaseerd. Eenigszins anders zijn de
verhoudingen bij de aluminium verwerkende incius-
trie. Hier hebben de Zwitsers in zooverre een nieu-
ven weg aangegeven, doordat het hun na vele heel
kostbare pogingen is mogen gelukken, bruikbare
aluminiummeubels te construeeren. Het is mogelijk,
dat in deze richting zeer beduidende verbruiksmoge-lijkheden voor het metaal en wel in concurrentie met
het staal kunnen ontstaan. Doch dit is iets, wat eerst
na vele jaren overzien kan worden. Belangrijk is de
Duitsche veidtocht voor het aluminium als Duitsch
metaal. (Nadruk verboden)
AANTEEKENINGEN.
De petrolcumindustrie van Sovjet-Rusland.
Voor dengene, die de tôekomst van de petroleum-
industrie van Sovjet-Rusland met aandacht volgt, is
het jaar 1932 van zeer groote beteekenis, zoo lezen
wij in de eerste afle’ering van het nieuwe ,,Bulletin
Economique Ru.sse”. Tot dit jaar heeft de productie
zich als volgt ontwikkeld:
productie in
jaar
miflioenco tons
1921
….
……….
4,0 1922
……………
4,8 1923
……………
5,4
,19.5
……………
,
7,2
.
1926
……………
8,8 1927
………….
10,5
1928
…………..
12,1
1929
…………..
1.4,2
1930
…………..
18,6
1931
…………..
22,4
Aan deze constante uitbreiding is thans een einde
gekomen, indien men afgaat op de door de Sovjet-
regeering vermelde gegevens betreffende de gemid-
delde dagproductie.
Gemiddelde dagproductie in 1000 tons. 1030
1931
1932
Januari
……….
42,3
55,0
60,6
Februari
……..
42,3
50,8
60,1 Maart
………..
45,9
58,3 63,9
April
…………
51,0 58,7
62
5
4
Mei
………….
52,0
58,9 61,9
Juni
…………
51,7
61,9
61,9
Juli
………….
51,7
64,6
59
2
6
Augustus
……..
53,4
64,8
56,3
September
…….
55,2
64,6 55.5
October
……….
56,4
64,5
November
. ……
58,4
66,1
December
……..
58,5
64,1.
Stellig mag worden verwacht, dat de naphtapro-
•ductie voor 1932 die van 1931 in geen enkel opzicht
zal overtreffen.
Indien men in aanmerking neemt, dat cle toene-
ming gedurende de laatste twee bedrijfsjaren ten op-
zichte van het voorafgaande jaar 31 ‘pOt. in 1930 en
20 pOt. in 1931 heeft bedragen, dan zal deze verhou-
ding voor dit jaar nihil zijn.
Hoe treffend dit zoo juist genoemde verschijnsel is,
het is nog opmerkelijker, indien men de in den ioop
van de jiren 1929-1932 verkregen cijfers vergelijkt
mçt die, welke in het beroemde vijfjarenplan waren
voorzien. -Uit ‘de volgende tabel blijkt, dat de cijfers
van het plan slechts gedurende de eerste twee jaren
van het vijfjarenplan werden verwezenlijkt, terwijl
de hedrijfsjaren .1931 en 1932 een tekort van 4-5
millioen ton, of een zesde van de in het plan voor-
ziene productie te zien gaven:
Productie volgens het Werkel ijkeproditctie
Jaar plan in millioeueu tons in % van het plan
1929
…………
13,9
103,6
1930
… . ……..
18,4
100,5
1931
…………
26,6
84,2
1932
…………
27,5
81.4
Dit beeld van den loop van •de petroleumproductie
is nog ongunstiger, indien men er rekening mccle
houdt, dat het in bovenstaande tabel ‘voor het jaar
1932 geraamde quantum van 27,5 millioen ton, reeds
einde 1931 werd verlaagd, toen de bestuurders van
het plan de absolute onmogelijkheid inzagen om het
voor het vierde jaar (1932) geraamde cijfer; t.w. 35
millioen ton, en dat voor het vijfde jaar (46 millioen
ton) te bereiken.
Op deze wijze heeft ‘het jaar 1932 – het vierde jaar
van de vijfjarige periode, waarvan de Sovjets zooveel
hadden verwacht en dat zelfs reeds de voltooiing vân
het eerste vijfjarenplan had moeten zien verwezenlj-
Icen – in plaats van een nieuwen vooruitgang een
stilstand van de stijgende petroleumproductie. ge-
bracht.
De vraag rijst, in hoeverre de aldus gecoustâteerde
achteruitgang in 1932 een toevallig verschijnsel, of
een aanwijzing voor’ een mogeljken achteruitgang van
cle petroleumindustrie is.
Voor de beantwoording van deze vraag verw’ijzen wij
asar de tweede tabel, die de schommelingen aantoont
van de ‘gemiddelde rnaandelijksche dagproductie ge-
durende de laatste drie jaren vn het ‘vijfjarenplan en
die op deze wijze de tendenzen aangeeft van de rich-
ting, welke de productiecurve zal moeten volgen.
Zooals uit deze tabel blijkt, heeft de voortdurende toeneming van de geproduceerde hoeveelheid vanaf
de eerste dagen van de naasting der .petroleumindus-
trie in Nov. 1931 haar hoogtepunt bereikt, toen de
gemiddelde dagproductie 66.120 ton bedroeg, waarna
zij voor een ‘tegengestelde tendens plaats maakte. Over
September 1932 vertoont het cijfer van 55.500 ton een
vermindering ‘van 10.600 ton ten aanzien van het
maximum van November 1931, dus een cijfer, dat
overeenkomt met het quanturn, dat twee jaar tevoren,
September 1930, werd bereikt.
Ongetwijfeld is voor den belangrijksten tak van
de Sovjet-Russisce petroleumindustrie, die over haar
lot beslist, te weten de productie, een moeilijke phase
aangebroken, doordat •de gemiddelde dagopbrengst in een periode van zeven maanden van 63.900 tot 55.500
ton, of met 14 pOt., per dag is gedaald.
Uit deze feiten blijict onomstootelijk de onuitvoer-
haarheid van het plan. Dit, in 1928 vastgestelde en
nadien herhaaldelijk gewijzigde plan – zoodanig ge-
wijzigd tijdens zijn verwezenlijking, dat het niet meer
is, zooals zijn samenstellers het hadden ontworpen –
heef t vanaf het begin van dit jaar moeten zwich’ten
voor de eischen van het leven, dat een heel anderen
weg heeft gevolgd dan de seheppers hadden aange-
wezen.
De landbouwexportgewassen van Nederlandsch-
Indië in 1931.
Wederom heeft ‘het Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel in Ned.-Indië als mededeelin-gen van het Centraal Kantoor voor de Statistiek een
publicatie over de landbouwexportgewassen laten ver-
schijnen. Evenals vroegere uitgaven geeft ook ‘deze
publicatie uitgebreid materiaal over den ondernê-mings- en Inlandschen landbouw van Ned.-Indië.
Welke beteekenis de landbouwproducten voor den
export ‘hebben, moge uit het volgende blijken:
9 November 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
895
Waarde van denuitvoer door particulieren uit Ned.-Indië.
In miii. gid.
In procenten.
1931 1930 1929 1931 1930 1929
Ondernemingsiandbouw-
producten …………
342
600
688 44.0 51.9 47.7
Bevolkingsiandbouw-
producten …………
165
259
395 21.2 22.4 27.4
Mijnbouwproducten …..
185 249 264 23.8 21.5 18.3
Overige goederen …….
85
49
96 11.0 4.2
6.6
Totaal ……..
777 1.157 1.441 100 100. 100
De groots verscheidenheid van landbouwgewassen
blijkt uit het feit, dat er speciale gewassen zijn, welke
uitsluitend op ondernemingen worden verbouwd en
andere welke daarentegen geheel in. den J.nlandschen
landbouw worden geteeld. Ook zijn er nog veel pro-
ducten, welke in wisselende percentages van beide
takken van voortbrenging afkomstig zijn. Ondeistaand
staatje geeft hiervan een overzicht:
Percentage der uitvoeren, afkomstig van ouclernemings-
en I’nlandschen landbouw.
1.931
1930
1929
Onder: Bevul- Onder- Bevol- Onder- Bevol-
neining king neming king neming king
Suiker ………..
99
1
99
1
99
1
Cacao …………
92
S
82
18
87
13
Thee …………..
81
19
80
20
78
22
Gambir …………
56
44
67
33
62
38
Caoutchouc …….
65
35
63
37
64
36
Koffie …………
43
57
46
54
31.
69
Aetherische oliOn .
33
67
41
59
38
62
Nootmuskaat.foelic
36
64
35
65
35
65
Tabak ………..
21
79
19
Si
20
80
Kapokproducten . .
9
91
11
89
4
96
Klapperprodueten
.595
6
94
:10
90
Peper
…………
1
99
1.
99
1,
99
Ned.-Indië heeft een zeer belangrijk aandeel in •de
wereldprdductie van enkele tropische producten, zoo
als kinabast, peper, coca, kapok; de productie van de
andere gewassen, hoewel voor den Ned.-Indischen
landbouw van veel beteekenis, zooals suiker efi koffie,
maakt maar een betrekkelijk klein percentage van de
werelduitv-oeren uit.
In onderstaand staatje wordt daarvan een overzicht
gegeven.
U itvoerexcedenten.
Nede rian dsch-Indi0
Wereldexp.
Enport
in
O
o
van den in
OJ
van
den
Product
in
to men in tonnen
wereldexp.
wereldexp.
1930
1930
1930
1929
Rubber ‘) . . .
840.245
244.053
29
35
Suiker ……
27.314.000 2.915.866
11
10
Koffie ……
1.543.649
60.606
4
6
Thee ……..
403.882
72.019
18
17
Kina
2)
12.710
11.878
93
94
Klapper-
producten
1)
1.508.554 399.967
27
29
Oliepalm-
producten
845.546
57.654
7
5
Agave …….
224.807 . 05.666
29
22
Cacao …….
539.465
1.463
0.2
0.2
Cocablad . . .
.
367
1
Kapok
26.239
20.732
79
73
Peper …….
43.202
32.399
75
69
• 1)
Inclusief ficusrubber, en voor bevolkingsrubber excl.
vocht en vuil.
2)
Productie.
3)
Versche klappers, geraspte
klapper, copra en olie, alles in copra omgerekend.
4)
Voor Br.-Judië geschat op
582
ton.
De invloed van de crisis is in Ned.-Indid vooral
merkbaar in de geweldige prijsdaling van de land-
bouwproducten. De gemiddelde uitvoerwaarde van alle
lan-dbouwproducten daalde van
f
343 in 1927 4ot
f
144
in
1931. Daarentegen is bij cle aanplantingen en -de
productie in het algemeen nog weinig van de hevige
depressie te bespeuren, zooals uit de volgende ge-
gevens van suiker en ruhber blijkt.
Suiker.
Ondanks de suikercrisis is in 1931 -de geoogste op-
pervlakte nog uitgebreid, zooals uit het volgende
itaatjè blijkt:
Uitgestrektheid van den verver-kten eigen aanplant (in }.LA.).
Op gronden
Op van de bevolking
Jaar
van de-onderneming gehuurde gronden Totaal
1931 …..
41.203
154.666
195.869
1930
40.420
153.272
193.692
1929
39.106
152.260
191.366
1.928
39.999
149.472
1.89.471
Eerst dit jaar zal volgens het -Ohadhourne-plan met
een aanzienlijke vermindering . van den aauplant te
rekenen zijn, die in 1933 nog grootere proporties zal
aannemen. De suikerproductie van Java en het aan-
deel in de riet- en in d.e totale suikerproductie be-
droeg als volgt:
Percentage dat de
Jaar
Java-productie Java.00gst uitmaakt van
Riet
Totaal
1926/’27 ………2.351.232
ton
14,8
10.0
1927/’28 ………2.923.550 ..
17,7
11,4
1928/
1
29 ………2.870.979 ..
15,8
10,4
1929/’30 ………2.915.866 .,
16,2
10.7
1930/’31 ……….
2.772.443 .,
16,0
9,6
1931f 32 ………2.500.000 .,
.
1.4.3
9,5
.Rubber.
Evenals bij suiker is ook bij dit beldngrijke export-
product de aanplant, maar tevens ook de productie
in 1931 toegenomen.
Productie in tonnen van
1000 K.G.
aan dioge rubber
Ondernemings- Bevolking-
rubber
rul
–
beri) Tot.
N. 1.
165.799
89.399
255.198
153.530
90.496
244.026
154.154
108.584
262.738
140.928
91.353
232.281 130.895
100.491
231.386
Om na te gaan in welkeiiate de ondernemingen
op (le ongunstige omstandigheden hebben gereageerd,
werden over 1931 en 1932 gegevens bpgevraagd be-
treffende de potentiëele productie. Een overzicht van
cie werkelijke productie in 1931 en de getaxeerde pro-
ductie voor 1932 vergeleken met de potentiëele pro-
cl cti e geeft onderstaand staatje.
Werk. prod.
Potentigele
Werkelijke
in % van de pot.
1931
productie
productie
productie
J. lvi ……
78.776
ton
70.884
ton .
90,0
13.
0……103.562 ,,
94.915
91,7
?.
1……182.38
..
165.799 ..
–
90,9
Geraamde productie
Potentiëele
Geraamde-
in % van de pot. –
1932
–
productie
productie’)
.
productie
J. 5……..
82.380
ton
59.179
ton
–
71,8
13. G…..
108.256 ,,
90.152 ,,
83,3
N. T…..190.636 ,,
149.331.
,,
78,3
1)
Geraamde productie gecorri-geerd t/m. Juni; op eind
Jiiiii
1932
is een oppervlakte van
103.561
H.A. of 27 %
v.
h. totaal tapbare oppervlak op tilt.
1931
buiten tap gesteld.
Voor de wereldproductie van ru-bber ziet men zeer
verschillende cijfers opgegeven, die meestal -betrek-
Icing hebben op de uitvoeren en niet op de producties. In de hieronder vereenigde cijfers is zooveel mogelijk –
cl.e werkelijke productie van
nieuwe rubber
opge-
geven en slechts, indien -dit niet mogelijk was, zijn
uitvoercijfer-s gebruikt.
Productie van rubber in tonnen van
2.240
lbs.
(1.016 KG-.).
1931 1930 1929 1928
.lalakka ……………
434.857 445.900 449.600 297.500
Ned..Tnclië …………..
251.182 240.210 258.733 228.832
Ceylon ……………..
61.500
75.500
80.500
56.000
ilritsch-Indië ………..
8.472
10.782
11.720
10.795
13r. N.-l3orneo ………..
6.247
7.115
7.381:
6.799
Serawak ……………
10.451
10.310
11.313
10.750
Siam ……………….
2.963
3.900
2.900
2.700 Frrtnsch-Indo-China
11.714 10.289 1.0.934
9.638.
Andere plantage rubber .
3.03-7
2.100
5.100
4.300
Totaal plantag rubber
.
.
.
790.423 806.106 838.181 627.134
13razilië
…………….
13.320
17.137
22.598
24.556 Andere wilde rubber
2.575
3.770
5.015
4.950
Toual wilde rubber …..
15.895 20.907 27.613 29.506
Totaal Generaal ………
806.318 827.013 865.794 656.820
Aanplant in
H.A.
Jaar Ondernemingen Bevolking
1931
582278
1930
573.014
1929
547.556
Onbekend
1928
525.846
1927
485.473
J)
Alleen hevearubber. –
896
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
9
November
1932
De resultaten
van het landbouwbedrijf over het
OVERZICHT VAN DE
INDISCHE
MIDDELEN.
boekjaar
1931/1932.
(In
Guldens).
R
e c t
i
f
i
c a t
i
e. In dit artikeltje, opgenomen in
Ie zeven
1
juii
Ie zeven
het nummer van 26 October ji., schreef ik, dat de
Omschrijving
1
1932
mnd.
1932
mnd.
1931
Belastingen.
Indexcijfers voor den Landbouw opgesteld en gepu-
bliceerd worden door het Centraal Bureau voor de
Pachten ……………..
5
56 68
Statistiek.
.
Invoerr.
mci.
Landsgoed.
4.017
27.162
33.331
Deze mededeeling berust op een vergissing; de be-
Uitvoerr.
mcl.
Landsgoed.
150
1.704
2.703
doelde Indexcijfers zijn afkomstig van de Directie
Accijns op gedistilleerd ..
31
515
475
van den Landbouw.
M.
petroleum
.
…
–
2.651
–
18.352
–
17.170
lucifers
.-
353 2.971
4.246
tabak
9
52
44
Andere outv. 1. U. en A
17
110.
136
MAANDCIJFERS.
Statistiekrecht
170
1.426
2.063
Personeele belasting
342
2.621
2.514
POSTOEEQHE EN GIRODEENST.
Inkomstenbelasting
4.104
22.981
23.564
(In duizenden guldens).
Vennootschapsbelasting..
1.222
5.877 7.691
,,
,,
bier…………
Vermogensbelasting
….
Recht van openb. verkoop
–
1.667
566
–
6.962
2.103
–
9.396
2.038
Augustus 1932
1
Augustus 1931
Aantal
Bedrag
Aantal
Bedrag
1.182
5.264
5.801
Zegelrecht
Overschr. van vaste goed
177
1.300 1.405
Nieuwe rekeningen.
1.608
–
1.360
–
Recht v. succ. en overgang
18
307
167
Rekeningen op ultO.
197.256
–
178.245
–
Vergunning speeltafels
3
53
51
Bijschrijvingen …. 2.387.031
448.547
2.197.585
462.504
Slachtbelastingen
487 3.325
3.594
……………
Bijzondere bel. buitengew.
6
53 73
b.
Overschrijvingen.
Roof dgeld ……………
8
37 38
van and. rek.’) 1.475.373
323.062
1.291.594
329.164
Landelijke inkomsten
3.197 12.578
15.070
van
Ned. Bank.
109
29.338
95
29.911
Belasting op loterijen
108
414
517
c: And. onderwerpen
–
72
–
54.
Motorbelastingi.d.B.Gew
15 21
-.
Afschrijvingen •… 1.617.912
452.983
1.432.759
467.465
Opgeheven belastingen
35 97
181
Stortingen ………911.549
96.075
905.896
103.375
Verponding ………….
Crisisheffing o. h. inkomen
1.159
3.338
–
Overschrijvingen
.
Totaal
119.679
132.336
op andere rek.
2
)
1.284.558
323.062
1.126.230
329.164
Monopolies.
a. Cheques ………..317.972
77.212
294.701
77.770
naar Ned. Bank
818
52.634
924
60.458
Opium exel. opiumfabriek
1.437
10.640 15.597
o.
And, onderwerpen
14.564
75
10.904
73
1.106
10.638
13.272
Tegoed op uJtO
155.551
–
119.522
1.159
8.366
8.362
Beleggingen
……..-
104.819
–
Totaal
3.702
29.644
37.231.
Hierin begrepen
overschrijvingen uit het buitenland
Pt’odncten.
3.475 met
‘f
580 Aug. 1932 en 3.485 met
f 587 Aug. 1931.
56
179
584
Idem naar het buitenland 27.894 met
f
2.470 Aug. 1932
Pandhuizen
…………..
Zout …………………
Landscaoutchoucbedrjf
80
753
1.338
en 23.371 met
f
2.729 Aug. 1931.
1.023 5.197
7.364
Kina en Thee …………
Gud en zilver
– –
539
Boschwezen …………..
607
6.014
14.928
444
4.171
6.505
Totaal
2.2fö”
16.314 31.258
OVERZICHT DER OPBRENGSTEN VAN HET
.
Bedrijven.
STAATSBEDRIJF DER P.T.T.
.
3.056 9.448
9.314
841
2.088
1.715
SEPTEMBER 1932.
Waterkracht en Eiectricit
276
1.725 1.328
Landsdrukkerj
76
676
403
Werkelijke
1
Meer of minder dan
.
Steenkolen ……………
Post-,Telegr.-en Tel.dienst
2.076 15.221
17.215
Omschrijving
opbrengst
1
Banka-tin …………….
Havenwezen …………..
Spoor- en Tramwegen
4.520
27.020
33.794
Sept. 1932
J
Sept. 1931
Begrooting
Baggerdienst
.
………..
Totaal ….
0.845
56.173 63.769
f
3.155.617
–
f
3
lI.
4
l?
f362.283
Diverse middelen.
Winstaandeel
,Billiton”
–
–
2.000
,,
411.198
–
,,
80.516
–
,,
51.982
WinstaandeelJav.Bank
–
–
1.441
Posterijen
…….
Telegrafie
…….
,, 2.007.578
–
,,
47.082
–
,, 136.452
.
Afstand van grond
129
1.941
2.204
Telefonie ………
Postchèque- en
.
.
48
356
587
Girodienst
…….
,
407.747
+
,,
42.676
+
,, 148.347
Mijneoncessies …………
Boeten en verbeurdverkl
Leges en salarissen
93
37
634
270
847
257.
Totalen…..
f
5.982.140
–
f
396
.
339
f4O’2.370
Heffing terzake van gesi.
werkovereenkomsten
12.
89
140
Opbrengst d. Weeskamers
52
474
457
GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM.
5
.
72
206 213
Ontv. Gevangeniswezen
Afkoop heerendienst. B.G.
288 383
‘2
.086
2.202 3.242
2.858 8.145 3.228
Sept. 1932
Sept. 1931
1
Giro’8
(eenzijdige ver-
In
1
Aantal
II
In
Aantal
millioeneni
ilmillioenenl
Ontv.grooteziekeninricht.
78
525
651
melding)
_______ _______ ._______
en krankz.-gestichten
Girobetalingen aan:
IJk van matén en gew
78
377
364
gemeenteinstellingen
f
13.3
37.870
f
16.5
35.799
Verk. en verh. van huizen
115
1.183 1.362
particulieren
..
.
.-
20.5
152.429
23.4
143.011
Schoolgelden ………….
Ontv. waterleidingen
47
289
284
Oeldomzet.
185
1.369
1.498
Kadaster
……………27
218
1.614
1.717
Bakengelden ………….
Loodsgelden …………..
891
2.011
2.233
3.2″
18.868
25.486
Ontvangsten
……..,,
4.9
7.475
5.4
7.734
Part.rekeninghouders
,,
34.-‘
48.038
2
32-
1
45.9202
Allerlei ………………
Totaal Betalingen
………..,,
8.3
37.716
11.4
36.639
Gelden voor ijaar vast
Recapitulatie.
hebben gedeponeerd
9.8
4.413
2
,
9.8
4.3632
21.699 119.679 132.336
.1)
Gemiddeld saldo te goed. ‘) Einde der maand.
monopolies
3.702
29.644
37.231
.
0.845
16.314 31.258
Totaal belastingen ……..
bedrijven
……..
56.173 63.769
producten ………2.210
dherse middelen..
3.253
..
18.868
25.486
41.709
240.678
290.080
Totaal generaal.:..
9 November 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
897
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
GELDKOERSEN.
N.B.
”
beteekent: Cijfers nog niet ontvangën.
BANKDISCONTO’S.
Disc. Wissels.
2419 Apr.’32
Ned
Be1.Binn.Eff;
Lissabon
….
64
.
Apr.’32
Bk
~Vrsch.
3
19Apr.’32
Londen ……
2
30Juni’32
in R.C.
3
19Apr.’32
Madrid ……
64
8J2tli’81
Athene
……
…..
10
8Aug.’32 N.-YorkF.R.B.2423Juni’32
Batavia ……….
4410 Mrt.’30
Oslo
……..
4
1 Bpt. ’82
Belgrado
…….
7420 Juli’31 Parijs
……
24
9
Oct.’31
Berlijn
……….
4 22 Bept.’32
Praag
……
4426
Spt. ’32
Boekarest……..
7
3 Mrt.’32
Pretoria
.
..6
132Vov.’31
Brussel ……….
3313
Jan.’32
Rome……..
5
2 Mei ’32
Budapest ……..
4317 Oct.’32
Stockholm
..34
1 Spt.’32
Calcutta
……..
4
7Juli’32
Tokio
. .
.4.38
17
Aug.’32
Dantzig
……..
4
12Juli’32
Weenen ……
6
23 Aug.’32
Helsingiors ……
6419 Apr.’32
Warschau ….
6
20 Oct.
1
32
Kopenhagen
….
312
Oct.
‘321
Zwits. Nat. Bk. 2
22Jan.
1
31
OPEN MARKT.
1932
1931
5 No
V
31 Oct.!
24129
17122
2.7
H
3F13
H
j-
li
5Nov.
Oct.
Oct.
Nov.
Amsterdam
Partic.disc.
114-I2
i14_113
114_113
2(4_i(
2-
7
1,
1 ‘!e!ie
31(_3(
Prolong.
1
1 1 1
2-
1
12
1
!4/2
2
1
14-14
t.onden
Dageld.
..
‘!-1
1I
4
-1
14-I
1
131
11
4_5
1
1
I4-2
1
11
1
3
14-2
Partic.disc.
1l/fl_3J4
1114131′
3147f 8
‘!e’-ijie
51
2I4
2
1
116-
3
1,6
411
4
..31
4
BerIij
,,
Daggeld…
4I8-5
1
12
4’8-51, 4
1
18
–
5
1
12
4
1
18-5
1
14
8-91’4
5
1
14-713
–
Maand8eld
4’17-5′!a
4
1
125
1
12
4ij2-5ij2
4
1
85
1
(2
8-10
–
–
Part, disc.
3l,
3119
371
37(
8
4!4
–
!8
21/97(3
Waren-
wechsel.
4-14 411
4
4114
4
-1
14
812
511_31
–
t’lew
York
DageId
1)
1.11
4
1
–
‘/4
1_114
1114
2
1
12
–
3
14
.
2-
1
1
1
3
/4-2Ij
Partic.disc.
51
518
i/
b(
4_1j3
2
–
i)
Koers van 4 Nov. en daaraan voorafgaande weken tlm. Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.
Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York)
*)
) ) )
1)
1 Nov. 1932
2.48%
8.17%
59.03
9.764
34.57
100
2
,,
1932
2.4851
8
8.27
59.01
.
9.764
34.59
100
3
,,
1932
9.4851
1
,
8.17%
59.-
9.764
34.59
995
4
,,
1932
2.4871
1
,
8.18
59.00. 9.764
34.61
99s1,
5
,,
1932
2.489/,
8.20
58.97
9.761
34.61
oi
7
,,
1932
2.48h
8.22%
58.97
9.764
34.60
99
Laagste
d.wi)
2.4820
8.16
58.92J1
9.76
34.55
99
1
Floogste d.w’)
2.4885
8.2714
59.074 9.774
34.65
1001,
31 Oct.
1932
2.487/.
8.17%
59.0t4
9.764
34.574
100%
24 Oct.
1932
2.481/, 8.28
112.1071
59.01
9.77
34.564
100%
Muutpariteit
2.4878
59.263 9.747
34.592
100
ata
ZiIt
_
ser and
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid
‘)
1)
rest
1)
*49
4*)
1 Nov. 1932
47.94
–
7.37
1.474 12.74
20.374
2
,,
1932
47.94
–
7.37
1.474
12.734 20.37
3
,,
1932
47.94
–
7.374
1.474
12.73
20.324
4
,,
1932
47.93%
–
7.374
1.474
12.724 20.324
5
,,
1932
47.92%
_:_
7.38
1.474
–
–
–
7
,,
1932
47.92%
–
7.373
1.484
12.724 20.324
Laagste d.w’)
47.87%
35.20
35.25
7.34
1
1.424
19.674 20.20
Hoogste d.wl)
47.97%
7.40
1.524
12.774 20.50
31 Oct.
1932
47.95
–
7.374
–
12.733 20.40
24 Oct.
1932
47.98%
–
7.374
1.474
12.70
20.35
Muntpariteit
48.1%
35.007
7.37
1
1.488
13.094 48.52
1) a a
Stock-
holm *)
Kopen-
hagen4)
Oslo
1-fel-
Buenos-
1
Aires’)
Mon-
treal’)
fors”)
1 Nov. 1932
42.80
42.60
41.70
3.55
62
2.24%
2
1932
43.25 43.10 42.10
3.60
62
2.26
3
1932
43.05
42.70
41.75
3.624
85
2.24
4
1932
43.20
42.70 41.70 3.60
65
2.23
5
1932
43.40
42.85
41.80 3.574
65
2.22
7
1932
43.45 42.90
41.95
3.57h
65
2.19
Laagste d.ws)
42.50 42.20
41._..
3.50
62
2.17
Hoogste d.wi)
43.80 43.50
42.75
3.70
65
2.27%
31 Oct.
1932
42.85 42.70 41.70
3.55
61
2.24′ 24 Oct.
1932
43.15
43.20
42.10
3.64
65
2.30
Muntpariteit
66.671
66.671
66.871
6.286
953%
2.4878
4)
Noteering te Amsterdam.
*4)
Not, te Rotterdam. ‘) Part. opgaye.
In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
Da a
Londen
($
per)
Parijs
($
P.
lOOfr.)
Berlijn
($ p. 100 Mk.)
Amsterdam
1
($
p. 100 gld.)
1
Nov.
1932
3,309,,,
3,9271
9
23,74
40,23%
2
1932
3,315,,
3,93%
23,74% 40,24
3
»
1932 3,29%
3,93%
23,75%
40,25
4
1932
3,29911,
,93’18
23,75%
40,25
5
1932
3,30s1
1
,
3,9215
1
23,74% 40,24
7
1932
3,31i,,
3,921,
23,73
40,1934
9
Nov.
1931
3,81%
3,93′
8
23,65
40,31%
Muntpariteit
4,86
3,90518
23.81%
4011,,
KOERSEN TE LONDEN.
Plaatsen en
Landen
NoteeringsJ
22
Oct.
eenheden
1932
1
29
Oct.
1932
1
31
Oct.15
Noy.
‘321
1
LaagstelHoogstel
5
Nov.
1932
Alexandr86.. Piast.
p. £
9734
9734
97’1
8
97.,
9731
572%
560 590
580
Bangkok…. Sh.p.tical IIIO
T
s
w
1110,
1
1
10
TlT
1110T,
1110
Budapest
…
Pen.p.
20
19
18
20
19
Athene ……Dr. p.0
570
Buenos Aires
d. p.$
41%
4354
42% 42% 42%
Calcutta .
…
Sh. p. rup. 116
11
1
84
1/611/44
1
/
65
/32
1
,6
3
1
16
116
11
1
84
Constantin.. Piast.p.g
700
680
680 685
680
Hongkong
..
Sb. p.
$
1141
16
114
9
1
t6
11411
8
11471
8
1/4
19
1
Kobe
…….Sh. p. yen
11471,
0
1/4
113
1,351
8
1,3%
Lissabon…. Escu.p.0
110
108%
108
110
109
Mexico
….
$per
10.75
10.50
10.20 10.75
10.45
Montevideo
.
d.per
30
30
28
32 30
Montreal
. . .
$
per £
3.67
3.63
3.62
1
1
2
3 70 3.69
Rio d.Janeiro d. per Mil.
5%
5%
5%
5%
5%
Shanghai
. . .
Sh. p. tael
119
9
1
32
1
1
925
132
1198
1/10
1/98%
Singapore
. .
id. p.
$
21371,
21311,
2/3%
214
2/371,
Valparaiso
1).
$ per
£
– –
–
–
–
Warschau
..
Zl.
p. £
3051,
6
29′,,
29
29%
29s,,
1
)90
dg.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS’)
Londeni) N.Yorkl) Londe,,
1
Nov.
1932..
18s1,,
2711,
1
Nov.
1932….
125154
2
1932.
.
1871,,
27
2
,,
1932..
..
125154
3
1932..
18t,
27
3
,,
1932….
12514
4
1932..
1871
8
27
4
,,
1932.
…
125164
5
1932..
18y,
27
5
,,
1932….
12513
7
,,
1932..
18 y
4
2751,
7
1932….
124194
9 Nov. 1931..
2111
6
35%
9′ Nov. 1931….
10913
27 Juli
1914..
24’5,
6
59 27
Juli
1914….
84110%
1) in
pence
p.oz.stand.
2)
Foreignsilver in $c. p.oz. fine.
3)
in sh. p.oi.fine
STAND VAN
‘
8
RIJKS KAS
Vorderingen.
1
22 Oct.
1932
1
31 Oct.
1932
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne-
f
70.463.079,85
/ 55.937.275,65
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
.
1.026.579,31
309.356,60
Voorschotten op uIt. September’32 aan
derlandsche
Bank………………..
de gem. verst, op v. haar d. de Rijks- adm. te heffen gem. ink. bel: en opc.
op de Rijksink. bel
…………….
..
3.735.665,06
,,
3.735.665,06
Voorschotten op uit. September’
32
aan
de gem. verstr. op aan haar uit te
keeren hoofds. der pers. bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der gem.
fondsbel., alsmede opc. op die belas-
tingen en op de vermogensbelasting
…..
–
–
Voorschotten aan Ned.-lndië
………
197.535.617,47
,,
200.0l4.53l,56
Id.
aan
Suriname …………………
13.125.545,82
13.171.176,82
Id.
aan
Curaçao
…………….
………
…7.577.948,29
7.596.169,29
Kasvord. weg. creçlietverst. alh. buiteni
…..
,,
108.483.860,30
107.837.682,58
Saldo der postrek. v.
Rijkscomptabelen
,,
24.934.548,85
,,
23.673.126,43
Vord.
Alg. Burg. Pensioenfonds’)
ophef
–
l5.320-.797,l7
–
,,
15.160.797,17
Id. op andere Staatsbedrijven
1)
………
Verstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan gemeenten (saldo)……
50.619.846,90
,,
48.299.846,90
Verolichtingen.
Voorschot door de Ned. Bank ing. art.
16 van haar octrooi verstrekt
–
–
Schuld a/d Bank v. Ned. Gemeenten
–
–
f315.882.000,-
/315.882.000,-
Schatkistpromessen in Omloop …….
171.240.060,-
1
,171.240.000,-
Zilverbons in
omloop …….
……..
1.689.989,50
,,
1.686.096,-
Schuld op ultimo September’32 aan de
Schatkistbiljetten
in
Omloop ………
..
gemeenten
enz.
………………..
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.l) …
3.163.158,82
,,
3.163.158,82
…..
,,
11.935 713,13
,,
12.052.694,38
Id. aan het Staatsbedrijfd.P.,T.enT.l)
….
,,
72.375.165,14
..
72.446.560,50
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)
……….
335.296,21
,,
320.296,21
Id. aan
diverse
instellingen
i
) ………..
2.677.947,16
,,
2.692.522,52
1)
In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
1
29Oct.
1932
1
5Nov. 1932
Vorderingen:
Betaalmiddelen in ‘s Lands kas
– –
waaronder Muntbiljetten ………..
– –
Saldo }avasche Bank
……………..
…..
t
5.486.000,
–
/
2.361.000,-
Verplichtingen:
Voorschot ‘s Rijks kas e. a. Rijksinsteli.
,,
206.903.000,-
,,220,426.000,-
Schatkistpromessen ………………
3.925.000,
–
3250.000,-
Schatkistbiljetten
……
…………
7.265.000,-
.
,,
7.265.000,-
…2.037.000,-
,,
2.035.000,-
Muntbiljetten in omloop .
………. ….
Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.,,
…
493.000,
–
488.000,
–
.
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank.
,,
401.000,-
,,
323.000,
–
Voorschot van de lavasche Bank
–
–
898
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
9 November 1932
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 7 November 1932.
Activa.
Binnenl.Wis-jfifdbk.
f
3.325.521,70
ae1s,P
r
or
n
., Bijbnk.
184.979,35
enz.in
disc.Ag.sch.
6.341.612,29
37.852.113,34
Papier o. h. Buiteni. linto ……
Idem eigen portef. .
f
7 1.335.835,-
Af :Verkochtmaar voor de bk.nog niet afgel.
‘
–
,,
71.335.835,-
Beleeningen nfdbk.f 23.260.559,89
mcl. vrsch.
Bijbnk.
5.760.286,81
in rek..crt.
Ag.sch.
45;067.612 87
op onderp
–
74.088.459,57
Op Effecten ……
7.978.650,51 OpGoedereneuSpec.
,,
1.109.809,06
74.088.459,57
Voorschotten a. h. Rijk ……………. ..
–
Munt en Muutmateriaal
Munt, Goud ……
f
100.695.945,-
Muutujat., Goud ..
,,
934.312.760,64
f1.035.008.7O5
Munt, Zilver, enz..
,,
18.557.274,04
Muntinat., Zilver. .
,,
–
11
1.053.565.979,68
1
)
Belegging
11
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds …………………… ..
20.126.815,81
Gebouwen en Meub. der Bank …….. ..5.000.000,_
Diverse rekeningen ………………
,,
14.721.465,93
Staatd. Nederl. (Wetv.27/5/ 32,S. No. 221)
,,
19.331.195,1 7
Passiva
f
1.296.021.864,5
.
–
Kapitaal ………………………..
f
20.000.000,-
‘Reservefonds ……
,,
3.000.000,-
Bijzondere reserve ………………
,,
5.000.000,-
Pensioenfonds ………………….
,,
8.213.178,51
Bankbiljetten in omloop …………..
,,
984.285.440,-
Bankassignatiën in omloop ………. ..
21.569,19
Rek.-Cour.
5
Het Rijk ( 2.181.602,98
saldo’s: Anderen
270.588.035,08
,,
272.769.638,06
Diverse rekeningen ……………….
,,
2.732.038,74
f
1.296.021.864,50
Beschikbaar nietaalsaldo ………….
f
550.216.479,52
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is.
,,
1.375.541.195,-
Waarvan iii het buitenland
f
5.520.302,58.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
0
Goud
Andere Beschikb. Dek-
Data
• Circulatie opeischb. Metaal- kings
Munt
1
Muntmat.
schulden saldo’)
1
perc.
7 Nov. ’32 100696 934.313 984.285 272.791 550.216 84
31 Oct. ’32 100696 934.181 1002.603 264.875 546.353 83
24
’32 100695 934.181
965.223 295.951 549.260 83
17
’32 100695 934.202 976.887 284.093 548.676 83
10
’32 100695 934.142 990.835 270.145 547.812 83
3
’32 100693 934.014 1014.286 254.778 543.947 83
9 Nov. ’31 94.692769.709 1058.273 205.681 386.650 70
25 Juli ’14 65.703 96.410
310.437
6.198 . 43.521
54
Data
–
£
.!LUUI
bedrag disconto’s
..,c,,uc,,Lag-
promessen
rechtstreeks
nien ee-
g n
ruper
op het
buitenl.
IJLve,ôe
reke-
ningen
2
)
7 Nov. 1932
37.852
–
74.088 71.336
14.721
31
Oct.
1932
39.744
–
82.114
71.336 14.744
24
1932
40.318
–
75.503
71.336
14.478
17
1932
41.871
–
74.982 71.336
14.285
30
,,
1932
41.380
–
80.942
71.336
17.581
3
1932
40.497
–
78.673
71.336
14.456
9 Nov. 1931
132.748
–
112.806
81.549
60.647
25 Juli
1914
67.947
–
61.686 20.188
509
1)
Sedert den
bankstaat
van
4
Jan. 1929
op de
basis van
2
1
metaal-
dekking.
2
Onder
de activa.
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens
Data
Metaal
Cl
„._
latie
Andere
opeischb.
schulden
Discont.
Dia. reke-
ningeni)
S
Oct.
1932..
869
1.181
523
808
2.356
1
,,
1932..
8s9
1.330 472
829
9.355
24 Sept.
1932..
92
1.035 673
832
0
2.328
17
1932..
82
1.081
0
509 837
2.338
10 Oct.
1931.
t
900
1.243
690 1.020 354
5
Juli
19]4…
645 1.100 560
735
396
‘) Sluitp. der activa.
JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
kencijfersderlaatstewekenzijntelegrafisch ontvangen.
Andere
1
Beschikb.
Data
Goud
Zilver
Circulatie opeischb. metaal-
schuldën
saldo
5Nov.1932
148.440
216.250
1
28.700
50.460
29Oct. 1932
151.000
213.720
1
33.400 52.152
22
,,
1932
150.250
214.790
1
31.830
51.602
8Oct. 1932
103.625
1
*44.945
222.034
28.189
48.480
1
,,
1932 103.622
1
45.510
217.430
29.992
50.163
4Sept.1932
103.632
1
45.167
216.228
32.661
49.245
17
,,
1932
103.633
1
44.967
218.932
31.296
48.509
7Nov.1931
132.113
44.587
242.334
26.073
69.337
8
1930
138.783
34.150
263.044
41.534
51.102
25
Juli19141
2
2.057 31.907
110.172
12.634
4.842
W’Zs.
1
‘
Diverse
1
Dk
Data
buiten
1
Dis-
Belee-
reke-
kin ga
______________
N.-lnd.
betaalb.
1
conto’s
ningen
ningen’)
1
percen-
tage
5ov.1932
1
18.500
58.480
32.930
51
290ct. 1932
18.750
59.060
31.630
61
22
,,
1932
19.030
59.670
30.990
61
8Oct. 1932
19.198 ‘926[
40.76
29.676
60
1
,,
1932
17.878
9.292
40.428
31.083
60
24Sept.1932
17.750
9.413
39.440
30.154
60
17
,,
1932
17.730
9.540
39.821
29.584
62
7Nov.1931
3.532
8.938
43.042
33.206
66
8
,,
1930
30.766
9.185
46.452
40.627
57
25Juli1914
1
6.395
7.259
75.541
2.228
44
t)
Sluitpost activa.
BANK VAN ENGELAND.
Voornaamsteposteninduizendenpandensterling.
Ban kbllj. Ban kbilj.
OtherScu rit
Data
Metaal
in
in Banking Disc.and
circulatie Deoartm.
1
Advances ecur
2 Nov. 1932 140.460 361.472
52.950
11.954
17.536
26 Oct. 1932 140.441 358.431
55.992
11.597
18.134
19
,,
1932 140.416 359.218
55.204
11.606
20.048
12
,,
1932 140.396 361.414
53.008
11.644
17.725
5
1932 140.401 362.521
51.900
11.676
17.387
28 Sept. 1932 140.397 359.784
54.637
12.069
18.072
4 Nov. 1931 121.909 358.857
36.833
10.751
32.090
22 Juli 1914
40.164
29.317
33.633
Data
,flfle,L.JepuatLa
Si
Dek-
Gov.
Public 1
Other Reserve
1
kings-
Sec.
Depos. Bankers Accounti
1 perc.
1)
2
Nov.
’32
78.813 7.019
102.672
34.898 53.988
375,
26 Oct. ’32
66 998
25.426
77.336
33.588 57.010
41it1
19
,,
’32 66.238
30.751
71.934
33.741
56.198
41
3
1
12
,,
’32
68.108
15.032
83.534
35.236
53.982
4051
1
,
5
,,
’32
67.708
11.689
85.690
34.633
52.880
40
28 Sept.’32
69.918 23.418 80.626
33.397
55.613
40
13
/
4Nov. ’31
57.826
19.877
60.936
40.209
38.052
31
13
1
22Juli
1
14
11.005
14.736
42.185
29.297
52
i)
Verhouding
tusschen
Reserve
en Deposits.
BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten ri millioenen franes
Data
Goud Zilver
Tegoed
in het
w
–
f
Waart’.
op
het
B
1
e ee-
Renteloos
voorschot
buttenl.1
sea
buitenl.
ningen
ad. Staat
28 Oct.’32
82.909
1.275 2.981
5.639
2.0021
2.764
3.200
21
,,
’32
82.677
1.260
2.910
5.095 2.077
2.761
3.200
14
“32
82.651 1.250
2.910
5.017 2.082
2.754
3.200
7
,,
’32
82.844
1.245
2.900
4.891
2.083
2.780
3.200
30 Oct.’31
64.648
931
14.857
21.553
12.744
2.712
3.200
23 Juli’141
4.104 640
–
1.541
8
1
769
_
–
Bonsv.d.1
D
Rekg. Courant
Data
zelfst.
amort. k.
s’5ff
Circulatie
Staat
Zelfst.
Parti.
amort.k.culieren
28 Oct.’32
6.621
2.364 82.205
2.430
2.123
21.229
21
’32
6.621
2.183 80.549
632 2.261
23.482
14
’32
6.621
2.109
81.101 324
2.643
22.654
7
’32
6.621
2.224 81.778
406
2.489 21.999
30 Oct.’31
5.065
2.372 83.639
1.580
6.647
22.954
23Juli’14
–
–
5.912
401
–
93
t
)
Sluitpost activa.
9 November 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
89
DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichemark.
–
TDaarvan’ezen
Andere
Data
Goud
bij bui-
s goud-
wisselsBelee-
rd
ten!.circ.ekking
en
ninge
banken
1
)
eldende
cheques
31 Oct.
1932
817,3
61,3
123,0
2.857,1
19.7,8
23
,,
1932
796,8 63,4
137,2
2.616,9
85,0
15
,,
1932
796,8
63,4
135,2
2.747,9
92,1
7
,,
1932
796,4
63,4
134,8
2.909,6
101,5
30 Sept. 1932
796,3
63,4
32,9
2.991,4 242,0
31 Oct.
1931
1.444,5
87,3
130,7
4.009,5
239,5
30
Juli
1914
1.356,9
–
–
750,9
50,2
Data
1
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.- Diverse
1
ten
1 Activa
2
)
latie
‘Crt.
Passiva
31 Oct.
1932
362,3 794,5
3.620,0
389,5
777,1
23
,,
1932
362,2 807,9
3.414,0
376,9
7500
15
,,
1932
362,2
812,7
3.519,0
366,9
744,1
7
,,
1932
362,2
820,1
3.618,3
412,2
741,8
30 Sept. 1932
362,4
790,2 3.754,6 450,6
730,5
31 Oct.
1931
102,9
898,1
4.745,9
518,1
838,4
30 Juli
1914
330.8
200,4
1,890.9
944,_
40,0
2)
Onbelast.
2)
Wo. Rentenbankscheine
31,23,
15,
7
Oct, 30
Sept.
’32
en 31
Oct.
’31
resp. 20;
33;
26; 27; 15; Ii
miii.
NATIONALE BANK VAN BELGIË.
‘ooi’naamste posten in
in
11 ioenen i3elgas.
Data
Goud
.
..S
.
Rekg. Cr1.
1932
o’o 0
(3
,
3Nov.
2613
64
681
64
367
40
3.659
49
110
27
Oct.
2611
64
683
50
367
40
3.637
16
152
20
2610
63
692
54
367
40
3.634
6
177
13
2609
63
719
55
367
40
.3.665
6
173
6
,,
2595
63
693
61
367
40
3.681
2
127
5Nov.1)
2558
29
920
67
290
40
3.606
48
219
1)
1931.
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste posten in millioenen dollars.
Goudvoorraad
Wettig
Wissels
Data betaal-
middel
Totaal
Dekking
In her-
disc. v. d.
In de
open
bedrag
.
F. R.
Notes
Zilver
etc.
member
markt
banks
gekocht
19Oct.’32
2.955,6
2.259,4
196,5
313,5 33,6
12
,,
’32 2.932,0
2.245,7
192,1
327,7
33,3
5
,,
’32
2.912,5
2.229,4
196,9
333,4
33,3
28Sept.’32
2.878,6
2.215,1
205,9
339,6 33,6
21
,,
’32
2.864,7
.199,3
202,1
359,0 33,7
14
,,
’32
2.832,6
2.187,2
202,2 401,9
33.7
21 Oct. ‘311
2.764,1
1
1.606,0
1
163,3
1
698,3
1
769,1
Data
Belegd
in U. S.
otaai
Ge tort
t
Goud-
Dek-
1
Algem.
Dek-
Gov.Sec.
in circa-
latie
S!
Kajitaalt
kings_
I
perc.l)
kings-
t
perc.
2)
19 Oct. ’32
1.851,0
2.717,4
2.391,8
153,0
57,8
61,7
12
,,
’32
1.850,9
2.737,8
2.357,1
153,0
57,5
61,3
5
,,
’32
1.851,3
2.744,9 2.345,0
153,0
57,2
61,1
28Sept.’32
1.853,7
2.721,0
2.353,1
153,0
56,7
60,8
21
,,
’32
1.851,5
2.759,1
2.31 5,1
153,0
56,4 60,4
14
,,
’32
1.850,9
2.789,1
2.298,6
153,1
55,6 59,6
21
Oct.
‘311
727,0
2.383,4 2.507,3
164,7
56,5 59,9
1)
Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opeischbare
schulden:
F.
R.
Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
2’oorraa
d muntinateriaal en wettig betaalmiddel
tegenover idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ IIET FED. RES. STELSEL.
7
00rnaamste posten in millioeneu dollars.
Data
1
Aantal
1
banken
TDis-
conto’s
en
beleen.
10.634
t
Beleg-
1
gingen
1
R’Trvei
hij de
F. R.
~_
banks
1
Totaal
depo-
sito’s
1
17.519
1
deposits
Waarvac
1
time
1
1
5
660
12Oct.’32
107
8.347
1.799
5
,,
’32
107
10.637
8.245
1.828
17.445
5.644
28sept.’32
101
10.706
8.201
1.831
17.477
1
5.640
21
,,
’32
113
10.729
8.201
1.767
17.330
1
5.627
14
’32
148
10.766
7.790
1.810
.16.989
1
5.60
14Oct. ’31
414
13.680
7.821
1.680 19.405
6.536
GOEDERENHANDEL.
GRANEN.
8
November 1932.
J)c
aanvoeren van t a r w e aan de bin’nenlandsche mark.
ten
in dc Ver. Staten en in Canada zijn iir omvang ver-
iliinder(l
en het aanbod was dientengevolge minder dein.
gend. De koersen konden aan de termijnmarkten te Chicago
en te Winnipeg verbeteren, nadat zij in de eerste helft der
week nog verder waren gedaald. Te-Chicago
–
werkten tot de
verbeterde stemming de berichten over cle wi’utertarwe
mede. Het droge weer heeft tien uitzaai belemmerd en den
groei van het gezaaide tegengehouden; Wel is in verschil
lende streken regen gevallen, doch klachten over droogte
worden nog steeds gehoord. Een vermindering in dc he-
bouwde oppervlakte wordt algemeen voorspeld, zelfs wordt
een schatting gehoord van de.bebouw-de oppervlakte van
374 millioen acres tegen 41 millioen
iii
het vorige jaar.
Ook meent men, dat de wintertarwe door dc droogte niet
in goede conditie den winter in zal gaan. Dan wordt nog voorspeld, dat spoedig een kleinere schatting van dc op-brengst der zomertarwe te verwachten is, wat ook tot (le
betere stemming in Chicago meewerkte, evenals eene ver-
lietering der fondsenmarkt. Van meer belang dan de prijzen
in Chicago zijn voor den Enropeeschen kooper die in Win-
nipeg, omdat tarwe in de Vereenigde Staten niet op export-
pariteit staat. Het schijnt dat Canada vSôr de sluiting der
scheepvaart -op cle meren en in Montreal zooveel mogelijk
tarwe wil exportecrea en het aanbod blijft dringend. Dc
prijzen hebben de verbetering te Winnipeg niet geheel ge-
volgd door de flauwe stemming
,
van den Canadeeschen Dol-mr, the gedurende de laatste week vrij -belangrijk is gedaald.
liet weer in Canada werd gunstiger voor het afdorschen
in het Noorden, doch men meent, dlat er een flink gedeelte
der tarwe vochtig moet zijn. In Engeland zal aan Canadee. sche tarwe een voorkeur van 2 shilling per quarter worden
gegeven door op niet Britsche tarwe een invoeirecht
te
heffen van die hoogte. Deze voorkeur geldt echter niet voor
uit havens der Vereenigde Staten uitgevoerde
Caiïadeesche
tarwe, zoodat in den winter -de ijsvrije Canadeesche havens
gebruikt zullen moeten worden, waarhee de vervoerkosten
hooger zijn dan naar die in dc Vereenigde Staten. In ver-
band met het voorkeurstarief koopt men in Engeland op.
het oogenblik niet gaarne andere dan Britsche tarwe en
voor Argentijnsche soorten bestaat weinig belangstelling,
niettegenstaande -deze goedkoop worden aangeboden. De
vooruitzichten in Argentinië blijven gunstig, hoewel nog
steeds over schade door sprinkhanen wordt gesproken. De
met tarwe bebouwde oppervlakte wordt in Argentinië ge.
schat op 19.782.000 acres tegen 17.288.000 acres in het
vorige jaar. Argentijnsche afladers zijn dringend met niet!-
we tarwe aan cle markt en verschillende zaken kwamen
naar het continent tot stand. Tegen het einde der week ver-
beterden cle prijzen weder. Ook uit Australië blijven cle be-
richten gunstig luiden en het binnenhalen van den oogst
is ouder gunstige omstandigheden begonneil. Nieuwe oogst
Australisebe tarwe wordt ruimschoots aangebodn tot in
den loop der week langzaam terugloopende prijzen. Gere-
geld komen daarin zaken tot stand, he’t verre Oosten kocht
op somige dagen groote hoeveelheden ter verlading in De.
eember en de eerste maanden van het volgende jaar. Het
aanbod van oude oogst Anstralische tarwe in stoomende en
ladende booten is beperkt en deze zijn prijshoudend. In
Rusland is betere voortgang met den uitzaai van winter.
tarwe gemaakt kunnen worden. In Roemenië is dit ook het
geval in het Noorden doch in het Zuiden is nog achter-
sta
12(1.
Het Landbouwinstituut te Rome heeft berekend, dat
op 1 Augustus 1932 nog een voorraad onde tarwe in expo’r-
teereiide landen aanwezig was van 570 millioen bushels,
‘elke voorraad voldoende zou zijn om 9/10 van de wereld-
behoefte in dit seizoen te dekken. Het slot aan de termijn-
markt te Chicago was Y
2
doll6rcent hooger, te Winnipeg
12/
s
dollarcents honger, te Buenos Aires 2 centavos hooger
voor November, 9 centavos hooger vbor Februari; te Ro-
sario 20 centavos hooger voor November, 17 centavos hooger
voor Februari.
De prijzen voor r o g ge zijn in Noord-Amerika gestegen
en cle omzetten zijn dientengevolge weder verminderd. In
hoofJzaak wordt in de behoefte aan rogge voorzien uit de
disponibele voorraden Russische rogge, welke roggesoQrt
het goedkoopst in prijs is en waarvan geregeld bepèrkte
hoeveelheden worden verkocht. De termijnmarkt voor rogge
te Winnipeg sloot 3 clollarcents hooger.
Voor disponibele en spoedig verwachte Platam al s be.
stond in de afgeloopen week goede vraag en de prijzen
konden zich vrijwel handhaven. In het midden der week
trad wel. eene kleine verlaging in, doch die werd later
900
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
9
November
132
AANVOEREN in tous van
1000
KG.
Rotterdam
Amsterdam
Totaal
Artikelen
30 Oct15 Nov.
Sedert
Overeenk.
30
Oct.15 Nov.
Sedert
Overeenk.
1932
1931
1932
1
Jan.
1932
tijdvak
1931
1932
1
Jan. 1932
tijdvak
1931
35.126
1.246.145
1.366.902
–
7.800
35.685 1.253.945 1.402.587
Rogge
…………..
3.520
419.677
349.098
–
2.403
1.157
422.080
350.255
Tarwe
……………..
21.686
23.788
–
244
338
21.930 24.126
Boekweit ……………1.289
Maïs ……………….
8 .394
1.121.712
1.189.821
5.850
283.084
224.741
1.404.796
1.418.562 5.246
424.938 540.200
2.391
28.022
45.817
452.960
586.017
6.847 168.273
226.388
350 3.691
2.826
171.964
229.214
2.209
248.191 171.357
10.795
340.691
382.409 588.882 553.766
Ger8t
………………
Haver
……………..
1.393
79.261
99.560
–
50
204
79.311
99.764
Lijnzaad
……………
Lijnkoek ……………
1.052
21.870
72.528
525
11.482
22.077
.
33.352
94.605
Tarwemeel
…………
Andere meelsoorten
943
38.432
36.003
185
11.106
10.863
49.538 46.866
weder ingehaald. Ook Platamaïs op aflading daalde tijdelijk,
clig verwachte en disponibele Donaugerst zijn matig, geste-.
doch verbeterde later weder, zoodat in het einde der week
gen. Het aanbod is beperkt tot partijen iii de tweede hand.
de oude prijzen betaald werden. De concurrentie van Noord-
Roemeensche afladers zijn niet met gerstoffertes aan de
Amerikaansche mais, welke in het midden der week tot
,
markt en kochten zelfs op verschillende clagei hunne per
verlaagde prijzen en lager da.ii Platamaïs werd aangeboden,
November aflading afgesloten contracten terug. De. Russen
verminderde, toen tegen het einde der week de koersen aan
zijn ook niet niet gerst aan de markt tot dle tegenwoordi’ge
de termijnmarkt te Chicago opliepen en de eerste hand de
prijzen en alleen dispoiribele en stooniende partijen worden cif.-prijzen verhoogde. in spoedige posities coneurreert ‘Do.
in de tweede hand aangeboden tot tegen het einde der week
nauma.ïs nog niet sterk. Het aanbod in stoomende booten
1
iets verhoogde prijzen. In de afgeloopen week is Argentinië
is nog niet groot en wordt geregeld opgenomen tot iets
met gerst van den nieuven oogst aan de markt gekomen
hoogere prijzen dan waarvoor ladendfgeladen en latere af-
tot lagere prijzen dan waarvoor andere soorten op spoe-
lading w’orten aangeboden. Iii overeenstemiii.ig met die voor
diger aflacling te koop zijil. Verschillende zaken zijn iii
andere niaïssoorten werd ook Donauniais gedaan tot lang-
nieuwe Platagerst tot stand gekomen.
zaam afbrokkelende prijzen, waarna tegen’ het einde der
Omzetten in h a v e r waren beperkt. II I.00fdzakelijk vei’d
week verbetering in’trad; De weersomstandigheden aan ‘deq
Boheemsche haver verkocht tot weinig veranderende prij-
Donau waren gunstig voor ‘het binnenhalen van den mars-
zen en Platahaver ter verlading iii de eerste maanden van
oogst en cle kwaliteit schijnt alle reden tot tevredenheid te
het volgende jaar. Aan (Ie terniijiiniarkL te :lluenos Aires evnii. Aan de termijturiarlct te Buenos Aires was het slot
was ht slot voor haver per November 20 ceittavos lager.
voor maïs 3 centavos lager, Rosario ‘sloot 2 centavos hoo-
ger. Te qhieao was het slot 1
.4
dollarcents hooger. Ver-
SUIKER.
sehepingen uit Zuid-Afrika zijn toegenomen en de daarvoor
Verschillende suikermarkten waren gedurende dc afge-.
gevraagde prijzen zijn gedaald tot slechts weinig hoogere
loopen week prijshou.dencl •tot vast gestemd.
dan de voor Pl’ataais gevraagde.
.
:EEet voorstel, om den komeitden Oubaoogst op 2.000.000
De stemming voor gerst was vast en prijzen voor spoe-
tons te limiteeren, is thans wet geworden.
STATISTISCH OVERZICH1
GRANEN EN ZADEN
ZUIVEL EN EIEREN
MINERALEN
TARWE
Manito a
R000E
MAIS
GERST
6 /6.3
,
LIJNZAAD
BOTER
Ed
AAS
amnler
EIEREN
STEENKOLEN
Westfaalschej
PETROLEUM
Mid. Contin.
0.
OCO
No. 2 Canada
La Plata
Z.
UssISC
e
La Plata
per K.G.
iaar
Gem. not.
llollandsctie
Crude
,otter am,
loco
R’damlA’dam
loco
R’dam/A’dam
oco Rotter-
loco
R’damlA’dam
Leeuwar-
der Comm.
arie
S
Eiermijn
Roermond
bunk-erkolen,
onezeefd f.o.b.
33 tifl 33.9
0
Amsterdarn
per 100 1(0.
per 2000K.G.
A’
pe
a
roo
per
per 1960 K.G.
Noteering
kI. m/merk
p. 100 st.
Rdam(A’dani
2)
3)
4)
‘
pr
f1
o/o
f1.
0.
0
f1.
01
fJ
°jo
f1.
01,
f1
0
/0
f1.
%
f1.
0
10
f1.
01
$
°,’o
1925
17,20
100,0 13,07
5
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
46.2,50
100,0
2,31
100,0
56,-
100,0
9,18
100,0
10,80 100,0
1.68
100,0
0
1926
–
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
.83,4
360,50 77,9
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15 88,8
17,90
165,7 1.89
112,5
1927
14,75
85,8
12,475
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50 78,4
2,03
87,9
43,30
77,3 7,96 86,7
11,25
104,2
130
77,4
1928
13,475
78,3
13,15
100.6
226,00 97,7 228,50
96,8 363,00 78,5
2,11
91,3
48,05
85,8
7,99 87,0
10,10
93,5
1.20
71,4
1929
12,25
71,2
10,875
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2 419,25
90,6
2,05 88,7
45,40
81,1
8,11,
88,3
11,40
105,6
1.23
73,2
1930
9,67
5
56,3
6,22
5
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4 356,00
77,0
1,66
71,9
38,45
68,7
6,72
73,2
11,35
105,1
1.12
66,7
1931
5,55 32,3
4,55
34,8
84,50 36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
1,34
58,0
31,30 56,9
5,35
58,3
10,05
93,1
0.58
34,5
Jan.
1930
12,675
73,7
‘
9,35
71,5
149,25
64,5
151,25
64,1
433,75
93,8 2,00 86,6
43,95 78,5
7,55
82,2
11,75
108,8
1.21
72,0
Febr.
11,72
68,2
8,17
5
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5
398,50
86,2 2,03
87,9
41,15 73,5
6,90
75,2
11,75
108,8
1.11
66,1
•
Maart
•
10,90
63,4
7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0 390,00 84,3
1,71
74,0
41,25
73,7 5,18 56,4
1155
106,9
1.11
66,1
April
11,17
65,0
7,625
58,3
180,25
77,8
129,75
55,0
431,00
93,2
1,50
64,9
36,50
65,2
5,16 56,2
11,
,
35
105,1
1.165
69,3
Mei
•
10,45
60,8
6,55
50,1
148,50
64,1
114,50
48,5
405,00
87,6
1,44
62,3
37,20 66,4
5,30
57,7
11,35
105,1
1.18
5
70,5
Juni
10,05
58,4
5,175
39,6
145,50
62,9
103,75
44,0
385,50 83,4
‘1,54
66,7
37,-
66,1
5,09
55,4
11,35
105,1
1.185
70,5
Juli
9,55
55,5
.5,825
44,6
157,75
68,1
108,00
45,8 345,75
74,8
1,72
74,5
39,90
71,3
5,99
65,3
11.35
105,1
1.185
70,5
Aug.
,,
9,45
54,9 6,30 48,2
146,00
63,1
116,25
49,3 365,00 78,9
1,58
68,4
40,20 71,8
6,03
65,7
11,35
105,1
1.18
5
70,5
Sept.
8,40
48,8 5,25 40,2
127,50
55,1
99,00
41,9
318,75
68,9
1,64
71,0
37,55
67,1
7,23.
78,8
11,35
105,1
1.185
70,5
Oct.
7,40
43,0
4,62
5
35,4
112,25
48,5
86,00
36,4 281,25
60,8
1,63
70,6
36,90
(35,9
8,60
93,7
11,35
105,1
1.185
70,5
Nov.
,
7,25
42,2
4,25 32,5
94,50 40,8 82,25
34,9
270,75 58,5
1,58
68,4
36,50 65,2
9,63
104,9
10,90
100,9
0.85
50,6
Dec.
,,
7,07
5
41,1
4,30 32,9
96,00 41,5
91,00
38,6
247,75
53,6
1,55
67,1
33,50 59,8
7,97
86,8
10,85
100,5
0.85
50,6
Jan.
1931
6,525
37,9
4,-
30,6
84,50 36,5
86,25
36,5
207,50 44,9
1,61
69,7
32,25 57,6
6,63 72,2
10,30
95,4
0.85
50,6
Febr.
,,
5,775
33,6
3,90
29,8
87,50 37,8
85,75
36,3
206,25
44,6
1,66
71,9
33,80 60.4
6,21
67,6
10,30
95,4
0.85
50,6
Maart
5,62
5
32,7 4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4
214,00
46,3′
1,47
63,6
35,00 62,5
4,94
53,8
10,30
95,4
0.66
39,3
April
5,90
34,3
4,42
5
33, 8
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8
1,35
58,4
31,60 56,4
4,20
45, 8′
10,15
‘
94,0
0.53
31,5
Mei
6,15 35,8
4,975
38,0
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
1,26
54,5
30,85
55,1
4,075
44,4
10,00
92,6
0.53
31,5
Juni
,,
5,75
33,4
5,05
38,6
86,75
37,5
116,50
49,4
191,50
41,4
1,29
55,8
33,50 59,8
4,30
46,8
10,00
92,6
0.34
5
20,5
Juli
5,425
31,5
4,70
35,9
84,25
36,4
115,75
49,0 211,00
45,6
1,32 57,1
37,75
67,4 4,40
47,9
10,00
92,6 0.24
14,3
Aug.
,,
4,975
28,9
4,025
30,8
74,50
32,2
119,50
50,6
185,50
40,1
1,30
56,3
36,00 64,3
4,98
54,2
10,00
92,6
0,43
5
25,9
Sept.
4,775
27,8
4,27
0
32,7
68,00
.29,4
97,00
41,1
164,25
35,5
1,27
55,0
32,25 57,6 5,775
62,9
10,00
92,6
0.56
33,2
Oct.
,,
5,-
29,1
4,475
34,2
68,50
29,6 94,75
40,1
160,25
34,6
1,24
53,7
26,25 46,9 6,275
68,4
9,90
91,7
0.56
33,2
Nov.
•
5,825
33,9
5,475
41,9
81,00
35,0
114,50
48,5
169,75
36,7
1,17
50,6
24,75 44,2
7,07
77,0 9,90
91,7
0.68
40,4
Dec.
,
4,925 28,6
4,95
37,9 69,25
299
111,25
47,1
145,75
31,5
1,18
51,1
21.40 38,2
5,325
58,0
‘9,90
91,7
0.71
42,3
Jan.
1932
5,05
29,4
5,07
5
38,8 71,25 30,8
114,00
48,3
142,50
30,8
1,16
50,2
25,75 46,0
4,71
51,3
8,25
76,3
0.71
42,3
Febr.
•
5,30
30,8
5,07
5
38,8
74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
1,34
58,0
27,75 49,6
3,79
41.3
8,25
76,3
0.71
42,3
Maart
•
5,52
5
32,1
5,80
44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
0,98
42,4
23,65
42,2 3,425 37,3 8,35
77,3
0.71
42,3
April
,,
5,65
32,7
6,225
47,6
88,75
38,3
124,50
52,8,
135,25
29,2
0,99
42,9
19,60
35,0 2,775
30,2
8,65
80,1
0.86
51,2
Mei
,,
5,60
32,6
5,30
40,5 78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2
0,82
35,5
19,65
35,1
2,88
31,4
8,30
76,9
0.86
51,2
Juni
,,
5,22
5
30,4
4,15
31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
1,11
48,1
24,25
43,3
3,08
.33,5
8,25
763
0.86
51,2
Juli
4,90 28,5
4,-
30,6 78,75
34,0
100,25
42,5
129,75
28,1
0,96 41,6
19,55
34,9
3,125
34,0
8,10 75,0
0.86
51,2
Aug.
5,20
30,2
.4,07
5
31,2
77,50
33,5
98,25
41,6
133,00
28,8
0,76 32,9
17,90
32,0 3,72 40,6 7,80 72,2
0.86
51,2
Sept.,,
5,476
31,8 4,20
32,1
78,50
33,9
88,50
37,5
150,75
32,6 0,84
36,4
19,70
35,2 4,64 50,5
7,75
71,8
0.86
51,2
Oct.,,
5,25
30,5
3,92
5
30,0 74,50
32,2
79,50
33,7
138,25
29,9
0,82
35,5
25,50
45,5
5,73 62,4 7,65 70,8
0.86
51,2
31
,,’
5,-
29,1
3,85
29,4 72,50
31,3
79,00
33,5
131,00
28,3
0,807 34,6
29,507
52,7
7,45
‘
81,2
7,40
68,5
0.86
51,2
7 Nov.
4,90
28,5
3,85 29,4
71,50
30,9
77,00
32,6
132,00
28,5
0,82
8
35,5
28,_S
50,0
6,95 75,7
7,40 68,5
0.86
51,2
5)
Men zie voor de toel. op dezen staat de nos. van 8 en 15 Aug.
1928
(No. 658 en
659)
pak.
689190 en
709.
2)
‘l’ot Jan. 1931 Hard ‘Winter No. 2. van Jan. 1931 tol
vanaf 26Mei
1930
tot 23Mei1932 74 K.G. Zuid-Russische.
4)
Tot Jan.
1928
Malting; van Jan.
1928
tot 9 Febr. 1931 American No. 2, van 9 Febr.
1931
tot 23 Mei 1932
9 November 1932
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
901
Vooral iii A iii c
1
i k cc veroorzaakte dit feit een vaste
tendens. Raffinaeleiirs kochten het een en ander, doch ver-
koopers van ruwsuiker toonden zich nogal terughoudend.
De bedongen prijzen waren circa 1.11 cle. c. & Ir. voor
C
ubas ii ik ei.
i)e N e w-Y o r k s c h e tccrnnjniiiarkt was vast. Onder
een vrij leveirdigen handel trokken de noteeringeit aan,
zoo-
dat aan het slot de volgende cijfers bereikt werden : Dec.
1.04, Jan. t-, Mrt. 0.95
2
Mei 0.99 en Juli 1.05, terwijl cle
laatste noteering voor Spot Centr. 3.10 bedroeg.
:0e ontvangsten in dc Atlantische havens der Ver. Staten
bedroegen deze week 42.000 tons, de versmeltitigen 50.000
tons tegen 54.300 tons verleden jaar ei, de voorraden 161.000 tons tegen 139.000 tons.
De laatste 0 ii b a-statistiek is als volgt:
1932
1931.
1930
totis
tons
totis
:Lro:lttctie …… (iaiunng) 2.602.336
3.122.186
4.671.260
Ontvangsten ……………16.071
28.706
33.002
Totaal sedert l/.l. …….. 1.531.626
1.949.010 3.465.952
Verschepingen ………..39.672
77.054
81.713
Voorraad in afscheephavens
755.917 1.002.424
957.767
In III ii ge 1 all cl was de markt voor ruwsuiker zoo goed
als verlatei.i. Slechts enkele niet noemenswaardige partijen
verwisselden van eigenaar. De L o n l e ii s ch e termijn-ntarkt vas in navolging van New-York vrij vast. IDe slot-
itoteeringen ivaren 2 cl. hooger clan cle opening.
De cöusurnptic in liet Vereenigcl Koninkrijk bedroeg ge-
durende Oct./Sept. 1931.132 ca. 2.146.400 tons tegen
2227.200 tons gedurende hetzelfde tijdvak in 1930f31.
Naar verlitidt zonde cle nieuwe oogst in IP o r to 14 i c o,
mede door (Ie orkaanschade, 135.000 tnns of 15 pOt. lager
zijn clan cle vorige.
01) J a v a verkocht ‘cle Vi
.S.P
.r nim 10.000 totis Snpe-
rieu r benevens een onbelangrijk partijtje bruine suiker.
II
i e r t e 1 a mi cl e bleef de markt bom, hetgeen cle no-
teeringen 01) de A i s te r cl a
al
s c h e termijnmarkt dcii-
delijk aauitoonclen. De onderstaande slotnoteeringen wijzen
alleen voor Deceniher cciie verbeten lig van
f
na
ii.
:0e
onizet bedroeg 1900 tons.
1932
1931
1930
–
tons
tons
tons
Duitschlaud 1110 ………622.000
625.000
166.000
Tsjecho-Slowakije 1/10
145.000
232.000
59.000
Frankrijk 1/10 ………..141.000
235.000
126.000
Nederland 1110 ……….115.000
150.000
95.000
België 1110 …………..43.000
72.000
34.000
Hongarije 1/10 …………22.000
20.000
14.000
Polen 1/10 …………….150.090
232.000
113.000
UK. 1/1.0 Oeïmp.. Suiker
166.000
135.000
184.000
1110 Binncnl.,.
–
1.000
2.000
Europa ……..1.404.000 1.702.000
798.000
V.S. Alle havens 1110
440.000
459.000
393.000
Cnbaansche havens 1/10
806.000 1.092.000 1.139.000
Cuba (binnenland) 1/10 .. 1.265.000 1.225.000 1.310.000
Java
1
.1
1
0 ……………..3.103.000
2.287.000
1.882.000
Totaal ……..7.018.000 6.76
00 5.522.000
waarvan geblokkeerd ……3.757.000 2.331.000
896.000
KOFFIE.
De markt blijft uitermate kalmmi en lusteloos gestemd. De
kost- en vraehtaa.nbieclingen van Saimtos zijn ii’i cle meeste
gevallen onveranderd tegen die van èen w’eek geleden, doch
enkele afladers, wier aanbiedingen toen iii verhouding eer
aalu den hoogen kant ivaren, toonen zich nu iets toegeven-der. Het gevolg hiervan is, dat de vraagprijzen voor gelijke
kwaliteiten thans bij de verschillende afladers slechts zeer
weinig uiteen loopenm. Rio is eveneens zoo goed als onver-anclerd, doch feitelijk iets prijshoudencler dan Santos.
Ook ditniaal kwamen slechts weinig importzakeii tot
stand en wat hierin nog werd gedaan, was veelal op uit-
geseiuude biedingen tot prijzen, nog iets onder (Ie vaste
offertes. Dat koopers slechts aarzelend bereid zijli tot nieu-
we zaken iii .11raziel-kofîie, is te begrijpen wanneer iii. liet
oog gelionclemt wordt, dat in elk geval kwalitatief betere
gewassclieii Centraal-Amcrikaansche soorten op liet oogen-
blik goedkooper zijul dan Santos. koffie. Goedboomtige en
goedkleiirige Columbia bij voorbeeld wordt, zoowel loco als
op aflacling, aangeboden tot ongeveer $ 12-, terwijl in
Brazilië voor Extra IPrime en daarboven liggende types
Itoogere prijzen ivordeij gevraagd. Ook Salvador is in de
meeste gevallen goedkooper dan Santos.
N
GROOTHANDELSPRIJZEN’)
–
METALEN
TEXTIELGOEDEREN
1
DIVERSEN
ZILVER
IJZER
Cbeveland KOPER TIN
LOOD
–
KATOEN
WOL
gekamde
WOL
gekamde
KOE-
KALK-
per
cash Londen
Foundry No.3
Sta ndaard
Locoprijzen
bocoprijzen
Locoprijzen
Middling
locoprijzen
Australische,
Australische,
CrossbredCobo-
HUIDEN
Gaaf, open
SALPETER
Old.
per
Stalird
f.o.b.
Middlesbrough
Londen
Londen per
Eng. ton
Londen
per Eng. ton
*
New-York
Merino, 64’s Av.
loco Bradford
nial Carded,
kop
100 KG.
Ounce
per Eng. ton
per Eng. ton
per Ib.
per Ib.
SO’s Av. loco 57-61 pnd.
netto
Bradford per Ib.
pence
0
10
Sh.
0
10
£
Ol
o
£
°/o
£
O/
$
cts.c
Oi
o
pence
°
Jo
pence
01
f1.
0
1
II.
01
0
32
1
1s
100,0
731-
.
100,0
62.116 100,0
261.171-
100,0
36.816 100,0
23,25 2
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
100,0
.28″fi
89,3
8616
118,5
58.1
1
–
93,5
290.1716
111,1
31.116
85,3
17,55
75,5
47,25
85,9
24,75
83,9
28,46 82,0
11,61
96,8
26314
83,3
731- 100,0
55.141- 89,7
290.41-
110,8 24.41-
66,4
17,50
75,3
48,50
88,2
26,50
89,8
40,43
116,5
11,48
95,7
26
1
/16
81,1
661-
90,4
63.161-
102,8
227.51- 86,8
21.11-
57,8 20,00 86,0 51,50
93,6
30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
24
7
/16
76,2
7016
96,6
75.141-
121,9
203.1516
77,8
23.51- 63,8
19,15
‘
82,4
39,-
70,9
25,25
85,6
32,25
92,9
10,60
88,3
17
1
°116
55,4
671-
91,8
54.131-
88,0
142.51-
54,3
18.116
49,6
13,55
58,3
26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
13/
41,6
551-
75,3
3651-
58,4
110,11-
42,0
12.11-
33,1
8,60
37,0 21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
20
15
/i
65,3
7216
99,3
71.916
155,1
174.131- 66,7
–
21,111-
59,4
17,15
73,8
29,50
53,6
19,25
65,3
26,63
76,7
10,11
84,3
20
1
/
62,6
7216
99,3
71.1216
115,4
174.41-
66,5
21.41-
58,2
15,45
66,4 28,50
51,8
17,75
60,2
24,50 70,6
10,21
85,1
19l1
59,5
701-
95,9
68.1916
111,1
165.181-
63,4
18.161-
51,6
15,20
65,4 26,25
47,7
16,50
55,9
69,2
10,21
85,1
19
5
116
61,0
6716
92,5
61.31-
98,5
161.1716
61,8
18.616
50,3
16,45
70,8
27,25
49,5
17,25
58,5
24,13
69,5
10,21
85,1
1
8
1
&/16
59,0
67i6
92,5
53.91-
86,1
145.-/-
.
55,4
17.161-
48,9
16,50
71,0 28,75
52,3
18,00
61,0
26,25
75,6
10,21
85,1
16
1
/1
50,0
6716
92,5
50.16
80,7
136.416
52,0
17.191-
49,3
14,50
62,4 27,75
50,5
17,50
59,3
26,63
76,7
10,21
85,1
16
49,9
6716
92,5
48.21-
77,5
134.1716
51,5
18.31-
49,8
13,10
56,3 27,00
49,1
16,75
56,8
24,25
69,9
9,18
76,5
16
3
/8
51,0
651-
89,0 47,151- 76,9
135.516
51,7
18.61-
50,2
11,5
t
51,4 27,25
49,5
16,50
55,9
24,88
71,7
9,28
77,3
16U116
52,0
63/6
87,1
46.61-
74,6
132.61-
50,5
17.181-
49,1
II,-
47,3
27,00
49,1
15,75
53,4
26,50
76,4
9,39 78,3
16′ !i
51,5
63/6
5
87,1
43.-/-
69,3
117.131-
44,9
15.151-
43,2
10,55
45,4 24,50
44,5
14,50
49,2
26,25
75,6
9,49
79,1
16
5
(
51,9
6316
6
87,1
46.816
74,8
113.161-
43,5
15.1816
43,7
10,85
–
46,7
24,00
43,6
13,00
44,1
25,25
72,8
9,70
80,8
16
5
(8
51,9
6316
0
87,1
47.616
76,2
115.31-
44,0
15.516
41,9
9,95
42,8
22,50
40,9
12,50
42,4
72,0
9,90
82,6
13
7
/8
43,2
6016
82,9
45.716
73,1
11681-
44,4
14.16
38,5
10,30
44,3 21,25
38,6
12,00
40,7
24,63
71,0
10,11
84,3
12
1
/2
38,9
5816
80,3
45.116
72,6
117.
,
-16
44,7
13.516
36,4
10,95
47,1
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
1371
41,8
586
80,3
45.116
72,6
122.11-
46,6
13.316
36,2
10,90
i
46,9 25,25
45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
13
1
/
40,9
58.6
80,3
42.1516
68,9
113.41-
43,2
12.101-
34,3
10,25
44,1
24,50
44,5
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
12
1
/i
40,3
5816
80,3
39.616
63,4
104.171-
40,0
11.1016
31,6
9,40
40,4
23,50
42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,11
85,1
12
7
e
40,1
5816
80,3
36.616
58,5
106.216
40,5
11.1116
31,8
9,10
39,1
22,00 40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21 85,1 13
1
1,
41,2
58(6 80,3
34.141-
55,9
112.516
42,9
12.1516
35,1
9,25
39,8
22,25
40,5
12,50
42,4
20,25 58,4
8,26
68,8
12
1
ï/,6
39,9
5816
80,3
32.151-
52,8
114.196
43,9
11.19,6 32,9
7,20
31,0
22,25 40,5
12,00
40,7
18,75
54,0
7,-
58,3
13
5
116
41,4
5516
76,0
30.316
48,6
111.161-
42,7
11.41-
31,1
6,55
28,2 20,00
36,4
11,00
37,3
18,-
51,9
6,50
54,2
13′
3
/
43,0
46!-
63,0
28.216
45,3
101.116
38,6
10.9.6
28,8
6,30
27,1
19,50
35,5
10,75
36,4
17,50
50,3
6,65
55,4
14
1
/
45,1 4416
61,0
27.1916
45,1
102.-!-
39,0
11.51-
30,9
6,40
27,5
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3
6,80
56,7
I4
5
!n
44,6
41/6
56,8
27.616
44,2
98.1716
37,8 10.16/-
29,6 6,30
27,1
16,25
29,5
9,00
30,5
—
– –
6,95
57f!
137/
43,2
4116
56,8
27.14/6
44,7
98.181-
37,8
10.14/-
29,4 6,65
28,6
16,50
30,0
9,00
30,5
11,63
33,5
7,10
59,2
14
43,6
4116
56,8
26.41-
42,2
99.216
37,9
10.5!-
28,1
6,90
–
29,7
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
33,9
7,25
60,4 13ij
4
42,8
441-
60,3
24.181-
40,1
96.61-
36,8
9.91-
25,9 6,90
29,7
16,50
30,0
8,75
29,7
10,25
29,5
7,40
61,7
131/
40,9
451-
61,6
23.81-
37,7
84.1516
32,4
8.1616
24,2 6,25
26,9
16,50
30,0
9,00
30,5 9,25
26,7
7,40
61,7
12
5
18
39,3
441-
60,3
21.61- 34,3
89.1316
34,2
8.-f-
22,0
5,80
.
24,9
15,75
28,6
8,25 28,0
8,88
25,6 7,40 61,7
125/
39,3
441-
60,3
20.12(6
33,2
84.91-
32,3
7.5/-
19,9
5,25
22,6
15,25 27,7
7,75 26,3
9,-
25,9 7,40 61,7
12
3
/8
38,5
426
58,2
19.216
30,8
90.1716
34,7
7.316
19,7
5,80
24,9
16,00
29,1
8,50
28,8
9,75
28,1
–
–
121u6
39,9
–
421-
57,5
22.416
35,8
I0l.-/-
38,6
7.1716
21,6
7,35
31,6
15,75
28,6
8,25 28,0
12,-
34,6 5,70
47,5
13
‘
40,5
421-
57,5
25.81-
40,9
109.916
41,8
9.1016 26,1
7,75
33,3
16,75
30,5
8,75
29,7
13,75
39,6 5,90
49,2
12012
38,9
411-
56,2
22.516
35,9
105.1316
40,4
8.71-
22,9
6,50
28,0
15,75
28,6
8,50 28,8
14,-
40,3
6,-
50,0
12
3
1
38,5
401-
54,8
20.1116
–
33,1 103.1516
39,6
8.-/-
22,0
6,15
26,5
15,00
9
27,2
8,00
9
27,1
13,25″
38,2
6,-
50,0
12
7
/1
38,7
401-
54,8
21.10/-
34,6
1
104.41-
39,8 8.51-
22,6
.
6,30
27,1
1
15,25
10
1
27,7
8,25
10
28,0
1
6,10
50,8
Sept. 1932
79 K.G.
La Plata.
3)
Tot
Jan.
1928
Western
vanaf
Jan.
1928
tot 16
Dec.
1929
American
No.
2, van 16
Dec.
1929
tot 26
Mei
1930
7415
K.G.
Hongaarsclle,
/5 K.G. Zuid-Russische.
Van
23 Mei-19
Sept.
1932
No. 3 Canada.
5)
Noteering
Schotland
5916.
6)
581-.
7)
28
Oct.
8)
4 Nov.
5)
27 Oct.
10)
3 Nov.
11)
25 Oct.
902
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
9 November 1932
Door dcii Koffie-Raad is bekend gemaakt, dat in de af-
geloopen week vernietigd zijn
6000
balen te Bio en
46.000
balen in Sao Paolo. Van vernietiging op de andere plaatsen werd ook ditmaal wederom geen melding gemaakt.
De kost- en vrachtaanbiedingen van gewoon goed be-
schreven Siiperior Sautos 01) prompte verscheping zijn
thans ongéveer $
11.65 6. 11.75
per ewt. en vat dito Prime
ongeveer $
11.85
6.
11.95,
terwijl zij voor Rio type New-York
7
met beschrijving, prompte verscheping, zijn
$940 6. 9.50.
Van Ncderlandseh-Indië zijn in de laatste dagen zoo goed
als geen offertes uit de eerste hand ontvangen. Vanaf
1 Januari tot
20
October waren dit jaar reeds van Java,
Sumatra en Celebes tezamen
1.179.171
balen versebeept
tegen
696.943
balen in het jaar tevoren, hetgeen een ver-
schil maakt van bijna
500.000
balen. Tengevolge van deze buitengewoon groote verschepingen schijnt de oogst op ver-
schillende plaatsen reeds bijna uitverkocht te zijn en klaar-
blijkelijk wordt met den verkoop van het nog resteerende
op het oogeublik geen haast gemaakt. De tweede-hands-
aanbiedingen komen thans ongeveer uit op:
Palenibang Robusta, November-verscheping,
18
ch; J3en-
koelen Robusta, November-verscheping,
18%
ct.; Mand-
heling Robusta, November-verscheping,
19%
ot.; W.I.B.
faq. Robusta, November-verscheping,
23
cl., alles per 34
K.G. cif, uitgeleverd gewicht, netto contant. Deze prijzen
zijn gelijk aan die van een week geleden.
De noteeringen aan de termijnmarkt te Rotterdam liepen
aanvankelijk een fractie op, doch daarna daalden zij tot
1% 6.
% ct. onder die van verleden week. Bij het opmaken
van dit Overzicht noteert December
22
1
/4,
Maart
20a/5,
Mei
20%
en September
19
7
1
et. per
34
K.G.
In loco is de afzet nog zeer gering. De officieele noteerin
gen te Rotterdam bleven onveranderd
34
ct. per
34
NO.
voor Superior Santos en
25
cl.
voor Biobusta.
De slot-noteeringen te ‘New-York waren:
Gemengd Contract
Santos-Contract
(basis Rio No. 7)
(basis Santos No.
4)
Dec. Mrt. Mei Sept. Dec. Mrt. Mei Sept.
7
November $
6.10 5.74 5.62 5.42 8.99 8.45 8.18 7.98
31
October . ,,
6.35 5.92 5.79 5.60
9.28 8.72 8.46 8.23
24
October . ,,
6.40 6.03 5.89 5.7
9.36 8.85 8.55 8.29
17
October .
6.40 5.95 5.82 5.65
9.40 8.87 8.57 8.27
De dezer dagen verschenen Statistiek van de Firma 0. Duuring & Zooii te Rotterdam geeft aan, dat in October
dc aanvoer geweest is als volgt:
1932
1931
1930
bis.
bn..
bn.
in Europa ……………
778,000
739.000
812.000
Ver. Staten van Amerika
873.000
972.000
970.000
Totaal:…
1.651.000 1.711.000 1.782.000
De Aanvoeren in Europa cii in Amerika tezamen gedu-
rende de eerste tien maanden van het jaar bedroegen
17.628.000
balen tegen 21.293.000
balen in
1931
en
18.991.000
balen in
1930.
De Afleveringen in October waren:
1932
1931
1930
bn.
bij.
bn.
in Europa ……………
890,000
913.000
959.000
Ver. Staten van Amerika
975.000
890.000 1.075.000
Totaal …. 1.865.000 1.803.000 2.034.000
De Afleveringen in Eui-opa en in Amerika .tezîuiien ge-
durende de eerste tien maanden van het jaar waren
18.566.000
balen tegen
19.905.000
balen in
1931
en
18.831.000
balen in
1930.
Vanaf 1 Juli tot
31
October waren (Ie Aanvoeren in
Europa eis in Amerika tezamen
5.399.000
balen tegen
7.133.000
balen
iii 1931
en
6.612.000
balen in
1930,
terwijl
dc Afleveringcu bedroegen
6.828.000
balen tegen
7.037.000
balen in
1931
en
7.120.000
balen in
1930.
])e zichtbare voorraad was op 1 November in Europa
1.622.000
balen tegen
1.734.000
balen op
1
October. In
Amerika bedroeg hij
1.494.000
balen tegen
1.596.000
balen
op 1 October. In Europa en in Amerika tezamen
–
was de
zichtbare voorraad dus op 1 November
3.116.000
balen tegen
3.330.000
balen op 1 October. Hij bedroeg op 1 ‘November
1931
– 3.907.000
1
balen en op 1 November
1930 -2.455.000
balen.
1)e zichtbare vere1dvoorraad was op 1 November
6.302.000
balen tegen
5.677.000
balen op 1 October en
6.358.000
balen
verleden jaar. In deze cijfers zijn ni8t begrepen de voor-
raden in het binnenland van Brazilië, waarvan het cijfer
van 1 November en van 1 October nog niet bekend is, doch
die op 1 November
1931 bedroegen
25.808.000
balen.
Rotterdam, S November
1932.
Vervolg
–
STATISTISCH OVERZICHT VAN GROOTHANDELSPRIJZEN.
DIVERSEN
KOLONIALE PRODUCTE?T
INDEXCIJFERS
VURENHOUT
basis
7″
f.o.b.
RUBBER’)
Standaard
SUIKER KOFFIE
THEE
COPRA
Bruto-
gewicht v. d.
‘
8,2
Zweden!
Ribbed Smoked
Witte kristal-
Robusta
AfI. N.-l. theev.
Ned.-lnd. f.m.s.
buit, handel
Finland
Sheets
suiker loco
Locoprijzen
A’dam gen. pr.
per
ioo
K.G.
Nederland
1925=100
perstandaard
loco Londen
R’damlA’dam per 100 K.G.
Rotterdam
per
’12
K.G.
Java- en Suma-
tratheep.I!2KG.
Amsterdam
___________
5a,
,.2fc’
van
4.672
Mi.
per Ib.
In-
Uit-
ee
nn
voer
voer
0.)s.
f
01
Sh.
0
10
f1.
0
10
cts.
0
10
cts.
01
0
10
1925
159,75
lOO
2111,625
100,0
18,75 100,0
61,375
100,0
84,5
100,0
35,87′
100,0
100
100
.100,0
100,0 1926 153,50
I
96,1
21-
67,4
17,50
93.3
55,375
90,2
94,25
111,5
34,-
94,8
112
128
93,2 92,9
1927
160,50
/
100,5
1/6,375
51,6
19,12
5
102,0
46,875
76,4
82,75 97,9
32,625
90,9
113
116
95,4 89,5
1928
151,50
94,8 -110,75
30,2
15,85
84,5
49,625
80,9
75,25
89,1
31,875
88,9
118
128
96,4 87,6
1929
146,00
91,4
-/10,25
28,8
13,-
69,3
50,75
82,7
69,25 82,0
27,37
5
76,3
122
132
91,6
82,6
1930
141,50
88,6
-15.875
16,5
9,60 51,2
32
52,1
60,75 71,8
22,62
5
63,1 124
135
75,5
69,4
1931
110,75
69,3
-13
8,4
8,-
42,7
25
40,7
42.50 50,3
15,37′
42,9
117
136
62,6 57,9
Jan.
1930
.
147,50
93,9
-/7
1
375
20,7
11,670
62,3 35
57,0 60,50
71,6
26,87
5
74,9
128
136
84,5 76,9
Febr.
147,50
92,3
-18
22,5
11,40
60,8
35
57,0
58,25 68,9
26,37
5
73,5
112
126
81,3
75,2
Maart
147,50
92,3
-17,625
21,4
10,70
57,1
35
57,0
62,25
73,7
25,25
70,4
125
131
78,7
74,2
April
147,50
92,3
-/7,375
20,7
10,55
56,3
35
57,0 59,50
-70,4
26,12
5
72,8
115
127
78,7
72,8
Mei
145,00
90,8
-16,875
19,3
9,80
52,3
34,75 56,6
58
68,6 25,50
71,1 132
132
76,1
72,0
Juni
145,00
90,8
-16,125
17,2
9,775
52,1
33
53,8
58
68,6
22,87
5
63,8
131
133
76,1
70,4
Juli
142,50
89,2
-/5,625
15,8
9,275
49,5
31,50
–
51,3 55,50
65,7
21,75
60,6
138
141
74,2 69,3
Aug.
142,50
89,2
-14,875
13,8
8,50
45,3 29,50
48,1
55,25
65,4
20,-
55,7
129
145
73,5 67,9
Sept.
,,
140,00
87,6
-/4,125
11,6
7,975
42,5 28,25
46,0
59,50
70,4
19,25
53,7
122
126
72,3
65,4
Oct.
132,50
82,9
-14
11,2
8,62
5
46,0
29
47,3
66,50
78,7
18
1
75
52,3
128
152
71,6 64,6
Nov.
130,00
81,4/
-/4,375
12,3
8.75
46,7
29
47,3
68,25 80,8
l9,37
5
54,0
121
139
71,0 63,3
Dec.
,,
130,00
81,4
-/4,375
12,3
8,20
43,7
29
47,3
66,75
79,0
19,-
53,0
105
129
69,0 61,3
lan.
1931
125.00
78,2
-/4,25
11,9
8,20
437
28
45,6
66,25
78,4
18,25
50,9
121
132
67,7
59,2
l’ebr.
125,00
78,2
-13,875
10,9
8,20
43,7
26,25 42,8
53
62,7
18,125
50,7
96
121
–
67,1
59,4
Maart
,,
125,00
78,2
-13,75
10,5
8,30
44,3
25,50
41,5
45
53,3
18,625
51,9
107
140
66,5
59,1
April
.
125,00
78,2
–
3,125
8,8
8,575
45,7
24,75
40,3
43
50,9
17,50
48,8
110
138
65,8
58,4
Mei
125,00
78,2
43,125
8,8
8
,
50
45,3 25
40,7
40,25 47,6
15,37
5
42,9
114
141
65,8
56,8
luni
110,00
68,9
-13,125
8,8
8,57
5
45,7 25,75 42,0
39,50
46.7
14,125
39,4
127
133
64,5
56,8
juli
110,00
68,9
-13
8,4
8,77′
48,6
27
44,0
38,25 45,3
15,-
41,8
138
153
62,6 55,8
Aug.,,
100,00
62,6
-12,5 7,0
7,90
42,1
25,50
41,5
38,50 45,6
14,125
39,4
122
142
60,6
55,6
Sept.,,
100,00
62,6
-12,375
6,7
7,52
5
40,1
23,75
38,7
37,50
44,4
13,375
37,3
125
146
58,7
58,1
Oct
100,00
62,6
-/2,375
6,7
7,55
40,3 23 37,5
37,75
44,7
13,25
36,9
119
146
58,7
58,5
Nov.
10000
62,6
-12,25
6,3
7,15
38,1
23
37,5
37
43,8
13,75
38,3
113
132
58,7
58,8
Dec.
82,50
51,6
-12,25
6,3
6,75
36,0 23 37,5
35
41,4
12,75
35,5
115
114
54,8
58,8
lan.
1932
82,50
51,6
-12,125
6,0
7,35
39,2
23 37,5
32
37,9
13,125
36,6
103
101
54,2
58,4
l’ebr.
82,50
51,6
-12
5,6
7,05
37,6
23
37,5
30
35,5
14,50
40,4
86
III
53,5 59,8
Maart
70,00
43,8
-/1,625
4,6
6,25
33,3 23
37,5
31
36,7
14,75
41,1
87
116
52,9
58,3
April
70,00
43,8
-/1,5
4,2
5,90
31,5 23
37,5
29,25 34,6
14,-
39,0
89
110
51,6
56,0
Mei
70,00
43,8
-11,5
4,2 5,625 30,0 23,50 38,3
30,25
35,7
13,25
36,9
89
107
51,0 54,0
Juni
,,
70,00
43,8
-11,375
3,9
6,30
33,6
24
39,1
28,50
33,7
12,375
34,5
101
116
50,3
52,5
Juli
67,50
–
42,3
-11,375
3,9
6,70
35,7 24
39,1
23,75
28,1
12,375
34,5
100
112
49,0
53,7
Aug.,,
63,00
39,4
-/1,75
4,9
6,57
5
35,1
24
39,1
22,75
26,9
12,375
34,5
95
105
48,4
55,3
Sept.
60,00
37,6
-12,
1
25
6,0
6,525
34,8
25,25
41,1
23,75
28,1
12,75
35,5
96
112
49,0
57,1
Oct.
63,50
39,7
-/1,75
4,9
6,325
33,7 26,50 43,2
28,50
33,7
12,375
34,5
49,3
55,4
31,,
63,50
39,7 -11,75 4,9 6,25
33,3
25
42,4
30,75
2
)
36,4
12,625
35,2
7
Nov. 63,50
39,7
-11,75
4,9
6,-
32,0
25
42,4
12,25
34,1
t)
Jaar- en maandgem.
afger.
op
1
18
pence.
2)
27 Oct.
–
N.B.
Alle
Pondennoteeringen
vanaf
21
Sept.
’31
zIjn op
goudbasls omgerekend
t4ovember 1.32
Öj
DE.. TWENTSCHE BANK
N.V.
GEVESTIGD TE AMSTERDAM
Maandstaat op 31 October 1932
DEBET
Aandeelhouders
nog
te
storten
90
pOt.
op
aandeelen
B,
waarvoor waarborg gedeponeerd ………………….
f
421.200,-
Deelnemingen in diverse ondernemingen
9.047.103,44
Effecten van Aandeelhouders ten eigen gebruike
,,
31.286.450,-
Kassa
en
De Nederlandsche Bank
……………………
.
,,
10.861.962,36
Wissels
en
Coupons
………………………………
13.280.337,99
Nederi. Schatkistbilletten en -Promessen
61.051.696,34
Daggeldieeningen ……
. …….. ……………………..
1.325.000,-
Bankiers in Binnen-
en Buitenland
………………….
.
9.580.402,29
Eigen
Effecten
en
Syndicaten …………………………
4.903.073,39
Effecten van het Zieken- en Pensioenfonds
………………
.
,,
2.077.613,92
Prolongatiën
gegeven
………………………………
.
,,
9.980.315,-
Debiteuren
………………….
…………………..
f137.416.008,90
af:
loopende
Promessen
…………………….
………
,,
7.081.000,-
130.335.008,90
Gebouwen
………………………………………..
8.000.000,-
Totaal
……
f
292.150.163,63
CREDIT
Kapitaal …….. . ……
…………………………….. .
f
40.000.000,-
Reservefonds ……………………………………..
.
,,
17.000.000,-
Aandeelhouders voor gedeponeerde Effecten as waarborg
voor 90 pOt. storting op aandeelen B …………….
f
421.200,-
in Leen-Depot …. ………………………………
,, 30.865.250,-
31.286.450,-
Zieken- en Pensioenfonds …………………………..
6.150.994,27
Deposito’s ……………………………………….
73.420.565,74
Saldo te ontvangen en te leveren Effecten , ……………
2.020.368,94
Crediteuren ……………………………………..
f
113.120.363,46
voor gelden in het Buitenland ……………..«
5.715.740,67
118.836.104,13
Te betalen Wissels ………………………………..
390.552,–
Geaccepteerd door derden……………………………
388.871,18
Diverse Rekeningen………………………………..
2656.257,37
Totaal……
f
292l50.163,63.
fi
TOV101RJïR 19,3
17k JAARGA1’1O i1o.
ssô
NEDERLANDSCH INDISCHE HANDELSBANK, N.V.
AMSTERDAM
‘S-GRAVENH AGE
ROTTERDAM
BATAVIA
AMOY, AMPENAN, BANDOENG, BOMBAY, CALCUTTA, CHERIBON, GORONTALO,
HONGKONG, KOBE, MAKASSAR, MEDAN, MENADO, PALEMBANG, PASSOEROEAN,
PEKALONGAN, PROBOLINGGO, SEMARANG, SHANGHAI, SINGAPORE, SOERABAYA,
TEGAL, TELOK BETONG, TJILATJAP, TOKIO, WELTEVREDEN
DE
NEDERLANDSCHE
WERKGEVER
Wekelijksch Orgaan v/h.Verbond
van Nederlandsche Werkgevers
VERANTWOORDELIJKE REDACTIE:
Mr. P. W. J. H. CORT VAN
DER
LINDEN EN Mr.
A. N. MOLENAAR
ABONNEMENTS-
PRIJS VOOR
•
NIET LEDEN
f6.— PER JAAR
Vraagt proefexemplaren bij het
Secretariaat: Kneuterdijk 8,
Telefoon No. 17510. Den Haag
NIJGH cS VAN DITMAR N.V., ROTTERDAM
VERSCHENEN:
MESSING:
ZurWirtschafts-Linguistik
Eine Auswahi von kleineren und grösseren Beitragen über
Wert u. Bedeutung, Erforschung u. Unterweisung der
Sprache des wirtschaftlichen Verkehrs von Th. Blum, P.
Peidkeller, A. Götze, L. Jordan, H. Kluge, H. Levy, E. Mes-
sing, B. Penndorf, E. Richter, A. Schirmer, A. Schröer,
A. Snyckers, H. Strigi, E. Volckmann, L. Wendelstein
HERAUSGEGEBEN VON EWALD E.
J.
MESSING
1932
320 blz.
gr
. 8
°
Prijs f4.25
Een greep uit den inhoud:
Schirmer.
Wirtschafts-
sprache als Spiegel der Wirtschaftsgeschichte;
Wen-
delstein,
Beruf u. Sprache;
Messing,
Sprachwissen-
schaft von der Nationalkultur der Völker;
Penndorf,
Historische Entwickiung des kaufmânnischen Brief-
stils; Jordan, Beziehungen der Linguistik zur Logik
und der Handelssprachkunde zur Wirtschaftswissen-
schaft, Sprachgeographie, Sprachsoziologie;
S
n
-‘
c kers,
Unzulânglichkeit fremdsprachlicher
Wörterbücher; Levy, Sprache und Wirtschafts-
wissenschaft.
VERKRIJGBAAR B 1,/ i.i’.r BOEKHANDEL
Een spiegelbeeld von het politiek-
en geestelijk leven in Duitschiand, een
betrouwbaar en kritisch waarnemer
san het Daitsche- en Internationale
zakenleven is de ,,FRANKFUR TER
ZE! TUNG”, Duitschiand’s toon-
aan gevend zakenbiad.
Geïnteresseerden kunnen ver-
dere inlichtingen bekomen bij
onzen Generaal-vertegen-
woordiger voor Holland:
J. H. WEHN, VOORBURG(Z.H.)
Dr. BLOOKERSTRAAT 21
Ni
Beêedigd translatrice
voor Duitsch
en
Engeisch vraagt
Ver taal werk
(ook Fransch)
LEA HAUSDORFF
Adr. Mlldersetraat 79b, Rotterdam
NIJGH & VAN DITMAR NV., DRUKKERS, ROTTERDAM